Reliable Independent Reviews Betrouwbare Onafhankelijke Beoordelingen
www.RIRnl.eu
Randvoorwaarden en doelvoorschriften bij alternatieve verwijderingsmethoden Auteur: ing. Gerwin Lensink B.Sc. RVK
Inhoud • • • • •
Quiz NEN‐2990 bij RK1, RK2 en RK3 NEN2991 Sci‐548 Verklaringen Arbokerndeskundige.
RIR Nederland B.V.
2
Wie zijn wij? RIR is de enige onafhankelijke instantie, die binnen één organisatie toeziet op de gehele asbestketen; vanaf asbest in het bouwwerk/object tot en met de stort RIR levert een Active bijdrage aan de bescherming van de volksgezondheid en milieu door het ontwikkelen en delen van kennis, het ontwikkelen/(juridisch) begeleiden van nieuwe methoden en het optimaliseren van bestaande methoden alsmede validaties RIR stelt zich als uitdaging het voorkomen en bestrijden van corruptie, het opsporen en blootleggen van oplichting, fraude, misbruik van publieke angst en andere vormen van wangedrag RIR‐Legal biedt advocaten, het (landelijk) pakket, handhavers (provinciaal, gemeentelijk, milieudiensten), (milieu)recherche en eigenaren van het asbest, technische ondersteuning bij arbo‐ en milieujuridische vraagstukken in de vorm van advies, analyse, beoordeling, bemiddeling of voorlichting.
RIR Nederland B.V.
3
Quiz • Vraag 1: • Is een vrijgave volgens de NEN‐2990 na een RK1 sanering verplicht?
RIR Nederland B.V.
4
Quiz • Vraag 2: • Is een vrijgave volgens de NEN‐2990 na een RK2 sanering verplicht?
RIR Nederland B.V.
5
Quiz • Vraag 3: • Is een vrijgave volgens de NEN‐2990 na een RK3 sanering verplicht?
RIR Nederland B.V.
6
Quiz • Vraag 4: • Dient een NEN‐2991, indien aanbevolen in een inventarisatierapport, verplicht uitgevoerd te worden: 4a Volgens de Arboregeling 4b Volgens de Milieuwetgeving
RIR Nederland B.V.
7
Quiz • Vraag 5: • Is de SC‐548 of SCi‐548 (per 1 mei 2015) verplicht te gebruiken voor validatiemetingen?
RIR Nederland B.V.
8
Quiz • Vraag 6: • Zijn verklaringen van een HVK‐er / Arbeidshygiënist / Arbo‐ kerndeskundige altijd rechtsgeldig?
RIR Nederland B.V.
9
NEN‐2990; RK1 • Antwoord Vraag 1: Een vrijgave volgens de NEN‐2990:2005 en 2012 na een RK1 sanering is NIET verplicht? – RK1 valt buiten het Asbestverwijderingsbesluit (art. 6 lid 1) – De SC‐530 geldt niet voor RK1 – De verwijzing in de SC‐530 naar de NEN‐2990 is dus niet van toepassing – Werkgebied moet wel vrijgegeven worden (art. 4.47b Arbobesluit), dit KAN volgens de NEN‐2990
RIR Nederland B.V.
10
NEN‐2990; RK1 • Antwoord Vraag 1:
RIR Nederland B.V.
11
NEN‐2990; RK2 en RK3 • Antwoord vraag 2 en 3: Een vrijgave volgens de NEN‐2990:2005 en 2012 na een RK2 en RK3 sanering is NIET verplicht? – Het vrijgeven van een RK2 of RK3 werkgebied wordt dwingend voorgeschreven in art. 4.47 juncto 4.51a alsmede 4.53 Arbobesluit. – Per 01‐07‐2014 is het Arbobesluit aangepast bij publicatie op 05‐06‐ 2014:
RIR Nederland B.V.
12
NEN‐2990; RK2 en RK3 • Antwoord vraag 2 en 3: – De tekst van het derde lid is gewijzigd omdat de meetmethode niet meer direct bij ministeriële regeling zal worden vastgesteld, en daarvoor de eis gaat gelden dat de meting wordt uitgevoerd overeenkomstig een voor dat doel geschikte genormaliseerde methode, of een andere methode indien die gelijkwaardige resultaten oplevert. – Het gaat daarbij met name om de volgende NEN‐normen en meetsituaties: • • • •
•
NEN 2990:2012 (Eindcontrole na asbestverwijdering) NEN 2991:2005 (Risicobeoordeling) NEN 2939 Bepaling van concentratie asbestvezels lucht NEN 5896:2005 Kwalitatieve analyse van asbest in materialen.
Met andere woorden: NEN normen zijn niet meer verplicht.
RIR Nederland B.V.
13
NEN‐2990; RK2 en RK3 • Antwoord vraag 2 en 3:
RIR Nederland B.V.
14
NEN‐2991 • Antwoord vraag 4a: Arboregeling – Volgens het Arbobesluit art. 4.2 lid 4 is het uitvoeren van een NEN‐ 2991 niet verplicht (maar is wel toegestaan). • Voor het doeltreffend vaststellen van het blootstellingniveau wordt gebruik gemaakt van geschikte, genormaliseerde meetmethodes, dan wel andere voor het doel geschikte meetmethodes of kwantitatieve evaluatiemethodes.
RIR Nederland B.V.
15
NEN‐2991 • Antwoord vraag 4b: Milieuwetgeving – Volgens het bouwbesluit art. 1.3 lid 1 is het uitvoeren van een NEN‐ 2991 niet verplicht (maar is wel toegestaan). • Aan een in hoofdstuk 2 tot en met 7 gesteld voorschrift behoeft niet te worden voldaan indien het bouwwerk of het gebruik daarvan anders dan door toepassing van het desbetreffende voorschrift ten minste dezelfde mate van veiligheid, bescherming van de gezondheid en bescherming van het milieu biedt.
– Artikel 7.19 lid 1 Asbestvezels en formaldehyde • De concentratie van asbestvezels in een voor personen toegankelijke ruimte van een bestaand bouwwerk is niet groter dan 100.000 ve/m3, bepaald volgens NEN 2991.
RIR Nederland B.V.
16
NEN‐2991 • Antwoord vraag 4b: Milieuwetgeving – ECLI:NL:PHR:2012:BW0393; Parket bij de Hoge Raad, Datum uitspraak: 22‐06‐2012; Zaaknummer: 11/01017 • Bouwrecht. NEN‐normen geen algemeen verbindende voorschriften; Bekendmakingswet niet van toepassing.
RIR Nederland B.V.
17
NEN‐2991 • Antwoord vraag 4b: Milieuwetgeving
RIR Nederland B.V.
18
SC‐548 / SCi‐548 • Antwoord vraag 5: – De SCi‐548 is per 1 mei 2015 niet verplicht? • De SCi‐548 is een document die helpt bij de uniforme interpretatie van de eisen uit de schema’s. • De Sci‐548 zelf beschrijft hoe validatiemetingen op een juiste wijze kunnen worden uitgevoerd en kan gezien worden als (onderdeel van ) de stand van de wetenschap en de professionele dienstverlening. • Dit sluit andere methoden niet uit.
RIR Nederland B.V.
19
SC‐548 / SCi‐548 • Antwoord vraag 5: – De SCi‐548 is per 1 mei 2015 niet verplicht? • Er is een convenant tussen Ascert en SZW: http://www.ascert.nl/upload/documents/Convenant‐Ascert‐SZW‐ 120326.pdf • Hierin is opgenomen: “deze schema's ‐ na door de minister in definitieve vorm te zijn vastgesteld ‐ door middel van een statische verwijzing in de regelgeving bindend worden verklaard”
– Een statische verwijzing met de door de minster goedgekeurde (met handtekening) is niet aanwezig. RIR Nederland B.V.
20
SC‐548 / SCi‐548 • Antwoord vraag 5: – Aangepast Arbobesluit bij publicatie op 05‐06‐2014, nota van toelichting bij art. 4.47: •
–
“Het is nu al gebruikelijk dat metingen van asbest in verschillende situaties geschieden op basis van methoden die vastliggen in verschillende NEN‐normen. De meetmethoden zijn zeer gedetailleerde technische voorschriften die zich niet goed lenen voor integrale opneming in een ministeriële regeling”.
De Sci‐548 is in inhoud niets anders dan een ‘gedetailleerde technische voorschrift’. De Sci‐548 verhoud zich als een norm en niet met een schema. RIR Nederland B.V.
21
SC‐548 / SCi‐548 • Antwoord vraag 5: – De SCi‐548 is per 1 mei 2015 niet verplicht? • De SCi‐548 is een voor asbest specifieke uitwerking van deze norm NEN 689: “Leidraad voor de beoordeling van de blootstelling bij inademing van chemische stoffen voor de vergelijking met de grenswaarden en de meetstrategie” en helpt bij een uniforme interpretatie van de eisen uit de schema’s. • Dit sluit andere methoden niet uit. Je zou het dus ook kunnen doen via: – de NEN 689 zelf – of de NEN‐EN 482 “Werkplekatmosfeer ‐ Algemene eisen voor de uitvoering van de procedures voor het meten van chemische stoffen” – of bijvoorbeeld een combinatie van Het SC‐548 protocol, de NEN‐NL 2939:2007, de NEN‐EN‐ISO 14966, NEN‐NL 2990:2011 en NEN‐NL 2991:2012 RIR Nederland B.V.
22
SC‐548 / SCi‐548 • Antwoord vraag 5:
RIR Nederland B.V.
23
SC‐548 / SCi‐548 • Antwoord vraag 5: – asbestbesmet materiaal of asbestbesmette constructieonderdelen in één van de drie risicoklassen – conform het gewijzigde Arbobesluit inzake asbest is dit gebaseerd op de hoogte van de blootstelling aan respirabele asbestvezels voor werkers en omgeving conform de methodiek zoals beschreven in "TNO‐rapport R 2004/523" en is elektronisch toegankelijk gemaakt in wettelijk te gebruiken tool "SMA‐rt". – De SMA‐rt is opgebouwd uit de gegevens vanuit de TNO database.
RIR Nederland B.V.
24
SC‐548 / SCi‐548 • Antwoord vraag 5: – "TNO‐rapport R 2004/523; Risicogerichte classificatie van werkzaamheden met asbest, Onderzoek en onderbouwing van de mogelijkheden tot het risicogericht indelen van werkzaamheden met asbest en asbesthoudende materialen; November 2004"
RIR Nederland B.V.
25
SC‐548 / SCi‐548 • Antwoord vraag 5: – TNO database.
RIR Nederland B.V.
26
SC‐548 / SCi‐548 • Antwoord vraag 5:
RIR Nederland B.V.
27
Afwijken SC‐530 • Antwoord vraag 6: – Het Abest‐dossier beslaat 2 ministeries: • Ministerie van SZW (Arbeidsomstandigheden) • Ministerie van IenM (Milieu)
– –
De SC‐530 is via een bijlage van art. 4.27 van de Arboregeling gekoppeld aan het ministerie van SZW. Een HVK‐er / Arbeidshygiënist / Arbo‐kerndeskundige is aantoonbaar opgeleid betreffende Arbeidsomstandigheden. Echter is de Milieuwetgeving sumier onderwezen bij deze opleidingen.
RIR Nederland B.V.
28
Afwijken SC‐530 • Antwoord vraag 6: • Een HVK‐er / Arbeidshygiënist / Arbo‐kerndeskundige dient aantoonbaar ook milieukundig onderlegd zijn (opleiding of aantoonbare ervaring). Vraag er gerust naar.
RIR Nederland B.V.
29
Afwijken SC‐530 • Antwoord vraag 6: Na brand instortingsgevaar. Boven plafond plaatje Amosiet RK3
RIR Nederland B.V.
30
Afwijken SC‐530 • Antwoord vraag 6:
• Arbotechnisch akkoord maar de Milieukundig??
RIR Nederland B.V.
31
Afwijken SC‐530 • Antwoord vraag 6:
RIR Nederland B.V.
32
Afwijken SC‐530 • Antwoord vraag 6: – Minimale inhoud toestemming/verklaring : • • • • • • • •
Arbotechnische en/of Milieutechnische reden; geen economische reden Grondslag Arbowetgeving en Milieuwetgeving Beoordeling bron (in Inventarisatierapport) Beoordeling werkmethode (in werkplan) Risicobeoordeling (Borging (art. 4.47 AB)) Conclusie en restricties Autorisatie bevoegd persoon
RIR Nederland B.V.
33
Vragen?
RIR Nederland BV Boerenstraat 24 6961 KC Eerbeek 06‐51983858 www.RIRnl.eu
RIR Nederland B.V.
34