DUURZAAMHEIDS RAPPORT
GROEN IN TRANSPORT EN LOGISTIEK
2012 /2013
Editorial
Vrijheid, imago en duurzaamheid
I
Nieuwsblad Transport november 2012
n mijn jeugd werd er al over duurzaamheid gepraat, alleen heette het toen gewoon milieu. Het onderwerp werd helaas door een groot deel van de bevolking afgedaan als links, geitenwollen sokken en 'hippie-hobby.' Het waren ook inderdaad alleen de partijen die uiteindelijk opgingen in Groen Links die het onderwerp serieus op de agenda hadden. Tegenwoordig is het duurzaamheidsbewustzijn in alle gelederen van de politiek en de bevolking doorgedrongen. Of je nou werknemer, werkgever, chauffeur of binnenvaartschipper bent; iedereen denkt er over na en het overgrote meerendeel probeert een goed steentje bij te dragen. Ook de ontwikkelingen en de innovaties staan bepaald niet stil. Alle vervoersmiddelen worden groener en bij het ter perse gaan van dit rapport kwam in het nieuws dat er vorderingen zijn gemaakt om benzine te maken op basis van water en lucht. Belangrijk is wel dat we niet teveel dingen gaan verbieden en dat we eigen keuzes kunnen maken en daar onze verantwoordelijkheid voor nemen. Zo heeft het verbod op bepaalde gloeilampen al voor een soort zwarte markt gezorgd van oude partijen die volgens sommigen gewoon mooier licht geven. Blijf ze produceren, maar belast ze extra. Die opbrengsten daarvan kunnen weer geïnvesteerd worden in duurzame zaken. Hetzelfde geldt voor old timer auto’s of andere zaken die helaas vervuilend kunnen zijn, maar wel een charme hebben. We gaan langzaam naar een situatie dat duurzaamheid binnen de logistiek en in het algemeen zorgt voor een goed imago. Wie duurzaam onderneemt, trekt daardoor al extra klanten aan en we gaan steeds meer toe naar een economie waarbij duurzaam ondernemen de goedkoopste keuze is. De motivatie om te innoveren in groene energie wordt ook alleen maar groter. We moeten ook wel voor onze kinderen, neefjes en nichtjes. Want over vijftig jaar is de olie op.
Harald Roelofs
hoofdredacteur Nieuwsblad Transport
3
Inhoud
3 Editorial
Door Harald Roeloefs, hoofdredacteur Nieuwsblad Transport
30
Koplopers willen vooral samen op weg
7 Voorwoord
Door Richard Kooloos, Hoofd Duurzame Ontwikkeling ABN AMRO en Rob Huyser, Directeur Maritieme Zaken van het ministerie van Infrastructuur en Milieu.
18
Duurzame logistiek is innovatieve logistiek
Het ministerie van Infrastructuur en Milieu is nog steeds enthousiast over initiatieven die de duurzaamheid in de logistiek bevorderen. Er is geen subsidie meer nodig als er een positief business model ligt. Duurzame logistiek kun je net zo goed innovatieve logistiek noemen.
22 WDP Nederland
Schiphol warehouse: Slim en centraal duurzaam vastgoed.
24
wie is de schoonste van het land?
Uw lading liever per trein, vrachtwagen of met een binnenvaartschip vervoeren? Er is veel behoefte aan een eenduidig en algemeen geaccepteerd systeem om modaliteiten te vergelijken.
34 Haven Amsterdam
Op weg naar een duurzame-energiehaven.
36 Lean en Green Vlaanderen
Het succes van het Nederlandse Lean and Green programma heeft indruk gemaakt in Vlaanderen. Daarom startte in juni ook bij onze zuiderburen een vrijwel identiek programma.
40
Zeescheepvaart wordt verplicht schoner
Nieuwsblad Transport november 2012
De eerste duurzame koplopers startten al in 2008 met het Lean and Green programma. Hoe is het verder gegaan?
De internationale scheepvaart heeft zich lang verzet tegen milieumaatregelen, maar Europa maakt daar nu korte metten mee.
42 Vos Transport
Slimme investeerder in de toekomst.
44 Het synchro-modale netwerk
van De Europese Commissie
In het White paper Vervoer 2050 kondigt de Europese Commissie doelstellingen aan die voor een efficiëntere Europese logistiek moeten zorgen.
48 Duurzaamheid wordt
28 DPD Pakketservice 4
Total Zero maakt minimale milieubelasting mogelijk.
belangrijker dan het tarief
Anno 2012 is iedereen er wel zo’n beetje van door drongen dat het goederenvervoer zal moeten ‘vergroenen’. Tijdens de vakbeurs Ecomobiel gaven diverse deskundigen hun visie op de toekomst.
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Duurzaamheid als onderdeel van operational excellence Logistiek dienstverlener Vos Logistics in Oss bracht over 2011 voor het derde achtereenvolgende jaar een ‘sustainability report’ uit over de voortgang die het bedrijf maakt in duurzaamheid. Bart Banning (bankier bij ABN AMRO) sprak met CEO Frank Verhoeven over de achtergrond van dat duurzaamheidsbeleid.
8
14
Nieuwsblad Transport november 2012
De grote uitdaging van Lean and Green Connekt is opgericht om een publiek-privaat netwerk op te zetten voor mobiliteit en logistiek. Nico Anten licht zijn visie toe over concrete acties voor de korte termijn om bedrijven te helpen na te denken over duurzaamheid.
Het Duurzaamheidsrapport 2012/2013, Groen in transport en logistiek, is een uitgave van Nieuwsblad Transport, ABN AMRO en Connekt. Tekstbijdragen Harald Roelofs, Richard Kooloos, Rob Huyser, Michel Gonlag, Wieger Favier, Rob Mackor en Paul Jumelet Layout en ontwerp Marijke Klos Eindredactie Diana Kamp, MG Redacties Druk Drukkerij De Bie, Duffel, België Managing Director Michel Schuuring Publishing Manager Arie van Dijk Verkoop Yves Vermeulen
©NT Publishers BV Rotterdam, november 2012. Wilt u meer informatie over deze uitgave of meedoen met het volgende Duurzaamheidsrapport? Neem dan contact op met
[email protected], 010 - 280 10 23. Dit magazine is gedrukt met plantaardige inkt op papier uit duurzaam bosbeheer. De weinige grafische restanten worden hergebruikt. De energie voor de drukpers is groen en CO2-vrij want gegenereerd door zonnepanelen.
5
THUIS IN HET MARITIEME CLUSTER De Rotterdamse haven, in samenwerking met de andere Nederlandse zeehavens, speelt een belangrijke rol in de internationale positionering van Nederland en de ontwikkeling van onze economie. De ongekende dynamiek van de sector vraagt om een voortvarende en kundige aanpak. Het Maritieme Cluster van ABN AMRO biedt alle deelnemers in de maritieme keten, van rederij tot logistieke dienstverlener, de ervaring en professionele slagkracht die ondernemers verder helpt hun ambities te realiseren.
voorwoord
initiatief
Met eenzelfde enthousiasme volgen wij de nieuwe initiatieven; zij vormen een prima ondersteuning in de gesprekken met onze klanten waar het gaat om de realisatie van hun duurzame ambitie. “En Richard, wat doe jij zelf?” is een vraag die mij vaak gesteld wordt. Gelukkig kan ik die vraag heel eenvoudig beantwoorden: “Ik rijd 100% elektrisch, jij toch ook?!”
Richard Kooloos
Hoofd Duurzame Ontwikkeling ABN AMRO
welvaart Mobiliteit staat aan de basis van onze welvaart. Welvaart die we voor een groot deel te danken hebben aan onze ondernemerszin, handelsgeest en ons vermogen om te innoveren. Deze voorspoed is niet vanzelfsprekend. Maatschappelijke en economische uitdagingen op nationaal en internationaal niveau vragen om een beleid dat onze vernieuwingskracht en ondernemerszin ruim baan geeft. Ook op het gebied van vervoer en logistiek. Het ministerie van Infrastructuur en Milieu neemt deze maatschappelijke verantwoordelijkheid serieus. Daarom dragen we bij aan het succes van het topsectorenbeleid; met name op het terrein van logistiek en water. In het verlengde daarvan zijn we actief met meer programma’s die economische en duurzaamheidsdoelen combineren. Zoals de Impuls Dynamisch Verkeersmanagement Vaarwegen (IDVV) ten behoeve van meer betrouwbare reistijden en verbeterde doorstroming van de binnenvaart, onze bijdrage aan het project NextLogic over ketenoptimalisering in de containerbinnenvaart en het organiseren van een nieuwe Innovatie Estafette op 12-11-13. Impulsen beogen continuïteit, want uiteindelijk is het van belang dat nieuwe initiatieven maatschappelijk worden opgepakt en zelfstandig verder kunnen. Een mooi voorbeeld hiervan is ‘Lean and Green’. Ruim vier jaar geleden nam mijn ministerie het initiatief voor dit programma omdat we ervan overtuigd waren dat het Nederlandse bedrijfsleven zijn logistiek en transport nog veel efficiënter en dus duurzamer kon organiseren. Met Connekt verbonden we een concreet doel aan Lean and Green: binnen vijf jaar zouden minimaal 250 bedrijven zich moeten hebben gecommitteerd aan de doelstelling 20% CO2-reductie in vijf jaar tijd. Binnen de gestelde termijn hebben 250 enthousiaste Lean and Green Award Winners laten zien dat het kan: winst voor economie en milieu gaan samen. Op initiatief van de koplopers gaan de Lean and Green Award Winners hun duurzaamheidsambities aanscherpen in de volgende fase van het programma. Bij dat initiatief wil het ministerie van Infrastructuur en Milieu zich graag aansluiten. Samen met u!
Nieuwsblad Transport november 2012
Duurzaamheid betekent voor elk bedrijf wat anders. Dat is ook logisch omdat duurzaamheid gaat over een verschil maken in de maatschappij vanuit jouw rol in die maatschappij. Die rollen zijn voor een logistiek bedrijf anders dan voor een bank. Maar, ieder heeft wel zijn eigen verantwoordelijkheid. Als financieel dienstverlener zijn het vooral je gebouwen die zorgen voor de CO2- uitstoot, en dus doen we ons best om het energieverbruik van die gebouwen zo laag mogelijk te krijgen. Zo is ons in 1999 in gebruik genomen hoofdkantoor in Amsterdam onlangs als eerste een ‘Breeam in-use certificaat’ toegekend, en hiermee nog steeds een van de meest duurzame gebouwen in Nederland. Dat komt doordat we er continu in blijven investeren. Dat geldt ook voor de investering in de relatie met u als onze klant. Kennis van uw business en sector zijn leidend in het goed kunnen begrijpen van uw duurzame ambitie. Belangrijk, want duurzaamheid in de logistieke keten en innovatie behoren tot dé succesfactoren van bedrijven in de toekomst. Uw bijdrage aan dit succes van uw klanten vormt wellicht de meest solide basis voor een duurzame relatie! Connekt heeft inmiddels vanuit haar gedreven aanpak ‘Duurzame Logistiek’ de mijlpaal van 250 Lean and Green Award winners bereikt, een prachtig resultaat. Proficiat!
Rob Huyser
Directeur Maritieme Zaken - ministerie van Infrastructuur en Milieu 7
Sustainability Dashboard
Duurzaamheid als onderdeel van
Nieuwsblad Transport november 2012
operational excellence
8
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Logistiek dienstverlener Vos Logistics in Oss bracht over 2011 voor het derde achtereenvolgende jaar een ‘sustainability report’ uit over de voortgang die het bedrijf maakt in duurzaamheid. tekst Michel Gonlag fotografie MG Redacties, Vos Logistics, ABN AMRO
H
Nieuwsblad Transport november 2012
et is de laatste keer. Over 2012 zal de onderne ming de rapportage over duurzaamheid inte greren in het jaarverslag. In drie jaar tijd is het streven naar duurzaamheid bij Vos Logistics ingebed in de organisatie. Bart Banning, bankier bij ABN AMRO voor de sector Trans port & Logistiek, vraagt CEO Frank Verhoeven van Vos Logistics naar de achtergrond van dat duurzaamheidsbeleid. Een mooi transparant verhaal, verteld door een gedreven bestuurder. Bart Banning opent met een kritische stelling. ‘Als ik het ‘sustainability report 2011’ lees, dan spreekt daar echt een bewe ging uit, al zal het wel gekleurd zijn.’ Frank Verhoeven pareert dat. ‘Het is geen reclameverhaal, wat je leest is wat we echt doen of van plan zijn. We hebben bijvoorbeeld gezegd te onderzoeken dat we hier windmolens gaan neerzetten maar dat gaan we niet doen, dat kan niet uit. We hebben ons vanaf het be gin laten begeleiden door een professional op het gebied van duurzaamheid. Die interviewde ontvangers na het eerste verslag en sommigen vonden het een te gelikt verhaal. Met dergelijke feedback doen we ons voordeel. Er wordt nu ook verteld over dilemma’s, over wat we niet voor elkaar kregen. Dit leidt tot een beter verhaal met meer diepgang en brengt een dialoog met de klanten op gang. Het duurzaamheidsbeleid gaan we integreren in het jaarverslag, mogelijk laten we het auditen. De rapportage van de financiële cijfers blijven weliswaar primair, maar duurzaamheidscijfers vormen een zeer waardevolle toevoeging. Sustainability is overigens niet alleen CO2-emissie. Het gaat daarnaast over gebouwen en wagenpark, over brandstofverbruik, ziekteverzuim, veiligheid en over klanttevredenheid. Ik zit hier trouwens met een bank aan tafel: eerst moet er geld worden verdiend.’
Een LNG-aangedreven truck van Vos Logistics.
9
Nieuwsblad Transport november 2012
Sustainability Dashboard
10
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
De meest duurzame bedrijven ter wereld zijn ook de meest innovatieve bedrijven Bart Banning, Sector banker Transport en Logistiek ABN Amro
Banning: ‘Dat moet een bewuste keuze zijn met waarschijnlijk ook een hogere investering. Hoe is die afweging ten opzichte van traditionele bouw?’ Frank Verhoeven: ‘De hogere offerte wordt streng getest op economische haalbaarheid. We zijn ons ervan bewust dat bijvoorbeeld de laad paal voor de elektrische auto deels symbolisch is. Die ene auto maakt niet het verschil, maar het versterkt de bewustwording dat het hier om een energieneutraal logistiek centrum gaat. Wat ik zie, is dat de bewustwording binnen Vos groeit. Onze mensen denken na over een an dere manier van werken. Bij het bestellen van nieuwe zeilen voor trailers wordt gekeken of gerecycled materiaal kan worden gebruikt. We kijken overal of het anders kan. Bij brandstof verbruik, bij de trainingen van chauffeurs, kan het efficiënter?’ Banning: ‘Hoe stimuleer je jullie personeel om duurzame keuzes te maken?’ Verhoeven: ‘Onder andere door de waarden van onze Values of Service -VOS! - te communiceren, de KPI’s (Key Performance Indicators – red.) waar duurzaamheid er één van is. Dat doen we via de website, brieven aan medewerkers, door posters op te hangen met het sustainability dashboard. Je merkt dat het langzaam maar zeker steeds dieper in de organisatie zakt. We betrekken de mensen erbij. In het ‘Medewerkers tevredenheidsonderzoek’ worden die waarden herkend, inclusief duurzaamheid. Het is een iteratief proces, je bouwt het langzaam op door steeds te herhalen. Maar vast staat: je kan het niet in je eentje.’ Nieuwsblad Transport november 2012
Bart Banning: ‘Wat versta jij precies onder sustainability?’ De CEO van Vos Logistics aarzelt geen seconde: ‘Op een verantwoorde manier aan een gezonde bedrijfsvoering doen. Een gezonde bedrijfsvoe ring bestaat uit geld verdienen – duurzaamheid kan niet zonder continuïteit. Voor ons betekent dat: op een schone, efficiënte, veilige manier logistieke diensten verlenen.’ Hij verwijst daarbij naar het Sustainability Dashboard, een grafische weergave van wat er wordt bereikt in duurzaam heid. ‘Eén van de doelen is de 20% CO2-reductie in 5 jaar tijd. Maar het gaat ook over ziektever zuim, wat kosten incidenten? Dat meten we, en we meten klanttevredenheid. Een sustainable organisatie heeft tevreden klanten en tevreden medewerkers.’ Hij maakt een heldere driedeling: technologie, operaties en gebouwen. Als één van de eerste bedrijven in Nederland maakt Vos Logistics ge bruik van LNG als brandstof voor trucks. Het heeft in Oss zelfs een eigen vulstation voor de vloeibare aardgas. ‘Dat is het technologie-deel. Daar valt ook het ontwerp voor nieuwe trailers onder, veiliger met stevigere zijkanten.’ Onder het hoofdstukje ‘Operaties’ baarde Frank Verhoeven onlangs opzien door in het Finan cieele Dagblad op te merken: ‘De overheid zou lege kilometers moeten belasten’. De reacties bleven niet uit. ‘Er waren erbij die het Groen Links-geneuzel vonden. Dat geeft aan dat de weg nog lang is. Kijk, niemand zal het maatschappe lijk belang van transport betwisten, maar aan een lege kilometer zit geen enkel maatschappelijk be lang. Ik ga ervan uit dat de overheid hoeder is van het maatschappelijk belang. Daarom zeg ik: belast dan wat niet van belang is en laat die volle kilometer met rust. Zo maak je maatschappelijk verantwoord ondernemen economisch haalbaar. Als de overheid de lege kilometers belast, dan kunnen vervoerders en verladers samen die lege kilometers eruit snijden. De schoonste kilometer is een kilometer die niet gereden wordt. Door het efficiënt inrichten van stromen ontkomen we aan de commodity trap. Er zit veel in die operaties, ook multimodale combinaties zoeken en streven naar veiligheid hoort daarbij. Het heeft alles te maken met operational excellence.’ Het derde onderdeel zijn de gebouwen. Ook daar in heeft Vos Logistics grote stappen gezet. Op de vestiging in Roosendaal wordt een van de eer ste gecertificeerde BREEAM gebouwen neerge zet (Building Research Establishment Environ mental Assessment Method – een manier van bouwen volgens zeer hoge milieueisen). ‘Zonne cellen, aardwarmte voor vloerverwarming. Keuze van materialen, LED-verlichting, et cetera.’
Banning: ‘Hoe veranderde het DNA van dit bedrijf in de afgelopen drie jaar?’ ‘Dat begon in 2009’ , vertelt Frank Verhoeven. ‘Het cradle-to-cradle-verhaal van de toenma lige CEO van Desso, Stef Kranenburg, sprak me enorm aan. Maar dat is een producent (van vloerbedekkingen – red.), dat is toch een ander verhaal dan een vervoerder. Met een verbruik van 7-8 miljoen liter brandstof per maand ben je natuurlijk niet zo schoon.’ Banning: ‘Als je dat naar 6 miljoen kan brengen, dan is dat toch mooi meegenomen.’ Frank Verhoeven: ‘Precies, maar dan moet je dat wel verkopen in je organisatie. Het DNA van denken in mooie, grote vrachtauto’s moet omgebogen worden naar het denken in de best mogelijke dienstverlening voor klanten en daar is tijd voor nodig. Eén van de klanten vertelde dat die ‘man met die das’ nooit over
11
Sustainability Dashboard
duurzaamheid praat.’ Dat ging over een verte genwoordiger van Vos. Een heel groot percen tage van de klanten is zich niet bewust wat Vos Logistics doet in duurzaamheid. Verhoeven heeft daarop zijn sales mensen uitgelegd dat het onder werp duurzaamheid het gesprek met de klant een andere wending geeft.
Frank Verhoeven: ‘Ik leg nooit de relatie tussen duurzaamheid en hogere kosten. Sterker: ik geloof dat duurzaamheid leidt tot lagere kosten. Daarom is het ook niet zo dat we iets compleet anders zijn gaan doen toen we met duurzaamheid begonnen. We zijn gaan vertellen over wat we al deden: zo min mogelijk leeg rijden, zo efficiënt moge lijk werken en zo min mogelijk brandstof verbruiken’.
Banning ziet beren op die weg. ‘Duurzaamheid heeft z’n prijs. Wat doe je dan als de verlader daarvoor niet wil betalen? Hoe houden jullie rekening met de verschillen tussen verladers?’ Frank Verhoeven: ‘Sommige klanten hebben niets met milieu. Dat is geen mindere klant, maar met een klant als Desso en gelukkig veel andere klan ten, deel je gemeenschappelijke waarden.’
Nieuwsblad Transport november 2012
Banning: ‘Maar levert het iets op? Je schrijft in het report dat duurzaamheid een onderdeel is van het succes van VOS. Hoe draagt het bij aan de resultaten? Bij zo’n klant die dat ook op z’n agenda heeft staan, ben je snel ‘on speaking terms’, begrijp ik dat goed?’ Frank Verhoeven: ‘Je komt sneller tot oplos singen, want het zegt wel iets over je bedrijf dat je met duurzaamheid bezig bent.’ Banning: ‘Daar geef je de innovatiekracht van je bedrijf mee aan. Is duurzaamheid een incentive?’ De CEO van Vos Logistics geeft een voorbeeld van het gebruik van multimodaal transport, ook een keuze voor duurzaamheid. ‘Toen ik hier begon, stelde ik voor om te kijken of vervoer van Spanje naar Nederland niet gedeeltelijk per schip van Bilbao naar Zeebrugge kon. Ik werd niet serieus genomen. Maar anderhalf jaar later was dat wel ge accepteerd. Het blijkt een goedkope, en kwalitatief goede service. Verpakt in een duurzaamheids concept sloeg dit sneller aan, al denk ik dat het op den duur toch wel was gebeurd. Deze sector schakelt snel – dat moet ook wel, anders verdien je niets. De dynamiek is daardoor groot.’ Er blijken meer positieve aspecten met duurzaam heidsbeleid mee te komen. ‘Je komt met andere partijen in gesprek, het helpt de efficiency en de algehele aandacht voor operational excellence. Grote verladers merken dat je bezig bent met in oplossingen denken en zien je in toenemende mate als serieuze gesprekspartner. Je kunt goeie verhalen vertellen over relevante onderwerpen.’ Banning: ‘Daarmee onderscheid je je. Veel bedrijven werpen tegen dat het duurder wordt, dus daarom doen ze het niet. Gaan de kosten voor de baten uit?’
12
De motivatie zit hier wel diep en dan overtuig je mensen. We doen het Dus niet voor de bühne Frank Verhoeven, CEO Vos Logistics
Banning: ‘Dan heb je er handig gebruik van gemaakt dat sustainability een gewild onderwerp werd?’ Frank Verhoeven: ‘Ik kon aanhaken, want ie dereen had het erover. Maar in eerste instan tie is er de intrinsieke motivatie om te bouwen aan een duurzame organanisatie in de brede zin van het woord: ik denk dat we hierdoor een betere onderneming worden, verantwoor delijker. Dat is de drijfveer. Niet alleen omdat het een leuk verhaal in de markt is. De moti vatie zit hier wel diep en dan overtuig je men sen. Dus niet voor de bühne. Ik heb wel eens tegen sales medewerkers gezegd: als je er niet in gelooft, dan doe je het maar omdat ik het van je vraag. Daar koop je geen ‘believers’ mee, maar je koopt tijd. En die tijd moet je gebrui ken om te overtuigen. Dan krijg je interessante gesprekken met je klanten en uiteindelijk zal je ook meer succes hebben.’ Banning: ‘De investering in zo’n pand in Roosendaal. Had dat 3 jaar geleden ook gekund?’ Frank Verhoeven: ‘Dat was toen niet gelukt. Niet vanwege het geld, maar wel vanwege het gedoe. Ook die zonnepanelen in België waar we mee zijn begonnen. Je krijgt subsidie, maar het is vooral een hoop werk. Met onze keuze voor LNG liepen we voor de muziek uit. Nu is er veel meer aandacht voor de opening van een nieuw LNG-station dan toen bij ons. De tijd is rijp geworden. Het is erkend innovatief.’ Banning: ‘De meest duurzame bedrijven ter wereld zijn ook de meest innovatieve bedrijven. Maar nogmaals: betaalt het uit in meer business?’ Frank Verhoeven: ‘Je krijgt meer aandacht, maar het is niet de primaire drijfveer. Het ging niet goed met Vos, en ik was ervan overtuigd dat je beter gaat presteren als je gelooft wat je doet. Duurzaamheid is dan een thema waar mee je richting kunt geven aan de organisatie. We staan er voor en nu is het een onmisken baar onderdeel van onze bedrijfscultuur.’ •
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Sustainability Dashboard, eerste halfjaar 2012 CO2-emissie bedrijfsterreinen kg per m2
CO2-emissie kg per ton/kilometer
0,0421
21,91
0,0402
23,56
0,0409
gemeten over 1 jaar
0,0360
0,025
0,030
0,035
0,040
0,045
0,050
21
18,2%
19,9%
23
24
25
In 2011 werd al lager ‘gescoord’ dan volgens het 5-jarenplan voor 2015 was voorzien, dankzij investeringen in energiebesparing (led verlichting, gedragsaanpassing) en het plaatsen van zonnecellen op het logistiek centrum in Oevel (België).
Aandeel in multi-modaal vervoer door VOS-Logistics 18,5%
22
20%
De uitstoot per m2 zal nog verder teruglopen met de uitbreiding in Roosendaal waar in november een Breeam-gecertificeerd DC wordt geopend (zonne-energie / aardwarmte / duurzame materialen etc.). De ambitie kan dus worden bijgesteld.
Vlootgemiddelde De vloot wordt geleidelijk vernieuwd van Euro 3 en 4 naar Euro 5 en 6-motoren. De cijfers in de brandstofpompen geven het gemiddelde Euro-getal van de VOS-vloot weer.
Klanttevredenheid
Nieuwsblad Transport november 2012 november 2012 Nieuwsblad Transport
0,020
22,00
>4,5 4,30 4,23
8,5 8,0 7,5
4,15
7,0 6,5 6,0
gemeten over 1 jaar
9,0
13
Connekt
De grote uitdaging van
Lean and Green Nieuwsblad Transport november 2012
Connekt is opgericht om een publiek-privaat netwerk op te zetten voor mobiliteit en logistiek. nICO aNTEN LICHT ZIJN visie TOE OVER concrete acties voor de korte termijn om bedrijven te helpen na te denken over duurzaamheid.
14
tekst Michel Gonlag fotografie MG Redacties
S
inds de mens uit Afrika kwam, is mobiliteit onlosmakelijk verbonden met de mens. Aan het woord is Nico Anten, managing director van Con nekt. ‘Mobiliteit werd de motor achter de welvaart. Nu bedreigt die motor het welzijn en ontstaat er een spannings veld tussen welzijn en welvaart. Het zoeken naar duurzaamheid in mobili teit en logistiek is het ontladen van die spanning. Het is heel leuk werk, maar niet gemakkelijk.’ Eén van de meest in het oog springende producten van Connekt is de Lean and Green Award voor bedrijven die serieus werk maken van zorgvuldig omgaan met de hulpbronnen en vriendelijk werken voor het milieu. Vrijwel elke automobilist zal wel een keer achter of naast een vrachtauto hebben gereden, waarop het beeldmerk van Lean and Green zijn aandacht trok. ‘De houders van de award
zijn er echt trots op. Dat is ook het succes van Lean and Green. Er zijn nu 250 deelnemende partijen in bedrijfsleven en overheid. Je merkt dat de bedrijven elkaar aansteken. Het verduurzamen is aantrekkelijk, zelfs onder de huidige marktomstandigheden.’ Het brengt de award winning bedrijven ook meer dan aandacht alleen. ‘Het begint met ‘lean’, want dat betekent geld besparen. Daar is natuurlijk niets mis mee; bedrijven hebben als doelstel ling zoveel mogelijk geld over te houden. Dan is het aan ons om uit te leggen dat samenwerking in de keten kan leiden tot business nu, maar ook voor later. En als het inzicht over de langere termijn een steeds grotere rol gaat spelen, dan wordt duurzaamheid ook belangrijk.’ Domino Het speelt ook in de markt een rol dat het een dominoeffect kan zijn: ‘De transporteur merkt dat verladers steeds meer gemotiveerd raken om voor duurzaamheid te kiezen. De consu ment verwacht dat ook steeds meer. Nee, niet iedereen is bereid
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Ik vind het fascinerend hoe dit toenemende bewustzijn wordt omgezet in daden. De houders van een award zijn niet alleen trots, ze zien ook hoe het tot meer omzet leidt Nico Anten, managing director Connekt
Internationaal Andere landen zien dit program ma en tonen belangstelling. ‘In België en Italië is Lean and Green al van start gegaan.’ Er zijn al ge sprekken met Zweden, Spanje en Duitsland. Voor Connekt is het absoluut noodzakelijk dat de over heid van het betreffende land het programma erkent voordat er kan worden gestart. Zo wordt het dus een Europees programma. Connekt ontvangt nu ook al ondersteuning van de kant van de EU. Ook in de breedte ontwikkelt Lean and Green zich verder. Er komt een tweede laag: de manier van aanpak spreekt aan en er zijn al concrete plannen om Lean and Green Personal Mobility te lanceren voor personenauto’s en auto’s met grijze kentekens. Een ander onderdeel van het congres in november. Het Lean and Green logo wordt vooral gebruikt in de business to business markt, maar er zijn nu ook twee bedrijven die hebben aangegeven de term te gaan gebruiken in hun communicatie met de consumentenmarkt. ‘Dat is aan hen om te doen, je ziet dat er wel beweging in zit.’
Nieuwsblad Transport november 2012
ervoor te betalen, ook zal niet elke verlader be reid zijn daarvoor te betalen. Maar de doelgroep groeit. Nu al zie je dat op producten staat dat iets met scharreleieren is bereid.’ En op den duur zal ook duurzaam transport een dergelijke rol gaan spelen. ‘Het zal zeker niet in één omslag gebeu ren, maar alle kleine stapjes zullen uiteindelijk leiden tot een grote afstand. Veel keer weinig is ook veel. Ik vind het fascinerend hoe dit toene mende bewustzijn wordt omgezet in daden. De houders van een award zijn niet alleen trots, ze zien ook hoe het tot meer omzet leidt. Dat is een waarde die ze er zelf aan hebben gegeven.’ Wie zich aanmeldt voor de Lean and Green Award, wordt door een onafhankelijke partij geaudit, bij voorbeeld door TNO of een accountant. Daarbij worden de plannen ontvouwd om binnen vijf jaar een bepaalde duurzaamheidsstatus te verwerven. De start was in 2007 dus inmiddels zijn de eerste 5 jaar voorbij. Na 5 jaar wordt gecheckt of de be drijven die ambitie ook hebben gehaald. Dit jaar zijn de eerste bedrijven aan de beurt. Wie er niet aan heeft voldaan, verliest de award. Voldoet een bedrijf er wel aan, dan krijg het een Star-status. En dat is niet zomaar iets. ‘De eerste 8 à 9 verwachten we eind november een Star te kunnen overhandigen.’ Dan is het niet klaar. Er komt wellicht ook een 2 sterren-niveau. ‘Dat is niet aanbod- maar vraag gestuurd. Het wa ren de bedrijven die daarom hebben gevraagd.’
De metrokaart Als een bedrijf vraagt om mee te kunnen doen in het Lean and Green-programma, ontvangt het een zogeheten ‘Metrokaart’, waarop
15
Lean and Green Lean and Green Award Winners - tussenstand oktober 2012
Hardenberg
pms 654
Logo in FC: Grijs: C=0 / M=17 / Y=34 / K=62 Rood: C=0 / M=100 / Y=100 / K=0 Goud: C=0 / M=10 / Y=100 / K=10 Zwart: C=0 / M=0 / Y=0 / K=100
Corporate UH PMS 5 kleuren: 3435 362 186 427 877 (zilver)
LOGISTICS
HOEK BV
HOUTMAN transport bv
JAN DECKERS JR. B.V.
REVIVA
FO
OD
.V
.
pms 1807
COOLCARE
groep
CREMERS
GRO
UP NEDERL A N
DB
SCHERPENZEEL- HOLLAND
Word zelf ook koploper in duurzame logistiek en ga voor een Lean and Green Award!
lean-green.nl
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek D
C
E
E
F
A
PUBLIEKE INITIATIEVEN
G
H
NIVEAUS
TOP TEAM
IdVV
BETER BENUTTEN
B
CATEGORIEËN
U BENT HIER GREEN CARE
ITALIË
DUITSLAND ZWEDEN
GREEN ORDER
GREEN TENDER
HORIZONTAAL TOEZICHT
NOORWEGEN SPANJE BELGIË
INTERNATIONAAL
CO2 TOOLS
D
SERVICES
De 'Metrokaart' van het Lean and Green-programma. De deelnemende bedrijven kunnen de 'metrolijnen' zelf uitbreiden als die zelf tools ontwikkelen om hun doel te bereiken.
staat aangegeven welke route kan worden gevolgd om het door het bedrijf zelf gestelde doel te bereiken. Dat kunnen verschillen de routes zijn en het is dan ook een metrokaart geworden van een wereldstad. Nico Anten: ‘Je kunt zelfs de metrolijnen uitbreiden – als je dat wilt – en de tools ontwikkelen om je doel te bereiken. Tools die ook weer door andere ondernemingen kunnen worden aangewend. Wij helpen met het plan van aanpak.’ Subsidie Het ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft het
programma van Connekt vijf jaar lang gesteund, maar van meet af aan is afgesproken dat dit zou eindigen in 2012. ‘Je kunt niet eeuwig de overheid om geld vragen. Dit moet worden gedragen door het bedrijfsleven, en inderdaad, het risico is voor Connekt. We hebben de prijzen al laten zien aan bedrijven en die geven ook aan dat het zeker acceptabel is. Het kost nu eenmaal geld. Het mooie is dat we in de afgelopen vijf jaar wel de noodzakelijke in frastructuur hebben op kunnen bouwen.’ Dit is niet de gemakkelijkste tijd om een beroep te doen op het
bedrijfsleven. Dat beaamt Nico Anten. ‘Maar er zijn ook genoeg bedrijven die aangeven dat op een moment dat alles goed gaat, je toch nergens tijd voor hebt. In die zin is het nadeel een voor deel. We hebben er vertrouwen in dat de ‘fees’ die we van het bedrijfsleven ontvangen, voldoende zijn. We zullen die waarde van de awards moeten beschermen.’ De erkenning door het ministerie van IenM blijft gehandhaafd, het ministerie blijft ook betrokken. Bedrijven stimuleren om minder CO2 uit te stoten, is deel van de afspraken in het Klimaat akkoord om in 2020 30% van de CO2-emissie te verminderen ten opzichte van 1990. Er staat geen straf op als die doelstelling niet wordt gehaald. ‘Maar het is wel zuur. Als je 10% vermindering van emissie stelt, is dat een ambitieuze doelstelling die je niet met alleen maar optimaliseren kan behalen. Je moet bereid zijn het anders te willen doen.’ De grote uitdaging voor Connekt is om bedrijven te motiveren daarvoor te kiezen. ‘Gelukkig hoeven we het niet alleen te doen. Bedrijven overtuigen andere bedrijven van de noodzaak.’ •
Nieuwsblad Transport november 2012
C
TOMTOM
17
Politiek
Duurzame logistiek is
Nieuwsblad Transport november 2012
innovatieve
18
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Het ministerie van Infrastructuur en Milieu is nog steeds enthousiast over initiatieven die de duurzaamheid in de logistiek bevorderen. er is geen subsidie meer nodig als er een positief business model ligt. Duurzame logistiek kun je net zo goed innovatieve logistiek noemen. tekst Michel Gonlag fotografie Connekt, Dreamstime, ministerie van IenM
E
r moet samenhang zijn tussen drie dingen: duur zaamheid, innovatie en kostenbesparing. Secretarisgeneraal drs. Siebe Riedstra van het ministerie noemt het programma Lean & Green van netwerk organisatie Connekt een goed voorbeeld van hoe de overheid succesvol duurzaamheidsinitiatieven van het bedrijfsleven ondersteunt. Er zijn 250 bedrijven met een Lean & Green-award en vanaf 1 januari 2013 staat het project op eigen benen. Siebe Riedstra legt graag uit waarom het programma ook zelfstandig een succes zal zijn. ‘Op de eerste plaats: het klassieke beeld is dat het thema duurzaamheid een zaak is voor de overheid om initiatieven te nemen. Al spoe dig zag je bij het programma Lean & Green echter dat er bottom-up initiatieven kwamen. Bedrijven zagen in dat het een manier was om zich te onderscheiden. Op de tweede plaats was het vijf jaar geleden een nieuw idee. Maar met die 250 deelnemers is nu de eerste grote bulk over de berg. Anderen zullen volgen. Het is ook niet langer voorbehouden aan de grotere bedrijven. Je ziet ook heel veel kleine initiatieven. Het zijn de meest uiteenlopende dingen, van gebouwen tot transport of initiatieven in de afvalketen.’
Nieuwsblad Transport november 2012
logistiek
Green Deals Dat het programma Lean & Green zelfstandig zou worden, is al tijd de bedoeling geweest en dus niet het gevolg dat er minder geld beschikbaar is bij de overheid. ‘Het is waar dat de overheidssubsidies zijn gekort als gevolg van de bezuinigingen’, beaamt Siebe Riedstra. ‘Wel wordt er veel tijd en ener gie gestoken in convenanten met het bedrijfsleven voor duurzame initiatieven: de ‘Green Deals’. Voor grote en middelgrote bedrijven maakt steeds vaker het duurzaamheidsprofiel het onderscheid in de markt. Een baggerbedrijf zonder duurzaamheidsprofiel krijgt vaak de opdracht gewoon niet. Je hoort ook in die
19
Nieuwsblad Transport november 2012
Politiek
Een voorbeeld van hoe de overheid succesvol duurzaamheidsinitiatieven van het bedrijfsleven ondersteunt: Lean and Green. Het programma is niet langer voorbehouden aan de grotere bedrijven, maar heeft nu deelnemers in de meest uiteenlopende gebieden.
20
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Internationaal Niet alleen in Nederland is het ministerie actief voor de duurzaamheid in de logistiek. Riedstra: ‘Bij internationale afspra ken draait het bijvoorbeeld over het reduceren van emissies. Europees zijn daar goed afspra ken over te maken waar het gaat over wegver voer, spoor en binnenvaart. Afspraken over de emissies in de zeescheepvaart en de luchtvaart moeten mondiaal worden gemaakt. Daarnaast nemen we ook deel aan internationale onder zoeksprogramma’s.’ Hij verwijst naar het Inter nationaal Transport Forum van de OESO (Or ganisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) dat in mei dit jaar in het teken stond van mobiliteit en duurzaamheid in ste den. Ook het grote VN-congres RIO+20 had als belangrijk onderwerp ‘leefomgeving en duur zaamheid’. Politicoloog Drs. Riedstra (1955) studeerde po liticologie en specialiseerde in internationale betrekkingen. In 1993 kwam hij bij het Minis terie van Verkeer en Waterstaat, waar hij be trokken was bij marktregulering in de publieke transportsector, liberalisering van taxidiensten, marktwerking in OV en de ontvlechting van het railtransport. Vanaf 1999 hield Riedstra zich be zig met vrachtvervoer, waaronder de ontwikke ling van de Nederlandse havens en de besluit vorming over Maasvlakte 2. Van 2002 tot 2005 coördineerde hij het ruimtelijke ontwikkelings beleid en vanaf 2005 was hij Directeur-Generaal Personenvervoer en later Directeur-Generaal Mobiliteit. Sinds 2009 is hij secretaris-generaal van ministerie van Verkeer en Waterstaat en vanaf 2010 van Infrastructuur en Milieu. De integratie van de twee ministeries bood zeker voordelen. ‘Sinds de ministeries van VROM en V&W zijn geïntegreerd, is het gecombineerde thema van mobiliteit en duurzaamheid ook makkelijker te organiseren.’ Ervaren met het beleid inzake zowel goede ren- als personenvervoer, biedt Siebe Riedstra
De overheid is op de achtergrond altijd actief Je kunt naast economische diplomatie zelfs al spreken van duurzaamheidsdiplomatie Siebe Riedstra, secretaris-generaal ministerie van Infrastructuur en Milieu
inzicht in verschillen en overeenkomsten. ‘Er zijn veel overeenkomsten tussen vracht- en personenvervoer. Zoals technische ontwikke lingen, de emissies en bijvoorbeeld de manier van rijden. Het Level Playing field dat in het goederenvervoer zo’n grote rol speelt, is een verschil met het personenvervoer. En mensen nemen beslissingen over de wijze waarop ze worden vervoerd, pakjes niet. Het vereist dus een heel andere aanpak als je de wijze van ver voeren wilt veranderen. Dat is bij passagiers een heel andere gedragsbeïnvloeding dan bij bijvoorbeeld verladers. Die zitten niet in die containers.’ Emissies zijn essentieel in het duurzaam heidsbeleid. ‘In de regelgeving zijn de beper kingen van de emissies het meest zichtbaar in het transport. Wat je ook doet, doe het duur zaam. Alle afspraken moeten internationaal. In Europa is het altijd een combinatie van een level playing field en internationale afspraken.’ De overheid is op de achtergrond altijd actief. ‘Er is een relatie tussen de overheden, zowel via Brussel als bilateraal. Je kunt naast econo mische diplomatie zelfs al spreken van duur zaamheidsdiplomatie.’ Toekomst Het principe van ‘de vervuiler be
taalt’ is diep verankerd in het Europese voor nemen om uiteindelijk alle (externe) kosten door te berekenen aan de verschillende ver voersmodaliteiten. Op den duur zal dit moe ten leiden tot nationale maatregelen. Of er dan toch een keer rekeningrijden voor het vracht vervoer in Nederland zal worden ingevoerd, laat Siebe Riedstra zich niet over uit. ‘We wachten het beleid van het nieuwe kabinet af. Daar wou ik het nu maar bij laten.’ De Rotterdamse haven groeit qua oppervlakte 20% met de totstandkoming van Maasvlakte 2. De secretaris-generaal was nauw betrokken bij de voorbereidingen. Hoe rijmt hij die groei van de haven van Rotterdam met duurzaam heid? ‘Ik was laatst in Rotterdam voor een conferentie over hoe de Rotterdamse haven duurzamer kan worden, georganiseerd door een bank en het Rotterdams Havenbedrijf. Vijf jaar geleden had dit thema minder aan dacht, nu zijn ze er serieus mee bezig. Dan zie je ook naar welke oplossingen wordt gekeken: gebruik de weg anders voor het vervoer en maak meer gebruik van het water. Bouw een bio based economy. Met een duurzaamheids beleid kan de haven zich internationaal onder scheiden. Natuurlijk is het hartstikke ingewik kelde materie – het is echt geen appeltje-eitje. Maar het gaat wel de goede kant op.’ •
Nieuwsblad Transport november 2012
branche steeds vaker: Duurzaamheid is onze license to operate.’ Dat er sprake is van een eco nomische crisis, is voor hem geen excuus. ‘Juist in tijden van crisis moet je creatief zijn.’ Duurzaamheid is zo belangrijk voor de overheid dat vier ministeries intensief samenwerken: Buitenlandse Zaken, Infrastructuur en Milieu, Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en Binnenlandse Zaken. Riedstra verwijst ook naar de Topsectoren Logistiek en Water, waarin duurzaamheid een wezenlijke rol speelt. ‘Maar ook bij de toepassing van Intelligente Transport Systemen.’
21
WDP Nederland Op het nieuwe Schiphol Logistics Parc creëert vastgoedbeheerder WDP een groot logistiek terrein met verschillende zeer energiezuinige gebouwen: Duurzaam vastgoed op een logistieke hotspot.
Schiphol warehouse: Slim en centraal
duurzaam
Nieuwsblad Transport november 2012
vastgoed Schiphol Logistics Parc biedt vooral voor logistieke dienstver leners en verladers die regelmatig met luchtvracht te maken heb ben een zeer strategische locatie. Het heeft niet alleen een directe verbinding met luchthaven Schiphol, maar ligt ook op zeer korte afstand van de snelwegen A4, A2 en A9. Zeker als ook de nieuwe snelle verbindingsweg naar het park is afgerond. Daarnaast volgt op termijn nog een waterterminal, vrijwel naast de deur, met ont sluiting naar de Amsterdamse haven. Belegger en ontwikkelaar WDP heeft op deze A-locatie, middenin de Amsterdam-Schiphol Regio een eigen kavel van circa 10 ha aangeschaft en richt dit nu zoveel mogelijk duurzaam in met zes grote units die voldoen aan het hoge BREEAM-label Very Good. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar het energieverbruik van het pand, maar onder meer ook het watergebruik, gebruikte materialen en de afvalverwerking. ‘We willen zo veel mogelijk duurzaamheid binnen één project met uiteenlopende mogelijkheden brengen’, zegt een zeer enthou siaste Rien van Ast, directeur van WDP Nederland. ‘Optimale energiebeheersing en groene opslag kunnen tot wel veertig pro cent energiebesparing opleveren. Maar als verschillende duurza me logistiek dienstverleners en verladers zich, als op een campus bij elkaar geclusterd op één volledig BREEAM-gecertificeerd ter rein vestigen, kan dat bovendien leiden tot verdere interessante uitbreidingsmogelijkheden.’ Van Ast denkt daarbij bijvoorbeeld aan het gebruik maken van de reststromen van het afvalverwerkingsbedrijf dat tegenover het terrein is gevestigd. ‘Het warme water dat dit bedrijf pro duceert, kunnen we bijvoorbeeld gaan gebruiken als warmte voorziening voor ons bedrijvencluster, wat ook weer een grote energiereductie oplevert.’ Beschikbaar Op de website van WDP, http://schiphol.wdp.eu,
staan een luchtfoto en een plattegrond van dit aangekochte gebied
vlakbij de luchthaven. Met de grote logistieke units al zichtbaar in een cluster bij elkaar en daaronder één grote parkeergarage. ‘Er is nu in totaal nog 50.000 m2 aan ruimte beschikbaar’, vertelt Van Ast, ‘verdeeld over vijf grote units waarin plaats is voor zowel gro tere als kleinere bedrijven.’ Het eerste gebouw is al volledig in gebruik genomen door Rapid Logistics. ‘We noemen het een duurzaam ‘Warehouse with brains’, waarin we samen met de klant verschillende intelligente opslag maatregelen en moderne, energiezuinige oplossingen hebben gerealiseerd. Zoals goede isolatie, intelligente verlichting, een zonneboiler en regenwaterhergebruik. Naast de hoge energiebe sparing die deze maatregelen opleveren, zorgen deze bovendien voor een gezond binnenmilieu en een lage milieubelasting.’ Marktleider Het beursgenoteerde WDP ontwikkelt, verhuurt en
beheert logistiek en semi-industrieel vastgoed in verschillende Europese landen en is hierin inmiddels marktleider binnen de Benelux. In totaal beheert en verhuurt WDP meer dan 100 panden, met 1,7 miljoen m2 grondoppervlak: 26 daarvan staan in Nederland. Naast duurzame nieuwe projecten bestaat een deel van dat vast goed juist ook uit opgekochte oude panden die WDP renoveert en waar mogelijk verduurzaamt en weer verhuurt. ‘Ons motto daarbij is: ‘Waarom afbreken als een pand na renovatie nog goed herbruikbaar is?’ Dat gold bijvoorbeeld voor het prachtige oude Nestlé-pand in Alphen aan de Rijn. We hebben het kantoor gestript, geïsoleerd en weer helemaal up to date gemaakt met nieuwe beglazing en andere moderne energiezuinige maatrege len die direct voordeel opleveren. Het pand is nu weer in gebruik en kan nog zeker tien tot vijftien jaar prima mee.’ Of het nu om een gerenoveerd oud pand gaat of een revolutionair nieuw gebouw op een nog onontgonnen locatie; WDP zorgt altijd voor een naar de wensen van de klant aangepast warehouse. •
WDP Nederland N.V. Herenkantoor B | Princenhagelaan 1-A2 | 4813 DA Breda | Postbus 9770 | 4801 LW Breda | www.wdp.eu
22
Nieuwsblad Transport november 2012
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Optimale energiebeheersing en groene opslag kunnen tot wel veertig procent energiebesparing opleveren.
23
Modaliteiten
Nieuwsblad Transport november 2012
Uw lading liever per trein, vrachtwagen of met een binnenvaartschip vervoeren? Er is veel behoefte aan een eenduidig en algemeen geaccepteerd systeem om modaliteiten te vergelijken. Want Voor transport naar het achterland telt eigenlijk maar één echte vraag:
24
Wie is de schoonste van het land? tekst Martin Dekker fotografie PortPictures, MG Redacties
N
iet alleen beleidsmakers bij de overheid, maar vooral bedrijven die hun logistiek willen ver duurzamen moeten gefundeerde keuzes kunnen maken. Hoewel ze alle drie goederen vervoeren, is appels met peren vergelijken welhaast eenvoudiger. De variabelen zijn te talrijk en de vloten (vooral bij de trucks en schepen) te divers. En dan veranderen de samenstelling van die vloten, maar bijvoor beeld ook de toegepaste (aandrijf)technie ken, brandstofsoorten en logistieke concepten ook nog eens voortdurend. Er is geen standaardtruck, evenmin als een standaardschip of -locomotief. Bovendien zijn er meerdere schadelijke stoffen die worden uitgestoten. CO2 (kooldioxide) kreeg lange tijd de meeste aandacht. Het is het belang rijkste broeikasgas en is direct afhankelijk van energieverbruik op basis van fossiele brandstoffen: besparing op brandstof is meteen ook een besparing op CO2-uitstoot. Ook de belangrijkste luchtvervuilende stoffen worden tegenwoordig mee gewogen: SO2 (zwaveldioxide), NOx (stikstofoxiden) en PM10 /PM2.5 (fijn stof). Zij hebben de meeste invloed op de luchtkwaliteit, een aspect dat de gezondheid van mensen in de nabijheid van havens, vaar-, spoor- en auto wegen direct beïnvloedt en inmiddels hoog op de politieke en publieke agen da staat. Zodoende zijn er vier meetresultaten, waarop de transportvormen verschillend scoren. Het is voor vervoerders, branchevertegenwoordigers, bestuurders en politici verleidelijk de nadruk te leggen op de emissie waar de eigen of voorkeurstransportmodus het beste mee uit de bus komt, dan wel de slechtste uitkomst te negeren.
Nieuwsblad Transport november 2012
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
WTT + TTW = WTW Over de meeteenheid bestaat gelukkig weinig discussie. Doorgaans wordt gekeken naar de uitstoot van grammen per tonkilometer (1.000 kilo vervoerd over een afstand van 1 kilometer). Al kan het voor
25
Modaliteiten
individuele bedrijven en logistieke proces sen soms werkzamer zijn om grammen per TEU-kilometers, m3-kilometers of pallet kilometers te rekenen, omdat hun producten nu eenmaal in die eenheden worden ver voerd. Een belangrijke vraag is verder wát allemaal wordt meegerekend. Er wordt on derscheid gemaakt tussen Tank-To-Wheel (TTW): de directe uitstoot door het trans portmiddel zelf. Well-To-Tank (WTT) geeft
stoot (op die van fijnstofdeeltjes door slijtage na dan) maar door de productie en distribu tie van de elektriciteit is de WTW-emissie bij een middellange trein (70 TEU) 15 gram CO2, 0,034 gram SO2, 0,02 gram NOx en 0,010 PM2.5. Een even lange trein met diesel locomotief stoot 32 gram CO2, 0,037 gram SO2, 0,44 gram NOx en 0,013 PM2.5 uit. Een binnenvaartschip met een capaciteit van 272 TEU dat via de Waal vaart, komt uit op 25 gram CO2, 0,035 gram SO2, 0,32 gram NOx en 0,013 PM2.5. (De cijfers zijn gebaseerd op gegevens van 2009.) Strengere normen hebben effect CE Delft
Nieuwsblad Transport november 2012
Ambtenaren van de Europese Commissie bezochten deze zomer binnenvaartschepen om te onderzoeken welke technieken in aanmerking moeten komen voor subsidie. Hier zijn ze aan boord bij de Anda, die beschikt over een SCRkatalysator met gesloten roetfilters.
26
aan wat de vervuiling is die ontstaat door productie en vervoer van de brandstof. De ‘eerlijkste’ vergelijking is Well-To-Wheel (WTW): daarin wordt de gehele keten (WTT plus TTW) in ogenschouw genomen. STREAM Dat gebeurt ook in STREAM (Studie naar Transport Emissies van Alle Modalitei ten) van onderzoeksbureau CE Delft. Het is een onderzoek naar emissies van het inter nationale goederentransport met cijfers van nu en prognoses voor 2020. De uitkomst is een model waarbij de uitstoot van de vier be langrijkste stoffen kan worden berekend op basis van de geleverde prestatie. Dat model is ook gebruikt voor de Emissiescan Logistiek die voor het Programma Duurzame logistiek is ontwikkeld en benut kan worden door (po tentiële) Lean & Green Award-winnaars. Uitgaand van Well-To-Wheel veroorzaakt een truck van meer dan 20 ton laadvermogen bij gemiddeld containertransport 137 gram CO2, 0,12 gram SO2, 1,05 gram NOx en 0,024 PM2.5. Een trein met elektrisch aangedreven locomotief veroorzaakt zelf geen directe uit
heeft becijferd wat de waardes vermoedelijk zullen zijn in 2020. Die prognoses zijn ge baseerd op nieuwe wetgeving, met aange scherpte milieueisen voor fabrikanten van motoren, trucks, schepen en locomotieven. De ontwikkeling van nieuwe brandstof fen als LNG en waterstof is daarin nog niet meegenomen. De trucks en schepen rijden en varen in de berekeningen nog steeds op diesel/gasolie. Bij de treinen geldt nog het onderscheid tussen elektrische en diesellocs. Voor alle drie de modaliteiten geldt dat de verwachte afname van CO2 tussen de 4 en 5 procent ligt. De daling van SO2 is veel groter. Die loopt dankzij de inmiddels ingevoerde zwavelarme diesel in de tientallen procen ten. Bij het binnenvaartschip dat in boven staand voorbeeld werd gebruikt zelfs meer dan de helft. Voor de andere twee waardes geldt dat de emissiereductie het sterkst optreedt bij het wegvervoer. Over de gehele lijn met 66 pro cent voor PM2.5 en 51 procent voor NOx, al dus CE Delft. Bij spoorvervoer met diesels gaan beide met 30 procent omlaag; bij de binnenvaart met respectievelijk 32 en 21 pro cent. Het grotere effect bij het wegvervoer schrijven de onderzoekers toe aan het feit dat de levensduur van vrachtwagens aanzien lijk korter is dan van schepen en locomotie ven. Zodra de voertuigen worden vervangen moeten ze voldoen aan de nieuwe, schone re normen die de overheid de sector oplegt. Ook binnenvaart en spoor hebben daarmee te maken, maar aangezien hun motoren lan ger meegaan en pas hoeven worden aange past bij vervanging of nieuwbouw, is het ef fect daarvan pas later merkbaar. Pioniers Maar voor de drie sectoren als ge
heel en voor hun emissies geldt dat die over heidsbemoeienis – de Europese Unie voorop
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
– merkbaar en meetbaar resultaat heeft. De komende jaren staan weer nieuwe normen op de agenda. Het wegvervoer krijgt vanaf 1 januari 2013 met Euro VI te maken voor nieuwe types en vanaf 1 januari voor alle nieuw geregistreerde trucks. De binnenvaart krijgt in 2016 een nieuwe norm (fase 4). Ook die norm geldt straks al leen voor nieuw geïnstalleerde motoren. On dertussen studeert de Europese Commissie daarom op mogelijkheden om ook milieu winst te boeken op bestaande motoren in binnenschepen. Ze onderzoekt welke syste
men en oplossingen recent zijn toegepast en wat de effecten in de praktijk zijn. Waar schijnlijk komt er een subsidieregeling die scheepseigenaren een duwtje in de rug moet geven om te investeren in schonere technie ken als LNG-motoren of een uitlaatgassen nabehandelingssysteem bestaande uit een SCR-katalysator met gesloten roetfilters. Met dergelijke innovaties komen de vervoerders zelf. In veel gevallen slagen de pioniers erin nog grotere sprongen te maken dan de wet gever voorschrijft, waarmee ze de branche en het milieu een plezier doen. •
Case 2009 De CO2-uitstoot van de verschillende modaliteiten voor een containertransport van Rotterdam naar Duisburg (en met natransport naar Essen en Dortmund) in 2009.
70 60 50 40 30 20
vrachtwagen met trailer
trein 70 TEU elektrisch
trein 70 TEU diesel
binnenvaartschip 272 TEU
Essen
Dortmund
Duisburg
Dortmund
Essen
Duisburg
Dortmund
Essen
Duisburg
Dortmund
Essen
Duisburg
Dortmund
Essen
CO2 (g/tkm)
0
Duisburg
10
binnenvaartschip 470 TEU
70 60 50 40 30 20
Nieuwsblad Transport november 2012
Case 2020 Prognose van CO2-uitstoot van de verschillende modaliteiten voor een containertransport van Rotterdam naar Duisburg (en met natransport naar Essen en Dortmund) in 2020.
vrachtwagen met trailer
TTW mode g/tkm
trein 70 TEU elektrisch
Transshipment g/tkm
trein 70 TEU diesel
binnenvaartschip 272 TEU
Truck WTW g/tkm
Essen
Dortmund
Duisburg
Dortmund
Essen
Duisburg
Dortmund
Essen
Duisburg
Dortmund
Essen
Duisburg
Dortmund
Essen
CO2 (g/tkm)
0
Duisburg
10
binnenvaartschip 470 TEU
WTT mode g/tkm
bron: CE Delft: STREAM International Freight 2011
27
DPD Pakketservice Omdat DPD de milieubelasting van haar activiteiten zoveel mogelijk wil beperken, intro duceerde de logistiek dienstverlener dit jaar Total Zero: CO2-neutrale pakketdistributie zonder extra kosten voor de klant.
Total Zero
Nieuwsblad Transport november 2012
maakt minimale milieubelasting mogelijk Verantwoord ondernemen is een belangrijk fundament van de bedrijfsstrategie van DPD en het Franse moederbedrijf La Poste. Onder de noemers Planet, People en Community heeft de toonaangevende dienstverlener op het gebied van pakketlogis tiek daarom verschillende doelen vastgelegd in een Corporate Social Responsibility-plan. Verantwoord ondernemen betekent aandacht voor de economische en sociale belangen van klanten, werknemers, de maatschappij en zeker het milieu. DPD bezorgt dagelijks 2,5 miljoen pakketten binnen Europa, waarvan 250.000 in Nederland. ‘Maar verantwoordelijkheid voor onze omgeving vinden we net zo belangrijk als winst’, zegt Mi chael van Ooijen, CEO DPD Nederland en Head of Cluster BeNe Lux. ‘We willen onze mensen en de samenleving waarin we opere ren ondersteunen. We geven om het milieu en willen als logistiek dienstverlener zo weinig mogelijk het milieu belasten met onze bedrijfsvoering. Daarom doen we al vanaf 2006 ons uiterste best voor een zo laag mogelijk gebruik van natuurlijke hulpbronnen en voor het maximaal verminderen van onze CO2-uitstoot.’ Zo is DPD in juli 2012 gestart met Total Zero. Een initiatief waarmee de pakketvervoerder haar klanten garandeert dat elk pakket, ver zonden vanuit zowel de Benelux als de grote markten Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië en Zwitserland, wereldwijd zonder extra kosten CO2-neutraal wordt vervoerd. Reductie DPD kan die garantie geven door in de eerste plaats
goed te meten hoeveel de eigen CO2-footprint bedraagt en ver volgens door uiteenlopende reducerende initiatieven te nemen; ‘insetting’ in MVO-termen. Dat heeft al geleid tot een aanzien lijke vermindering van de CO2-uitstoot op tal van terreinen. Ook de komende jaren blijft DPD de CO2-reductie in de keten verder stimuleren door het starten van diverse initiatieven die bijdragen aan deze doelstelling. Hiervoor ontvangt DPD in november dan ook een Leand and Green award. DPD is ook ISO 14001 gecertificeerd en vervoert over het gehele Europese vasteland, in tegenstelling tot concurrenten, geen enkele zending per vliegtuig. Bovendien werkt DPD aan energiezuinige
gedragsverandering bij medewerkers onder meer door invoering van ‘Het nieuwe rijden’. Het bedrijf heeft een internationaal zeer efficiënt netwerk en werkt zo veel mogelijk samen met subcon tractors aan optimale duurzame oplossing met optimale routes, de inzet van LZV’s en voertuigen op aardgas en biogas. In verschillende Duitse steden wordt ook al gewerkt met elektri sche voertuigen. ‘Daarnaast werken we steeds meer vanuit duur zame energie-efficiënte depots’, onderstreept Van Ooijen. ‘Zo hebben we vorig jaar twee CO2-neutrale depots geopend in Veen endaal en Etten-Leur met uiteenlopende milieuvriendelijke op lossingen zoals gebruik van duurzame materialen en zonnecol lectoren voor de energievoorziening.’ Compensatie Daar waar DPD pakketservice de CO2-uitstoot nog niet kan vermijden en tot nul kan reduceren, kiest het be drijf, als onderdeel van de GeoPost-groep, voor compensatie of wel ‘offsetting’. GeoPost-groep werkt hiervoor nauw samen met milieuprojecteninvesteerder CDC Climat. Deze organisatie in vesteert in uiteenlopende internationaal erkende compensatie projecten in zowel ontwikkelingslanden als Europese lokale energieprojecten. ‘Zo ondersteunen we een project in Colombia waarbij stukken aangetast regenwoud op een fundamentele manier worden her steld zodat de schone natuur en biodiversiteit kunnen voortbe staan. En ondersteunen daarnaast onder meer Het Nationaal bio gasinstallatieprogramma in Colombia dat er al voor heeft gezorgd dat er in acht provincies van het land 20.000 milieuvriendelijke biogasinstallaties verspreid zijn onder de bevolking. Dat levert ter plekke enorme CO2-reducties op.’ Jaarlijks compenseert DPD via moederbedrijf La Poste zo circa 550.000 ton CO2. Van Ooijen: ‘Een heel zinvolle uitgave, maar tegelijkertijd voor onszelf ook weer een extra stimulans om nog meer ons best te doen om te blijven investeren in CO2-reductie zodat de jaarlijkse compensatiekosten afnemen. Daarom denken we met ons gehele bedrijf continu na over verdere besparings maatregelen die we in de toekomst kunnen gaan nemen.’ •
DPD Pakketservice Tormentil 10 | 5684 PK Best | T. +31 (0)499 - 339 900 | F. +31 (0)499 - 339 901 |
[email protected] | www.dpd.nl
28
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Nieuwsblad Transport november 2012
Michael van Ooijen: "We geven om het milieu en willen als logistiek dienstverlener zo weinig mogelijk het milieu belasten met onze bedrijfsvoering."
29
Koplopers
Koplopers
willen vooral
samen op weg Nieuwsblad Transport november 2012
De eerste duurzame koplopers startten al in 2008 met het Lean and Green programma. Hoe is het verder gegaan? Heeft de Lean and Green Award invloed gehad op het duurzaamheidsstreven in het bedrijf? En op de omgeving?
30
Drie ervaren koplopers aan het woord tekst Wieger Favier fotografie De Winter Logistics, FrieslandCampina, DB Schenker Nederland
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Duurzaam groentransport
De Winter Logistics ‘In het kader van onze coöperatie GreenPort Logistics werken we samen met vijf andere vervoerders, door zo efficiënt mogelijk tussen de kwekerijen en veilingen heen en weer te rijden,’ vertelt directeureigenaar Eric de Winter. ‘In middels hebben we duurzaam heid als belangrijke factor opgenomen in ons business plan. Onze wagens rijden met dual fuel en de eerste 5 al op LNG. Maar om uiteindelijk ook echt de doelstelling van 20% CO2-reductie te halen, moet je als vervoerder vooral een steeds betere beladings graad halen en steeds min der vaak leeg rijden. Zo levert duurzaamheid ook financieel voordeel op.’ Volgens De Winter is, vanwege de nadruk op duurzaamheid, ook het eigen personeel steeds bewuster bezig met milieu vriendelijk gedrag. ‘Ze kijken kritisch naar materialen en het energieverbruik.’ Twee jaar ge leden volgden de chauffeurs de cursus Het Nieuwe Rijden. ‘Daarna zagen we een duidelijke reductie van het brandstofverbruik, maar na verloop van tijd vielen verschillende chauffeurs toch terug in oud rijgedrag. Daarom hebben we nu een spelelement toegevoegd. Het chauffeursgedrag wordt continu bijgehouden en inzichtelijk gemaakt. Met als resultaat dat ze weer bewuster gaan rijden, om de scores te verbeteren.’ Binnen de groene sector waar De Winter Logistics voor werkt, wordt duurzaamheid volgens De Winter nog niet zo gedragen. ‘Daar sta ik ook van te kijken. Onze klanten, vooral exporteurs en kwekers, zijn op zich wel bezig met energiebesparing, maar ze dragen dat nog niet actief uit naar buiten. Alleen de bedrijven die direct aan super markten leveren zijn gefocust op milieumaatregelen en CO2-reductie, en zetten dat ook commercieel in de markt.’ Dat doet De Winter zelf ook. ‘Daarom zijn we tegenwoordig ook selectief in het zoeken van onze partners. We willen met andere duurzame partijen samenwerken, zodat we er samen beter van worden. Zoals met onze logistieke partners of met deelnemers aan het Lean and Green programma. De Award werkt als een keurmerk; als ik een bedrijf zie met dit logo, weet ik dat het een organisatie is, die serieus bezig is en zich wil onder scheiden in de markt. Uitstraling is belangrijk, zeker naar onze klanten. Zij geven ons geen voorkeurspositie met een offerte, maar we stralen wel een zekere betrouwbaar heid uit. Dat geeft toch een streepje voor.’ •
We willen met andere duurzame partijen samenwerken zodat we er samen beter van worden
Nieuwsblad Transport november 2012
Koploper van het eerste uur De Winter Logistics uit Honselersdijk kreeg al in 2008 de Lean and Green Award. CO2-reductie zocht de bloemen- en plantenvervoerder vooral in vermindering van het brandstofgebruik.
Eric de Winter directeur-eigenaar De Winter Logistics
31
Koplopers
samenwerkingsnetwerk
FrieslandCampinA ‘Groen van het land tot het glas.’ Met die gedachte wil zuivelcoöperatie FrieslandCampina een zo duurzaam mogelijke keten opzetten. Met gezonde producten, zuinig energie- en waterverbruik en laag milieubelastend vervoer.
Nieuwsblad Transport november 2012
‘Het heeft binnen onze onderneming een complete denkverandering teweeg gebracht’, zegt manager transport Walter Vermeer. ‘Nu is duurzaamheid steeds meer een argument om iets wel te doen.’ Ook duurzame logistiek is steeds belangrijker geworden, merkt Vermeer. ‘Eerst stond ik hier binnen de logistiek bekend als ‘Mister duurzaamheid’, maar inmiddels zijn er veel meer collega’s die meedenken en meehelpen aan nieuwe ontwikkelingen.’ FrieslandCampina Branded Nederland ontving de Lean and Green Award in 2010 met de am bitieuze plannen om al in 2012 minimaal 20% CO2-reductie in de transporten te bereiken. Onder meer door de gemiddelde dropsize te verhogen, door samenwerking met andere par tijen, en door in het kader van Green Tender te gaan werken met alleen logistiek dienstverleners die een bewezen duurzaamheidprogramma hebben en minimaal de Lean and Green Award. ‘Nog niet alle elementen uit dat plan zijn al volledig uitgevoerd, maar we zijn al wel een heel eind onderweg’, zegt Vermeer. ‘Samen met onze logistiek dienstverleners Nabuurs, Simon Loos en Post-Kogeko kijken we niet alleen naar bundeling van vrachten, maar voeren we ook actief gesprekken over betere technische oplossingen, alternatieve brandstoffen, chauffeurstrainingen en daarnaast over netwerkstructuren, efficiënt georganiseerde routes, lege kilometers; samen leggen we het hele proces onder de loep. Waar kunnen we duurzame winst maken?’ Vorig jaar zocht FrieslandCampina ook horizontale samenwerking. ‘Een klassiek crossdock project met H.J. Heinz en Nabuurs; Chocomel en Ketchup samen in dezelfde vrachtwagen. Het levert vijf procent CO2-besparing op en werkt zo goed dat het project inmiddels dagelijkse praktijk is.’ Klanten van FrieslandCampina kunnen bovendien met het Green Order-model inzien welke CO2-belasting hun be stelgedrag veroorzaakt heeft. Daar mee ontstaat een interessant gesprek over gezamenlijke ketenverbetering.
32
Al met al hebben de duurzame stap pen al geleid tot een CO2-uitstoot reductie van 15 tot 17 procent. Ver dere stappen ziet Vermeer in nog zuinigere vervoersstromen, mogelijk met gebruik van de binnenvaart en vooral in toenemende ketensamen werking met vervoerders en andere verladers. ‘We willen zoveel mogelijk aansluiting zoeken met andere duur zame partijen en samen onderzoeken hoe we centraal ketens bij elkaar kun nen voegen en zo een duurzaam en economisch rendabel transportnet werk kunnen opzetten.’ De duurzame focus bracht Vermeer ook een onverwacht bijeffect: publi citeit voor de groene logistiek. ‘Als koploper kun je met tastbare voorbeelden de duurzaamheid van je onderneming uitdragen. Zo waren wij het afgelopen jaar hoofdsponsor van het evenement Green Today in Amsterdam. Daar konden we ook onze groene logistieke activiteiten laten zien en zo veel positieve aandacht genereren.’ •
Nu is duurzaamheid steeds meer een argument om iets wel te doen Walter Vermeer, manager transport FrieslandCampina
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
DB Schenker Logistics Nederland Mondiale duurzame aanpak
‘Daarna zijn we nog veel verder gegaan’, zegt Safety, Health and Environment manager Marcel Hoofdman. ‘Zowel internationaal als nationaal is een heel pakket maatregelen genomen met stevige reducties als resultaat. Met name ook op het spoor. Tegenwoordig monitoren we onze vestigingen op elektriciteit- en gasverbruik en proberen met die informatie nieu we energiezuinige maatregelen te nemen. We zijn ISO 14001 gecerti ficeerd, leren onze chauffeurs Het Nieuwe Rijden, monitoren con tinu de bandenspanning op onze vrachtwagens en daarnaast de effi ciëntie van de routes die de chauffeurs rijden. Momenteel onderzoeken we de mogelijkheid van gas als brandstof voor onze vrachtwagens. En ook van ingekochte carriers verwachten we dat ze zoveel mogelijk milieuvriendelijk rijden. Het liefst Euro 5.’ Op een speciale website kunnen klanten zien welke multimodale vervoersoplossingen de logistiek dienstverlener in Europa biedt. Ook krijgen ze online inzicht in de hoeveelheid CO2- reductie die bepaalde vervoer- en routekeuzes kunnen opleveren. Dat geeft ze de keuzemoge lijkheid om voor een duurzamere oplossing te kiezen. Volgens Hoofdman heeft de duurzame focus stevig bijgedragen aan de milieubewuste omslag die hij in het bedrijf waarneemt. ‘Het is echt geland bij ons personeel. Op iedere vestiging hangen KPI-dashboards met onze milieudoel stellingen. En in de loop van de tijd merken de medewerkers heel inzichtelijk dat energie redu ceren echt wat oplevert. Dat maakt ze enthousiast en kijken om zich heen hoe ze er zelf mee aan de slag kunnen. Zo zijn er allerlei milieubesparende initiatieven op de vestigingen ontstaan, zo als een project met energiezuinige verlichting. Ook de chauffeurs gaan het als een sport zien om energiezuinig te rijden en houden de ‘scores’ ook zelf bij. Dat leverde ons vorig jaar een brand stofbesparing van 2% op.’ Hoofdman denkt dat de duurzame aanpak zeker ook effect heeft op de goede resultaten van DB Schenker. ‘We draaien ook nu nog uitstekend en onze orderportefeuille is aardig vol. Ik ben er absoluut van overtuigd dat ons duurzame gedrag daaraan bijdraagt. Vooral omdat een groeiend gedeelte van onze klanten ook bezig is met MVO en duurzaamheid, waardoor er steeds meer een keten van ‘groene’ bedrijven ontstaat. Je kiest elkaar. Niet alleen in Nederland, maar over de hele wereld.’ •
Ook van ingekochte carriers verwachten we dat ze zoveel mogelijk milieuvriendelijk rijden
Nieuwsblad Transport november 2012
DB Schenker Logistics, een van de grootste logistiek dienstverleners ter wereld, werd koploper in 2009. De multinationale transportorganisatie wilde het energieverbruik van de warehouses terugbrengen en daarnaast stevige CO2-reducties bewerkstelligen door brandstofbesparingen in combi natie met route- en ladingopti malisatie op alle intermodale transporten.
Marcel Hoofdman, Safety, Health and Environment manager DB Schenker
33
Haven Amsterdam Haven Amsterdam wil grensverleggende partnerships met bedrijven waarin wordt samengewerkt aan de transitie naar duurzame-energiehaven en bio-based economy. Niet alleen vanuit een groene visie. Het is gewoon goede business.
op weg naar een
duurzame-
energiehaven
Nieuwsblad Transport november 2012
De Amsterdamse haven zit vol met duurzame ambitie én moge lijkheden. ‘Mede dankzij de uitstekende ligging in de grootste delta van Europa, is Amsterdam toonaangevend in de minerale energiemarkt en in de agribulk’, zegt Commercieel Manager Marcel Gorris. ‘En het is nou juist die sterke positie in minerale energie (kolen en olieproducten) en landbouwproducten die ons de mogelijkheid geeft om een transitie te maken naar duurzame energie. We bieden niet alleen een hypermoderne infrastructuur voor op- en overslag en het bewerken en mengen van energie dragers, maar hebben bovendien enorm veel kennis en ervaring in het havengebied.’ Haven Amsterdam en het havenbedrijfsleven hebben al uiteen lopende maatregelen genomen voor een zo schoon en duurzaam mogelijke energieoverslag met onder meer dampverwerkingsin stallaties voor emissievrije benzine- en dieseloverslag, overdekte loopbanden voor stofarme kolenoverslag en stofmonitoring voor de luchtkwaliteit. Reststromen Het doel is een duurzame-energiehaven waar groene
ladingstromen worden op- en overgeslagen en waar bedrijven zich vestigen die samen biobased clusters vormen. ‘In plaats van mine rale grondstoffen, worden steeds meer hernieuwbare, plantaardige grondstoffen ingezet voor materialen, chemicaliën, brandstoffen, gas, elektriciteit en warmte’, vertelt Marleen van de Kerkhof, Hoofd Commerciële Advies Afdeling, samen met Gorris onderdeel van het energieteam van Haven Amsterdam. ‘En we zijn inmiddels, samen met andere partijen, al goed op weg met die transitie.’ Als voorbeeld noemt Van de Kerkhof biodieselfabriek Vesta Bio fuels die biodiesel produceert op basis van organische reststromen (‘used cooking oils’) en daarvoor een deel van de ruimte en faci liteiten op het terrein van Olieterminal Oiltanking Amsterdam ge bruikt. Dit jaar verwelkomde de Amsterdamse haven bovendien grote ladingen biomassa bij OBA Bulk Terminal, gespecialiseerd in agribulk- en kolenoverslag. Het begon met maar liefst 47.000 ton houtpellets voor elektriciteitsmaatschappij RWE.
‘De verwachting is dat de biomassamarkt de komende jaren sterk zal groeien en onder meer door de energiecentrales in de omge ving van Amsterdam en in het achterland gebruikt gaat worden.’ Recycling Een belangrijke tak van de toekomstige ‘bio-based economy’ is de recycling van reststromen tot nieuwe materialen, grondstoffen en energie die bedrijven onderling in het havenge bied ontwikkelen, waardoor clusters ontstaan. Op verschillende plekken is dit al in volle gang. ‘Zo is rond het organische reststof fenrecyclebedrijf Orgaworld en (tweede generatie) biobrandstof producent Biodiesel Amsterdam BV een hele cluster van bedrij ven ontstaan die organische reststoffen aanvoeren en verwerken’, legt Commercieel Manager Gorris uit. ‘Zoals Cargill die via een pijplijn restpulp van vruchtensappen aanlevert dat wordt gezui verd in de waterzuivering van Orgaworld. En het mooie is dat dit recycling-principe steeds meer verfijning krijgt in de haven. Zo is het bedrijf ICL Fertilizers gestart met een project om fosfaat terug te winnen uit fosfaatrijke reststromen uit het havengebied en in te zetten als grondstof voor kunstmestproductie. Een ander voorbeeld is het Afval Energiebedrijf (AEB) dat huishoudelijk- en bedrijfsafval al voor 99% omzet in grondstoffen en energie.’ Er ligt al een warmtenet, in de toekomst kan in de haven ook een stoomnet opgezet worden waar bedrijven aan kunnen leveren en vanaf kunnen tappen. Dergelijke uitwisseling tussen bedrijven gaan volgens Gorris in de toekomst op steeds grotere schaal plaats vinden. ‘Het zijn allemaal haakjes, waar nieuwe bedrijven bij aan kunnen sluiten. Haven Amsterdam wil daarin partner zijn, mee denken en mee investeren, zodat er steeds meer samenhangende clusters ontstaan. Naast een warmtenet en een stoomnet, zou het ook interessant zijn om een CO2-infrastructuur aan te leggen. Zo wordt de Amsterdamse haven steeds meer een aantrekkelijke plek waar innovatieve bedrijven zich kunnen vestigen en kunnen besparen op energie en grondstoffen. Niet alleen goed voor hun uitstootreductie en groene imago, maar zeker ook een solide basis voor een winstgevende toekomst.’ •
Haven Amsterdam De Ruijterkade 7 | 1013 AA Amsterdam | T. +31 (0)20 5234 500 | F. +31 (0)20 6209 821
[email protected] | www.portofamsterdam.nl
34
Nieuwsblad Transport november 2012
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
(foto linksboven) Marleen van de Kerkhof, Hoofd Commerciële Advies Afdeling en Marcel Gorris, Commercieel Manager. ‘In plaats van minerale grondstoffen, worden steeds meer hernieuwbare, plantaardige grondstoffen ingezet voor materialen, chemicaliën, brandstoffen, gas, elektriciteit en warmte. En we zijn inmiddels, samen met andere partijen, al goed op weg met die transitie.’
35
Vlaanderen
Lean en Green
nu ook in Vlaanderen Het succes van het Nederlandse Lean and Green programma heeft indruk gemaakt in Vlaanderen. Daarom startte in juni ook bij onze zuiderburen een vrijwel identiek programma met een eerste groep van 15 koplopers.
Nieuwsblad Transport november 2012
tekst Wieger Favier fotografie Wieger Favier, VIL
36
D
e Vlaamse nadruk ligt vooral op kennisontwikkeling en kennis deling. ‘We zijn op weg naar een nieuwe CO2-arme samenleving’, voorspelt Erik van Agtmaal, Pro jectleider Lean and Green bij het Vlaams Instituut voor de Logis tiek (VIL). ‘Veel partijen binnen de economie bewegen nu al richting een meer energiezuinige manier van werken. En het is goed mogelijk dat binnen afzienbare tijd de hele maatschappij in een duurzame versnelling raakt. Consu menten en bedrijven verwachten steeds meer dat producten op een milieuverantwoorde manier zijn geproduceerd en vervoerd. Daarnaast komt meer en meer nieuwe milieuwetgeving op ons af, samen met nieuwe belastingen. Bovendien zullen, door de toe nemende energieschaarste, ook de schommelingen in brandstof prijzen alleen maar groter worden. Voor logistiek dienstverleners
geven al deze ontwikkelingen, ook in Vlaanderen, niet alleen zor gen, maar ook een uitdagende kans om op te vallen binnen de branche en voorop te lopen door nieuwe energiezuinige wegen in te slaan.’ De duurzaamheidssituatie in België is volgens Van Agtmaal ver gelijkbaar met die in andere Noord- en West-Europese landen. ‘Bij steeds meer bedrijven en logistiek dienstverleners staat het thema duurzaamheid hoog op de agenda. Er zijn uiteraard notoire achterblijvers, maar tegelijkertijd springen verschillen de toonaangevende bedrijven, zoals supermarktketen Colruyt, er echt uit met allerlei concrete acties, waaronder nauwe samenwerkingsverbanden met vervoerders. Ook vanuit de over heid is er concreet duurzaamheidbeleid ontwikkeld. België is een doorvoerland en, net als in Nederland, scoren we slecht op fijn stofgehaltes. De beleidsfocus ligt dan ook, naast CO2-reductie, sterk op terugdringing van fijnstof. De verschillende Belgische gewestelijke overheden promoten ook actief modal shift. Zo zijn er in Vlaanderen subsidies voor het aanleggen van kade
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
muren voor binnenhavens, is er adviserende ondersteuning voor bedrijven die hun goederenstroom willen shiften en zijn er ver schillende overheidsgestuurde initiatieven om binnenvaart te promoten, bijvoorbeeld in stadsdistributie.’ Wel loopt men in Nederland, volgens Van Agtmaal, wat voorop in het nemen van initiatieven. ‘Kijk maar naar het Lean and Green-programma. Dat loopt in Nederland al veel langer.’ Succesvol programma Financiële ondersteuning voor het VIL
en de collectieve publiekprivate projecten zoals Lean and Green, komt nu grotendeels van de Vlaamse overheid. Het VIL is een onafhankelijk kenniscentrum dat in Vlaanderen innovatieve logistieke projecten opzet en logistiek dienstverleners stimuleert om daaraan deel te nemen. Vervolgens denkt het VIL mee met bedrijven, biedt een netwerk, advies en financiële steun. Zelf werkte Lean and Green projectleider Van Agtmaal eerder mee aan verschillende Europese publiekprivate milieuprogramma’s zoals Green Freight Europe. ‘Het succes van dergelijke vrijwillige
programma’s is sterk afhankelijk van aanvankelijke subsidiëring door samenwerkende overheden en een goed werkende neutrale organisatie die boven de partijen staat. Het Nederlandse Lean and Green-progamma is voor ons een goed voorbeeld van een succes vol en efficiënt werkend CO2-reductie-project. Connekt heeft dat uitmuntend aangepakt. Het label, de award en de communicatie naar de buitenwereld motiveren bedrijven zich aan te sluiten bij het netwerk en bewust bezig te gaan met milieumaatregelen. Van wege de hoge publicitaire waarde die bedrijven zelf uitdragen is Lean and Green een marketing tool met uitstraling geworden waardoor ook bij verladers de logistieke afdeling meer aandacht heeft gekregen.’
Nieuwsblad Transport november 2012
Het Vlaamse team voor Lean & Green.
Kopie van Nederlandse aanpak Geen wonder dus dat het op
15 juni gelanceerde Vlaamse Lean and Green-programma vrij wel een kopie is van dat succesvolle Nederlandse voorbeeld. De eerste groep van 15 koplopers bestaat zowel uit verladers als uit logistiek dienstverleners zoals Van Dievel Transport en Vervoer
37
Nieuwsblad Transport november 2012
Nu Ecotaxe – TIS PL duopack In 2013 komt de Franse Ecotaxe eraan. Reserveer daarom vandaag nog uw nieuwe DKV Box in de handige Ecotaxe - TIS PL dubbeluitvoering en Rroʏteer van de \eer aantrekkeliLke voorwaarden.
Voor meer informatie belt u met +31 252 4632 17 of gaat u naar www.dkv-ecotaxe.com
38
Ecota vanaf xe 2013 Leg nu u voorde w el vast!
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
150 Maatregelen Het VIL ondersteunt die
informatieontwikkeling ook zelf actief door zoveel mogelijk relevante wetenschappelijke informatie in kaart te brengen en deze om te zetten in toepasbare maatregelen die kunnen leiden tot een kleinere CO2-uitstoot per logis tieke prestatie. Daarbij maakt het Vlaamse in stituut ook een inschatting van de procentuele CO2-impact, de te maken investeringen en ope rationele kosten, de moeilijkheidsgraad om de maatregel toe te passen en eventuele bij
Consumenten en bedrijven verwachten steeds meer dat producten op een milieuverantwoorde manier zijn geproduceerd en vervoerd Erik van Agtmaal, Projectleider Lean and Green bij het Vlaams Instituut voor de Logistiek (VIL)
komende implicaties. ‘In totaal kwalificeren we zo 150 maatregelen. Ze gaan aan de ene kant over motivatie van mensen in de distributie centra, kantoorpanden, het management, en natuurlijk rijtrainingen voor de chauffeur. Daarnaast over brandstof en technologische verbeteringen aan zowel vrachtwagens als het planningssysteem. En tenslotte zijn er efficiën tiemaatregelen in het onderhoud en de trans portplanning.’ Ook heel eenvoudige maatregelen kunnen al zorgen voor grote verschillen. ‘Daarom plaat sen we regelmatig een selectie tips en best pratices op onze website waarmee iedereen gemakkelijk energie kan besparen.’ Bijvoor beeld over de juiste instelling van de wind geleider op vrachtwagencabines. ‘Dakwind geleiders kunnen het brandstofverbruik van zware vrachtwagens tot wel vier procent re duceren, maar ongeveer 25 procent van de dakwindgeleiders op de Vlaamse autosnel wegen blijkt niet goed ingesteld, wat onnodig veel energie kost.’ Investeren in crisistijd Van Agtmaal kijkt tenslotte alvast vooruit, als over vijf jaar in derdaad de behaalde twintig procent CO2-re ductie is behaald. ‘Daarna moet het natuurlijk niet ophouden. Hoe minder CO2 we uitstoten, hoe beter. Naast maatregelen die bedrijven kunnen nemen op het gebied van transport vermijding, efficiëntieverbeteringen en mo dal shift zijn er nog heel wat verbeteringen mogelijk op het gebied van het efficiënter ma ken van supply chains en transportnetwerken. De belangrijkste vervolgstap is dat er ook steeds meer samenwerking gaat plaatsvinden tussen producenten en retailers. Horizontale samenwerking ligt over het algemeen nog heel moeilijk, maar als je, aan de hand van succes volle voorbeelden, aangeeft dat je daarmee de beladingsgraad kan verbeteren en het aantal lege kilometers kan terugdringen, is er zeker interesse.’ Meer interesse voor duurzame initiatieven zou er, volgens de Vlaamse projectleider, ook vanuit overheden moeten zijn. ‘Maar op dit moment worden overheden, vanwege de aan houdende economische crisis, overal in Euro pa juist geconfronteerd met minder midde len. Daardoor zijn ze juist geneigd om milieu en duurzaamheid als extra inkomstenmoge lijkheid te gebruiken in plaats van als inves teringsmogelijkheid. Maar daarbij zijn over heden zich niet altijd bewust van de enorme impact die goede vrijwillige publieksprivate programma’s kunnen hebben.’ •
Nieuwsblad Transport november 2012
Verbessem tot Bayer en het enorme drank concern AbInBev. Onder hen ook enkele Belgische vestigingen van internationale ondernemingen die in Ne derland ook al deelnemen aan het programma zoals FrieslandCampina Belgium, H.J. Heinz Belgium en Wim Bosman Belgium. Een tweede groep van dertig bedrijven volgt later. Net als in Nederland verbinden zij zich om binnen een periode van maximaal 5 jaar hun energie-effici ëntie sterk te verbeteren en de CO2-uitstoot met minstens twintig procent te reduceren. ‘Vooral voor vervoer- en transportbedrijven met veel kilometers over de weg is dat een flin ke uitdaging’, zegt Van Agtmaal. ‘En we vinden het erg belangrijk dat deelname niet stopt bij het opstellen van het plan van aanpak, maar dat bedrijven ook echt de omslag maken naar een meer milieubewuste werkwijze.’ Daarbij gaat het VIL zelf een zeer actieve, be geleidende rol spelen. In de eerste plaats met individuele begeleiding van de deelnemende bedrijven. ‘Juist omdat het nog een beperkte groep is, kunnen we veel aandacht geven aan individuele bedrijven. We denken zelf actief met ze mee over de mogelijkheden, onder steunen het plan van aanpak in de verschil lende fases en ontwikkelen samen specifieke, energiebesparende programma’s.’ Daarnaast legt het VIL vooral nadruk op geza menlijke kennisontwikkeling en –deling met kostenbesparing en brandstofbesparing als focus. ‘We verwachten dat bedrijven daarin zelf ook participeren met hun opgedane kennis. Ze rapporteren halfjaarlijks de gerealiseerde CO2besparing aan het VIL. Bovendien delen alle deelnemers informatie met elkaar en kijken op welke terreinen ze kunnen samenwerken. Daarvoor organiseren we onder meer bijeen komsten en online meetings waarbij we telkens specifieke onderwerpen bespreken. Dat kan bij voorbeeld met een gastspreker. Of één van de bedrijven die al wat verder is op dat specifieke terrein laat zien wat het doet en welke resulta ten dat heeft opgeleverd.’
39
Stookolie
Nieuwsblad Transport november 2012
de Zeescheepvaart wordt
verplicht schoner De internationale scheepvaart heeft zich lang verzet tegen milieumaatregelen, maar Europa maakt daar nu korte metten mee. tekst Rob Mackor fotografie Bernadet Gribnau
40
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Z Cees de Keijzer, expert bunkerolie
Eisen Het gevolg is dat schepen vanaf 2015 ook in een groot deel van de Europese wateren alleen nog mogen varen op brandstof met maximaal 0,1 pro cent zwavel. Dat geldt in de zogenoemde emission controlled area’s (eca), die in Europa praktisch gesproken Het Kanaal, de Noordzee en de Oostzee omvat. Overigens is ook het gebied van 200 zeemijl uit de hele oost- en westkust van de VS en Canada zo’n eca. Maar daarmee zijn we er nog niet. Begin dit jaar is wereldwijd de eis voor alle gebieden buiten die eca’s verlaagd van 4,5 tot 3,5 procent zwavel. Maar dat is ‘window dressing’, zegt De Keijzer, die binnen de sector bekend staat als Archie Bunker. ‘In de praktijk is het gemiddelde 2,6 procent.’ Maar in 2020 krijgt dit regime wel betekenis, want dan gaat de norm omlaag tot 0,5 procent. Binnen IMO is er weliswaar een mogelijkheid om die termijn vijf jaar op te schuiven, als blijkt dat er onvoldoende zwavelarme gasolie leverbaar is, maar de Europese Unie heeft die optie uitgesloten. Over ruim zeven jaar moeten zeeschepen in Europese wateren dus hoe dan ook zwavelarm varen. Dat betekent een forse kostenstijging voor de zeevaart: gasolie is gemiddeld zo’n 300 dollar per kuub duurder dan stookolie. De scheepvaartlobby heeft zich dan ook heftig geroerd, maar De Keijzer ziet geen probleem: ‘Uiteindelijk komt die rekening terecht bij de consument, bij ons allemaal dus.’ Scheepsexploitanten hebben overigens nog wel een ontsnappingsmogelijk heid: ze kunnen hun schepen uitrusten met een ‘scrubber’, ofwel een rookgas reinigingsinstallatie. Dan mag stookolie met maximaal 3,5 procent zwavel nog worden gebruikt. Zo’n scrubber vergt een forse investering, maar volgens De Keijzer verdient die zichzelf in een paar jaar terug. En de maatschappelijke winst is volgens hem enorm: ‘Volgens een rapport van de Europese Commissie overlijden jaarlijks 50.000 mensen voortijdig als gevolg van emissies door schepen. Het is heel duidelijk dat we daar winst gaan halen.’ •
Nieuwsblad Transport november 2012
Het Effect van de zwavelrichtlijn in havens wordt niet gemeten
eeschepen worden de komende jaren zeker duur zamer in die zin dat ze veel minder luchtvervui ling zullen veroorzaken dan nu het geval is. Dat is niet te danken aan milieubewuste reders, maar aan internationale regelgeving die hen dwingt om schonere brandstof te gebruiken en zo de lucht vervuiling terug te dringen. Zegt Cees de Keijzer, die geldt als één van de grootste deskundigen op het gebied van scheepsbrandstoffen, ofwel bun kerolie. Volgens hem is de luchtkwaliteit rondom Europese zeehavens al spectaculair verbeterd omdat in een haven afgemeerde schepen sinds 2010 geen brandstof met meer dan 0,1 procent zwavel mogen verstoken. Praktisch gesproken verbiedt deze Europese richtlijn het gebruik van stookolie in alle zeehavens en verplicht het gemeerde schepen om zwavel arme gasolie te gebruiken. Het gekke is echter dat er, voor zo ver bekend bij De Keijzer, nauwelijks onder zoek is gedaan naar het effect van die maatregel. Cijfers voor Rotterdam zijn niet bekend, want de milieudienst DCMR verricht er geen specifieke metingen naar. Eén van de weinige onderzoeken die hij kent, is dat aan boord van het cruiseschip ‘Costa Pacifica’, dat uitwijst dat de emissies van zwaveldioxide in de havens fors was verminderd. De komende jaren worden de eisen aan de scheepvaart verder opgeschroefd met het van kracht worden van de Europese Zwavelrichtlijn. In feite gaat het om eisen van de International Maritime Organization, een afdeling van de Verenigde Naties. Die zijn op 11 september overgenomen door het Europees Parlement. De Keijzer: ‘Dat was schrikken voor de reders want die wilden uitstel. Maar toen duidelijk werd dat ze zelf niets hadden ondernomen om emissies terug te dringen was het pleit snel beslecht. Dan is nu de scheepvaart aan de beurt, kregen ze te horen.’
41
Vos Transport Ondanks de economische crisis, blijft Vos Transport flink investeren in brandstofreductie en duurzaamheid. ‘Het levert kostenbesparing en CO2-reductie op en legt een stevige basis voor de toekomst.’
slimme investeerder in de
toekomst
Nieuwsblad Transport november 2012
‘De transportwereld is op weg naar een toekomst waarin elke afge legde kilometer optimaal en schoon moet zijn’, zegt Jules Menheere, directeur van Vos Transport. ‘Daarin willen wij voorop lopen. We zijn daarom continu op zoek naar nieuwe kennis en technologi sche ontwikkelingen waarmee we efficiënter en meer service gericht kunnen transporteren.’ Daarin gaat Vos Transport behoorlijk ver. De logistiek dienstverle ner ontving in 2010 de Lean&Green Award en ging zo voortvarend aan de slag, dat het de doelstelling van 20% CO2-reductie al ruim schoots heeft gehaald. En dat ondanks een spectaculaire groei van 40% in de afgelopen 2 jaar. ‘We hebben enorm veel geïnvesteerd, maar zien de resultaten daarvan ook vrijwel onmiddellijk terug. Minder brandstof, minder kosten, minder CO2-uitstoot.’ Opwaardering Het hele wagenpark is inmiddels van de eerste
generatie Euro 5-norm opgewaardeerd naar de tweede generatie. ‘Dat heeft ons de afgelopen twee jaar weer een brandstofbesparing van 6% opgeleverd. Inmiddels is ook 10% van de vloot vervangen door Euro 6. Er zit weinig brandstofwinst meer in, maar wel een enorme reductie van CO2-uitstoot. En ook dat vinden we erg be langrijk. Bovendien hopen we er straks op de Duitse snelwegen korting mee te krijgen.’ Ook is al het trekkend en getrokken mate riaal van het in juni overgenomen Wilms vervangen door nieuw materieel. Wilms, het huidige Vos Limburg beschikt nu ook alleen nog maar over euro 5 en 6 trekkers. De overname van Wilms in Ittervoort is een strategische keuze geweest en maakt het mogelijk om de ritten beter te optimaliseren en dus ook te verduurzamen. Vos investeerde enkele jaren geleden al in tientallen in hoogte verstelbare megatrailers en recentelijk in 2 LZV's. ‘In de toekomst hopen we daarmee de mogelijkheden van lange voertuigen op de internationale afstanden verder uit te breiden.’
Ritanalyse Het complete opgewaardeerde wagenpark van Vos Transport is voorzien van slimme meetapparatuur. In de eerste plaats de nieuwste boordcomputers. ‘Daarmee kunnen we veel informatie uitwisselen, waardoor klanten ook online kunnen bekijken waar hun zending precies is. Maar het helpt ook om de ritten nog beter te analyseren en vervolgens te optimaliseren.’ Dat is vooral effectief in combinatie met de eveneens gemonteerde 'Eco-kastjes' die online de gedragingen van de chauffeur doorge ven en het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot meten. ‘Daarbovenop hebben we ook een brandstofmanager ingevoerd. Deze persoon wint continu online informatie in over brandstof gebruik en rijgedrag van de chauffeurs en informeert ze hier over bij iedere tanking. Een extra service om ze alert te houden. Als je de mensen op een motiverende manier betrekt bij duurzaamheid, pakken ook zij het enthousiast op.’
Uiteraard controleert Vos transport ook continu de bandenspan ning van de wagens. Maar het bedrijf gaat zo ver dat het nu ook met een proef bezig is waarin het verschillende bandenmerken uittest op brandstofgebruik. ‘Ook daar zit toch een verschil in’, zegt Menheere. ‘Dat kan wel oplopen tot 1,5 procent.’ De kracht van Vos ligt bij het optimaliseren van routes. Veel over land, maar ook steeds meer intermodaal. ‘Daar waar we mogelijk heden zien, zetten we momenteel een deel van die lijnen over op intermodaal vervoer. We zijn met onderzoek bezig naar overzet ting op schip of spoor naar verre bestemmingen. Naar bestem mingen in Finland gaan we nu al volledig over zee. Dit biedt voor één klant van Vos bijvoorbeeld al wekelijks een besparing van 5770 km over land en dit zorgt dan ook voor een behoorlijke CO2besparing. In samenwerking met deze klant wordt er dus gewerkt aan onze toekomst.’ •
Vos Transport B.V. Londenstraat 5 | 7418 EE Deventer | Postbus 2120 | 7420 AC Deventer | t. +31 (0)570 67 89 89 | F. +31 (0)570 67 89 99
[email protected] | www.vosdeventer.com
42
Nieuwsblad Transport november 2012
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Het wagenpark van Vos Transport is uitgerust met de nieuwste boordcomputers. Klanten kunnen nu online bekijken waar hun zending precies is. Maar hierdoor wordt het ook mogelijk gemaakt om de ritten nog beter te analyseren en vervolgens te optimaliseren. Dat is vooral effectief in combinatie met de eveneens gemonteerde 'Eco-kastjes' die online de gedragingen van de chauffeur doorgeven en het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot meten.
43
EU-regelgeving
het synchromodale netwerk Nieuwsblad Transport november 2012
van De Europese Commissie
44
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
In het White paper Vervoer 2050 kondigt de Europese Commissie doelstellingen aan die voor een efficiëntere Europese logistiek moeten zorgen. In 2050 moet 60% CO2-uitstootreductie bereikt zijn.
V
olgens deskundige Jan-Willem Tierolf, Coör dinator ITS en TEN-T van de Dienst Verkeer en Scheepvaart van Rijkswaterstaat, zullen logistiek dienstverleners hierdoor steeds meer in netwerken moeten samenwerken. ‘Een gron dige hervorming van het huidige vervoers systeem in Europa’, schrijft de Europese Com missie over haar eigen Witboek, waarin een stappenplan staat naar een interne Europese vervoersruimte met een concurrerend en zuinig vervoerssysteem. Ambitieus maar noodzakelijk, omdat olie steeds schaarser wordt en de opwarming van de aarde moet worden beperkt tot minder dan 2°C. Daarom moet de vervoerssector in 2050 minstens 60% minder broei kasgassen produceren dan in het peiljaar 1990. Bovendien wil de Commissie al in 2030 een daling zien van 20% ten opzichte van 2008, wat nog altijd 8% méér uitstoot betekent dan in 1990. Om die doelstellingen te bereiken, wil de Commissie dat de Europese transport sector transformeert naar een synchromodaal vervoerssysteem met optimale duurzame keuzes, waarin energiezuinige modaliteiten in een netwerk naast elkaar bestaan binnen een sterk gemoderniseerd Europese vervoersinfrastruc tuur. Tegen 2030 moet al een volledig functioneel kernnetwerk van multi modale vervoerscorridors in de hele EU zijn ontstaan, inclusief voorzieningen voor een efficiënte overstap tussen modaliteiten. In 2050 moet dat weer verder zijn uitgebouwd tot een hoogcapaciteitsnetwerk met direct beschikbare geïn tegreerde informatie. De plannen hiervoor zijn inmiddels goedgekeurd door het Europees Parlement. Maar voor een goed functionerend netwerk zullen eerst heel wat hinderpa len en knelpunten weggenomen moeten worden en met name in Oost-Eu ropese landen een betere vervoersinfrastructuur worden aangelegd. Er lig gen nog weinig kilometers aan kwalitatieve snelwegen in de nieuwe lidstaten
Nieuwsblad Transport november 2012
tekst Wieger Favier fotografie PortPictures, Dreamstime, MG Redacties, ministerie van I en M
45
EU-regelgeving Witboek Europese Commissie In deze grafieken uit het Witboek van de Europese Commissie is duidelijk te zien dat het modal shift-beleid van de EU in elk geval in het eerste decennium van de 21e eeuw nog niet zoveel heeft opgeleverd. Zowel spoor als binnenvaart verloor marktaandeel. In de prognoses is zichtbaar dat het geloof in verbetering van de modal shift er niet minder op is geworden. Rechtsonder is zichtbaar dat vermindering van de totale CO2uitstoot afhankelijk is van de maatregelen in de energieopwekkende industrie. Al moet hier wel bij worden aangetekend dat een gelijkblijvend aandeel in de emissies voor groeisector transport al een prestatie van formaat zal zijn.
Modal split vrachtvervoer binnen de EU in 1998 luchtvracht 0,1%
4,0%
wegvervoer 42,7%
zeevracht 37,6%
prognose gemiddeld groeipercentage per jaar
3,0%
2,0%
1,0%
olie via pijplijn 3,8%
0%
-1,0%
binnenvaart 4,0%
spoorvervoer 11,9%
-2,0%
wegvervoer
Nieuwsblad Transport november 2012
'90 - '05
Modal split vrachtvervoer binnen de EU 2008
spoorvervoer
binnenvaart
'05 - '30
'30 - '50
prognose CO2-emissies per industrie MtCO2 4,500
luchtvracht 0,1% zeevracht 37,2%
4,000
wegvervoer 45,5%
3,500 3,000 2,500 2,000 1,500 1,000 500
olie via pijplijn 3,0%
binnenvaart 3,5%
46
spoorvervoer 10,7%
transport
industrie
bewoning
energie opwekkende industrie
20 50
20 40
20 30
20 20
20 10
20 00
19 90
0
tertiair
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
Lange afstanden Vervoer over langere afstan den zal volgens het Witboek ook in 2050 nog grotendeels per vliegtuig of schip plaatsvinden. Maar wel veel schoner. Concreet moet de lucht vaart 40% meer koolstofarme brandstoffen gaan gebruiken en de scheepvaart ten minste 40% minder broeikasgassen uitstoten. Dit kan vol gens de Commissie vooral door ‘operationele en technische maatregelen’: nieuwe ontwerpen, schonere motoren en koolstofarme brandstof fen zoals gas en biofuel. Daarnaast moeten efficiëntere verkeerbeheersystemen en logis tieke organisatie zorgen voor lagere emissies. ‘Een belangrijk punt’, vindt Jan-Willem Tierolf. ‘Goede systemen die op een eenduidige ma nier uit alle modaliteiten beschikbaar komen en geïntegreerd kunnen worden, zijn essentieel om efficiëntie te verhogen. Verschillende systemen zijn al beschikbaar en zullen steeds meer wor den uitgerold.’ Ook het Europese luchtverkeers leidingssysteem moet al in 2020 volledig zijn gemoderniseerd, zodat er een gemeenschappe lijk Europees luchtruim ontstaat waardoor de vluchtroutes met 10% kunnen afnemen. Eind dit jaar moeten er al functionele luchtruimblok ken (FAB) worden ingevoerd. Over de middellangere afstanden van circa 300 km wil de Commissie het conventionele ver voer over de weg niet uitbannen, maar wel sterk terug dringen. Het passagiers- en goederenver voer over de weg moet rond 2030 al voor 30% zijn verschoven naar spoor of schip. En in 2050 zelfs voor 50%. ‘Behoorlijk hoge doelstellingen’, vindt Tierolf. ‘Er zal zeker een grote verschui ving plaatsvinden, maar het is moeilijk te voor spellen hoe de verkeer- en vervoersbehoefte er na 2030 uit zal zien. Dus weten we ook niet goed hoe, en of de lange termijn doelstellingen haal baar zijn. Heldere doelstellingen zorgen echter wel voor bewegingen bij overheden, politiek en de transportwereld. En dat is sowieso goed.’ Schone steden In steden moet wegvervoer op conventionele brandstoffen op termijn hele maal verdwijnen. De doelstelling van de Euro pese Commissie is dat in 2030 al 50% minder ‘vieze’ auto’s de steden in mogen. Tegen 2050 moet dat over zijn gegaan in een totaalverbod. Beide doelstellingen zijn volgens Tierolf redelijk
Al met al zal de transportwereld er door de toenemende aandacht voor duurzaamheid drastisch anders uit gaan zien. Jan-Willem Tierolf, Coördinator ITS en TEN-T Dienst Verkeer en Scheepvaart van Rijkswaterstaat
Tolheffing Alle doelstellingen bij elkaar kosten verschrikkelijk veel geld. Met name de plan nen voor de aanleg van de infrastructuur van het kernnetwerk en de oplossing van knel punten. Deze vragen, naast draagvlak en wet geving, ook om enorme investeringen van de Europese lidstaten. En het is maar zeer de vraag of daar, tijdens de huidige economische crisis, veel geld voor vrijgemaakt zal worden. De Europese Commissie wilde al dit jaar Euro pean Electronic Toll System (EETS) opstarten waarmee tolsystemen interoperabel worden, zodat gebruikers via één contract en één kastje door alle toldomeinen van Europa kunnen rij den. Om praktische redenen gaat dat nog niet lukken en de Commisie beraadt zich nu op de goede aanpak om zo snel mogelijk toch te starten. Verder noemt het Witboek het voor nemen om voor vrachtvoertuigen op het Euro pese Netwerk verplicht tol te gaan heffen. Daar zou mogelijk in 2013 al wetgeving voor inge diend kunnen worden. Al met al zal de transportwereld er door de toenemende aandacht voor duurzaamheid drastisch anders uit gaan zien. Volgens Tierolf zal het voor logistiek dienstverleners, ook commercieel gezien, steeds belangrijker wor den om te investeren in duurzame vervoers middelen. Dat betekent niet alleen lagere hef fingen en betere toegang tot steden, maar ook een betere naam voor het bedrijf. ‘Tegelijkertijd zullen logistiek dienstverleners steeds meer moeten investeren in samenwer king met andere vervoerders en verladers en meer gaan denken in netwerken.’ Een steeds groter deel van de markt wordt multimodaal en slim kunnen schakelen en goedkope over slag worden in Europa steeds belangrijker. Ook zonder het Witboek. •
Nieuwsblad Transport november 2012
haalbaar. ‘De verschuiving naar schone steden is nu al overal bezig en in de toekomst zal er steeds strengere milieuwetgeving voor stads vervoer volgen. Ik verwacht echter niet dat je al rond 2030 alleen nog maar met elektrische vrachtwagens de stad in mag.’ Wel zullen er ook steeds meer duurzame technologische eisen komen aan vervoersmiddelen en de ont wikkeling van nieuwe technologieën. Schonere motoren, alternatieve brandstoffen, nieuwe materialen en aandrijfsystemen zorgen voor lagere CO2-uitstoot. De Europese Commissie had deze al eerder vastgelegd in het Strategisch vervoerstechnologieplan (STTP) 2011 en werkt nog aan uitvoerige plannen, EU-normen en voorstellen voor besteding van onderzoeks middelen hiervoor.
en een oud spoorwegnet dat op veel punten in slechte staat verkeerd. Daarnaast moeten er op belangrijke, strategische punten goede transfe ria worden aangelegd. Tegen 2050 moeten alle luchthavens en de 65 belangrijkste zeehavens in het kernnetwerk zijn verbonden met het spoor net en waar mogelijk, op de binnenwateren.
47
Toekomst
Duurzaamheid wordt belangrijker dan het
tarief
Probeerde de transportsector voorheen het ‘circus Al Gore’ zoveel mogelijk buiten de deur te houden, anno 2012 is iedereen er wel zo’n beetje van doordrongen dat het goederenvervoer zal moeten ‘vergroenen’.
Nieuwsblad Transport november 2012
tekst Paul Jumelet fotografie Dreamstime, FloraHolland
48
D
e mobiliteitsvakbeurs Ecomobiel, die op 9 en 10 oktober plaatsvond in Ahoy' Rotterdam, was daarom de perfecte locatie om van diverse professionals uit het veld te horen welke initiatie ven de sector inmiddels heeft onder nomen. Peter Sierat, directeur van Transport en Logistiek Nederland, zei op het Ecomobiel-debat dat de druk van opdrachtgevers op transporteurs om duurzaam te werken steeds groter wordt. ‘Op dit moment is de transportprijs voor verladers nog steeds het belangrijkste criterium, gevolgd door duurzaamheid, maar ik weet zeker dat dit in de nabije toekomst andersom zal zijn.’ Al is de reis eigenlijk nog maar net begonnen en staat Sierat hoogstpersoonlijk genoteerd in de ‘Vieze 50’, een door het VARAradioprogramma Vroege Vogels geïnstigeerde lijst van ‘de groot ste milieuviezeriken van Nederland’. Sierat reageerde tijdens Eco mobiel op de toen net bekend geworden rangorde en toonde zich tevreden dat hij op plek 43 in de lijst was beland. Aangezien Vroege Vogels zelf vijftig namen had geselecteerd en luisteraars die op volgorde mochten zetten, viel die 43e plek eigenlijk nog mee. Sierat poogde op het spreekgestoelte in Ahoy zijn verkiezing in de Vieze 50 te logenstraffen. ‘De Euronormen die voor vrachtwagens zijn ingevoerd zijn al een gigantische prestatie. Al is het nog niet genoeg. Het grootste probleem is nog steeds de CO2.’
Efficiënter werken Het moet gezegd: een open sollicitatie voor een functie bij Greenpeace was Sierat’s lezing ook weer niet. Zo vertelde hij hoe TLN hard met de vuist op tafel heeft geslagen om de allerstrengste milieu-eisen op Maasvlakte 2 van tafel te krijgen. ‘De Milieuzone, al mag ik dat van Ronald Paul niet zo noemen, die het Haven bedrijf oorspronkelijk op de Tweede Maasvlakte had gepland, zou dramatisch zijn geweest voor on ze sector. Na 2016 zou er geen auto onder de Euro6-norm meer welkom zijn geweest op Eerste én Tweede Maasvlakte. Op ons aandringen is na veel overleg besloten dat vanaf 2014 ook Euro5wagens, niet ouder dan zeven jaar, nog welkom zijn. Zijn we ook niet blij mee, maar we hebben erger gelukkig kunnen voorkomen.’ De oplossing, betoogde Sierat, zit hem niet in milieuzones, maar in efficiënter werken. ICT-toepassingen en samenwerking zijn daarbij de toverwoorden die niet alleen door Sierat, maar door alle deelnemers aan het debat in Ahoy werden uitgesproken. Al is harmonieus samenwerken tussen bijvoorbeeld vervoerders en verladers makkelijker gezegd dan gedaan, weet ook Sierat. Hij noemde als voorbeeld de levering van lege containers aan ‘een grote Nederlandse bierbrouwer’. Om containers beter te benut ten, bedachten containervervoerders dat het efficiënter zou zijn om niet direct lege containers vanuit de haven aan te voeren, maar om eerst geladen containers naar afleveradressen elders in Nederland te rijden en daarna pas met de zojuist geleegde
containers naar de bierbrouwer te rijden. Een goed idee, dat volgens Sierat echter beter niet kon worden besproken met de bierbrouwer. ‘Anders had die meteen weer een lager tarief gewild.’ Alternatieve brandstoffen Het debat had, zoals het hoort, ook
zijn scherpe kanten. Peter Hendrickx, commercieel directeur van LNG leverancier Rolande LCNG, betoogde dat zijn van af val gemaakte vloeibare biogas ‘het enige echte alternatief is voor het gebruik van diesel in het zwaar transport’. Samen met Iveco biedt hij leasewagens aan die erop rijden; met name Albert Heijn maakt er in het zuiden des lands al gebruik van. Maar zijn stel ling dat wagens op biogas niet alleen groener, maar ook finan cieel gunstiger zijn, werd door het Ahoy-publiek argwanend aangehoord. Zijn uitgangspunt dat biogaswagens eenzelfde rest waarde hebben als dieseltrucks kon lang niet iedereen overtuigen. De inzetbaarheid van alternatieve brandstoffen blijft vooralsnog een moeilijk onderwerp. TLN-directeur Peter Sierat, bijvoor
beeld, volhard dat diesel voor het zware transport nog heel lang belangrijk zal blijven. Onder de aanwezige sprekers bevonden zich ook enkele grote namen: ex-premier Jan Peter Balkenende presenteerde als partner van Ernst & Young het ‘Visiedocument Elektrische Mobiliteit’, demissionair minister Schultz van Haegen van Infrastructuur & Milieu kwam bekend maken dat er een Europese subsidie van bijna 4 miljoen komt om de ontwikkeling van vervoer op water stof te stimuleren, en Ingrid van Leeuwen, programmamanager Provinciaal Actieprogramma Lucht van provincie Zuid-Holland, hield een pleidooi voor biomethaan. Terug naar Balkenende. Het rapport dat hij presenteerde, bevat ‘een visie op elektrisch personen- en goederenvervoer’, maar het biedt geen maatwerk logistieke sector. Dat elektrisch vervoer zich vooralsnog beperkt tot toepassingen in de stadsdistributie en dat ‘de ontwikkeling van elektrisch aangedreven bedrijfs wagens boven de 3,5 ton de komende jaren nog de nodige uit
Nieuwsblad Transport november 2012
Duurzaamheidsrapport Groen in transport en logistiek
49
Toekomst
dagingen biedt’ zal niemand in de sector verbazen. Als vracht wagenproducenten hun best doen, moeten ze volgens Ernst & Young in staat kunnen zijn om in de periode 2018-2020 een in serie geproduceerde (deels) elektrische bedrijfswagen in het segment boven de 3,5 ton (kleine trucks) te produceren.
Co-modaal transport Edwin Wenink, manager supply chain development van bloemenveiling FloraHolland, vertelde dat een modal shift ook een ‘mental shift’ vergt. Hij weet er alles van, omdat FloraHolland al deelnemer was van diverse projecten op dit gebied. ‘Technisch is het eenvoudig om je spullen in de
Nieuwsblad Transport november 2012
GreenRail: FloraHolland vervoert sierteeltvervoer per trein. Co-modaal transport heeft volop potentie, maar verladers moeten zich bij het initiatief aansluiten.
50
Modal shift Het onderwerp is al veel besproken in de trans portwereld, maar in de praktijk wordt de zo vaak gepropageerde overstap van het ‘vuile’ wegvervoer naar ‘schonere’ modaliteiten als binnenvaart en spoor nog steeds niet massaal gemaakt. Tom Tillemans, logistiek manager van Heinz Benelux zei op het Eco mobiel graag meer met binnenvaart te willen doen. ‘Maar we heb ben ondersteuning nodig. We moeten het met andere verladers doen om voldoende kritische massa te vormen.’ Het zou helpen als Heinz van hogerhand hulp zou krijgen, maar Tillemans maakte in Ahoy duidelijk dat die hulp er onvoldoende is. Zo is Rotterdam wel volop bezig om de A15 te ontlasten door binnenvaart te stimuleren, maar richt de havenstad zich daarbij volgens Tillemans bijna helemaal op deepsea-containers, waar door Heinz met zijn shortsea-containers van een koude kermis thuiskomt. ‘De aandacht moet niet alleen maar op de Tweede Maasvlakte gefocust zijn, wij willen de boot niet missen. Op weg vervoer kan je als verlader niet volledig meer bouwen. Over acht jaar zijn er geen chauffeurs meer: een vijfde van de Nederlandse vrachtwagenchauffeurs is dan inmiddels met pensioen, en de Po len en Roemenen zitten dan weer gewoon in Polen en Roeme nië, omdat daar ook economische groei is. Een schrikbeeld.’
trein te schuiven, maar het is lastiger om de modal shift ook tussen de oren van verladers te krijgen’, is een wetenschap die Wenink opdeed dankzij Greenrail, een project waarbij werd be keken of bloemen en planten per trein naar allerlei Europese bestemmingen kunnen worden vervoerd. Nu is er ook de Greenbarge, vervoer per binnenschip van kwekers uit de Noordoostpolder naar de veiling in West-Nederland. Wenink: ‘Verladers denken dat de logistiek dienstverleners het wel alleen af kunnen, maar die hebben juist hulp van de verladers nodig. De logistiek dienstverleners in onze sector zijn nog echte vervoerders, die niet gewend zijn aan co-modaal transport.’ Toch bewijst Greenbarge volgens Wenink dat een modal shift ook op een kort, binnenlands traject mogelijk is. Maar net als eerder Tillemans, stelde ook Wenink dat meer verladers zich bij het initiatief moeten aansluiten, wil het echt een succes gaan worden. Cees Deelen, hoofd modaliteiten van Havenbedrijf Rotterdam, sloot het debat af met de beaming dat duurzaamheid belangrijker wordt. ‘Maar het is nog moeilijk te zeggen of het ook een wapen kan worden in de concurrentiestrijd met een haven als Antwerpen.’ •
www.nieuwsbladtransport.nl