Bijlage II Reactie van GS op het accountantsverslag 2009 over de Jaarrekening 2009 provincie Fryslân en de Jaarrekening 2009 Fonds Stortplaatsen Fryslân I.
Jaarrekening 2009 provincie Fryslân
Inleiding De provinciale Jaarrekening en de Jaarrekening van het Fonds Nazorg Stortplaatsen Fryslân worden elk jaar gecontroleerd door de daarvoor aangewezen externe accountant, vanaf 2006 door PriceWaterhouseCoopers Accountants. De accountant voert deze controle uit en legt zijn bevindingen vast in een rapport. Dit Rapport van bevindingen is voor u als Bijlage I bij deze stukken gevoegd. Een goedkeurende accountantsverklaring is op 7 april 2010 afgegeven voor de getrouwheid en de rechtmatigheid inclusief een goedkeurende verklaring voor de Single Information Single Audit (SISA) verantwoording specifieke uitkeringen 2009 van de provinciale Jaarrekening 2009. Eveneens is op die datum een goedkeurende accountantsverklaring afgegeven voor de Jaarrekening 2009 van het Fonds Nazorg Stortplaatsen Fryslân. Hieronder hebben wij een aantal door de accountant aangegeven onderwerpen van een reactie te voorzien. Wij houden daarbij de volgorde en benaming aan van het accountantsverslag. 1.
Onze tien belangrijkste boodschappen
Uw accountant start zijn rapportage met de tien belangrijkste boodschappen waarvan hij het belangrijk vindt dat u er kennis van neemt. Het merendeel van deze onderwerpen komen terug in onze onderstaande reactie. De acties die hierin voor de provinciale organisatie zijn opgenomen worden in de organisatie uitgezet om de afdoening te bewaken. Bij de Interimcontrole 2010 en de controle van de Jaarrekening 2010 door uw accountant wordt de stand van zaken van de benodigde acties weergegeven. 2.
Accountantscontrole
De volgende controle bevindingen zijn te melden Getrouwheid De accountant geeft aan dat tijdens de controlewerkzaamheden met uitzondering van de onderstaande twee tekortkomingen geen bevindingen meer resteren. Wij merken hierover het volgende op. a. Deel van de geactiveerde gronden is niet onderbouwd € 1 mln. Per de balansdatum van 31 december 2009 komt de bij de provincie Fryslân geactiveerde waarde van de voorraad gronden niet overeen met die van de dienst Landelijk Gebied in Utrecht. Ook is gebleken dat de waarde van de dienst Landelijk gebied Noord in Leeuwarden niet overeenstemmen met de cijfers van de DLG te Utrecht. Op korte termijn wordt samen met de DLG Noord en de Landelijke DLG contact gelegd om de cijfers in overeenstemming te krijgen. Mogelijke correcties in de provinciale administratie leiden niet tot wijziging van het resultaat 2009 maar alleen tot een balanscorrectie binnen de tolerantiegrens. b. Onzekerheid inzake rechtmatigheid van Europese programma’s P.M. Voor nadere toelichting zie blz. 16/17 van het Rapport van bevindingen en blz. 5/6 van deze reactie.
1
Rechtmatigheid In 2009 zijn de rechtmatigheidonderzoeken uitgevoerd door de eigen organisatie. Op basis van deze onderzoeken en de door ons uitgevoerde werkzaamheden hebben wij geconstateerd dat de organisatie heeft gehandeld binnen het door de Staten gestelde normenkader en de wettelijke regels. De organisatie heeft t.a.v. de rechtmatigheid gehandeld overeenkomstig het door Provinciale Staten gestelde normenkader. Zoals uit de tabel op Blz. 5 in Rapport van Bevindingen blijkt, zijn er wel tekortkomingen bij de getrouwheid ad € 1 mln. Deze worden ook meegewogen in het rechtmatigheidoordeel. Dit betreft de reeds eerder genoemde onzekerheid ten aanzien van de geactiveerde gronden. Beperkte onzekerheid inzake SISA Wij hebben de in de SISA bijlage bij de jaarrekening 2009 opgenomen 18 specifieke uitkeringen (2008:14) gecontroleerd. Wij hebben een aantal beperkte onzekerheden geconstateerd. Inzake Jeugdzorg hebben wij enkele aandachtspunten. Uit onze controle blijkt dat nog niet alle instellingen over 2008 voldoen aan de formele vereisten. Dit heeft betrekking op Stichting Jeugdhulp Friesland (ontbreken indicatiebesluit en onjuiste toepassing termijnen). Stichting Jeugdhulp Friesland kon aantonen dat één indicatiebesluit van 308 gecontroleerde zaken in het dossier ontbrak door een menselijke fout. Onjuiste toepassing van termijnen was niet was niet alleen aan Jeugdhulp Friesland toe te rekenen. Het gaat om een technische kwestie bij het doorgeven van data tussen Bureau Jeugdzorg en Stichting Jeugdhulp Friesland, waardoor in 2008 een verschil van één tot vijf dagen op kon treden per zaak in de administraties van de beide stichtingen. Verbetering vond plaats in 2009/2010 door een digitale koppeling van gegevens in een beschermde omgeving. Daarom zijn hier geen consequenties aan verbonden. In Bijlage B Sisa (blz.25) is dit onderwerp door uw accountant als volgt toegelicht: Belangrijke inhoudelijke aandachtspunten bij de vaststelling van de subsidie 2008 betreffen de aanwezigheid van een geldige indicatiestelling voor verleende zorg bij instellingen en de tijdigheid van de afgegeven indicatiebesluiten. De provincie heeft hieraan geen consequenties verbonden voor de vaststelling. Wij kunnen ons vinden in de argumenten die hier aan ten grondslag liggen. In 2009 heeft de provincie Fryslân voor het eerst de BDU bestedingen inzake infrastructurele projecten van de gemeenten – die gemeenten in hun SiSa bijlage bij de jaarrekening 2008 hebben opgenomen – geanalyseerd. Eind 2009 zijn hiervoor de vaststellingsbeschikkingen aan gemeenten verzonden en zijn in 2010 uitbetaald. In overeenstemming met de regelgeving hieromtrent, zijn deze bestedingen terecht niet opgenomen in de SiSa bijlage 2009 van de provincie. Wij hebben kennis genomen van de reactie van uw accountant. 3.
De informatiewaarde en leesbaarheid van de jaarstukken
Opzet van de jaarstukken is verder doorontwikkeld. Ten opzichte van voorgaand jaar zijn de paragrafen uitgebreid met de paragraaf Reserve Falcon. Hierin wordt ingegaan op de middelen die vrijkomen uit Falcon, na de verkoop van de aandelen NUON aan Vattenfal. Er wordt veel informatie gegeven over de transactie en vermogensbeheer. Informatie over risico’s, normrendement en verwacht rendement voor de komende jaren ontbreekt. De paragraaf kan op dit punt verbeterd worden.
2
Wij zullen nagaan in hoeverre de informatievoorziening in deze paragraaf voor 2010 verbeterd kan worden. In 2010 wordt de bestuurlijke planning & control geëvalueerd, waarna de P&C-stukken verder kunnen worden doorontwikkeld. Wij hebben GS geadviseerd bovenstaande aandachtspunten (zie blz. 8 en 9van het rapport en die overigens voor een deel al zijn opgepakt) mee te nemen in deze evaluatie. De opzet van het huidige instrumentarium voldoet overigens aan het BBV. Los van analyse en genoemde aandachtspunten van uw accountant hebben wij in 2009 al de nodige stappen gezet om tot een strakkere sturing te komen. Deze zijn: - begrotingsregels “Als geld telt” - herziening Financiële verordening - nota Uitvoering Begroting - aangescherpte regelgeving voor de tijdelijke budgetten - actualisering van de Legesverordening - actualisering van de nota’s: Waarderen, activeren en afschrijven 2010, Reserves, voorzieningen en overlopende passiva en de Uitvoeringsregeling Treasury Fryslân 2010 Daarnaast hebben we in 2009 geïnvesteerd in de doorontwikkeling van de Bestuurlijke Planning en Control. Op 18 maart 2009 stelde uw Staten de notitie “Ontwikkeling van de bestuurlijke Planning & Control” vast. We zijn blij dat de daaruit voortvloeiende verbeteringen ten aanzien van de bestuurlijke planning en control ook door uw accountant worden erkend en herkend. Uw accountant merkt op dat de Begroting, Bestuursrapportages en Jaarrekening een steeds beter inzicht geven in de beleidsrealisatie en –voortgang; zowel in beleid, tijd als geld. De ontwikkeling van de bestuurlijke planning en control is een continu proces dat we ook in 2010 (beheerst) een vervolg zullen geven. Graag blijven we ook in 2010 over dit onderwerp met u in gesprek via het Breed Audit Overleg. Ook dan kunnen we verder ingaan op de overige aanbevelingen van uw accountant. Het resultaat 2009 wordt sterk beïnvloed door kasritmeverschuivingen, afwijkingen in de structurele budgetten zijn beperkt. • Verschillen tussen de jaarrekening 2008 en 2009 • Verschillen tussen de Tweede Bestuursrapportage en de jaarrekening 2009 Het resultaat over 2009 ad € 14,4 mln. is niet 1-op-1 te vergelijken met het resultaat 2008 ad € 0,7mln. In dat geval moet van het resultaat 2009 ad € 14,4 mln. het effect van vrijval op tijdelijke budgetten ad 7 mln. en de vrije begrotingsruimte ad 6,2 mln. uit dit resultaat gehaald worden. Genormaliseerd voor dit effect bedraagt het resultaat over 2009 € 1,3 mln. t.o.v. € 0,7 mln. in 2008. In het Jaarverslag 2009 hoofdstuk 2 ‘Jaarrekening in één oogopslag’ is het resultaat 2009 toegelicht. Door een strakkere sturing van de prognose einde jaar bij de Bestuursrapportages 2009 ligt het resultaat op de structurele budgetten 2009 van € 1,3 miljoen in de lijn met die over 2008 van € 0,7 miljoen. Scherpere financiële regels geven betere handvatten voor financiële sturing en beheersing In hoofdstuk 3 Tijdelijke budgetten van de jaarrekening wordt een toelichting gegeven op (kasritme)verschuivingen van budgetten waarvan de besteding voor 2009 was begroot, maar die doorschuiven naar volgende jaren. Door deze aanscherping van de financiële regels is in de jaarrekening 2009 sprake van meer vrijval van budgetten. Daarnaast geven deze regels de Staten meer aanknopingspunten voor een betere financiële planning, sturing en beheersing.
3
Door aanscherping van de regelgeving betreffende het doorschuiven van de tijdelijke budgetten levert dit, ten opzichte van de doorschuiving van deze budgetten in 2008, een beduidend lagere verschuiving op (trendbreuk) (2009 € 29,2 miljoen en in 2008 € 47,8). Dit neemt niet weg dat in 2010 veel aandacht noodzakelijk blijft om het kasritme van bestedingen zo goed mogelijk te plannen en te monitoren. Voor een beperkt aantal tijdelijke budgetten stellen we dan ook kasritmeverschuivingen in 2010 en volgende jaren voor. 4.
De interne beheersing is in ontwikkeling
Waar moet het beter en hoe? Door uw accountant wordt aangegeven dat het algemene beeld van de interne beheersing voldoende is om tot een getrouwe jaarrekening te komen. De aandachtsgebieden die uw accountant aangeeft wat er beter kan (blz. 11), nemen wij voor zover nodig mee in de verdere ontwikkeling van de Planning & Controlinstrumenten en de Managementcontrol. Sturing, verantwoording en beheersing van ILG/FYLG verdient veel aandacht
Er is nu ook meer zicht op de prestaties maar dit is nog lang niet voldoende. Een aantal punten willen wij onder uw aandacht brengen. Zie de opsomming op blz. 11/12 van het Rapport van bevindingen. Grondbeleid en grondverwervingen
Provincie Fryslân heeft de afgelopen jaren veel ervaring opgedaan met het taakgebonden aankopen van gronden. Deze aankopen zijn rechtstreeks verbonden aan het te realiseren doel, bijvoorbeeld de aanleg van een provinciale weg. Deze aankopen zijn gekoppeld aan een concreet plan waarover al besluiten zijn genomen. Aan deze categorie van grondaankopen kleven nauwelijks risico’s, een zware centrale beheersstructuur is hierdoor minder noodzakelijk. Naar aanleiding van de nota grondbeleid ((‘nei in provinsjaal grûnbelied, oktober 2007) zijn de eerste contouren zichtbaar van een meer actief grondbeleid. Bij de provincie Fryslân is dit bijvoorbeeld nader ingevuld voor het pMJP (april 2009) met het investeringskrediet grondaankopen (IKG). Dit vergt echter ook een versterking van de interne beheersing. Centrale aansturing en beheersing inclusief goede informatievoorziening verlaagt risico’s. Een latent risico is bijvoorbeeld ook staatssteun. Voor de provincie Fryslân liggen hier belangrijke verbeterpunten. Wij onderschrijven de conclusies van uw accountant. Voor een betere centrale sturing en beheersing op beide onderdelen vergt dit de komende tijd noodzakelijke aandacht van de organisatie en Voorlopige Directie om organisatorische maatregelen te treffen. SiSa en SiSa tussen medeoverheden blijft veel aandacht vergen door landelijke Ontwikkelingen. Bijna alle specifieke uitkeringen die de provincie Fryslân ontvangt van het Rijk dienen in de provinciale jaarrekening te worden verantwoord naar de Ministeries. In de afgelopen jaren is veel tijd geïnvesteerd om verantwoording tijdig te kunnen realiseren. Dit wordt ieder jaar beter. Op het moment van start van onze controle was slechts een aantal regelingen (waaronder BDU en Jeugdzorg) intern nog niet afgerond. Het opstellen van de verantwoordingen blijft een omvangrijke (krachts)inspanning voor de provincie Fryslân. Het opstellen van de verantwoording via SiSa was een forse inspanning, dit komt door de toename van het aantal regelingen (was14, nu18), de complexiteit van de regelingen en de diversiteit in bestedingsbegrippen. Voor 6 regelingen betrof het de eindverantwoording. Wij hopen dat dit proces door herschikking van het takenpakket in 2011 soepeler kan verlopen.
4
Volledigheidshalve merken wij op dat deze controlewerkzaamheden op verzoek van uw accountant een week eerder zijn gestart. De toekomstige financiële positie van uw provincie, recessie en bezuinigingen Uw accountant somt op blz. 13 verschillende onderwerpen op over onze financiële positie, de recessie en bezuinigingen. In het Jaarverslag 2009 (hoofdstuk 1 Inleiding, onderdeel 1.2 Belangrijke ontwikkelingen 2009) wordt hier ook op ingegaan als ook op de effecten die ze kunnen hebben op de financiële positie van onze provincie. Duidelijk is dat de hier geschetste ontwikkelingen met betrekking tot de brede heroverwegingen op rijksniveau, de te verwachten neerwaartse ontwikkeling van het provinciefonds en de provinciale takendiscussie ook voor onze provincie vanaf 2011 grote financiële uitdagingen met zich mee zullen brengen om het financieel kader op peil te houden. In de kadernota 2011 zullen we hier meer uitgebreid op terugkomen en zullen we alle ontwikkelingen in perspectief plaatsen. In overleg met u zijn we op onderdelen al aan het voorsorteren op de sombere financiële tijden. Status aanbevelingen ten opzichte van onze managementletter Uw accountant geeft in het overzicht op pagina 14 van het Rapport van bevindingen een overzicht van de belangrijkste gedane aanbevelingen uit de Managementletter 2009 en de status daarvan per maart 2010 van een achttal belangrijke onderwerpen. Hieruit blijkt dat de aanbevelingen actief zijn opgepakt. De verdere voortgang van deze aanbevelingen krijgt zijn beslag in 2010 en de stand van zaken hiervan wordt met de controlebevindingen in het najaar van 2010 opnieuw door uw accountant gerapporteerd in zijn Managementletter 2010. Wij hebben enkele bijzonderheden op te merken over de geautomatiseerde systemen Ingevolge artikel 2:393 lid 4 BW dient de accountant in zijn verslag aandacht te besteden aan de bevindingen met betrekking tot de betrouwbaarheid en continuïteit van de geautomatiseerde gegevensverwerking. Onze controle heeft enkele aandachtspunten opgelegd die ook deels samenhangen met de professionalisering van de IT-functie. Naast het opstellen en implementeren van een informatiebeveiligingsplan zal Concern Control ook onderzoeken gaan uitvoeren om IT governance (toezicht op de IT-activiteiten) te verbeteren. Inderdaad heeft Concern Control in 2009 onderzoek gedaan. Het rapport is begin 2010 aan de voorlopige directie uitgebracht. Eventuele maatregelen voor de provinciale organisatie wordt opgenomen in de eerdergenoemde actielijsten. 5.
Rechtmatigheid
Borging rechtmatigheid is in ontwikkeling voor de naleving provinciaal aanbestedingsbeleid en subsidies. De afgelopen jaren is de borging van rechtmatigheid binnen de provincie gerealiseerd door het achteraf uitvoeren van interne controles. Hoewel voor 2009 in principe dezelfde aanpak gehanteerd is, is voor 2009 een aantal acties in gang gezet om rechtmatigheid in de werkprocessen te borgen. Zoals ook door uw accountant is geconstateerd, is er het afgelopen jaar veel aandacht besteed aan de borging van de EU aanbestedingsregels. Daarnaast hebben wij onze beheersing gericht op de naleving van het eigen provinciale inkoop- en aanbestedingsbeleid. Dit als vervolgactie op onze toezegging van vorig jaar om de wijze van opdrachtverstrekking zoveel mogelijk vast te leggen in het financiële systeem. Voor de borging van de rechtmatigheid van subsidies wordt thans gewerkt aan de implementatie van een subsidievolgsysteem.
5
Europese programma’s – mogelijk financiële onzekerheid In de tabel in hoofdstuk 2 op blz. 5 is de onzekerheid inzake rechtmatigheid van Europese programma’s als PM-onzekerheid aangemerkt. De Europese Commissie en het ministerie van Economische Zaken (namens de lidstaat Nederland) zijn het eens geworden over het definitieve kortingspercentage. Deze is voor alle Management Autoriteiten (MA’s) vastgesteld op 3,4%. Het ministerie van EZ heeft via een brief de MA’s hierover ingelicht. Over de juiste omvang van wat het per MA gaat kosten komt pas duidelijkheid bij de eindafrekening per 1-10-2010. De MA voor het noorden is het SNN en een eventuele claim komt ten laste van de reserves van het SNN. 6.
Verslaggevingbevindingen Reserves en voorzieningen zijn adequaat toegelicht
Voorzieningen In 2009 is een nieuwe risicovoorziening gevormd voor mogelijke verliezen op geactiveerde gronden, voor een bedrag van € 10,1 mln. De voorziening is getroffen voor het geval na afloop van de ILG/FYLG periode aangekochte gronden niet zijn doorgeleverd aan natuurorganisaties of particulieren en daardoor de ILG-doelstellingen niet zijn behaald. In dat geval is het risico aanwezig dat aangekochte gronden niet ten laste van het ILG budget kunnen worden gebracht. Het risico is dan gemaximeerd tot het verschil tussen de boekwaarde van de gronden aan het eind van de ILGperiode (2013) en de marktwaarde op hetzelfde moment. Deze marktwaarde hangt enerzijds af van de bestemming op de grond en anderzijds de prijzen die voor dergelijke bestemmingen op de markt van toepassing zijn. Van alle aangekochte gronden wordt voorzichtigheidshalve 20% voorzien (totaal € 7,8 mln.). Dit percentage is niet onderbouwd aan de hand van marktcijfers of berekeningen per perceel grond, maar is gebaseerd op een globale inschatting van management. Overigens is de hoogte van de voorziening nog afhankelijk van de afspraken die met LNV dienen te worden gemaakt ná de convenantperiode (2013). De toelichting in de jaarrekening kan op dit punt ook verbeterd worden. De voorziening bedraagt in tegenstelling tot wat uw accountant in de 1e alinea noemt (€ 10,1 mln.) € 7,8 mln. In de 2e alinea staat het juiste bedrag. De toelichting in de Jaarrekening 2009 is op dit onderdeel al aangevuld/verbeterd. Geactiveerde gronden Met ingang van 2009 zijn in de jaarrekening van provincie Fryslân gronden geactiveerd (€ 38 mln.). Deze gronden hebben betrekking op bestedingen in het kader van ILG/FYLG en zijn nagenoeg allemaal aangekocht via DLG. DLG heeft de provincie een overzicht verstrekt van de aangekochte (en verkochte) gronden tot en met 31 december 2009. Het saldo bestaat derhalve uit gronden die nog niet zijn doorverkocht en die door de provincie kunnen worden geactiveerd. Dit geeft een beter inzicht in feitelijke grondbezit. Tijdens onze controle hebben wij verschillen geconstateerd tussen de opgaaf van DLG en de jaarrekening van € 1 mln. Dit wordt nader onderzocht, verschil betreft gronden zoals die door de provincie zelf zijn aangeschaft. Echter de administraties zijn op dit punt niet eenduidig om het verschil op dit moment te kunnen verklaringen. Daarom hebben wij dit in onze foutenevaluatie als onzekerheid aangemerkt. Zoals wij al eerder gesteld hebben dient de beheersing op het gebied van grondbeleid te verbeteren om de waardering van deze geactiveerde gronden en de hiermee samenhangende risico’s adequaat te kunnen beheersen (zie hoofdstuk 4). Verwezen wordt naar de toelichting op dit onderwerp op pagina 1 en 4.
6
Waddenglas Met gemeente Franekeradeel en SNN wordt een kassengebied rondom Sexbierum ontwikkeld (project Waddenglas). In de actualisatie van april en december 2009 werd een positief exploitatieresultaat van respectievelijk € 0,1 mln. en € 0,3 mln. getoond, terwijl oorspronkelijk werd uitgegaan van een resultaat van circa € 1,8 mln. positief. De oorzaak van deze daling wordt veroorzaakt door het duurder uitvallen van aspecten als grondverwerving, inrichtingen, planontwikkelingskosten en ambtelijke kosten. Op dit moment zijn nog nauwelijks kavels verkocht en heeft de Raad van State in januari bepaald dat het Friese glastuinbouwgebied bij Sexbierum voorlopig niet mag uitbreiden. Dit heeft directe gevolgen voor de exploitatieopzet. Deze uitspraak is nog niet verwerkt in de actualisatie van de exploitatieopzet. Daarbij is een continue monitoring door GS van de financiële stand van zaken in combinatie met de voortgang van het project van groot belang. Met uitzondering van het besluit van de Raad van State, wordt in de paragraaf Weerstandsvermogen van het jaarverslag een korte toelichting gegeven op dit project. Waddenglas is een project van de provincie, de gemeente Franekeradeel en het rijk, vertegenwoordigd door de DLG (Dienst Landelijk Gebied). SNN staat er helemaal buiten. In de eindwaarde zoals die eind 2009 en eind 2010 verwacht werd, is al rekening gehouden met een zekere vertraging in de gronduitgifte. Het is zeer waarschijnlijk dat die vertraging verder oploopt, niet eens zo zeer door de uitspraak van de Raad van State als wel door de aanhoudende financiële crisis in de glastuinbouw. De noodzaak van een continue monitoring wordt door de Stuurgroep Waddenglas, waarin ons college ook vertegenwoordigd is, onderschreven. Daar wordt ook uitvoering aan gegeven. Ook worden uitgaven zoveel mogelijk uitgesteld. Wegens de financiële risico’s is dit project opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen in het Jaarverslag 2009. In de gebeurtenissen na de balansdatum in de Jaarrekening 2009 is de vernietiging door de Raad van State van het goedkeuringsbesluit van ons college van het bestemmingsplan uitbreiding glastuinbouw bij Sexbierum eveneens toegelicht. Mogelijke financiële gevolgen zijn niet in de cijfers 2009 verwerkt. Voor zover dit consequenties heeft, wordt dit bij het eerstvolgende rapportagemoment meegenomen. Wat wij u verder willen melden Voormalig CdK en directie hebben nog betalingsbevoegdheden bij kredietinstellingen Wij hebben bij de controle van de liquide middelen geconstateerd dat de voormalig Commissaris van de Koningin en de voormalig algemeen directeur nog onbeperkte volmachten hebben voor het doen van betalingen bij (in ieder geval) ING. Het risico dat door deze personen ongeautoriseerde betalingen worden gedaan kan worden weggenomen door deze volmachten in te trekken. Wij hebben directie aanbevolen om dit per direct te doen. Daarnaast hebben wij directie geadviseerd om een procedure op te zetten die er toe leidt dat bij uitdiensttredingen tevens alle bevoegdheden, waaronder die met betrekking tot het doen van betalingen, worden ingetrokken. De rekening bij de ING is een ‘slapende’ rekening. Bij de indiensttreding van de nieuwe algemeen directeur/ secretaris worden de bevoegdheden van alle rekeningen geactualiseerd. II
Jaarrekening 2009 Fonds Nazorg Stortplaatsen Fryslân
Voor deze jaarrekening is een goedkeurende accountantsverklaring door uw accountant verstrekt. De accountant heeft geen bijzonderheden over deze jaarrekening opgenomen (zie pagina 21 van het Rapport van Bevindingen 2009).
7
8