Rapportage, advisering, bevordering en doorstroming oktober 2014 _______________________________________________________________
_______________________________________________________________
Baudartius College christelijke school voor mavo, havo, atheneum en gymnasium
Voorwoord In dit boekje staan de regels die het Baudartius College hanteert bij rapportage, advisering, bevordering en doorstroming. Volgens deze regels zullen de leerlingen aan het einde van het cursusjaar wel of niet bevorderd worden naar de volgende klas. Ondanks de grote hoeveelheid regels en cijfers in dit boekje is de beoordeling geen automatisme geworden. Er wordt niet alleen gekeken naar de lijst met cijfers, maar zeker ook naar de leerling. In bijzondere gevallen kan de lerarenvergadering besluiten van de regels af te wijken.
drs. B.J. Breukink - de Vin plaatsvervangend rector
Bevorderingsnormen Algemeen a. De vakken worden verdeeld in twee groepen: groep a: alle vakken behalve muziek, sportoriëntatie, KC-oriëntatie. groep b: de vakken muziek, sportoriëntatie, KC-oriëntatie.
Indien in een leerjaar tekenen en handvaardigheid gevolgd worden, geldt alleen het rekenkundig afgeronde gemiddelde van deze beide vakken als cijfer voor een a-vak. Voor leerlingen in 3-mavo, 4-havo, 4-vwo en 5-vwo tellen als b-vakken levensbeschouwing en de (examen)vakken waarvoor geen schoolexamen of schoolexamen en centraal examen wordt afgelegd. Voor deze vakken geldt ook regel f.
b. De beslissing over bevordering wordt genomen aan de hand van cijfers voor de vakken in groep a en groep b afzonderlijk. De cijfers op het eindrapport zijn samengesteld uit het gewogen gemiddelde van alle toetscijfers. Het eindcijfer is een afgerond cijfer, bijvoorbeeld: 5.49 wordt eindcijfer 5; 5.50 wordt eindcijfer 6. In de overgangsvergadering worden beslissingen genomen op basis van deze eindcijfers, tekorten en compensatiepunten. Onder een tekort wordt verstaan het aantal punten beneden de 6. Dus 1 x 5 is één tekort; 2 x 5 is twee tekorten; 1 x 4 is twee tekorten enz. Het laagste cijfer dat we op het rapport zetten in leerjaar 1 en 2 is het cijfer 3. Voor elk leerjaar is een tabel opgesteld aan de hand waarvan besluiten worden genomen. De in de tabellen genoemde cijfers zijn steeds cijfers uit groep a. c. 1. Een leerling die geen enkele onvoldoende heeft, is bevorderd. 2. Een leerling met één of meer onvoldoendes kan in bepaalde gevallen toch bevorderd worden. Meestal zijn daarvoor dan compensatiepunten vereist. Dit zijn de cijfers 7, 8, 9 en 10 voor de vakken uit groep a, die respectievelijk 1, 2, 3 en 4 compensatiepunten opleveren. Voor de compensatiepunten geldt de volgende regel: indien er x compensatiepunten nodig zijn, moeten die x punten gehaald worden uit de cijfers van minimaal x - 1 vakken. Deze regel geldt niet voor de bevordering naar 5-havo en 6-vwo. 3. Voor levensbeschouwing, lichamelijke opvoeding en ckv geldt dat het cijfer van slechts één van deze vakken maximaal 1 compensatiepunt kan opleveren. Voor tekenen of handvaardigheid of als beide vakken gevolgd worden het gemiddelde van deze vakken, geldt dat het cijfer maximaal 1 compensatiepunt kan opleveren.
3
d. Bij bevordering van een zwaardere naar een lichtere afdeling kunnen volgens de bevorderingsnormen één of meer cijfers met een punt worden verhoogd (zie b.v. de normen voor de overgang van 3-vwo naar 4-havo. Zulke verhogingen worden niet op het rapport vermeld. e. In de hierna opgenomen tabellen staat aangegeven wanneer een leerling bevorderd is. Heeft een leerling onvoldoendes, of een combinatie van onvoldoendes, die niet in de tabel genoemd worden, dan is deze leerling niet bevorderd. f.
Het cijfer voor één of meer vakken uit groep b mag niet lager zijn dan 4. Bovendien moet voor bevordering het gemiddelde van de cijfers voor de vakken uit groep b tenminste 5.5 zijn. Als groep b slechts één vak betreft, moet het eindcijfer voor dat vak tenminste 6 zijn.
g. De lerarenvergadering heeft de bevoegdheid om een leerling die bevorderd is met tekorten, een taak of een opdracht op te leggen zodat die in de zomervakantie een leemte in kennis of kunde op kan vullen. h. De leerling die bevorderd is van 3-mavo naar 4-mavo, van 4-havo naar 5-havo of van 5-vwo naar 6-vwo met een cijfer lager dan een 5.0 voor de rekentoets wordt verplicht in het examenjaar een rekenmodule te volgen. i.
Een leerling die plaats neemt in een vwo- resp. havo-klas kan alleen bij uitzondering tijdens het schooljaar overstappen naar een havo-, resp. mavoklas of -groep indien - de betrokken afdelingsleiders positief adviseren; - de overstap niet plaatsvindt later dan half november; - de groepsgrootte het toelaat.
j.
In geval van langdurige ziekte of in andere bijzondere gevallen kan de lerarenvergadering besluiten van deze regels af te wijken.
4
Cijfers en rapportage 1. Voor een theoretische toets, een proefwerk, een werkstuk, een presentatie, een praktische opdracht, een schriftelijke overhoring wordt een cijfer gegeven (met valentie 1, 2 of 3) of een beoordeling onvoldoende, voldoende, goed of naar behoren. 2. In alle leerjaren tellen voor alle vakken de cijfers vanaf het begin t/m het einde van het schooljaar mee voor het eindrapport. 3. De leerlingen krijgen twee rapporten: het kerstrapport in december en het eindrapport aan het einde van het schooljaar. 4. Cijfers van leerlingen kunnen bekeken worden op onze website www.baudartius.nl. Daar kunnen leerlingen en ouders vervolgens met hun schoolaccount Magister activeren.
Advisering Leerlingen die het niveau van een bepaalde volgende klas niet aankunnen, krijgen uiterlijk in maart een advies voor een ander niveau. Bij de advisering wordt gekeken naar kennis, vaardigheden en persoonlijke ontwikkeling. Naast cijfers wordt uitgegaan van de volgende criteria: mate van zelfstandigheid (plannen van werk, discipline, reflectie) inzet (omgaan met huiswerk, oppakken van (extra) taken, ambitie) vaardigheden (omgaan met taal, omgaan met informatie, onderzoek, presenteren) intellectuele capaciteiten (omgaan met complexe problemen, abstractievermogen, tempo) Indien in twee opeenvolgende jaren bij de overgang hetzelfde advies voor een bepaalde afdeling gegeven wordt en dat advies ook de tweede keer niet wordt opgevolgd, mag die klas niet gedoubleerd worden.
Voorwaarden voor opstromen Leerlingen die de wens hebben op te stromen, geven dit schriftelijk, uiterlijk in maart aan bij hun mentor en afdelingsleider. De lerarenvergadering heeft de bevoegdheid om te bepalen of een leerling die bevorderd is, kan worden toegelaten tot een hoger niveau. Bij de advisering wordt gekeken naar kennis, vaardigheden en persoonlijke ontwikkeling. Naast cijfers wordt uitgegaan van de volgende criteria: mate van zelfstandigheid (plannen van werk, discipline, reflectie) inzet (omgaan met huiswerk, oppakken van (extra) taken, ambitie) vaardigheden (omgaan met taal, omgaan met informatie, onderzoek, presenteren) intellectuele capaciteiten (omgaan met complexe problemen, abstractievermogen, tempo)
5
Regels voor doubleren a. Doubleren wordt alleen toegestaan indien de lerarenvergadering dat zinvol acht op grond van werkhouding en/of capaciteiten van de betreffende leerling. b. Het is een leerling niet toegestaan meer dan éénmaal dezelfde klas te doubleren, ongeacht de afdeling. c. Het is een leerling niet toegestaan twee achtereenvolgende leerjaren (ongeacht de afdeling) te doubleren. d. Regel c. geldt niet voor het achtereenvolgens doubleren van een voor- eindexamen- en een eindexamenklas in havo en vwo.
Beroepsmogelijkheid Wanneer (ouders van) een leerling bezwaar maken tegen een beslissing van de rapportenvergadering dan kunnen zij revisie aanvragen. Zij maken dit schriftelijk kenbaar bij de afdelingsleider door middel van een gemotiveerd bezwaar. De directie beoordeelt of sprake is van nieuwe feiten, die alsnog moeten worden meegewogen in de besluitvorming. Is dat het geval, dan wordt er opnieuw een rapportenvergadering gehouden. Daarna kan, wanneer de revisie niet naar tevredenheid is afgewikkeld, een klacht aan de klachtencommissie worden voorgelegd.
6
Bevordering naar klas 2 Algemeen In brugjaar 1 vindt de niveaubepaling plaats voor de leerlingen in de mavo/havo- en havo/atheneumklassen. De niveaubepaling komt als volgt tot stand:
docentenvergadering in maart formuleert een voorlopige enkelvoudige niveaubepaling docentenvergadering in juni formuleert de definitieve niveaubepaling
1. Bij de bepaling van het niveau wordt gebruik gemaakt van:
de resultaten van de gedifferentieerde toetsen voor de vakken: ne - fa - en - m&m wi - m&n de resultaten van de reguliere toetsen de op pagina 5 genoemde criteria
2. Bij bevordering geldt voor de brugklassen van elk niveau: het vak m&m krijgt het gewicht van twee vakken uit groep a. Een onvoldoende voor dit vak telt dus twee keer mee, maar compensatiepunten voor dit vak tellen ook voor twee. 3. Leerlingen uit de brugklas die niet bevorderd kunnen worden naar het 2e leerjaar van hetzelfde niveau, kunnen worden toegelaten tot klas 2 van een niveau lager indien aan de normen van de bevordering van het betreffende niveau is voldaan met de toepassing van de regel, dat in dit geval de cijfers voor maximaal vier vakken met één punt verhoogd mogen worden. Indien na deze verhogingen de leerling volgens de tabel bevorderd kan worden, wordt hij/zij toegelaten tot klas 2 van een niveau lager. 4. Bij bevordering van 1-gymnasium/1-BE naar 2-atheneum geldt het volgende; In het geval van 1-gymnasium mag het rapportcijfer voor het vak kcv met één punt verhoogd worden. In het geval van 1-BE mag het rapportcijfer w&t met één punt verhoogd worden.
7
A. Tabel voor bevordering van 1-mavo/1-mavo/havo naar 2-mavo
onvoldoende cijfers voor de a-vakken 5 4 3 5 5 5 4 4 5
5 4 3 4 3 5
5
5 5
5 5
4 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 5 5 7 5 bevordering is bespreekbaar bij minstens 6 compensatiepunten
5
B. Tabel voor bevordering van 1-mavo/havo naar 2-havo
Het gemiddelde van de cijfers van de gedifferentieerde toetsen van alle vakken samen op havo niveau moet minimaal 6.5 zijn. Het gemiddelde van de cijfers op mavo niveau moet minimaal 7.5 zijn. Voor allebei de niveaus geldt dat voor de afzonderlijke vakken ne - en - wi het gemiddelde van de cijfers van de gedifferentieerde toetsen minimaal 6.0 moet zijn. onvoldoende cijfers voor de a-vakken 5 4 3 5 5 5 4 4 5
5 4 3 4 3 5
5
5 5
5 5
4 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 5 5 7 5 bevordering is bespreekbaar bij minstens 6 compensatiepunten
5
8
C. Tabel voor bevordering van 1-havo/1-havo/atheneum naar 2-havo
onvoldoende cijfers voor de a-vakken 5 4 3 5 5 5 4 4 5
5 4 3 4 3 5
5
5 5
5 5
4 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 5 5 7 5 bevordering is bespreekbaar bij minstens 6 compensatiepunten
5
D. Tabel voor bevordering van 1-havo/atheneum naar 2-atheneum
Het gemiddelde van de cijfers van de gedifferentieerde toetsen van alle vakken samen op atheneum niveau moet minimaal 6.5 zijn. Het gemiddelde van de cijfers op havo niveau moet minimaal 7.5 zijn. Voor allebei de niveaus geldt dat voor de afzonderlijke vakken ne - en - wi het gemiddelde van de cijfers van de gedifferentieerde toetsen minimaal 6.0 moet zijn.
onvoldoende cijfers voor de a-vakken 5 4 3 5 5 5 4 4 5
5 4 3 4 3 5
5
5 5
5 5
4 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 5 5 7 5 bevordering is bespreekbaar bij minstens 6 compensatiepunten
5
9
E. Tabel voor bevordering van 1-gymnasium/bèta excellent naar 2-gymnasium/bèta excellent
onvoldoende cijfers voor de a-vakken 5 4 3 5 5 5 4 4 5
5 4 3 4 3 5
5
5 5
5 5
4 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 5 5 7 5 bevordering is bespreekbaar bij minstens 6 compensatiepunten
5
10
Bevordering naar klas 3 Algemeen 1. Bij bevordering geldt: het vak m&m krijgt het gewicht van twee vakken uit groep a. Een onvoldoende voor dit vak telt dus voor twee, maar compensatiepunten voor dit vak tellen ook voor twee. 2. Bij bevordering moet de verplichte maatschappelijke stage naar behoren afgerond zijn: mavo 15 uur, havo 8 uur en vwo 8 uur. 3. Leerlingen uit klas 2 die niet bevorderd kunnen worden naar het 3e leerjaar van hetzelfde niveau, kunnen worden toegelaten tot klas 3 van een niveau lager indien aan de normen van de bevordering van het betreffende niveau is voldaan met de toepassing van de regel, dat in dit geval de cijfers voor maximaal vier vakken met één punt verhoogd mogen worden. Indien na deze verhogingen de leerling volgens de tabel bevorderd kan worden, wordt hij/zij toegelaten tot klas 3 van een niveau lager. 4. Bij bevordering van 2-gymnasium/2-atheneum w&t naar 3 atheneum geldt het volgende; In het geval van 2-gymnasium; het rapportcijfer kcv is samengesteld uit een cijfer Grieks en een cijfer Latijn; één van die cijfers mag met één punt verhoogd worden. Voorbeeld: rapportcijfer kcv 5 telt bij overgang van 2 gymnasium naar 3 atheneum als 5 en 6. In het geval van 2-atheneum w&t; het rapportcijfer w&t mag met één punt verhoogd worden.
11
A. Tabel voor bevordering van 2-mavo naar 3-mavo
onvoldoende cijfers voor de a-vakken 5 4 3 5 5 5 4 4 5
5 4 3 4 3 5
5
5 5
5 5
4 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 5 5 7 5 bevordering is bespreekbaar bij minstens 6 compensatiepunten
5
B. Tabel voor bevordering van 2-havo/2-havo w&t naar 3-havo Een leerling kan niet bevorderd worden naar 3-havo bij meer dan één vijf voor de kernvakken (en, ne, wi).
onvoldoende cijfers voor de a-vakken 5 4 3 5 5 5 4 4 5
5 4 3 4 3 5
5
5 5
5 5
4 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 5 5 7 5 bevordering is bespreekbaar bij minstens 6 compensatiepunten
5
12
C. Tabel voor bevordering van 2-atheneum naar 3-atheneum Een leerling kan niet bevorderd worden naar 3-atheneum bij meer dan één vijf voor de kernvakken (en, ne, wi). onvoldoende cijfers voor de a-vakken 5 4 3 5 5 5 4 4 5
5 4 3 4 3 5
5
5 5
5 5
4 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 5 5 7 5 bevordering is bespreekbaar bij minstens 6 compensatiepunten
5
D. Tabel voor bevordering van 2-gymnasium/2-atheneum w&t naar 3-gymnasium/3-atheneum w&t Een leerling kan niet bevorderd worden naar 3-gymnasium/3-atheneum w&t bij meer dan één vijf voor de kernvakken (en, ne, wi). Bij bevordering geldt: het vak kcv (leergebied van de vakken Latijn, Grieks en klassieke cultuur) krijgt het gewicht van twee vakken uit groep a. Een onvoldoende voor dit vak telt dus twee keer mee, maar compensatiepunten voor dit vak tellen ook voor twee.
onvoldoende cijfers voor de a-vakken 5 4 3 5 5 5 4 4 5
5 4 3 4 3 5
5
5 5
5 5
4 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 5 5 7 5 bevordering is bespreekbaar bij minstens 6 compensatiepunten
5
13
Bevordering naar 4 mavo Algemeen In 4-mavo volgen de leerlingen 6 of 7 examenvakken. Voor de overgang van 3-mavo naar 4-mavo worden alle vakken aan het eind van de 3e klas gesplitst in vier delen:
1. de verplichte en gekozen examenvakken + maatschappijleer 1 voor maximaal één van deze vakken mag het cijfer 5 zijn; 2. kunstvakken 1 en het portfolio met daarin alle lob-onderdelen moeten naar behoren afgerond zijn; 3. lichamelijke opvoeding voor lo moet minimaal het cijfer 6 behaald zijn; 4. overige vakken voor deze vakken moet het gemiddelde tenminste 5.5 zijn; 5. de verplichte maatschappelijke stage moet naar behoren afgerond zijn (tenminste 30uur). 3-havo naar 4-mavo Leerlingen uit 3-havo die niet bevorderd kunnen worden naar 4-havo, kunnen worden toegelaten tot 4-mavo, indien aan de normen voor bevordering van 3-mavo naar 4-mavo is voldaan met toepassing van de regel, dat in dit geval de cijfers voor alle vakken met één punt verhoogd mogen worden. De vakken uit 3-havo worden in drie delen gesplitst: 1. de verplichte en gekozen examenvakken ( +evt. 7e vak); 2. overige vakken; 3. lichamelijke opvoeding: voor lo moet minimaal het cijfer 6 behaald zijn. De leerling moet in 4-mavo de vakken maatschappijleer 1 (3 toetsen) en kunstvakken 1 (enkele opdrachten) inhalen. Tevens maakt de leerling een opdracht voor lob. Daarnaast geldt dat van de gekozen vakken in 4 mavo het op twee decimalen afgeronde rapportcijfer van 3 havo met 1 punt wordt verhoogd. Dit verhoogde cijfer telt voor 30% van het SE-eindcijfer.
14
Bevordering naar 4-havo Tabel voor bevordering van 3-havo naar 4-havo
onvoldoende cijfers 5 4 3 5 5 5 4 4 5 5
5 4 3 4 3 5 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 4 4 5 4 5
5 4
De leerling kiest bij bevordering naar 4-havo voor één van de vier profielen. Naast het gegeven dat bevordering volgens bovenstaande tabel mogelijk moet zijn, geldt dat: de leerling voor maximaal één van de vakken in het profieldeel het cijfer 5 mag hebben; de leerling voor maximaal één van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde het cijfer 5 mag hebben; bij keuze voor wiskunde B het cijfer voor wiskunde minimaal 7 moet zijn; bij keuze voor natuurkunde het cijfer voor natuurkunde minimaal 7 moet zijn; de verplichte maatschappelijke stage naar behoren afgerond moet zijn (tenminste 18 uur).
3-vwo naar 4-havo 1. Maximaal vier van de te kiezen vakken waarin de leerling Centraal Examen doet, mogen met één punt verhoogd worden. 2. De aangepaste lijst wordt getoetst aan de bevorderingsnormen van 3-havo naar 4-havo.
15
Bevordering naar 4-vwo Tabel voor bevordering van 3-vwo naar 4-vwo
onvoldoende cijfers 5 4 3 5 5 5 4 4 5 5
5 4 3 4 3 5 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 4 4 5 4 5
5 4
De leerling kiest bij bevordering naar 4-vwo voor één van de vier profielen. Naast het gegeven dat de bevordering volgens bovenstaande tabel mogelijk moet zijn, geldt dat: de leerling voor maximaal één van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde het cijfer 5 mag hebben; bij keuze voor één van de N-profielen het gemiddelde van de eindcijfers van de gekozen vakken wiskunde, natuurkunde, scheikunde en biologie minimaal een 6.5 moet zijn; de verplichte maatschappelijke stage naar behoren afgerond moet zijn (tenminste 16 uur).
3-gymnasium naar 4-gymnasium of 4–atheneum 1. Indien een leerling uit 3-gymnasium bevorderd wil worden naar 4-gymnasium, dus naar een richting in 4-vwo met één of twee klassieke talen, dan tellen de cijfers voor beide klassieke talen voor de bevordering mee. 2. Indien een leerling uit 3-gymnasium bevorderd wil worden naar 4-atheneum, dus naar een richting in 4-vwo zonder klassieke talen, dan worden de rapportcijfers voor Latijn en Grieks gemiddeld en afgerond op een geheel getal. Dit afgeronde cijfer telt mee voor de bevordering. Als dit afgeronde cijfer een onvoldoende oplevert, mag één van de klassieke talen voor de middeling met één punt verhoogd worden.
16
Bevordering naar 5-havo Tabel voor bevordering van 4-havo naar 5-havo onvoldoende cijfers 5 4 5 5 5
5 4 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 2 3 3
5
Naast het gegeven dat de bevordering volgens bovenstaande tabel mogelijk moet zijn, geldt dat:
het gemiddelde van de vakken waarin de leerling Centraal Examen doet minimaal 5.5 moet zijn; de leerling voor maximaal één van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde het cijfer 5 mag hebben; indien een leerling drie vijven heeft dan mogen dat maximaal twee vijven zijn voor vakken waarin Centraal Examen gedaan wordt; de leerling voor de vakken lo en ckv minimaal het cijfer 6 behaald moet hebben; de leerling de handelingsdelen naar behoren heeft afgerond; de verplichte maatschappelijke stage naar behoren afgerond moet zijn (tenminste 30 uur).
17
Bevordering naar 5-vwo Tabel voor bevordering van 4-vwo naar 5-vwo
onvoldoende cijfers 5 4 3 5 5 5 4 4 5 5
5 4 3 4 3 5 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 3 2 3 4 4 5 4 5
5 4
Naast het gegeven dat bevordering volgens bovenstaande tabel mogelijk moet zijn, geldt dat: het gemiddelde van de vakken waarin de leerling Centraal Examen doet minimaal 5.5 moet zijn; de leerling voor maximaal één van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde het cijfer 5 mag hebben; de leerling voor de vakken lo en ckv minimaal het cijfer 6 behaald moet hebben; de leerling de handelingsdelen naar behoren heeft afgerond; de verplichte maatschappelijke stage naar behoren afgerond moet zijn (tenminste 24 uur); bij doorstromen van wi-A naar wi-C het eindcijfer SE en het rapportcijfer (voor afronding) worden verhoogd met een 0.5.
18
Bevordering naar 6-vwo Tabel voor bevordering van 5-vwo naar 6-vwo onvoldoende cijfers 5 4 5 5 5
5 4 5
aantal compensatiepunten nodig voor bevordering 1 2 2 3 3
5
Naast het gegeven dat de bevordering volgens bovenstaande tabel mogelijk moet zijn, geldt dat: het gemiddelde van de vakken waarin de leerling Centraal Examen doet minimaal 5.5 moet zijn; de leerling voor maximaal één van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde het cijfer 5 mag hebben; indien een leerling drie vijven heeft dan mogen dat maximaal twee vijven zijn voor vakken waarin Centraal Examen gedaan wordt; de leerling voor de vakken lo en ckv minimaal het cijfer 6 behaald moet hebben; de leerling de handelingsdelen naar behoren heeft afgerond. de verplichte maatschappelijke stage naar behoren afgerond moet zijn (tenminste 30 uur).
19
Na je examen doorstromen? Doorstroming houdt in dat je met een diploma behaald in mavo of havo door wilt gaan in respectievelijk havo of vwo. In het algemeen is een vereiste dat de sector / het profiel waarin je examen hebt gedaan, aansluit bij het profiel dat je wilt kiezen in de nieuwe afdeling. Bovendien wordt advies gevraagd aan al je docenten van het examenjaar. Aan het begin van het examenjaar in 4-mavo of 5-havo verstrekt de decaan informatie over procedure doorstroom van mavo naar havo of van havo naar vwo. A. 4-mavo naar 4-havo Wie een mavo-diploma heeft behaald, kan worden toegelaten tot 4-havo. De leerling moet aan de volgende eisen voldoen:
De leerling heeft minimaal een 6.8 behaald voor het gemiddeld eindexamencijfer mavo; Wanneer een leerling in zeven vakken examen heeft gedaan, mag hij/zij een 7e vak wegstrepen om zijn gemiddelde op 6.8 te houden. Vakken die de leerling in 4-havo zal volgen, mogen uiteraard niet weggestreept worden. De leerling heeft in elk geval wiskunde of Frans of Duits in zijn mavo-pakket; De leerling heeft van zijn docenten in 4-mavo een positief advies gekregen; Indien de leerling een profiel kiest waardoor hij één of meer vakken krijgt die hij in 4-mavo niet gevolgd heeft, vraagt de decaan advies aan de docent die de leerling in 3-mavo heeft lesgegeven. Als dit advies negatief is, wordt de leerling afgeraden het vak/profiel te kiezen. Een leerling die met een “nieuw” vak begint in 4-havo haalt in de zomervakantie de achterstand in dit vak in; De leerling die in 4-havo wiskunde kiest, volgt na de kerstvakantie een wiskundemodule en maakt een toets over de behandelde stof.
B. 5-havo naar 5-vwo Wie een havo-diploma heeft behaald kan worden toegelaten tot 5-vwo. De leerling moet dan aan de volgende eisen voldoen.
De leerling heeft in elk geval wiskunde A of wiskunde B in zijn havo-pakket De leerling heeft Duits of Frans in zijn havo-pakket De leerling dient het profielwerkstuk te upgraden naar vwo-niveau dan wel een nieuw profielwerkstuk te maken. De leerling heeft voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde slechts één maal het cijfer 6 behaald; voor de andere vakken moet het cijfer 7 of hoger zijn.
De leerling krijgt vrijstelling voor de vakken anw, ckv en maatschappijleer. Het combinatiecijfer is het cijfer voor het profielwerkstuk. Wanneer de meerderheid van de docenten, of tenminste twee van de docenten in vakken van het toekomstig profieldeel, een negatief advies uitbrengt, wordt de leerling niet toegelaten. Wie 5-havo heeft gedoubleerd wordt niet toegelaten tot 5-vwo. Wie wel wordt toegelaten mag niet doubleren in 5-vwo.
20