RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK DE 'HOF DER LAGE LANDEN', MADRID, SPANJE
School Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer
: : : :
de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje MADRID - SPANJE 4570 88682
Datum schoolbezoek Datum vaststelling
: 10 en 11 oktober 2006 : 30 januari 2007
INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING ................................................................................................... 5 2 KWALITEITSPROFIEL................................................................................... 7 3 BESCHOUWING ......................................................................................... 13 4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT................................................................. 19
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
3
1 INLEIDING Het periodiek kwaliteitsonderzoek Op 10 en 11 oktober 2006 bezocht de Inspectie van het Onderwijs de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje in het kader van een periodiek kwaliteitsonderzoek (PKO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de kernindicatoren van een aantal kwaliteitsaspecten, op grond van het door de inspectie gehanteerde toezichtkader primair onderwijs 2005. Bij dit PKO doet de inspectie onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs door zich te richten op de kern van goed onderwijs op de school. Het gaat hierbij om kernindicatoren die betrekking hebben op het aanbod, de onderwijstijd, het pedagogisch handelen van leraren, het didactisch handelen van leraren, de afstemming op de onderwijsbehoeften van leerlingen, de actieve en zelfstandige rol van leerlingen, het schoolklimaat, de begeleiding, de zorg, de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen. In de brochure 'Toezichtkader PO 2005' vindt u achtergrondinformatie over de indicatoren die de inspectie bij haar toezicht in ogenschouw heeft genomen. U kunt deze brochure downloaden van de website van de inspectie: www.onderwijsinspectie.nl. Op grond van het kwaliteitsprofiel van de school dat naar aanleiding van een vorig inspectiebezoek is opgemaakt, op basis van risicofactoren die bij de inspectie bekend zijn of afspraken die met de school zijn gemaakt, of op basis van de informatie die door de school is toegestuurd kan de inspectie besluiten om niet alle indicatoren te onderzoeken. Dit is bij uw school niet aan de orde geweest. Indien de school in het kader van zelfevaluatie over een bepaalde indicator of over een bepaald kwaliteitsaspect voldoende betrouwbare en valide gegevens heeft verzameld kan in overleg tussen school en inspectie besloten worden om de oordelen uit de zelfevaluatie alleen te verifiëren en deze niet zelf opnieuw te onderzoeken. Zo sluit de inspectie niet alleen aan bij de specifieke situatie van de school, maar wordt de school bovendien niet onnodig belast. Uw school heeft naast de schoolgids en het schoolplan geen documenten ingestuurd die op uw zelfevaluatie-activiteiten betrekking hebben. De opzet van het onderzoek Het periodiek kwaliteitsonderzoek bestond uit de volgende activiteiten. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Analyse van, indien beschikbaar, documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie-activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd. Ook de vragenlijst periodiek kwaliteitsonderzoek is bij de analyse betrokken. • Schoolbezoek, waarbij in alle groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. Deze lesbezoeken vonden plaats in de combinatiegroepen 1 en 2, 3 en 4, 5 en 6 en 7 en 8. Eveneens is de peutergroep bezocht. Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
5
• • •
Bovendien heeft de inspectie over de kwaliteit van het onderwijs gesprekken gevoerd met het bevoegd gezag. Op uw school is verder een gesprek gevoerd met leerlingen, leraren en ouders. Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de kwaliteitsoordelen en de conclusies van het schoolbezoek besproken met het team en de voorzitter van het bevoegd gezag.
De inhoud van het rapport Het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs levert een kwaliteitsprofiel op van de school (hoofdstuk 2). In hoofdstuk 3 wordt een beschouwing gegeven over de geconstateerde kwaliteit en wordt deze onder andere bezien in relatie tot de context of uitgangssituatie van de school. Indien van toepassing worden in deze beschouwing ook de toegevoegde indicatoren betrokken. In hoofdstuk 4 is het vervolgtoezicht aangegeven en worden, indien noodzakelijk, afspraken vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
6
2 KWALITEITSPROFIEL Het kwaliteitsprofiel geeft een overzicht van de waarderingen die de inspectie heeft toegekend aan kernindicatoren die betrekking hebben op belangrijke kenmerken van goed onderwijs. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs. In de waardering is tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs: 1. draagt niet of nauwelijks bij; 2. draagt onvoldoende bij; 3. draagt voldoende bij; 4. draagt in hoge mate bij; 5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van leerlingen). Deze waardering is gegeven indien de school over bepaalde indicatoren geen betrouwbare en valide gegevens beschikbaar heeft. Het kwaliteitsprofiel van de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje Kwaliteitszorg
1.1 De school heeft inzicht in de verschillen in onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 1.2 De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten. 1.3 De school evalueert regelmatig het leren en onderwijzen. 1.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 1.5 De school borgt de kwaliteit van het leren en onderwijzen. 1.6 De school rapporteert aan belanghebbenden inzichtelijk over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs. 1.7 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en personeel.
Voorwaarden kwaliteitszorg 2.1 De schoolleiding stuurt de kwaliteitszorg aan. 2.2 De kwaliteitszorg is verbonden met de visie op leren en onderwijzen zoals geformuleerd in het schoolplan. 2.3 De schoolleiding zorgt voor een professionele schoolcultuur. 2.4 Bij de zorg voor kwaliteit zijn personeel, directie, leerlingen, ouders/verzorgers en bestuur betrokken.
1
2
3
4
l l l l l l l
1 l
2
3
4
l l l
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
7
Leerstofaanbod 3.1 De aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde zijn dekkend voor de kerndoelen. 3.2 De aangeboden leerinhouden omvatten alle wettelijk voorgeschreven leer- en vormingsgebieden. 3.3 In het aanbod wordt een relatie gelegd met belangrijke maatschappelijke en actuele thema's. 3.4 De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8. 3.5 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan. 3.6 De leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde zijn afgestemd op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. 3.7 De school biedt leerlingen kennis aan over de verschillende culturen die in Nederland aanwezig zijn, met de daarbij behorende waarden en normen. 3.8 De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlingengewicht biedt leerinhouden aan bij Nederlandse taal die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand.
Tijd 4.1 De school heeft voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde onderwijstijd gepland conform het landelijk gemiddelde van scholen met een vergelijkbare leerlingenpopulatie. 4.2 De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt. 4.3 Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen blijft beperkt. 4.4 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd. 4.5 De school stemt de hoeveelheid tijd voor leren en onderwijzen bij Nederlandse taal en rekenen en wiskunde af op de onderwijsbehoeften van leerlingen.
Pedagogisch handelen 5.1 De leraren geven de leerlingen positieve persoonlijke aandacht. 5.2 De leraren tonen in gedrag en taalgebruik voor alle leerlingen respect. 5.3 De leraren zorgen ervoor dat leerlingen op een respectvolle manier met elkaar omgaan. 5.4 De leraren bevorderen het zelfvertrouwen van de leerlingen. 5.5 De leraren maken weloverwogen gebruik van complimenten en correcties.
1
2
3
4
l l l l l l l
l
1
2
3
4 l l l l l
1
2
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
3
4 l
l l l l
8
Didactisch handelen 6.1 De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 6.2 De leraren zorgen voor een goede structuur in de onderwijsactiviteiten. 6.3 De leraren leggen duidelijk uit. 6.4 De leraren gaan na of de leerlingen de uitleg en/of de opdrachten begrijpen. 6.5 De leraren geven expliciet onderwijs in strategieën voor denken en leren. 6.6 De leraren geven de leerlingen feedback op hun leer- en ontwikkelingsproces. 6.7 De leraren betrekken alle leerlingen bij de onderwijsactiviteiten. 6.8 De leraren passen verschillende werkvormen toe. 6.9 De leraren dragen met behulp van leer- en hulpmiddelen bij aan een uitdagende leeromgeving.
Afstemming 7.1 De leraren volgen de vorderingen van hun leerlingen systematisch. 7.2 De leraren analyseren de vorderingen van de leerlingen om vast te stellen wat de aanpassingen van het aanbod en/of het onderwijsleerproces moeten zijn voor de groep. 7.3 De leraren stemmen de instructie en verwerking af op de verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 7.4 Het taalgebruik van de leraren past bij de taalbehoefte van de leerlingen.
Actieve en zelfstandige rol leerlingen 8.1 De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. 8.2 De leerlingen passen hun opgedane kennis actief toe in andere situaties. 8.3 De leerlingen hebben verantwoordelijkheid voor de organisatie van hun eigen leerproces die past bij hun ontwikkelingsniveau. 8.4 De leerlingen leren op een doelmatige wijze samen te werken.
1
2
3
4 l l
l l l l l l l
1
2
3
4
l l l l
1
2
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
3
4 l
l l l
9
Sfeer op school 9.1 De leerlingen tonen zich betrokken bij de school. 9.2 Het personeel toont zich betrokken bij de school. 9.3 De ouders/verzorgers tonen zich betrokken bij de school door de activiteiten die de school daartoe onderneemt. 9.4 De leerlingen en het personeel tonen in gedrag en taal ook buiten de lessen respect voor elkaar. 9.5 De leerlingen en het personeel voelen zich aantoonbaar veilig op school. 9.6 De leerlingen, het personeel en de ouders/verzorgers ervaren dat de schoolleiding positief bijdraagt aan het schoolklimaat. 9.7 De school heeft inzicht in de beleving van de sociale veiligheid door leerlingen en personeel en in incidenten die zich op het gebied van de sociale veiligheid voordoen. 9.8 De school heeft een uitgewerkt veiligheidsbeleid gericht op preventie van incidenten. 9.9 De school heeft een uitgewerkt veiligheidsbeleid gericht op het optreden na incidenten.
Begeleiding 10.1 De school gebruikt een samenhangend systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 10.2 De school gebruikt de informatie van scholen en instellingen waar de leerlingen vandaan komen voor de begeleiding van de leerlingen. 10.4 De school maakt beredeneerde afwegingen bij de doorstroom van leerlingen binnen de school. 10.6 De school begeleidt de ouders/verzorgers en de leerlingen bij de keuze voor het vervolgonderwijs.
Zorg 11.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. 11.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens, bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 11.3 De school voert de zorg planmatig uit. 11.4 De school gaat de effecten van de zorg na. 11.5 De school betrekt de ouders/verzorgers van leerlingen bij de zorg van hun kind. 11.6 De school waarborgt de structurele samenwerking met ketenpartners waar noodzakelijke interventies op leerlingniveau haar eigen kerntaak overschrijden.
Resultaten 12.1 De resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 12.2 De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.
1
1
2
3 l l
4
l l l l l l l
1
2
3
4
l l l l
1
2
3
4
l l l l l l
2
3
4
5
l
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
l
10
Ontwikkeling van leerlingen 13.1 De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 13.2 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. 13.3 De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van 8 jaar. 13.4 De adviezen van de leerlingen voor het vervolgonderwijs zijn in overeenstemming met de verwachtingen op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie. 13.5 De leerlingen functioneren naar verwachting in het vervolgonderwijs.
1
2
3
4
5
l l l l
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
l
11
3 BESCHOUWING In dit hoofdstuk wordt een beschouwing gegeven over de kwaliteit van het onderwijs op de school. De uitgangssituatie De Hof der lage landen verzorgt Primair Onderwijs en is tevens NTC-lespunt. De school is in de jaren zestig van de vorige eeuw opgericht. Het bevoegd gezag is ondergebracht in de Vereniging 'School Hof der Lage Landen'. De huidige directeur is ruim een jaar aan het Hof der Lage Landen verbonden. Het team bestaat naast de directeur uit drie groepsleraren, een leraar voor de peutergroep die tevens de directeur op zijn ambulante dag vervangt, een leraar Spaans en een leraar Engels. Daarnaast is er nog een aantal assistenten en een remedial teacher. De directeur wordt ondersteund door een administratief medewerker. De peutergroep fungeert als voorloper voor de school. Regelmatige contacten zorgen voor een goede overgang tussen de peuter- en kleutergroep. De leerlingen van de school komen voor het grootste deel uit gezinnen waar tenminste één ouder de Nederlandse of Belgische nationaliteit heeft. In veel gezinnen wordt Nederlands en Spaans gesproken. De school heeft gekozen voor een meertalig curriculum, naast Nederlands krijgen de leerlingen Spaanse en vanaf groep 5 ook Engelse les. De school is de laatste jaren gegroeid in leerlingenaantal van 55 leerlingen in 2003 tot 90 in 2006. De school groeit nu letterlijk uit zijn jasje, het is worstelen met de ruimte terwijl het gebouw toch al niet ruim is opgezet. De peutergroep is in een dichtbij gelegen gebouw gehuisvest. De school werkt met vier combinatiegroepen die door een strak rooster voor de Spaanse en Engelse lessen regelmatig uit kleinere groepen bestaan. Tijdens de bespreking met het team en het bevoegd gezag heeft de inspectie gewezen op een aantal contextfactoren dat van invloed is op de ontwikkeling van de kwaliteit van het onderwijs op de school: • Aan de ontwikkeling van een kwaliteitszorgbeleid en een beleid voor zorg en begeleiding is men in de laatste jaren niet toegekomen. • De directeur is slechts een dag ambulant. Gezien wat er moet gebeuren op het gebied van kwaliteitszorg en onderwijskundig beleid is een dag erg krap. • Om voor het team en ouders duidelijkheid te verschaffen over de verdeling van verantwoordelijkheden en bevoegdheden tussen directeur en bevoegd gezag is een directiestatuut nodig.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
13
Sterke punten en toch risico's Het team van de school zet zich in voor het realiseren van goed onderwijs. En daar slaagt het in dankzij de kwaliteiten van de individuele leerkrachten. Het volle onderwijsprogramma wordt strak en in de groepen enthousiast uitgevoerd. Het onderwijsaanbod voldoet aan de kerndoelen en de leerkrachten zijn in staat om de lesstof in de door de methodes voorgeschreven tijd te realiseren. De beschikbare tijd voor het Nederlandse onderwijs wordt optimaal gebruikt. Door aanschaf en structureel gebruik van de nieuwste uitvoering van 'de Schatkist' is nu een goede aansluiting tussen de groepen een, twee en drie gerealiseerd. De leerkrachten en de leerlingen werken hard en de werksfeer is sterk taakgericht. Dit gaat zeker niet ten koste van de persoonlijke aandacht die de leerkrachten op een positieve manier aan al hun leerlingen geven. Negatieve opmerkingen worden zelden geuit en de leerlingen worden in hun waarde gelaten. Hierdoor wordt het zelfvertrouwen van de leerlingen goed gestimuleerd. Het onderwijs is op de Hof der Lage Landen geen eenrichtingsverkeer. De leerkrachten stellen veel (open) vragen en gaan op antwoorden in. Hierdoor worden alle leerlingen actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. Kortom de pedagogische en didactische vaardigheden van de leerkrachten dragen voldoende tot sterk bij aan de onderwijskwaliteit. De eindopbrengsten gemeten met de CITO eindtoets liggen gemiddeld genomen over zes jaar op een voldoende niveau. Wel laten de eindopbrengsten over de afgelopen vijf jaar een instabiel beeld zien. Dit is te verklaren doordat het aantal leerlingen dat heeft deelgenomen aan de eindtoets soms erg klein is. Ook de tussentijdse opbrengsten worden als voldoende beoordeeld. Het onderdeel begrijpend lezen in de groepen vier tot en met acht laat de minste uitvallers zien, op spelling vallen relatief de meeste leerlingen uit. Ondanks het positieve beeld van het gerealiseerde onderwijsleerproces en de opbrengsten heeft de Hof der Lage Landen toch duidelijk risico's. De kwaliteitszorg is nog niet van de grond gekomen. Dit geldt ook voor de voorwaarden voor kwaliteitszor g. Er wordt feitelijk weinig tot niets aan kwaliteitszorg gedaan. In het schoolplan 2003-2007 is de kwaliteitszorg op ruim één bladzijde in algemene termen en voornemens beschreven. Van zelfevaluatie, analyse, verbeterplannen en evaluatie is nog geen sprake. Op schoolniveau vormt ook de zorg voor leerlingen die uitvallen of dreigen uit te vallen, een risico. De leerlingen worden weliswaar met de juiste toetsen en op de geëigende tijdstippen getoetst maar of een leerling dan aangemeld wordt bij de remedial teacher wordt door de individuele leerkracht bepaald. Krijgt een leerling remedial teaching dan gebeurt dit niet op basis van een handelingsplan. De leerkracht die belast is met remedial teaching voert weliswaar activiteiten op een betrokken manier met leerlingen uit maar heeft hiervoor niet een speciale opleiding gevolgd. Op dit moment ontbreekt er een zorgplan met een heldere structuur en een stappenplan met procedures en criteria op basis waarvan leerlingen extra zorg en begeleiding kunnen krijgen. Tijdens het schoolbezoek heeft de directeur wel aanzetten voor verbeteringen gemaakt voor onder andere een handelingsplan en een conceptvorm van een individuele leerlingenkaart waarop alle ontwikkelingen overzichtelijk geregistreerd kunnen worden. Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
14
Geconcludeerd kan worden dat de kwaliteit van het gerealiseerde onderwijs sterk afhankelijk is van de kwaliteiten van de individuele leerkrachten. Het onderwijs in de groepen van de 'Hof der Lage Landen' is door de inzet, betrokkenheid en vakbekwaamheden van de leerkrachten als goed te kwalificeren. Doordat de leerkrachten eigen beslissingen nemen zowel ten aanzien van de individuele leerlingenzorg als voor onderwijsinhoudelijke zaken, bijvoorbeeld het weglaten van bepaalde onderdelen in het aanbod, is er sprake van een 'eilanden structuur'. Door het ontbreken van zowel een kwaliteitsbeleid als een onderwijsinhoudelijk beleid loopt de school duidelijke risico's. Van het bestuur en de directeur wordt gevraagd om voor januari 2007 een conceptbeleidsplan voor de kwaliteitszorg en een conceptplan voor de leerlingenzorg naar de Inspectie van het Onderwijs te sturen. Ook dient de school een veiligheidsbeleid te ontwikkelen en vast te leggen. Veel indicatoren in het kwaliteitsprofiel scoren voldoende of goed. Drie kwaliteitsaspecten vormen een nadrukkelijk aandachtspunt. Dat zijn de Kwaliteitszorg, de voorwaarden voor de Kwaliteitszorg en de Zorg. Daarnaast voldoen enkele indicatoren niet aan de door de inspectie gestelde eisen. Dit impliceert dat actie ten aanzien van die indicatoren noodzakelijk is. Het is de verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag om samen met het team en met ondersteuning van de ouders verbeteringen te realiseren en de ontwikkelingen te monitoren, zodat vooruitgang gegarandeerd is. Hierna geeft de inspectie een nadere toelichting op die kwaliteitsaspecten en indicatoren, waarvoor dat nog noodzakelijk is. Indicatoren 1.2 tot en met 2.4.: Kwaliteit meten en verantwoording afleggen Bijna alle indicatoren van de kwaliteitsaspecten Kwaliteitszorg en Voorwaarden voor kwaliteitszorg beoordeelt de inspectie als 'onvoldoende' of 'slecht'. De inspectie constateert dat kwaliteitszorg nog onvoldoende van de grond is gekomen. De school heeft in het schoolplan 2003-2007 een kort hoofdstuk (3) gewijd aan de kwaliteitszorg. In dat hoofdstuk wordt vooral ingegaan op de kwaliteitsbewaking op grond van de opbrengstgegevens. Verder is sprake van een voornemen om analyses te gaan uitvoeren. Onvoldoende helder is op welke wijze en op welke termijn de kwaliteitszorg daadwerkelijk ontwikkeld wordt en wat de resultaten daarvan zijn. Het huidige bevoegd gezag is zich bewust van de te geringe, sturende werking die er van dat hoofdstuk (en andere hoofdstukken) uitgaat. In het nieuwe schoolplan (dat vóór 1 augustus 2007 door het bevoegd gezag wordt vastgesteld) zal op een explicietere wijze aandacht aan de kwaliteitszorg worden besteed.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
15
Voor een goede kwaliteitszorg is het van cruciaal belang dat de school allereerst bepaalt en vastlegt wat zij verstaat onder goed onderwijs. Het ontbreken van dat kader maakt de kwaliteitszorg kwetsbaar, evenals het nog niet systematisch hanteren van een instrument voor kwaliteitszorg. Veranderonderwerpen zijn daardoor niet vastgelegd. Deze constateringen vormen de verklaring voor de onvoldoende scores op kwaliteitszorg. Voorts is het van belang het operationeel verbetertraject uit te werken in SMARTgeformuleerde doelen en activiteiten en deze te voorzien van een tijdpad. De school kan op deze wijze verantwoorden dat zij op een systematische en cyclische wijze werkt aan de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Winst door een helder beleid, controle op de uitvoering en aansturing van het team Vrijwel alle indicatoren van de kwaliteitsaspecten Leerstofaanbod, Tijd, Pedagogisch en Didactisch handelen, Afstemming, Actieve en zelfstandige rol leerlingen, Sfeer op school, Begeleiding en Zorg scoren 'voldoende' of 'goed'. Hieronder gaat de inspectie in op die indicatoren die onvoldoende scoren en op enkele andere relevante punten die van belang zijn voor de verdere ontwikkeling van de kwaliteit van het onderwijs. Indicator 3.5 (De leerinhouden in de verschillende jaren sluiten op elkaar aan). Hoewel deze indicator als voldoende is beoordeeld, toch een belangrijk punt van aandacht omdat er nog geen onderwijsinhoudelijk beleid is op dit gebied. In de huidige situatie beslissen de leerkrachten zelf welke onderdelen uit de methodes worden weggelaten. Dit kan de doorgaande lijn in gevaar brengen. De doorgaande lijn die nu is gerealiseerd tussen de groepen één/twee en groep drie berust op het inzicht en de keuze van de leerkracht om de methode 'Schatkist Nieuw' aan te schaffen en die structureel te gebruiken. Deze zaken moeten beleid worden in plaats van besluiten door individuele leerkrachten. De indicatoren 9.7 (inzicht in de beleving van de sociale veiligheid), 9.8 (De school heeft een uitgewerkt veiligheidsbeleid gericht op preventie van incidenten) en 9.9 (De school heeft een uitgewerkt veiligheidsbeleid gericht op het optreden na incidenten) scoren onvoldoende, omdat in het schoolplan een passage daarover ontbreekt, er geen incidentenregistratie is en ook een pestprotocol ontbreekt. De school realiseert weliswaar een veilig klimaat, maar een beschrijving van dat klimaat ontbreekt. Tijdens het gesprek met de ouders en leerlingen is naar voren gekomen dat er wel eens wordt gepest maar niet duidelijk is wat de verdere stappen zijn. Gedragsregels en afspraken zijn niet iedere groep aangetroffen. Ook gedragsregels voor het buiten spelen worden node gemist. Gezien de drukte op het speelplein zijn deze regels noodzakelijk. In de nabespreking maakte de inspectie met het team de afspraak dat vóór het eind van dit schooljaar een veiligheidsbeleid wordt ontwikkeld, vastgesteld door het bevoegd gezag en geïmplementeerd. Dit document wordt toegevoegd aan het huidige schoolplan. De indicatoren van Kwaliteitsapect 11 (De leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften krijgen passende zorg) scoort onvoldoende. Feitelijk krijgen de leerlingen die extra zorg nodig hebben weliswaar remedial teaching maar dit gebeurt niet op basis van een systematiek en criteria. Een zorgbeleid waarin een duidelijke structuur, handelingstappen en criteria voor de signalering worden vermeld ontbreekt. Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
16
De remedial teaching wordt gegeven zonder dat er handelingsplannen aan ten grondslag liggen. Inmiddels is er wel een concept handelingsplan ontwikkeld. De inspectie sprak met een aantal ouders over hun ervaringen met de school. Zij geven aan dat ze de school als laagdrempelig ervaren, er remedial teaching wordt gegeven en leraren altijd bereid zijn tot een gesprek.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
17
4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT Bij dit PKO heeft de inspectie ook een onderzoek gedaan naar de naleving van een aantal wettelijke voorschriften. Dit onderzoek betrof de wettelijke voorschriften over de geplande onderwijstijd en over een door het bevoegd gezag vastgestelde schoolplan en schoolgids. •
•
vóór 1 januari 2007 ontwikkelt de school een veiligheidsbeleid. Het bevoegd gezag stelt dit beleid vast en stuurt dit vastgestelde document met een vaststellingsbrief per e-mail aan de inspectie (mailto:
[email protected]). Dit document wordt toegevoegd aan het bestaande schoolplan en in 2007 geïntegreerd binnen het nieuwe schoolplan; voor 1 januari 2007 ontvangt de inspectie een concept beleidplan voor de kwaliteitszorg en een concept beleidsplan voor de zorg (mailto:
[email protected]).
De bevindingen van dit PKO leiden tot het volgende arrangement voor het vervolg van het toezicht (toezichtarrangement): De aangetroffen kwaliteit van het onderwijs op de school vraagt geen aanpassing van de reguliere onderzoeksplanning van de inspectie. In beginsel volgt over vier jaar opnieuw een periodiek kwaliteitsonderzoek. In de tussenliggende periode vindt jaarlijks een onderzoek plaats, waarbij digitaal gegevens van de school worden opgevraagd.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek de 'Hof der Lage Landen', Madrid, Spanje - 10-102006
19