RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK NTC PRIMAIR ONDERWIJS DE PARASOL, MARBELLA, SPANJE

RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK NTC PRIMAIR ONDERWIJS DE PARASOL, MARBELLA, SPANJE

School Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer

: : : :

NTC primair onderwijs De Parasol, Marbella, Spanje TORREMOLINOS (MALAGA) SPANJE 4654 88669

Datum schoolbezoek Datum vaststelling

: 16, 18, 19 en 21 oktober 2006 : 30 januari 2007

INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING ................................................................................................... 5 2 KWALITEITSPROFIEL................................................................................... 7 3 BESCHOUWING ......................................................................................... 11 4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT................................................................. 17

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek NTC primair onderwijs De Parasol, Marbella, Spanje - 16-10-2006

3

1 INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs bezocht NTC primair onderwijs De Parasol, Marbella, Spanje in het kader van een periodiek kwaliteitsonderzoek (PKO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de indicatoren van kwaliteitsaspecten, op grond van het door de inspectie gehanteerde toezichtkader primair onderwijs 2005. Bij dit PKO doet de inspectie onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs door zich te richten op de kern van goed onderwijs op de school. Het gaat hierbij om indicatoren die betrekking hebben op de kwaliteitszorg, de voorwaarden voor kwaliteitszorg, het aanbod, de onderwijstijd, het pedagogisch handelen van leraren, het didactisch handelen van leraren, de afstemming op de onderwijsbehoeften van leerlingen, de actieve en zelfstandige rol van leerlingen, het schoolklimaat, de begeleiding, de zorg, de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen. In de brochure 'Toezichtkader PO 2005' vindt u achtergrondinformatie over de indicatoren die de inspectie bij haar toezicht in ogenschouw heeft genomen. U kunt deze brochure downloaden van de website van de inspectie: www.onderwijsinspectie.nl. Op grond van het kwaliteitsprofiel van de school dat naar aanleiding van een vorig inspectiebezoek is opgemaakt, op basis van risicofactoren die bij de inspectie bekend zijn of afspraken die met de school zijn gemaakt, of op basis van de informatie die door de school is toegestuurd kan de inspectie besluiten om niet alle indicatoren bij het onderzoek te betrekken. Dit is bij uw school niet aan de orde geweest. Indien de school in het kader van zelfevaluatie over een bepaalde indicator of over een bepaald kwaliteitsaspect voldoende betrouwbare en valide gegevens heeft verzameld kan in overleg tussen school en inspectie besloten worden om de oordelen uit de zelfevaluatie alleen te verifiëren en deze niet zelf opnieuw te onderzoeken. Zo sluit de inspectie niet alleen aan bij de specifieke situatie van de school, maar wordt de school bovendien niet onnodig belast. Uw school heeft naast de schoolgids een ingevuld zelfevaluatie instrument aan de inspectie overhandigd. De opzet van het onderzoek Het periodiek kwaliteitsonderzoek bestond uit de volgende activiteiten. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Analyse van, indien beschikbaar, documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie-activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd. • Schoolbezoek, waarbij in een aantal gr oepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal. Deze lesbezoeken vonden plaats in de groepen in Canceleda en in Torremolinos. Tijdens haar bezoek heeft de inspectie de vestiging in Marbella niet kunnen bezoeken in verband met een plaatselijke feestdag. Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek NTC primair onderwijs De Parasol, Marbella, Spanje - 16-10-2006

5

• • •

De inspectie heeft over de kwaliteit van de indicatoren gesprekken gevoerd met de leraren en telefonisch met de voorzitter van het vigerend bestuur. Op uw school is verder een gesprek gevoerd met leerlingen en ouders. Bij het oudergesprek was ook de toekomstig voorzitter van het bestuur aanwezig. Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de kwaliteitsoordelen en de conclusies van het schoolbezoek besproken met het team. Daarbij was geen vertegenwoordiging van het bevoegd gezag aanwezig.

De inhoud van het rapport Het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs levert een kwaliteitsprofiel op van de school (hoofdstuk 2). In hoofdstuk 3 wordt een beschouwing gegeven over de geconstateerde kwaliteit en wordt deze onder andere bezien in relatie tot de context of uitgangssituatie van de school. Indien van toepassing worden in deze beschouwing ook de toegevoegde indicatoren betrokken. In hoofdstuk 4 is het vervolgtoezicht aangegeven en worden, indien noodzakelijk, afspraken vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.


6

2 KWALITEITSPROFIEL Het kwaliteitsprofiel geeft een overzicht van de waarderingen die de inspectie heeft toegekend aan indicatoren die betrekking hebben op belangrijke kenmerken van goed onderwijs. In de waardering is tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs: 1. draagt niet of nauwelijks bij; 2. draagt onvoldoende bij; 3. draagt voldoende bij; 4. draagt in hoge mate bij; 5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van leerlingen). Deze waardering is gegeven indien de school over bepaalde indicatoren geen betrouwbare en valide gegevens beschikbaar heeft.

Het kwaliteitsprofiel van NTC primair onderwijs De Parasol, Marbella, Spanje Kwaliteitszorg

1.1 De school heeft inzicht in de verschillen in onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 1.2 De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten. 1.3 De school evalueert regelmatig het leren en onderwijzen. 1.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 1.5 De school borgt de kwaliteit van het leren en onderwijzen. 1.6 De school rapporteert aan belanghebbenden inzichtelijk over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs. 1.7 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en personeel.

Voorwaarden kwaliteitszorg 2.1 De schoolleiding stuurt de kwaliteitszorg aan. 2.2 De kwaliteitszorg is verbonden met de visie op leren en onderwijzen zoals geformuleerd in het schoolplan. 2.3 De schoolleiding zorgt voor een professionele schoolcultuur. 2.4 Bij de zorg voor kwaliteit zijn personeel, directie, leerlingen, ouders/verzorgers en bestuur betrokken.

1

2

3

4

l l l l l l l

1


2 l

3

4

l l l

7

Leerstofaanbod 3.1 De aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal zijn dekkend voor de kerndoelen. 3.2 In het aanbod wordt een relatie gelegd met belangrijke maatschappelijke en actuele thema's. 3.4 De leerinhouden voor Nederlandse taal worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8. 3.6 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan. 3.5 De leerinhouden voor Nederlandse taal zijn afgestemd op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. 3.8 De school biedt leerinhouden aan bij Nederlandse taal die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand.

Tijd 4.1 De school heeft voldoende onderwijstijd gepland (120 uur per jaar). 4.2 De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt. 4.3 Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen blijft beperkt. 4.4 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd. 4.5 De school stemt de hoeveelheid tijd voor leren en onderwijzen bij Nederlandse taal af op de onderwijsbehoeften van leerlingen.

Pedagogisch handelen 5.1 De leraren geven de leerlingen positieve persoonlijke aandacht. 5.2 De leraren tonen in gedrag en taalgebruik voor alle leerlingen respect. 5.3 De leraren zorgen ervoor dat leerlingen op een respectvolle manier met elkaar omgaan. 5.4 De leraren bevorderen het zelfvertrouwen van de leerlingen. 5.5 De leraren maken weloverwogen gebruik van complimenten en correcties.

Didactisch handelen 6.1 De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 6.2 De leraren zorgen voor een goede structuur in de onderwijsactiviteiten. 6.3 De leraren leggen duidelijk uit. 6.4 De leraren gaan na of de leerlingen de uitleg en/of de opdrachten begrijpen. 6.5 De leraren geven expliciet onderwijs in strategieën voor denken en leren. 6.6 De leraren geven de leerlingen feedback op hun leer- en ontwikkelingsproces. 6.7 De leraren betrekken alle leerlingen bij de onderwijsactiviteiten. 6.8 De leraren passen verschillende werkvormen toe. 6.9 De leraren dragen met behulp van leer- en hulpmiddelen bij aan een uitdagende leeromgeving.

1

2

3

4

l l l l l l

1

2

3

4

l l l l l

1

2

3

4 l

l l l l

1


2

3 l

4

l l l l l l l l

8

Afstemming 7.1 De leraren volgen de vorderingen van hun leerlingen systematisch. 7.2 De leraren analyseren de vorderingen van de leerlingen om vast te stellen wat de aanpassingen van het aanbod en/of het onderwijsleerproces moeten zijn voor de groep. 7.3 De leraren stemmen de instructie en verwerking af op de verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 7.4 Het taalgebruik van de leraren past bij de taalbehoefte van de leerlingen.

Actieve en zelfstandige rol leerlingen 8.1 De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. 8.2 De leerlingen passen hun opgedane kennis actief toe in andere situaties. 8.3 De leerlingen hebben verantwoordelijkheid voor de organisatie van hun eigen leerproces die past bij hun ontwikkelingsniveau. 8.4 De leerlingen leren op een doelmatige wijze samen te werken.

Sfeer op school 9.1 De leerlingen tonen zich betrokken bij de school. 9.2 Het personeel toont zich betrokken bij de school. 9.3 De ouders/verzorgers tonen zich betrokken bij de school door de activiteiten die de school daartoe onderneemt. 9.4 De leerlingen en het personeel tonen in gedrag en taal ook buiten de lessen respect voor elkaar. 9.5 De leerlingen en het personeel voelen zich aantoonbaar veilig op school. 9.6 De leerlingen, het personeel en de ouders/verzorgers ervaren dat de schoolleiding positief bijdraagt aan het schoolklimaat. 9.7 De school heeft inzicht in de beleving van de sociale veiligheid door leerlingen en personeel en in incidenten die zich op het gebied van de sociale veiligheid voordoen. 9.8 De school heeft een uitgewerkt veiligheidsbeleid gericht op preventie van incidenten. 9.9 De school heeft een uitgewerkt veiligheidsbeleid gericht op het optreden na incidenten.

Begeleiding 10.1 De school gebruikt een samenhangend systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 10.2 De school gebruikt de informatie van scholen en instellingen waar de leerlingen vandaan komen voor de begeleiding van de leerlingen. 10.3 De school maakt beredeneerde afwegingen bij de doorstroom van leerlingen binnen de school. 10.4 De school begeleidt de ouders/verzorgers en de leerlingen bij de keuze voor het vervolgonderwijs.

1

2

3

4

l l l l

1

2

3

4

l l l l

1

2

3 l

4 l

l l l l l l l

1

2

3

4

l


l l l

9

Zorg 11.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. 11.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens, bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 11.3 De school voert de zorg planmatig uit. 11.4 De school gaat de effecten van de zorg na. 11.5 De school betrekt de ouders/verzorgers van leerlingen bij de zorg van hun kind. 11.6 De school waarborgt de structurele samenwerking met partners waar noodzakelijke interventies op leerlingniveau haar eigen kerntaak overschrijden.

Resultaten 12.1 De resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 12.2 De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.

Ontwikkeling van leerlingen 13.1 De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 13.2 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. 13.3 De adviezen van de leerlingen voor het vervolgonderwijs zijn in overeenstemming met de verwachtingen op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie.

1

1

2

3

4

l l l l l l

2

3

4

5

l l

1

2

3

4

5

l


l l

10

3 BESCHOUWING In dit hoofdstuk wordt een beschouwing gegeven over de kwaliteit van het onderwijs op de school. De uitgangssituatie De uitgangssituatie van het Nederlands Centrum Taal en Cultuur (NTC) De Parasol is in het afgelopen kalenderjaar vooral bepaald door het feit dat het bestuur reeds in januari/februari 2006 had aangegeven dat zij haar taken wilde overdragen aan een volgend bestuur. Dit valt ook te lezen in het rapport van de Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland (SNOB) die in februari 2006 een bezoek aan De Parasol heeft gebracht. In dit rapport stonden ook de namen van de opvolgers van het bestuur vermeld. Inmiddels zijn deze personen echter niet meer beschikbaar voor het bestuur. Volgens de leraren van de school had dit te maken met de moeizame situatie rond de overdracht. De inspectie heeft tijdens haar bezoek telefonisch gesproken met de voorzitter van het vigerende schoolbestuur. In dit gesprek is voornamelijk de overdracht aan de orde geweest. Volgens de voorzitter was een gesprek over de kwaliteit en de zorg voor de kwaliteit niet meer zinvol gezien de huidige situatie. De inspectie heeft met de voorzitter de afspraak gemaakt dat de overdracht vóór 1 december 2006 volledig zal zijn geregeld en dat dan alle taken zullen zijn overgedragen. Deze afspraak is per e-mail bevestigd. Inmiddels zijn er twee nieuwe opvolgers bekend en zijn twee leraren bereid, om bij wijze van overgang, tijdelijk een aantal bestuurstaken te vervullen. De inspectie heeft tijdens haar bezoek eveneens kunnen spreken met de beoogd nieuwe voorzitter, omdat deze ook bij het oudergesprek aanwezig was. Zoals het er nu naar uitziet, lijkt de langdurige overdrachtssituatie, waarbij de communicatie tussen school en bestuur moeizaam verliep, te zijn opgelost. De Parasol is gehuisvest in drie locaties die ver van elkaar verspreid liggen. De locaties zijn: Canceleda, Marbella en Torremolinos. De afstand tussen Canceleda en Torremolinos bedraagt ongeveer zeventig kilometer. Dit vormt een probleem in de samenwerking en de afstemming van het onderwijs tussen de locaties. Dit neemt echter niet weg dat de leraren ernaar streven om een maal per maand bij elkaar te komen om zaken te bespreken. In Canceleda en Marbella is de school gehuisvest in een school, waarvan ze in beide gevallen een lokaal huurt dat overdag gebruikt wordt door de Spaanse dagschool. Op deze locaties kunnen nauwelijks een eigen sfeer gecreëerd worden en eigen materialen worden opgehangen, al doen de leraren wat ze kunnen om hier toch iets van te maken. Zo worden voor de lessen allerlei talige materialen aan het bord bevestigd. In Torremolinos heeft de school de beschikking over een eigen ruimte in het Holland Huis, een kerkelijke instelling. Deze ruimte ziet er aantrekkelijk uit en is vol zorg ingericht met veel talig materiaal.


11

In totaal zijn er ongeveer 60 leerlingen aan De Parasol ingeschreven. De populatie leerlingen in Canceleda en Marbella bestaat voor het merendeel uit leerlingen die behoren tot de taal-1-siuatie (beide ouders spreken Nederlands met de kinderen). In Torremolinos ligt dit heel anders. Hier behoort ongeveer 60 procent van de leerlingen tot de taal-3 situatie (geen van beide ouders spreekt regelmatig Nederlands met de leerlingen). De overige 40 procent behoort voornamelijk tot situatie taal-2 leerlingen (een van beide ouders spreekt regelmatig Nederlands met de kinderen). Voor beide locaties geldt dat het moeilijk is om evenwichtige groepen te vormen vanwege de afstand die ook ouders moeten afleggen om na schooltijd met hun kinderen naar het NTC-lespunt te komen. Kinderen uit één gezin worden bij voorkeur op dezelfde dag gebracht. Tijdens de nabespreking met het bestuur en het team heeft de inspectie gewezen op de volgende contextfactoren die van invloed zijn op de ontwikkeling van de kwaliteit van het NTC-onderwijs. • Zowel het bestuur als de school hebben de inspectie aangegeven dat de situatie rond de overdracht heeft gefrustreerd. • Het team heeft veel tijd en energie moeten steken om de zaken op een goede manier in banen te leiden, zonder de noodzakelijke steun van een actief functionerend bestuur. • De afstand tussen de locaties is belemmerend voor de samenwerking tussen de locaties. Leraren moeten soms lange reistijden maken om op het lespunt te komen. • Ook de leerlingen moeten van verre komen, hetgeen de vorming van evenwichtige groepen bemoeilijkt. • De leraren moeten veel tijd en energie steken in het samenstellen en kopiëren van het leerstofaanbod. De school beschikt niet over een volledige taal/leesmethode. • De inspectie is in het tienjarig bestaan van de school, nu voor de eerste keer op bezoek geweest. Volgens de teamleden zou het hun geholpen hebben, als zij eerder bezoek zouden hebben gehad. • Niet alle leraren hebben een volledige onderwijsbevoegdheid. Er is in die gevallen ofwel ontheffing verleend, ofwel de leraar werkt als onderwijsassistent. De Kwaliteit in het algemeen Ondanks de overwegend belemmerende factoren die hierboven zijn genoemd, beschikt de school over een enthousiast team, dat vanuit een grote betrokkenheid vorm geeft aan het NTC-onderwijs aan de Costa del Sol. Door de moeizame en langdurige overdracht van de bestuurstaken hebben zij zich niet laten ontmoedigen en hebben, waar noodzakelijk, zelf bepaalde bestuurstaken op zich genomen. Deze situatie moet zo snel mogelijk worden opgelost. Zoals al eerder is opgemerkt, heeft de inspectie daarover afspraken gemaakt met het bestuur. Ouders en leerlingen zijn tevreden over het onderwijs dat wordt geboden. De leerlingen vinden de school gezellig en ontmoeten graag hun Nederlandse leeftijdgenoten op school. De sfeer is goed op De Parasol.


12

De school beschikt niet over een aanbod dat aan de kerndoelen voldoet. De leraren stellen zelf jaarlijks het lespakket samen, dat hoofdzakelijk gericht is op het woordenschatonderwijs en de spelling. Veel van het aanbod wordt schriftelijk verwerkt. Ook beschikt de school niet over een samenhangend instrumentarium waarmee zij de vorderingen en ontwikkelingen van de leerlingen kan volgen. Dit betekent dat in onvoldoende mate duidelijk is welke doelstellingen er met de diverse groepen leerlingen kunnen worden nagestreefd en/of bereikt. Daardoor is de school eveneens niet in staat om het (activiteiten) aanbod af te stemmen op de onderwijsleerbehoeften van de leerlingen, terwijl de behoefte aan extra zorg daarmee bovendien ook niet duidelijk kan zijn. Het is voor de leraren een ingewikkelde opgave om evenwichtige groepen samen te stellen vanwege de afstanden tussen de verschillende locaties van de school en de afstanden die de leerlingen moeten overbruggen om een van de locaties van De Parasol te bereiken. Het gevolg is dat iedere groep een groot aantal niveaus omvat en dat er soms één leerling uit een bepaalde 'bouw' in een groep zit (bijvoorbeeld een kleuter). Om wachttijd te voorkomen hebben alle leerlingen een door de leraren samengesteld werkboek, waarin zij in eigen tempo kunnen werken. Met dit werkboek kunnen de leerlingen ook vrij zelfstandig aan de gang en bestaat er ruimte om vragen aan elkaar te stellen en op die manier met elkaar samen te werken. In principe voldoet de leertijd aan de normen die daaraan worden gesteld. De school verzorgt wekelijks twee uur onderwijs na schooltijd en een maal per maand op een zaterdagmorgen. Op de zaterdagmorgen staat het cultuuronderwijs centraal. Gezien de populatie leerlingen is twee uur per week echter voor velen zeer beperkt. De inspectie heeft de opbrengsten met een onvoldoende gewaardeerd omdat de school in onvoldoende mate de resultaten van de leerlingen volgt. Zij beschikt slechts voor begrijpend lezen over methodeonafhankelijke gestandaardiseerde toetsen. Omdat de school niet over een volledige methode voor het taal/leesonderwijs beschikt, worden de leerlingen ook niet gevolgd met methodegebonden toetsen. De Kwaliteit van de Kwaliteitszorg Voor de periode 2003-2007 beschikte de school over een schoolplan. Dit schoolplan was echter noch bij het bestuur, noch bij de SNOB en de inspectie aanwezig. De inspectie heeft daarom de indicatoren van de kwaliteitszorg als zwak beoordeeld. Dit heeft zij mede gedaan op basis van de gegevens van het zelfevaluatie instrument van Beekvliet en Terpstra dat de school heeft ingevuld en de informatie uit de schoolgids. De inspectie gaat ervan uit dat tijdens het volgend schoolbezoek het nieuwe schoolplan voor de periode 2007 -2011 beschikbaar is. Het spreekt voor zich dat dan de kwaliteitszorg opnieuw zal worden beoordeeld. De school heeft de pilot -versie gebruikt van het evaluatie-instrument dat de SNOB in samenwerking met het bureau Beekveld en Terpstra heeft ontwikkeld. De invulling van dit instrument heeft nog niet geresulteerd in een prioritering van de verbeteracties. Ook worden er geen verbeteracties vermeld in de schoolgids. In het kader van het bezoek heeft de inspectie beoordeeld of de schoolgids voldoet aan de wettelijke vereisten. Dit is nog niet het geval. Zo worden de doelen van het onderwijs, de behaalde resultaten, de zorg voor het jonge kind en voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften niet vermeld. Bovendien ontbreekt het beleid ten aanzien van sponsorbijdragen. Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek NTC primair onderwijs De Parasol, Marbella, Spanje - 16-10-2006

13

Het bovenstaande geeft aan dat de kwaliteitszorg op een zeer laag pitje heeft gestaan op De Parasol. Aansturing vond gezien de overdrachtssituatie nauwelijks plaats. Wel zijn de teamleden in juli 2006 in de gelegenheid gesteld om de nascholing van de SNOB te volgen. Ook is tijdens het schoolbezoek gebleken dat de financiële situatie van de school onvoldoende transparant is. De leraren gaven de inspectie aan dat zij dachten dat de financiën niet toereikend zouden zijn voor de aanschaf van bijvoorbeeld nieuwe methodes. Bij een school van (volgens het bestuur al jaren) rond de vijftig leerlingen vormt dit doorgaans geen probleem. Volgens de teamleden zijn er de laatste jaren ook geen extravagante kosten gemaakt. Bij de overdracht van de bestuurstaken zal de financiële situatie van de school helder worden. De verdeling van de taken tussen team en bestuur zijn nog niet verwerkt in een formeel directiestatuut. Zodra het nieuwe bestuur haar taken heeft aanvaard, zal dit in orde gebracht moeten worden. Zij kan hiervoor gebruik maken van het format dat de SNOB hiervoor beschikbaar heeft. De Onderwijspraktijk Voor de beschouwing van de onderwijspraktijk beperkt de inspectie zich tot de beschrijving van de indicatoren waarvoor dat noodzakelijk is. Dit zijn indicatoren die betrekking hebben op het onderwijsaanbod, de onderwijstijd, het pedagogisch en didactisch handelen, het schoolklimaat en de zorg voor de leerlingen. De inspectie heeft het leer- en activiteitenaanbod met een onvoldoende gewaardeerd, omdat het niet dekkend is voor de kerndoelen. De leraren stellen zelf een lespakket samen uit veelal gekopieerd materiaal, omdat methodes ontbreken op de school. Dit kost heel wat tijd en energie, die zij ook aan andere schooldoeleinden zouden kunnen besteden. De inhoud van het samengestelde lesmateriaal richt zich hoofdzakelijk op het woordenschatonderwijs en de spelling. Het onderwijs is thematisch ingericht. De leraren maken veel werk van de voorbereiding van de thema's. Zij bieden de thema's aan met aansprekend aanschouwelijk materiaal. De leraren van de locatie in Torremolinos hadden ook veel leesmateriaal, speelgoed en andere zaken rondom dit thema voor alle leerlingen toegankelijk opgesteld. Een doorgaande lijn voor het werken met de thema's ontbrak evenwel. Ook waren de thema's tussen de verschillende locaties niet op elkaar afgestemd. Wellicht zou het tot tijdbesparing kunnen leiden als de thema's gezamenlijk zouden worden voorbereid. De school beschikt over één laptop die niet in de onderwijssituatie werd gebruikt. Vooral in groepen met veel niveau's kan het werken met een laptop en/of computer een welkome en voor de leerlingen aantrekkelijke aanvulling betekenen in het aanbod.


14

De inspectie heeft de indicatoren voor tijd met een voldoende gewaardeerd. Wekelijks besteedt de school twee uur per week aan het NTC-onderwijs, aangevuld met een maal per maand een zaterdagmorgen. Formeel komt zij hiermee aan het aantal uren per maand. Zeker voor de leerlingen in de taalsituatie 2 en 3 is dit echter zeer beperkt. Hieraan moet bovendien worden toegevoegd dat de inspectie niet volledig zicht heeft kunnen krijgen op het aantal weken onderwijs dat wordt verzorgd. Zo zijn de zomervakanties in Spanje in ieder geval langer dan in Nederland. De afstemming in de tijd op de onderwijsbehoeften van de leerlingen (4.5) wordt voornamelijk gerealiseerd door een verregaande differentiatie in niveaugroepjes en het feit dat de leerlingen mogen doorwerken in het voor hen samengestelde materiaal. De school geeft geen huiswerk mee. De meeste indicatoren voor het pedagogisch/didactisch handelen heeft de inspectie als voldoende gewaardeerd. De persoonlijke positieve aandacht voor de leerlingen heeft de inspectie met goed gewaardeerd. Met zorg wordt het activiteiten- en leerstofaanbod vorm gegeven. Er is sprake van positieve persoonlijke aandacht en een respectvolle omgang tussen leraar en leerlingen en de leerlingen onderling. Er heerst een goede taakgerichte werksfeer. Bij de uitleg verduidelijken de leraren de doelen van het door hen geselecteerd materiaal. Ongeacht het feit dat niet alle noodzakelijke leerstofgebieden aan bod komen, is er binnen het pakket sprake van afwisseling in de activiteiten. Zo wordt er voorgelezen, zijn er kringactiviteiten, is er schriftelijk werk en worden er spelletjes gedaan. Wel heeft de inspectie voor de locatie in Canceleda aangegeven dat de kringactiviteiten beter zouden kunnen worden gedifferentieerd naar leeftijd. De indicator waarmee de aandacht voor het leren-leren wordt beoordeeld, heeft de inspectie nog met een onvoldoende moeten beoordelen. Zodra het team zich echter bij de samenstelling van het (activiteiten)aanbod meer laat leiden door methodisch materiaal, zal ook, naar verwachting, deze kwaliteit van het onderwijs/leerproces aan kwaliteit winnen, omdat doorgaans in het methodisch materiaal veel aanwijzingen staan om het strategisch onderwijs te stimuleren(6.1 tot en met 6.9). De leraren volgen maar zeer beperkt en bovendien sinds kort de vorderingen van de leerlingen. Zij beschikken daartoe niet over het relevante toetsmateriaal (7.1). De inspectie heeft wel op beperkte schaal de resultaten gezien op toetsen voor begrijpend lezen. De analyse van de vorderingen om vast te stellen wat de aanpassingen van het aanbod en/of het onderwijsleerproces moeten zijn, vindt dan ook in onvoldoende mate plaats (7.2). De resultaten van de leerlingen zijn tot nu toe nauwelijks geadministreerd, zodat over de jaren heen de vorderingen per leerling niet kunnen worden gevolgd. De indicatoren waarmee dit wordt beoordeeld, heeft de inspectie dan ook met zwak gewaardeerd. De differentiatie heeft de inspectie als voldoende gewaardeerd, omdat er, zoals al eerder is opgemerkt, over het algemeen in kleine groepjes wordt gewerkt, waarin de leerlingen zoveel mogelijk op hun niveau zijn geplaatst (7.3). De indelingen zijn echter voornamelijk gemaakt op basis van professionele intuïtie.


15

De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten (8.1). Zij doen over het algemeen enthousiast mee. Waar mogelijk, maken de leraren gebruik van aanschouwelijk materiaal. In de bespreking van de leerstof wordt regelmatig de belevingswereld van de leerlingen betrokken, waardoor zij hun opgedane kennis ook leren toepassen in andere situaties (8.2). De leerlingen tonen zich hiervoor geïnteresseerd. De leerlingen hebben nog geen verantwoordelijkheid voor het eigen leerproces (8.3). Dit zou kunnen verbeteren door met week/dagtaken of voor de kleuters met een planbord te gaan werken. Hiermee kunnen de leerlingen zelf de verantwoordelijkheid nemen voor de organisatie van hun eigen leerproces, die past bij hun ontwikkelingsniveau. Door het werken met weektaken zou ook de extra aandacht voor leerlingen voor een groot deel kunnen worden geïntegreerd in de groepslessen. Zo kunnen bijvoorbeeld in de weektaak extra taken per individu opgenomen worden, waardoor vervolgens de zorg planmatig onder de lessen kan worden uitgevoerd (11.3). Hierbij moet worden aangetekend dat in Torremolinos het zelfstandig werken wordt bemoeilijkt door het feit dat een groot aantal leerlingen zich bevindt in de taal-3 situatie. De sfeer op school is veilig en ondersteunend voor leerlingen. Personeel en leerlingen tonen zich betrokken bij de school. De betrokkenheid van ouders is echter wisselend. Sommige ouders zijn heel erg betrokken, andere veel minder. De school communiceert met de ouders via briefjes. Zij kunnen ook altijd telefonisch contact opnemen met de leraren. Het team organiseert behalve de Nederlandse feesten, andere activiteiten, zoals een sportdag, een winterdag, een verkeersdag en een stranddag. Ook verzorgt zij Nederlandse bijdragen op internationale en lokale dagen (klompendans). Uit het gesprek dat de inspectie met de ouders heeft gevoerd, bleek dat zij over het algemeen tevreden zijn over de school. Dit geldt ook voor de leerlingen met wie de inspectie tijdens haar bezoek heeft gesproken (9.1 tot en met 9.6). De indicatoren voor het aspect zorg heeft de inspectie met zeer zwak beoordeeld, omdat er nog geen sprake is van een structuur voor de zorg. Een belangrijke voorwaarde hiervoor is dat de leerlingen regelmatig worden gevolgd in hun ontwikkeling met behulp van methodegebonden en methodeonafhankelijke toetsen (11.1 tot en met 11.4). Zodra de leerlingen volgens de inschatting van de leraren extra aandacht nodig hebben, wordt deze ook naar beste kunnen gegeven en worden de ouders daarbij betrokken. Opbrengsten Door het ontbreken van gegevens over de resultaten heeft de inspectie de opbrengstgegevens als onvoldoende beoordeeld (12.1). Dit geldt eveneens voor de resultaten op tussenmomenten. De sociale vaardigheden (13.1) heeft de inspectie niet kunnen beoordelen, omdat de inspectie nog niet beschikt over een relevant instrumentarium om dit te beoordelen en de school op dit terrein eveneens niet over gegevens beschikt. Dit geldt ook voor indicator 13.2 waarmee wordt beoordeeld of leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften zich naar hun mogelijkheden ontwikkelen.


16

4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT Bij dit PKO heeft de inspectie ook een onderzoek gedaan naar de naleving van een aantal wettelijke voorschriften. Dit onderzoek betrof de wettelijke voorschriften over de geplande onderwijstijd en over een door het bevoegd gezag vastgestelde schoolgids en schoolplan. Tijdens het schoolbezoek heeft de inspectie het schoolplan niet kunnen beoordelen. Zodra dit haar is toegestuurd, zal zij dit document alsnog in haar kwaliteitsoordeel over de school betrekken.

De bevindingen van dit PKO leiden tot het volgende arrangement voor het vervolg van het toezicht (toezichtarrangement): De aangetroffen kwaliteit van het onderwijs op de school wordt door de inspectie als zwak beoordeeld. In beginsel volgt over twee jaar opnieuw een periodiek kwaliteitsonderzoek. In het komend jaar vindt een jaarlijks onderzoek plaats. De school heeft al tijdens het schoolbezoek contact gezocht met de SNOB met het verzoek om begeleiding bij de kwaliteitsverbeteringen. De SNOB heeft dit volgens de school ook toegezegd.


17

RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK NTC PRIMAIR ONDERWIJS DE PARASOL, MARBELLA, SPANJE

Recommend Documents