RASSENCOMMISSIE Bleu du Maine Kleine Herkauwers Vlaanderen vzw
Opleidingsdag Bleu du Maine 22 juli 2014
Historiek en Oorsprong Bleu du Maine Het Bleu du Maine schaap is van Franse oorsprong, meer bepaald uit de westelijke departementen Maine et Loire, Mayenne en Sarthe. Het is een kruising van inlandse rassen uit de streek rond Bazougers en Sablé-sus-Sarthe, gekoppeld met de Engelse rassen Blue Leicester en Wensleydale tijdens de negentiende eeuw. Vanaf 1980 werd het ras ingevoerd in België. Vandaag de dag is het ras verspreid in Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, België, Nederland en Duitsland.
Kenmerken Het Bleu du Maine schaap valt op door zijn donkerblauwe, lange kop met mooie, lange en fijne oren die hoog en voorwaarts gedragen worden. De poten zijn eveneens blauw. De hals, rug en romp zijn goed bespierd. De volwassen ooien wegen al gauw 80 tot 100 kg, terwijl de rammen tot 140 kg halen, met bovendien een uitstekende vleeskwaliteit. Door het betrekkelijk laag geboortegewicht (3,5 kg tot 5 kg) en de lange, niet al te brede kop verloopt het lammeren moeiteloos. Bij de Bleu du Maine in Vlaanderen ligt de gemiddelde worpgrootte op 1,68 lammeren per ooi.
1. RASSTANDAARD Bleu du Maine Algemeen Voorkomen: Zowel de rammen als de ooien moeten voldoende zwaar zijn, diep en lang om een ruime ontwikkeling toe te laten, welke de vruchtbaarheid van het ras moet waarborgen, met behoud van een harmonisch voorkomen en veel adel. Kop: Donkerblauw, zonder hoornen - breed voorhoofd, zonder wol - lichtjes gebogen profiel - ogen met uitspringende holten - brede neus en muil - donkerblauwe lange, fijne, hoog ingeplante en niet neerhangende oren.
RAM: uitgesproken mannelijke kop met rimpels op het voorhoofd en tussen de ogen, geen wol op het hoofd.
OOI: typisch vrouwelijke, minder zware kop met slechts enkele rimpels.
Lichaam: Middelmatig lang - sterke en gespierde schouders - diepe en brede borst. Deze eigenschappen komen tot uiting door een brede inplanting van de voorbenen - regelmatige, lange, brede en rechte rug - lang en breed kruis - zo hoog mogelijke staartinplanting zowel bij ooien als bij rammen.
Bouten: Goed ontwikkeld, niet te rond en goed gevuld tot op de schenkel. Ledematen: Recht met correcte standen - zwaarder bij de rammen - lichtjes gebogen spronggewrichten zo donkerblauw mogelijk - zonder wol vanaf de knieën en de schenkels - donkere tenen. Wol: Heldere aaneengesloten vacht welke gans het lichaam bedekt uitgenomen de kop en de poten vanaf de schenkels en de knieën - de lengte van de wol is middelmatig. Haar in de wol is te vermijden. Huid: Fijn, zacht en zonder vlekken. Formaat: Volwassen rammen: minimum 110 kg Volwassen ooien: minimum 80 kg Ongewenste eigenschappen en kleine fouten: Roze, rode of licht grijze kop bij de ooien zadelrug of slechte aansluiting achter de schouder zichtbare zwarte vlek op de poten met maximale diameter 2,5 cm bij de ooien - wol op de kop en op de poten grijze of roze huid op de poten witte wenkbrouwen onvoldoende dikke vacht schede zonder melkspiegel (niet vrij van wol) melkspiegel rond de aars van de ram, niet vrij van wol. Grove fouten: Vrouwelijke kop bij de rammen kop bedekt met wol roos, rood of grijs van kleur bij de rammen mannelijke te dikke kop bij de ooien te smalle romp O of X benigheid zwakke of te lange koten te rechte spronggewrichten grove of harige wol of onvoldoende dichte vacht te lichte, te korte, te kleine onvoldoende ontwikkelde dieren gebroken rug Eigenschappen die de uitsluiting tot gevolg hebben: Aanwezigheid van hoornen varkens- of snoekbek ontbreken van een of twee teelballen
tweeslachtigheid te grote of meerdere kleine zwarte vlekken bij de ooien € 2 eender welke zwarte vlek bij de rammen - zwarte wol.
2. FOKDOEL Het fokdoel van het Bleu du Maine ras is de vorming van een vruchtbaar en groeizaam schaap met uiterst weinig geboorteproblemen en bestemd als moederlijn voor kruisingen. De bevleesdheid moet goed zijn zonder overdrijving Vruchtbaarheid: 2 gespeende lammeren per ooi bereiken. Gemakkelijke geboorten: ooien met breed kruis, met grote hoogtemaat, met voldoende ontwikkeling. Melkwaarde: een gemiddelde dagelijkse groei van 300 gram tussen 10-30 dagen bereiken. Dit doel moet bereikt worden bij ooien op volwassen leeftijd en gezoogd door 2 lammeren, snelle groei van de lammeren is belangrijk, hoe rapper slachtrijp, hoe hoger de opbrengst Vroegrijpheid: dekking jonge ooien op een leeftijd van 8 maand. Duurzaamheid: ooien moeten minimale levensduur hebben (5 à 6 jaar) Fertiliteit: 90% dracht bereiken bij de ooien bij de eerste dekking.
3. Keuringsysteem Stamboekopname Rammen (jaarlingen) Voor de rammen een strenge opname met voldoende hoge normen. De keuring bestaat uit twee delen een gedeelte dat de ontwikkeling van het dier behandeld en een gedeelte waarin de raskenmerken worden beoordeeld. De raskenmerken worden beoordeeld door middel van een puntenbalk met beenwerk, ruglijn, bout, kop, vacht en een gedeelte algemeen voorkomen. Dit op een daarvoor bestemd keuringsrapport waarvan de fokker na opname een kopie krijgt. De stamboekkeurder(s) onderteken(t)(en) steeds alle keuringsrapporten. Deze rapporten worden binnengebracht op het provinciale secretariaat. Voor de quotering van de ontwikkeling dienen 5 maten genomen te worden zijnde: de schofthoogte, lengte, borstdiepte, borstomtrek en het zadel. Deze maten worden een tabel opgesteld om de ontwikkeling te beoordelen. Deze tabel wordt aan alle stamboekopnemers bezorgd die ze gebruiken op het terrein. De maten van deze schapen worden genomen met een schuifpasser zoals deze ter beschikking gesteld wordt door het betreffende provinciaal secretariaat. Zodoende is er een eenvormig systeem voor het vaststellen van ontwikkeling in Vlaanderen.
Ontwikkeling Omrekeningstabel voor het aankeuren van Jaarlingrammen (< 21 maanden) Hoogte cm -> Ptn >78 -> 20 78 -> 20 77 -> 19 76 -> 19 75 -> 18 74 -> 18 73 -> 16 72 -> 16 71 -> 14 70 -> 14 69 -> 12 68 -> 12 67 -> 10 66 -> 10 65 -> 8 64 -> 8 63 -> 6 62 -> 6 61 -> 5 60 -> 4 59 -> 3 <58 -> 0
Lengte cm -> Ptn >90 -> 20 90 -> 20 89 -> 19 88 -> 18 87 -> 17 86 -> 16 85 -> 15 84 -> 14 83 -> 13 82 -> 12 81 -> 11 80 -> 10 79 -> 8 78 -> 6 77 -> 4 76 -> 2 75 -> 0 <75 -> 0
cm >23 23 22 21 20 19 18 17 16 15 14 13 12
zadel -> Ptn -> 20 -> 20 -> 18 -> 16 -> 14 -> 14 -> 12 -> 12 -> 9 -> 6 -> 3 -> 2 -> 1
Borstdiepte cm -> Ptn >40 -> 20 40 -> 20 39 -> 18 38 -> 16 37 -> 14 36 -> 14 35 -> 12 34 -> 12 33 -> 9 32 -> 6 31 -> 3 <31 -> 0
Borstomtrek cm -> Ptn >114 -> 20 114 -> 20 113 -> 19 112 -> 19 111 -> 19 110 -> 18 109 -> 18 108 -> 16 107 -> 16 106 -> 16 105 -> 14 104 -> 14 103 -> 14 102 -> 12 101 -> 12 100 -> 12 99 -> 12 98 -> 10 97 -> 10 96 -> 10 95 -> 10 94 -> 8 93 -> 8 92 -> 8 91 -> 8 90 -> 6 89 -> 6 88 -> 6 87 -> 5 86 -> 5 85 -> 5 <85 -> 5
Voor rammen vanaf 22 maanden en ouder wordt een andere tabel toegepast. (herkeuringen en invoer)
Omrekeningstabel voor het aankeuren van Oude rammen (> 21 maanden) Hoogte cm -> Ptn >83 -> 20 83 -> 20 82 -> 19 81 -> 19 80 -> 18 79 -> 18 78 -> 16 77 -> 16 76 -> 14 75 -> 14 74 -> 12 73 -> 12 72 -> 10 71 -> 10 70 -> 8 69 -> 8 68 -> 6 67 -> 6 66 -> 5 65 -> 4 64 -> 3 <63 -> 0
Lengte cm -> Ptn >95 -> 20 95 -> 20 94 -> 19 93 -> 18 92 -> 17 91 -> 16 90 -> 15 89 -> 14 88 -> 13 87 -> 12 86 -> 11 85 -> 10 84 -> 8 83 -> 6 82 -> 4 81 -> 2 80 -> 0 <79 -> 0
cm >24 24 23 22 21 20 19 18 17 16 15 14 13
zadel -> Ptn -> 20 -> 20 -> 18 -> 16 -> 14 -> 14 -> 12 -> 12 -> 9 -> 6 -> 3 -> 2 -> 1
Borstdiepte cm -> Ptn >42 -> 20 42 -> 20 41 -> 18 40 -> 16 39 -> 14 38 -> 14 37 -> 12 36 -> 12 35 -> 9 34 -> 6 33 -> 3 <32 -> 0
Borstomtrek cm -> Ptn >120 -> 20 119 -> 20 118 -> 19 117 -> 19 116 -> 19 115 -> 18 114 -> 18 113 -> 16 112 -> 16 111 -> 16 110 -> 14 109 -> 14 108 -> 14 107 -> 12 106 -> 12 105 -> 12 104 -> 12 103 -> 10 102 -> 10 101 -> 10 100 -> 10 99 -> 8 98 -> 8 97 -> 8 96 -> 8 95 -> 6 94 -> 6 93 -> 6 92 -> 5 91 -> 5 90 -> 5 <89 -> 5
Conditiescore Bij de score voor ontwikkeling wordt een correctie toegepast voor de conditie. De keurder dient het gemeten dier een score te geven van 1 tot 5. Indien het dier een score haalt van 4,5 moeten er 5 punten afgetrokken worden van de ontwikkelingsscore. Indien het dier een score haalt van 5 moeten er 10 punten afgetrokken worden van de totale ontwikkelingscore. In lijn met het standpunt van de rassencommissie rond overmatige condities moeten de aankeurders deze correcties strenger toepassen dan in het verleden het geval was.
Raskenmerken De raskenmerken van de Bleu du Maine worden gekeurd op basis van de onderstaande tabel, de norm in de keuring van de rammen is 90 punten. Per deel kunnen er punten verloren worden afhankelijk van de grootte van de afwijking ten opzichte van de norm. Voor bepaalde delen kan ook een extra punt toegekend worden.
Ramlammeren Ramlammeren die ingezet worden voor de fokkerij dienen een summiere keuring te ondergaan. Hierbij verifieert de stamboekkeurder of ze voldoen aan de raskenmerken (Vlekken, bek en teelballen worden gecontroleerd) . Ze worden ofwel aangenomen ofwel definitief geweigerd. Ooilammeren/Jaarlingooien Vrouwelijke dieren die ingezet worden voor de fokkerij moeten aangekeurd worden. De stamboekkeurder verifieert hier of de dieren geen kenmerken vertonen die de uitsluiting tot gevolg hebben. Dieren die de keuring één maal ondergaan hebben moeten niet opnieuw voor keuring aangeboden worden.
Kostprijs keuringen: - voorrijkosten - volledige keuring - aankeuring
10 euro 3,5 euro/dier 1,5 euro/dier