Recht en etnisch profileren
- De complexiteit van het verschijnsel discriminatie - De complexiteit van het bestaande recht
Neutraal:
Pejoratief:
tussen twee zaken onderscheid maken
individuen slecht(er) behandelen op grond van (vermeende) groepseigenschappen
Pejoratief → het gaat om: (machts)ongelijkheid tussen groepen stereotypen en vooroordelen onderdrukking van de minst machtige groep
“Neutrale” verboden: een algemeen verbod om “onderscheid” te maken tussen burgers, tenzij objectief gerechtvaardigd = verbod van willekeur = formeel gelijkheidsbeginsel
“Discriminatieverboden”: men erkent dat bepaalde groepen in de samenleving last hebben van uitsluiting en onderdrukking en benoemt deze door het verbod om “onderscheid” te maken te koppelen aan bepaalde met name genoemde “gronden”. In dat geval is rechtvaardiging nauwelijks nog mogelijk.
Hoe leg je aan een alien uit wat etnisch profileren is (en wat het níet is)?
Neutraal / pejoratief in artikel 1 GW Verbod van willekeur / formeel gelijkheidsbeginsel : “Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld.” De tweede zin werkt dit uit in een discriminatieverbod “Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.”
Erkent men daarmee de bestaande maatschappelijke ongelijkheden? Halfslachtig: discriminatiegronden worden genoemd, maar men blijft toch “neutraal”: – Verbod op seksediscriminatie, ipv verbod op vrouwendiscriminatie – Verbod op discriminatie ogv ras/etniciteit, ipv verbod op discriminatie van niet-westerse mensen M.a.w.: het recht kiest voor symmetrische discriminatieverboden! (Uitz: UN Vrouwenverdrag / gehandicaptenverdrag.)
Gevolg van de neutrale/ formele benadering: de neiging om alles discriminatie te noemen
Elementen in de belangrijkste juridische bepalingen Verboden is: ♦ een bepaalde gedraging (behandeling of bejegening) van personen, ♦ die plaatsvindt op grond van bepaalde groepskenmerken van deze personen, ♦ waarbij ongewenste gevolgen optreden voor deze personen en/of voor de samenleving als geheel (‘benadeling’) ♦ (en die niet gerechtvaardigd kan worden).
Gedragingen (soorten behandeling of bejegening) Gronden (zijn alle gronden gelijk?) Gevolgen (zijn alle gevolgen even ernstig?)
Heterogeniteit in: Verboden is: ♦ een bepaalde gedraging (behandeling of Ongelijke behandeling in wetten en regelingen (bijv. onmogelijkheid voor homo’s om te huwen) Ongelijke behandeling in concrete rechtshandelingen (bijv. aanstellen personeel, ongelijk belonen, vervolgen?, straffen?) Discriminatoire bejegening (schelden, pesten, ridiculiseren, intimidatie en geweld, stereotypering?) Structurele discriminatie, omdat met het ‘anders-zijn’ van bepaalde groepen geen rekening wordt gehouden (bijv. begrafeniswetgeving, christelijke feestdagen, werktijdenbesluiten, (mantel)zorg)
Onderzoeken wijzen uit dat afkomst van invloed kan zijn op strafvervolging, dwangverpleging en selectiemechanismen + rapport Amnesty: denkbeeldige correlatie (mensen hebben de neiging om het voorkomen van negatieve gedragingen te overschatten bij kleinere groepen) en impliciet leren (Bassie&Adriaan effect) – Daniël Wigboldus: http://youtu.be/oDFxprmmlqg – 'racism test' (Implicit Association Test): https://implicit.harvard.edu/implicit/netherlands/selectatest.jsp
Discriminatie en … racisme? … etnisch profileren? … gelijke behandeling? … positieve actie?
Heterogeniteit in: Verboden is: ♦ een bepaalde gedraging (behandeling of
Bijlmer-filmpje: Wat vind jij? Mag de politie zo een inval doen? Redenen voor / tegen? (rol criminaliteitsstatistieken) Gaan die ook op voor andere maatschappelijke terreinen?
Elementen in de belangrijkste juridische bepalingen Verboden is: ♦ een bepaalde gedraging (behandeling of bejegening) van personen, ♦ die plaatsvindt op grond van bepaalde groepskenmerken van deze personen, ♦ waarbij ongewenste gevolgen optreden voor deze personen en/of voor de samenleving als geheel (‘benadeling’) ♦ (en die niet gerechtvaardigd kan worden).
De onwenselijk geachte gevolgen van bepaalde gedragingen op bepaalde gronden kunnen worden geclassificeerd in vier verschillende typen: ♦ Een aantasting van de menselijke waardigheid ♦ Het ontnemen van het volledige genot van (sociale en politieke) mensenrechten ♦ Een aantasting van veiligheid en stabiliteit in de samenleving ♦ De frustratie van belangrijke sociale of economische doelen in de samenleving Conclusie : Discriminatie is een zeer heterogeen verschijnsel met verschillende achtergronden/oorzaken. Het is een containerbegrip. → Hoe construeer je (effectieve) juridische normen ten aanzien van een dergelijk heterogeen verschijnsel?
Elementen in de belangrijkste juridische bepalingen Verboden is: ♦ een bepaalde gedraging (behandeling of bejegening) van personen, ♦ die plaatsvindt op grond van bepaalde groepskenmerken van deze personen, ♦ waarbij ongewenste gevolgen optreden voor deze personen en/of voor de samenleving als geheel (‘benadeling’) ♦ (en die niet gerechtvaardigd kan worden).
Heterogeniteit in: Verboden is: ♦ een bepaalde gedraging (behandeling of bejegening) van personen, ♦ die plaatsvindt op gronden van bepaalde Het gaat om een identiteitsbepalend kenmerk
dat negatief wordt ingekleurd (d.m.v. stereotypen/vooroordelen!) en dat mensen niet kunnen / hoeven afleggen
Identiteitsbepalend kenmerk: sterk ras - zwak leeftijd Negatief ingekleurd: sterk ras - zwak leeftijd Vastliggend of grondwettelijk beschermd: ras Zelf gekozen of veranderlijk: leeftijd Discussie: Is gelijke behandeling van alle juridisch erkende gronden noodzakelijk / mogelijk? Of is een hiërarchie van gronden wenselijk/onontkoombaar? Taboe eigenlijk vreemd: Gevaar van denkbeeldige correlatie en impliciet leren (Bassie&Adriaan effect)
Gelijkheid & non-discriminatie: situated on high moral ground... Hoe daal je van die morele hoogte af naar “down to earth” juridische bepalingen, die bruikbaar zijn in concrete juridische procedures? Om welk soort van gedragingen gaat het? (ongelijke behandeling of discriminatoire bejegening? en door wie?) Welke discriminatiegrond en terrein is in het spel? (Zijn die allemaal even ‘zwaar’?) Wat zijn de gevolgen of geschonden belangen? (Zijn die allemaal even erg / belangrijk?)
Bijv. Artikel 2 Verdrag van de EU: The Union is founded on the values of respect for human dignity, freedom, democracy, equality, the rule of law and respect for human rights, including the rights of persons belonging to minorities. These values are common to the Member States in a society in which pluralism, non-discrimination, tolerance, justice, solidarity and equality between women and men prevail.
+ voor wetgever / beleidsmaker: Wat is de achtergrond/oorzaak van de discriminatie? Welke verhouding is in het geding? (verticaal – onomstreden? horizontaal – wat is legitimatie om hier in te grijpen?) Op welke maatschappelijke terreinen wordt gediscrimineerd? (Arbeid, onderwijs, uitgaan?)
Marija Davidović
[email protected]
NB. Individual rights based approach + Complexe wetgeving:
Gronden: Geslacht (inclusief zwangerschap en moederschap), Ras / Etnische afkomst, Nationaliteit, Godsdienst/Levensovertuiging, geaardheid Politieke gezindheid, Burgerlijke staat, Handicap of chronische ziekte, Leeftijd, Type arbeidsovereenkomst (tijdelijk/vast), Arbeidsduur (deeltijd-voltijd)
Niet alle overal beschermd: Betaalde arbeid en beroepsonderwijs: alle gronden Aanbod goederen en diensten: alle behalve leeftijd, handicap Algemeen vormend onderwijs: alle behalve leeftijd Sociale zekerheid / sociale voordelen: alleen ras Openbaar vervoer: handicap