RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK O.B.S. DE STELLING
School Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer
: : : :
o.b.s. De Stelling Makkinga 13OD 73451
Datum schoolbezoek Datum vaststelling
: 30 maart 2006 : 2 juni 2006
INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING ................................................................................................... 5 2 DE UITGANGSSITUATIE VAN DE SCHOOL ................................................. 7 3 OORDEEL OVER DE I NDICATOREN ............................................................. 9 4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT................................................................. 13
Rapport jaarlijks onderzoek o.b.s. De Stelling - 30 maart 2006
3
1 INLEIDING Het jaarlijks onderzoek Op 30 maart 2006 bezocht de Inspectie van het Onderwijs o.b.s. De Stelling in het kader van een jaarlijks onderzoek (JO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar een aantal indicatoren uit het door de inspectie gehanteerde toezichtkader primair onderwijs 2005. De indicatoren betreffen de volgende kwaliteitsaspecten: •
De school zorgt systematisch voor behoud en verbetering van de kwaliteit van haar onderwijs;
•
De resultaten van de leerlingen liggen ten minste op het niveau dat mag worden verwacht;
•
De leerlingen ontwikkelen zich naar verwachting.
In de brochure 'Toezichtkader PO 2005' vindt u achtergrondinformatie over de indicatoren die de inspectie bij haar toezicht in ogenschouw heeft genomen. U kunt deze brochure downloaden van de website van de inspectie: www.onderwijsinspectie.nl. Zoals in het toezichtkader primair onderwijs 2005 is vastgelegd, gaat de inspectie zoveel mogelijk uit van de gegevens die de school zelf over de eigen kwaliteit heeft verzameld. Daarmee sluit de inspectie aan bij de specifieke situatie van de school en wordt de school bovendien niet onnodig belast. U heeft naast de schoolgids en het schoolplan een aantal documenten ingestuurd, onder andere: • kenmerken van de leerlingenpopulatie; • evaluatie verbeteren studievaardigheden; • aandachtspunten bij de nieuwe rekenmethode; • afspraken klassenconsultaties en functioneringsgesprekken; • notulen evaluatievergadering, juni 2005; • jaarverslag 2004-2005.
Rapport jaarlijks onderzoek o.b.s. De Stelling - 30 maart 2006
5
De opzet van het onderzoek Het jaarlijks onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: • Analyse van, indien beschikbaar, documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie-activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd. Ook de jaarlijkse vragenlijst en de aanvullende vragenlijst jaarlijks onderzoek zijn bij de analyse betrokken. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Schoolbezoek, waarbij gesprekken met de directie en -voor zover van toepassing- met de coördinatie leerlingenzorg zijn gevoerd over de onderzochte indicatoren en de ontwikkeling en voornemens van de school met name op onderwijsinhoudelijk terrein. In het gesprek met de directie is tevens de invulling van het eerstvolgende periodiek kwaliteitsonderzoek voorbereid. De inhoud van het rapport Het onderzoek naar de kwaliteit van de hiervoor genoemde aspecten van het onderwijs levert oordelen op een aantal indicatoren op. Na een korte beschrijving van de uitgangssituatie van de school (hoofdstuk 2), worden in hoofdstuk 3 deze indicatoren en de oordelen van de inspectie in een tabel weergegeven en van een toelichting voorzien. In hoofdstuk 4 zijn de afspraken over de invulling van het onderzoek in het volgende kalenderjaar aangegeven en worden, indien noodzakelijk, afspraken vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.
Rapport jaarlijks onderzoek o.b.s. De Stelling - 30 maart 2006
6
2 DE UITGANGSSITUATIE VAN DE SCHOOL De Stelling maakt deel uit van het scholennetwerk van het openbaar primair onderwijs in de gemeente Ooststellingwerf. De school wordt bezocht door circa 115 leerlingen. Kenmerkend voor de school is dat de leerlingenpopulatie voor 17 procent bestaat uit leerlingen met een extra gewicht voor de formatie. Voor het merendeel zijn dit zogenoemde 1.25 leerlingen. Het leerlingenaantal groeit de laatste jaren licht. Vorig schooljaar is een aantal leerlingen die voor extra begeleiding in aanmerking komen, van een andere school ingestroomd. Dit heeft de nodige energie en tijd gevraagd van de school. Onzekerheid bestaat over de vraag hoe de personele bezetting na de zomervakantie zal zijn. In 2005 is de school door de inspectie bezocht in het kader van een periodiek kwaliteitsonderzoek. Op dat moment werden zes van de acht kwaliteitsaspecten als voldoende beoordeeld. De tijd en de opbrengsten waren nog van onvoldoende kwaliteit. De school had voor de groepen 5 tot en met 8 te weinig onderwijstijd gerealiseerd. De opbrengsten aan het eind van de basisschool lagen onder het niveau dat verwacht mag worden. De resultaten gedurende de basisschool lagen wel binnen de norm die de inspectie hanteert, waarbij werd aangetekend dat de resultaten van groep 6 tegenvielen. Toen de opbrengsten in 2004 werden beoordeeld tijdens een jaarlijks onderzoek, lagen de resultaten aan het eind eveneens onder het te verwachten niveau. Ook toen lagen de tussentijdse resultaten binnen de norm. De directie noemt verder geen ontwikkelingen in de context van de school, die van invloed zijn op de schoolontwikkeling en de kwaliteit van het onderwijs.
Rapport jaarlijks onderzoek o.b.s. De Stelling - 30 maart 2006
7
3 OORDEEL OVER DE INDICATOREN De waarderingen die over de onderzochte indicatoren zijn gegeven, staan vermeld in de onderstaande tabellen. Iedere tabel wordt gevolgd door een toelichting op deze waarderingen van de inspectie. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs. In de waardering op de indicatoren is tot uitdrukking gebracht in welke mate deze bijdragen aan de kwaliteit van het desbetreffende kwaliteitsaspect: 1. draagt niet of nauwelijks bij; 2. draagt onvoldoende bij; 3. draagt voldoende bij; 4. draagt in hoge mate bij; 5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van leerlingen). Deze waardering is gegeven indien de school geen betrouwbare en valide gegevens over haar opbrengsten beschikbaar heeft. o.b.s. De Stelling Kwaliteitszorg
1.1 De school heeft inzicht in de verschillen in onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 1.2 De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten. 1.3 De school evalueert regelmatig het leren en onderwijzen. 1.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 1.5 De school borgt de kwaliteit van het leren en onderwijzen. 1.6 De school rapporteert aan belanghebbenden inzichtelijk over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs. 1.7 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en personeel.
1
2
3
4
l l l l l l l
Toelichting: De wijze waarop de school de specifieke kenmerken van de leerlingenpopulatie in kaart brengt, is in voldoende mate zichtbaar gemaakt in een apart document. Daarin wordt expliciet ingegaan op de consequenties die de school hieruit trekt voor de inrichting van haar onderwijs. Apart wordt aandacht besteed aan doelen voor opbrengsten. Het is raadzaam om hier niet alleen doelen te formuleren voor leerlingen die voor een zorgtraject in aanmerking komen, maar ook voor meer- en hoogbegaafden. Dit zou in relatie gebracht kunnen worden met het beeld dat de school heeft ten aanzien van het verwachtingspatroon dat ouders hebben als hun leerlingen naar het voortgezet onderwijs gaan. Naar aanleiding van het vorige inspectiebezoek heeft de school de resultaten aan het eind van de basisschool geanalyseerd. Dit heeft zij gedaan met behulp van de gegevens van de eindtoets (groep 8) en de entreetoets (groep7). Dit heeft geleid tot een aantal verbeteracties met een bepaalde, te verwachten score als meetbare doelstelling. Een aantal voorbeelden van verbeteractiviteiten: implementatie van de nieuwe methode begrijpend lezen, de aanschaf van nieuwe methodes voor de kennisgebieden, het optimaliseren van het werken met de rekenmethode, extra aandacht voor het werken met meerkeuzevragen en studievaardigheden. Rapport jaarlijks onderzoek o.b.s. De Stelling - 30 maart 2006
9
De resultaten op toetsen gedurende de basisschoolperiode zijn eveneens geanalyseerd. Het behaalde niveau wordt beschouwd als ijkpunt om te bezien of verbeteractiviteiten het gewenste effect hebben. Hoewel de inspectie oordeelt dat de school in voldoende mate haar opbrengsten evalueert, is zij van mening dat de evaluatie aan kracht kan winnen door de resultaten van meerdere jaren te betrekken bij de analyse. Daarnaast zou, analoog aan de analyse van de eindopbrengsten, ook bij de tussentijdse opbrengsten expliciet verbeteracties kunnen worden vastgelegd. Recentelijk heeft de school met behulp van kwaliteitskaarten een start gemaakt met het in kaart brengen van haar sterke en zwakke kanten. In de komende schoolperiode zal deze werkwijze worden voortgezet en worden beschreven in het schoolplan. Ouders worden betrokken bij die evaluatie, leerlingen echter niet. De verworven kwaliteit wordt geborgd door het inzetten van klassenconsultaties en het regelmatig bespreken van gemaakte afspraken in teamvergaderingen. Verantwoording aan belanghebbenden legt de school af in een jaarverslag. Dit document wordt besproken met de medezeggenschapsraad en wordt uiteindelijk vastgesteld door het bevoegd gezag. Tevens ligt het ter inzage op de school. Een beknopte weergave van het jaarverslag is in de schoolgids opgenomen. Het oordeel of de school de sociale veiligheid van leerlingen en personeel beleidsmatig waarborgt, baseert de inspectie op de antwoorden op de volgende drie vragen: heeft de school een actueel inzicht van de veiligheidsbeleving door leerlingen en personeel en van incidenten die zich voordoen; doet de school beleidsmatig voldoende om incidenten zoveel mogelijk te voorkomen en heeft zij beleid dat zich richt op het adequaat afhandelen van incidenten als ze toch optreden. De inspectie is op basis hiervan van mening dat de sociale veiligheid nog in onvoldoende mate is gewaarborgd. Een aantal onderdelen van het veiligheidsbeleid is inmiddels beschikbaar, andere onderdelen zijn in ontwikkeling. Preventie van incidenten staat deels beschreven in een aantal bovenschoolse notities. Daarnaast is een pestprotocol vastgesteld. Mochten incidenten zich voordoen dan heeft de school een aantal maatregelen tot haar beschikking, zoals onder andere schorsing en verwijdering. Aanwijzingen welk grensoverschrijdend gedrag tot welke maatregel leidt, dient nog te worden beschreven. Ook het onderdeel van het veiligheidsbeleid dat beschrijft op welke wijze en met wie het beleid wordt geëvalueerd, zal nog een plaats moeten krijgen. Resultaten 12.1 De resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 12.2 De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.
Rapport jaarlijks onderzoek o.b.s. De Stelling - 30 maart 2006
1
2
3
4
5
l l
10
Toelichting: Voor het beoordelen van de resultaten aan het einde van de schoolperiode maakt de inspectie gebruik van gegevens van genormeerde toetsen over een periode van drie schooljaren, waarbij deze gegevens worden afgezet tegen die van scholen met een soortgelijke leerlingenpopulatie. Bij de analyse van de resultaten van de eindtoetsen houdt de inspectie rekening met de zorgprofielen en de daaraan gekoppelde leerlingendossiers. Voor De Stelling geldt dat de resultaten van alle drie de jaren onder het niveau liggen dat verwacht mag worden. Wel laten de resultaten van het meest recente jaar een lichte stijgende lijn zien ten opzichte van eerdere resultaten. De school beschikt niet over genormeerde gegevens met betrekking tot het verwerven van sociale vaardigheden. Daarom beoordeelt de inspectie dit onderdeel niet. Wel gebruikt de school een observatie-instrument om de sociaal-emotionele ontwikkeling van alle leerlingen te volgen. Voorts is er schoolbeleid wanneer vervolgacties worden ondernomen. Daarnaast heeft de school een beredeneerd aanbod voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. Gelet op het bovenstaande concludeert de inspectie dat de school in voorwaardelijke zin een goede en planmatige bijdrage levert aan de ontwikkeling van sociale vaardigheden van haar leerlingen. Ontwikkeling van leerlingen 13.1 De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 13.3 De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van 8 jaar.
1
2
3
4
5
l l
Toelichting: Het oordeel over de resultaten gedurende de schoolperiode baseert de inspectie op de resultaten voor technisch lezen (groep 3 en 4), begrijpend lezen (groep 6) en rekenen en wiskunde (groep 4 en 6). Na analyse komt de inspectie tot het oordeel dat de tussenopbrengsten op het niveau liggen dat verwacht mag worden. Voor drie van de vijf toetsen geldt dat de resultaten boven de ondergrens liggen die de inspectie hanteert. Voor de beoordeling of leerlingen in beginsel de school binnen de verwachte periode van acht jaar doorlopen, analyseert de inspectie het percentage zittenblijvers in de leerjaren 3 tot en met 8. De doorstroming gedurende de schoolperiode wijkt niet ongunstig af van het landelijk gemiddelde.
Rapport jaarlijks onderzoek o.b.s. De Stelling - 30 maart 2006
11
4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT Afspraak met betrekking tot wettelijke bepalingen Bij dit jaarlijks onderzoek heeft de inspectie ook een onderzoek gedaan naar de naleving van een aantal wettelijke voorschriften. Dit onderzoek betrof de wettelijke voorschriften over de geplande onderwijstijd en over een door het bevoegd gezag vastgestelde schoolgids en schoolplan. Op basis van dit onderzoek zal de schoolgids op enkele punten worden aangepast aan de wettelijke voorschriften zoals in het gesprek met de directeur is aangegeven. De onderwijstijd en het schoolplan voldoen wel aan de wettelijke bepalingen. Afspraken over de invulling van het eerstvolgende PKO Het volgende bezoek van de inspectie zal in beginsel bestaan uit een periodiek kwaliteitsonderzoek (PKO). Op basis van de gegevens die de inspectie heeft verkregen bij dit jaarlijks onderzoek worden vooralsnog geen veranderingen aangebracht in de inhoud van het eerstvolgende PKO. In aanloop naar het volgende onderzoek zal de inspectie in samenspraak met de school bezien welke specifieke aanpassingen wenselijk zijn voor verdieping van dat onderzoek.
Rapport jaarlijks onderzoek o.b.s. De Stelling - 30 maart 2006
13