Reisverslag trekking “Manaslu The Hard Way” door de “Blesjes” (24 apr-24 mei 2010) Wij zijn Jan en Maria Bles, respectievelijk 68 en 55 jaar oud ten tijde van de trekking. Op vakanties gaat bijna altijd de tent mee, tenzij we naar Scandinavie gaan, waar we graag gebruik maken van de mogelijkheid van hutten. We gaan altijd op de bonnefooi en reserveren nooit iets, behalve eventuele boottickets. Graag vertoeven we in de Zwitserse en Franse alpen waar we vele bergwandelingen hebben gemaakt. In Zuid-oost Zwitserland hebben we ook menige drieduizender beklommen. We maken daarbij nooit gebruik van klimhulpmiddelen, we zijn dus echte bergwandelaars. De Manaslu-trekking is echter andere kost, en daar gaat dit reisverslag over. De Manaslu is een ± 8200 meter hoge berg in het Nepalese deel van de Himalaya, in de buurt van de Tibetaanse grens. Het is de achtste berg in grootte van alle achtduizenders, dus alle bergen. De “Hard Way” staat voor een rondgang om deze berg, die uitgebreider is dan de zogenaamde “Manaslu Rond”. Deze laatste start in Arughat Bazar terwijl de “Hard Way” in Gorkha begint, waar een bus ons vanuit Kathmandu naar toe brengt. De trekking gaat eerst over de Rupina La, een 4686 meter hoge pas, en dat maakt deze trekking tot “Hard Way”. Daarna volgt een lange afdaling tot aan Deng en is het verder dezelfde route als de “Manaslu Rond”. Na een week klimmen bereiken we het hoog(s)tepunt de Larkya La, een 5132 meter hoge pas. Dan volgt een drie dagen durende afdaling naar Bhulbhule, waar een bus ons terugbrengt naar Kathmandu. Wat er aan vooraf ging Midden februari worden wij verrast door een telefoontje van Thomas en Irna, zoon en schoondochter, waarin zij vragen of we zin hebben om met hen mee te gaan op een trekking in Nepal. Zij hebben deze reis geboekt bij Himalaya Trekking Wandelreizen maar doordat zij de enigen zijn, dreigt de reis niet door te gaan. Er zijn minimaal 4 deelnemers nodig om gegarandeerd te kunnen gaan. Vandaar de vraag aan ons. Zij gaan er vanuit dat wij dat aan zullen kunnen, gegeven onze bergwandelervaringen, maar wij moeten daar toch wel even over nadenken. Wij verdiepen ons dus in alles wat daarbij komt kijken: hebben we wel de fysieke conditie, hoe zit het met hoogteziekte, is onze uitrusting wel toereikend? Genoeg vragen om goed over na te denken. We nemen contact op met Bob's Adventure Store. Bob neemt alle tijd om ons te adviseren over de paklijst welke we natuurlijk ook bij hem kunnen aanvullen. Verder geeft hij ons een zeer nuttig boekje over hoogteziekte. Na grondige bestudering en diverse telefoongesprekken met Charl, de baas van HT, komen we samen tot de conclusie, dat wij die trekking aan moeten kunnen. Aldus schrijven wij ons zo'n 5 weken van tevoren in en sturen 5 pasfoto’s op voor alle noodzakelijke permits. En bij Bob gaan we onze uitrusting bepalen en aanschaffen. Aangezien we een gewichtsbeperking hebben van 17 kg per persoon voor de in te checken bagage op het vliegveld, en we onze rugzakinhoud tijdens de trekking tot een minimum willen beperken (voor de porters is per tas een maximum van 12 kg een voorwaarde) hebben we alle spullen nauwkeurig gewogen. Wij hebben alleen voor onze persoonlijke bagage te zorgen, al de overige noodzakelijke materialen voor deze expeditie, zoals bv. de tenten, het kookgerei en de medicijnton, staan in Kathmandu bij hotel Amar op ons te wachten. Informatie over de benodigde uitrusting is ook te vinden op de website van HT. Op de dag voor vertrek gooit de aswolk van een vulkaan in IJsland echter roet in het eten waardoor we uiteindelijk acht dagen later pas weg kunnen. Gelukkig kunnen wij vieren onze vakantie een week doorschuiven en weet HT dat voor al hun mensen ook te organiseren. Hierna volgt het reisverslag dat is ingedeeld per dag. Bij elke wandeldag is een tabelletje opgenomen met tijden en hoogtes die Thomas middels zijn outdoorhorloge heeft geregistreerd. De reisdagen en de dagen in Kathmandu zijn samengevat omdat deze niet zo relevant zijn voor dit reisverslag.
1 / 17
Dag 1-3 (za 24 t/m ma 26 apr) Heenreis en verblijf in Kathmandu Na een week uitstel door de aswolk van de IJslandse Eyjafjallajökullvulkaan kunnen we toch eindelijk vertrekken. Op Schiphol voegt Jan Flokstra zich bij ons. Hij is de Nederlandse reisleider van HT Wandelreizen. Onze telefoongesprekken met HT waren voor HT aanleiding geweest om Jan mee te laten gaan. Dat heeft ongetwijfeld iets te maken met vooral mijn leeftijd en de zwaarte van de trekking. We vliegen via München en Doha naar Kathmandu waar we in hotel Amar de eerste en laatste paar dagen zullen verblijven. De tijd in Kathmandu gebruiken we om daar één en ander te bezichtigen. Zo gaan we natuurlijk naar Durbar Square en het toeristische stadsdeel Thamel. Ook bezoeken we de Pashupatinath Tempel en de Boudhanath Stupa. En natuurlijk gaan we ook naar de oude konings- 1 Durbar Square stad Bhaktapur met zijn talloze tempels. Dag 4 (di 27 apr) Met de bus naar Gorkha (1266) Vandaag maken we kennis met alle Nepalese expeditieleden: Kaji Sherpa (hoofdgids), Zongbu Sherpa (hulpgids), Tirta (hoofdkok), Harry Lal (hulpkok), twee kokshulpen, Kilu (onze persoonlijke porter, hij zal onze tassen en tent dragen) en de overige 20 porters. In eerste instantie bekruipt je, bij het zien van die grote ploeg die alleen voor ons vieren in touw zal zijn, een wat ongemakkelijk gevoel. Maar als je je dan realiseert, dat deze mensen nu door onze trekking hun brood verdienen, dan verandert dat wel, al blijft er altijd wel wat knagen. Alle porters, gidsen en keuken-mensen zitten achterin de bus, wij voorin. Veel materieel gaat op het dak maar ook in de bus. Ergens onderweg verliezen we een pakket, maar dat wordt gelukkig direct opgemerkt! In Mugli is de lunch in een klein eethuisje. Daar eten we voor het eerst Dal Baath, het standaard Nepalese gerecht van rijst, wat groenten en linzensoep, wat dagelijks zowel bij de lunch als ’s avonds door de Nepali wordt gegeten. Bij Gorkha verlaten we de geasfalteerde weg en komen via een ruwe veldweg met één en al kuilen en stenen aan op onze eerste kampplek. Daar zetten we voor de eerste keer onze tenten op. Maria en ik hebben, net als Thomas en Irna en de twee Nepalese gidsen, een driepersoons tent, waar ook al onze bagage in past. Jan Flokstra heeft een eigen tentje en de Nepali beschikken over drie grote (nu nog witte) tenten, waar zij in kunnen slapen, maar waar ook in gekookt kan worden en 2 De kampkeuken door ons in gegeten. Tijdens de thee wordt het programma van de volgende dag doorgenomen. Kaji legt ons uit dat je deze trekking ook kunt karakteriseren als “Nepali flat”. Dat wil zeggen dat klimmen steeds weer wordt afgewisseld met dalen en natuurlijk ook andersom. Een hoogteverschil van 425 meter kan bijvoorbeeld betekenen dat je 750 meter moet klimmen en ook nog eens 325 meter moet dalen! In de praktijk zal dit zeer fnuikend blijken te zijn..... We gaan vroeg naar bed want we moeten om half zes weer op. Dag 5 (wo 28 apr) Van Gorkha naar Ekle Sangu
start 7:43
Tijd eind 14:10
duur 6:27
start 1.266
eind 550
netto -716
Hoogte klimmen dalen 165 881
hoogste 1.266
laagste 487
Om 5:30 uur klinkt voor het eerst "Morning tea Sir/Mam" en krijgen we de gelegenheid om even lekker wakker te worden met een mok hete thee. Ongeveer 10 minuten later wordt ons met "Your washingwater" elk een klein bakje warm water aangereikt. Na het "wassen" pakken we onze tassen en rugzakken in en breken we de tent af, in dit geval natuurlijk letterlijk. Dan is er ontbijt waarbij we ook onze paklunch maken. Dat worden dan altijd chapatis met yakkaas of worst, of met een gebakken ei. Dan kan de eerste wandeling beginnen. We lopen door een prachtig landschap met terrassen van maïs en rijst en passeren regelmatig kleine dorpjes waar onze weg dwars doorheen loopt. 3 Terrassenlandschap 2 / 17
Ik koop daar voor 150 rupees bij een lokaal winkeltje een paar slippers, handig voor als je er 's nachts uit moet om de natuur te beoefenen! We komen heel mooie bomen tegen zoals de enorme Pipalbomen en de Saal, waarvan het hout als constructiemateriaal voor hutten wordt gebruikt. Verder heel veel mooie witgele bloemen. Voor het eerst gaan we over twee hangbruggen. Tegen elven hebben onze koks voor 5 Lokaal winkeltje een lunch gezorgd in een lokaal eethuisje. Die lunch bestaat uit soep en thee en onze zelf meegenomen chapatis. Daarna dalen we verder af in dit Nepalese landschap naar een hoogte van ca. 550 meter. Het is bloedheet en dan is daarbij "Nepali Flat" wel heel vermoeiend. We horen bijzondere vogels zingen. Er is er een bij die volgens Kaji, onze hoofdgids, alleen zingt 4 Het eethuisje als een bepaalde bessoort rijp is. Handig om te weten! Om ± 14:15 uur bereiken we onze kampplaats aan de oevers van de Daraudi Khola rivier in de buurt van Ekle Sangu. Onder de toeziende ogen van vele plaatselijke kinderen zetten we onze tenten op. We kunnen ons deze dag nog wassen in de rivier, iets dat er de komende dagen niet meer bij zal zijn! We worden daarbij gadegeslagen door een troep aapjes in de bomen. Bij het avondeten hebben we frietjes. We krijgen in de gaten dat onze Nepalese koks ondanks hun primitieve uitrusting, tot heel wat in staat zijn! Dag 6 (do 29 apr) Van Ekle Sangu naar Milim
start 7:36
Tijd eind 16:20
duur 8:44
start 550
eind 920
netto 370
Hoogte klimmen dalen 535 165
hoogste 932
laagste 549
In alle vroegte hebben we bussen vol Maoïsten met veel herrie naar Kathmandu zien vertrekken. Daar is namelijk op 1 mei een grote demonstratie tegen de regering. Achteraf blijkt dat dit voor ons positief uit zal pakken omdat we nu geen ‘roadblocks’ tegen zullen komen en dus ook niet extra hoeven te betalen..... Onderweg hebben we de lunch in een klein eethuisje. De weg voert tussen talrijke rijstvelden en het is weer steeds heel benauwd vochtig en warm. Behoorlijk zweten dus. We lopen verder over een erg lange hangbrug, vol met gaten. In Milim moeten we ruim een uur schuilen in een theehuisje voor een zware onweersbui. Daarna is het nog een uurtje lopen naar onze volgende kampplaats, bij al weer een hangbrug. Hier zitten bloedzuigers en tot bloedens toe stekende vliegjes. Twee politie- 6 Hangbrug met gaten mannen houden plotseling bij ons de wacht. Behalve dat ze onze permits controleren zal dat ongetwijfeld met de Maoïsten te maken hebben. De koks weten ons deze avond te verrassen met loempia's, appelbeignets en lekkere groenten. Behalve dat deze eerste dagen van de trekking erg warm en benauwd zijn geweest, waardoor we ontzettend moeten zweten, gaat het wandelen ons tot nu toe gelukkig goed af. We zijn erg benieuwd hoe het zal gaan als we hoger gaan komen, want het echte klimmen komt er nog aan! Dag 7 (vr 30 apr) Van Milim naar Barpak
start 7:56
Tijd eind 11:35
duur 3:39
start 920
eind 1.878
netto 958
Hoogte klimmen dalen 963 5
hoogste 1.878
laagste 912
Om 6:00 uur is er morning-tea en bij het ontbijt krijgen we pannenkoeken en gebakken brood en een eitje. De dag begint weer mooi, een goede temperatuur om te gaan klimmen. De twee politiemannen zijn er ook nog steeds en lopen achter ons aan als we vertrekken naar Barpak. Het begint met een heel steile klim door een bos. We komen door een Gurung-dorp waar “Boudhy’s” wonen en hebben prachtige uitzichten op korenvelden. Het is een erg lange en steile klim en met die hitte is het vandaag weer ontzettend zweten. In Barpak kunnen we op het schoolplein onze tenten opzetten. Dat is midden in het dorp, dus hebben we ontzettend veel belangstelling van de Barpak-kinderen. Deze zijn behoorlijk brutaal. Ze vinden het kennelijk leuk om je haringen krom te lopen en als je even niet oplet, zit er zo een stel in je tent. Alle bagage dus naar binnen en tent dicht! 7 Schoolplein Barpak 3 / 17
Maar de muilezels die hier ook rondlopen, zijn erg mak, daar hebben we geen last van. Kaji neemt ons mee op een wandelingetje door Barpak, een erg grote en leuke plaats met veel bedrijvigheid. Er wordt volop gewerkt aan de geoogste mais en rijst, ezelkaravanen worden afgeladen en opnieuw beladen, we zien naaisters, druk in de weer met weefgetouwen, en een heleboel kinderen. We drinken thee in een klein theehuisje annex winkeltje. Daar mogen we o.a. "Chang" proeven, een mengsel van rijst en alcohol, de grondstof voor Nepalees bier. Onder het teruglopen klaart de lucht op en zien we voor het eerst de "Boudha Himal" liggen. Het is zo helder dat we goed kunnen zien hoe onze route naar de Rupina La zal zijn. Die V-vormige insnijding in de bergen aan de horizon, dat moet de pas zijn. Wat een fantastisch gezicht!! We krijgen die avond frietjes, een pizza, lange dikke "Nibbits" en, 8 Theehuis in Barpak echt waar, een grote appeltaart toe. We slapen die nacht prima, al beginnen de Barpak-kinderen rond drieën al weer tot leven te komen....... Dag 8 (za 1 mei) Van Barpak naar Boskamp
start 7:21
Tijd eind 14:29
duur 7:08
start 1.878
eind 2.303
netto 425
Hoogte klimmen dalen 750 325
hoogste 2.314
laagste 1.878
De verwachting voor vandaag is: Nepali flat. En dat zullen we merken. We lopen met goed weer weg. Als we even buiten Barpak terugkijken, kunnen we zien hoe groot Barpak wel is. Het is heel markant op een grote vlakke heuveltop gelegen. Onderweg naar de Rupina La zullen we dit stadje nog menig keertje goed kunnen zien liggen. Onderweg komen we veel dragers tegen, waaronder jonge kinderen, met hout en manden met stenen op de rug. Niet zelden zien we oudere mensen op blote voeten. We lopen langs heel veel terrassen waarop soms met behulp van buffels en primitieve ploegen de grond wordt bewerkt. En uitgestrekte marihuanavelden. In de loop van de dag zien we rododendronbomen met, soms bijna uitgebloeide, rode bloemen. Geen struiken dus maar enorme bomen! Verder zien we Viburnum met wit-blauwe bloemen en een gele frambozenboom, inderdaad, geen struik dus. We komen door oerbossen met veel baardmos. Dat ziet er verdacht nat uit en dat klopt ook wel, want we krijgen op het einde van de middag en de hele nacht veel regen met onweer te verduren. Het is heel heiig en de Boudha Himal is dan ook niet te zien. We zijn langzamerhand de bewoonde wereld uitgelopen. Op het einde van de wandeling is er een steile klim van zo’n 400 9 Jungle op weg naar Boskamp meter! En dan zijn we opeens bij onze kampplaats aangeland, op een open plek, midden in het bos. De tenten staan snel en al gauw zitten we dan aan de thee waarbij het fenomeen hoogteziekte wordt doorgesproken. We spreken af dat we de volgende dag zullen beginnen met het slikken van Diamox. Tijdens het eten horen we dat de Maoïsten het verkeer in heel Kathmanduvalley plat hebben gelegd.... En de nacht, die is nat, met veel onweer, maar in de tent is alles gelukkig ok. Dag 9 (zo 2 mei) Van Boskamp naar Kharka
start 7:46
Tijd eind 14:23
duur 6:37
start 2.303
eind 3.099
netto 796
Hoogte klimmen dalen 990 194
hoogste 3.099
laagste 2.308
Het is een lekkere temperatuur maar de tent wordt toch kletsnat ingepakt. Het ontbijt bestaat deze keer uit o.a. donuts en rijstepap met noten en rozijnen. De weg gaat door een jungle van oerbossen met reuze rododendronbomen met veel witte bloemen. Ook vandaag is het behalve klimmen ook weer veel dalen en vol met hoge en diepe op- en afstappen. Met Kaji voorop lopen we in een fijn tempo. We zien weer een grote verscheidenheid aan begroeiing: primula, christusdoorn, orchidee, vingerhoedskruid en talrijke korst- en baardmossen. Er blijken veel bloedzuigers te zitten. Af en toe ontdekken we er eentje in onze schoenen, al dan niet platgedrukt tijdens het lopen. Met wat zout zijn ze gelukkig makkelijk te verwijderen, maar daarna blijft zo’n wondje toch nog wel een uurtje bloeden. Een kwestie van goed afplakken dus. Op het laatst van de wandeling is er een steile klim naar de kampplaats. Halverwege die klim moeten we echt even rusten want het stijgen is op deze hoogte behoorlijk zwaar. Als je niet de goede cadans te pakken hebt gaat je hart als een bezetene te keer. Dan moet het tempo dus 4 / 17
wat lager, maar wel in zekere regelmaat, want zo is het beter en langer vol te houden. We hebben bewondering voor de porters die met zo veel meer op hun rug toch meestal sneller zijn dan wij. Thomas wisselde voor de aardigheid een keer zijn dagrugzak om met de bepakking van zijn persoonlijke porter. Die laatste vond dat wel prima zo, maar Thomas wilde maar wat graag zo snel mogelijk z’n eigen rugzak weer terug! Bij Kharka treffen we een aantal heel oude schuurtjes aan en er zijn mooie, redelijk vlakke, tentplaatsen. Behalve onze groep is er verder helemaal niemand te zien. Het weer is redelijk maar door de heiigheid kunnen we de sneeuwtoppen helaas niet onderscheiden. We zitten nu boven de 3000 meter en nemen voor het eerst Diamox. Niet dat we al ergens last van hebben, maar louter uit voorzorg. We slapen die nacht weer uitstekend. Dag 10 (ma 3 mei) Van Kharka naar Hoogtekamp
start 7:47
Tijd eind 15:47
duur 8:00
start 3.099
eind 4.000
netto 901
Hoogte klimmen dalen 1.095 194
hoogste 4.000
laagste 3.099
Als we opstaan is het niet meer heiig en zijn de sneeuwtoppen van de bergen vóór ons prachtig afgetekend tegen een blauwe lucht. We lopen weer door prachtige rododendron- en bamboebossen. Door een blikseminslag is ergens ons pad versperd en moeten we door de wildernis, ons vasthoudend aan bamboe, onze weg zoeken. Ik glij daarbij een keertje uit maar kom gelukkig goed weg met alleen een paar schaafwondjes. Na een behoorlijk zware ochtend komen we toch redelijk op tijd bij de lunch aan. We krijgen nudelsoep maar van- 10 Kharka vroeg in de morgen wege een hagelbui moeten we al weer snel verder. Dat breekt ons echter tijdens de volgende klim van ongeveer 600 meter behoorlijk op. Het eerste stuk is nog redelijk te doen, maar daarna gaat het echt super steil. Maria kan echt niet meer en is behoorlijk misselijk, Irna heeft ontzettend pijn in haar armen en mijn hartslag is heel erg hoog. Waarschijnlijk speelt hierbij ook een zeker Diamox-effect een rol. Terwijl een onweersbui losbarst, vinden we vlakbij gelukkig een soort grot waar we kunnen schuilen en rusten. Na een half uurtje met wat eten en drinken klaart de lucht op en wordt het weer droger. Het gaat nu gelukkig wat beter en we bereiken na 8 uur lopen en bijna 1100 meter klimmen ons Hoogtekamp op 4000 meter. Na het opzetten van de tenten gaan we een uurtje plat om weer wat bij te komen. We eten nudels en frietjes wat we tegen heug en meug naar binnen werken. Daarna gaan we de tent in waar we het maar niet georganiseerd krijgen. We hebben kennelijk wel wat last van de hoogte. Maria heeft ook nogal last van bepaalde bibbers, vooral tijdens het slapen, maar met behulp van een paracetamol gaat dat gelukkig wat over. Ook waarschijnlijk door de Diamox. We slapen daarna heerlijk in onze warme outfit: zijden lakenzak, donzen slaapzak en Exped downmatjes, zwaar Icebreaker ondergoed, Merino bergsokken en ieder 2 warme kruiken, ons drinkwater voor de volgende dag. Morgen is onze eerste rustdag en daar zijn we hard aan toe. Dag 11 - 12 (di 4 - wo 5 mei) Hoogtekamp (4000) Er is een rustdag gepland in het Hoogtekamp. Wij blijven wat uitslapen terwijl Thomas met een paar gidsen een uitstapje maakt naar het meertje Narte Pokhari, 500 meter hoger. Maar als zij weer terug zijn blijkt Thomas ziek te zijn geworden met heel hoge koorts. Daarom zijn we gedwongen morgen ook nog hier te blijven. Gelukkig slaat de penicilline bij hem goed aan en kunnen we een dag later dan gepland, weer met een fitte Thomas de trekking voortzetten over 11 Hoogtekamp de Rupina La. Ondertussen is er tijdens ons verblijf hier veel regen gevallen en is alles wel een beetje vochtig en klam geworden. Ook de omgeving wordt nu wel erg vies en glibberig, dus hebben we wel zin om weer op pad te gaan. 5 / 17
Dag 13 (do 6 mei) Van Hoogtekamp over de Rupina La naar Sneeuwkamp
start 7:31
Tijd eind 14:10
duur 6:39
start 4.000
eind 4.043
netto1 43
Hoogte klimmen dalen 690 647
hoogste 4.686
laagste 3.999
Eenmaal op weg lopen we eerst over grasachtig land en al gauw daarna in sneeuwbuien door sneeuw en over glibberige rotsen. Je moet goed oppassen om niet weg te glijden want het is behoorlijk steil. Na een moeizame klimpartij bereiken we tegen elven de Rupina La op 4686 meter. Wat een overwinning! Wij omhelzen elkaar en zijn blij dat we het gehaald hebben. Maria en ik voelen ons apetrots, want de trekking is tot heden zonder noemenswaardige problemen verlopen. Dat geeft ons allemaal moed om weer verder te gaan! Na veel foto’s te hebben gemaakt begint de afdaling 12 Op de Rupina La over een steile helling met een pak sneeuw, waar Maria een keer tot haar heupen in weg zakt! Na een snelle lunch bij wat rotsen gaat het verder over een toch wel steile bergrug door rododendrons en azalea’s. Een lastige klus want dat zijn taaie struiken waar je niet zo maar doorheen loopt. Het is zo heiig dat we de bergen om ons heen nauwelijks kunnen zien. Af en toe vangen we een glimp op van gletsjers. We zijn blij als we op onze kampplaats aankomen en na de nodige thee wat kunnen rusten in onze tenten. Behalve een gevoel van wat druk in het hoofd hebben we verder gelukkig geen last van hoogteziekte. We stoppen dan ook met de Diamox. We eten dit keer een bijzondere combinatie van patat, pasta, een koolsalade en een warm toetje van appel en sap. De eetlust van Maria en mij laat op deze hoogte echter behoorlijk te wensen over. We moeten verschrikkelijk ons best doen om één en ander binnen te krijgen. ’s Nachts horen we zo nu en dan het donderende geraas van lawines, net onweer. De volgende dag zullen we ze niet alleen horen, maar ook zien! Dag 14 (vr 7 mei) Van Sneeuwkamp naar Bamboekamp
start 7:38
Tijd eind 17:29
duur 9:51
start 4.043
eind 3.254
netto1 -789
Hoogte klimmen dalen 445 1.234
hoogste 4.043
laagste 3.103
We dachten dat het de hele nacht geregend of geijzeld had maar wanneer we opstaan, blijkt het gesneeuwd te hebben. Een dun laagje sneeuw bedekt de tent. Het is koud, maar gelukkig droog. Om ons heen zijn de gletsjers van de Boudha Himal goed te zien. Het is fantastisch om je in deze ongerepte natuur alleen op de wereld te wanen. Na het ontbijt klinkt het bekende “Losom” van Zongbu: “Laten we gaan”. Er volgt een prachtige afdaling door het dal waar we veel azalea's, rododendrons, berken en primula’s zien. Tot onze verbazing komen we, in dit toch wel erg afgelegen oord, een aantal jonge Nepali tegen, die heel speciale wortels zoeken die gebruikt worden als ingrediënt in een medicijn tegen kanker. Volgens onze gidsen brengen die per kilo wel 200.000 Rupees op! We steken wat rivieren over en gaan vervolgens via een zeer steile klim (45º) door een bos op de zijmorenen naar de rand van een gletsjer. Deze 890 meter brede gletsjer moeten we oversteken. Dat is niet zo eenvoudig omdat het oppervlak bezaaid is met stenen die absoluut niet stabiel liggen. Elke stap moet dus bewust gezet worden om niet plotseling uit te glijden en te vallen. Dat moet je absoluut proberen te vermijden. Door al die morenen kun je slechts hier en daar tussen de stenen waar we lopen de ijsmassa’s onderscheiden. Aan de overkant gekomen moeten we natuurlijk weer de zeer steile morenenhelling af. Daar beneden staat de keukenploeg al voor ons klaar met soep en thee. We genieten een uurtje van een welverdiende rust. De tocht gaat verder, eerst over moerassige grasvlaktes en vervolgens door schitterende bossen. Er volgt een enorme klim naar een bamboebos waarna we eindelijk bij ons Bamboekamp aankomen. Alles bij elkaar is dit een erg lange en zware wandeling en zijn we al- 13 Bamboebos lemaal toe aan de nodige rust. Er blijkt echter geen 6 / 17
water voorhanden te zijn zodat Kaji genoodzaakt is zijn dragers te vragen om dat bij een rivier, een half uur verder, op te gaan halen. Dan zie je wat later die dragers terugkomen met een waterzak van 60 liter op hun rug! Ongelooflijk dat die mannen dat kunnen. Kaji heeft onderweg jonge bamboescheuten verzameld die we ’s avonds bij het eten geserveerd krijgen. Wat kan onze kok Tirta met zijn ploeg toch heerlijk koken. Zoals tot nu toe zowat elke dag, begint het ook tegen de avond weer te regenen en wordt het ook erg mistig. Het wordt weer een natte boel buiten.... Dag 15 (za 8 mei) Van Bamboekamp naar Nyak
start 7:26
Tijd eind 16:38
duur 9:12
start 3.254
eind 2.351
netto -903
Hoogte klimmen dalen 645 1.548
hoogste 3.485
laagste 2.349
Die nacht regent het voortdurend maar als we wakker worden staan de sneeuwtoppen van de bergen te schitteren in de ochtendzon. Het is prachtig weer, maar de tent moeten we kletsnat inpakken. We vertrekken weer vol goede moed. We lopen door bamboe- en oerbossen, en vanwege al de zijrivierdalen die we moeten passeren gaat het voortdurend op en af. “A little bit Nepali-flat” noemt Kaji dat.... Het wordt erg mistig waardoor het ook behoorlijk glad is hier en daar. We lopen lange tijd in dichte mist over weidehellingen waardoor we helaas niets zien van de 14 Bamboekamp 's morgens vroeg hoge bergen om ons heen. Dan begint de mist op te trekken en zijn we zo maar ineens bij de lunchplek. De lange mouwen gaan uit en we laten ons de soep heerlijk smaken. Na een uurtje gaat het weer verder over met varens en hertshooi begroeide hellingen. Rechts beneden ons in het dal loopt de Chhuling Khola, de rivier die zijn oorsprong heeft in de Rupina Gletsjer en die ons sinds gisteren zo’n beetje begeleidt. Op het einde van dit dal komt de rivier uit in de Budhi Gandaki rivier die we de komende dagen stroomopwaarts zullen gaan volgen. Voorlopig lopen we nog op de hellingen boven de Chhulung Khola, steeds hoger en hoger tot we op het einde bij een viewpoint aankomen met een schitterend uitzicht over het samenkomen van die dalen. Diep onder ons ligt het dorpje Nyak, waar we onze tenten vanmiddag op zullen slaan. Er zijn nog wel veel mistflarden, maar ondanks dat kunnen we twee enorme lammergieren prachtig beneden ons zien rondcirkelen. Dan volgt de steile afdaling naar het Gurungdorpje Nyak, waar we ons kamp gaan opslaan. Er zijn heel veel graanvelden en vrouwen zijn volop bezig met dorswerkzaamheden. Veel kindertjes lopen hier schijnbaar doelloos rond, vaak met een klein broertje of zusje op de rug. Er wordt veel gebedeld en bij het opzetten van onze tenten staan ze er het liefst met hun neuzen bovenop. We eten “Momo’s” maar nog steeds laat mijn eetlust erg te wensen over. Doodmoe van deze heftige wandeling zijn we ook dit keer zo vertrokken. Dag 16 (zo 9 mei) Van Nyak naar Deng
start 8:01
Tijd eind 12:17
duur 4:16
start 2.351
eind 1.900
netto -451
Hoogte klimmen dalen 290 741
hoogste 2.351
laagste 1.792
Al gauw klinkt weer het bekende “Losom” en gaan we op weg. Eerst door Nyak, een prachtig dorpje. Het dorpje ligt prachtig op een zonnige helling, hoog boven de Budhi Gandaki rivier. Er omheen talrijke akkers met goudgeel graan. Er staan veel hooimijten, ook van varens die gedroogd als vloerbedekking in de huizen worden gebruikt. Vlak bij onze kampplaats staat een tamelijk grote Stupa. Verderop in het dal nog veel meer. Je moet er wel op letten dat je er linksom langs loopt, dan verdien je Karmapunten..... Het begint lekker warm te worden en de krekels maken behoorlijk lawaai. Er volgt een lange steile afdaling naar de trail van de “Manaslu Rond”. Beneden aangekomen drinken we in de eerste de beste lodge Yakthee, althans, thee die naar yakboter smaakt..... Kaji ziet er op toe dat het water echt gekookt wordt en dat de drinkbekers brandschoon 15 Nyak zijn, want ziek mogen wij in geen geval worden! 7 / 17
Weer op pad zien we een troep grote apen, waarvan we vermoeden dat het Languren zijn, die zich snel uit de voeten maken. Even later ontmoeten we de eerste “Donkey-train”. Ons wordt direct aangeraden om bij dit soort ontmoetingen altijd aan de bergkant te gaan lopen zodat de dieren aan de kant van de afgrond blijven. Wel zo veilig! Al verder trekkend over wat ook wel enigszins spottend de “Highway” genoemd wordt vanwege de grotere drukte, arriveren we even voorbij Deng bij onze kampplaats aan de rivier. Een mooi vlakke plek met veel varens en hertshooi maar ook veel poep van ezels en yaks..... Maar dat is zo aan de kant geschoven. We kunnen ons eens lekker wassen in de rivier en ook onze kleren krijgen een verfrissende spoelbeurt! We hebben nu gelukkig alle tijd om eens lekker uit te rusten. Dag 17 (ma 10 mei) Van Deng naar Namrung
start 7:19
Tijd eind 15:52
duur 8:33
start 1.900
eind 2.688
netto 788
Hoogte klimmen dalen 1.250 462
hoogste 2.699
laagste 1.899
We vertrekken met schitterend weer, en moeten vrijwel meteen over een grote hangbrug. We lopen door mooie dorpjes die bijna allemaal poorten hebben met drie torentjes er op. We passeren een heleboel Mani walls, waar we natuurlijk netjes links omheen lopen. Ook veel Stupa’s waarvan er eentje een super grote gebedsmolen heeft. We komen ook een beetje merkwaardig gevormde watermolentjes tegen, die gebruikt worden om graan te malen. We hebben gedurende bijna de hele wandeling schitterende uitzichten over de rivier. Het wordt ook steeds warmer, maar ondanks het voortdurende klimmen, gaat alles ons heel goed af. We zijn kennelijk goed geacclimatiseerd. We komen door een schitterend bos met zeer grote dikke bomen en passeren de nodige hangbruggen. De lunch bereiken we pas erg laat omdat de porters heel ver zijn doorgelopen. Na de lunch wacht ons nog een fikse klim naar Namrung. Op de toegangspoort staat “Autonomic State Nubri”. Hier in Namrung, in het district Nubri, zijn namelijk gevluchte Tibetanen komen wonen die niet zozeer onafhankelijkheid van China willen, maar autonomie. Zij hebben de achternaam Gurung aangenomen, omdat ze anders naamloos zouden zijn. Na de tenten opgezet te hebben gaan we proberen het thuis- 16 Mani wall front te bellen want dat zou hier mogelijk moeten zijn. En ja hoor, het lukt uiteindelijk, onder grote belangstelling van een aantal lokale Nepali. We eten die avond nasi met kroepoek en pindasaus en frietjes... En dan begint het weer zoals gewoonlijk een beetje te regenen, maar daar slaap je gelukkig niet minder om. Dag 18 (di 11 mei) Van Namrung naar Lho
start 7:20
Tijd eind 12:17
duur 4:57
start 2.688
eind 3.168
netto 480
Hoogte klimmen dalen 685 205
hoogste 3.172
laagste 2.635
Bij het opstaan is het weer zo helder dat we terugkijkend een prachtig zicht hebben op hoge sneeuwtoppen. De tocht gaat over Lihi en Sho naar Lho en zal dit keer niet zo lang zijn gelukkig. Bij een Mani wall zijn we getuige van een ware verkeersopstopping als twee donkey-trains elkaar tegemoetkomen. Wat een chaos is daarvan het gevolg. We komen nu ook regelmatig een wat kleiner soort yak tegen, een kruising van een koe en een yak, door ons voortaan maar tot kak omgedoopt. Deze dieren schijnen beter te gedijen in wat lagere gebieden terwijl de yak het juist goed doet op grotere hoogtes. Verder zien we weer van die grote lammergieren rondcirkelen, een mooi gezicht. De route is vandaag ook aardig als Nepali flat te kenmerken en we komen weer tal van Stupa’s tegen waarvan sommige vanbinnen een prachtig beschilderd plafond hebben. Een prachtig landschap, heel afwisselend, een beetje vergelijkbaar met gisteren. We drinken in Lihi thee, lekker in de zon op een binnenplaatsje. Ook maken we daar wat foto’s van een stel kinderen, met een broertje of zusje op de rug en in wel heel bijzondere kleren. In Sho passeren we een piepklein schooltje of klasje, waar een juffrouw les geeft aan twee kinderen, gewoon buiten.
8 / 17
Omdat we van die bekende gekrulde tekens op hun leitjes zien, menen we dat ze Sanskriet leren schrijven. In onze ogen knap werk van die kleintjes! Het is nog net mooi weer als we in Lho aankomen op onze kampplaats bij een lodge, vlak bij een veelkleurige Stupa. We lunchen dit keer binnen in het “restaurantje”. Onze chapatis met ei smaken gelukkig goed; dat gaat er, ondanks de beperkte eetlust, beter in dan met de flauwe yakkaas. Daarna gaan we wat rusten in onze tenten en begint het, zoals gebruikelijk om deze tijd, te regenen. 17 Kinderen van Lihi In de loop van de middag gaan we met Kaji het klooster van Lho bezoeken. Dat ligt wat hoger op de top van een heuvel. Het klooster is ongeveer vijf jaar oud en gefinancierd door Taiwan. We kunnen er wel even naar binnen, maar omdat de monniken allemaal naar een festival zijn, is het er erg stil en leeg. Wel apart, al die rode en suikerzoete kleuren daar binnen. Bij terugkomst gezellig het spelletje “Regenwormen” gespeeld in de lodge. Daarbij hebben we veel bekijks van een aantal Nepali die wel in zijn voor een spelletje. We eten die avond weer een bijzondere combinatie van pennen, rösti en sardientjes en warme vla als toetje. En als we proberen te slapen kunnen we nog lange tijd onze porters horen zingen, begeleid door de trommelaar. Dag 19 (wo 12 mei) Van Lho naar Sama
start 7:12
Tijd eind 11:30
duur 4:18
start 3.168
eind 3.508
netto 340
Hoogte klimmen dalen 400 60
hoogste 3.508
laagste 3.111
In de loop van de nacht is het opgehouden met regenen. Als we de tent uitkomen, staat de Manaslu door het gouden zonlicht prachtig afgetekend tegen de intens blauwe lucht. Aan alle voorwaarden voor een prachtige wandeldag lijkt te zijn voldaan ware het niet dat mijn darmen mij vandaag noodzaken regelmatig de poeptent te bezoeken. Diarree dus, met alle gevolgen van dien. De havermoutpap gaat er desondanks goed in. Aangezien ik me nog niet zó beroerd voel, gaan we toch gewoon op stap. 18 De Manaslu en het klooster van Lho Thomas, Irna, Jan Flokstra en Zongbu lopen via Pung Gyen Gompa, waar het festival van de monniken plaatsvindt, naar Sama. Maria, ik en Kaji gaan rechtstreeks, dat is 500 meter minder klimmen en dus veel korter, wel zo goed voor mijn buik. Voor mij is het een ellendige wandeling omdat ik steeds zieker word, maar Maria, die mij erg in de gaten houdt dat ik niet kom te vallen, kan tenminste nog een beetje genieten van al het moois om ons heen. Kaji neemt halverwege de tocht mijn rugzak over omdat ik mijn benen nauwelijks nog voor elkaar kan krijgen. Ik kom er ook niet meer aan toe om nog foto’s te maken, maar gelukkig doet Maria dat nog wel. Dat we door het zomerdorp Shyala komen kan ik me ook nauwelijks meer herinneren, maar Maria heeft dat gelukkig goed vastgelegd. Na zo’n vier uur lopen, voor mij was dat meer strompelen, bereiken we de kampplaats bij een lodge, midden in Sama. Maria zet de tent op en ik ga plat met flinke koorts. Met Cyprofloxacine, paracetamol, ORS en beverkeks moet één en ander bedwongen worden. Gelukkig hebben we dat allemaal bij ons. De anderen arriveren in de loop van de middag en heel toevallig komt er die middag ook een dokter in Sama. Die schrijft nog een kuur van Metronidazol voor omdat het zowel een bacteriële- als een amoebe-infectie zal kunnen zijn. Opmerkelijke bijkomstigheid is de nota van 20 Rupees.... We eten die avond Dal Baath wat goed is voor mijn buik. Ondertussen regent het pijpenstelen, maar de nachtrust en de medicijnen maken dat ik de volgende morgen weer kiplekker ben, klaar voor de volgende tocht.
9 / 17
Dag 20 (do 13 mei) Van Sama naar Samdo
start 7:20
Tijd eind 11:16
duur 3:56
start 3.508
eind 3.918
netto 410
Hoogte klimmen dalen 435 25
hoogste 3.919
laagste 3.508
Ik heb geen koorts meer, dus Kaji kan de anderen wekken met: ”Papa is ok, we go!” Ja, de Nepali noemen mij en Maria papa en mama, omdat we de ouders van Thomas zijn. In het Nepalees is dat hetzelfde. En zo gaan we weer op pad in die prachtige Himalaya. We zien veel yaks, (muil-)ezels en Nepali op van die rappe paardjes. Hier begroeten we de mensen niet met “Namastee”, maar met “Tasjedillee”, wat in het Tibetaans “goedendag” betekent. De meeste mensen die hier wonen zijn namelijk Tibetaanse vluchtelingen. We hebben steeds een prachtig zicht op de Manaslu. Wat een fantastische berg met die twee hoorns. Van de Manaslu-gletsjer zien we ook regelmatig lawines naar beneden komen. Een heel indrukwekkend gezicht. Onderweg komen we langs een enorm lange Mani wall. Als we omkijken richting Sama waar we vandaan komen zien we de Himal Chuli (7893 meter) overal boven uitsteken. Dat is zo’n schitterend gezicht dat ik er menige foto van gemaakt heb. 19 Manaslu en zijn gletsjer Boven Samdo is de Samdo-Peak goed te zien en links van ons de Manaslu met zijn 2 toppen. Wat verder lopen we langs een nomadendorp, bestaande uit stenen bouwsels met blauwe dekzeilen als dak. Volgens Kaji zijn die bestemd voor paarden en yaks. Op het einde van de wandeling volgt er een klim over de morenen van een gletsjer naar een wat vlakker gedeelte waarop Samdo is gelegen. Als we boven komen staan we naast een mooie Stupa waar aan alle kanten de ogen van Boeddha je in het 20 Himal Chuli vizier houden. We kunnen Samdo mooi overzien. Vooraan is de camping gelegen met een aantal redelijk vlakke terrassen en rechts daarvan torent de Samdo Peak hoog boven Samdo uit. Het uitzicht naar alle kanten is fabelachtig, dus maken we de ene foto na de andere. De route richting Larkya La is goed te zien zodat we al een beetje een idee hebben wat ons nog te wachten staat. Ons tentje staat schitterend met zulke uitzichten!! Natuurlijk is er in de namiddag weer wat regen maar dat duurt gelukkig niet lang. We eten vandaag een aardige creatie van spaghetti met frietjes en saroma-pudding toe. Bij mij wil het er nog steeds niet echt goed in zodat de broek al redelijk losser begint te zitten..... Vandaag was de wandeling niet zo vermoeiend maar toch gaan we tegen achten lekker onder de “wol”, ieder met twee warme kruiken, want het wordt behoorlijk koud op deze hoogte. Dag 21 (vr 14 mei) Rustdag in Samdo (3918) Deze rustdag is er alleen voor Maria en mij, want Thomas, Irna, Jan Flokstra en de twee gidsen gaan deze dag de Samdo-Peak (5201 meter) beklimmen. Zij vertrekken om 6:00 uur maar wij worden pas om 7:00 uur gewekt door de zon op de tent. We ontbijten met havermout en pannenkoeken en rommelen daarna lekker wat aan. We praten wat met Ram, één van de kokshulpen, die ons iedere ochtend thee brengt. Daarna gaan we maar eens de benen strekken, want dat is goed voor de acclimatisering. We zitten nu op 4000 meter en gaan de komende dagen over de 5000 meter. Het is dus verstandig om goed in beweging te blijven, daarmee houden we onze conditie goed op peil.
10 / 17
We gaan eerst het dorpje bekijken en we verbazen ons over de schijnbaar erbarmelijke staat waarin alle huizen verkeren. Het lijkt wel of je ergens in de Middeleeuwen terecht bent gekomen. Het ziet er zo armoedig uit en rommelig, en dat is nog zacht uitgedrukt. Het laat zich eigenlijk niet beschrijven. Onderweg ligt er een dode hond die kennelijk pas net dood is gegaan, zo 21 Samdo vredig ligt die er bij. Zo’n 10 minuten later zijn er wel 10 tot 15 lammergieren die zich op de hond storten. Wat een gezicht. Ik kan ze met m’n fototoestel tot op zo’n 15 meter naderen, maar helaas heb ik 22 Lammergieren bij een dode hond m’n grote tele niet bij me! Verder zien we nog een prachtige koninginnenpage die ook mooie foto’s oplevert. Er zijn veel “Mouse” (bergmarmotten) die wel een ander geluid produceren dan die in de Alpen. Terug in het dorpje hebben we een leuk gesprek met een Frans echtpaar. Vanaf 2006 hebben ze ieder jaar hier aan een schooltje gewerkt. De 23 kinderen worden financieel ondersteund door even zoveel Franse “parents”, geadopteerd dus. Het schooltje heeft 3 à 4 leerkrachten en is van april tot eind november open. In de winter gaan de mannen naar “beneden” om werk te zoeken en blijven de vrouwen en kinderen achter. Om een uur of één begint het te regenen en te waaien en dat verandert langzaam in hagel en sneeuw. Wij zitten te lunchen in de tent als de anderen in een sneeuwstorm terugkomen van de Samdo-peak, doodmoe maar zeer voldaan. Om 14:00 uur gaan we allemaal een tukje doen. Het tikkelen op de tent stopt en na een tijdje blijkt er een pak sneeuw gevallen te zijn. We moeten het steeds van het tentdak stampen omdat dat anders wel eens kapot zou kunnen gaan. Het avondeten bestaat uit frietjes, nasi en tuttifrutti. Na de tent wat uitgegraven te hebben gaan we lekker slapen, benieuwd naar wat ons de volgende dag zal bren23 Sneeuw op de tent gen. Dag 22 (za 15 mei) Van Samdo naar Larkya Phedi
start 8:52
Tijd eind 12:38
duur 3:46
start 3.918
eind 4.500
netto 582
Hoogte klimmen dalen 635 53
hoogste 4.502
laagste 3.905
We zouden om 7:00 uur gewekt worden maar we zijn toch al veel eerder wakker om even een plasje te doen. Wat is het mooi buiten, alles onder een pak sneeuw van 10 à 15 cm. We staan gauw op en ik ga foto’s maken van het prachtige winterse landschap. Ongelofelijk, wat is dat mooi. Gisteren alles groen en nu een winterse aanblik. Fantastisch! Om 7:00 uur komt Ram met de thee en het waswater en even later zitten we buiten aan het tafeltje in het zonovergoten sneeuwlandschap te ontbij- 24 Himal Chuli ten. Rolletjes van een soort pannenkoek met jam en kaneel en pap, dit keer krijg ik het beter weg. Voor de lunch beleggen we chapatis met gebakken ei, dat is fijn voor Maria en mij want dat gaat er tenminste goed in. Daarna breken we de tenten af die inmiddels door de zon ontdooid zijn en vertrekken we naar Larkya Phedi. De smeltende sneeuw zorgt voor een behoorlijke blubber op de paden maar gelukkig hebben we daar tijdens het klimmen niet al te veel last van. We zien verschillende lawines wat een machtig gezicht is. Aan de overkant van het dal zien we ook nog een kudde blauwschapen. Na een tijdje kunnen we de Manaslu ook weer zien. We kunnen ons goed voorstellen welke route bergbeklimmers nemen naar de top: eerst over de gletsjer en daarna over de kam. Een paar dagen geleden is een expeditie naar de top afgebroken omdat twee Koreanen daarbij zijn omgekomen. De Manaslu staat als een zeer moeilijke en gevaarlijk te beklimmen berg te boek!
11 / 17
Deze laatste wandeldag voor we de Larkya La gaan oversteken is gelukkig niet zo zwaar, al is het effect van de hoogte toch wel te merken, met name op het tempo. De porters met hun zware lasten lopen een heel stuk voor ons uit. Zij lijken daar niet zo’n moeite mee te hebben maar je zult op deze gladde paden toch maar die vrachten moeten torsen! Op het punt waar we naar rechts afbuigen komen twee gletsjers bij elkaar. De morenen aan de zijkanten zijn prachtig te zien. Ook is duidelijk te zien hoezeer de gletsjers in de Himalaya aan het terugtrekken zijn. Er zijn voortdurend lawines aan de overkant. We worden daar op geattendeerd door donderende geluiden maar het is steeds weer goed zoeken om de precieze plaats te ontdekken. We klimmen nog een stuk langs deze gletsjer alvorens bij Larkya Phedi aan te komen. Een redelijk vlak en beetje hellend terrein bij een stenen hut. Deze is bedoeld voor de koks, maar te smerig om te gebruiken. Buiten ligt ook veel troep helaas. Jammer dat hier zo slordig met de natuur wordt omgegaan. We lunchen buiten met soep en onze meegenomen chapatis, maar door de hoogte van 25 Larkya Phedi 4500 meter is onze eetlust minimaal. Het is wel noodzakelijk om veel te drinken en dat doen we dus ook, vooral thee! Larkya Phedi, ook wel Dharamsala genoemd, is het hoogste punt waarop we ooit geslapen hebben. In de loop van de middag begint het weer te sneeuwen, dus gaan we maar wat uitrusten en dus acclimatiseren in onze tenten. Het wordt ook steeds kouder. ’s Avonds eten we knoflooksoep waar wel heel veel knoflook in zit, en heel toepasselijk in deze kou, boerenkool met worst! Daarna gauw naar bed want we moeten er al om vier uur weer uit. Het wordt behoorlijk koud die nacht (-10 ºC) maar met onze nachtkleding en natuurlijk onze hete kruiken, hebben wij het niet koud. Wel slapen we wat onrustig, waarschijnlijk als gevolg van de hoogte. Dag 23 (zo 16 mei) Van Larkya Phedi over de Larkya La naar Bimtang
start 5:31
Tijd eind 16:15
duur 10:44
start 4.500
eind 3.747
netto -753
Hoogte klimmen dalen 650 1.403
hoogste 5.132
laagste 3.747
Om 4:00 uur worden we gewekt door Ram en al gauw zitten we aan het ontbijt met pap, brood en eitjes. De schitterende sterrenlucht belooft een mooie dag. Onze tenten zijn stijf bevroren en worden tijdens ons ontbijt al ingepakt door de porters. Tijdens de klim zijn de eerste uren koud en is de grond hard bevroren. De toppen baden echter al prachtig in de zon. We lopen langzaam maar in een constant tempo waardoor onze hartslag niet te snel wordt en we niet direct te vermoeid zijn. Het gaat gestaag en eigenlijk erg goed. We zien onderweg blauwschapen, paarden en pootafdrukken van marmotten. Onze gidsen hanteren een behoorlijk strak wandelschema omdat vandaag de wandeling lang en zeer zwaar zal zijn. Dat betekent dus dat we niet steeds stil kunnen staan om foto’s te nemen, dat moeten we maar tijdens de noodzakelijke breaks doen. Op ± 5000 meter is het echter toch zo zwaar dat een extra break nodig is. Beverkeks en drinken geven weer kracht zodat we weer rustig verder kunnen. Op zeker moment belanden we in de sneeuw en dan wordt het steeds zwaarder. Wat extra rusten is echt nodig want we voelen het effect van de hoogte heel goed. Als je je maar even te veel inspant als gevolg van bv. een te hoog tempo, dan gaat je hart als een bezetene te keer. Dan moet je echt een beetje langzamer om het te kunnen volhouden. Maar ondertussen is de wereld om ons heen sprookjesachtig mooi, gelijk een maanlandschap, maar dan in de sneeuw. De bergen steken scherp af tegen een donkere indigoblauwe lucht waar geen wolkje aan te bekennen is. Het had niet mooier kunnen zijn!!! Na een uiterst inspannende klim van 4 uur en 45 minuten, bereiken we de Larkya La (5132 meter). Emotioneel omhelzen we elkaar: “We did it”! Wat een beloning voor al die dagen trekken, voor al die inspanning die we hebben moeten leveren. Om ons heen een zonovergoten hooggebergte, wel sneeuw maar niet te veel en gelukkig geen ijs waar we overheen moeten. We zouden geen betere omstandigheden hebben kunnen wensen!
12 / 17
Wat een fantastische uitzichten op al die sneeuwtoppen in de donkerblauwe lucht. Dat worden dus veel foto’s, ook voor onze Bob’s Adventure Store, welke ons zo goed geholpen heeft bij het samenstellen van onze uitrusting. Als het aan ons zou liggen, blijven we hier nog een hele poos, maar het “Losom” klinkt al gauw weer onverbiddelijk en dan begint de lange afdaling (1425 meter). Het eerste stuk gaat over een steile helling in de sneeuw. Een pittige afdaling, want je moet elke stap goed neerzetten om niet uit te glijden. 26 Op de Larkya La
Allengs lopen we langs de morenen van gletsjers en passeren we het punt waar drie gletsjers bij elkaar komen. Wat een fantastische aanblik. Om kwart over een zijn we eindelijk op de lunchplek waar de soep wacht. Dat uurtje rust hebben we hard nodig want we beginnen onze benen goed te voelen. Thomas en Irna lopen met Zongbu wat sneller en gaan in hun eigen tempo naar beneden. Maria en ik, samen met Jan Flokstra en Kaji, gaan in ons tempo verder afdalen en zo bereiken we tegen half vijf Bimtang, waar we worden opgewacht 27 Drie gletsjers door Thomas en Irna en onze tenten al zijn opgezet door onze porter Kilu. Wat zijn we blij dat we er zijn!! Deze dag hebben we goed doorstaan, volgens Jan Flokstra zo’n beetje op de gemiddelde tijd van de HT-trekkings. We zijn wel doodmoe, dus na de nodige thee en het avondeten, waarvan we niet meer weten wat dat was, zijn we dankbaar “plat gegaan”. Na deze dag denken we, dat de komende drie dagen het afdalen naar Bhulbhule nog een “makkie” zal zijn, maar we weten nog niet dat het anders zal uitpakken..... En ondertussen zijn er wel weer wolken gekomen, maar gelukkig geen regen. Dag 24 (ma 17 mei) Van Bimtang naar Tilje
start 7:26
Tijd eind 16:30
duur 9:04
start 3.747
eind 2.363
netto -1.384
Hoogte klimmen dalen 295 1.679
hoogste 3.764
laagste 2.357
Ik slaap heerlijk deze nacht, maar door alle vermoeidheid van gisteren doet Maria geen oog dicht. Dat heeft dan ook z’n gevolgen voor de komende wandeling. Na de gebruikelijke opstaan-ceremonie gaan we met prachtig weer op pad. We moeten eerst een gletsjer oversteken, dus dat betekent een behoorlijke klauterpartij. Terwijl we voortgaan over deze gletsjer krijgen we een prachtig uitzicht op het Manaslumassief met zijn eigen gletsjers. Een schitterend gezicht, waar volop mooie plaatjes van worden gemaakt. Nadat we de laatste morenen achter ons 28 Manaslu-massief gezien vanuit het noorden hebben gelaten gaat het ruwe terrein langzaam over in een heel mooi bos. Links van ons zoekt een woeste rivier (melkrivier genoemd vanwege zijn witte kleur) zijn weg naar beneden. Het landschap is erg mooi met soms hagelwitte rotsen en zand en ook weer echt “Nepali-flat”. Nog een aantal keer zien we de witte toppen van het hooggebergte door de toppen van de bomen heen schemeren en dan laten we die uiteindelijk voorgoed, en met enige weemoed, achter ons. Het wordt ook steeds warmer. Na verloop van tijd komen we bij een leuk boshutje waar Kaji thee voor ons regelt. Dat gaat er best in! We vervolgen onze tocht om pas tegen een uur of één de lunchplek bij een lodge te bereiken. Maria heeft absoluut geen energie meer over en is te lam om wat te eten of te drinken. Door even plat te gaan komt de fut weer een beetje terug en weet ze ook weer wat binnen te krijgen.
13 / 17
We spreken af dat Thomas, Irna en Zongbu apart zullen gaan in hun tempo. Maria en ik met Jan en Kaji zullen volgen in het tempo van Maria. Direct na de lunch moeten we met een vrij steile klim de Karche pas over en dat vergt een best grote inspanning, zeker in de hitte van deze tijd van de dag. Maar alles gaat gelukkig goed en als we weer eenmaal een goede cadans van lopen te pakken hebben bereiken we een drie kwartiertjes later dan de anderen de kampplaats bij Tilje. Thomas en Irna hebben onze tent al opgezet en ingericht zodat we meteen even plat kunnen! Voor Maria is de 3000 meter afdalen in twee dagen, met amper slapen, wat veel geweest. Deze nacht slapen we gelukkig allebei heerlijk. Dag 25 (di 18 mei) Van Tilje naar Jagat
start 7:18
Tijd eind 17:21
duur 10:03
start 2.363
eind 1.491
netto -872
Hoogte klimmen dalen 420 1.292
hoogste 2.380
laagste 1.438
We nemen nu afscheid van de hoge bergen. Het eerste gedeelte van de wandeling lopen we door een prachtig bos tot even voor Dharapani. Daar komt onze rivier, de Dudh Khola, waar we al een dag langs hebben gelopen, uit in de Marsyangdi River, waar we de rest van de trekking langs zullen blijven lopen tot aan Bhulbhule. We moeten met lange hangbruggen over beide rivieren om in Dharapani te komen. Daar valt onze trail samen met de Annapurna-trail. De weg is hier veel breder en er zijn veel lodges aan gelegen. Tot nu toe zijn wij nauwelijks trekkers tegengekomen, maar hier zien we die regelmatig! De Annapurna-trail is druk belopen. Er blijkt een nieuwe weg in aanleg te zijn helemaal van Bhulbhule tot Dharapani. Daar zullen we de komende anderhalve dag veel last van ondervinden. Het is bepaald niet leuk om hier over te wandelen want de directe omgeving heeft hier natuurlijk veel onder te lijden. Voortdurend zijn hele stukken berg met behulp van dynamiet min of meer geëgaliseerd. Deze ruwe met scherpe rotsen bedekte ‘weg’ die ook nog eens vol met gaten zit is niet prettig te bewandelen. Het is kale rots, zonder enige begroeiing. En in de warmte, of liever gezegd hitte, is het bovendien ook nog eens erg stoffig. Kortom, geen pretje om over te lopen. Gelukkig gaat onze route soms een stukje aan de andere kant van de rivier. En zo kunnen we de wegwerkers bezig zien. Zonder veiligheidsvoorzieningen staan die met ijzeren staven grote stukken rots los te wrikken om die in de afgrond naar de rivier te laten storten. Levensgevaarlijk, er zijn dit jaar al doden bij gevallen. We komen een plaatsje tegen dat geheel door prikkeldraad is omgeven tegen mogelijke aanvallen van Maoïsten. Ook al niet zo’n prettige aanblik. Op zeker moment kunnen we niet meer verder omdat iedereen wordt tegengehouden door twee politiemannen. Even verderop, aan de overkant van de rivier, worden dynamietexplosies verwacht in verband met de aanleg van de nieuwe weg. Na een uurtje wachten is het dan zo ver en zijn we getuige van donderende explosies vóór ons in het dal, wat eigenlijk een vrij nauwe kloof is. Enorme stofwolken vullen de lucht en drijven langzaam in onze richting. De explosies houden wel een minuut lang aan. Na een kwartiertje wordt de weg vrijgegeven en kunnen we weer verder. Omdat er zich langzamerhand heel wat mensen, maar ook diverse donkey-trains bij de stopplaats hebben verzameld, kunnen we getuige zijn van filevorming in de Himalaya. Maar na een tijdje is alles weer normaal. Als we weer via een hangbrug naar de overkant moeten, gaat de route over zojuist geëxplodeerde vlijmscherpe rotsen. Erg gevaarlijk, temeer vanwege de diepe afgrond er naast! Alles bij elkaar genomen is het vandaag een nare wandeling, lang, saai, en erg vermoeiend. We vragen ons af hoe het hier zal veranderen als die nieuwe weg klaar is en er gemotoriseerd verkeer mogelijk is. Zal 29 Maria en een aantal van onze porters dit stuk van de trail dan per bus afgelegd gaan worden met als wachten op de dynamietexplosies gevolg dat er geen klandizie meer is voor alle lodges? Wat voor welvaart zal die weg dan eigenlijk gaan brengen? Jagat blijkt gelukkig een leuk plaatsje te zijn waar die nieuwe weg helaas dwars doorheen zal gaan. Onze kampplaats is achter een lodge gelegen, waar een mooi terreintje is voor onze tenten en waar je van de wegwerkzaamheden gelukkig niets merkt. We kunnen bij de lodge onder een overkapping eten en gebruik maken, voor de allereerste keer, van een douche!!! De nacht is helder en we slapen heerlijk onder een fantastische sterrenlucht.
14 / 17
Dag 26 (wo 19 mei) Van Jagat naar Bhulbhule / Khudi
start 7:07
Tijd eind 15:32
duur 8:25
start 1.491
eind 1.054
netto -437
Hoogte klimmen dalen 470 907
hoogste 1.520
laagste 1.044
Op het moment dat we weggaan is men al bezig de overkapping waaronder we gegeten hebben gedeeltelijk af te breken (in te korten) omdat de nieuwe weg er langs komt te liggen. Overal in het dorp zijn ze zo aan het zagen en breken, een nogal treurige aanblik. Het eerste uur gaat dus weer over de nieuwe weg in aanleg maar in Syanje kunnen we gelukkig de brug over naar de andere kant van de rivier. Kaji gaat wel rechtdoor omdat hij zo snel mogelijk in Bhulbhule wil zijn om vanalles voor onze terugtocht te regelen. Zongbu blijft uiteraard bij ons en loopt voorop. Na een behoorlijke klim brengt hij ons naar een leuk theehuisje. Daar zit boven onze hoofden een mooie grote geelzwarte spin die dus op de gevoelige plaat wordt vastgelegd. Zongbu is wat stiller dan anders, want hij heeft nogal last van buikpijn. Later in Kathmandu zal blijken dat hij een paar maagzweren heeft..... Het wordt een mooie wandeling door mais- en rijstvelden met hier en daar Nepali, die met buffels aan het ploegen zijn. Ook wordt het weer heel warm en vochtig, het is heel drukkend, en dat maakt de steile klim naar het leuke dorpje Bahundanda behoorlijk pittig. Zo nat van het zweet zijn we nog nooit geweest!!! Op een leuk pleintje rusten we even wat uit en dan gaat het weer naar beneden. We komen nogal wat trekkers tegen, voor ons opvallend, omdat we er de eerste drie weken van de trekking amper één gezien hebben. Het is hier ook veel meer bewoond en we passeren ook veel lodges. We lunchen in een klein dorpje in een leuk restaurantje waarna we door tamelijk vlak terrein met veel rijst- en maisvelden eindelijk in Bhulbhule aankomen. Daar gaat het de brug over naar Khudi waar onze kampplaats ligt. Doodmoe en kletsnat van het zweet kunnen we elkaar feliciteren met deze geslaagde trekking. We omhelzen elkaar en de moeheid valt zomaar van ons af. We hebben het gehaald!!! We hebben duidelijk onze grenzen verlegd. De tenten zetten we op een mooi grasveld op. En dan breekt het onweer los, de eerste heftige en langdurige moessonregen komt met bakken uit de hemel vallen. Het afsluitende feestje met de porters moet daarom wel verplaatst worden naar een overdekt terrasje in het dorpje. We delen de fooien uit en daarna kunnen we Raksi drinken, een gedestilleerde alcoholische drank die traditioneel gedronken wordt in Tibet en Nepal en gewoonlijk gemaakt wordt van rijst (vergelijkbaar met de Japanse rijstwijn sake) of van gierst. Ook is er Chang, een Nepalees bier dat pas gemaakt wordt als je het koopt, en er is wat frisdrank. De porters zingen onder begeleiding van het trommeltje de liedjes die we onderweg al menigmaal gehoord hebben. En dansen kunnen ze ook! Onze stramme wandelbenen lieten zich ook niet 30 Het afsluitende feestje: Maria in vorm onbetuigd. Het is een heel gezellige boel en ondertussen stortregent het als de beste. Als we weer naar de tenten gaan blijkt onze tent gelukkig geen wateroverlast te hebben maar dat geldt niet helemaal voor de anderen.... We slapen deze nacht als marmotten. Dag 27 (do 20 mei) Met de bus terug naar Kathmandu
31 Laatste kampplaats in Bhulbhule - Khudi
Om half zes klinkt voor het laatst “Morning tea”! In de loop van de nacht is het gelukkig weer gestopt met regenen en nu is het mooi en helder weer. Dus vlug nog wat foto’s gemaakt van de kampplaats die er in de vroege ochtendzon mooi bij ligt. Na het inpakken is er ontbijt met weer eens een bijzondere creatie, ditmaal van pap en een taart met klop-klop.... En dan de bus in, waar met grote letters “VIP de Luxe” op staat. Het eerste uur is de weg verschrikkelijk slecht en de overvloedige regen heeft daar nog het nodige aan toegevoegd. 15 / 17
Het is één en al gaten en grote keien. Er zijn ook nog twee onverklaarbare chauffeurs-wissels en zo nu en dan klimt het chauffeurshulpje onder het rijden op het dak..... maar toch komen we om elf uur in Mugli aan voor de gebruikelijke Dal Baath lunch in hetzelfde restaurantje als op de heenreis. Lekker. Na afloop maken we een leuke groepsfoto. Na de lunch klimmen er ook nog wat porters op het dak. De derde chauffeur rijdt als een gek en het verkeer is toch al zo gevaarlijk zodat we menigmaal onze adem inhouden als hij weer zo’n idiote 32 Groepsfoto inhaalmanoeuvre uitvoert..... Op de pas vlak voor Kathmandu staan een paar kapotte vrachtwagens wat een behoorlijke file tot gevolg heeft. Maar om ongeveer drie uur arriveren we toch bij ons hotel Amar waar we in de tuin ons tegoed kunnen doen aan verfrissend koele frisdrank. Daarna wacht ons een heerlijke douche en kunnen we onze natte rommel eindelijk eens laten luchten, want wat stinkt dat opeens..... We eten lekker in Amar waarbij we ons eerste biertje tijdens deze vakantie goed laten smaken. En daarna voor het eerst weer slapen in een echt bed! Dag 28 - 30 (vr 21 t/m zo 23 mei) Verblijf in Kathmandu en terugreis Die vrijdag hebben we voor ons zelf. We rommelen wat aan en shoppen wat in Kathmandu. Met z´n allen zijn we die avond bij Kaji thuis uitgenodigd om te komen eten. Zijn vrouw heeft daar (uiteraard) Dal Baath voor ons gemaakt. Heel bijzonder om dat bij een Nepalese familie eens mee te maken. Wanneer we vertrekken heeft Kaji’s vrouw ons allemaal traditiegetrouw een zijden shawl omgehangen en met een omhelzing vaarwel gezegd. Voordat we de volgende dag naar het vliegveld gaan, bezoeken we nog de Monkeytempel Swayambhunath waar echter nauwelijks nog aapjes te vinden zijn. Wel een heleboel tempels met al het “gedoe” er omheen. Indrukwekkend om te zien. Na in Thamel geluncht te hebben gaan we terug naar Amar om ons klaar te maken voor de terugreis. Kaji komt ons gedag zeggen en we krijgen allemaal weer een zijden sjaal omgehangen met een dikke omhelzing. Wat een hartelijk Nepalees gebaar! Taxi’s brengen ons naar het vliegveld waar we na allerlei controles tegen acht uur opstijgen. Dag Kathmandu en Nepal! We zijn ook een beetje opgelucht dat we nu zijn vertrokken want het gonst in Kathmandu van de geruchten dat er een burgeroorlog op punt van uitbreken staat..... Na voorspoedige vluchten, via Doha en dit keer Frankfurt, landen we mooi op tijd op Schiphol, waar onze dochter en schoonzoon ons staan op te wachten. Zij brengen ons weer heelhuids 33 Swayambhunath thuis in Maarheeze. Daar krijgen we te horen dat zij in september zullen gaan trouwen en dat ze daarvoor een fles champagne meegebracht hebben. Daarom heffen we het glas op het aanstaande bruidspaar, maar natuurlijk ook op onze behouden thuiskomst van een fantastische trekking, die we toch maar mooi volbracht hebben. Een happy end!!!
16 / 17
Grafische voorstelling Op basis van de door Thomas’ outdoorhorloge vastgelegde tijd- en hoogtedata. De Y-as is de hoogte, en de X-as de gelopen tijd in uren. De groene driehoekjes zijn de kampplaatsen, de witte de toppen. De nummers vóór de namen bij de groene driehoekjes zijn volgnummers van de wandeldagen. Achter de namen bij de driehoekjes staat tussen haakjes de wandeltijd in uren naar de volgende plaats aangegeven.
Manaslu The Hard Way Samdo peak (2,)
Larkya La (5,2)
5200
5109
5000 Rupina La (2,9) 4677
Narte Pokhari (1,8)
4500
19 Larkya la Phedi (5,)
4375
Pung Gyen Gompa (2,8)
10 sneeuwkamp (9,9)
4000
7 hoogtekamp (2,6)
4000
4043
3999
8/9 hoogtekamp (3,8)
3918 18 Samdo (3,8) 17 Samdo (5,2)
3747
20 Bimtakothi (8,5) 3508
16 Sama (3,9) 11 bamboekamp (9,2) 6 Kharka (8,)
3000
15 Lho (4,4)
3254
3099
3168
2688
14 Namrung (5,) 5 boskamp (6,6)
2000
4 Barpak (7,1)
12 Nyak (4,3)
2303
21 Tilje (10,1)
2351
2363
1900
1878
13 Deng (8,6) 1491
22 Jagat (4,4)
1 Gorkha (6,5)
Bahundanda (4,) 1449
1266 1054
1000
920
Bhulbule
3 Milim (3,7) 550
2 Ekle Sangu (8,7)
0 0
20
40
60
80
17 / 17
100
120
140
160