Reorganisatie Militaire Gezondheidszorg 15 december 2011, nr. 1 Voorwoord door de Kwartiermaker Militaire Gezondheidszorg Defensie staat aan de vooravond van wederom een grote reorganisatie. Deze keer wordt de hele defensieorganisatie getroffen en de enorme financiële taakstelling die op ons afkomt, zal ook de militaire gezondheidszorg treffen. Ik onderken dat het hierdoor de grootste reorganisatie van de laatste decennia is. Desondanks is het toch van groot belang dat we ook in de toekomst onze bijdrage vanuit de militaire gezondheidszorg blijven leveren aan de inzetbaarheid van de krijgsmacht en de gezondheid van de individuele militair. Hoewel ik zeker niet blij ben met de reducties die ons te wachten staan, sta ik wel achter de inmiddels gemaakte keuzes en plannen voor een ‘nieuwe’ militaire gezondheidszorg organisatie. De ons opgelegde reorganisatie biedt ons namelijk ook de kans de militaire gezondheidszorg anders in te richten met meer aandacht voor kwaliteit van zorg en patiëntveiligheid en nog meer dan in het verleden gericht op de militaire gezondheidszorg als integraal onderdeel van het operationele proces. Daar waar het wezen van ons bestaansrecht ligt. De defensieorganisatie als geheel wordt kleiner en dus zal ook de militaire gezondheidszorg fors krimpen. Een kleiner wordende organisatie, met toch veelal dezelfde taken, betekent dat zaken efficiënter moeten worden opgepakt. Dit kan o.a. door middelen te centraliseren. Ik besef dat dit voor velen gevoelsmatig een moeilijk punt is, maar indien we hierbij de juiste ratio hebben, ben ik er van overtuigd dat een juiste inrichting voor een slagvaardige organisatie heel goed mogelijk is. Deze omvangrijke reorganisatie kan ik natuurlijk niet alleen uitvoeren en daarom heb ik een groot team om mij heen. Maar het is vooral belangrijk dat er vanaf de werkvloer wordt meegedacht en meegepraat en dat ondanks de soms sombere boodschap het positieve gevoel toch behouden blijft. Ik wil u vragen actief te worden en uw gedachten te delen met collega’s, ze ook uit te spreken door deelname aan sessies die in het land gehouden gaan worden of via uw vertegenwoordiger in de medezeggenschap. Als we er allemaal en in gezamenlijkheid onze schouders onder zetten en dezelfde servicegerichtheid zoals we die nu hebben blijven hanteren, houden we niet alleen de schade beperkt maar stellen we ook onze eigen toekomst veilig. Een toekomst waarin we net als nu aan alle militairen een kwalitatief hoogwaardige gezondheidszorg zullen blijven verlenen.
1
Bgen-arts R. van der Meer Kwartiermaker Militaire Gezondheidszorg
Aanleiding Defensie moet fors bezuinigen, namelijk 1 miljard euro. Om de haalbaarheid hiervan te bezien zijn er eind 2010 22 opdrachten op diverse (beleids)terreinen verstrekt met de doelstelling op elk terrein te onderzoeken hoe een reductie van 30% te gerealiseerd zou kunnen worden. Ook de militaire gezondheidszorg werd in dit kader bekeken, ook met de opdracht te komen tot een reductie van 30%. Voor de militaire gezondheidszorg zijn de uitkomsten van dit onderzoek vastgelegd in de Blauwdruk & Visie ‘ Decentraal Verankerd, Centraal Versterkt’. De beoogde 30% zijn hierin niet behaald, maar wel een reductie van ca. 23% (ca. 45M€). De uitkomsten van de 22 onderzoekopdrachten zijn gepresenteerd in de beleidsbrief “Defensie na de kredietcrisis: een kleinere krijgsmacht in een onrustige wereld” van 8 april 2011. In deze beleidsbrief is een beeld gegeven van de defensiebrede taakstelling en specifieke maatregelen. Deze taakstelling is per defensieonderdeel verder vertaald in de nota maatregelen en in de ontwerpbegroting 2012 neergezet.
Gevolgen voor de militaire gezondheidszorg De gezondheidszorg organisatie Defensie ondergaat als gevolg hiervan een vergaande structuurwijziging, welke gebaseerd is op de uitkomst van de uitkomst van de onderzoeksopdracht 4.1 ‘Geneeskundige organisatie’en waarbij besloten is te kiezen voor de optie ‘Decentraal Verankerd, Centraal Versterkt’. De geneeskundige capaciteiten worden defensiebreed afgestemd op de ambitie van de krijgsmacht. Er is sprake van een reductie van ca. 23%, (791) vte op een grondslag van 3400 vte. De reducties worden bereikt in spoor 1 (staven), 2 (bedrijfsvoering) en 3 (operationele capaciteiten) waarbij spoor 2 en 3 niet los van elkaar kunnen worden gezien (deze zijn verweven met elkaar). Daarnaast dienen een aantal reeds genomen bedrijfsvoeringmaatregelen (BVMmaatregelen) uit 2010 en 2011 tegelijkertijd te worden uitgevoerd. Waarmee het geheel van reducties op ca. 25% uitkomt. In de nieuwe gezondheidszorgorganisatie van Defensie vinden een aantal grote en minder grote veranderingen plaats. De Role 1 capaciteiten (hulpposten en afvoergroepen) worden aanzienlijk gereduceerd in aantal maar behouden hun inbedding in de organisatie van de OPCO’s. Hiermee blijft de noodzakelijke geachte operationele binding overeind. De reductie dwingt echter wel tot harmonisatie van werkwijze en organisatie en maakt daarmee de mogelijkheden van uitwisselbaarheid over de grenzen van de OPCO’s mogelijk. De Role 2 capaciteiten (hospitalen) van CLAS en CZSK worden samengevoegd in één SSM-eenheid bij het CLAS. Dit houdt in dat er sprake is van interservice personele vulling en hiermee zal de inzet van Defensie (maritiem, amfibisch en land) met kleine (snel inzetbare) en zwaardere hospitalen worden 2
ondersteund. Alle overige GZHZ-elementen zullen doelmatig worden samengevoegd in de Defensie Gezondheidszorg Organisatie (DGO). O.a. worden de gezondheids- en tandheelkundige centra in aantal verminderd, geregionaliseerd en Defensiebreed aangestuurd. De bedrijfsvoering, de dienstverlening, de productie en de kwaliteit van zorg worden defensiebreed op één norm gebracht. De gezondheidscentra worden ondergebracht in het Eerstelijns Gezondheidzorg Bedrijf (EGB). Het aantal wordt van ruim 40 teruggebracht naar maximaal 20 (inbegrepen CARIB). De tandheelkundige centra worden in aantal teruggebracht naar 7 en ondergebracht in de Defensie Tandheelkundige Dienst (DTD). De tweedelijns zorginstellingen (CMH, MRC, MBB en IDR) worden binnen één bedrijf geclusterd, het Tweedelijns Gezondheidszorg Bedrijf (TGB). Opleiden en Trainen worden samengevoegd in het IDGO en de kennisfunctie binnen de militaire gezondheidszorg wordt gerationaliseerd en de diverse kenniscentra waar mogelijk geclusterd in het Coördinatiecentrum Expertise Arbeidsomstandigheden en Gezondheid (CEAG). De Militaire Geestelijke Gezondheidszorg (MGGZ) en het Militair Geneeskundig Logistiek Centrum zullen nagenoeg onveranderd in de nieuwe organisatie terug te vinden zijn. C-DGO wordt zorgaanbieder voor de gehele Defensieorganisatie. De DGO ondersteunt de Role 1 en Role 2- elementen maximaal teneinde de benodigde medische inhoudelijke kwaliteiten te bereiken. C-DGO is tevens Hoogste Medische Autoriteit (HMA) binnen Defensie. Naast een reductie van ruim 800 functies, vind er ook een verschuiving van ca. 400 vte’n plaats tussen de Defensieonderdelen. De grootste ingrepen vinden plaats in de eerstelijns gezondheidszorg en het geneeskundig bataljon. De reorganisatie rondom het op te richten EGB is geen sinecure: een landelijk organisatie i.p.v. een OPCO-organisatie, vermenging van diverse culturen en bedrijfsvoering tot een paarse bedrijfsvoering, de integratie van de bedrijfsgeneeskundige zorg voor burgers in de gezondheidscentra, een substantiële uitdunning van bezetting samen met een substantiële verhoging van de productiviteit krijgen allen tegelijk vorm. Het Joint Geneeskundig Bataljon (JGB) komt voort uit 400 Geneeskundig Bataljon van CLAS. Dit bataljon zal niet alleen veel kleiner zijn dan het huidige 400 Gnkbat, maar ook zal de vulling er van gedeeltelijk worden gevormd door chirurgische teams uit de IDR-pool en personeel van CLSK en CZSK. Defensiebreed dient op elk terrein onderzocht te worden welke mogelijkheden er zijn organisatiedelen te sourcen. In een volgende nieuwsbrief zult u meer in detail over de nieuwe organisatie geïnformeerd worden.
Organisatie Om deze omvangrijke reorganisatie in goede banen te leiden, is een goede organisatie van groot belang. Rekening houdend met de blauwdruk en visie, richten de OPCO’s zelf hun deel van de militaire gezondheidszorg in. Voor de Defensie Gezondheidszorg Organisatie (DGO) is een programmaorganisatie opgericht. Omdat de DGO straks deel zal zijn van het Commando DienstenCentra (CDC), is C-CDC de 3
opdrachtgever. Namens de militaire gezondheidszorg is de Bgen-arts R. van der Meer de kwartiermaker DGO en als zodanig de opdrachtnemer. Voorts bestaat het programma DGO uit een zevental deelprojecten (Staf DGO, EGB, DTD, TGB, IDGO/ CEAG, MGLC en MGGZ) en een Programmabureau voor de dagelijkse aansturing en coördinatie. Ten behoeve van de samenhang van het geheel is een overleg opgericht, waarin o.a. de stafartsen zitting hebben. Uiteraard wordt ook afgestemd met andere (beleids)terreinen dan de militaire gezondheidszorg, waarvan sommige raakvlakken of overlap hebben met onze reorganisatie. Vanuit de BS/HDP vindt ondersteuning plaats in de vorm van het bureau ROND.
Tijdpad De implementatie van de nieuwe gezondheidszorgorganisatie zal in 3 slagen (‘tranches’) verlopen. Tranche 1: januari t/m juni 2012 oprichten van de projectorganisatie en de staf DGO; Tranche 2: juli 2012 t/m maart 2013 Eerstelijns Gezondheidszorg Bedrijf, Defensie Tandheelkundige Dienst en het Militair Geneeskundig Logistiek Centrum; Tranche 3: april 2012 t/m januari 2014 Tweedelijns Gezondheidszorg Bedrijf, Instituut Defensie Geneeskundige Opleidingen, Coördinatiecentrum Expertise Arbeid en Gezondheid en de Militaire Geestelijke Gezondheidszorg.
Actuele Stand van zaken Op dit moment (december 2011) bevinden we ons nog in de zogenaamde studiefase en wordt de laatste hand gelegd aan de eerste drie beleidsvoornemens (BV) van de zeven deelprojecten. Deze beleidsvoornemens hebben tot doel om conform het gestelde in de ‘Blauwdruk en de Visie Militaire Gezondheidszorg (GZHZ) 2015’ en de Opdrachtbrief CDC de oprichting Defensie Gezondheidszorg Organisatie (en de hier deel van uitmakende bedrijven) formeel te initiëren. Het stelt de opdracht en kaders vast voor de uitvoering van het project en gaat in op de projectbeheersing en de inbreng van de medezeggenschap. Het goedgekeurde BV dient als leidraad voor de uitvoering van het project door de projectmanager. Tevens wordt de medezeggenschap met dit BV geïnformeerd over de voorgenomen inrichting van het project. Het eerste BV (Staf DGO) wordt binnenkort formeel goedgekeurd en daarna zal dat ook gebeuren voor de BV’s van het EGB, de DTD en het MGLC. De overige beleidsvoornemens zullen in een later stadium ter goedkeuring worden aangeboden. Op 13 december heeft een grote aftrapsessie met alle betrokken medezeggenschapsvertegenwoordigers plaatsgevonden. Doelstelling van deze bijeenkomst was te komen tot een Tijdelijke Reorganisatie Medezeggenschaps Commissie (TRMC).
Informatie en communicatie De hierboven genoemde percentages, aantallen en inrichtingsmodellen, geven nog geen antwoord op de vraag wat de reorganisatie van de militaire gezondheidszorg voor elke individuele medewerker zal gaan betekenen. Op dit moment kan hierover ook nog geen betrouwbare uitspraak gedaan 4
worden. Wij willen u echter tijdig en zo betrouwbaar mogelijk informeren en zullen daarom gedurende de reorganisatie van diverse middelen gebruik gaan maken om dit te bewerkstelligen. Niet alleen zullen wij u via deze nieuwsbrief op de hoogte blijven houden, maar ook willen wij u informeren middels enkele sessies in het land, waarbij wij ook uw reactie kunnen horen en er mogelijk gelegenheid is om meer in detail te treden. Natuurlijk kunt u ook terecht bij uw commandant of afdelingshoofd. Veel informatie zal ook terug te vinden zijn op de intranetpagina http://intranet.mindef.nl/portaal/pp/mgz/Herinrichting/Herinrichting.aspx die speciaal voor de herinrichting van de militaire gezondheidszorg is ingericht.
5