RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE HET DRIELUIK
School Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer
: : : :
Het Drieluik Almere 27XJ 94981
Datum schoolbezoek Datum vaststelling
: 11 en 12 juni 2007 : 13 september 2007
INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING ................................................................................................... 5 2 KWALITEITSPROFIEL REKENEN-WISKUNDE ................................................ 7 3 BESCHOUWING REKEN-WISKUNDEONDERWIJS......................................... 9
Rapport onderzoek rekenen-wiskunde, Het Drieluik, d.d. 11 en 12 juni 2007
3
1 INLEIDING Het onderzoek rekenen-wiskunde Op 11 en 12 juni 2007 bezocht de Inspectie van het Onderwijs oecumenische basisschool Het Drieluik te Almere in het kader van een themaonderzoek rekenen-wiskunde. Dit onderzoek vond plaats in aanvulling op het reguliere PKO. Tijdens dit onderzoek onderzocht de inspectie de kwaliteit van het rekenwiskundeonderwijs op de school. Het gaat hierbij om indicatoren die betrekking hebben op het aanbod, de onderwijstijd, het didactisch handelen van leraren, de afstemming op de onderwijsbehoeften van leerlingen, de actieve en zelfstandige rol van leerlingen, de begeleiding, de zorg, de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen. De indicatoren zijn specifiek voor het leer- en vormingsgebied rekenen-wiskunde geformuleerd. Indien de school in het kader van zelfevaluatie over een bepaalde indicator of over een bepaald kwaliteitsaspect dat een relatie heeft met het rekenwiskundeonderwijs voldoende betrouwbare en valide gegevens heeft verzameld kan in overleg tussen school en inspectie besloten worden om de oor delen uit de zelfevaluatie alleen te verifiëren en deze niet zelf opnieuw te onderzoeken. Zo sluit de inspectie niet alleen aan bij de specifieke situatie van de school, maar wordt de school bovendien niet onnodig belast. Uw school heeft naast de schoolgids en het schoolplan documenten ingestuurd die op uw zelfevaluatie-activiteiten betrekking hebben. Het betrof de volgende documenten: • Schoolontwikkelingsplan 2006-2007; • Overzichtsblad managementrapportage; • Verslag PO-spiegel (verslag enquête maart 2007); • Verslag interne visitatie, voorjaar 2007; • Huidige en ontwikkelresultaten tbv. Groot Zorgoverleg dd 20-0307; • Cito-entree groep 7 toetsgegevens 2006 en 2007. De opzet van het onderzoek Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Analyse van documenten die betrekking hebben op zelfevaluatieactiviteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd. • Schoolbezoek, waarbij in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen rekenen en wiskunde. Deze lesbezoeken vonden plaats in de groepen 2, 4, 6 en 8. • Bovendien heeft de inspectie over de kwaliteit van de indicatoren gesprekken gevoerd met de directie en de intern begeleider(s) en twee leraren met specifieke deskundigheid voor rekenen-wiskunde.
Rapport onderzoek rekenen-wiskunde, Het Drieluik, d.d. 11 en 12 juni 2007
5
•
Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de kwaliteitsoordelen en de conclusies van het schoolbezoek besproken met directie en team. Daarbij was een vertegenwoordiging van het bevoegd gezag aanwezig.
De inhoud van het rapport Het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs levert een kwaliteitsprofiel op van de school (hoofdstuk 2). Vervolgens wordt in hoofdstuk 3 een beschouwing gegeven over de geconstateerde kwaliteit van het rekenwiskundeonderwijs.
Rapport onderzoek rekenen-wiskunde, Het Drieluik, d.d. 11 en 12 juni 2007
6
2 KWALITEITSPROFIEL REKENEN-WISKUNDE Het kwaliteitsprofiel geeft een overzicht van de waarderingen die de inspectie heeft toegekend aan indicatoren voor het reken-wiskundeonderwijs. In de waardering is tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs: 1. draagt niet of nauwelijks bij; 2. draagt onvoldoende bij; 3. draagt voldoende bij; 4. draagt in hoge mate bij; 5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van leerlingen). Deze waardering is gegeven indien de school over bepaalde indicatoren geen betrouwbare en valide gegevens beschikbaar heeft. Het kwaliteitsprofiel van Het Drieluik
Leerstofaanbod 3.1 De aangeboden leerinhouden voor rekenen-wiskunde zijn dekkend voor de kerndoelen 3.4 De leerinhouden voor rekenen-wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van groep 8 3.5 De leerinhouden voor rekenen-wiskunde in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan 3.6 De leerinhouden voor rekenen-wiskunde zijn afgestemd op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen
Tijd 4.4 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd voor rekenen-wiskunde 4.5 De school stemt de hoeveelheid tijd voor leren en onderwijzen bij rekenen-wiskunde af op de onderwijsbehoeften van leerlingen
Didactisch handelen van leraren 6.1 De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer tijdens de lessen rekenen-wiskunde 6.3 De leraren leggen bij rekenen-wiskunde duidelijk uit 6.5 De leraren bevorderen strategisch denken 6.9 De leraren dragen met behulp van leer- en hulpmiddelen bij aan een ondersteunende leeromgeving.
Rapport onderzoek rekenen-wiskunde, Het Drieluik, d.d. 11 en 12 juni 2007
1
2
3
4
l l l l
1
2
3
4
l l
1
2
3
4
l l l l
7
Afstemming 7.1 De leraren volgen de vorderingen van hun leerlingen in rekenen-wiskunde systematisch 7.2 De leraren analyseren de vorderingen van de leerlingen om vast te stellen wat bij rekenen-wiskunde de aanpassingen van het aanbod en/of het onderwijsleerproces moeten zijn voor de groep 7.3 De leraren stemmen de instructie en verwerking bij rekenenwiskunde af op de verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen
Actieve en zelfstandige rol van leerlingen 8.1 De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten in het kader van rekenen-wiskunde
Begeleiding 10.1 De school gebruikt een samenhangend systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen met betrekking tot rekenenwiskunde
Zorg 11.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens met betrekking tot rekenen-wiskunde, bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen 11.3 De school voert de zorg planmatig uit 11.4 De school gaat de effecten van de zorg na
Resultaten 12.1 De resultaten van de leerlingen voor rekenen-wiskunde liggen aan het eind van de schoolperiode ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht
Ontwikkeling van leerlingen 13.1 De resultaten van de leerlingen voor rekenen-wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht
1
1
2
3
4
l l l
1
2
3
4
3
4
l
1
2
l
1
2
3
4
l l l
2
3
4
5 l
1
Rapport onderzoek rekenen-wiskunde, Het Drieluik, d.d. 11 en 12 juni 2007
2
3
4
5 l
8
3 BESCHOUWING REKEN-WISKUNDEONDERWIJS In dit hoofdstuk wordt een beschouwing gegeven over het rekenwiskundeonderwijs en worden de oordelen op de indicatoren toegelicht. Algemeen beeld en toelichting In het PKO-rapport is het algemene beeld van de oecumenische basisschool 'Het Drieluik' beschreven. Wat betreft het rekenen/wiskundeonderwijs is daar nog het volgende aan toe te voegen. Opbrengsten De inspectie waagt zich niet aan een uitspraak over de vraag of de opbrengsten van het rekenonderwijs aan het eind van de schoolperiode liggen op het niveau dat verwacht mag worden op basis van de kenmerken van de leerlingenpopulatie. De school bestaat pas sinds augustus 2004. Sindsdien zijn elke maand nieuwe leerlingen ingestroomd die verhuisden naar de om de school heen gelegen nieuwbouwwijk. De school neemt niet deel aan de CITO eindtoetsen in groep 8. Voor de eindopbrengsten van de school kijkt de inspectie naar de resultaten van de Entreetoetsen die in groep 7 worden afgelegd. De resultaten daarvan betreffen nog slechts een gering aantal leerlingen. De weinige gegevens van de eerste twee jaren dat de school bestaat, geven aan dat een deel van de ingestroomde leerlingen de ondergrens rekenen van de Entreetoets niet haalt. Ook over de rekenresultaten gedurende de schoolperiode geeft de inspectie nog geen oordeel. De uitkomsten van de tussentoetsen betreffen weinig leerlingen en het gaat merendeels om leerlingen die nog maar kort op Het Drieluik zitten. De toetsen die een eerste totaalbeeld van de prestaties van de leerlingen geven, betreffen de M -toetsen die rond februari-maart 2007 in verschillende groepen zijn afgenomen. Het aantal leerlingen dat op de M4 toets voor Rekenen-wiskunde scoort op D/E-niveau, ligt boven de norm die de inspectie hanteert (maximaal een kwart van de populatie scoort op niveau D/E). Ook in groep 6 bleven te veel leerlingen steken op het niveau D/E. We kunnen concluderen dat zowel de leerlingen in groep 4 als die in groep 6 relatief lage scores voor rekenen/wiskunde laten zien. Het betreft in ongeveer de helft van de gevallen net ingestroomde leerlingen, die een ingrijpende verhuizing achter de rug hebben. De school heeft ter verificatie in groep 6 ook de Tempo Toets Rekenen afgenomen. De scores bleken bij bijna alle leerlingen (op één na) te laag te liggen. De school zal een aanzienlijke inspanning moeten leveren om deze scores vóór het eind van de basisschool omhoog te tillen.
Rapport onderzoek rekenen-wiskunde, Het Drieluik, d.d. 11 en 12 juni 2007
9
Leerstofaanbod Het leerstofaanbod voor het rekenen/wiskundeonderwijs voldoet. De school beschikt over een rekenmethode voor de groepen 3 t/m 8 die is gebaseerd op 'interactief realistisch rekenen'. De methode voldoet aan de kerndoelen en sluit aan bij de belevingswereld van de leerlingen. In de groepen 1 en 2 wordt de methode relatief minder ingezet en vinden ontwikkelingsactiviteiten op het gebied van rekenen plaats in het verband van de gekozen thema's. Het aanbod is al enigszins uitgewerkt en vastgelegd aan de hand van leerlijnen voor groep 1 en 2. Het precieze aanbod zou nog vaster gekoppeld kunnen worden aan de thematische planningen/projecten. In het onderwijs maken de leraren in alle groepen daarnaast voldoende gebruik van hulpmiddelen; er is een arsenaal aan spelvormen voor rekenen verzameld. Voortdurend proberen leerkrachten rekenactiviteiten te plaatsen in betekenisvolle situaties. Binnen de methode is er ook aandacht voor (het aanbod aan) meer begaafde leerlingen.Tevens wordt ICT sinds kort ingezet: deels biedt de methode daar materiaal voor, deels begint men gebruik te maken van door de school aangeschafte softwareprogramma's voor rekenen. Leertijd Volgens opgave van de school besteden de leraren ongeveer 20% van de lestijd aan rekenen/wiskundeonderwijs vanaf groep 3. In de groepen 1-2 is het aandeel rekenen/wiskunde tussen de 10 á 15% van de lestijd. Voor leerlingen die meer of minder tijd nodig hebben, wordt de leertijd in beperkte mate gevarieerd. Men werkt in de school vanaf de onderbouw reeds met een takensysteem, zodat leerlingen zelf de volgorde kunnen kiezen waarin ze het werk doen en in hun eigen tempo. Bij de observatie van de lessen bleek dat een flink deel van de leerlingen moeite heeft om de tijd goed te benutten die ze voor de uitvoering van de taken hebben. De geroosterde tijd wordt in dit opzicht niet voldoende effectief benut. Huiswerk wordt zeer beperkt als middel ingezet. Onderwijs en leren Wanneer de leerlingen met hun taken uit de methode bezig zijn, ondersteunen de leerkrachten de activiteiten op positieve wijze. Zoals ook in het algemene deel van het PKO rapport al is beschreven, hebben de leerkrachten een goede coachende houding. Zij zien op sommige momenten in de les echter geen kans om overal alle leerlingen van de combinatiegroep te woord te staan. Daardoor gaat een deel van de lestijd met wachten verloren en neemt de betrokkenheid bij de les af. De afstemming van het onderwijs op de verschillen tussen de leerlingen wordt met behulp van de methode behoorlijk gereguleerd. De in gebruik zijnde rekenmethode biedt voldoende mogelijkheden tot differentiatie bij de verwerking. Ook bij de instructie wordt in de meeste gevallen gedifferentieerd: men werkt met een korte instructie voor de hele groep en uitgebreidere instructie voor kinderen die dat nodig hebben. In de groepen 1 en 2 volgen de leerkracht en ook de leerling zelf de activiteiten van de leerlingen aan de hand van dagritmekaarten; vanaf groep 3 hebben leerlingen weektaakoverzichten. De leerkrachten doen veel moeite om aan de leerlingen, die op verschillende niveaus werken, op adequate wijze nadere aanwijzingen te geven en - waar mogelijk - ook inhoudelijke feedback te geven. Binnen rustige groepen slagen de leerkrachten daarin - vanzelfsprekend - beter dan in onrustige groepen.
Rapport onderzoek rekenen-wiskunde, Het Drieluik, d.d. 11 en 12 juni 2007
10
Zorg De school werkt met een helder systeem van observaties (aan de hand van de leerlijnen van Kijk bij de kleuters) en van toetsing met methodeonafhankelijke toetsen (in de overige groepen). Al deze uitkomsten leiden elke zes weken tot bespreking met de interne begeleider en in een aantal gevallen tot interventies. Bij opmerkelijk lage scores wordt veelal gekozen voor een groepsgewijze aanpak en stelt de leerkracht een groepshandelingsplan op. Op de uitvoering daarvan is echter beperkt zicht en het resultaat wordt niet altijd voldoende geëvalueerd. Daarbij komt dat de school in de bovenbouw geen voorziening kent voor 'remedial teaching', terwijl zich daar een flink aantal leerlingen met een enigszins afwijkende ontwikkelingsgang aandient. De instromende leerlingen hebben soms moeite te wennen aan de aanpak van de voor hen nieuwe rekenmethode. Remediërende hulp moet dus zoveel mogelijk door de leerkracht(en) in de groep plaatsvinden. Daarbij hebben zij steun van de vele studenten die op Het Drieluik hun opleidingsstage lopen. Wel moet worden gezegd dat de ene leerkracht of student in opleiding in staat tot meer doelgerichte remedial teaching op rekengebied dan de andere. In de groepen 7 en 8 en soms al eerder worden leerlingen die het gemiddelde niveau niet kunnen bijbenen, op een eigen leerlijn gezet. De inspectie wijst op het gevaar dat dit laatste in een te vroeg stadium gebeurt.
Rapport onderzoek rekenen-wiskunde, Het Drieluik, d.d. 11 en 12 juni 2007
11