Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen

Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen

Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen 2009

1

Inhoudsopgave

pagina Inleiding

3

1.

Arbeidsmarktanalyse

6

2.

Visie en uitgangspunten

16

3.

Ambities en doelstellingen

18

4.

Onze aanpak

23

5.

Onze acties

28

6.

Monitoring en sturing

31

7.

Organisatie en uitvoering

37

Bijlage I Bijlage II

Overzicht acties Bestuurlijk Overleg en Operationeel Kernteam

Bijlage III Bijlage IV

Begrippen, definities en afkortingen Bronnenoverzicht.


2

Inleiding Op de Jeugdwerktop in Den Haag op 29 juni 2009 hebben de wethouders van de dertig arbeidsmarktregio’s aangekondigd vóór 1 september uitgewerkte plannen te presenteren om de oplopende jeugdwerkloosheid te bestrijden. De inzet is dat er eind dit jaar geen jongeren ongewild thuis op de bank zitten. Ondertussen is er intensief overleg met de sociale partners om arrangementen op te stellen voor de verschillende sectoren. De bouw wil reserves uit het scholingsfonds inzetten om duizenden extra leerwerkplekken voor jongeren te creëren. Ook de metaal- en technieksector maakten op de door de VNG en het ministerie van SZW georganiseerde Jeugdwerktop meer bijzonderheden bekend om te komen tot een plan dat 10.000 leerwerkplekken en 5000 stageplekken voor jongeren moet opleveren. Uiteindelijk moet dit landen in de regio’s: hoe geven we het daar handen en voeten? In de regio Groningen zijn er in het voorjaar en de zomer meer initiatieven van start gegaan om de (jeugd)werkloosheid als gevolg van de plotselinge recessie te bestrijden. De gemeente Groningen is als Werkpleinplusvestiging gevraagd voor de regio Groningen het voortouw te nemen bij de ontwikkeling van het Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen dat uiterlijk 1 september 2009 gereed dient te zijn. Het kan daarbij gaan om scholing, een gewone baan, een stage, een combinatie van leren en werken of vrijwilligerswerk. Het regionale actieplan bevat ook extra aandacht voor kwetsbare jongeren met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt en voor jongeren met een allochtone achtergrond. Het plan dienst als basis voor het te sluiten convenant tussen het Ministerie van SZW en de regio. Voor de regio Groningen heeft het Ministerie van SZW voor het jaar 2009 € 3 miljoen gereserveerd. De middelen voor de jaren 2010 en 2011 worden vastgesteld op basis van de geleverde prestaties in respectievelijk 2009 en 2010. In de afgelopen periode hebben we in onze arbeidsmarktregio al verschillende initiatieven genomen om de gevolgen van de economische crisis te dempen. Vanuit de provincie Groningen is bijvoorbeeld dit voorjaar een zogenaamde Versnellingsagenda opgesteld. Onder de noemer ‘De crisis de baas’ en ‘Alle hens aan dek’ zijn initiatieven ontwikkeld in de regio Noord en de gemeente Groningen. Daarnaast hebben we ook al langer lopende projecten ter bestrijding van de (jeugd)werkloosheid zoals het programma ‘Ik doe mee in Oost-Groningen’. In het regionaal actieplan sluiten we vanzelfsprekend aan bij de initiatieven en structuren die we in onze regio al ontwikkeld hebben. Tot de arbeidsmarktregio Groningen behoort ook het Noordenkwartier (inclusief de Drentse gemeente Noordenveld). Voor u ligt het Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen, ontwikkeld in de zomer van 2009 samen met de volgende partners op onze regionale arbeidsmarkt: - Groningen Centraal (gemeenten Groningen, Grootegast, Haren, Hoogezand-Sappemeer, Leek, Marum, Noordenveld, Slochteren, Ten Boer, Zuidhorn) - Groningen Noord (gemeenten Appingedam, Bedum, Delfzijl, De Marne, Eemsmond, Loppersum en Winsum) - Groningen Oost (gemeenten Bellingwedde, Menterwolde, Pekela, Reiderland, Scheemda, Stadskanaal, Veendam, Vlagtwedde, Winschoten) - UWV Werkbedrijf - Provincie Groningen - Noorderpoort - Alfa College


3

-

AOC Terra Hanzehogeschool 3 Regionale Meld- en Coördinatiepunten voortijdig schoolverlaten MKB-Noord VNO-NCW noord Vakbonden FNV en CNV Base-groep (jeugdzorg) Colo

In het plan treft u eerst een analyse aan van de situatie van jongeren op de arbeidsmarkt, werkgelegenheidsontwikkelingen en voortijdig schoolverlaten in de provincie Groningen eind juni 2009. In hoofdstuk 2 zijn, op basis van de analyse, onze visie en uitgangspunten geformuleerd. Die vertalen we vervolgens in hoofdstuk 3 naar ambities en doelstellingen voor de periode 2009 – 2011. In hoofdstuk 4 beschrijven we de hoofdlijnen van onze aanpak en in hoofdstuk 5 de concrete acties die we willen ondernemen. Het gaat hierbij om provinciebrede acties en om specifieke acties in de subregio’s of op lokaal niveau. Vervolgens geven we in hoofdstuk 6 aan hoe we de acties denken te monitoren en sturen. Tot slot lichten we in het laatste hoofdstuk 7 toe hoe we de organisatie inrichten, de communicatie organiseren en de uitvoering vorm geven. Tevens geven we in dit hoofdstuk aan hoe we de acties vanuit de middelen denken te financieren. Tot slot Het Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen strekt verder dan wat formeel onder het landelijk actieplan en bijbehorend convenant valt. We hebben ook (preventieve) maatregelen in opgenomen voor 15 t/m 17 jarigen en Wajongeren. We hechten er als regio aan om een samenhangend plan te presenteren waarin ons beleid tot uiting komt en waarbij het plan te gebruiken is als kader voor de bestrijding van jeugdwerkloosheid in brede zin, nu en in de toekomst. Zo kunnen de huidige 16 en 17 jarigen de jeugdwerklozen van de (zeer) nabije toekomst zijn. De middelen die door het kabinet ter beschikking worden gesteld zullen we echter sec oormerken voor de groep 18 t/m 26 jarigen. Maatregelen ten behoeve van de andere groepen zullen uit andere middelen worden gefinancierd. In het regionaal plan is ook verbinding gelegd met landelijke acties, zoals ‘school ex’, matchingsoffensief, werving stages en leerbanen. Daarnaast zijn er reeds sectorale en brancheafspraken die op nationaal niveau gemaakt zijn. Al met al denken we een stevig plan te presenteren waar we trots op zijn en waar we vertrouwen in hebben. In betrekkelijk korte tijd is binnen een aanzienlijke groep samenwerkingspartners elan ontstaan om de jeugdwerkloosheid in de regio te bestrijden. We zijn er van doordrongen dat we de komende tijd mogelijk nog andere accenten moeten gaan leggen of andere maatregelen moeten toevoegen. Later dit najaar zal pas echt goed zichtbaar worden hoe de situatie op de arbeidsmarkt van jongeren in de leeftijd van 18 t/m 26 zich ontwikkelt. Dan is de belangrijke ijkdatum van 1 oktober bij de ROC’s gepasseerd, hebben de inschrijvingen in het HBO en WO plaatsgevonden en is het vakantiewerk achter de rug. Komende maanden zal ook het beeld voor verschillende sectoren en branches scherper worden. Hoopgevend bij dit alles is dat er eerste geluiden zijn van voorzichtig economisch herstel. Daarbij plaatsen we meteen de kanttekening dat in bepaalde sectoren nu pas de werkelijke gevolgen van de recessie merkbaar worden. De laatste vier maanden van 2009 gebruiken we dan ook voor verdere aanscherping van de plannen zoals ze er nu liggen, en om acties, zoals die in dit plan staan, verder uit


4

te werken. Ook zullen we de samenwerking nader vorm geven. De periode juli en augustus bleek daarvoor in sommige gevallen te kort te zijn. In de bijlagen treft u een beschrijving aan van de plannen die onze arbeidsmarktregio voornemens is te realiseren.


5

Hoofdstuk 1.

Arbeidsmarktanalyse 1

Analyse Jeugdwerkloosheid in de Arbeidsmarktregio Groningen De kredietcrisis van september 2008 heeft er voor gezorgd dat de Nederlandse arbeidsmarkt in snel tempo is veranderd van een tekortmarkt in een overschotmarkt. Hoewel een grote toename van de werkloosheid wordt verwacht, constateren we dat de recessie zich op dit moment nog niet vertaald heeft in spectaculaire stijgingen van de werkloosheid. De jeugdwerkloosheid is echter een uitzondering. De toename van de werkloosheid binnen deze doelgroep is in onze regio namelijk zeer hoog. Arbeidsmarktregio Groningen In de arbeidsmarktregio Groningen stonden eind juli 2009 3.067 jongeren ingeschreven als nietwerkende werkzoekende bij één van de Werkpleinen in de regio. In vergelijking met een jaar eerder is het bestand met 37% toegenomen. Inschrijving niet werkende werkzoekende jongeren arbeidsmarktregio Groningen per eind juli 2009 jul-08 jul-09 +/+/- in % aandeel in totaal nww Arbeidsmarktregio Groningen 2.240 3.067 827 37% 13,1% Noord-Groningen 321 406 85 26% 11,7% Oost-Groningen 799 1.082 283 35% 15,9% Centraal-Groningen 1.120 1.579 459 41% 12,0% Ter vergelijking: het totale bestand aan niet werkende werkzoekenden is in dezelfde periode met 13% gestegen. Er bestaan aanzienlijke verschillen tussen de subregio’s. De grootste toename is terug te vinden in Centraal-Groningen, waar de omvang van het bestand niet-werkende werkzoekende jongeren is gestegen met 41%. Het aandeel in het totale bestand van niet-werkende werkzoekenden is in Oost-Groningen – in eerdere maanden een snelle stijger - toegenomen tot 16%. De toename in Noord-Groningen is beperkter van omvang, namelijk 26%, waarmee het aandeel is uitgekomen op 12%. In onderstaande grafieken is vanaf december 2006 de lange-termijnontwikkeling van het jongerenbestand grafisch weergegeven, zowel voor de regio als geheel, als voor de drie subregio’s.

1

Bron: UWV WERKbedrijf


6

Ontwikkeling bestand niet werkende werkzoekende jongeren 4.000 Arbeidsmarktregio Groningen 3.500

3.000

2.500

2.000

1.500 dec-06

mrt-07

jun-07

sep-07

dec-07

mrt-08

jun-08

sep-08

dec-08

mrt-09

jun-09

Ontwikkeling bestand niet werkende werkzoekende jongeren 2.500 Noord-Groningen Oost-Groningen Centraal-Groningen

2.000

1.500

1.000

500

0 dec-06

mrt-07

jun-07

sep-07

dec-07

mrt-08

jun-08

sep-08

dec-08

mrt-09

jun-09

Voor de regio als geheel wordt zichtbaar dat aan de geleidelijke daling van de jeugdwerkloosheid in 2007 en 2008 een abrupt einde is gekomen. In een paar maanden tijd ging een belangrijk deel van de winst van de voorbije jaren verloren. We zien ook dat de ontwikkeling in de drie subregio’s een verschillende is. Centraal Groningen kenmerkt zich als een regio waar de jeugdwerkloosheid tot eind 2008 gelijkmatige daling liet zien om daarna in vier maanden tijd de helft van deze winst weer kwijt te raken. In Oost-Groningen was de daling van de jeugdwerkloosheid beperkter in 2007 en 2008, maar in deze regio is wel de forse toename van de jeugdwerkloosheid als gevolg van de recessie terug te vinden. Een toename die bovendien duidelijk eerder inzette dan in de regio Centraal-Groningen. De regio Noord-Groningen laat eveneens een geleidelijke afname van de jeugdwerkloosheid zien in 2007 en 2008, gevolgd door een relatief korte periode van toename in de eerste twee maanden van 2009.


7

De verschillen tussen de subregio’s zijn aanleiding om te onderzoeken of er een verklaring kan worden gevonden in de samenstelling van de groep werkloze jongeren. Jongeren naar geslacht In de arbeidsmarktregio is 56% van het jongerenbestand man. Dit is vergelijkbaar met het aandeel van mannen in het totale nww-bestand. De stijging onder jeugdige mannen is vooral groot in de subregio’s Centraal-Groningen (64%) en Oost-Groningen (51%). Jongeren naar opleidingsniveau In de subregio Centraal-Groningen is de toename van de jeugdige werklozen voor een belangrijk deel afkomstig van hbo- en wetenschappelijk opgeleide jongeren. Hoewel hun wervingsgebied in principe geheel Nederland betreft, komen ze voornamelijk in de stad Groningen in de werkloosheidsstatistieken terecht. In Oost-Groningen betreft het daarentegen relatief gezien juist veel jongeren zonder startkwalificatie (basisopleiding of vmbo). In de subregio Delfzijl is naast de omvangrijke groep zonder startkwalificatie een sterke concentratie terug te vinden bij de mbo-ers. Niet-werkende jongeren naar subregio en opleidingsniveau in arbeidsmarktregio Groningen eind juli 2009 Absoluut Aandeel Noord Centraal Oost Noord Centraal Oost Totaal jongeren 406 1.579 1.082 100% 100% 100% zonder startkwalificatie 203 831 656 50% 53% 61% waarvan: basis 46 261 204 17% 19% 20% Vmbo 157 570 452 36% 42% 44% met startkwalificatie 203 748 426 50% 47% 39% waarvan: mbo / havo / vwo 190 580 393 37% 36% 34% hbo / bachelor 12 120 22 8% 2% 2% wo / master 1 48 11 3% 1% 0%

Jongeren naar beroepsklasse De top 5 van beroepsgroepen waarvoor de jongeren staan ingeschreven is voor alle drie de subregio’s vrijwel dezelfde, ondanks de regionale verschillen in onderwijsaanbod en werkgelegenheid. De rangvolgorde verschilt wel per regio. Met deze beroepsklassen wordt circa 70% van het aanbod van jongeren gedekt. Het merendeel van de jongeren staat ingeschreven voor de elementaire beroepen. Dit zijn de beroepen waarvoor geen specifieke opleidingseisen worden gesteld. Vooral in Oost-Groningen is deze groep zeer omvangrijk. De elementaire beroepen worden op enige afstand gevolgd door de lagere administratieve en commerciële beroepen. Deze zijn relatief sterk vertegenwoordigd in NoordGroningen. De drie overige beroepsgroepen, de middelbare administratieve en commerciële beroepen, lagere verzorgende beroepen en de lagere technische beroepen zijn wat omvang betreft vergelijkbaar. In de subregio Noord-Groningen behoort de beroepsgroep middelbare technische beroepen ook tot de top 5 (in plaats van de middelbare administratieve en commerciële beroepen).


8

Jongeren in het nww-bestand naar beroepsklasse arbeidsmarktregio Groningen eind juli 2009 absoluut Beroepsklasse Totaal jongeren elementaire beroepen lagere administratieve, commerciële beroepen ed middelbare administratieve, commerciële beroepen ed lagere technische beroepen lagere verzorgende beroepen middelbare technische beroepen

aandelen

Noord Centraal Oost Noord Centraal Oost Totaal regio 406 1.579 1.082 100% 100% 100% 100% 102 412 359 25% 26% 33% 28% 63

176

113

16%

11%

10%

11%

35 47

179 134

94 117

9% 12%

11% 8%

9% 11%

10% 10%

38

130

101

9%

8%

9%

9%

45

11%

7%

Werkgelegenheidstructuur Uiteraard is het belangrijk te kijken naar de ontwikkeling en samenstelling de jeugdwerkloosheid. Daarnaast speelt ook de ontwikkeling en de samenstelling van de werkgelegenheid een belangrijke rol. Werkgelegenheidstructuur arbeidsmarktregio Groningen Noord Totaal 100% Landbouw 2% Winning van delfstoffen 2% Industrie en energie 17% Bouwnijverheid 6% Handel 18% Horeca 4% Vervoer en communicatie 9% Financiële instellingen 2% Zakelijke dienstverlening 10% Openbaar bestuur 4% Onderwijs 6% Gezondheids- en welzijnszorg 18% Overige dienstverlening 3%

Centraal 100% 0% 0% 12% 5% 15% 4% 5% 2% 17% 8% 9% 19% 4%

Oost 100% 1% 0% 18% 8% 18% 3% 6% 2% 10% 5% 6% 18% 5%

De opbouw van de werkgelegenheid voor de drie subregio’s laat aanzienlijke verschillen zien. In de subregio Centraal-Groningen is de dienstensector (zakelijk, overheid, onderwijs en zorg) de belangrijkste sector; het betreft 52% van de werkgelegenheid. Overheid, onderwijs en zorg zijn sectoren die nauwelijks conjunctuurgevoelig zijn. Industrie en bouw blijven duidelijk achter bij de twee andere subregio’s. Noord-Groningen en Oost-Groningen zijn wat betreft werkgelegenheidstructuur vergelijkbaar. Industrie, bouwnijverheid en handel zijn daar relatief sterk vertegenwoordigd. De industrie is een sector die over een langere periode een continue krimp laat zien. Het is dan ook de vraag in hoeverre de werkgelegenheid in deze sector zich in een toekomstig economische groeiperiode zal herstellen. Voor het RPA-gebied Groningen – iets groter dan de arbeidsmarktregio Groningen – is voor 2010 ook de prognose bekend van de ontwikkeling van het aantal banen. Die laat een sterke afname van het aantal banen zien in de zakelijke dienstverlening (met name de uitzendvacatures), de industrie en het


9

vervoer. De zorgsector toont daarentegen – ondanks de recessie een duidelijke groei van het aantal banen. Deze sector is vooral afhankelijk van demografische ontwikkelingen. Toe en afname aantal banen naar sectoren RPA-gebied (incl. Assen)

Toe- afname aantal banen 2009 - 2010 Toerisme en overige diensten Gezondheidszorg en welzijnszorg Onderwijs Openbaar bestuur IT en overige zakelijke diensten Vervoer en telecom Horeca en catering Groothandel Detailhandel Bouw en bouwinstallatie Industrie -3.000

-2.000

-1.000

0

1.000

2.000

Hoewel de werkgelegenheid krimpt, wil dat niet zeggen dat er geen beweging meer is op de arbeidsmarkt. Ook in tijden van recessie blijven er vacatures ontstaan. Ontwikkelingen vacatures In onderstaande grafiek zien we dat de omvang van de totale vacaturemarkt in het RPA gebied Groningen / Noord-Drenthe in 2007 met 42.600 vacatures op een hoog niveau was uitgekomen. In 2008 kromp de vacaturemarkt al in beperkte mate tot 39.500 vacatures, maar vooral in 2009 wordt een terugval verwacht tot 26.400. In 2010 verwachten we een voorzichtig herstel tot circa 29.000 vacatures. Net als in de banenontwikkeling zijn er wel aanzienlijke verschillen in de vacatures per sector. De industrie verwacht in tegenstelling tot andere sectoren voor 2010 een verdere terugval van het aantal vacatures. In 2007 – op het hoogtepunt – kende de industrie in de regio ruim 4.500 vacatures om in 2010 meer dan te halveren tot ruim 1.700 vacatures. De detailhandel kent in 2009 de grootste terugval van vacatures (-51 procent). Aangezien de werkgelegenheid in deze sector vrij stabiel blijft is dit volledig het gevolg van het wegvallen van de vervangingsvraag door een geringe mobiliteit. In 2010 herstelt de vacaturemarkt in deze sector zich beperkt tot circa 3.800 vacatures. De bouwen bouwinstallatie kennen heftige schommelingen. In 2008 en 2009 krimpt de omvang van de vacaturemarkt met respectievelijk 23 procent en 34 procent, om in 2010 met een stijging van 36 procent een duidelijk herstel te laten zien. Met ruim 1.700 vacatures in 2010 is het niveau van 2007 van circa 2.500 vacatures echter nog niet hersteld. Ook voor de IT en overige zakelijke diensten verwachten we in 2009 een omvangrijk verlies aan vacatures (-42 procent), gevolgd door een redelijk herstel in 2010 (+19 procent). Met 4.900 vacatures in 2010 blijft het niveau van 7.800 vacatures voorlopig nog buiten bereik. De zorgsector is – niet


10

verwonderlijk – de enige sector die in 2010 al weer bijna het hoge niveau van 2008 heeft bereikt. In 2008 kende de sector 7.200 vacatures, tegenover 7.000 in 2010. Desondanks ontkomt ook deze sector niet aan een dip in de vacaturemarkt in 2009 (-10 procent). Ontwikkeling vacaturemarkt RPA-gebied (incl. Assen) x 1000 45,0

40,0

35,0

30,0

25,0

20,0 2005

2006

2007

2008

Leerlingenaantallen ROC’s, werk-leerbanen en stageplaatsen

BOL BOL deeltijd BBL Totaal Waarvan niveau 1

2009

2010

2

Alfa College

Noorderpoort

AOC Terra

Totaal

5.139 5 776 5920

9.205 64 3.308 12.577

691 0 137 828

15.035 69 4.221 19.325

201

603

37

841

Stand van zaken aantal leerlingen tot 27 jaar per 1 oktober 2008 in de Provincie Groningen Kijken we naar het aantal werk- leerbanen en stageplaatsen in de arbeidsmarktregio Groningen dan valt het volgende op. In Groningen (werkgebied actieplan Jeugdwerkloosheid, inclusief Noordenveld) zijn totaal zo’n 15.000 BOL-leerlingen ingeschreven (oktober 2008) en een ruime 4.000 BBL3 leerlingen. Daarnaast zijn er in het werkgebied 10.000 erkenningen van leerbedrijven afgegeven. Snel 4 bekeken zouden er dan ongeveer 11.500 werkleer/stageplaatsen beschikbaar moeten zijn. Doordat niet alle leerlingen op hetzelfde moment op stage gaan en er veel bedrijven zijn die structureel stageplaatsen aanbieden, is het mogelijk om met ongeveer 5 á 6.000 stageplaatsen de vraag te 2

Bron: COLO Het COLO komt op iets hogere aantallen uit, maar dat heeft te maken met een iets andere telling (telling volgens woonplaatsen jongeren). 4 Hierbij wordt de aanname gemaakt dat BOL’lers twee dagen stage lopen (gemakshalve rekenen we hier één volle plek = twee BOL-stage plekken) en BBL’ers één volle BPV-plek van vier dagen innemen. 3


11

5

kunnen beantwoorden. Deze stageplaatsen zijn meestal beschikbaar bij bedrijven die ook één of meerdere BBL-plaatsen ingevuld hebben. Hierbij moeten we wel een aantal kanttekeningen plaatsen. Heel wat leerbedrijven hebben al jaren geen plek vervuld (zogenaamde ‘slapende leerbedrijven’). Nog belangrijker is dat als gevolg van de recessie heel wat van deze leerbedrijven noodgedwongen maatregelen hebben genomen om plekken niet langer te vervullen of bijvoorbeeld om werk-leerplekken om te zetten naar stageplaatsen. Hierdoor is de opnamecapaciteit van stagiaires, BBL’ ers en andere groepen gewijzigd. Dit verdient nader onderzoek. Per branche/sector kan er een verschil zijn tussen vraag en aanbod, in zowel structurele zin (bijvoorbeeld werk-leerbanen op niveau 2 terwijl er meer vraag is naar niveau 4) als in absolute zin. Ook vindt er gedurende het gehele jaar in- en uitstroom van jongeren plaats. Acties, zoals ‘school ex’ zullen een extra druk geven op het aantal benodigde stage/werk-leerplaatsen (meer studenten die hun schoolloopbaan verlengen). Bij de BBL gaat het om een ruime 4.000 werk-leerbanen (dus met een arbeidsovereenkomst). Aangezien in het werkgebied 10.000 erkenningen zijn afgegeven blijkt dat op de meeste erkenningen zowel een BBL-plek aanwezig is en ook één of meerdere BOL-stageplaatsen (VO-stages niet meegeteld). Een aantal bedrijven heeft meerdere erkenningen. Daarnaast zijn er een onbekend aantal niet-erkende stageplaatsen die buiten het reguliere onderwijs om worden ingevuld. In Groningen lijkt op het eerste gezicht en voor zover bekend geen tekort aan erkende stageplaatsen, maar bij deze conclusie passen de hierboven gestelde kanttekeningen. Als gevolg van de recessie blijken er stevige knelpunten te zijn voor wat betreft het aantal stage- en werk-leerplaatsen en het 6 vervullen hiervan. Vraag en aanbod zijn in deze recessie niet op elkaar afgestemd. Voortijdig schoolverlaters in de arbeidsmarktregio Groningen In de provincie Groningen is er een lange traditie van een actieve aanpak voortijdig schoolverlaten. Het belang van het bezit van minimaal een startkwalificatie wordt breed gedragen. Zowel binnen de subregio’s (RMC-Centraal, RMC-Noord-Groningen en RMC-Oost-Groningen), als op provinciaal niveau wordt het uitgangspunt van een sluitende aanpak gehanteerd: elke VSV’er die in beeld komt blijft in beeld en wordt ondersteund tot de jongere terug gaat naar school naar de BOL, BBL of HAVO/VWO. Deze sluitende aanpak is, conform de wet en regelgeving, beperkt tot de groep jongeren tot 23 jaar. Op de groep 23-27 zonder startkwalificatie is beleid op projectbasis geformuleerd met de projecten Leren en Werken (Leerwerkloketten) die in Groningen uitgevoerd worden. Hier is geen sprake van een sluitende aanpak maar van een vraaggestuurde aanpak. Werkgevers, werknemers en werkzoekenden worden actief benaderd deel te nemen aan EVC en duale trajecten. Gegevens specifiek voor deze doelgroep tot 27 jaar zijn op deze korte termijn niet beschikbaar. Ontwikkeling voortijdig schoolverlaters afgelopen jaren De resultaten van de afgelopen jaren in de regio Groningen op het terrein van voortijdig schoolverlaten zijn uitstekend te noemen. Het inzicht in voortijdig schoolverlaten wordt verkregen via de RMC-effectrapportages en de Cfi-cijfers voortijdig schoolverlaten. De cijfers voor schooljaar 20082009 komen dit najaar beschikbaar. De cijfers van Voortijdig schoolverlaters die hier worden gepresenteerd zijn niet zonder meer te vergelijken met de cijfers van jongeren zonder startkwalificatie in de paragraaf analyse 5

Inschatting COLO. Zowel signalen van de ROC’s als van GOA’s (BBL) die als werkgever van BBL’ers in de regio actief zijn, en brancheorganisaties. 6


12

jeugdwerkloosheid in de arbeidsmarktregio Groningen. In de jeugdwerkloosheidscijfers gaat het om de jongeren tot 27 jaar die werkzoekend zijn en staan ingeschreven bij het UWV werkbedrijf. Tevens betreft het standcijfers. In deze paragraaf betreft het alle VSV’ers die gemeld worden bij het RMC (RMC-effectraportage) respectievelijk de VSV-jongeren die na het schooljaar waarin ze uitgevallen zijn geen onderwijs meer volgen (Cfi-cijfers). Daarnaast betreft het in deze paragraaf alleen de jongeren tot 23 jaar en zijn het stroomcijfers over de periode van 1 schooljaar. RMC-gegevens De RMC-gegevens tonen het aantal meldingen en herplaatsingen naar scholing en werk van Voortijdig schoolverlaters aan het RMC c.q. de gemeenten. Tabel RMC-gegevens; meldingen naar schooljaar

Regio

8

7

2004-2005

2005-2006

1.279

1.698

1.477

1.189

2008-2009 (voorlopige cijfers) 1.130

Noord-Groningen

646

533

480

320

460

Oost-Groningen

389

713

729

371

394

2.314

2.944

2.616

1.880

1.984

Centraal Groningen

Totaal arbeidsmarktregio Groningen

2006-2007

2007-2008

Bron: Eindrapportage Onderwijsbeleid “Handig Zelfstandig 2005-2008 een visie op zelfredzaamheid”; provincie Groningen december 2008. En voor schooljaar 2008-2009 gegevenslevering door de 3 RMC-regio’s.

Er zijn geen nog geen definitieve cijfers beschikbaar van schooljaar 2008-2009. In de tabel zijn voorlopige cijfers opgenomen. Voor het grootste deel zijn deze afkomstig uit de RMC-registraties en voor een beperkt deel op basis van een globale inschatting bij enkele gemeenten op basis van beschikbare gegevens. De cijfers duiden er vooralsnog op dat het aantal voortijdig schoolverlaters in de arbeidsmarktregio Groningen licht stijgt, waarbij de grootste stijging voor rekening komt van de RMC-regio NoordGroningen. Als verklaring hiervoor wordt gegeven dat het voor een groot deel jongeren zonder startkwalificatie betreft die geen werk meer hebben en nu opnieuw als VSV’er in beeld komen. Ook signaleren we dat: er meer VSV’ers herplaatst worden naar de BOL-opleidingen en minder naar BBL BBL’ers ontslagen worden en dus hun Beroepspraktijkvorming niet kunnen afronden. Cfi-gegevens De Cfi-gegevens laten zien hoeveel schoolverlaters op 1 oktober van het daaropvolgende jaar geen onderwijs meer volgen en ook geen startkwalificatie bezitten. De cijfers voor schooljaar 2008-2009 verwachten we in dit najaar. Ook deze cijfers laten zien dat er sprake is van een daling van het aantal voortijdig schoolverlaters. De daling gedurende de 2 schooljaren 2005-2006 tot 2007-2008 bedraagt 28%. Hoewel het aantal 7

Deze aantalle wijken af van de jaarverslagen uit de RMC-regio’s, onder meer vanwege een verschil in meetmoment.

8

Gegevens van de gemeente Noordenveld die tot de arbeidsmarktregio Groningen behoort, zijn hierbij niet opgenomen omdat

Noordenveld tot een andere RMC-regio behoort (Drenthe)


13

VSV’ers in Noord-Groningen het laatste schooljaar nagenoeg gelijk is gebleven blijft het percentage VSV’ers het laagste in de regio Groningen. Tabel Cfi-gegevens; Aantallen voortijdig schoolverlaters Regio

2005-

2006-

2007-

Percentage van het

Aantal leerlingen

2006

2007

2008

aantal leerlingen

(07-08)

(2007-2008)

+ regionaal aandeel

Centraal Groningen

817

814

734

3,4%

21.069

Noord-Groningen

340

273

281

2,8%

12.140

Oost-Groningen

492

441

388

3.2%

9.908

1.949

1.528

1.403

3,2%

43.126

(49%) (28%) (23%) Totaal arbeidsmarktregio

(100%)

Groningen Bron: Ministerie van OCW-Cfi Voortijdig schoolverlaten 2009

In schooljaar 2007-2008 bedroeg het landelijk percentage voortijdig schoolverlaters 3,7%. In de arbeidsmarktregio Groningen is dit percentage beduidend lager met 3,2%. In lijn met het landelijke beeld is in onze regio het percentage mannen (3,8%) dat VSV’er is hoger dan vrouwen (2,6%). Het percentage VSV’ers in de groep 18-23 jaar is bij elke leeftijd nagenoeg gelijk en is veel hoger dan in de leeftijdscategorie tot 18 jaar (ca. 7% tegenover ca. 2%). In aantallen vormen 18- en 19 jarigen de grootste groep. Wat betreft opleidingen en het opleidingsniveau waar de VSV’ers van afkomstig zijn, zijn de grootste aantallen voortijdig schoolverlaters afkomstig uit BOL-2, BOL-4, BBL-1 en BBL-2. De arbeidsmarktregio Groningen wijkt hierbij niet af van het landelijke beeld. Concluderend Hoewel de algemene werkloosheidscijfers nog geen grote stijging laten zien loopt de werkloosheid onder jongeren in de regio Groningen inmiddels sterk op. Hoewel er enig verschil zit tussen de subregio’s is die stijging overal duidelijk zichtbaar. In vergelijking met een jaar eerder is het aantal werkzoekende jongeren in de regio Groningen gestegen met 37 procent. Ruim de helft van de werkloze jongeren heeft geen startkwalificatie. In Oost Groningen geldt dit zelfs voor bijna tweederde van alle werkloze jongeren. In centraal Groningen neemt daarnaast het aantal hoger opgeleide werkloze jongeren sterk toe. In lijn met het grote aantal werkloze jongeren zonder starkwalificatie in de regio staat het merendeel van de jongeren ingeschreven voor elementaire beroepen, en, in mindere mate, lagere beroepen. De gegevens over de werkgelegenheidsstructuur laten zien dat de dienstensector in de regio Centraal-Groningen de belangrijkste sector is. Noord-Groningen en Oost-Groningen zijn wat betreft werkgelegenheidstructuur redelijk vergelijkbaar; vooral industrie, bouwnijverheid en handel zijn relatief sterk vertegenwoordigd. Wat betreft de vacatureontwikkeling verwachten we in 2009 een sterke terugval en een voorzichtig herstel in 2010. Daarbij bestaan overigens aanzienlijke verschillen per sector. Het aantal jongeren zonder startkwalificatie tot 23 jaar in de arbeidsmarktregio Groningen betreft jaarlijks substantiёle aantallen; het Cfi registreert er bijna 1.500. De RMC’s komen, doordat snelle


14

herplaatsingen meegeteld worden, op bijna 2.000 voortijdig schoolverlaters per jaar. Gezien de recente cijfers, signalen en inschattingen zou er wel eens sprake kunnen zijn van een trendbreuk: de dalende lijn wordt omgebogen in een stijging van het aantal voortijdig schoolverlaters. Wanneer daarbij de groep 23- 27 jaar betrokken wordt, loopt het aantal jongeren in de arbeidsmarktregio Groningen zonder een startkwalificatie al snel op tot rond de 3.000 jongeren. Een kwetsbare groep die in een krappe arbeidsmarkt veelal als eerste op straat staat dan wel aan de zijlijn blijft staan.


15

Hoofdstuk 2

Visie en uitgangspunten

2a Onze visie: Geen enkele jongere aan de zijlijn We willen voorkomen dat veel jongeren als gevolg van de economische recessie aan de kant komen te staan. Uit de analyse in het vorige hoofdstuk blijkt dat als we niets doen, de kans groot is dat dit wel gebeurt. Juist nu willen we ons gezamenlijk extra inspannen om jeugdwerkloosheid in de Noordelijke regio te bestrijden. En wel om twee redenen. Ten eerste is het voor de jongeren zelf heel vervelend als ze niet (meer) aan de slag kunnen komen en zich als werkende geen plaats in onze samenleving kunnen verwerven. Het is bovendien heel demotiverend en het verkleint de kans dat zij in de toekomst wel aan de slag komen. We moeten een herhaling van de crisis van de jaren ’80 zien te voorkomen. Toen kwamen veel jongeren lange tijd niet aan de bak en raakten daardoor op grote afstand van de arbeidsmarkt. Ten tweede zullen we de jongeren straks - als de arbeidsmarkt weer aantrekt en de vergrijzing zijn tol eist – hard nodig hebben. Maar alleen als ze voldoende gekwalificeerd en arbeidsfit zijn. We zullen er dus voor moeten zorgen dat de marktwaarde van de jongeren op peil blijft: dat hun (opleiding)kennis en competenties verder ontwikkeld kunnen worden, dat ze ervaringen op kunnen doen en dat ze gemotiveerd blijven. We voelen het als onze gezamenlijke opdracht (van gemeenten, werkpleinen, scholen, werkgevers, jeugdzorginstellingen, brancheorganisaties, de provincie, kenniscentra en de melden coördinatiepunten VSV) om ervoor te zorgen dat de jongeren in de Noordelijke regio ook de komende jaren kansen krijgen. Met als doel om duurzaam aan de slag te komen als de mogelijkheden zich voordoen. 2b Uitgangspunten voor de uitvoering De regio Groningen is qua gebiedsomvang een relatief grote regio. Zij kent nogal wat specifieke verschillen in de verschillende subregio’s. Naar onze mening moeten die verschillende kenmerken doorklinken in ons gezamenlijk regioplan in de vorm van maatwerk. Dat wat we gezamenlijk hebben, kunnen we regiobreed inzetten. Daar waar we verschillen, leveren we maatwerk in de subregio’s of zelfs op lokaal niveau. Maatwerk kunnen we leveren door bijvoorbeeld aan te sluiten bij de economische kenmerken, bevolkingsopbouw en krimpontwikkelingen en groeimogelijkheden in de subregio’s. De kunst is om van daaruit kansen te benutten. Bij het opstellen van het regionale plan en de realisatie van de ambities hanteren we de volgende uitgangspunten: -

-

-

Subregio’s en regiobreed. Het primaat van de acties ligt zoveel mogelijk in de subregio’s Centraal, Noord, en Oost. In de subregio is, zoals reeds benadrukt, de specifieke infrastructuur aanwezig, bestaan specifieke samenwerkingsverbanden etc., kortom kan maatwerk geleverd worden. In andere gevallen worden regiobreed acties in gang gezet. Gezamenlijke doelgroep, efficiency, slagkracht en gezamenlijk belang kunnen hier overwegingen zijn. Er wordt telkens aangegeven of een actie regiobreed dan wel voor een specifieke subregio geldt. Aandacht voor specifieke knelpunten en daarmee maatwerk hebben de voorkeur boven generieke maatregelen. Daar zich geen of weinig problemen voordoen hoeven geen extra impulsen plaats te vinden. Werkpleinen. De respectievelijke werkpleinen in de subregio’s hebben een belangrijke centrale rol bij de realisatie van de ambities, afstemming, verbinding leggen met landelijke acties en operationele regie. Duurzaam en bestaande infrastructuur. Maatregelen die we nemen moeten in principe een duurzaam karakter hebben en aansluiten bij de bestaande infrastructuur op het gebied van


16

-

-

-

-

-

werkgelegenheid, mobiliteit, personeelsbemiddeling, onderwijs, werken en leren, en werk zoeken. ‘Quick wins’ zijn zeer welkom, maar dan wel in relatie tot duurzaamheid. Aansluiten bij bestaande actieprogramma’s. Voor wat betreft het aansluiten bij bestaande actieprogramma’s, initiatieven en infrastructuur noemen we expliciet: o Werken en leren / leerwerkloketten o Ik doe mee in Oost-Groningen o De crisis de baas (Noord) o Alle hens aan dek (Gemeente Groningen) o De Versnellingsagenda Provincie Groningen o Actieplan Voortijdig Schoolverlaten 2008 – 2012 (provincie Groningen) o Convenant ‘Aanval op de schooluitval 2008-2011" Extra acties. In sommige gevallen willen we een ‘plus’ geven aan wat goed loopt en zich bewezen heeft. Daarnaast nemen we, waar we dat nodig achten, ook nieuwe initiatieven. Voor nieuwe initiatieven geldt dat deze in onze optiek een duidelijk toegevoegde waarde hebben. De extra acties bovenop bestaande en de nieuwe acties zijn terug te vinden in het actieoverzicht. Organisatie. We streven een bestuurlijke en operationele coördinatie na, waarin de subregio’s en diverse samenwerkingspartners zich herkennen en van een dusdanige omvang dat de slagkracht overeind blijft. Werkgeversbenadering en aanbod. We steken sterk in op enerzijds een actieve werkgeversbenadering en zoveel mogelijk zorgen van werkgevers wegnemen. Anderzijds aan de aanbodkant willen we de jongeren snel toeleiden naar onderwijs, werken/leren, of werk, aansluitend bij hun talenten en motivaties. Draagvlak. Expliciet draagvlak van de betrokken partijen is de belangrijkste basis voor het al dan niet starten van initiatieven.


17

Hoofdstuk 3 3a

Ambitie en doelstellingen

Ambitie

Zoveel mogelijk ‘plekken’ voor jongeren We hebben de ambitie om met het regionale actieplan in de periode 2009 – 2011 zo veel mogelijk ‘plekken’ voor jongeren creëren. Bij voorkeur werkplekken, maar dat zal lang niet altijd mogelijk zijn. We vinden het even belangrijk om werk-leerplekken voor jongeren te realiseren, zoals BBL-banen of traineebanen, en stageplekken. En als het niet lukt om voldoende plekken binnen reguliere organisaties te vinden dan zijn simulatieplekken ook goed. Op deze plekken kunnen de jongeren werkervaring en werkritme opdoen. Dit willen we zoveel mogelijk combineren met opleidingen en trainingen. We stellen ons ten doel om minimaal 80 procent van de jongeren – hieronder vallen dus ook bijvoorbeeld de kwetsbare jongeren en andere groepen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt - een passend aanbod te kunnen doen op het gebied van leren, leren-werken of werken. Kwalificeren voor de arbeidsmarkt We willen dat jongeren zo goed mogelijk toegerust de arbeidsmarkt betreden. Bij jongeren tot 23 jaar leggen we het primaat bij het halen van een startkwalificatie, oftewel bij een opleidingsplek. Hebben de jongeren nog geen startkwalificatie, dan zullen we - als het halen van een startkwalificatie wel in de rede ligt - ze in eerste instantie proberen te verleiden terug naar school te gaan en (meer) diploma’s te halen. Ook bij jongeren die wel een startkwalificatie hebben, zullen we verlenging van de opleiding en verdere kwalificering stimuleren. Ook voor jongeren ouder dan 23 jaar zetten wij in op het behalen van een startkwalificatie, indien haalbaar. Dat betekent niet automatisch dat eerst kwalificatie nodig is en dan pas aan het werk. Maar wel dat kwalificeren zo veel mogelijk onderdeel uitmaakt van ondersteuning bij het zoeken, vinden en behouden van werk. We streven dus naar een sluitende aanpak voor onze jongeren. We willen ze óf terug zien in het onderwijs, óf in een werkleerbaan óf in een baan. En als dat vanwege bijzondere omstandigheden (nog) niet aan de orde is, op een andere manier actief in de samenleving. Of het nu voortijdig schoolverlaters zijn, pas ontslagen jongeren of pas afgestudeerde jongeren, we vinden dat ze niet langer dan 3 maanden thuis mogen zitten. Binnen deze drie maanden moet hen een passend aanbod op het gebied van leren, werkleren of werken zijn gedaan. Om deze ambitie (die ook de kern van de Wet Investeren in Jongeren, WIJ, is) waar te kunnen maken, zullen we het nodige moeten doen om onze jongeren in beeld te krijgen en te houden. In het Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen is een belangrijk ijkpunt 1 juli 2009. In dit ijkpunt zit al extra jeugdwerkloosheid. Aangezien we in onze arbeidsmarkt uitgaan van de laatste cijfers die voorhanden zijn – en daarmee zo actueel mogelijk zijn – hebben we gekozen om onze doelstelling en ambities en acties hier zoveel mogelijk aan te relateren, tenzij dit anders wordt aangegeven.

3b

Zeven doelstellingen

We hebben onze ambitie vertaald in zeven concrete doelstellingen. Deels hebben de doelstellingen betrekking op het versterken van de arbeidsmarktpositie van de jongeren (bijvoorbeeld als we ons


18

inzetten om (werkloze) jongeren te plaatsen in reguliere banen, werk-leerbanen en het onderwijs (stages). Anderzijds hebben de doelen ook betrekking op het verder ontwikkelen van een adequaat functionerende infrastructuur of het creëren van de randvoorwaarden die de positie van jongeren kunnen versterken. De geformuleerde doelen hebben betrekking op de periode 2009 – 2011 (tenzij anders aangegeven). Doelstelling 1: 1000 jongeren extra plaatsen in een reguliere baan Toelichting: Vanuit de landelijke afspraken - matchingoffensief - met het UWV heeft de regio Groningen de ambitie om 1000 jongeren extra ten opzichte van de realisatie van de taakstelling 2009 in een 9 reguliere baan te plaatsen. Doelstelling 2: 400 jongeren extra op jaarbasis een leerwerkarrangement dan wel stageplaats bieden Toelichting: We streven er naar om in 2009-2011 op jaarbasis nog eens minimaal 400 jongeren extra op een leerwerkbaan dan wel stageplaats te plaatsen. Hierin zitten niet alleen acties als het werven van leerwerkplekken en stageplaatsen besloten, maar ook het vervullen hiervan. Hoewel er, zoals in de arbeidsmarktanalyse wordt weergegeven, optisch voldoende leerbedrijven zijn is onvoldoende duidelijk wat de gevolgen van de recessie voor werk-leerbanen en stageplaatsen zijn. In ieder geval is duidelijk dat er volop knelpunten zijn en het aantal jongeren dat een plek zoekt, toeneemt. Hier worden ook de zogenaamde ‘upgraders’ meegerekend. De extra acties zijn er dus op gericht om vraag en aanbod bij elkaar te brengen en de werkgever te ondersteunen om ondanks de recessie toch werk-leerbanen of stageplaatsen overeind te houden dan wel te creëren. We steken in op minimaal het behalen van een startkwalificatie, maar wel in de wetenschap dat er ook groepen zijn waarvoor een beroepskwalificatie het hoogst haalbare zal zijn. Het gemiddelde opleidingsniveau, met name in de provincie, is lager dan landelijk gemiddeld. Voorkomen verdringingseffecten Belangrijke kanttekening bij dit alles is, dat als arbeidsmarktinstrumenten zoals loonkostensubsidies worden ingezet, we wel bindende voorwaarden stellen aan werkgevers om verdringingseffecten te voorkomen (bijvoorbeeld door een reguliere BBL’er te vervangen door een gesubsidieerde BBL’er). Ook in de overleggen met werkgevers en andere samenwerkingspartners naar aanleiding van het opstellen van het Actieplan Jeugdwerkloosheid en in het eerste bestuurlijke overleg Jeugdwerkloosheid is dit aspect uitdrukkelijk aan de orde geweest. Werkgeversorganisaties wijzen expliciet op dit gevaar. In samenspraak met de werkgevers wordt reeds gewerkt aan een sluitende randvoorwaardelijke bepaling binnen overeenkomsten die betrokken partners sluiten in het kader van de bestrijding van de jeugdwerkloosheid.

9

Het betreft hier de realisatie per 1 augustus met de trend doorgetrokken naar 31 december 2009 (hier zijn de effecten van de recessie in besloten). Op grond daarvan is de realisatie 2000 werkzoekenden. Samen met de ambitie komt dit op 3000 plaatsingen.


19

Doelstelling 3: 100 traineebanen creëren en vervullen voor middelbare en hoger opgeleide jongeren Toelichting: Ook voor middelbaar en hoger opgeleiden is het in deze tijd moeilijk om een baan te vinden. De werkloosheid onder deze groep is aanzienlijk toegenomen. De hoger opgeleiden treffen we met name aan in de stad Groningen. De MBO+’ers komen we provinciebreed tegen. Bijstandsgerechtigden in de gemeente Groningen zijn relatief hoog opgeleid. Tijdens de recessie in de jaren tachtig hebben veel hoger opgeleide jongeren na afronding van hun studie een beroep moeten doen op de bijstand. Een deel van hen heeft nooit de weg naar de arbeidsmarkt kunnen vinden. We willen voorkomen dat dit zich herhaalt. Onze ambitie is om deze jongeren met een combinatie van werken en leren arbeidsfit te houden, zodat ze na de recessie vlot de arbeidsmarkt op kunnen. Daarvoor creëren we in samenwerking met de Hanzehogeschool, ROC’s en gemeenten traineebanen in het bedrijfsleven en bij de overheid. Doelstelling 4: 80% van de ontslagen BBL-ers een opleiding/werkarrangement 80% nieuwe instroom-BBL zonder praktijkplek een opleidingsarrangement 100% van alle BOL’lers hebben een stageplaats Toelichting: In mei/juni hebben de ROC’s/AOC een intern onderzoek uitgevoerd in opdracht van de provincie naar de stand van zaken van de BBL-contracten en nieuwe instroom vanuit vmbo in de BBL. Ook heeft de provincie Groningen in het kader van haar Versnellingsagenda (economische crisis) onderzoek uitgevoerd bij onder andere het Samenwerkingsverband Bouwgerelateerde Beroepen en andere branches. Uit landelijke onderzoeken blijkt dat naar verwachting behoorlijk wat jongeren hun BBL10 baan kwijt zullen raken rond de zomerperiode. En er vinden verschuivingen plaats van BBL naar BOL. Daarnaast worden jongeren opgeroepen om langer op school te blijven (upgraden). Dit legt druk op het aantal plekken dat nodig is, de soort plekken die nodig zijn en bovenal op de toeleiding naar deze plekken vanuit ROC’s, gemeenten en UWV. Omdat zonder stageplaats jongeren zich niet kunnen kwalificeren stellen we ons ten doel alle BOLjongeren een passende stageplek te bieden. We beseffen ons echter dat deze doelstelling, gezien de gevolgen van de recessie, zeer ambitieus is. Behoud van het huidige aantal stage- leerbanen is het 11 vertrekpunt en uitbreiden daar waar nodig, komt daar vervolgens bovenop. Het beeld dat rond het belangrijke ijkpunt 1 oktober ontstaat zal sterk bepalen waar we de accenten van onze inspanningen moeten leggen. Een belangrijk streven is dat we alle stageplaatsen erkend willen hebben, waardoor we de extra vraag ook kwalitatief op peil hebben. Nu is dat niet het geval.

10

Hoe het beeld er uit zal zien zal blijken op grond van de school ex acties, inschrijvingen tot en met september, etc.. Gedacht wordt om discrepantie tussen vraag en aanbod mede op te lossen door bijvoorbeeld een BBL plek om te zetten naar 2 stageplaatsen en omgekeerd, afhankelijk van hoe de uiteindelijke inschrijving er uit zal zien. 11 Dit doel hebben ook de landelijke kenniscentra zich gesteld vanuit het stage- en leerbanenoffensief.


20

Doelstelling 5: 300 extra plekken voor kwetsbare jongeren om dichter bij de arbeidsmarkt te komen en deel te nemen aan de samenleving Toelichting: Door in te zetten op jongeren die het ten tijde van de recessie moeilijk hebben of gaan krijgen, lopen kwetsbare jongeren het risico van verdringing op de arbeidsmarkt of bij stageplaatsen (dit geldt ook voor ‘fithoudbanen’). Juist deze jongeren hebben extra aandacht nodig om ze arbeidsfit te maken en te houden. Het doel is deze jongeren actief te blijven betrekken bij de samenleving via werk en/of scholing of andere vormen van participatie zoals vrijwilligerswerk. In verschillende regio’s lopen succesvolle experimenten samen met bijvoorbeeld jeugdzorg om jongeren zonder startkwalificatie en meervoudige problematiek aan de slag te helpen in een beschermde omgeving. Deze experimenten worden gedurende de projectperiode geëvalueerd en gemonitord en daar waar succesvol regionaal opgepakt. Verder verdient in dit kader de nieuwe Wajong (1 januari 2010) ook aandacht, hoewel dit formeel buiten het actieplan valt. Hierin wordt het verplicht om een participatieplan op te stellen. Jongeren moeten daarin aan kunnen geven wat zij willen (betaalde arbeid, beschutte arbeid etc.), welke stappen daarvoor nodig zijn en in welk tijdsbestek dit gedaan moet worden. Dit participatieplan duurt tot de jongere 27 jaar wordt. Een lastig vraagstuk voor deze kwetsbare jongeren met beperkingen, gedragsproblemen en vaak een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Doelstelling 6: sluitende aanpak jongeren Toelichting: Het betreft hier een ambitie die meer als fundament geldt voor nu en in de toekomst. Per 1 oktober 2009 wordt de Wet WIJ ingevoerd: gemeenten moeten dat alle jongeren die zich melden voor een uitkering een passend aanbod doen op het gebied van opleiding en/of werk. Voor gemeenten wordt de vraag belangrijker hoe je die jongeren bereikt. Zij haken af van school of verlaten de school (met name vmbo en mbo) en schrijven zich niet in. Sommigen zitten werkloos thuis zonder bij een instantie bekend te zijn. Ook bij de RMC’s zijn niet alle jongeren in beeld. Willen we een halt toeroepen aan de jeugdwerkloosheid in deze regio, dan is dat inzicht noodzakelijk. Bestanden van UWV WERKbedrijf en RMC komen nu niet overeen en ook de lijsten van uitval bij onderwijsinstellingen komen niet 100% overeen met deze bestanden. Het laatste kwartaal van 2009 zal dan ook gebruikt worden om een inventarisatie te maken van de omvang van het probleem. Wie is nog niet in beeld en hoeveel procent van deze groep is inactief? In sommige regio’s is de sluitende aanpak jongeren realiteit, in andere regio’s loopt dit nog niet naar wens. Succesvolle lokale initiatieven kunnen regionaal worden verbreed. Doelstelling 7: Intensiveren werkgeversbenadering; ontzorgen werkgevers en arrangementen ontwikkelen jeugdwerkloosheidsbestrijding Toelichting: Cruciaal bij het realiseren van alle genoemde ambities is, dat het ondernemers en instellingen in de non-profit aantrekkelijk wordt gemaakt om gedurende de recessieperiode toch te kunnen blijven investeren in jongeren die ze straks hard nodig hebben. Werkgevers hebben meermalen aangegeven


21

de ‘lasten’ van een stagiair of BBL’er in deze recessietijd moeilijk te vinden. Het kost te veel energie (organisatie, administratie en begeleiding) of is domweg te kostbaar in relatie tot de productiviteit van de betreffende jongere. We willen dan ook in onze extra benadering naar werkgevers verschillende arbeidsmarktinstrumenten aanbieden. Om er enkele belangrijke te noemen: - ontzorgen van werkgevers door organisatorische en administratieve last weg te nemen (zie bijvoorbeeld bij de acties het oprichten van GOA constructies); - extra begeleidingscapaciteit inzetten (zie bijvoorbeeld project Leerbanenbureau); - waar mogelijk loonkostensubsidie als middel in te zetten; - passende opleidingsarrangementen organiseren (dit kan bijvoorbeeld meer ‘on the job’ zijn).


22

Hoofdstuk 4

Onze aanpak

We zetten ons gezamenlijk in om onze doelstellingen te realiseren. Met dit actieplan kunnen we onze lokale en regionale initiatieven verder: verdiepen (intensiveren van de aanpak) verbreden (naar regio, doelgroep of volume) verlengen (aflopende projecten doorzetten) vernieuwen (nieuwe instrumenten ontwikkelen) versnellen (tempo maken in de uitvoering) In dit hoofdstuk schetsen we de hoofdlijnen van onze aanpak en geven we een overzicht van de concrete acties die we in gang willen zetten en welk resultaat dit op moet leveren. 4.1 Betrekken van werkgevers bij onze aanpak Centraal in ons actieplan staat het vinden, creëren en ondersteunen van (werk-leer)plekken voor jongeren, waar zij zich kunnen kwalificeren, vaardigheden kunnen ontwikkelen en/of onderhouden of actief kunnen blijven zodat zij voldoende ‘arbeidsfit’ zijn op het moment dat de vraag op de arbeidsmarkt weer gaat toenemen. Omdat we die plekken vooral zoeken binnen reguliere organisaties is het belang van bijdragen van werkgevers aan dit plan cruciaal. We willen werkgevers nauw betrekken bij de strijd tegen de jeugdwerkloosheid. Daarvoor gaan we het volgende doen: Intensivering van de bestaande werkgeversbenadering We gaan de contacten en relaties met de individuele werkgevers versterken. Dit doen we door de werkgeversbenadering te intensiveren en accountteams vanuit de Werkpleinen nadrukkelijker in te zetten voor het verwerven van banen, leerwerkplaatsen en stageplaatsen. Benutten van bestaande structuren, contactmomenten en communicatiemiddelen Op lokale en subregionale congressen en banenbeurzen besteden we specifiek aandacht aan jongeren en jeugdwerkloosheid. Dat geldt ook voor de bestaande communicatiemiddelen zoals nieuwsbrieven etc. Concreet willen we in ieder geval tijdens het regionaal ondernemerscongres in Groningen op 16 september 2009 adviesgesprekken organiseren rondom de jeugdwerkloosheid. In het verlengde van het Ondernemerscongres organiseren we een ‘After Event’ voor ondernemers op 1 oktober, op hetzelfde moment, en op dezelfde locatie als de landelijke banenmarkt. Bij dit ‘After Event’ zal de aanpak van de jeugdwerkloosheid een belangrijk onderwerp zijn. MKB Noord heeft hierbij aangeboden bij te willen dragen aan de publiciteit, en mee te helpen de betrokkenheid van werkgevers bij de aanpak jeugdwerkloosheid te vergroten. In de communicatie naar individuele bedrijven maken we gebruik van bestaande structuren, zoals bijvoorbeeld het Ondernemerstrefpunt. Via de inrichting van steunpunten MKB op de Werkpleinen willen we werkgevers ondersteunen. Onderdeel hiervan is 50% van de vervulde vacatures met moeilijk plaatsbare jongeren in te vullen. Regionale Jeugdwerktop De subregio’s, werkgevers, kenniscentra, ROC’s, HanzeHogeschool, UWV WERKbedrijf en andere direct betrokken partijen bij de organisatie en uitvoering van de aanpak jeugdwerkloosheid, hebben het voornemen om later in het najaar – bijvoorbeeld half november – een jeugdwerktop te organiseren. Via deze jeugdwerktop verwachten we in publicitaire zin extra aandacht voor jeugdwerkgelegenheid te krijgen en concreet ook extra betrokkenheid bij de regionale acties te realiseren. Het gaat dan om bijvoorbeeld het werven van werkgevers die jongeren opnemen in hun organisaties (werk, werkleerplekken of stageplaatsen). Extra aandacht schenken we aan plekken voor


23

kwetsbare jongeren. Het is de bedoeling om voor deze jeugdwerktop verbinding te zoeken met de landelijke campagnes vanuit het ministerie SZW en de regionale top vervolgens te vertalen naar extra acties in de subregio’s. De jeugdwerktop moet bij uitstek een subregionale uitstraling en borging hebben, dus aanwezigheid en betrokkenheid van werkgevers en andere betrokkenen uit alle drie subregio’s staat hierbij voorop. De situatie bij werkgevers in het oog houden. Via ondernemersplatforms in de regio houden we de vinger aan de pols. Daarvoor hebben we onder meer een ondernemerspanel in het leven geroepen dat bestaat uit ondernemers uit verschillende sectoren met een bredere blik. De vertegenwoordigers van het bedrijfsleven bekleden dan ook vaak een bestuurlijke functie naast dat ze hun eigen bedrijf runnen. Met het panel halen we breed de signalen op uit het Groningse bedrijfsleven met betrekking tot de recessie. Daarnaast fungeert het ondernemerspanel onder meer als klankbord om de maatregelen tegen de recessie te helpen formuleren. Het panel komt een aantal keren per jaar bijeen. Social partnerships opzetten Onder de term social partnerships willen we bedrijven branchegericht ondersteunen bij arbeidsmarktvraagstukken en de onderlinge samenwerking versterken. Bijvoorbeeld via gezamenlijke opleidingstrajecten, een flexpool of onderlinge mobiliteitstrajecten. We hebben hiermee op kleine schaal ervaring opgedaan met enkele productiebedrijven en willen dit concept nu uitbreiden binnen deze bedrijfstak en daarnaast verbreden naar de detailhandel. Eigen verantwoordelijkheid nemen De publieke sector is in onze regio een belangrijke werkgever. Wij nemen als werkgevers in de regio ook onze eigen verantwoordelijkheid door traineebanen, werkleerbanen en/of stageplaatsen te creëren. Social return on investment/contract compliance In een aantal gemeenten en de provincie zullen we bij het verstrekken van grote opdrachten vragen dat een deel van de opdrachtsom wordt besteed aan het inzetten van werkzoekenden en/of het bieden van leerwerkplekken voor jongeren. 4.2 Instrumenten ontwikkelen om werkgevers te ondersteunen en te ontzorgen We gaan organisaties zo veel mogelijk in staat stellen om plekken te bieden aan jongeren. Dit willen we doen door het bieden van financiële compensatie, ondersteunen in de begeleiding van jongeren of het overnemen van de werkgeversrol en het daarbij horende werkgeversrisico. Gemeenschappelijke opleidingactiviteiten We gaan bestaande GOA’s (gemeenschappelijke opleidingsactiviteiten) Bouwgerelateerde beroepen ondersteunen en enkele nieuwe opzetten. Op provinciale schaal willen we een GOA-publieke sector en een GOA Zorg & Welzijn opzetten. Daarnaast willen we rond de stad Groningen een GOA opzetten. Ook blijven we gebruik maken van de bestaande detacheringconstructies (o.a. met detacheringbedrijven) om werkgevers te ontlasten in hun werkgeversrol en loonkostensubsidies om werkgevers financieel te compenseren. Begeleiding van jongeren We willen externe of mobiele leermeesters inzetten om werkgevers te ondersteunen bij de begeleiding van jongeren op de werk-leerplek. Matchen van plekken en jongeren


24

Om de matching tussen werk-leerplekken en jongeren te ondersteunen willen we een Leerbanenbureau opzetten. Daarin willen we ook stimuleringsmaatregelen/subsidies voor werkgevers opnemen. 4.3 Jongeren arbeidsfit krijgen en houden Dat houdt in dat we: schoolgaande jongeren willen stimuleren zich (verder) te kwalificeren en voortijdige uitval willen tegengaan. bij met ontslag bedreigde jongeren het daadwerkelijke ontslag willen voorkomen of hen ondersteunen van werk naar werk. werkloze jongeren arbeidsfit willen houden, zo veel mogelijk gecombineerd met (verdere) kwalificatie. kwetsbare jongeren willen ondersteunen ten behoeve van participatie. Een belangrijk deel van het instrumentarium dat we daarvoor nodig denken te hebben ontwikkelen we met behulp van de activiteiten die we hierboven hebben aangegeven. Daarnaast organiseren we een aantal activiteiten specifiek gericht op de verschillende groepen jongeren. Schoolgaande jongeren stimuleren zich (verder) te kwalificeren Via het landelijke School-ex programma stimuleren we MBO-jongeren om zich verder te kwalificeren als ze nog geen werk hebben. Deze landelijk ingezette actie willen we verdiepen en verbreden. We benaderen ook jongeren die de Havo verlaten. Daarnaast zijn we op dit moment in gesprek om in de drie subregio’s ook de aanwezigheid van onderwijsinstellingen (MBO/HBO) te organiseren. Daarnaast sluiten we aan bij de regionale VSV-convenanten. Bieden van werk-leerplekken, traineebanen, stageplaatsen We willen jongeren een zo veel mogelijk passend aanbod doen. Met behulp van de werkgevers in de regio willen we daarom een palet aan plekken creëren. Dan gaat het bijvoorbeeld om stageplaatsen voor BOL-leerlingen, werk-leerbanen, traineebanen voor hoger opgeleiden, werkervaringsplaatsen etc. De activiteiten die we hiervoor ondernemen hebben we vooral beschreven bij het betrekken en ondersteunen van werkgevers. Ondersteuning aan kwetsbare jongeren Binnen de algemene aanpak van de jeugdwerkloosheid vinden we het van belang specifiek aandacht te besteden aan kwetsbare jongeren. Voor deze groep is het vergroten van de participatie, bijvoorbeeld via het verrichten van vrijwilligerswerk of werkzaamheden in een beschutte omgeving, vaak al een belangrijk resultaat. Vanuit verschillende werkpleinen organiseren we ondersteuning voor specifieke groepen kwetsbare jongeren en willen we die ondersteuning intensiveren. Dit is opgenomen in de plannen voor de subregio’s, waarbij we in enkele specifieke projecten ook de samenhang met zorg en hulpverlening willen versterken. Daarnaast starten we in de subregio Noord (en mogelijk ook Centraal) met een pilot onder de naam WerkNet. Daarmee willen we een onafhankelijke, veilige plek voor jongeren creëren waar jongeren met diverse problemen en vragen terecht kunnen. Doel is om jongeren te stimuleren zelf actie te ondernemen. Een sluitende aanpak bieden Om een sluitende aanpak te bieden moeten we zicht hebben op de jongeren die wij een aanbod willen doen. In het verlengde van eerder onderzoek op een aantal plaatsen in de regio Groningen gaan we regionaal jongeren die buiten beeld zijn opsporen via de diverse bestanden. Vervolgens benaderen we hen met onze dienstverlening teneinde hen te motiveren voor scholing, leren-werken


25

of werk. Ten slotte zullen we op de verschillende werkpleinen de ketendienstverlening voor jongeren verbeteren. 4.4 Regionale acties doorzetten Met de acties die we hierboven op hoofdlijnen hebben beschreven geven we deels uitvoering aan plannen die we op regionaal niveau al hadden ingezet ter bestrijding van de economische crisis en de werkloosheid. Provinciaal De Provincie Groningen heeft een Versnellingsagenda opgesteld. Deze bevat het naar voren halen en uitvoeren van infrastructurele projecten om de werkgelegenheid in met name de bouwsector te versterken:ruim 88 mln. Euro. Daarnaast bevat deze versnellingsagenda het onderdeel versterking scholing-arbeidsmarkt (3 mln. euro). Jongeren zijn in deze agenda een prominente doelgroep. Op dit moment worden daar concrete plannen voor uitgewerkt die worden betrokken en onderdeel uitmaken van dit Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen. De arbeidsmarktsubregio’s De 3 arbeidsmarktsubregio’s in de arbeidsmarktregio Groningen kennen alle 3 eigen plannen en initiatieven op het terrein van de arbeidsmarkt. Centraal-Groningen: programma “Alle Hens aan Dek” Noord-Groningen: programma “De crisis de baas” Oost-Groningen: programma “Ik doe mee in Oost-Groningen”. In het kader van de bestrijding van de crisis zijn en worden deze geactualiseerd en geïntensiveerd. Jongeren vormen hierbij een belangrijke doelgroep. De subregionale acties en activiteiten in het kader van deze programma’s zetten we door en intensiveren we. Daarnaast biedt het Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid ons de mogelijkheid om aanvullende maatregelen in te zetten. 4.5 Landelijke afspraken regionaal benutten Landelijk is er grote bereidheid getoond door sociale partners en branches om bijdragen te leveren. De sociale partners hebben de toezegging gedaan om er voor te zorgen dat jongeren die langer dan 3 maanden werkloos zijn een stageplaats wordt geboden. Diverse branches hebben landelijk toezeggingen gedaan om een actieve bijdrage te leveren aan de jeugdwerkloosheid. Van deze handreiking maken we nadrukkelijk gebruik en vertalen dat naar onze regio. In onze regio zijn voor en tijdens de zomer al stappen gezet vooruitlopend op verdere concretisering landelijk. Hieronder wordt kort de stand van zaken weergegeven van branches waarmee de regio proactief zaken heeft opgepakt en op korte termijn op gaat pakken. Ook via het zogenaamde Ketenplatform Noord hebben we structureel regionaal brancheoverleg met onder andere de branches Zorg, Metaal en Bouw. In dit kader maken we afspraken over de ontwikkeling van brancheservicepunten op de Werkpleinplusvestiging. Dit overleg benutten we ook om afspraken te maken over de regionale invulling van de landelijke sectorconvenanten. Techniek, Metaal en Installatie Met de Metaalunie en OOM zijn recent gesprekken geweest op welke wijze de landelijke afspraken regionaal in te vullen zijn. Ook met de regionale contactpersonen van OTIB/Installatiebranche zijn gesprekken gaande over snelle en doelmatige regionale invulling.


26

Zorg Door Actiz is in de zomer samen met Calibris en ZorgpleinNoord een quick scan gemaakt van de mogelijkheden in de verpleging, verzorging, thuiszorg, kinderopvang en andere zorgsectoren. Kenniscentrum Calibris heeft daarvoor onderzoek gedaan bij de werkgevers. Uit de scan blijkt dat op korte termijn tientallen BBL-plekken geleverd kunnen worden. Het Kenniscentrum kan begeleiding bieden. De opleidingen kunnen snel en efficiënt ingeregeld worden met het ROC. Daarnaast wordt gekeken of loonkostensubsidie ingezet kan worden. Bouw De bouwsector heeft zo’n 64 mln. euro gereserveerd ter bestrijding van de recessiegevolgen. Belangrijk speerpunt is het anticyclisch opleiden. In ruil voor de scholingskosten van het eigen personeel worden leerwerkplekken gecreëerd. Kenniscentrum Fundeon voert dit uit. Daarnaast heeft Fundeon ook plannen ingediend om de scholing flexibeler in te kunnen zetten en om de maatregel ook uit te breiden naar uitvoerend, administratief en technisch personeel. Het ACO-plan beperkt zich tot scholing voor bouwplaatsmedewerkers (Bouw-CAO). UTA zijn uitgesloten van deelname aan dit plan. Om voor deze groep ook een soortgelijke regeling te bieden heeft Fundeon hiervoor een plan ontwikkeld waarin opleidingsvoucher centraal staan. De regio Groningen onderzoekt momenteel of zij hier aan mee wil gaan doen. Deze concrete acties bieden uitzicht op plaatsing van jongeren in het derde en vierde kwartaal 2009. Enkele andere acties richting branches en sectoren Daarnaast zijn er nog meer landelijke initiatieven in ontwikkeling die nog verdere vertaling naar de regio verdienen. Hiervoor willen we eveneens expliciet het Ketenplatform Noord – waar onder andere de G4 gemeenten in het Noorden vertegenwoordigd zijn – benutten. De coördinerende gemeente Groningen zal daarnaast het initiatief nemen om samen met de twee andere Noordelijke provincies op te trekken om tot nadere afspraken te komen met Noordelijk georganiseerde branche- en sectororganisaties. Recron heeft een principe CAO akkoord met daarin afspraken over leerwerkplekken, stages en VSV. Dit moet nog bekrachtigd worden voordat verdere regionale doorvertaling plaatsvindt. Vooruitlopend daarop zijn er wel regionale contacten. Ook in de procesindustrie zijn afspraken gemaakt. Daarover is overleg met de regiomanager van het Kenniscentrum PMLF. Hetzelfde geldt voor de nog uit te werken afspraken in Transport en Logistiek. Met Kenniscentrum Savantis (schoonmaak, schilderen, stukadoren en afbouw) zijn op regionaal niveau al contacten om projecten te ontwikkelen, landelijke afspraken over afbouw en onderhoud worden daarbij betrokken. Naast deze kansrijke sectoren blijven we de landelijke ontwikkelingen nauwgezet volgen en gaan we met de regiovertegenwoordigers in gesprek wanneer zich nieuwe kansen voordoen.


27

Hoofdstuk 5

Onze acties

Als uitkomst van onze aanpak zoals hiervoor beschreven gaan we een groot aantal concrete acties uitvoeren. We maken daarin onderscheid tussen: de vertaling van de landelijke acties vertaald naar onze arbeidsmarktregio acties specifiek voor onze arbeidsmarktregio. De komende periode wordt dit overzicht aangevuld met ondermeer regionale acties die voortkomen uit de regionale vertaling van landelijke acties en afspraken. Voor een nadere beschrijving van de acties verwijzen we naar de bijlage. We hebben onze acties grofweg onderscheiden naar de volgende doelgroepen: 1. Schoolgaanden. Doel: voorkomen uitval. 2. Schoolverlaters. Doel: langer op school houden. 3. Met ontslag bedreigden. Doel: voorkomen van ontslag, werk naar werk. 4. Werkloze jongeren met startkwalificatie. Doel: arbeidsfit houden, eventueel gecombineerd met verdere kwalificatie. 5. Werkloze jongeren zonder startkwalificatie. Doel: kwalificatie via werk-leerarrangementen. 6. Kwetsbare groepen (werkloze jongeren met grote afstand tot arbeidsmarkt) Onze acties In onderstaand schema wordt per actie vermeld (bijlage I bevat een uitvoeriger en concrete beschrijving van de acties): of het een landelijke actie betreft of een regionale (= arbeidsmarktregio Groningen) welke doelgroep of doelgroepen het betreft (nummering van doelgroep zoals hiervoor beschreven). of de actie provinciaal (de gehele arbeidsmarktregio) wordt opgepakt (P) of subregionaal • Subregio Centraal-Groningen (C) • Subregio Noord-Groningen (N) • Subregio Oost-Groningen (O) de werktitel van de activiteit aantallen te realiseren resultaten uitgesplitst naar 2009, 2010 en 2011 Acties Ambitie extra acties Landelijke acties Extra plaatsingen regulier werk t.o.v. de realisatie 2009 (=2.000)

Doelgroep

Regio

Werktitel van de actie

Aantallen (indien van toepassing) 2009 2010 2011 totaal

12

4

P

UWV matchingoffensief; i.s.m. alle partners

1000

1000

12

Dit deel van het overzicht van de acties valt formeel buiten het Regionaal Actieplan. Het betreft hier landelijke afspraken van het ministerie met o.a. UWV en Colo. Het UWV heeft wel reeds een doelstelling 2009 matchingoffensief afgesproken. Die is in het overzicht opgenomen. Ten aanzien van het stage en leerbanenoffensief van COLO en UWV zijn nog geen concrete doelstellingen geformuleerd. Deze worden de komende maanden met de betrokken subregionale partners nader afgesproken. Nadere invulling van doelstellingen in het overzicht volgt dan alsnog.


28

Stage en 2, 5, 6 P leerbanen offensief School Ex2 P programma Arbeidsmarktregio Groningen 400 extra werk-leerbanen per jaar 2, 4, 5, P 6 2, 4, 5 P 2,4, 5 2, 4, 5 2, 4, 5, 6 2, 4

C, N C P

3, 5 2, 3 1, 5, 6 3, 4, 5 2, 4, 5

N N N O O O

C

COLO en UWV

UWV en ROC’s

1000

250/ 100

250/ 100

GOA Zorg en Welzijn

40

40

80

40

30

100

100 40 45

100 40 45

200 80 90

GOA’s bouwgerelateerde beroepen GOA publieke sector GOA Centraal Groningen MartiniGilde

30

Werkervaringsplaatsen/ Kennispool Kwalificeren(d) aan de bak Scholing in de Zorg Schoon aan de slag Fit blijven Werk mee Snelweg naar werk en scholing Totaal + pm

15

30

15

60

35

50 40 15

nnb 20 15 75 65 35

nnb 25 15 75 65

35 45 30 200 1709 50

185

505

450

1140

42

58

15 57

100 158

85 85

200 300

8

32 25 15

16 25 10

56 50 25 25 nnb

75

75

50

25

25

200 150 50

10 5 98

20 10 202

20 10 156

50 25 456

260

260

260

nnb 780

300

800

800

1900

560

1060

1060

2680

100 Traineebanen 2, 4

C, N, P C

Traineebanen voor HBO/WO’ers 1, 5 Stageplaatsen Totaal + pm 300 Werkleer en/of stages voor kwetsbare groepen 6 N Van de zijlijn 6 C Top 50 Antilianen 6 C Marokkaanse jongeren 6 C Jongeren met uitkering 6 C Blijvend participeren door samen leren 6 O Kwetsbare Groepen 6 C, P Wijs met werk 6 C Uitbreiding project Lifecoaching 6 C Uitbreiding zorgmakelaar 6 C Niemand buitenspel Totaal + pm Acties doelgroepgericht HAVO-leerlingen 1, 4 P HAVO-4 doorstroom 2 P Havo-gediplomeerden School EX-plan MBO-leerlingen 1,5 P Preventiemedewerker MBO/AOC 18+ Totaal + pm


100

29

Overige regionale acties (randvoorwaardelijk) P Aanpak Neet-groep C, N Extern Leermeester C Fitte vutter C ‘Jongeren direct aan het werk’ C Jongerenloket Noordenkwartier C Netwerkontwikkeling N (P) Werknet voor jongeren 3, 4, 5 C, N Werkervaringsmeter C Pilot leerfabriek N Brugproject voorkomen van uitval N Verdiepen aanpak tot 27 jr. P Leerbanenbureau O Ervaringsprofiel voor werkzoekende jongeren

50

50

50

150

Nnb = nog nader te bepalen


30

Hoofdstuk 6

Monitoring en sturing

Aangezien we tal van acties starten om een passend aanbod voor onze jongeren te realiseren is het van belang om regelmatig te volgen wat de acties als resultaat opleveren en om bij te stellen waar dit noodzakelijk is. De monitoring en sturing zal er op hoofdlijnen als volgt uitzien. 6a Monitoring De monitoring vindt plaats op de volgende resultaatgebieden (gekoppeld aan groepen jongeren): - aantal jongeren met startkwalificatie geplaatst in een baan - aantal jongeren zonder startkwalificatie geplaatst in een baan - aantal jongeren met startkwalificatie geplaatst op een werkleerbaan - aantal jongeren zonder startkwalificatie geplaatst op een werkleerbaan - aantal jongeren met startkwalificatie geplaatst in een stageplaats - aantal jongeren zonder startkwalificatie geplaatst in een stageplaats - aantal jongeren in een traineebaan - aantal kwetsbare groepen geplaatst in een passend traject; stage, vrijwilligerswerk of anderszins Registratie vindt zo veel mogelijk plaats in Sonar, op de Werkpleinen. Het is mogelijk om in Sonar alleen administratief jongeren te registreren, zonder dat ze geregistreerd worden als werkzoekende (soms is dit namelijk niet wenselijk). Voor bovengenoemde monitoring moeten namelijk jongeren worden opgenomen in Sonar, die hierin voorheen niet werden opgenomen. In de visie van de partners is bovengenoemde registratie en monitoring ook noodzakelijk om een sluitende aanpak jongeren te realiseren (randvoorwaardelijk). 6b Sturing Onderstaand worden twee modellen gepresenteerd die een hulpmiddel zijn bij de analyse van de jeugdwerkloosheid en sturing daarop. Het betreft de volgende twee modellen: - Model doelgroepcategorisering in relatie tot primair verantwoordelijke organisatie op basis van wettelijke taken; - Model In- en Uitstroom. Beide modellen kennen een preventief deel en een curatief deel.


31

Model doelgroepcategorisering: Preventief

Schoolgaand (onderwijsinstelling/ Cfi) -VO - MBO -PrO/SO -HBO -WO

Leren werken -MBO-BBL - HBO deeltijd -leerwerktrajecten

Werkend met startkwalificatie

In dit model onderscheiden we drie groepen bij het voorkomen van jeugdwerkloosheid 1. De groep schoolgaanden. Hierbij is het van belang dat zij de onderwijsroute met succes vervolgen en zonodig aan upgrading doen: een hoger kwalificatie niveau halen. De onderwijsinstellingen zijn hiervoor primair verantwoordelijk. 2. Leren-werken De groep die een combinatie heeft van leren (onderwijs) en werken (inkomen/arbeidscontract). Het continueren van een onderwijstraject tot er sprake is van een startkwalificatie is de primaire verantwoordelijkheid van het onderwijs. Werkgevers dragen een verantwoordelijkheid voor het werkdeel. 3. Werkend met startkwalificatie Het betreft hier de jongeren die aan het werk zijn en een voldoende kwalificatieniveau hebben. Primair verantwoordelijk voor het voorkomen van werkloosheid is de jongere ondersteund door de werkgever en mogelijk het UWV-WERKbedrijf indien er sprake is van ontslagdreiging.


32

Model doelgroepcategorisering: curatief In dit model wordt goed zichtbaar hoeveel samenloop er zit in taken/verantwoordelijkheden (en dito wet-/ en regelgeving) wanneer een jongere in aanmerking komt voor publieke ondersteuning op het gebeid van onderwijs-arbeidsmarkt.

Werkzoekend ingeschreven (UWV Werkbedrijf)

VSV tot 23 jaar (RMC)

WW-uitkering (UWV) Bijstandsuitkering (GSD)

Werkend (SUWI) zonder startkwalificatie

Niet werkend niet in beeld zonder startkwalificatie

Wajong

Niet werkend niet in beeld met startkwalificatie

We onderscheiden de volgende groepen: 1. Werkzoekend ingeschrevenen Dit zijn jongeren die werkzoekend zijn. UWV WERKbedrijf heeft de taak deze jongeren te ondersteunen bij het vinden van werk. 2. Jongeren met een WW-uitkering Deze groep betreft jongeren met een WW-uitkering op basis van hun arbeidsverleden. Het UWV WW-verzekeringsbedrijf is verantwoordelijk voor de uitkeringsverstrekking en –indien van toepassing- voor het aanbieden van extra ondersteuning bij het vinden van werk (trajecten,scholing etc.). 3. Jongeren met een bijstandsuitkering Dit zijn jongeren die niet zelfstandig in hun levensonderhoud kunnen voorzien.


33

De gemeentelijke sociale dienst is verantwoordelijk voor de vestrekking van de bijstanduitkering en – indien van toepassing- voor het aanbieden van extra ondersteuning bij het vinden van werk (trajecten,scholing etc.). 4. Jongeren met een Wajong-uitkering Jongeren die niet in staat zijn op basis van een handicap volledig loonvormende arbeid te verrichten, komen in aanmerking voor een Wajong-uitkering. UWV-AG beoordeelt en verzorgt de uitkering en is tevens verantwoordelijk voor het aanbieden van extra ondersteuning bij het vinden van werk (trajecten,scholing etc.). 5. Voortijdig schoolverlaters Deze groep betreft jongeren tot 23 jaar die de school verlaten hebben en geen diploma hebben op het niveau van de startkwalificatie (MBO niveau 2, Havo-VWO-diploma). Het Regionaal Meld- en Coördinatiepunt (RMC) heeft samen met de woongemeente van de jongere de taak deze voortijdigs schoolverlaters te ondersteunen terug te gaan naar school. 6. Werkend zonder startkwalificatie Het betreft de groep die onder 5 is vermeld met als verbijzondering dat deze jongere aan het werk is. RMC en woongemeente blijven hiervoor verantwoordelijk tot de jongere 23 jaar is. VSV’ers die aan het werk zijn zonder startkwalificatie vallen niet onder de verantwoordelijkheid van een publieke organisatie. In de verzekerdenadministratie van het UWV staan deze jongeren geregistreerd (niet met de registratie: zonder startkwalificatie) 7. Niet werkend- niet in beeld met startkwalificatie Dit betreft de groep jongeren die geen beroep doen dan wel recht hebben op een uitkering, niet aan het werk zijn en wel een startkwalificatie bezitten. Er is geen publieke organisatie die een taak of verantwoordelijkheid voor deze groep heeft tenzij de jongere zich meldt voor ondersteuning. Dan wordt de gemeente daarvoor verantwoordelijk (Wet Investeren in Jongeren). 8. Niet werkend- niet in beeld zonder startkwalificatie Het betreft jongeren die geen startkwalificatie bezitten, die geen beroep doen of recht hebben op een uitkering en ook niet werkzoekend zijn. Tot 23 jaar is het RMC samen met de woongemeente verantwoordelijk. In de leeftijd van 23 tot 27 jaar is er geen publieke organisatie die hier een taak of verantwoordelijkheid in heeft. In deze categorie zijn ook jongeren tot 23 jaar aanwezig die in het verleden bij het RMC/de woongemeente uit beeld zijn geraakt als voortijdig schoolverlater. Dit doelgroepencategoriseringsmodel kan als hulpmiddel worden gehanteerd tijdens de actieplanperiode om organisaties met elkaar in gesprek te laten gaan over de doelgroep jongeren tot 27 jaar en wie wat wanneer doet.


34

Model In- en uitstroom

School

Leren-Werken

- VO - MBO BOL - Praktijkonderwijs/ Speciaal VO - HBO/WO Toename Jeugd werkloosheid

-

Werk

BBL Werkleervarianten

-

Toename Schoolverlaten - met SK - VSV

met Startkwalificatie zonder Startkwalificatie (VSV) Toename

Ontslag - met SK - VSV

Jeugd werkloosheid

Jeugd -werkloosheid

Jeugdwerkloosheid (bestand) Toe-name

Geregistreerd (in beeld)

Ongeregistreerd (niet in beeld)

- met startkwalificatie Jeugd-werk-loos-heid - zonder startkwalificatie (VSV)

-

met startkwalificatie zonder startkwalificatie (VSV)

Afname

Afname

Afname

Jeugd werkloosheid

Jeugd werkloosheid

Jeugd werkloosheid

School - VO - MBO BOL - Praktijkonderwijs - HBO/WO

Leren-Werken -

BBL Werkleervarianten


Werk -

met Startkwalificatie zonder Startkwalificatie (VSV)

35

Toelichting op het model Dit model is een hulpmiddel om integraal inzicht te krijgen in de situatie en bewegingen die plaatsvinden op de jeugdwerkloosheid. Op basis van dit inzicht kan sturing gegeven worden aan vervolgacties. Ook biedt het model houvast voor het plaatsen van acties en activiteiten die moeten leiden tot voorkomen van jeugdwerkloosheid (preventie) en het verhelpen van de situatie van jeugdwerkloosheid (curatief). In het model zijn de volgende hoofdcategorieën onderscheiden. 1. Jongeren die onderwijs volgen (ingeschreven staan bij een erkende onderwijsinstelling) 2. Jongeren die een combinatie van werken-leren volgen (erkend onderwijs en werk) 3. Jongeren die aan het werk zijn zonder het volgen van een erkende opleiding 4. Jongeren die niet naar school gaan of aan het werk zijn Naast deze hoofdcategorisering van doelgroepen wordt de volgende verdere onderverdeling gehanteerd. Deze is relevant gezien het specifieke karakter van deze subdoelgroep, vanuit inhoudelijk (bijvoorbeeld wel/geen startkwalificatie) dan wel organisatorisch (bijvoorbeeld primaire verantwoordelijkheden) opzicht. a. -

Naar opleidingsniveau: Met startkwalificatie Zonder startkwalificatie

b. -

Naar leeftijd: onderscheiden wordt jongeren tot 23 jaar jongeren 23 – 27 jaar

c. -

Kwetsbare groepen jongeren: praktijkonderwijs/speciaal voortgezet onderwijs allochtonen tienermoeders/zwangere jongeren (ex-)gedetineerden zorgjongeren

Met behulp van dit model kunnen (be)standcijfers op meetmoment in beeld gebracht worden: - op school - leren/werken - werk - jeugdwerkloosheid verbijzonderd naar de subgroepen. Daarnaast kunnen in beeld gebracht worden de stroomcijfers in een meetperiode: - aantallen instroom in jeugdwerkloosheid - aantallen uitstroom jeugdwerkloosheid Acties en activiteiten kunnen naar (sub)doelgroep en naar aard (preventief of curatief) worden ingedeeld. Met dit model als basis kan de bijdrage van elke actie/activiteit aan de aanpak jeugdwerkloosheid toegewezen en beoordeeld worden.


36

Hoofdstuk 7

Organisatie en uitvoering

7a Organisatie Voor de organisatie en uitvoering van het regionaal actieplan jeugdwerkloosheid wordt voor de projectperiode volgens het volgend model gewerkt.

BESTUURLIJK OVERLEG JEUGDWERKLOOSHEID GRONINGEN Communicatiewerkgroepen

Provinciaal projectteam PROJECTTEAM centraal

Operationele kernteam

PROJECTTEAM noord

PROJECTTEAM oost

3 RMC’s 2 ROC’s AOC Hanzehogeschool

8 Werkpleinen

Werkgevers

Kenniscentra

Voortgezet onderwijs

SWbedrijven

Jeugdzorg

Welzijnsorganisaties

GGD, verslavingzorg

Vrijwilligerscentrales


37

Het bestuurlijk overleg jeugdwerkloosheid Groningen (verwezen wordt ook naar het overzicht in bijlage II) bestaat uit vertegenwoordigers van de convenantpartners: - 3 regiogemeenten - UWV-WERKbedrijf - Provincie Groningen - 2 ROC’s - AOC - Hanzehogeschool - MKB-noord/VNONCW-noord - Vakbond - COLO/Kenniscentra - Jeugdzorg Voorzitter is de coördinerende gemeente en vertegenwoordiger van de Werkpleinplus vestiging Groningen, tevens eindverantwoordelijke. Het overleg vindt 3 maal per jaar plaats en loopt in de pas met en focust zich op de monitoring van de voortgang van de resultaten richting het Ministerie van SZW. De provinciale projectgroep bestaat uit: - Provinciaal projectleider - 3 projectleiders van de 3 regio’s De provinciale projectgroep heeft een aanjaagfunctie en bewaakt de operationele voortgang. Ze komt 1 maal per 2 weken bij elkaar en heeft als taak: - het opstarten, aansturen, aanjagen en monitoren van de (sub)regionale projecten - voorbereiden van het bestuurlijk overleg - coördinatie en afstemming tussen de subregio’s en met de regionale (provincie Groningen en Noordenkwartier) projecten - interne communicatie De organisatie van de 3 regionale projectgroepen is de verantwoordelijkheid van de regio’s en kan op verschillende manieren ingevuld worden. Per regio wordt een coördinator aangesteld. Uitvoering zal voor een groot deel plaatsvinden bij de Werkpleinen. Aan de operationele kerngroep nemen vertegenwoordigers van de projectpartners deel. Doel van de operationele kerngroep is uitwisseling van informatie en ervaringen en het benutten van expertise, de netwerken en ingangen die de vertegenwoordigers hebben binnen hun eigen organisaties (benutten korte lijnen). De operationele kerngroep komt in het begin 1 maal per 6 weken bij elkaar en daarna 1 maal per 2 maanden. Zowel het provinciaal projectteam als de projectteams in de regio’s hebben contact met de uitvoerende organisaties over de voortgang van de projecten. Naast de convenantpartners zoals genoemd in deze aanvraag, zijn er ook nog vele andere samenwerkingspartners die meewerken aan het bereiken van de ambities van dit regionaal actieplan. Deze zijn ook opgenomen in het organisatiemodel, waarbij we willen opmerken dat het beeld niet volledig is.


38

7b Administratie De gemeente Groningen is eindverantwoordelijk voor het beheer van het budget en de verantwoording. Er wordt een opzet van de administratie gemaakt bij de start van het project. Daarbij anticiperen we zoveel mogelijk op een ESF-aanvraag. De centrale projectadministratie ligt bij de gemeente Groningen. De gemeente Groningen is voor deze administratie afhankelijk van de gegevens van de partners. Iedere partner is verantwoordelijk voor de eigen administratie en het tijdig aanleveren van de benodigde gegevens voor de tertaal te leveren rapportage aan het Ministerie van SZW. Met de partners worden schriftelijk afspraken gemaakt over het financieel beheer, de verantwoording, de administratie en mogelijk ook registratie (ESF). Iedere partner benoemt een contactpersoon voor de projectadministratie. 7c Communicatie Om ervoor te zorgen dat de communicatie binnen dit project goed gaat verlopen tijdens de projectperiode, zal er nog een communicatieplan opgesteld worden. Het betreft zowel een plan voor de interne- (tussen de partners onderling) als voor de externe communicatie (naar andere partijen en in de (sub)regio’s). Een heel ander aspect betreft nog de communicatie naar de doelgroep: de jongeren en indirect ouders en andere betrokkenen. Er wordt een werkgroep externe communicatie opgericht met daarin pr- / communicatiefunctionarissen van een aantal partners, onder de regie van de gemeente Groningen. De interne communicatie tussen de projectpartners is de verantwoordelijkheid van de provinciale projectgroep. Er wordt een werkgroep communicatie jongeren opgericht. De communicatieactiviteiten worden zoveel mogelijk aangesloten bij bestaande communicatiekanalen van de partners. Zo hebben werkgeversorganisaties reeds aangeboden gebruik te maken van hun communicatiemedia. Doel van de communicatie is: jongeren informeren over de huidige situatie op de arbeidsmarkt en hun mogelijkheden. Tevens moeten jongeren zonder baan/opleiding verleid worden een traject in te gaan. Bovendien zal er ook een landelijke campagne komen, geïnitieerd door het ministerie SZW. Als regio willen we daar bij aansluiten en deze campagne verbinden en ‘vertalen’ naar de regio en subregio, rekening houdend met de specifieke communicatiekenmerken van de regio. Timing is hierbij een belangrijk aspect. Communicatie naar de doelgroep zal, gespecificeerd naar doelgroep, op verschillende niveaus trapsgewijs plaatsvinden: landelijk, regionaal, subregionaal en lokaal.

7d Middelen De volgende middelen zetten we in voor de uitvoering van dit Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen. Dit overzicht is niet uitputtend maar betreft wel de belangrijkste financieringsbronnen. Reguliere middelen De budgetten die partners beschikbaar hebben voor de uitvoering van hun reguliere dienstverlening wordt ingezet voor de acties voor de jongeren. Gerubriceerd naar organisatie betreft dit: Gemeenten re-integratiemiddelen uit het Participatiebudget uitkeringsdeel van de bijstandsuitkering (I-deel) leerplicht- en RMC-middelen (zorg)middelen voor kwetsbare groepen


39

-

uitvoeringsformatie Sociale Zaken en Onderwijs

UWV -

re-integratiemiddelen gekoppeld aan een werkloosheidsuitkering re-integratiemiddelen gekoppeld aan een Wajong- en WIA-uitkering WW-uitkering (onder voorwaarde goedkeuring UWV) Uitvoeringsformatie Werkbedrijf, WW-dienstverlening en AG-dienstverlening

Onderwijsinstellingen reguliere bekostiging door Ministerie van OCW (VO, MBO, HBO/WO) reguliere formatie dienstverlening aan dreigend voortijdig schoolverlaters zorgmiddelen MBO-instellingen ten behoeve van zorgleerlingen/kwetsbare groepen Extra tijdelijke middelen Naast de inzet van reguliere middelen zijn er in de projectperiode tijdelijke extra middelen beschikbaar. Het gaat om onder andere: Landelijk UWV: middelen beschikbaar ik het kader van het Actieprogramma Jeugdwerkloosheid 20092011 ROC’s: middelen School Ex-programma COLO/kenniscentra: middelen voor leerwerkplaatsen en stages Arbeidsmarktregio’s: middelen die het Kabinet beschikbaar stelt aan de arbeidsmarktregio’s voor de periode 2009-2011 voor extra acties. Sectorafspraken; middelen beschikbaar gesteld door sociale partners/O&O-fondsen ESF; beschikbare subsidies conform de nieuwe regeling voor jongeren Provincie Groningen Inzet van middelen beschikbaar in het kader van de Versnellingsagenda Groningen ten behoeve van scholing/arbeidsmarkt. Onderwijsinstellingen VO en MBO: De programmagelden in het kader van de Convenanten Voortijdig Schoolverlaten MBO: Extra middelen ten behoeve van schoolmaatschappelijk werk Plusvoorzieningen kwetsbare jongeren


40

Bijlagen


41

Bijlage I Overzicht acties

Hieronder volgt het overzicht van de acties. Hierin zijn niet de uitwerking van de landelijke actie in deze regio opgenomen. Dit is beschreven in het hoofddocument. Dit overzicht is ingedeeld naar de overige beschreven ambities: Acties arbeidsmarkt regio Groningen - 400 extra werkleerverbanden of stageplaatsen (op jaarbasis in 2010 en 2011) - 100 traineebanen - 300 plaatsen voor kwetsbare groepen Doelgroepgerichte acties - Havo-leerlingen - MBO-leerlingen Overige regionale acties - Randvoorwaardelijke activiteiten Over de hier beschreven acties moeten nog nadere afspraken worden gemaakt op bestuurlijk niveau: welke hebben prioriteit, welke worden opgestart in 2009 en welke later. Het kan ook zijn dat voor 2010 en 2011, afhankelijk van de ontwikkelingen, nog nieuwe acties worden ingebracht op basis van nog nader vast te stellen criteria. Voor alle hierna genoemde acties kunnen ook andere middelen ingezet worden dan de landelijke middelen bestemd voor de regionale actieplannen jeugdwerkloosheid.


42

Acties arbeidsmarkt regio Groningen


43

Naam Omschrijving

Doelgroep

Aantallen Doelstelling

Resultaat

Aanpak/ activiteiten

Planning

Partijen Kosten en financiering

Periode

Relatie met

GOA Zorg & Welzijn Kenniscentrum Calibris en ZorgpleinNoord starten een pilot in de Zorg en Welzijnssector voor jongeren in leerwerktrajecten. Doel is: - Het reguleren van de mobiliteit binnen zorg en welzijn. - Werknemers en leerlingen blijvend behouden voor de sectoren ivm tekorten in de personeelsvoorziening (ook bij uitval uit één van de sectoren). Hiervoor wordt een GOA (gemeenschappelijke opleidingsactiviteit) open ingericht. De GOA wordt als stimulerend middel gebruikt om: - werkgevers te ontzorgen; - risico’s van arbeidsverbanden weg te nemen; - Jongeren zonder startkwalificatie naar werk-leer-trajecten - Jongeren met startkwalificatie naar werk-leertrajecten (upgraden) - Jongeren met een startkwalificatie, maar niet in deze twee sectoren via werken en leren alsnog relevante kwalificaties voor de sectoren Zorg en Welzijn laten behalen. 2 x 40 jongeren = 80 jongeren (zo mogelijk versneld uit te breiden) - In de periode 2010 en 2011 worden in een pilot in de GOA Zorg & Welzijn minimaal 80 jongeren op een relevant kwalificerend werk-leertraject geplaatst. - Infrastructuur sectorale GOA is ontwikkeld, uitbreiding is mogelijk. Duurzaam ook naar de toekomst toe. Uitstroom naar: - Leerwerktrajecten (80 jongeren minimaal) - Werk Naast direct effect voor de jongeren is er ook een effect voor de zorg & welzijn sector ivm personeelsvoorziening als gevolg van uitval werknemers uit de sectoren (vangnetfunctie) en gevolgen ivm vergrijzing en ontgroening. - September en oktober komen tot definitieve afspraken Calibris, ZorgPleinNoord, Werkgevers Zorg en Welzijn, UWV, Gemeenten en ROC’s. - September – december sectorale GOA ontwikkelen (gebruik maken van kennis en ervaring GOA’s Bouwgerelateerde beroepen). - Januari beginnen met plaatsingen. - Monitoring sept. 2009 – 2011. Per half jaar evaluaties 2009: sectorale GOA is ontwikkeld ste 2010 1 helft: 15 geplaatst de 2010 2 helft: 25 geplaatst 2011: 40 geplaatst Calibris en ZorgPleinNoord (verantwoordelijk) i.s.m. gemeenten en UWV en ROC’s (Alfa College en Noorderpoort) Kosten - Loonkosten coördinator GOA (incl. werkrelatie) - Organisatiekosten aanloopperiode - (Salaris)administratie GOA werknemers (= de leerlingen) - Pilotperiode: loonkostensubsidie Financiering - Loonkostensubsidies (UWV en Participatiebudget); Provincie Versnellingsagenda (aanloopbijdrage; ontwikkeling); ESF; Overige (kenniscentra; O&O; e.a.). - September/oktober nadere afspraken en bestuurlijke goedkeuring - 31 dec. 2009 realisatie organisatie sectorale GOA en werving BBL’ers - 2010 uitvoering - 2011 idem School ex; landelijke acties Colo, Kenniscentra en UWV


44

Naam Omschrijving

Doelgroep


Resultaat


Planning

Partijen

Kosten en financiering Periode Relatie met

GOA’s Bouwgerelateerde beroepen Een aantal GOA’s van het Samenwerkingsverband bouwgerelateerde beroepen hebben in de afgelopen periode noodgedwongen BBL’ers moeten ontslaan of hebben nog BBL’ers in dienst die met ontslag bedreigd worden. Ook hebben enkele te maken met minder inschrijvingen van BBL’ers (imago irt crisis; risico’s te groot). Mogelijkheden ziet men echter wel om meer (t.o.v. ijkdatum 1 juli) jongeren te plaatsen. Het gaat om bestaande plekken die nu niet gevuld kunnen worden, maar ook om extra nieuwe leerbedrijven die opnamecapaciteit hebben, mits er gunstige voorwaarden aan verbonden zijn (loonkostensubsidie). Eveneens is een belangrijk aspect aan deze actie dat de bestaande GOA-infrastructuur voor de korte termijn geholpen is (tot de economie weer aantrekt). Contacten en eerste bespreking heeft reeds plaatsgevonden. - Nieuwe jongeren zonder startkwalificatie (schoolverlaters die geen werkleerplek hebben); - Jongeren zonder startkwalificatie die ontslagen zijn en een opleiding willen vervolgen; - Jongeren met startkwalificatie (upgraden) - Jongeren met een startkwalificatie, maar niet in de bouwgerelateerde sectoren/branches, maar die wel willen halen in de bouw. 100 jongeren (periode 2009 – 2011) - 100 jongeren worden geplaatst op een werkleerplek die er nu niet (meer) is en behalen een relevante kwalificatie. Uiteindelijk stromen ze door naar betaald werk. - Bestaande infrastructuur van betreffende GOA’s wordt ondersteund. - Personeelsvoorziening Bouwgerelateerde sectoren blijft structureel op peil; middenlange en lange termijn. Uitstroom naar: - Leerwerktrajecten - Werk (na afronding opleiding) - Nadere uitwerking en afspraken (samenwerkingsverband) - Verdringingseffect afdichten (toetsbare afspraken met werkgevers) - Werven extra BBL’ers en upgraders en gekwalificeerden andere sectoren - Eventueel uitwerken van aangepaste opleidingsarrangementen - Plaatsen jongeren - September 2009 nadere afspraken 2009: 30 plaatsingen op werkleer-trajecten (voor 1/10) e 2010: 40 plaatsingen op werkleer-trajecten (1 helft 2010) 2011: 30 plaatsingen op werkleer-trajecten - Juli 2010 evaluatie extra actie - Continuering Actie 2010 – 2011 Verantwoordelijk: GOA’s samenwerkingsverband bouwgerelateerde beroepen, bestaande uit: ROINN (Regionaal Opleidingscentrum Installatietechniek Noord Nederland), GOA-Infra groep, SSPB Praktijkcentrum Bouw, ElektroWerk, OCB BV (Opleidingscentrum Bouw), SPOS (Samenwerkingsverband Praktijk-Opleiding Schilderen), Technopark (opleidingscentrum houttechnieken Noord Nederland) Overige betrokkenen: Bouwend Nederland, Fundeon, gemeenten, UWV, ROC’s - Loonkostensubsidie (moet nog worden uitgewerkt en definitief besloten) en organisatie en administratiekosten September 2009 – 2011 Matchingoffensief; School ex; ACO (Fundeon)


45

Naam Omschrijving

Doelgroep


Resultaat Aanpak/ activiteiten

Planning

Partijen

Kosten en financiering

Periode Relatie met

GOA publieke sector Uit eerder onderzoek blijkt dat (semi-)overheidsinstellingen relatief weinig tot geen BPV-plekken kennen. Terwijl in deze regio daar een substantieel deel van de werkgelegenheid ligt. Onder andere de risico’s voor wachtgeld (overheidsinstellingen als eigen risicodragers), onbekendheid en organisatorische overwegingen spelen een rol. Door de meeste van deze risico’s en organisatie in de GOA publieke sector te organiseren wordt naar verwachting de weg vrij gemaakt voor een aanzienlijk aantal extra werkleerplekken voor tal van beroepsrichtingen. In de inventarisatie in mei en juni 2009 hebben reeds een aantal grote instellingen in de publieke sector concrete toezeggingen gedaan om extra plekken te creëren. Alleen al bij de bij Noorderlink aangesloten instellingen werken 40.000 werknemers. Doel: ontzorgen van de werkgevers. - Nieuwe jongeren zonder startkwalificatie naar werkleerplekken (schoolverlaters die geen werkleerplek hebben); - Jongeren zonder startkwalificatie die ontslagen zijn (BBL) en een opleiding willen vervolgen; - Jongeren met een startkwalificatie naar werkleer-traject (upgraden) 200 jongeren (2010: 100; 2011: 100). (Dit is 0,5% van aantal werknemers bij Noorderlink aangesloten publieke instellingen) - 200 jongeren worden geplaatst op een nieuwe relevante werkleerplek binnen de publieke sector en realiseren hun beroepskwalificatie - Instellingen in de publieke sector hebben zich (verder) ontwikkeld tot erkende leerbedrijven - Instellingen integreren werkleer/BPV in hun HRM beleid (doorstroom naar reguliere banen in de sector; bijdrage aan vergrijzingvraagstuk) Uitstroom naar: - Leerwerktrajecten - Op korte termijn (2009) komen tot afspraken met een aantal grote publieke instellingen; verdere wervingscampagne - Oprichten GOA publieke sector (incl. bestuur) - Inschakelen kenniscentra: functies; erkenning leerbedrijf etc.. - Financieel regelen Structureel aantal plekken gecreëerd 2011 en verder. 2009: randvoorwaarden scheppen - 2010: 100 plaatsingen (aantal instellingen uitbreiden) - 2011: 100 plaatsingen (aantal instellingen uitbreiden) GOA publieke sector (verantwoordelijk) ROC’s, gemeenten, Provincie, Hanzehogeschool, UWV (concern) e.v.a. (als afnemers = in de rol van werkgever). Kenniscentra, Noorderlink (Noordelijk Netwerk Instellingen op terrein van HRM en HRD) ROC’s als opleidingsinstituten Kosten - Oprichting en bemensing GOA - Loonkostensubsidies (afbouwen) - Administratieve en organisatorische kosten - Risico’s afdichten Financiering: - Actieplan middelen - Provincie - ESF - Inleenvergoedingen 1sept. – 31 dec.: voorbereidingen. 1/1/2010 - 31 dec. 2011: uitvoering Leerbanenbureau; bestaande GOA’s e.a.


46

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen Doelstelling


Partners / uitvoerders

Kosten en financiering Periode

GOA Centraal Groningen Jongeren worden door GOA in dienstgenomen en gedetacheerd op werkleerplekken bij bedrijven. Het GOA is een zelfstandige rechtspersoon waarin bedrijven, ROC’s en gemeente participeren. Het GOA neemt de werkgeversrol en het risico. Aantal sectoren kennen GOA’s. GOA-stad willen we oprichten met bedrijven die geen eigen GOA (meer) kennen. Diverse bedrijven, brancheorganisaties en ROC’s in de regio hebben aangegeven de GOA een passend antwoord te vinden op het voorkomen van jeugdwerkloosheid en behoud van toekomstig, gekwalificeerd personeel. Lager opgeleide jongeren tot 27 jaar. BBL-ers, werkzoekenden, maar ook MBO-ers die zich in combinatie leren en werken verder willen ontwikkelen. Groningen Centraal: 80 plekken (stad Groningen: 70 opgenomen in Alle hens aan dek) Jongeren beter toerusten voor arbeidsmarkt door combinatie werken en leren. Werkgevers stimuleren tot het bieden/behouden van werkleerplekken door hen te ontlasten. - opzetten GOA-constructie - benaderen werkgevers - vinden/creëren/realiseren van werkplekken - begeleiden jongeren Gemeente Groningen UWV NPC, Alfa Ondernemerstrefpunt DSW Participatiebudget, O&O-fondsen Middelen regionale aanpak jeugdwerkloosheid 2009: opstart en inrichting 2010: 40 plaatsingen 2011: 40 plaatsingen


47

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen

Doelstelling

Resultaat


Partners

Uitvoerders


Periode

Martini Gilde (extra; uitbreiding en intensivering bestaande aanpak) Het Martini Gilde is bedoeld voor leerlingen van de opleidingen zorghulp (niveau 1) en helpende zorg & welzijn (niveau 2). De leerlingen volgen het onderwijs niet op school, maar worden net als vroeger opgeleid in een gilde. Dit betekent dat de hele opleiding plaatsvindt in het ziekenhuis – ook het onderwijs. In de praktijk komen de leerlingen onder de hoede van vakbekwame ‘meesters’ op de werkvloer. De theorie wordt verzorgd door een deskundige ‘meester’ (docent) van het ROC. Deze laatste is ook gestationeerd in het ziekenhuis en onderwijst de leerlingen in een speciaal daarvoor ingericht leerhonk. Het project wordt in kader van de bestrijding jeugdwerkloosheid uitgebreid voor wat betreft het aantal zorginstellingen (van 1 naar 3) en aantal deelnemers. kwetsbare BOL-leerlingen van de sector zorg zonder startkwalificatie (laag niveau). Staat open voor honderden zorg BOL -leerlingen van alle ROCs (3x) met zorgopleidingen. Hierdoor kunnen (per project) extra 15 leerlingen een stageplek krijgen. - 45 leerlingen per schooljaar, verdeeld over drie werkgevers / projecten - maximaal 15 leerlingen per project 70 % hiervan krijgt een diploma voor twee opleidingen: zorg en schoonmaak Uitstroom naar: Leerwerktrajecten Scholing Extra zorg stageplekken (BPV) creëren door het volledig intern opleiden van zeer laag niveau leerlingen. De leerlingen gaan 100% in de praktijk de opleiding volgen, zelfs de theorie wordt op locatie verzorgd. Dit gebeurt in combinatie met schoonmaak-taken en taken voedingsassistent. Indien capabel gaan leerlingen hierna verder met een hoger niveau. Kenniscentrum Calibris Gemeente Groningen 3 ROC’s drie grote zorg werkgevers Zorg werkgevers Calibris ROC’s Kosten - Coördinatie & stuurgroep - docenten ROC’s (ontwikkelcapaciteit en extra begeleidingsuren; per project twee) - Inrichten opleidingsplekken bij de werkgevers (leerhonken) - Begeleiding werkgever + plan + evaluatie + voortgang Financiering: actieplan Looptijd een schooljaar, te beginnen met schooljaar 2009/2010


48

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen

Doelstelling

Resultaat

Aanpak/ activiteiten Planning

Partijen


Werkervaringsplaatsen/Kennispool (onder voorbehoud goedkeuring) HanzeConnect voert al 15 jaar de Kennispool uit, werkervaringstrajecten voor werkzoekende hoger opgeleiden. De uitstroom van 1994 tot nu is ongeveer 80% (in 2008 rond de 73%). In het kader van het Regionaal actieplan Jeugdwerkloosheid ontwikkelt HanzeConnect een nieuw, aangepast programma op maat voor de doelgroep pas afgestudeerden. Deelnemers worden begeleid in het proces (coaching) en inhoudelijk (advies tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden op de werkplek). De doorlooptijd van het programma bedraagt 7 – 9 maanden. Het programma is gericht op pas afgestudeerde jongeren met een MBO+, HBO en WO opleiding. - 60 hoger opgeleide jongeren participeren in een combinatie van een werkervaringstraject gekoppeld aan coaching en training. Het betreft 4 groepen van 15 deelnemers (Elk half jaar start een nieuwe groep van 15 deelnemers.) - 75% heeft na afloop van het traject een reguliere baan. - deelnemers bouwen een netwerk op; - deelnemers hebben door de werkervaring een sterker CV - deelnemers hebben de kans zichzelf onmisbaar te maken bij het stagebedrijf/werkervaringsbedrijf; - deelnemers scherpen sociale vaardigheden aan; -MBO+ en HBO/WO opgeleiden ontwikkelen eigen competenties verder binnen de context van een organisatie en stromen na de stageperiode (9 maanden) uit naar werk (75%). -Arbeidsfit houden van doelgroep Uitstroom naar: - Leerwerktrajecten - Werk Via intensieve stage, goede begeleiding (Hanze en intern bij de stageorganisatie) ontwikkelen jongeren eigen competenties en baanverwervingvaardigheden. Hanze heeft reeds jarenlange ervaring met soortgelijk concept. 2009: Ontwikkelen van een programma op maat in 2009 2009: werving en selectie groep 1 2010: groep 2 en 3 (uitstroom 1 en 2; wv. 23 naar een baan) 2011: groep 4 (uitstroom 3 en 4; wv. 23 naar en baan) 2011: evaluatie HanzeConnect De Hanzehogeschool Groningen (HanzeConnect) levert een projectleider en is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en uitvoering van het programma, de matching van deelnemers en werkplek biedende bedrijven en de begeleiding en coaching van de deelnemers. De projectleider rapporteert aan de Bestuurlijke groep en aan het Operationele kernteam Jeugdwerkloosheid. Hanzehogeschool Groningen (HanzeConnect) en werkplek biedende bedrijven. HanzeConnect beschikt over een netwerk van 2500 bedrijven in de noordelijke regio Kosten: ontwikkelkosten; opleidingsprogramma; begeleiding; organisatiekosten; werving en selectie; stagesubsidie (geheel of gedeeltelijke tegemoetkoming > nader uitwerken). Financiering (onder voorbehoud) - Regionaal Actieplan - Participatiebudget - Provincie (nader af te spreken) - ESF - Detachering/traineesalaris - Overige


49

Periode Relatie met

September 2009 – 31 december 2011 Leerbanenbureau; COLO (stage en leerbanenoffensief)


50

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen

Doelstelling Resultaat


Planning

Partijen Kosten en financiering Periode

Relatie met

Kwalificeren(d) aan de bak Jongeren die zich melden zonder startkwalificatie op zoek naar werk begeleiden en plaatsen op kwalificerende trajecten bij bedrijven, Gezamenlijke opleidingsactiviteiten (GOA) of SW in de regio Noord met erkende leerplekken. Jongeren zonder startkwalificatie met recente werkervaring 2009: 35 2010: aantallen op basis van verhouding met totale doelgroep VSV 2011: idem Alle jongeren zonder startkwalificatie in beeld, 60% uitstroom naar werk of leerwerktraject Uitstroom naar: - school - Leerwerktraject Jongeren melden zich zonder startkwalificatie bij het UWV – RMC. Dit zijn jongeren in de leeftijd van 18 t/m 22 jaar die in vorige jaren aan het werk zijn gegaan (zonder een afgeronde MBO 2 opleiding). Het zijn met name jongeren die als uitzendkracht dan wel op detacheringsbasis hebben gewerkt. In 2007 – 2008 kende Noord Groningen 320 schoolverlaters. Vanaf augustus 2008 tot en met mei 2009 in totaal 457! Voor deze jongeren zullen leerwerktrajecten gezocht moeten worden, omdat teruggeleiding naar BOLtrajecten onhaalbaar zal blijken te zijn. De in het plan genoemde preventieambtenaren hebben een duidelijke rol in het preventiedeel, voorkomen dat deze jongeren uitvallen. Als zij uitvallen is begeleiding en snelle acquisitie van praktijkplekken essentieel. In september/oktober 2009 is duidelijk om hoeveel jongeren het gaat door het samenvoegen van bestanden van Werkbedrijf en RMC. Met 100% van deze jongeren wordt een scan gemaakt van de mogelijkheden en gestreefd wordt naar 60% uitstroom naar werk / werkleertraject. Werkpleinen, RMC, SW-bedrijven (verantwoordelijk) ROC’s en SW-instellingen Kosten Het acquireren van nieuwe trajecten 1,8 fte 2009: - bestandsvergelijking en alle jongeren in beeld - alle jongeren in een bestand - regulier overleg op uitvoeringsniveau met alle partners - quick win: 5 jongeren direct plaatsen vooruitlopend op de afspraken op basis van scangesprekken e 1 helft 2010: acquisitie praktijkplekken scans mogelijkheden jongeren e 2 helft 2010: acquisitie praktijkplekken plaatsing en begeleiding jongeren 2011: praktijkplekken verder uitbouwen plaatsing en begeleiding jongeren Actieplan VSV; Project preventieambtenaren actieplan jeugdwerkloosheid; Leren en werken Stad en Ommeland


51

Naam Omschrijving

Doelgroep

Aantallen

Doelstelling


Planning Partijen


Relatie met

Scholing in de Zorg Techniek, schoonmaak mobiele leermeesters Samen met een grote zorgaanbieder in de regio wordt gekeken naar de mogelijkheden een GOA op te zetten. Het zou dan gaan om alle functies die er bij deze instelling te vinden zijn. Van groen en huishoudelijk tot zorgfuncties In het laatste kwartaal 2009 vindt planontwikkeling en voorbereiding plaats zodat in januari gestart kan worden. Jongeren met en zonder startkwalificatie . In dit plan zouden vooral de jongeren kunnen worden betrokken met een onderbroken BBL-opleiding wegens het wegvallen van de praktijkplek. Dan wel jongeren die wel in de zorg willen werken met een BOL-opleiding maar waar op dit moment bij de werkgever onvoldoende begeleidingscapaciteit is. Wij willen dit oplossen met mobiele leermeesters. Bij voorkeur door al opgeleide verzorgenden en verpleegsters die afgekeurd zijn voor het beroep maar wel de vakkennis hebben. Het plan is nog in ontwikkeling. Gestreefd wordt naar het plaatsen van: 2010: 20 jongeren 2011: 25 jongeren De bovengenoemde aantallen zijn daarmee nog vooral indicatief. Mocht blijken dat uitval van jongeren uit de bbl anders uitvalt dan geschat, dan worden deze cijfers aangepast. Jongeren met en zonder startkwalificatie de mogelijkheid bieden in de regio een leerwerktraject te volgen in verschillende richtingen met uitstroom naar vast werk. Uitstroom naar: - Leerwerktraject Samen met de zorginstelling wordt in 2009 een plan van aanpak ontwikkeld om deze jongeren een plaats te bieden in lokale werkgelegenheid. In samenwerking met ROC Noorderpoortcollege, gemeenten en de zorginstellingen worden daar in 2009 afspraken over gemaakt om in januari 2010 te beginnen. In 2009 ontwikkeling en voorbereiding. Start in januari 2010 ISD Noord (verantwoordelijk) - Zorginstelling - Bedrijven in Eemsdelta - ROC Noorderpoort In 2009 ontwikkelcapaciteit van 0,5 fte In 2010 en 2011 uitvoeringscapaciteit (werving, screening, leermeesters, coördinatie); 2,5 FTE te financieren uit Actieplan augustus 2009 tot eind 2011 in 2009: - afronding en accorderen plan van aanpak - starten acquisitie jongen voor deze trajecten - communicatieplan gereed e 1 helft 2010 : plaatsing eerste jongeren (3) e 2 helft 2010: plaatsing 7 jongeren 2011: plaatsing 10 jongeren en vervolgplan/ afspraken voor na 2011: evaluatie om uitbreiding van project te bekijken - De crisis de baas, aanpak Crisis Noord-Groningen - Sectorale GOA Zorg & Welzijn (nader te onderzoeken)


52

Naam Omschrijving Doelgroep Aantallen Doelstelling


Planning Partijen


Relatie met

13

Schoon aan de slag In dit project ontwikkelen Noorderpoort, Werkplein Eemsdelta en Savantis extra Bbl-trajecten in de schoonmaak. Jongeren zonder startkwalificatie die door middel van een leerwerktraject een startkwalificatie kunnen halen en werkervaring op kunnen doen. 15 in 2010 15 in 2011 In 2 jaar een traject Schoonmaak ontwikkelen dat kwetsbare jongeren die mogelijkheid biedt te werken en leren. In samenwerking met KKB voor de schoonmaak (Savantis) wordt een traject opgezet waar in de regio veel werkgeversvraag naar is (naar kantoorschoonmaak ook industriële schoonmaak). In Regio Noord tenminste 15 jongeren plaatsen op een praktijkplek aangevuld met leeraanbod vanuit NP. Uitrol over andere regio’s ligt in 2010 voor de hand. Uitstroom naar: - Leerwerktraject Samenwerkingspartners zijn vanaf de zomer al in gesprek over de mogelijkheden 13 voor deze jongeren in de schoonmaak. Op dit moment zijn er geen CREBO voor deze richting in regio Groningen. Door deze opleiding samen met Kenniscentrum te ontwikkelen ontstaan een volwaardig praktijkgeoriënteerde traject waar jongeren snel kunnen instromen. 2009 gebruiken voor doorontwikkeling van ideeën, procedures en organisatie Starten in 2010. Noorderpoort (verantwoordelijk) Savantis Werkplein Eemsdelta Lokale ondernemers In derde kwartaal ontwikkel en acquisitiecapaciteit 0,5 FTE (NPC en Werkplein) Start in 2010 met trajecten, financiering door gemeenten van trajectkosten Begeleiding jongeren en doorontwikkeling 1 fte per jaar Acties reeds ingezet gezien lokale vraag maar onder druk (financieel). Eind in 2011. Resultaten: Derde kwartaal 2009: - ontwikkelen plan van aanpak - proces CREBO aanvragen (procedure OCSW) - organisatie, mensen, inhoud en faciliteiten ste 1 helft 2010: Start trajecten 5 jongeren als pilot in traject de 2 helft 2010: 10 jongeren in traject 2011: 15 jongeren aan de slag, ontwikkeling plan van aanpak, bestendiging en uitrol andere delen provincie Wet investeren in Jongeren Leren en werken Stad en Ommeland

Crebo: opleidingslicentie van ROC


53

Naam Omschrijving Doelgroep


Resultaat


Planning

Partijen

Blijf fit! Creëren van extra fitheidsplekken bij werkgevers (kansrijke branches) en maatschappelijke instellingen (publieke sector; minder crisisgevoelig). Jongeren die ontslagen zijn of tijdelijk contract niet verlengd (met/zonder startkwalificatie) Kunnen niet via matchingsoffensief geplaatst worden op reguliere baan. 2009: 50 - Realisatie fitheidsplekken bij werkgevers en maatschappelijke instellingen - Competenties minimaal op peil houden en verder te ontwikkelen; werkervaring vergroten. Arbeidsmarktpositie blijft op peil of verbetert wanneer economie weer aantrekt. Uitstroom naar: Leerwerktrajecten Werk Benutten van bestaande en extra werkgeversnetwerken; Actieve ‘1 op 1’ benadering van zowel jongeren als werkgevers (extra werkgeversbenadering; inschakeling van ROC. - We doen een beroep op alle werkgevers en maatschappelijke organisaties (inclusief de overheden) in de regio om werkleerplekken en stages voor jonge mensen te creëren en aan te melden bij de Werkpleinen. - De werkgeversteams gaan gericht bedrijven benaderen met de vraag naar extra werk/leer en stage plekken. - We starten een publiciteitscampagne naar werkgevers en maatschappelijke organisaties. - Elke werkgever of maatschappelijke organisatie die een werk/leerplek of stage beschikbaar stelt ontvangt voor elke jongere die daardoor actief is, een vast bedrag. • Randvoorwaarden: • Praktijkbegeleiding en praktijkscholing van jongeren binnen de organisaties /bedrijven moet aan kwaliteitseisen voldoen en kost dus tijd en energie. Deze tijd en energie moet vrijgemaakt worden binnen de organisaties/bedrijven en dient dus betaald te worden. Met een bijdrage vanuit de overheid voor de kosten van het interne traject aan elke organisatie die aan kan tonen een werkleerplek of stage te bieden met voldoende kwalitatief goede begeleiding verwachten we meer plekken te kunnen realiseren. De organisatie wordt op deze wijze in staat gesteld een ervaren werknemer in het bedrijf de jongeren te laten begeleiden (meester gezel). • Bestaande constructies zoals gesubsidieerde arbeid met loonkostensubsidie of detachering via WSW-bedrijven bij werkgevers blijven ook mogelijk. Dit afhankelijk van de wensen en mogelijkheden bij de bedrijven of maatschappelijk instellingen. Resultaat: - Het vaardighedenniveau van de jongeren blijft op peil: de jongere blijft fit voor de arbeidsmarkt - Als de arbeidsmarkt aantrekt kunnen werkgevers en maatschappelijke organisaties beschikken over goed gekwalificeerd personeel. • Operationalisering en realisatie 2009: 50 • 2010: 75 Uitbreiden aantallen op basis van school ex en matchingsoffensief • 2011: 75 Uitbreiden aantallen op basis van school ex en matchingsoffensief Gemeenten; UWV; verantwoordelijk projectleider Ik doe mee


54

Financiering

Periode Relatie met

Werkgevers; maatschappelijke instellingen; ROC Noorderpoort; WSW-bedrijven Actieplan JWL: Subsidiebijdrage voor fitheidsplekken voor werkgevers/maatschappelijke instelling. Organisatie/realisatie fitheidsplekken inclusief publiciteitscampagne in 2009. Extra inzet acquireren fitheidsplekken in werkpleinen 1,5 ft op jaarbasis. Participatiebudget, UWV extra inzet School Ex, UWV middelen Augustus 2009 – 31 december 2011 School ex programma; Leerbanenbureau


55

Naam Omschrijving

Doelgroep

Aantallen

Doelstelling

Resultaat


Planning

Partijen Financiering

Periode Relatie met

Werk mee Uitbreiding van werk/trainingsplekken bij werkgevers in kanssectoren waardoor een blijvende verbinding met werkgevers in de regio ontstaat met gezamenlijke inspanning voor een hogere beroepskwalificatie van jongeren. - Jongeren uitgestroomd van school (met startkwalificatie) - Jongeren met een afgebroken BBL / BOL - Jongeren zonder startkwalificatie, ongemotiveerd voor school, maar gemotiveerd voor werk • 2009: Minimaal 40 jongeren extra • 2010: 65 Uitbreiden aantallen op basis van school ex en matchingsoffensief • 2011: 65 Uitbreiden aantallen op basis van school ex en matchingsoffensief • Realisatie: werk/ervaringsplekken in projecten in specifieke branches en bij werkgevers. Gericht op upgraden kwalificatie of behalen kwalificatie (waaronder startkwalificatie). Uitstroom naar: X Naar school X Leerwerktrajecten Werk We breiden de projecten waarin werkzoekenden werk/leer ervaring op kunnen doen uit naar ‘kans sectoren’ door realisatie werkprojecten met werkgevers in: Bouw, Bouwinstallatie; Techniek; Infra; Horeca en catering; Zorg; Dienstverlening en administratie. Iedere jongere tot 27 jaar krijgt in het werkplein een leer/werk aanbod; met gezamenlijke inzet jongerenloket, werkgeversteams en leer/werkloket in de werkpleinen; Voorbeelden van concreet uit te voeren projecten zijn: - De LeerWerk-kwekerij in Vlagtwedde, waarin jongeren de kans de krijgen een eigen bedrijf op te starten. - De Toekomst: restauratie van een steenfabriek De Toekomst, waarin jongeren werkervaring en een beroepskwalificatie in de bouw krijgen om duurzaam aan het werk te komen in de bouwsector. sept. 2009 – 31 dec. 2009 realisatie: 40 jongeren werkleerplekken 2010: realisatie minimaal 65 werkleerplekken 2011 realisatie minimaal 65 werkleerplekken Gemeenten; UWV; verantwoordelijk projectleider Ik doe mee (…) Werkgevers; (semi)publieke sector (in rol van werkgevers); roc’s; WSW-bedrijven Actieplan JWL: extra uitvoeringscapaciteit 1,5 fte op jaarbasis Loonkostensubsidie Extra begeleidingscapaciteit en organisatie kosten (zowel extern als intern bij werkgevers). Participatiebudget, UWV reïntegratiemiddelen. 1 september 2009 – 31 dec. 2011 School Ex; Matchingoffensief; Leerbanenbureau; Leermeesters; sectorale GOA Zorg & Welzijn


56

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen Doelstelling Resultaat


Partijen


De snelweg naar werk en scholing Het realiseren van de snelweg (A22) naar werk en scholing. Jongeren die zich melden voor een uitkering hebben in combinatie met de werkintake op het werkplein een gesprek met de scholingsadviseur, waarbij een vervolgopleiding of een uitdagende combinatie van werken en leren wordt aangeboden. Jongeren die een uitkering aanvragen; 18-27 jaar 100 Alle 100 jongeren zijn actief met een opleiding al dan niet in combinatie met een werk-, activeringsplek. Actieve jongeren met perspectief op de toekomst. 15 Terug naar school 35 Leerwerktraject Aanpak aan de kop van het proces De jongere blijft actief Alle jongeren zijn direct in beeld en geplaatst 2009: 50 2010: 50 2011:50 UWV, gemeenten in werkpleinen (verantwoordelijk) UWV werkbedrijf Gemeenten ROC Noorderpoort Actieplan JWL, inzet 1,5 fte NPC account op jaarbasis Participatiebudget Reguliere scholingsmiddelen 1-10- 2009 tot 31-12-2011 Wet investeren in jongeren


57

Naam Omschrijving

Doelgroep

Aantallen

Doelstelling

Resultaat


Betrokken partijen


Periode

Traineebanen voor HBO-/WO-ers Groningen heeft als studentenstad een meer dan gemiddeld aantal van deze jonge werkzoekenden. De bedoeling is om deze werkzoekenden werk op hun niveau aan te bieden en zo verdringing op de arbeidsmarkt te voorkomen. Na afloop van het traineeprogramma wordt het vinden van werk vergemakkelijkt door de werkervaring op hbo-niveau en de extra kwalificaties. Het streven is om met werkgevers te komen tot afspraken over het in dienst nemen van de trainees. Als middel, om het voor werkgevers aantrekkelijk te maken (risico’s vermijden, organisatie, administratie etc.) wordt gedacht om hiervoor een GOA constructie in te zetten (nader te onderzoeken) of via St. Weerwerk te detacheren. Een aantal werkgevers heeft zich al concreet gemeld, zoals UWV om trainee’s in te zetten als junior klantmanager en in het kader van ‘jongeren helpen jongeren’. De traineeships richten zich op afgestudeerde HBO- en WO-opgeleiden zonder werk. Ook zal onderzocht worden in hoeverre het traineeship als brug naar de e arbeidsmarkt ingezet kan worden voor 4 jaars studenten die binnen korte termijn zullen afstuderen. - 100 mbo+ en hoger opgeleide jongeren aan het werk via een 1- of 2-jarig traineeshipprogramma. Waarvan: 42 in 2009 en 58 in 2010. - 25 jongeren in de Eemshaven (in samenwerking met SBE) - 75 jongeren die als junior klantmanager aan het werk gaan bij UWV Werkplein en Sociale dienst Gemeente Groningen of een traineebaan in andere profit of non-profit organsatie verwerven. - We houden rekening met een tussentijdse uitstroom van 25% van jongeren naar een baan elders. - Hoger opgeleide jongeren arbeidsfit houden door combinatie van werken en leren - Concept van een GOA-hbo ontwikkeld - Opleidingsprogramma ontwikkeld en uitgevoerd Uitstroom naar: - Leerwerktrajecten - Werk (indirect) Ontwikkelen programma’s voor trainees bij de betrokken bedrijven. Ontwikkelen concept GOA 2009: GOA concept ontwikkeld; opleidingsprogramma ontwikkeld 2009: plaatsing SBE 12; elders 30 (w.o. UWV) + werving en selectie 2010: uitvoering en doorontwikkeling + werving en selectie 2010: plaatsing SBE 13; elders 45 (loopt door in 2011) Gemeente Groningen en HanzeHogeschool (verantwoordelijk) Hanzehogeschool Groningen, UWV Werkplein (zowel als afnemer als acquisitie traineebanen vanuit Werkplein), Sociale dienst gemeente Groningen, Samenwerkende Bedrijven Eemsdelta, profit/non-profit organisaties. Kosten: ontwikkelkosten; optioneel GOA concept; opleidingsprogramma; organisatiekosten; werving en selectie; loonkostensubsidie (geheel of tegemoetkoming > nader uitwerken). Financiering: - Regionaal Actieplan - Participatiebudget - Provincie (nader af te spreken) - ESF - Detachering/traineesalaris - Overige September 2009 – 31 dec.: nader uitwerken en afspraken; ontwikkelen; werving en selectie; plaatsen trainee’s


58

ste

Relatie met

1 helft 2010: W&S en plaatsingen; doorontwikkelen; tussenevaluatie de 2 helft 2010: idem 2011: uitvoering en eindevaluatie Leerbanenbureau; acties UWV (w.o. jongeren helpen jongeren)


59

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen

Doelstelling

Aanpak/ activiteiten Partners / uitvoerders Kosten en financiering Periode Relatie met

Stageplaatsen Goed opgeleide jongeren die tijdelijk geen plek kunnen vinden op de arbeidsmarkt een plek bieden waarin men werkervaring kan opdoen, zonder dat een leercomponent noodzakelijk is. Organisaties ontvangen een vergoeding voor de begeleiding. Voor deze jongeren hoeven vaak geen zware instrumenten te worden ingezet. Het gaat dus om het werven van extra stageplaatsen voor BOLleerlingen/studenten. - BOL-leerlingen - Middelbaar en hoger opgeleide werkzoekenden tot 27 jaar 200 stageplaatsen, waarvan 15 in 2009, 100 in 2010 en 85 in 2011. Indien geen BOL-student: de stageplaats kan eventueel in de vorm van vrijwilligerswerk worden vervuld. - Het arbeidsfit houden van goed opgeleide jonge werkzoekenden die tijdelijk geen reguliere baan kunnen vinden. Zodat afstand tot de arbeidsmarkt niet toeneemt. - Extra stageplaatsen voor BOL-studenten (ivm te verwachten toename BOL) Afspraken met werkgevers, vrijwilligersorganisaties. Wordt opgenomen in de werkgeversbenadering. Voor Centraal geldt dat gebruik gemaakt wordt van o.a. OndernemersTrefpunt. Partijen in Werkplein Groningen, mmv bedrijven in de regio centraal Groningen; OndernemersTrefpunt St. Stiel/Vrijwilligersvacaturebank Participatiebudget, middelen actieplan jeugdwerkloosheid Werving vanaf sept 2009, doorlopend Vervulling vanaf november 2009 doorlopend t/m 2011 COLO stageplaatsen offensief


60

Naam Omschrijving

Doelgroep

Aantallen

Doelstelling

Resultaat


Planning Partijen


Periode

Relatie met

Van de zijlijn Het project aan de zijlijn is een samenwerking tussen ISD Noord, Bureau 14 Jeugdzorg en Sub Rosa . Het heeft als doel multiproblem-jongeren te begeleiden naar werk, al dan niet in een beschermde omgeving of naar school met extra begeleiding. Werk vindt vaak plaats op het SW-bedrijf (erkend leerbedrijf) onder coaching van Basegroep/Sub Rosa. Deze trajecten worden afgesloten met een bijeenkomst waarin het (opgebouwde) sociale netwerk van de jongeren wordt uitgenodigd en waarin het samen afgesloten wordt. De instellingen doen dan een stapje terug en de jongeren gaat op in zijn netwerk. Kwetsbare jongeren met multi-problematiek uit de gemeenten in Noorde 15 Groningen. In 4 kwartaal jongeren uit DEAL-gemeenten in 2010 uitbreiding naar overige. 8 jongeren per kwartaal Totaal periode 2009-2011: 56 (uitgaande van 6 ‘productieve’ kwartalen in die periode) Jongeren met een grote afstand motiveren actief mee te doen door middel van scholing en werk met coaching van jeugdzorg. Dit in een traject met uitzicht naar zelfstandig functioneren van de jongere in de maatschappij. Uitstroom naar: - Naar school - Leerwerktraject Het project Van de zijlijn begint op het werkplein waar de jongere een vast contactpersoon heeft. Deze werkcoach legt de contacten met de jeugdzorginstelling. De jongeren krijgt intensieve begeleiding van de samenwerkingspartners. een beschermde werkplek wordt geboden door de SW-instelling (Fivelingo en Ability) Scholingstrajecten vooral AKA zullen worden opgezet met Noorderpoortcollege. In 2009 8 jongeren in traject daarna per kwartaal instroom van 8. ISD Noord (verantwoordelijk) SW-bedrijven Jeugdzorginstellingen Noorderpoortcollege - extra inkoop praktijkplekken - inkoop coaching jeugdzorg - begeleiding vanuit werkplein 0,2 FTE - scholingstrajecten Start 1 oktober 2009 tot eind 2011 2009: uitbreiding plan van aanpak van de zijlijn plaatsing van 8 jongeren e 1 helft 2010: vergroting capaciteit begeleiding uitbreiding aantal participerende gemeenten instroom in project van 12 jongeren 2e helft 2010 : instroom 12 jongeren evaluatie uitbreiding capaciteit 2011: plaatsing van 24 jongeren in traject afronding van traject bij 60% van de starters in 2009 en 2010 Wet Investeren in Jongeren

14

Organisatie die zich bezighoudt met begeleiding van doelgroepjongeren en schoolverlaters Deal-gemeenten: Delfzijl, Eemsmond, Appingedam en Loppersum. Zij hebben gezamenlijk een akkoord gesloten over samenwerking te intensiveren. 15


61

Naam Omschrijving Doelgroep Aantallen Doelstelling Resultaat

Aanpak

Planning Partijen


Top 50 Antillianen Voortraject voor Antillianen met meervoudige problematiek die (nog) niet kunnen instromen in trajecten naar school, leerwerktrajecten danwel werk. Antilliaanse jongeren tot 27 jaar met meervoudige problematiek 50 in 2009; 25 extra in 2010; 25 extra in 2011 Toerusten en toeleiden naar trajecten richting school, leerwerktrajecten Uitstroom naar: trajecten richting Naar school Leerwerktrajecten Werktrajecten Integrale aanpak bevordering participatie en leren omgaan met belemmeringen specifiek gericht op de Antilliaanse doelgroep m.b.v. - groepsproces als uitgangspunt voor het leerproces van het individu - coaching op competenties - agressieregulatie als onderdeel van het groepsproces en de coaching - realistische leersituaties binnen en buiten de groep - Melba-methodiek als intake- en uitstroominstrument waarmee het proces van de deelnemer van het begin tot het eind nauwkeurig kan worden beschreven; voor het vervolgtraject wordt nauwkeurig beschreven op welke punten de deelnemer extra begeleiding nodig heeft oftewel wat de randvoorwaarden zijn voor een succesvol vervolgtraject; het vervolgtraject kan dus naadloos aansluiten op dit toerustingstraject. - portfoliomap waarin de deelnemer beschrijft wat hij kan, waaruit dat blijkt en wat hij wil bereiken Start in 2010 Alfa-college (verantwoordelijk) Relevante organisaties (hulpverlening, verslavingszorg, GGD, MJD, zelforganisatie enz.) Organisatie en begeleiding groepen deelnemers. In overleg; jaartraject Alle mogelijke vervolgtrajecten


62

Naam Omschrijving


Aanpak

Planning Partijen


Marokkaanse jongeren (werktitel) Voortraject voor Marokkaanse jongeren met meervoudige problematiek die (nog) niet kunnen instromen in trajecten naar school, leerwerktrajecten danwel werk. Marokkaanse jongeren tot 27 jaar met meervoudige problematiek 25 in 2009; 15 extra iin 2010; 10 extra in 2011 Toerusten en toeleiden naar trajecten richting school, leerwerktrajecten Uitstroom naar: trajecten richting Naar school Leerwerktrajecten Werktrajecten Integrale aanpak bevordering participatie en leren omgaan met belemmeringen specifiek gericht op de Marokkaanse doelgroep m.b.v. - groepsproces als uitgangspunt voor het leerproces van het individu - coaching op competenties - agressieregulatie als onderdeel van het groepsproces en de coaching - realistische leersituaties binnen en buiten de groep - Melba-methodiek als intake- en uitstroominstrument waarmee het proces van de deelnemer van het begin tot het eind nauwkeurig kan worden beschreven; voor het vervolgtraject wordt nauwkeurig beschreven op welke punten de deelnemer extra begeleiding nodig heeft oftewel wat de randvoorwaarden zijn voor een succesvol vervolgtraject; het vervolgtraject kan dus naadloos aansluiten op dit toerustingtraject. - portfoliomap waarin de deelnemer beschrijft wat hij kan, waaruit dat blijkt en wat hij wil bereiken Start in 2010 Alfa-college (verantwoordelijk) Relevante organisaties (hulpverlening, verslavingszorg, GGD, MJD, zelforganisatie enz.) Organisatie en begeleiding groepen deelnemers. In overleg; jaartraject Alle mogelijke vervolgtrajecten


63

Naam Omschrijving


Aanpak

Planning Partijen


Jongeren met uitkering Jongeren met uitkering tot 27 jaar met meervoudige problematiek die (nog) niet kunnen instromen in trajecten naar school, leerwerktrajecten danwel werk. Jongeren met uitkering tot 27 jaar met meervoudige problematiek 25 Toerusten en toeleiden naar trajecten richting school, leerwerktrajecten Uitstroom naar: trajecten richting Naar school Leerwerktrajecten Werktrajecten Integrale aanpak bevordering participatie en leren omgaan met belemmeringen m.b.v. - groepsproces als uitgangspunt voor het leerproces van het individu - coaching op competenties - agressieregulatie als onderdeel van het groepsproces en de coaching - realistische leersituaties binnen en buiten de groep - Melba-methodiek als intake- en uitstroominstrument waarmee het proces van de deelnemer van het begin tot het eind nauwkeurig kan worden beschreven; voor het vervolgtraject wordt nauwkeurig beschreven op welke punten de deelnemer extra begeleiding nodig heeft oftewel wat de randvoorwaarden zijn voor een succesvol vervolgtraject; het vervolgtraject kan dus naadloos aansluiten op dit toerustingstraject. - portfoliomap waarin de deelnemer beschrijft wat hij kan, waaruit dat blijkt en wat hij wil bereiken Start in 2010 Alfa-college (verantwoordelijk) Relevante organisaties (hulpverlening, verslavingszorg, GGD, MJD, zelforganisatie enz.) Organisatie en begeleiding groepen deelnemers. In overleg; jaartraject Alle mogelijke vervolgtrajecten


64

Naam Omschrijving Doelgroep Aantallen Doelstelling



Regio Middelen

Periode

Blijvend participeren door samen leren Ketendienstverlening jongeren met een beperking (Kwetsbare jongeren; zorg) Jongeren met één of meerdere beperkingen tussen 16-27 jaar in H-S die thuis zit. Zowel jongeren in als buiten Wajong. Nog nader te bepalen Ontwikkeling aanpak dienstverlening in de keten onderwijs arbeidsmarkt. Na evaluatie bekijken mogelijkheden verbreding aanpak in de regio. Beter zicht op doelgroep Toename 10% van aantal jongeren met beperking dat duurzaam participeert. - analyse huidige stand van zaken - Ontwikkeling en beschijving ketenaanpak, incl. werkprocessen. Volgens concept-projectplan - onderlinge werkafspraken maken - - ontwikkeling begeleidingsmethodiek Base-groep (Jeugdzorg) Gemeente Hoogezand-Sappemeer UWV AG en Werkbedrijf Alletta Jacobscollege Noorderpoortcollege Centraal, gemeente/werkplein HS Kosten: - Ontwikkelkosten - Projectleiding - Uitvoeringskosten Financiering: - Actieplan JWL - ESF - Overige 2009-2010 2009 analyse en ontwikkeling 2010 uitvoering en evaluatie


65

Naam Omschrijving


Resultaat


Partijen


Kwetsbare groepen Voor de relatief grote groep kwetsbare jongeren die Oost Groningen kent willen we deels aansluitend bij bestaande aanpakken (intensiveren n.a.v. Actieplan JWL), deels nieuwe aanpak ontwikkelen in samenspraak met psycho-sociale zorg instellingen. Daarbij willen we gebruik maken van bestpractices uit de provincie, zoals de ervaring met de zorgmakelaar in stad Groningen Jongeren tot 27 jaar met grote afstand tot de arbeidsmarkt (kwetsbare groep) 200 (periode 2009 – 2011) Alle jongeren met WW- of WWB-uitkering krijgen voor 1 juli 2010 een werk/leer aanbod, dus ook de jongeren met een grote afstand tot de arbeidsmarkt met vaak meervoudige problematiek. Jongeren die niet bekend zijn bij uitkeringsinstantie en niet aan het werk zijn sporen we op en bieden we aanpak op maat. Uitstroom naar: X Naar school X Leerwerktrajecten X Werk X Zorg Afhankelijk van de beginsituatie - intensieve ‘1 op 1’ benadering - aanpak op maat - inschakelen van welzijn en persoonlijke netwerken van jongeren 31 dec 2009: 75 1 juli 2010: 75 2011: 50 Gemeenten subregio Oost UWV en gemeenten, RMC, NPC, werkgevers, WSW-bedrijven, welzijnsinstellingen, psycho-sociale zorg. Organisatie, voorbereidingskosten Inzet fte zorgcoördinator/makelaar op jaarbasis Participatiebudget, UWV, Actieplan JWL 1 januari 2010 – 31 december 2011 Wet Investeren in Jongeren


66

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen

Doelstelling


Partners

Regio Uitvoerders


Periode Relatie met

Wijs met werk (extra; uitbreiding en intensivering bestaande aanpak) De afdeling Werkwijs van het Noorderpoort is bedoeld voor kwetsbare jongeren. Zij staan ingeschreven op niveau 1 (AKA) van de afdeling Werkwijs van het Noorderpoort. Doel van de opleiding is jongeren te kwalificeren en zoveel mogelijk uit te laten stromen naar (regulier) werk of eventueel een vervolgopleiding. Een deel van de jongeren (ongeveer 25%) heeft op dit moment nog geen adequate praktijkplek (in de vorm van een BBL-baan of stageplek). Het vinden van een goede werkplek wordt steeds moeilijker omdat er verdringing plaats vindt (groter aanbod van deelnemers op een hoger niveau) en omdat er weinig werk is. Met name in de bouw, motorvoertuigentechniek, zorg en administratie is een tekort. Wijs met Werk heeft als doel het acquireren van 100 nieuwe werken/of stageplekken voor deze doelgroep. Het begeleiden van de werkgever, om hen enthousiaster te maken voor deze doelgroep, is nadrukkelijk onderdeel van het project. Voor de langere termijn wil Wijs met werk een verschuiving bewerkstelligen van BOL naar BBL met als einddoel het plaatsen van 70% van de jongeren op een betaalde baan (op dit moment 30-40%). Duurzame uitplaatsing op de arbeidsmarkt is immers erg belangrijk voor de doelgroep, voor wie vervolgscholing niet altijd tot de mogelijkheden behoort. Duurzame uitplaatsing op de arbeidsmarkt is voor deze jongeren, zeker in deze tijd, zonder hulp bijna een onmogelijke opgave. De ervaring leert echter dat er met wat extra hulp zeker mogelijkheden zijn. Tijdens de projectperiode zal uitdrukkelijk aansluiting worden gezocht bij andere deelprojecten zoals het Martinigilde en de GOA’s. kwetsbare jongeren die een AKA-traject volgen binnen de afdeling Werkwijs. - 100 adequate praktijkplekken (werk of stage) voor kwetsbare jongeren binnen de AKA. 50% van deze plekken is bedoeld voor de doelgroep 18+. - in 2011: 150 extra jongeren uitgeplaatst op de arbeidsmarkt met een arbeidscontract (reguliere arbeid of BBL). - acquisitie van 100 adequate werkleerplekken of stageplekken in verschillende sectoren, waarvan 50 voor de doelgroep > 18. - voor 2011 het plaatsen van 70% van de Werkwijs-populatie op een betaalde baan - Acquisitie van extra praktijkplekken voor AKA-deelnemers. - Sensibiliseren en begeleiden van werkgevers. Van werkgevers/ leermeesters wordt een extra inspanning gevraagd om deze deelnemers te begeleiden. Leermeesters worden vaker bezocht en krijgen een training aangeboden voor het begeleiden van deze specifieke doelgroep. - Voor 2010-2011: Het toeleiden van Werkwijs-jongeren naar de arbeidsmarkt, al dan niet in een BBL-constructie. Bewerken van werkgevers. Samenwerking met gemeenten.. Noorderpoort Kenniscentra Gemeenten Alle regio’s met nadruk op Centraal (Werkwijs zit in de stad) Noorderpoort Kenniscentra Gemeenten Acquisitie 50 extra plekken in 2009: 50 dagen Acquisitie 2010-2011: 1 FTE Begeleiden werkgevers: 1 FTE vanaf 1 september 2009. Toeleiden naar regulier werk en/of BBL: 1,5 FTE vanaf 1 januari 2010 Doorlopend 2009-2011 Martinigilde, GOA’s, leerbanenbureau


67

Naam Omschrijving

Uitbreiding project lifecoaching Een jongere wordt gekoppeld aan een lifecoach die praktische ondersteuning biedt aan de jongere op verschillende leefgebieden en outreachend werkt.


Jongeren met belemmeringen op verschillende leefgebieden 25 in 2010 en 25 in 2011 Bevordering participatie van jongeren met meerdere belemmeringen. Toename participatie van jongeren met belemmeringen. Meer geïntegreerde ondersteuning van jongeren op verschillende leefgebieden, ten behoeve van participatie en reïntegratie.

Aanpak/activi teiten Planning Partijen Kosten en financiering Periode Relatie met

Uitbreiding per 1 januari van 75 naar 100 plekken Gemeente Groningen, MJD Loonkosten coaches Participatiebudget 1-1-10 tot uiterlijk 15-4-2012 Aanpak kwetsbare jongeren, Wij, zorg en hulpverlening.


68

Naam Omschrijving


Resultaat Aanpak/activite iten Planning Partijen Kosten en financiering Periode Relatie met

Uitbreiding Zorgmakelaar Een zorgmakelaar is een relatief onafhankelijke professional met brede kennis van het zorgveld en een breed netwerk. De zorgmakelaar wordt vanuit een maatschappelijke instelling voor een aantal uren per week ingehuurd door de gemeente om consulenten en jongeren te adviseren rondom zorgvraagstukken. In opdracht van de consulent werk kan de zorgmakelaar in gesprek gaan met de jongere. Jongeren met (complexe) zorgvragen en/of belemmeringen op verschillende leefgebieden 50 jongeren advies; 10 in 2009; 20 in 2010 en 20 in 2011 Vergroten van de samenhang in de aanpak op het gebied van reïntegratie, participatie en zorg. - Zorgvragen en belemmeringen ontrafelen - Consulent en jongere adviseren - Verwijzen naar (zorg) instellingen of instanties Meer Geïntegreerde ondersteuning van jongeren op verschillende leefgebieden, ten behoeve van participatie en reïntegratie. Zie omschrijving.

Gemeente Groningen, MJD Participatiebudget Uitbreiding van de huidige beschikbare uren vanaf oktober 2009. Aanpak kwetsbare jongeren, Wij, zorg en hulpverlening.


69

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen

Doelstelling Resultaat


Planning

Partijen


Niemand buitenspel Door groepsgewijze aanpak van Multi problem jongeren wordt gedragsverandering gerealiseerd waarbij de jongeren een voorbeeld kunnen zijn voor de grotere groep multiproblem jongeren in de regio. Jongeren veelal zonder startkwalificatie met meervoudige problematiek: schulden, drugs, geen structuur, huisvestingsproblemen, crimineel gedrag 2009 5 jongeren < 27 jaar 2010: 10 2011: 10 Na een half jaar staan de jongeren op de rails; 4 van de 5 jongeren hebben na 1 jaar een leer/werkplek bij werkgever Uitstroom naar: Leerwerktrajecten Werk Vanuit vertrouwen in de professional, door inzet van rolmodel, werken aan gedragsverandering. De groepsdynamiek is hierbij een belangrijk principe. De jongeren maken elkaar sterk. De fasen in het project zijn: intake op leefgebieden, plan van aanpak per jongere op maat, activering met groepstrainingen en beroepen oriëntatiecursus, zoeken leer/werkplek, steady fase waarbij de jongere 1 dag in de week naar school gaat, 3 dagen werkt en 1 dag met de coach problemen oplost en aan zichzelf werkt. In de aanpak wordt waar nodig het bestaande netwerk van ROC, werkgevers maatschappelijke instellingen benut. Operationalisering 2009 Realisatie: 2009 5 jongeren in aanpak 2010/ 2011 mede afhankelijk van resultaat, uitbreiding van project met 10 jongeren op jaarbasis Gemeenten, UWV (verantwoordelijk) Werkplein Veendam, Werkgevers, maatschappelijke instellingen, ROC Noorderpoort; WSW-bedrijven Organisatie voorbereidingskosten 1 fte op jaarbasis aktieplan JWL UWV(-AG) middelen, participatiebudget, ESF Start 1 oktober 2009 Einddatum: 31 december 2011 Wet investeren in jongeren


70

Doelgroepgerichte acties


71

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen Doelstelling Resultaat Aanpak/ activiteiten Partners

Regio Uitvoerders Kosten en financiering Periode Relatie met

HAVO-4 doorstroom De doelgroep Havo-leerlingen wordt nog wel eens vergeten, maar behoeft zeker aandacht in het kader van voortijdig schoolverlaten. In totaal betrof het vorig schooljaar in de provincie Groningen 1600 havo-4 leerlingen. Door de bestandsvergelijking komen de risicojongeren in beeld. Alle jongeren 18 + tot 23 jaar met overgangsbewijs HAVO-4, die geen onderwijs volgen; VSV-ers. Totaal in de provincie Groningen vorig schooljaar 1600 leerlingen HAVO-4. Door de bestandsvergelijking komen de risicojongeren in beeld. Doorstroming van deze groep naar vervolgonderwijs (voorkeur) of werk op niveau. 80% van de geïnventariseerde jongeren wordt herplaatst naar onderwijs, leerwerktraject of naar werk met uitzicht op een startkwalificatie. Inventarisatie door bestandsvergelijking waarna de doelgroep gericht en actief wordt benaderd met studieadvies, zodat doorstroming naar vervolgonderwijs plaatsvindt. E.e.a. onder het motto ‘Dicht erop’. Gemeente Groningen (verantwoordelijk) 4 RMC’s (regio’s Oost Groningen, Noord Groningen, Centraal en Westelijk Groningen en Noord Drenthe) ROC’s/AOC i.s.m. Werkplein; uitvoering kan per regio verschillen; methodiek wel dezelfde. Regio Centraal Groningen, Oost Groningen, Noord Groningen en gemeente Noordenveld (Dr.); gehele gebied Werkplein-plus Groningen. Zie Partners 0,5 FTE op jaarbasis incl. bestandsvergelijking en ophalen van informatie en coördinatie/overhead opstart najaar 2009 Doorloop 2010 Wet WIJ


72

Naam Doelgroep Omschrijving

Aantallen

Doelstelling Resultaat Aanpak/ activiteiten Partners

Regio Uitvoerders Kosten en financiering Periode Relatie met

HAVO gediplomeerden school EX-plan Alle geslaagden 18 + met HAVO-diploma die zich niet hebben ingeschreven voor vervolgonderwijs De doelgroep Havo-leerlingen wordt nog wel eens vergeten, maar behoeft zeker aandacht in het kader van voortijdig schoolverlaten. In de provincie Groningen 1500 leerlingen HAVO-5 waarvan 82,5% een diploma heeft gehaald. In feite moet het gehele bestand worden bekeken, want onbekend is wat er met 17,5% gezakten is gebeurd. In de provincie Groningen 1500 leerlingen HAVO-5 waarvan 82,5% een diploma heeft gehaald. In feite moet het gehele bestand worden bekeken, want onbekend is wat er met 17,5% gezakten is gebeurd. 260 op jaarbasis, in totaal 780. Doorstroming van deze groep naar vervolgonderwijs (voorkeur) of werk op niveau. 80% van de geïnventariseerde jongeren wordt herplaatst naar onderwijs, leerwerktraject. Inventarisatie door bestandsvergelijking waarna doelgroep gericht en actief wordt benaderd met studieadvies, zodat doorstroming naar vervolgonderwijs plaatsvindt. E.e.a. onder het motto ‘Dicht erop’. Gemeente Groningen (verantwoordelijk) 4 RMC’s (regio’s Oost Groningen, Noord Groningen, Centraal en Westelijk Groningen en Noord Drenthe, ROC’s/AOC i.s.m. Werkplein; uitvoering kan per regio verschillen; methodiek wel dezelfde. Regio Centraal Groningen, Oost Groningen, Noord Groningen en gemeente Noordenveld (Dr.); gehele gebied Werkplein plus-Groningen. Zie Partners 0,5 FTE op jaarbasis incl. bestandsvergelijking en ophalen van informatie opstart najaar 2009 Doorloop 2010 Wet WIJ


73

Naam Omschrijving RickDoelgroep

Aantallen

Doelstelling Aanpak/ activiteiten

Partners

Regio Uitvoerders Kosten en financiering Periode

Preventiemedewerker op het MBO/AOC Alle BOL leerlingen ROC’s/AOC Alle BBL leerlingen ROC’s/AOC leeftijd 18+ tot 23 jaar Minimaal 800 risicojongeren; de ervaring heeft geleerd in een soortgelijke pilot in de stad Groningen dat op dit aantal moet worden gerekend als alle locaties worden bediend in de provincie Groningen en het Noordenveld. Voorkomen van langdurig verzuim, met het risico van een definitieve uitval van risicojongeren. Door gericht contact tussen de risicojongere, de preventiemedewerker en de eerste- en tweede- lijnsmedewerker kan risico tot uitval worden onderkend en in een zeer vroeg stadium worden voorkomen, zodat de jongere op (bij voorkeur) dezelfde school verder gaat voor een startkwalificatie. Tevens pr/voorlichting over leerplicht/RMC en nieuwe wetgeving (denk aan Wet Investeren in Jongeren – WIJ -) bij directies, mentoren, docenten en leerlingen over de gehele ROC’s. Gemeente Groningen (verantwoordelijk) 4 RMC’s (regio’s Oost Groningen, Noord Groningen, Centraal en Westelijk Groningen en Noord Drenthe, ROC’s/AOC i.s.m. Werkplein; uitvoering kan per regio verschillen; methodiek wel dezelfde. Regio Centraal Groningen, Oost Groningen, Noord Groningen en gemeente Noordenveld (Dr.); gehele gebied Werkplein-plus Groningen. Zie Partners 3 FTE op jaarbasis incl. bestandsvergelijking en ophalen van informatie, coördinatie, overleg en kosten overhead RMC start najaar 2009 Doorloop 2010


74

Overige regionale acties (randvoorwaardelijk)


75

Naam Omschrijving



Partners

Regio Uitvoerders Kosten en financiering

Periode

16

16

Aanpak NEETgroep Naast de jongeren die door de scholen worden gemeld en zich zelf melden bij het RMC, is er nog een categorie die niet bekend is bij de ketenpartners. Deze jongeren zonder startkwalificatie zijn niet in contact geweest met de instellingen en hebben binnen de betreffende gemeente niet een bekende schoolhistorie. In deze aanpak wordt onderzocht welke jongeren niet naar school gaan en worden ze in beeld gebracht. Dit gebeurt met de zogenaamde filtermethode waarbij gebruik gemaakt wordt van verschillende bestanden (GBA, RMC, BRON, UWV etc.). Alle jongeren van 18 tot 27 jaar zonder startkwalificatie en niet ingeschreven bij een onderwijsinstelling en zonder werk en perspectief Minimaal 1500 risicojongeren; de ervaring heeft geleerd in een soortgelijke pilot in de stad Groningen dat op dit aantal moet worden gerekend. Inventarisering/opsporing van deze groep, waarna door acties deze groep (1500) wordt herplaatst naar onderwijs, een leerwerktraject of naar werk met uitzicht op een startkwalificatie . 70% van de geïnventariseerde jongeren wordt herplaatst naar onderwijs, leerwerktraject of werk. Bestandsvergelijking uitgaande van de BSN/registratiesystemen bij RMC, ‘afpellen’ door verdere vergelijking bij IB-g, Suwi, Sociale Zaken. Uiteindelijk resteert hieruit een groep die wordt benaderd voor activering om te komen tot een studie- en/of werkadvies. Tevens kan als instrument EVC worden ingezet. In deze acties dienen tevens de uitstroom 23 tot 27-jarigen van de ROC’s/AOC worden meegenomen. Indien studie of werk niet aan de orde is vanwege belemmeringen kan zonodig worden doorverwezen naar adequate instellingen op terrein van zorg etc. Gemeente Groningen (verantwoordelijk) 4 RMC’s (regio’s Oost Groningen, Noord Groningen, Centraal en Westelijk Groningen en Noord Drenthe, ROC’s/AOC i.s.m. Werkplein; uitvoering kan per regio verschillen; methodiek wel dezelfde. Regio Centraal Groningen, Oost Groningen, Noord Groningen en gemeente Noordenveld (Dr.); gehele gebied Werkplein-plus Groningen. Zie Partners 5 FTE op jaarbasis gesprekken, trajectbegeleiding etc. 1 FTE op jaarbasis applicatiemedewerker voor bestandsvergelijking en ophalen van informatie 0,5 projectondersteuning, monitoring informatiemanagement 0,5 FTE coördinatie, overleg en kosten overhead RMC start najaar 2009 Doorloop 2010 e.v.

Not in education employment or training


76

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen

Doelstelling

Aanpak/ Activiteiten Partners

Regio Uitvoerders Kosten en financiering

Periode

Extern Leermeester Voor veel werkgevers is het lastig om adequate (zowel kwalitatief als kwantitatief) begeleiding te bieden voor stagiaires en bbl-ers. Daarom willen we een aantal ervaren mensen opleiden tot erkend leermeester, die een belangrijk deel van de met name persoonlijke begeleiding van een leerling op zich kunnen nemen. Kwetsbare BBL leerlingen zonder startkwalificatie (laag niveau) Tussen de 1000 en 1500 jongeren volgen opleiding op ROC’s (Noorderpoort en Alfa College) bij afdelingen als Werkwijs, Code Rood, Pit-straat, De Voorziening, Startbaan AK, AK-NT2 inburgering en bij voorzieningen als Time Out, Rebound. Jaarlijks: 120 Intensief begeleiden van de kwetsbare jongere op de werkvloer door een extern leermeester met als doel het behoud van de BBL-baan. Deze begeleiding doet een oudere werkzoekende die hiermee tevens een ZZP bestaan kan opbouwen. Jaarlijks: 9 leermeesters x 20 jongeren per leermeester per schooljaar = 180 Werven en opleiden oudere, ervaren werkzoekenden die zwakke jongeren op de werkvloer bij de werkgever vooral op attitude en gedrag gaan begeleiden zodat ze hierdoor niet uitvallen / weggestuurd worden. Gemeente Groningen (verantwoordelijk) ROC’s Kenniscentra Bedrijven op bedrijventerrein Zuid en Noord-Oost Jeugdzorg Start People Regio noord en centraal Werknemers zorg / techniek / welzijn Provinciale coördinatie en ontwikkeling door regievoerder (nader te bepalen) e Aanvulling op loon, 2 halfjaar : 3 p. per gebied Materialen incl. laptops Huren ruimte in ROC Workshops Begeleiding werknemers + plan + evaluatie + voortgang Middelen: Actieplan JWL en overige per schooljaar drie projecten: per gebied 1


77

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen

Doelstelling

Aanpak/ activiteiten Partners

Uitvoerders Kosten en financiering

Periode

Fitte Vutter Door het inzetten van werknemers die net met (pre-)pensioen dan wel VUT gaan als leermeester is het mogelijk werkgever te ondersteunen bij de begeleiding van werken en leren (BBL’ers en andere jongeren). Op deze wijze is het mogelijk om meer leerwerkplekken te kunnen creëren. De medewerkers hebben veel vakkennis en ervaring die goed inzetbaar is voor deze functie. Ze worden dus aangesteld als boventallig leermeester. Er zijn reeds contacten met branches en eerste werving is gestart. De VUTters en gepensioneerden worden gekoppeld aan kwetsbare BBL’ers die een groot risico lopen uit te vallen. Kwetsbare BBL leerlingen zonder startkwalificatie 15 BBL leerlingen per project per schooljaar Jaarlijks: 45 (elke regio heeft een project in een andere sector) Creëren extra stageplekken door boventallig “pensionado’s” in te zetten 10 BBL leerlingen per project halen een diploma 15 extra stageplekken per project Net gepensioneerde werknemers in deeltijd weer aannemen: deze fitte vutter houdt zich dan 100 % van zijn tijd met het begeleiden van leerlingen bezig. Jaarlijks: 3 x 2 p. - Gemeente Groningen - ROC’s - Kenniscentra - Bedrijven in de zorg / techniek / welzijn Werknemers zorg / techniek / welzijn Coördinatie & ontwikkeling Loonkosten 3 x 2 MBO werknemers (vutter) x 10 mnd. x 50 % fte Materialen incl. laptops Huren ruimte in bedrijf Begeleiden werknemers + plan + evaluatie + voortgang door kenniscentra Per schooljaar drie projecten in drie verschillende sectoren


78

Doelgroep Aantallen Doelstelling Omschrijving

Acties


Regio Middelen Periode

Werkplein Noordenkwartier Werkzoekende jongeren vanaf 15 jaar tot 27 jaar in de gemeenten Noordenveld, Leek, Marum (werkplein Noordenkwartier) Op dit moment 150 jongeren ingeschreven als werkzoekend Bieden van specifieke, sluitende ketenaanpak voor jongeren op dit werkplein Vanwege de geringe aantallen jongeren bestond tot voor kort geen specifieke dienstverlening op het Werkplein Noordenkwartier. Vanwege de toename van de instroom van de werkzoekende jongeren vanaf het tweede kwartaal 2009 als gevolg van de recessie wordt nu wel een specifieke aanpak voor deze doegroep noodzakelijk om zo de jongeren optimaal te kunnen ondersteunen in het kader van bestrijding jeugdwerkloosheid. Ontwikkeling van een integraal werkproces met onderlinge werkafspraken, Inrichten loketfunctie op het Werkplein. Voor het inpassen van een succesvolle aanpak ‘Break-out’ in de ketenaanpak voor jongeren, vind nog nader overleg plaats. Partners in Werkplein Noordenkwartier, leerplichtambtenaren, RMC Centraal Groningen en NovaWork (re-integratietak van het SW-bedrijf Novatec.) Voor de realisatie van de nodige stageplaatsen / leerwerkplaatsen zal de werkgeversbenadering “Matchpunt Noordenkwartier worden ingezet. Centraal Groningen, Noordenkwartier Participatiebudget, ESF en middelen actieplan jeugdwerkloosheid. Ontwikkeling en uitvoering vanaf september 2009 t/m 2011


79

Naam Omschrijving


Aanpak/ activiteiten Partners / uitvoerders Kosten en financiering Periode

Netwerkontwikkeling werkpleinen regio Groningen In de werkpleinen in de provincie Groningen zijn werkgeversteams actief, bestaande uit accountmanagers van het UWV, gemeenten en soms van ROC’s. Zij bemiddelen op vacatures en maken afspraken met werkgevers in de regio over werk/leerplekken en arrangementen. Vanuit de dringende behoefte aan goed geschoolde vakkrachten bieden verschillende werkgevers in de regio, werkzoekenden de gelegenheid om ervaring op te doen met hun specifieke werksoort; op locatie bij de werkgever en/of in werk-/trainingscentra. Voldoet de jongere goed, dan maakt de werkgever gebruik van zijn netwerk van collega-ondernemers om de jongere een reguliere baan te bieden, met waar mogelijk vakgerichte certificering. Mogelijkheden zijn er in: Techniek/infra/bouw/zorg/administratie/groen en horeca in Oost Groningen. WSW bedrijven kunnen samen met de ROC’s (leer)werkplekken bieden op verschillende bedrijfsonderdelen (op meerdere niveau’s). Alle jongeren Nog nader te bepalen Uitwisseling van ervaringen en versterken van het netwerk over en werven en invullen van (werk-leer) banen en stageplaatsen tussen de 8 vestigingen van de Werkpleinen. Ontwikkeling van gezamenlijke arrangementen met werkgevers in de regio. Het regionaal Leerbanenbureau kan ondersteunend werken. Nog nader te bepalen De 8 werkpleinen in de regio Groningen Accountmanagers van ROC’s Nog nader te bepalen September 2009 - 2011


80

Naam Omschrijving

Doelgroep


Resultaat


WerkNet voor jongeren WerkNet-jongeren is voor jongeren een veilige plek (online en telefoon), niet verbonden aan instanties voor werk, uitkeringen en opleidingen (= onafhankelijk), gratis, anoniem, vrijblijvend en inspirerend. Zij kunnen er terecht met vragen, twijfels en zorgen over hun toekomst wat betreft zelfstandigheid, werk en geld, over de mogelijkheden op de arbeidsmarkt en waar ze ervaringen van andere jongeren kunnen lezen/zien. Zo’n WerkNet fungeert als een wegwijzer, een vraagbaak, een plek waar ze online ook andere jongeren kunnen ontmoeten. Via WerkNet wordt gewerkt aan gedragsverandering, door bijvoorbeeld cirkelredeneringen te doorbreken en ongegronde angsten weg te nemen. Het gaat hier om empowerment van jongeren. WerkNet betreft een extra regionale actie (dus bovenop de bestaande, reguliere dienstverlening aan jongeren). Bij een WerkNet-jongeren voor de Provincie Groningen kunnen in principe alle jongeren terecht die in de provincie wonen. Een WerkNet-jongeren is specifiek bedoeld voor: - Jongeren met diverse problemen op gebied van school, vinden van werk, gezondheid of handicap, verslaving, schulden, instabiele thuissituatie etc. en die daardoor in een kwetsbare positie zitten. - Jongeren die onbekend zijn met instanties zoals het Werkplein of jongerenloket, bijvoorbeeld omdat ze geen uitkering hebben. - Jongeren voor wie de stap naar een Werkplein of jongerenloket enorm groot is, die niet goed durven omdat ze niet weten wat hen dan te wachten staat en welke consequenties dat heeft. - Jongeren die weinig fiducie hebben in dat het Werkplein of andere intermediairs iets voor hen (kunnen) doen. Jongeren < 27 jaar in de pilotregio Noord (evt. regiobreed uit te breiden) Opzetten en draaien van een pilot WerkNet-jongeren voor suregio Noord, eventueel uit te breiden naar de overige subregio’s. Provincie Groningen met als doel om met name kwetsbare jongeren te bereiken en te stimuleren om gebruik te maken van de regionale mogelijkheden en goed beslagen ten ijs te komen bij alle dienstverleners die hen willen helpen/begeleiden. Doelen van WerkNet-jongeren voor de intermediairs: - jongeren stimuleren om zelf actie te ondernemen, zich actiever en positiever op te stellen richting instanties en zich goed voor te bereiden op gesprekken (meer 'out of the box'-denken over eigen mogelijkheden) - innovatie van dienstverlening en sluitende aanpak doordat leefwereld van Groningse jongeren in beeld komt via rapportages uit het WerkNet-jongeren. - bereiken van jongeren die niet makkelijk zelf stappen zetten richting Werkplein, omdat ze bv. geen uitkering hebben of niet durven, maar wel veel vragen en twijfels hebben - complexe vragen afvangen, zodat jongeren beter beslagen ten ijs komen Uitstroom naar: X Naar school X Leerwerktrajecten X Werk Betreft een randvoorwaardelijk project. Uitstroom resultaten zijn indirect. SMART doelen (aantal bezoekers website, aantal bellers, aantal postings op forum e.d. kunnen worden afgesproken via een op stellen samenwerkingsovereenkomst) - Advieslijn en chat-mogelijkheid, bemenst door inhoudsdeskundigen, speciaal voor jongeren met vragen over werk en opleiding: anoniem, vrijblijvend, gratis. - Eenvoudige website waar tips en verhalen van jongeren kunnen worden opgenomen - Forum waar jongeren (anoniem) in contact kunnen komen met andere jongeren en waarop ook inhoudelijk adviseurs actief zijn, bv. ook de


81

onafhankelijk arbeidsadviseurs. Verschillende organisaties kunnen worden uitgedaagd om mee te doen aan het forum: klantmanagers van de sociale dienst (DWI), jongerenwerkers, medewerkers van bureau jeugdzorg, decanen van het ROC, bureau leerplicht, Stichting MEE, UWV Werkbedrijf, sociaal raadslieden, maatschappelijk werkers, sociaal cultureel werk e.d. Planning

Partijen


Relatie met

-

Opstellen van samenwerkingsovereenkomst tussen Provincie Groningen, Stichting Welder en mogelijk de onafhankelijk arbeidsadviseurs in de provincie - Aantrekken lokaal projectleider WerkNet-jongeren (door Welder) - Opzetten ontwikkel/projectgroep en jongerenpanel en samenstellen implementatieplan (door projectleider) - Daadwerkelijk opzetten van het WerkNet-jongeren op maat (website opzetten, advieslijn inwerken op lokale situatie, chat- en forumfunctionaliteiten inrichten) (door Welder) - Opzetten monitoring op maat van binnenkomende vragen, maandelijkse rapportage hierover (door Welder) Publiciteit onder doelgroep organiseren - Stichting Welder wordt verantwoordelijk voor ontwikkeling en uitvoering van het WerkNet-jongeren Provincie Groningen. - Stichting Welder; ISD Noord (zie www.eemsdelta.werknet.info) ; UWV Werkbedrijf Nadere in te vullen. De prijs van een WerkNet op maat is afhankelijk van het aantal jongeren dat in principe terecht moet kunnen bij een WerkNet. - 2009: WerkNet-jongeren op maat ingericht voor jongeren, inhoudelijk adviseurs ingewerkt op regionale situatie, communicatiecampagne ste - 1 helft 2010: jongeren met vragen bediend via de verschillende WerkNetkanalen, maandelijkse rapportages over aantallen en inhoud van binnenkomende vragen en wensen, vertaald naar aanbevelingen voor de dienstverlening van regionale organisaties waarmee jongeren te maken hebben, 2 bijeenkomsten voor reflectie en bijsturing met alle betrokkenen. de - 2 helft 2010: idem; en 2 bijeenkomsten voor reflectie en bijsturing met alle betrokkenen. ste - 1 helft 2011: idem en Evaluatieonderzoek met advies over mogelijkheden voor structurele inbedding van de extra actie ‘WerkNet-jongeren’ UWV Werkplein; Leerbanenbureau; www.wajongwegwijzer.nl;


82

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen Doelstelling Aanpak/ activiteiten Partners / uitvoerders Regio Kosten en financiering Periode

Werkervaringsmeter De ontwikkelde Werkervaringsmeter (WEM) bestaat uit een certificaat en een aanbeveling. De WEM presenteert in één oogopslag de aangetoonde werkervaring van de jonge werkzoekende, geeft een indicatie van het mbo-niveau en geeft een gefundeerd advies en aanbeveling voor EVC, opleiding en werk. De WEM helpt een werkzoekende en zijn of haar UWV-werkcoach in de bemiddeling naar een nieuwe werkgever en/of een EVC- of scholingstraject Voor jongeren met werkervaring die recent werkloos zijn geworden of met werkloosheid worden bedreigd. 300 jongeren Jongeren zo snel mogelijk met een gefundeerd advies op een opleidingstraject of aan werk te helpen, of een combinatie van beide. Afspraken met leerwerkloketten, RMC, Kenniscentra. Opnemen in werkgeversbenadering. Alfa College Regio noord/oost en centraal Participatiebudget Werving vanaf sept 2009, doorlopend Vervulling vanaf november 2009 doorlopend t/m 2011


83

Naam Omschrijving Doelgroep

Aantallen Doelstelling Resultaat Aanpak/ activiteiten

Partners Uitvoerders Kosten en financiering Periode

Pilot Leerfabriek Alle jongeren van 18 tot 27 jaar zonder startkwalificatie en niet ingeschreven bij een onderwijsinstelling en zonder werk en perspectief of ingeschreven bij een onderwijsinstelling zonder stage- of leerwerkplek Op dit moment nog niet exact bekend Onderzoek naar de haalbaarheid van een project in Centraal waarna bij positieve bevindingen een dergelijk project in 2010 verder van start kan gaan. Duidelijkheid zowel over de doelgroep in aantallen en mogelijkheden van de doelgroep, haalbaarheid v.w.b. opzet van een leerfabriek etc. 1. Bestandsvergelijking uitgaande van de BSN/registratiesystemen bij RMC, ‘afpellen’ door verdere vergelijking bij IB-g, Suwi, Sociale Zaken. Uiteindelijk resteert hier een bestand dat aangemerkt kan worden als potentieel voor de leerfabriek. 2. Onderzoek m.b.t. financiering. Tevens duidelijkheid over de branche (‘s) waarbinnen mogelijkheden zich voordoen. 3. Onderzoek naar de mogelijkheden/belemmeringen die zich m.b.t. uitvoering kunnen voordoen, onderwijs, uitkeringen. 4. Aan de hand van positieve uitkomst acties 1, 2, 3 in 2010 ondernemingsplan schrijven en aanvullende subsidies genereren. Gemeente Groningen Regio Centraal Zie Partners 0,5 FTE projectondersteuning, onderzoek en schrijven nieuw voorstel. start najaar 2009 stappen 1, 2, 3. Stap 4 eventueel in 2010.


84

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen Doelstelling Resultaat Aanpak/ activiteiten Planning

Partijen


Relatie met

Brugproject voorkomen van uitval Naast activiteiten om jongeren te activeren die tot stilstand zijn gekomen door allerlei oorzaken is preventie van uitval prioriteit. Provinciaal worden preventiefunctionarissen ingezet om toeleiding van jongeren die in een andere plaats school bezoeken dan wonen te borgen (op dit moment is overdracht maar in 45% van de gevallen tijdig, accuraat, en volledig) Als deze jongeren dreigen uit te vallen is lokaal actie gewenst. Ervaring leert dat men niet meer naar school wil maar best aan de slag. Voor deze groep moeten lokaal oplossingen worden gezocht, door het creëren van leerwerkplekken en intensieve begeleiding. Jongeren die dreigen uit te vallen Moet blijken uit bestandsvergelijking en RMC en ROC, inschatting ongeveer 75 per jaar. Alle jongeren in begeleiding en 90% in een traject leiden naar een kwalificatie. Preventieve aanpak om uitval te voorkomen. Samen met de preventieambtenaar 100% overdracht naar de regio te realiseren. RMC gaat dan met deze jongeren aan de slag. Door Werkplein worden leerwerkplekken voor deze jongeren gezocht In 2009 ontwikkelen plan van aanpak, maken werkafspraken en organisatie vop scholen en RMC In 2010 start met project leidend tot 100% overdracht volgens afspraken. Al deze jongeren zijn in beeld bij RMC en van deze jongeren wordt ultimo 2011 90% succesvol begeleidt naar school danwel leerwerktraject. RMC noord (verantwoordelijk) Onderwijsinstellingen Werkpleinen In 2009: 0,5 FTE ontwikkelcapaciteit en organisatie In 2010 en 2011: 1 FTE uitvoeringscapaciteit In 2009 : alle jongeren in beeld en overdrachtafspraken helder e 1 helft 2010: 60% overdracht volgens afspraken Deze 60% jongeren zijn gesproken en plan van aanpak is gemaakt, daarvan is 40% binnen deze periode aan de slag. e 2 helft 2010: 80% overdracht volgens afspraken Deze 80% jongeren zijn gesproken en plan van aanpak is gemaakt, daarvan is 40% e binnen deze periode aan de slag + 90% van niet geplaatste jongeren van uit 1 helft 2010. 2011 : overdracht volgens afspraken Plan van aanpak borging project in staande organisaties Plaatsing van 90% jongeren Project Schoon aan de Slag en Scholing in de Zorg Wet investeren in Jongeren Leren en werken Stad en Ommeland


85

Naam Omschrijving Doelgroep Aantallen Doelstelling Resultaat


Planning

Partijen Kosten en financiering Periode

Relatie met

Verdiepen aanpak tot 27 jaar Alle jongeren t/m 27 jaar in beeld Alle jongeren t/m 27 jaar met en zonder startkwalificatie Nog onbekend. gegevens volgens obv CBS Sluitend in beeld Uitstroom naar: Naar school Leerwerktraject Werk Op basis van het GBA van alle 7 gemeenten wordt een bestandsvergelijking gemaakt met het lpa systeem en het systeem van de ISD en het UWV. Verder zal met SUWI inkijk uitgezocht worden welke jongeren aan het werk zijn met en zonder startkwalificatie. Alle werkende jongeren zonder startkwalificatie worden benaderd en heb zal aangeboden worden om een EVC traject te volgen. Op basis hiervan zal met de jongere en de werkgever gesproken worden om een opleiding te gaan volgen. Daarnaast benaderen wij via bestand en publicaties de jongeren en de bedrijven om zich te melden bij Werkplein indien zij met werkloosheid bedreigt worden dan wel een EVC procedure willen volgen. Bestandsvergelijking in oktober Benaderen november EVC en scholing dec. en verder RMC en Sociale diensten (verantwoordelijk) UWV, ROC’s Onderzoek en bestandsvergelijking 0,5 fte. Benaderen doelgroep en bedrijven 2 fte. Daarnaast reguliere middelen O&O fondsen, SUWI- en UWV middelen. 2009: onderzoek en bestandsvergelijking, start met scholing en EVC 2010: alle jongeren in beeld en daarvan 85 % gesproken en 75% doorgeleidt naar school/werk of combinatie daarvan 2011: alle jongeren in beeld 100% gesproken en 80% doorstroom naar school/werk of combinatie daarvan VSV, Werkpleinactiviteiten


86

Naam Omschrijving

Doelgroep Aantallen Doelstelling Resultaat Aanpak/ activiteiten

Planning Partijen Kosten en financiering

Periode Relatie met

Leerbanenbureau Voor jongeren zal het moeilijker worden in deze recessie om zelfstandig een leerwerkplek, dan wel stageplek te bemachtigen. Zeker voor de kwetsbare groepen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Daarom willen we extra capaciteit inzetten op het verwerven van stages, leerwerkbanen en het aanbod en de mogelijkheden goed inzichtelijk maken, zowel voor de jongeren als voor de werkgevers. Het leerbanenbureau werkt vraag- én aanbodgericht. Het leerbanenbureau is voor BPV-coördinatoren van scholen, werkcoaches van de Werkpleinen en werkgevers het centraal informatiepunt m.b.t. stimuleringsmaatregelingen en subsidiemogelijkheden. Het leerbanenbureau ontzorgt werkgevers, door hen te ondersteunen bij (administratieve) zaken. Het leerbanenbureau wordt zowel fysiek als virtueel vormgegeven. Jongeren < 27 in de provincie Groningen Nog nader te bepalen Het creëren van een centrale plek voor werving, registratie, matching en daadwerkelijke realisatie van leerbanen. X leerbanen X stageplaatsen - verwerven van leerwerkbanen voor jongeren in de hele Provincie (accountmanagers van diverse organisaties) - opnemen van leerwerkbanen in een centrale database, opgenomen in WerkNet-jongeren - ontwikkelen van materiaal m.b.t. stimuleringsmaatregelingen/subsidies voor werkgevers - stimuleren en ondersteunen van werkgevers bij het aannemen/plaatsen van een jongeren op een leerbaan/stage. - mogelijkheid voor jongeren om zichzelf aan te melden voor een leerwerkbaan op WerkNet-jongeren - zoekfunctie voor werkgevers en leerlingen tbv matching Het Noorderpoort heeft intern ervaring opgedaan met een leerbanenbureau en zal deze expertise ter beschikking stellen. Ontwikkeling : September 2009- december 2009 Realisatie 2010 Gemeente Groningen (verantwoordelijk) Werkpleinen, Noorderpoort, Kenniscentra, Alfacollege, AOC Terra Ontwikkeling 1 fte (0,5 Noorderpoort, 0,5 gem. Groningen) Realisatie 0,4 FTE per werkplein 0,2 FTE Noorderpoort 0,1 Alfa 0,1 Terra Kenniscentra Doorlopend Goa’s, Werknet,


87

Naam Omschrijving



Planning Partijen Kosten en financiering Periode

Ervaringsprofiel voor werkzoekende jongeren Werkzoekende jongeren met werkervaring hebben in hun arbeidsverleden vaak competenties verworven die niet gerelateerd zijn aan de diploma’s die zij bezitten, maar die wel van waarde zijn bij het zoeken naar een andere baan, al dan niet gecombineerd met scholing. Het in kaart brengen van deze competenties via een EVP (Ervaringsprofiel) kan daarom helpen bij het zetten van een volgende stap. Het afgelopen jaar is in Oost Groningen een EVC-pilot uitgevoerd voor jongeren met werkervaring. Gebleken is dat EVC in veel gevallen een (te) zwaar middel is om de ervaring van deze jongeren in kaart te brengen. De werkervaring is te divers en competenties zijn onvoldoende bevestigd om jongeren te kwalificeren. Bovendien is gebleken dat de werkervaring en de ambitie van de jongeren niet altijd parallel lopen. We hebben het dan bijvoorbeeld over jongeren die veel tijdelijke banen hebben gehad, bv. via een uitzendbureau. De verwachting is dat deze groep de komende tijd zal toenemen. Voor deze jongeren wordt een toegesneden EVP (Ervaringsprofiel) ontwikkeld, waarin de werkervaring in kaart wordt gebracht en wordt gekoppeld aan de ambities van de jongeren en de mogelijkheden op de arbeidsmarkt. Werkzoekende jongeren met werkervaring in Oost Groningen 50 op jaar basis (50 in 2010 en 50 in 2011) Inzetten van het EVP (Ervaringsprofiel) voor jongeren om gerichte toeleiding naar de arbeidsmarkt, al dan niet in combinatie met scholing te verbeteren. 50 jongeren worden met behulp van een EVP (Ervaringsprofiel) toe geleid naar de arbeidsmarkt, al dan niet in combinatie met scholing. (NB voor jongeren zonder startkwalificatie zal het vervolgtraject zoveel mogelijk bestaan uit een combinatie van werk en scholing). • Ontwikkelen EVP, specifiek toegespitst op de doelgroep jongeren • Uitvoeren pilot met 10 jongeren • Evaluatie en aanpassing van het instrumentarium • Inzet EVP voor minstens 40 jongeren - Ontwikkeling en pilotfase: 1 september 2009 – 31 december 2009 - Evaluatie januari 2010 Noorderpoort en RMC (verantwoordelijk) Gemeenten Noorderpoort: ontwikkeling en pilotfase: 0,5 FTE 2009 Uitvoering gemeenten en Noorderpoort na 2009: inzet regulieren middelen 1 september 2009 – 31 december 2010


88

Bijlage II Bestuurlijk Overleg en Operationeel Kernteam

Namenlijst Bestuurlijk Overleg Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen Coördinerende Gemeente/Regio Centraal Groningen Regio Oost-Groningen Regio Noord-Groningen Provincie Groningen UWV AOC Terra Alfa-College Noorderpoortcollege Hanzehogeschool Base-groep MKB Noord Nederland mede namens VNO/NCW FNV mede namens het CNV Colo

de heer P. Verschuren de heer K. Steenhuis de heer M Joosten de heer H. Gerritsen de heer M. Roelandschap de heer W. van der Bor mevrouw M. Arends de heer R. Schuur de heer C. de Ruiter de heer W. Cnossen de heer R. van Gent de heer D. Heinen de heer B. Vliegers

Namenlijst Operationeel Kernteam Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen Gemeente Groningen / Regio Centraal Groningen Regio Oost-Groningen Regio Noord-Groningen Regiogemeenten Hoogezand-Sappemeer en Slochteren Provincie Groningen (EZ) UWV Provincie Groningen / UWV AOC Terra Alfa-College Noorderpoortcollege Hanzehogeschool RMC Centraal Groningen / gemeente Groningen (OCSW) RMC Oost-Groningen / gemeente Veendam RMC Noord-Groningen / gemeente Delfzijl VNO / NCW - MKB Noord Colo CNV Basegroep, Jeugdzorg Breuer Institute

de heer R. Pos mevrouw B. Stiksma mevrouw L. Broekhuizen de heer C. Terlien de heer G. Meijerink de heer P. Verweij mevrouw L. van Dijk mevrouw J. Vaartjes mevrouw E. Pastoor mevrouw S. Boerma de heer H. van Lieshout de heer O. Jongsma mevrouw H. Visscher de heer J. Oolders mevrouw C. Slim de heer B. Vliegers de heer W. van Niejenhuis de heer Peter Gerards de heer J. Nap

Periodiek zal de regionale contactpersoon van het ministerie van SZW worden uitgenodigd om aan te schuiven bij het operationeel kernteam.


89

Bijlage III Begrippen, definities en afkortingen

a.

Begrippenlijst; belangrijkste begrippen zoals in het actieplan gehanteerd

RPA : Regionaal Platform Arbeidsmarktbeleid; deze 21 platforms functioneerden tot 2008, ontstaan bij de totstandkoming van de wet SUWI (Structuur uitvoering werk en inkomen) in 2002. Tot het RPA gebied behoort naast de werkpleinen van de provincie Groningen, ook die van Assen. Arbeidsmarktregio: VNG heeft 56 arbeidsmarktregio's gedefinieerd in 2007; in de Provincie Groningen zijn dit Centraal Groningen, Noord Groningen, Oost Groningen met respectievelijk als coördinerende gemeenten Groningen, Delfzijl en Veendam. In dit rapport noemen we deze arbeidsmarktregio's de subregio's. Subregio: zie toelichting bij ‘arbeidsmarktregio’. Tot de drie subregio’s behoren: - Groningen Centraal (gemeenten Groningen, Grootegast, Haren, Hoogezand-Sappemeer, Leek, Marum, Noordenveld, Slochteren, Ten Boer, Zuidhorn); - Groningen Noord (gemeenten Appingedam, Bedum, Delfzijl, De Marne, Eemsmond, Loppersum en Winsum); - Groningen Oost (gemeenten Bellingwedde, Menterwolde, Pekela, Reiderland, Scheemda, Stadskanaal, Veendam, Vlagtwedde, Winschoten). Regio: met regio wordt in dit Actieplan bedoeld het gebied provincie Groningen en het Noordenkwartier (de optelsom van de drie arbeidsmarktregio’s)

b.

Definities zoals gehanteerd door ministerie SZW (bron: ‘Handreiking Convenant’)

Leerwerkplek Dit is een breed begrip dat ruimte biedt voor verschillende leerwerkarrangementen. Deze kunnen variëren van opleidingsplaatsen in het kader van de beroepsbegeleide leerweg tot traineeplekken en stageplekken in het kader van de sectorarrangementen. Denkbaar is ook dat op regionaal niveau nog andere combinaties van leren en werken worden gekozen en gedefinieerd. Beroeps Begeleidende Leerplek (BBL) een beroepsbegeleidende leerweg, omvattend een praktijkdeel van 60% of meer van de studieduur (artikel 7.2.2, tweede lid, onderdeel b, WEB). Hierbij is sprake van een (leer)arbeidsovereenkomst tussen leerling en werkgever. Beroeps Opleidende Leerweg (BOL): een beroepsopleidende leerweg, omvattend een praktijkdeel van ten minste 20% en minder dan 60% van de studieduur (artikel 7.2.2, tweede lid, onderdeel a, WEB). Hierbij is geen sprake van een (leer)arbeidsovereenkomst, maar wordt door de werkgever normaal gesproken een stagevergoeding aan de leerling betaald voor het praktijkdeel.


90

Beroepspraktijkvorming (BPV): het praktijkdeel bij een door de kenniscentra erkend leerbedrijf als onderdeel van een BOL of BBL. Traineeplek: een werkervaringsplaats van een bepaalde duur (afhankelijk van de sector en het soort en niveau van de opleiding) waarbij de jongere in dienst is van de werkgever en sprake is van tenminste 1 dag scholing die niet beperkt is tot de opleidingen die onder de reguliere BBL worden gerekend. De jongere heeft een opleiding afgerond en vervolgt zijn carrière in de traineebaan, waar werkervaring wordt opgedaan en een aanvullende gekwalificeerde opleiding wordt aangeboden. Deze banen maken ook onderdeel uit van de sectorarrangementen. Kwetsbare jongeren: het begrip kwetsbare jongeren is in het Actieplan Jeugdwerkloosheid en in het modelconvenant niet nader gespecificeerd. Hieronder worden verstaan jongeren met een traditioneel zwakke positie op de arbeidsmarkt zoals: − Overbelaste jongeren die gebukt gaan onder een opeenstapeling van problemen, uiteenlopend van beperkte vaardigheden en gedragsproblemen tot gebroken gezinnen, chronische armoede, schulden, verslaving, criminaliteit in de directe omgeving. Denk hierbij in het bijzonder aan jongeren in jeugdzorgtrajecten. − Ongediplomeerde jongeren en jongeren uit het Voortgezet Speciaal Onderwijs, het Praktijkonderwijs en de lagere MBO-niveaus. − Allochtone jongeren (vanwege het hoge werkloosheidspercentage t.o.v. autochtone jongeren), − Jongeren met een grote afstand tot de arbeidsmarkt en problemen op meerdere leefgebieden. Het kabinet heeft in zijn algemeenheid bepaald dat kwetsbare (en met name allochtone) jongeren evenredig moeten profiteren van de activiteiten voor het bestrijden en voorkomen van jeugdwerkloosheid.


91

Bijlage IV Belangrijkste geraadpleegde bronnen Actieplan Jeugdwerkloosheid. Uitgave ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Den Haag, juni 2009. Alle hens aan dek. Beleids/actieplan, interne uitgave gemeente Groningen. Juni 2009. Arbeidsmarktverkenning 2007 en verder. De arbeidsmarkt- opleidings- en BPV-situatie van verpleegkundigen, verzorgenden en sociaalagogen in de regio Groningen en Drenthe. Door Calibris, ZorgpleinNoord en Stamm CMO Drenthe. November 2007. Boer, H. De, Tegen de stroom in. Advies aan het Kabinet voor een actieplan Jeugdwerkloosheid. Noordwijk, 13 mei 2009. Broersma, L. En Dijk, J. Van, Gevolgen van de kredietcrisis voor Noord Nederland. Onderzoek in opdracht van SER Noord Nederland. Rijksuniversiteit, Faculteit der Ruimtelijke Wetenschappen. Groningen, 9 maart 2009. Colo Barometer van de stageplaatsen en de leerbanenmarkt. Bestrijding van de crisis. Uitgave COLO, jaargang 3, juni 2009 De crisis de baas in de Eemsdelta. Interne uitgave gemeente Delfzijl. Juni 2009. Detmar, B. en Vries, I.E.M. De, Beroepspraktijkvorming in het MBO. Ervaringen van leerbedrijven. Onderzoek Dijk12 in opdracht van MKB en VNO-NCW. Amsterdam, april 2009. Doets, C., en Huisman, T., De effectiviteit van een Individuele Leerrekening. Expertisecentrum Beroepsonderwijs, februari 2009. Evaluatie afdrachtvermindering Onderwijs van de WVA. Gelderblom, A., Koning, J. De, en Tanis, O. SEOR. Opdracht ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Februari 2007. Fouarge, D., Grip, A. de., Nelen, A., Leren en werken. Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), maart 2009. Ik doe mee in Oost-Groningen, Contouren Sociaaleconomisch Ontwikkelingsprogramma OostGroningen. Projectplan 2009. Jeugdwerkloosheid: een kwalitatief onderzoek naar de perceptie van jeugdwerkloosheid onder jongeren. F. McDougal, O. Vlek, Onderzoeksbureau Ruigrok/NetPanel, In opdracht van: Ministerie voor Jeugd en Gezin, maart 2009. Leren en Werken 2009-2010 Stad en Ommeland. Projectplan, juni 2009. Scholing op afspraak: Sectorale scholingsafspraken en stand van zaken O&O-fondsen 2004. Max Groote Kenniscentrum voor Beroepsonderwijs, A. De Mooij, W. Houtkoop, januari 2005.


92

Scholing, een sterke schakel. Een verkenning van de regionale arrangementen arbeidsmarkt en scholing. AKO, T. Jansen, M. Siers, maart 2008. Versnellen in Noord Nederland. Hoe, wat, waar en wanneer? Door Joint Implementation Network in opdracht van SER Noord Nederland. Groningen, 13 mei 2009. Werkt de markt voor bedrijfsgerelateerde scholing? Een overzichtsstudie. Expertisecentrum Beroepsonderwijs. W. Groot, H. Maassen van den Brink, maart 2009. WVA-Startkwalificatie. Uitvoering, gebruik en effecten. Koning, J. de, Arkesteijn, N., Boom, L.van den, en Gelderblom, A. In opdracht van Ministerie van Sociale Zaken. Rotterdam, mei 2005 Zonder diploma: aanleiding, kansen en toekomstintenties. Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), maart 2009. Belangrijkste websites die geraadpleegd zijn: www.szw.nl www.werk.nl www.cpb.nl www.ser.nl www.sernoordnederland.nl www.cbs.nl www.uwv.nl www.mkbnoord.nl www.rwi.nl www.scp.nl www.roa.unimaas.nl www.iva.nl Daarnaast is veel informatie verkregen van de samenwerkingspartners die hebben bijgedragen aan de totstandkoming van het Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid. Voor wat betreft de arbeidsmarktanalyse – hoofdstuk 1 – is met name geput uit inbreng van de afdeling Arbeidsmarktonderzoek van het UWV, het COLO en de RMC’s (voortijdig schoolverlaten). N.b. Ook zijn een aantal nog niet gepubliceerde en/of interne stukken geraadpleegd.


93

c.

Lijst met afkortingen

AKA ACO AOC BBL BOL BPV CNV Colo ESF EVC FNV GOA HHG HBO I-deel MBO MKB NWW O&O fonds PrO RMC ROC SK SZW VMBO VO VSO VSV UWV Wajong WIJ WSW WW WWB

Arbeidsmarkt kwalificerend assistent (niveau 1 MBO) Anti cyclisch opleiden (met name in de bouwsector) Agrarisch Opleidingscentrum Beroepsbegeleidende leerweg Beroepsopleidende leerweg Beroepspraktijkvorming Christelijk Nationaal Vakverbond Koepel van de samenwerkende kenniscentra voor beroepsonderwijs en bedrijfsleven Europees Sociaal Fonds Eerder Verworven Competenties Federatie Nederlandse Vakbeweging Gemeenschappelijke opleidingsactiviteiten Hanzehogeschool Groningen Hoger beroepsonderwijs Budget voor het verstrekken van uitkeringen Middelbaar beroepsonderwijs Midden- en kleinbedrijf Niet werkende werkzoekende Opleidings- en Ontwikkelingsfonds (OOM = O&O fonds voor de Metaal) Praktijk Onderwijs Regionaal Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaters Regionaal Opleidingscentrum Startkwalificatie Ministerie van Sociale Zaken en werkgelegenheid Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs Voortgezet onderwijs Voortgezet speciaal onderwijs Voortijdig schoolverlaten Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen Wet Arbeidsongeschiktheidsvoorziening Jonggehandicapten Wet Investeren in Jongeren Wet Sociale Werkvoorziening Werkloosheidswet Wet Werk en Bijstand


94

Regionaal Actieplan Jeugdwerkloosheid Groningen

Recommend Documents