Rapport B.02.0454.A Nieuwbouw kantoor Melexis Onroerend Groen, De Meern
GreenCalc-berekening
Opgesteld in opdracht van: Gemeente Utrecht Dienst Stadsontwikkeling en Milieu Postbus 8406 3503 RK UTRECHT
Contactpersoon: de heer A. Harting Tel.nr.
: (030) 286 42 42
Fax nr.
: (030) 294 66 34
Arnhem, 2 oktober 2002 Ir. P.J. van Bergen mevrouw Ir. A.Q. Ubbels HW R.13.001
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
Melexis Onroerend Groen, De Meern
Rapport B.02.0454.A
INHOUDSOPGAVE
PAGINA
1.
INLEIDING ......................................................................................................................... 3
2.
GREENCALC REKENMETHODIEK ................................................................................ 4 2.1
Algemeen ..................................................................................................................... 4
2.2
Milieu-index ................................................................................................................. 4
2.3
Het rekenmodel ............................................................................................................ 5
3.
UITGANGSPUNTEN GREENCALC-BEREKENINGEN................................................. 7
4.
RESULTATEN GREENCALC-BEREKENINGEN ........................................................... 9
5.
CONCLUSIE ..................................................................................................................... 11
Bijlage 1 : Invoergegevens basisvariant Bijlage 2 : Invoergegevens referentie 1990 Bijlage 3: Resultaten basisvariant
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
2
Melexis Onroerend Groen, De Meern
1.
Rapport B.02.0454.A
INLEIDING
Voor de nieuwbouw van het kantoor Melexis van Onroerend Groen BV in De Meern heeft DGMR
Raadgevende
Ingenieurs
BV,
in
opdracht
van
de
Gemeente
Utrecht,
Dienst Stadsontwikkeling en Milieu, een milieukostenberekening gemaakt. De milieukosten zijn berekend met het programma GreenCalc. Het doel van deze berekening is het inzichtelijk maken van de milieukostenconsequenties van keuzes voor duurzame bouwmaterialen. In een later stadium is het mogelijk de milieuvriendelijkheid van het gebouw te vergelijken met andere gebouwen met dezelfde functie.
De nieuwbouw van het kantoor Melexis wordt gerealiseerd nabij het centrum van de Meern, vlakbij het toekomstige NS-station. Twee verdiepingen worden door Melexis Telecom gebruikt, van de overige verdiepingen zijn de toekomstige gebruikers nog niet bekend. In het gebouw bevinden zich onder andere kantoorruimten, spreekkamers, een werkplaats en een kantine. Het is de bedoeling dat het ontwerp voor dit kantoor ook op andere plaatsen wordt gerealiseerd.
In dit rapport wordt de berekening gegeven van de milieukosten volgens de bestekstukken van Architectenbureau Van Zeeland van 27 juni 2002, de Technische Werkomschrijving W,- E en S-installaties van Unica van 23 augustus 2002 en de (gecorrigeerde) EPC-berekening van 2 september 2002.
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
3
Melexis Onroerend Groen, De Meern
2.
GREENCALC REKENMETHODIEK
2.1
Algemeen
Rapport B.02.0454.A
GreenCalc is een hulpmiddel voor het beoordelen en vergelijken van de mate van duurzaamheid van gebouwen. Het programma is door Sureac en DGMR voor de Rijksgebouwendienst (Inspectie Milieuhygiëne voor de Rijkshuisvesting) ontwikkeld. De mate van duurzaamheid, het Duurzaam Bouwen (DUBO), wordt gemeten door het bepalen van de belasting die het gebouw gedurende zijn bestaansperiode (bouw, exploitatie en sloop) op het milieu heeft. Deze maat wordt uitgedrukt in euro, de milieukosten. De milieukosten zijn de kosten die zouden moeten worden gemaakt om de milieuschade die door een bouwproject wordt veroorzaakt te kunnen herstellen. Zowel de milieugevolgschade van de bouwmaterialen over hun hele levenscyclus als de milieueffecten tijdens het gebruik van het gebouw, worden in geld uitgedrukt als zogenaamde verzonken milieulasten. De monetarisering van de milieukosten is nog niet afgerond. Daarom gaat GreenCalc uit van door NIBE globaal ingeschatte milieukosten. De berekende milieukosten betreffen niet de werkelijke bouwkosten voor de realisatie van het gebouw. De milieukosten van een nieuw te bouwen gebouw kunnen zo tegen alternatieven worden afgewogen. Het kunnen alternatieve materiaalkeuzen, alternatieve bouwmethodes of een heel ander gebouw of een andere locatie zijn. Verder kan het de keus tussen nieuwbouw en renovatie op het gebied van de duurzaamheid verduidelijken.
2.2
Milieu-index De milieu-index wordt bepaald door de milieukosten van het te beoordelen gebouw te vergelijken met die van een referentiegebouw. Qua grootte en indeling is het referentiegebouw hetzelfde gebouw als het te beoordelen gebouw. Het verschil is dat materialen en installaties worden ingevoerd die gangbaar waren in 1990; dit in het kader van ‘factor 20’*. In formule uitgedrukt: GreenCalc milieu-index = referentiekosten / verborgen milieukosten x 100 Dat wil zeggen dat hoe hoger de milieu-index is, hoe milieuvriendelijker het gebouw is. *
in het kader van het DTO-programma (Duurzame Technologische Ontwikkeling) is in 1990 ten aanzien van duurzaam bouwen de doelstelling geformuleerd om de milieubelasting ten gevolge van bouwen en van het gebruik van de gebouwde omgeving in 50 jaar tijd met een ‘factor 20’ terug te brengen. De mondiale druk op het milieu (bepaald door het aantal mensen op de wereld, de welvaart per hoofd van de wereldbevolking en de belasting op het milieu) zou daarmee in 2040 zijn gehalveerd. In het kader van het DTO-programma zijn vier voorbeelden ontworpen.
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
4
Melexis Onroerend Groen, De Meern
Rapport B.02.0454.A
De milieu-index van een referentiegebouw is 100. Ter illustratie: de referentie is bouwkwaliteit 1990 anno 2001 wordt gebouwd met de Rgd bouwt nu met een goede waarde nu zou zijn gewenst over enkele jaren technisch mogelijk maar kostbaar is factor 20 betekent
milieu-index 100 110-130 140-160 220-250 380-400 400-800 2.000
vier ontwerpen DTO index ontwerp 1450 Mecanoo 1950 Pijnenborgh 2400 Kristinsson 3400 Kroll
De milieuvriendelijkheid van een gebouw uitdrukken in een milieu-index in plaats van louter in milieukosten heeft twee voordelen. Enerzijds kunnen, qua vorm en afmeting, verschillende gebouwen met elkaar worden vergeleken, anderzijds kan de milieuvriendelijkheid van eenzelfde gebouw in verschillende ontwerpstadia worden vergeleken. In bijvoorbeeld de bestekfase kunnen gegevens meer gedetailleerd worden ingevoerd, omdat meer gegevens bekend zijn dan in het stadium van schetsontwerp. Toch kunnen de indices met elkaar worden vergeleken, omdat de referentie op eenzelfde detailniveau wordt ingevoerd.
2.3
Het rekenmodel Het rekenprogramma bestaat uit een aantal modules, namelijk: materialen, energie, water en mobiliteit. In het programma worden zowel de milieukosten als de milieu-index per module aangegeven.
Materialen GreenCalc berekent de milieubelasting als gevolg van materiaalgebruik volgens het LCA/TWIN-Model (NIBE). In de ontwerp- en bestekfase kunnen hiermee afwegingen en materiaalkeuzen worden gemaakt.
Energie Het berekenen van het energiegebruik gebeurt in GreenCalc aan de hand van een energieprestatieberekening. Deze berekening is gekoppeld aan de energieprestatienormering volgens NEN 2916, die op haar beurt is gekoppeld aan de milieu-effecten van het gebruik van bepaalde vormen van energie. Hiermee kan in elke fase van de ontwikkeling van een kantoorgebouw informatie over het te verwachten energiegebruik en de milieukosten gedurende de gebruiksfase van het gebouw worden verkregen.
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
5
Melexis Onroerend Groen, De Meern
Rapport B.02.0454.A
Water Met de watermodule van GreenCalc worden de effecten van het zuinig gebruik van drinkwater, de keuze van het sanitair en de toepassing van grijswatercircuits berekend. De milieu-effecten zijn
hierbij
gebaseerd
op
het
WaterPrestatieModel
van
de
Rijksgebouwendienst
(BOOM/Opmaat).
Mobiliteit In de mobiliteitsmodule van GreenCalc worden de milieukosten van de gebouwlocatie ten opzichte van de omgeving en de infrastructuur, de bebouwingsdichtheid, de eigen vervoersmogelijkheden
en
de
mogelijkheden
van
het
openbaar
vervoer
bepaald.
BEDS ontwikkeling (Bouwinfo Koster).
Vier stappen Een GreenCalc-berekening bestaat uit vier stappen: 1. kwantificeren: alle gebouwgegevens worden ingevoerd in het programma (hoeveelheden materiaal, installatieconcept (energie en water) en de locatie ten opzichte van openbaar vervoer). Een referentiegebouw kan eveneens worden ingevoerd. Het programma zelf rekent de milieubelasting uit in kg CO2, kg SO2 of een andere relevante eenheid; 2. monetariseren: het programma rekent de verborgen milieukosten uit per milieubelastingseenheid en per ingevoerd gegeven; 3. sommeren: het programma telt de milieukosten per onderdeel (fundering, gebouwschil, afwerking, afbouw, installatievoorzieningen, vaste inrichting, terrein), per module (materiaal, energie, water, mobiliteit) en voor het totale gebouw bij elkaar op; 4. indiceren: na het invoeren van een referentiegebouw berekent het programma zelf automatisch de milieu-index voor het totale gebouw en voor de modules afzonderlijk.
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
6
Melexis Onroerend Groen, De Meern
3.
Rapport B.02.0454.A
UITGANGSPUNTEN GREENCALC-BEREKENINGEN
De berekeningen zijn uitgevoerd aan de hand van de bestekstukken van Architectenbureau Van Zeeland van 27 juni 2002, de Technische Werkomschrijving W,- E en S-installaties van Unica van 23 augustus 2002 en de (gecorrigeerde) EPC-berekening van 2 september 2002. Sindsdien is het ontwerp op een aantal punten verder ontwikkeld. Deze GreenCalcberekening moet dus gezien worden als een momentopname. De volgende gebouwvarianten zijn ingevoerd in GreenCalc: • Melexis nieuwbouw; de invoergegevens zijn in bijlage 1 opgenomen; • referentie anno 1990*), met toevoeging van een conventioneel koelsysteem; de invoergegevens zijn in bijlage 2 opgenomen; • Melexis 50% groen; 50% van de benodigde stroom bestaat uit groene stroom. *) het referentiegebouw is hetzelfde gebouw als de nieuwbouw, met dat verschil dat materialen en installaties (energie en water) in het gebouw zijn toegepast die anno 1990 gangbaar waren.
energiegebruik De gegevens met betrekking tot de energievraag zijn overgenomen uit de EPC-berekening. Het betreft een gecorrigeerde EPC-berekening van de versie die op 2 september 2002 is aangeleverd. De correctie heeft plaatsgevonden aan de hand van de technische werkomschrijving van Unica (23 augustus 2002). Hierna volgt een overzicht van de belangrijkste installatietechnische kenmerken: omschrijving Maatregel verwarming monobron/warmtepomp *) met warmte uit aquifer, betonkernactivering ventilatie mechanische toe- en afvoer, warmteterugwinning met warmtewisselaars warm tapwater monobron/warmtepomp *) met HR-ketel koeling monobron/warmtepomp *) in zomerbedrijf, plafondkoeling verlichting energiezuinige verlichting met veegschakeling en aanwezigheidsdetectie PV-cellen optioneel 30 m2; de bouwkundige voorzieningen zijn reeds aanwezig apparatuur autopowerdown-functie op computers, centraal opgestelde printers *) De warmte- en koudeopwekking gebeurt door een zogenaamde GeoThermic. Warmte en koude worden beide opgeslagen in een monobron, een opslagsysteem met twee boven elkaar gelegen grondwaterlagen (aquifers).
materiaalgebruik Voor het bepalen van de benodigde materialen is gebruikgemaakt van het bestek, detailtekeningen en een afwerkstaat. Voor het verkrijgen van de juiste gegevensmaat, geschikt voor invoer in GreenCalc, heeft in een aantal gevallen een omrekening plaatsgevonden.
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
7
Melexis Onroerend Groen, De Meern
Rapport B.02.0454.A
Ook is het mogelijk dat bepaalde, in het bestek voorgestelde, materialen niet voorkomen in de productcatalogus van GreenCalc. Hiervoor zijn alternatieven gekozen, gelet op de te verwachten milieukosten van het ontbrekende materiaal. Indien het materiaal wel in een andere productgroep in de catalogus voorkomt, dan is hiervan gebruikgemaakt. Voor het bepalen van de oppervlakte van de gebouwschil is gebruikgemaakt van de gegevens uit de EPC-berekening. Qua materiaalgebruik kenmerkt het kantoor van Melexis zich als volgt: Omschrijving constructie voorgevel oplegging vloeren vloeren kelder en begane grondvloer verdiepingsvloeren afwerking wanden dichte gevel vliesgevel kelderwand binnenwanden dak plat dak dak installatieruimte kozijnen buitenkozijnen binnenkozijnen betonwerk ter plaatse gestort overig vaste (horizontale) zonwering leidingwerk terrein
materiaal betonnen en stalen kolommen betonnen balken (deels prefab) betonwanden en -balken bekistingsplaatvloer Wing-vloer, kanaalplaatvloer (ter plaatse van kern) siergrind, linoleum prefab beton-PIR-prefab metselwerk aluminium kozijnen, HR++ glas, aluminium panelen, PUR beton, XPS, bitumen gelijmde kalkzandsteen, beton, metalstud Wing-vloer, EPS, APP (mechanisch bevestigd) kanaalplaatvloer, EPS, APP (mechanisch bevestigd) aluminium dark red meranti (niet FSC) 20% granulaat aluminium roosters PVC afvoerleidingen, koperen koudwaterleidingen, PB-leidingen betonkernactivering betonklinkers en grasbetontegels (ter plaatse van parkeerplaatsen)
watergebruik De gegevens met betrekking tot watergebruik zijn onder andere overgenomen uit de technische werkomschrijving van Unica (23 augustus 2002). Kort samengevat: waterbesparing wordt gerealiseerd door toepassing van toiletten met spoelonderbreking en urinoirs, kranen met volumestroombegrenzers en een waterbesparende douchekop. Er vindt geen substitutie van drinkwater door regenwater plaats.
mobiliteit In de toekomst is een NS-station gepland op 150 m van het gebouw. Dit is in de nieuwbouwvariant als uitgangspunt gehanteerd (viermaal per uur stopt een trein). In de referentie is uitgegaan van een NS-station op 10 km afstand en een buslijn die elk kwartier in de nabijheid van het gebouw stopt. Bij de nieuwbouw is uitgegaan van 0.3, bij de referentie 0.8 auto per werknemer.
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
8
Melexis Onroerend Groen, De Meern
RESULTATEN GREENCALC-BEREKENINGEN
In tabel 1 zijn de resultaten van de berekeningen gegeven in Euro’s en in milieu-indices. De resultaten zijn zowel per module als in zijn totaliteit aangegeven. Deze resultaten zijn verduidelijkt met een grafiek (grafiek 1). In bijlage 3 zijn de uitgebreide rekenresultaten voor de basisvariant gegeven. Tabel 1 Rekenresultaten
materialen energie water mobiliteit totaal
milieukosten (euro) referentie nieuwbouw 50% groen 1241753 886669 886669 5649192 1282176 3106726 207895 137129 137129 452302 345803 345803 7551142 4476326 2651776
GreenCalc milieu-index referentie nieuwbouw 50% groen 100 140 140 100 441 182 100 152 152 100 131 131 100 169 285
De totale milieukosten voor de nieuwbouwvariant bedragen € 1.948 per m2 BVO. De bijbehorende totale milieuindex is 169.
Grafiek 1 Totaal overzicht Milieukosten 8.000.000 Melexis referentie 1990 met koeling Melexis Melexis nieuwbouw
7.000.000
Melexis Melexis 50% groen 6.000.000 Milieukosten [Euro's]
5.000.000
4.000.000
3.000.000
2.000.000
1.000.000
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
Totale kosten
Mobiliteit
Water
Energie
Materialen
4.
Rapport B.02.0454.A
9
Melexis Onroerend Groen, De Meern
Rapport B.02.0454.A
Qua materiaalgebruik valt op dat de nieuwbouwvariant gunstig scoort ten opzichte van het referentiegebouw uit 1990. Dat komt voornamelijk door de volgende maatregelen: •
het gebruik van een lichtere constructie, waaronder de Wing-vloer;
•
aluminium buitenkozijnen in plaats van hardhout;
•
mechanisch bevestigde in plaats van gekleefde bitumen;
•
rogipstoepassingen in plaats van kalk(stuc) en natuurgips(platen);
•
kunststof leidingen betonkernactivering in plaats van koperen cv-leidingen;
•
grasbetontegels op parkeerplaatsen in plaats van betonplaat.
De resultaten met betrekking tot energiegebruik zijn vooral te danken aan een energie-efficiënt gebouwconcept
(Qpres;tot/Qpres;toel
=
0.63)
in
combinatie
met
moderne
apparatuur.
Wanneer bovendien een deel van de benodigde stroom uit duurzame bronnen wordt betrokken (groene stroom), kan de milieu-index nog verder worden verbeterd. Bij bijvoorbeeld 50% groene stroom wordt de energie-index 441, waardoor de totale index op 285 uitkomt.
Enkele andere mogelijkheden om de milieu-index te verhogen staan vermeld in hoofdstuk 5. Ondanks het feit dat geen substitutie van regenwater plaatsvindt, wordt qua watergebruik een goede score behaald. Dit komt tot stand door toepassing van waterbesparende kranen en toiletten en door toepassing van urinoirs in plaats van WC’s.
De grootste winst voor wat betreft mobiliteit ligt in het feit dat het NS-station zo dichtbij komt te liggen.
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
10
Melexis Onroerend Groen, De Meern
5.
Rapport B.02.0454.A
CONCLUSIE
Voor de nieuwbouw van het kantoor van Melexis in De Meern is een GreenCalc-berekening gemaakt. Hiermee worden de milieukosten berekend. Het doel van deze berekening is het inzichtelijk maken van de keuze van duurzame maatregelen.
De berekende milieukosten voor de nieuwbouwvariant bedragen € 4.476.326,--. Dit komt overeen met € 1.948 per m2 BVO. De milieu-index bedraagt 169. In vergelijking met andere duurzame bouwprojecten is dit een goede score. Deze berekening is een momentopname. Het ontwerp wordt momenteeel nog verder ontwikkeld en het is goed mogelijk dat de uiteindelijke resultaten een gunstiger milieu-index opleveren.
Met het toepassen van andere duurzame maatregelen kunnen de milieukosten nog verder verminderen. Met name de maatregelen op het gebied van energie hebben veel effect op de totale milieu-index. Hierna volgt een overzicht.
tabel 2 Overzicht milieu-index per maatregel omschrijving varianten nieuwbouw nieuwbouw 50% groene stroom 100% groene stroom Met 30 m2 PV-cellen Met 200 m2 PV-cellen toiletspoelingen met regenwater dubomaterialen *)
materiaal 140 140 140 140 140 140 144
energie 182 441 1540 185 204 182 182
water 152 152 152 152 152 241 152
mobiliteit 131 131 131 131 131 131 131
Totaal 169 285 435 171 183 171 170
*) waterleidingen van polybuteen in plaats van koper, europees houten binnenkozijnen en -deuren in plaats van tropisch hardhout
Arnhem, 8 juni 2004
mevrouw Ir. A.Q. Ubbels
Ir. P.J. van Bergen
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
11
Melexis Onroerend Groen, De Meern
Rapport B.02.0454.A
Bijlage 1
Invoergegevens nieuwbouwvariant
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
Melexis Onroerend Groen, De Meern
Rapport B.02.0454.A
Bijlage 2
Invoergegevens referentie 1990
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002
Melexis Onroerend Groen, De Meern
Rapport B.02.0454.A
Bijlage 3
Resultaten GreenCalc-berekening nieuwbouwvariant
c:\ogprojects\documentatie\externe rapporten\greencalcberekening per oktober 2002.doc 02-10-2002