CONCEPT INTEGRAAL HORECABELEID GEMEENTE DIEMEN 1. SAMENVATTING 2. INLEIDING
1.1 1.2
Aanleiding, doel nota en en thema’s Bestaand beleid
2 . VISIE, DOELSTELLINGEN EN RANDVOORWAARDEN BIJ HORECA IN DIEMEN 2.1 Visie 2.2 Doelstelling 2.3 Randvoorwaarden 3. BELEID PER THEMA 3.1 Faciliteiten voor starters 3.2 Vereenvoudiging van regels en procedures 3.3 Handhaving 3.4 Terrassen 3.5 Contact en informatievoorziening 3.6 Paracommercie 3.7 Uitvoering Wet Bibob 4. ACTIES, MIDDELEN EN PRIORITERING. Bijlagen: -
Bijlage 1: Juridisch kader Bijlage 2: bevoegdheden overzicht Bijlage 3: horecastappenplan
Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 1 van 24
CONCEPT 1. SAMENVATTING In mei 2008 heeft de Voedsel- en Waren Autoriteit (hierna: VWA) een (negatief) rapport met aandachtspunten uitgebracht over de uitvoering van de Drank- en Horecawet in de gemeente Diemen. Naar aanleiding van dat rapport is een plan van aanpak geschreven met verbetermaatregelen. In oktober 2008 heeft het college besloten zowel de verplichte als de optionele activiteiten die in het plan van aanpak genoemd zijn, uit te voeren. Eén van deze optionele taken is het opstellen van een startnotitie voor integraal horecabeleid. Deze is in juni 2010 door het college vastgesteld. In de vastgestelde Startnotitie Integraal Horecabeleid is bepaald wat het doel van de nota Integraal Horecabeleid is: “een korte en bondige beleidsnota waarin actiepunten ten aanzien van horeca voor de toekomst bepaald zijn. De thema’s waar de actiepunten betrekking op hebben worden vermeld in deze startnotitie”. In hoofdstuk 1 worden de thema’s benoemd en wordt ingegaan op het bestaand beleid. In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op visie en van belang zijnde factoren. De visie is: De horeca in Diemen draagt bij aan de levendigheid en aantrekkelijkheid van Diemen. De negatieve kanten van horeca (risico op overlast ed) moeten beheersbaar blijven. De van belang zijnde factoren die bij deze visie een rol spelen en het tot een integraal beleid maken zijn: economisch belang, maatschappelijke functie, milieu, openbare orde en veiligheid, ruimtelijke ordening, brandveiligheid en openbare ruimte. In de nota wordt nader ingegaan op de specifieke rol van deze factoren voor het drank- en horecabeleid. Vervolgens komen in dit hoofdstuk de doelstellingen van het beleid en de daarbij te hanteren randvoorwaarden aan bod. In hoofdstuk 3 komt het drank- en horecabeleid nader aan de orde. Er is bewust voor gekozen om bij dit beleid te focussen op een aantal aandachtsgebieden (thema's) die op dit moment voor Diemen relevant zijn. Met het eerder ingezette verbetertraject zijn inmiddels goede resultaten gehaald waardoor er geen aanleiding is het gehele horecabeleid op te schop te nemen. Uitgangspunt is om het huidige beleid grotendeels te continueren met in acht name van diverse verbeterpunten per thema. De keuze voor de thema’s is reeds gemaakt bij het vaststellen van de genoemde Startnotitie. Deze thema’s zijn: 2. Faciliteiten voor startende horeca-ondernemers 3. Vereenvoudiging van regels en procedures 4. Handhaving drank- en horecaregelgeving 5. Terrassen 6. Contact- en informatievoorziening 7. Paracommercie 8. Uitvoering Wet Bibob. In hoofdstuk 4 wordt schematisch aangegeven tot welke acties per thema wordt besloten, wat daarvan de kosten zijn (allemaal te regelen binnen bestaande budgetten en met bestaande personele capaciteit) en wat de planning is. Op die manier is invulling gegeven aan de wens om deze beleidsnota vooral op de uitvoering te laten richten. In de bijlagen wordt achtergrondinformatie verstrekt over de regelgeving op het gebied van drank- en horeca (juridisch kader), de verdeling van bevoegdheden en het “horecastappenplan” dat wordt gehanteerd bij handhaving van de drank- en horecaregelgeving.
Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 2 van 24
CONCEPT 1. INLEIDING 1.1. Aanleiding, doel nota en thema’s. In mei 2008 heeft de Voedsel- en Waren Autoriteit (hierna: VWA) een (negatief) rapport met aandachtspunten uitgebracht over de uitvoering van de Drank- en Horecawet in de gemeente Diemen. Naar aanleiding van dat rapport is een plan van aanpak geschreven met verbetermaatregelen. In oktober 2008 heeft het college besloten zowel de verplichte als de optionele activiteiten die in het plan van aanpak genoemd zijn, uit te voeren. Eén van deze optionele taken is het opstellen van een startnotitie voor integraal horecabeleid. In het collegeprogramma is nog eens bevestigd dat er integraal horecabeleid moet worden vastgesteld. De Startnotitie Integraal Horecabeleid is in juni 2010 door het college vastgesteld, nadat hierover, in oktober 2009 een drukbezochte startbijeenkomst met o.a. inwoners, horecaondernemers) is geweest. In de vastgestelde Startnotitie Integraal Horecabeleid is bepaald wat het doel van de nota Integraal Horecabeleid is: “een korte en bondige beleidsnota waarin actiepunten ten aanzien van horeca voor de toekomst bepaald zijn. De thema’s waar de actiepunten betrekking op hebben worden vermeld in deze startnotitie”. In de Startnotitie zijn de volgende uitgangspunten geformuleerd: 1. stimuleren van meer en betere horeca in Diemen; 2. verbeteren van het ondernemersklimaat; 3. daar waar men de regels niet naleeft dient gehandhaafd te worden, om zo de overlast vanuit de horeca te beperken en de kwaliteit van de horeca te waarborgen. In deze notitie is aangegeven dat de op te stellen Nota Integraal Horecabeleid, per thema, het volgende moet beschrijven: huidige beleid knelpunten in het huidige beleid ontwikkelingen op gebied van Drank- en horecaregelgeving tot welke actiepunten en producten de Nota moet leiden welke prioriteit het thema heeft en wat de planning is van de producten welke middelen hiervoor beschikbaar zijn. In de Startnotitie zijn de volgende thema’s aangegeven: I. Faciliteiten voor starters: onderzoeken van de mogelijkheden om faciliteiten te bieden voor startende horeca-ondernemers en zoeken naar een effectieve en efficiënte taakverdeling tussen de vergunningverlener (horeca) en de beleidsmedewerker Economische Zaken. II. Vereenvoudiging van regels en procedures: Inventariseren van de ervaringen van de huidige regeldruk en met de ondernemers (eventueel vertegenwoordigd door de Koninklijke Horeca Nederland) en komen met verbetervoorstellen voor de uitvoering van de lokale regelgeving. III. Handhaving (tegengaan overlast en borgen kwaliteit horeca): beschrijven wat de speerpunten van de handhaving op horeca zullen zijn, rekening houdende met de aanstaande wetswijziging van de Drank- en horecawet. Ook kijken naar de vormgeving van de samenwerking met de politie. IV. Terrassen: onderzoeken van de mogelijkheden voor het verminderen van de regeldruk en het verruimen van de mogelijkheden tot het plaatsen van terrassen. De uitkomsten hiervan dienen als input van het nieuwe terrassenbeleid. V. Contact en informatievoorziening: overleg met de horeca-ondernemers, vraag naar hun behoefte aan overleg met de gemeente en zoek naar een wenselijke Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 3 van 24
CONCEPT
VI. VII.
overlegstructuur. Paracommercie: onderzoek wat voor de gemeente Diemen een passende koers is ten aanzien van paracommercialisme. Uitvoering Wet Bibob: de knelpunten van het huidige bibob beleid en de uitvoering daarvan worden in kaart gebracht en er worden aanbevelingen gedaan voor nieuw op te stellen beleid en de uitvoering daarvan.
Van het voorgestelde thema “evenementenbeleid” is bepaald dat hiervoor een afzonderlijke beleidsnotitie wordt opgesteld. Van het thema “alcoholmatigingsbeleid/ jongeren en alcohol” is bepaald dat dit buiten het horecabeleid valt. 2.2.
Bestaand beleid. Momenteel is er in de gemeente Diemen nog geen integraal horecabeleid. Wel is er divers beleid dat in meer of mindere mate op elkaar is afgestemd. In onderstaande tabel staat een overzicht van het huidige horeca- en alcoholmatigingsbeleid. Overzicht huidig beleid Beleid en activiteiten Terrassenbeleid gemeente Diemen
Laatste wijziging 2 mei 2007 gepubliceerd
Bibob-beleid
2010
Verbeterslag vergunningverlening en handhaving DHW, WOK en APV
2009
Exploitatievergunningenbeleid
9 april 2009 gepubliceerd
Beleidsregels ontheffingen artikel 35 Horecastappenplan
2009
Hercontroleprotocol Beleidsinitiatieven alcoholmatiging in gezondheidsnota Horeca in bestemmingsplannen Verruiming sluitingstijden
Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Juridische Zaken / Ruimtelijke Ontwikkeling Ruimtelijke Ontwikkeling Ruimtelijke Ontwikkeling Ruimtelijke Ontwikkeling Ruimtelijke Ontwikkeling Ruimtelijke Ontwikkeling
februari 2009
Samenleving
Afhankelijk van bestemmingsplan
Ruimtelijke Ontwikkeling Ruimtelijke Ontwikkeling
Oktober 2010
Kerngegevens gemeente Diemen: (wordt nog uitgesplitst naar categorie horecabedrijf)
Soort
2011
2009
Horecabedrijven (exploitatievergunningplichtige bedrijven)
45
47
horecabedrijven die alcohol verstrekken voor gebruik ter plaatse
34
33
horecabedrijven met een terras
19
12
horecabedrijven met ieder twee kansspelautomaten
6
6
horecabedrijven met ieder één behendigheidsautomaat
-
2
slijterijen.
4
4
2. VISIE, DOELSTELLINGEN EN RANDVOORWAARDEN BIJ HORECA IN DIEMEN
Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 4 van 24
CONCEPT 2.1. Visie De horeca in Diemen draagt bij aan de levendigheid en aantrekkelijkheid van Diemen. De negatieve kanten van horeca (risico op overlast ed) moeten beheersbaar blijven. De factoren die bij de bovengenoemde visie een rol spelen (en het een integraal beleid maken) worden hierna kort benoemd. Economisch belang Horeca biedt werkgelegenheid. Het is van belang die werkgelegenheid tenminste op peil te houden. Horeca heeft een versterkende functie bij het recreatief winkelen en recreatieve en toeristische voorzieningen en kan een verrijking bieden voor het woon- en werkklimaat. De gemeente heeft een taak in het bestrijden van oneerlijke concurrentie die samenhangt met het zogenaamde paracommercialisme. Binnen de middelen die de gemeente heeft, wordt ook aandacht besteedt aan de levensvatbaarheid van de horeca-ondernemingen. Maatschappelijke functie In Diemen is de horeca een plaats waar jong en oud elkaar ontmoeten en waar het gezellig is. Bij deze maatschappelijke functie van horeca zijn verschillende aspecten te onderkennen. Een eerste aspect heeft betrekking op de sociale hygiëne die verband houdt met het schenken van alcohol, de omgeving waarin dit plaats vindt (het horecabedrijf) en de personen die verantwoordelijk zijn voor de gang van zaken in deze inrichting. Horecagelegenheden zijn ontmoetingsplaatsen voor de werknemers en inwoners van de gemeente. Zeker in Diemen met haar dorpse (maar ook grootsteedse) cultuur zijn niet alleen de cafés maar ook de kantines van plaatselijke (sport)verenigingen van groot belang. Niet alleen de volwassen bewoners ontmoeten elkaar maar ook de lokale jeugd. Daarnaast zijn diverse lokale horecagelegenheden nauw betrokken bij evenementen zoals bijvoorbeeld het Diemer Festijn. Ook zijn er gelegenheden die zich specifiek richten op jongeren, zoals de Diemer Factory. Milieu Geluidhinder vanuit en rond de horecabedrijven als gevolg van bijvoorbeeld (mechanische of live) muziek, bezoekers en gebruikte voertuigen moet beperkt blijven. Overlast voor omwonenden moet zoveel mogelijk worden voorkomen. Datzelfde geldt voor stankoverlast als gevolg van het bereiden van etenswaren en het verwerken van afval, zowel als het gaat om lozingen van afvalstoffen in het riool als om afval in de vorm van verpakkingsmateriaal en resten van bijvoorbeeld etenswaren. Risico’s die samenhangen met de aanwezigheid van elektromotoren of gasflessen voor bierpompen dienen zo beperkt mogelijk te zijn. Openbare orde en veiligheid Horecaondernemers hebben een verantwoordelijkheid om maatregelen of voorzieningen te treffen die tot afname van verstoringen van de openbare orde en aantasting van woon- en leefklimaat leiden. Zij zijn verantwoordelijkheid voor wat betreft de brandveiligheid. Enige horecavoorzieningen op bedrijventerreinen en kantorengebieden zijn een welkome voorziening ter vergroting van de aantrekkingskracht van het gebied en de levendigheid, en daarmee vergroting van de veiligheid(sbeleving). Ruimtelijke ordening Specifieke regulering van vestigingsmogelijkheden voor horeca vindt plaats in bestemmingsplannen (wat en waar is vestiging mogelijk uit oogpunt van een goede ruimtelijke ordening). Ook het tegengaan van overaanbod wordt via regulering in bestemmingsplannen geregeld. De laatste jaren is een toenemende vraag te zien naar het realiseren van mengformules met een horecadeel. Met het realiseren van mengformules spelen ondernemers in op het Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 5 van 24
CONCEPT veranderende consumentengedrag, vooral het recreatief winkelen. Een mengformule kan bijdragen aan de verlevendiging van Diemen en kan daarmee de aantrekkingskracht vergroten en het biedt de gelegenheid aan ondernemers om hun ideeën omtrent vernieuwing van hun onderneming te verwezenlijken. Brandveiligheid Het brandveilig gebruik van gebouwen is geregeld in het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken (Gebruiksbesluit). Dit moet worden nageleefd en daarop wordt actief gehandhaafd. Rond de feestdagen wordt extra gecontroleerd op het gebruik van versieringen in de horeca inrichtingen. Openbare ruimte De openbare ruimte en de aanwezige horeca hebben een wisselwerking op elkaar. Enerzijds zijn er spelregels waar de horecaondernemer zich aan te houden heeft zoals welstandseisen, anderzijds kan een terras(verlichting), uitstallingen en reclame ook het straatbeeld verlevendigen. Doelstellingen
2.2.
Op basis van het bovenstaande zijn de volgende doelstellingen geformuleerd: a) economische ontwikkelingskansen aan de horeca in Diemen bieden en de grootte van de sector afstemmen op zowel de grootte van de gemeente als de wensen van de inwoners en bedrijven; b) het aanbod van de horeca afstemmen op de wensen van de burgers, bedrijven en de ambities van de horecapartners; c) voorwaarden scheppen voor verbinding en afstemming tussen de horecapartners; d) een balans vinden tussen ondernemerschap, leefbaarheid van de (woon en werk)omgeving en de levendigheid van Diemen; e) regelen dat de horecaondernemers de benodigde diploma's, vergunningen en papieren hebben en ze laten voldoen aan de voorwaarden om een horeca of openbare inrichting te exploiteren; f) het terugdringen van overlast door horeca en handhaving van de openbare orde, veiligheid en leefbaarheid; g) de gezondheid van de Diemenaren beschermen en verslavingen (drank, drugs, gokken) voorkomen en terugdringen. Randvoorwaarden.
2.3.
Voor het bereiken van de gestelde doelen gelden de volgende randvoorwaarden: 1. Het integraal horecabeleid kan alleen worden geëffectueerd door samenwerking van de 2. 3. 4. 5.
6.
betrokken partijen. De gemeente kan het niet alleen. De gemeente vervult een regiefunctie, ondersteunt initiatieven daar waar het gaat om wettelijke procedures. De betrokken partijen zijn bereid om mee te werken. Het horecabeleid dient uitvoerbaar en handhaafbaar te zijn. Geen regelgeving die niet uitvoerbaar/handhaafbaar is. De versterking van de kwaliteit van de horeca is in de eerste plaats de verantwoordelijkheid voor de ondernemers, het gemeentelijk horecabeleid is hierbij voorwaardenscheppend en regulerend; De gemeente kan geen financiële en juridische risico’s nemen.
3. BELEID
Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 6 van 24
CONCEPT Bij het opstellen van de Startnotitie om tot horecabeleid te komen is bewust gekozen voor een aantal aandachtsgebieden (thema's) die op dit moment voor Diemen relevant zijn. Met het ingezette verbetertraject zijn inmiddels goede resultaten gehaald waardoor er geen aanleiding is het gehele horecabeleid op te schop te nemen. Uitgangspunt is om het huidige beleid grotendeels te continueren met in acht name van diverse verbeterpunten per thema. In dit hoofdstuk wordt, conform de Startnotitie, per thema de navolgende punten benoemd: a) Wat is het huidige beleid b) Knelpunten huidige beleid c) Ontwikkelingen d) Actiepunten (beleidsaanpassingen) en producten in de toekomst e) Prioriteit en planning producten f) Welke middelen zijn nodig en beschikbaar
3.1. Faciliteiten voor startende horecaondernemers. - intakegesprek met (startende) ondernemers die één of meer vergunningen willen aanvragen / wil starten
a. Wat is het huidige beleid
- verstrekken informatieset - verstrekken barcodemap - horecastarters tot nu toe gezien als algemene starters met algemene startersbegeleiding
- geen check vooraf op levensvatbaarheid bedrijf b. Knelpunten huidige beleid
c. Ontwikkelingen
d. Actiepunten/producten
e. Prioriteit en planning producten f. Welke middelen zijn nodig en beschikbaar
Versie 2 dd 4 mei-2011
(ondernemers behoeden voor lichtvaardige start)
- vroegtijdig bestemmingsplancheck - behoefte aan specifieke informatie voor personen die van plan zijn een horeca onderneming in Diemen te starten - behoefte aan horeca contactpersoon - informatie beschikbaar stellen voor startende horeca ondernemer via flyer en website. Ook aandacht besteden aan inzet van sociale media hiervoor. - meer bekendheid geven aan horecacontactpersoon zodat tijdig contact met hem wordt opgenomen - gemeente gaat onderzoeken of er mogelijkheden zijn voor specifieke begeleiding van horecastarters in samenwerking met Koninklijke Horeca Nederland - voor eind september 2011 is een flyer beschikbaar en de website aangepast. - Inzet van sociale media vraagt meer tijd. Binnen de bestaande begroting worden voor een flyer de benodigde middelen gezocht.
Pagina 7 van 24
CONCEPT 3.2. Vereenvoudiging van regels en procedures. - één aanvraagformulier gemaakt voor APV a. Wat is het huidige beleid
-
-
b. Knelpunten huidige beleid
door betere benutting van mogelijkheid tot zelfstandig raadplegen van openbare bronnen hoeven aanvragers in beginsel minder gegevens aan te leveren
-
onderzoek doen naar mogelijkheid van verdere termijnverlenging van geldigheid van diverse vergunning/ontheffingen Onderzoek doen naar mogelijkheid van digitale aanvragen waarbij gebruik wordt gemaakt van bestaande openbare bronnen. hoe om te gaan met reclame-aanduidingen meenemen in welstandsbeleid
-
e. Prioriteit en planning producten f.
Welke middelen zijn nodig en beschikbaar
Versie 2 dd 4 mei-2011
aanvragers dienen nog gegevens te overleggen die de overheid zelf kan nagaan (uittreksel KvK, persoonsgegevens GBA)
-
c. Ontwikkelingen
d. Actiepunten en producten
vergunningen (exploitatie, terras, ontheffing sluitingsuur) geldigheidsduur exploitatievergunning en terrasvergunning verlengd en aan elkaar gekoppeld minder gegevens aanleveren (uittreksel Kamer van Koophandel (KvK), uittreksel Gemeentelijke Basisadministratie (GBA)), dus lastenverlichting jaarlijkse controle op deregulering (ook via APV) één integrale vergunning waar mogelijk, bijvoorbeeld voor evenementen sluitingstijden in APV verruimt, dus niet meer (standaard) ontheffing nodig), dus geen extra belasting voor ondernemers en geen extra kosten voor de ondernemers (leges) verordening speelautomaten nu opgenomen in APV. daar waar mogelijk integrale controle, dus minder belasting voor ondernemer (bouw, milieu, openbare ruimte en brandveiligheid en efficiënter werken gemeente) en is in principe in één keer duidelijk of alles in orde is of dat er aanpassingen nodig zijn.
- Onderzoeken afronden in 2012 - Welstandsbeleid in 3e kwartaal 2012 Wordt aangepakt binnen de beschikbare middelen.
Pagina 8 van 24
CONCEPT 3.3.
Handhaving. - Barcodemap en horecastappenplan - Vanaf 2009 handhavingbrieven verzonden c.q.
a. Wat is het huidige beleid -
handhavingtrajecten gestart, en/of bestuursrechtelijk aangepakt om overtreding ongedaan te maken (keuze tussen bestuurs- of strafrechtelijk aanpakken of beide) Integrale controle en afstemming met politie vormt onderdeel van totaal handhavingsbeleid Diemen
-
b. Knelpunten huidige beleid
c. Ontwikkelingen
Geen centraal meldpunt voor klachten/overlast etc. (komt verspreid binnen bij gemeente, politie, brandweer). - klachten over horeca-inrichtingen worden binnen gemeentelijke organisatie onvoldoende teruggekoppeld naar horeca-contactfunctionaris - Ontbreken eenduidig overzicht horeca klachten / problemen - er zijn geen duidelijke afspraken tussen horeca en gemeente over wie waarvoor verantwoordelijk is. - Horecaondernemers moeten zelf verantwoordelijk zijn voor het naleven van de regelgeving, het tegengaan van overlast en het schoon houden van de omgeving. - Bij de komende wijziging van de Drank- en Horecawet gaan taken over van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) naar de gemeente -
d. Actiepunten en producten
-
-
e. Prioriteit en planning producten
f. Welke middelen zijn nodig en Versie 2 dd 4 mei-2011
-
In samenwerking met horecaondernemers, politie en gemeente (regie) een horecaconvenant opstellen voor een periode van een aantal jaren. Hierin worden afspraken over verantwoordelijkheden en inspanningen vastgelegd. Afspraken met politie middels handhavingarrangement Centraal meldpunt binnen de gemeente organiseren en communiceren met KCC. Afstemming met VWA in verband met overdracht taken en bevoegdheden Extra controle jaarwisseling op brandveiligheid Prioriteitstelling handhaving in overleg met het gemeentebestuur (college en raad). Uitgangspunt: vastgestelde regels handhaaft de gemeente (geen handhaving mogelijk dan ook geen regels opleggen) tenzij het landelijke wet / regelgeving betreft. Centraal meldpunt horecaoverlast beschikbaar per 1 januari 2012. Horecaconvenant gereed vóór 1 januari 2012 Vaststellen handhavingsplan waar horeca onderdeel van uitmaakt. Zie daarvoor planning handhavingsbeleid.
Wordt aangepakt binnen de beschikbare capaciteit. Pagina 9 van 24
CONCEPT beschikbaar
3.4.
Terrassen. - Beleid is vastgesteld ten aanzien van periode inrichting en exploitatie terras, afmetingen, inrichtingen, afbakening terras a. Wat is het huidige beleid b. Knelpunten huidige beleid -
c. Ontwikkelingen -
-
d. Actiepunten en producten
-
-
e. Prioriteit en planning producten f.
Welke middelen zijn nodig en beschikbaar
Versie 2 dd 4 mei-2011
bij situering van het terras op of aan de openbare weg geluidsoverlast wijze van handhaving
Geluidsoverlast vertrekkende bezoekers Overlast hangjongeren en opgeruimd terras Doorgang/vrije ruimte (eigenlijk 2 meter, nu 1.50 meter) Uiterlijk aanzien Afval Terrassenseizoen: omdat het in het voor- en naseizoen ook vaker goed weer is en de mogelijkheid van terrasverwarming algemener wordt toegepast, ontstaat de vraag om het seizoen uit te breiden. Invoering warm weer flexibiliteit. Handhaven van het terrassenseizoen van 1 april tot 1 oktober met het oog op beperken overlast. Introduceren van de mogelijkheid van de openstelling van terrassen gedurende de rest van het jaar tot 18.00 uur. Onderzoek doen naar verruimen openstelling terrassen bij sportclubs. Uitgangspunt: terras mag open als kantine/clubhuis open is mits geen overlast wordt veroorzaakt. Stimuleren om geen terrasverwarming toe te passen (uit oogpunt van beperking energiegebruik)
Invoering vóór einde terrassenseizoen 2011 (vóór 1 oktober 2011). Geen aanvullende middelen nodig.
Pagina 10 van 24
CONCEPT 3.5.
Contact en informatievoorziening.
a. Wat is het huidige beleid
- één horeca aanspreekpunt voor informatie - barcodemap verstrekt aan ondernemers met alle -
b. Knelpunten huidige beleid
-
c. Ontwikkelingen
-
d. Actiepunten en producten
-
e. Prioriteit en planning producten f. Welke middelen zijn nodig en beschikbaar
Versie 2 dd 4 mei-2011
informatie over mogelijke vergunningen in verband met horecabedrijf geen structureel overleg gemeente – horecaondernemers klachten over knelpunten in horeca komen niet altijd bij aanspreekpunt terecht, maar verschillend in de organisatie (bij bijvoorbeeld wijkcoördinator of bedrijfscontactfunctionaris) behoefte aan opzetten / starten terugkerend overleg gemeente – horecaondernemers bestuurlijke wens om aandacht voor duurzame oplossingen, ook in de horeca. alle klachten van en over horeca via 1 aanspreekpunt (beleidsmedewerker vergunningen). KCC bij betrekken. Klacht altijd (geanonimiseerd) naar horecaondernemer sturen en gesprek aangaan over de klacht en aanpak hiervan. organiseren terugkerend overleg bespreken duurzame oplossingen in de horeca in het horeca-overleg meer bekendheid geven aan één aanspreekpunt horeca, ook voor klachten Promotie van Diemense horeca door middel van “Horecawijzer Diemen” (naar voorbeeld cultuurwijzer) en website.
- organiseren terugkerend overleg: start najaar 2011 Kan binnen de bestaande personele capaciteit.
Pagina 11 van 24
CONCEPT 3.6.
Paracommercie1
a. Wat is het huidige beleid
b. Knelpunten huidige beleid
c. Ontwikkelingen
d. Actiepunten en producten
e. Prioriteit en planning producten f. Welke middelen zijn nodig en beschikbaar
In voorkomende gevallen is c.q. wordt uitvoering gegeven aan artikel 4 Drank en Horecawet (stellen van voorwaarden aan de Drank en Horecavergunning) Bij verenigingen, stichtingen en instellingen e.d. is waarschijnlijk onvoldoende bekend wat wel en niet mag i.v.m. de paracommercie. Dit kan knelpunten opleveren met de commerciële Diemense horeca. Overdracht handhaving van VWA naar gemeente. - Bij paracommerciële instellingen met een Drank en Horecavergunning de voorwaarden en (on)mogelijkheden onder de aandacht brengen (b.v. via de Sportraad). - Na overdracht taken en bevoegdheden van de VWA naar de gemeente ook controles inplannen bij paracommerciële instellingen In 2011 via sportraad en besturen van verenigingen e.d. aangeven wat wel en niet is toegestaan Geen aanvullende middelen voor nodig.
1 Van paracommercie is sprake als, onder ongelijke voorwaarden, de gewone horecabedrijven ongewenste concurrentie van bepaalde instellingen ondervinden. Het betreft instellingen die weliswaar bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende dranken verstrekken, maar dit doen als nevenactiviteit. De hoofdactiviteit ligt op een ander vlak. Het gaat daarbij om hoofdactiviteiten van recreatieve, sportieve, sociaal-culturele, educatieve, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard
Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 12 van 24
CONCEPT 3.7.
Uitvoering Wet Bibob. -
a.
Wat is het huidige beleid
-
-
Knelpunten huidige beleid -
c. Ontwikkelingen
-
d. Actiepunten en producten
-
Toets bibob is onafhankelijk en gescheiden van vergunningverlening Voor alle horecabedrijven (volgens definitie APV), ook die geen alcohol schenken Om de vijf jaar (gekoppeld aan duur exploitatievergunning) dan wel als er aanleiding bestaat (dan extra toets) Nog onvoldoende kennis en capaciteit in huis om goede bibob toets uit te voeren. Kennis / capaciteit wordt nu extern ingehuurd, dit geeft meer kosten Vooralsnog voornamelijk op horeca gericht Voorzienbaar capaciteitstekort voor periode 2014/2016 bij hernieuwde toetsing bij afloop verleende exploitatievergunningen Capaciteitstekort bij verwachte uitbreiding bibob beleid naar andere sectoren (bijvoorbeeld naar bouwbedrijven) Leges niet kostendekkend voor bibob toets. Preventieve werking reeds bewezen Uitbreiding bibob toets te verwachten (o.a. voor aanbestedingen) Overwegen toepassing bibob toets bij bouwaanvragen Bovenlokale samenwerking op gebied van bibob toetsen Bibob beleid handhaven met betrekking tot nieuwe vergunningaanvragen. Bij bestaande vergunningen dit automatisme niet meer toepassen maar op basis van signalen handelen (ter beperking van de administratieve lastendruk). Mogelijkheid onderzoeken om administratieve lasten voor ondernemer verder te verminderen Personeel trainen en meer bewustzijn bijbrengen over invloed van regionaal beleid op Diemen Werken aan bovenlokale samenwerking en beleid
- Lastenvermindering en bovenlokale e. Prioriteit en planning producten
samenwerking uitzoeken in 2011
- Aanvullende training meenemen in opleidingsplan 2012.
f. Welke middelen zijn nodig en beschikbaar
Versie 2 dd 4 mei-2011
Meenemen in opleidingsplan 2012. Verhogen leges voor bibob-toets zit in voorstel met betrekking tot bezuinigingen.
Pagina 13 van 24
CONCEPT
4. ACTIES, MIDDELEN EN PRIORITERING Onderdeel
3.1 Faciliteiten voor starters
3.2 Vereenvoudiging van regels en procedures
3.3 Handhaving
Te ondernemen acties - informatie beschikbaar stellen voor startende horeca ondernemer via flyer en website. Ook aandacht besteden aan inzet van sociale media hiervoor. - meer bekendheid geven aan horecacontactpersoon - gemeente gaat onderzoeken of er mogelijkheden zijn voor specifieke begeleiding van horecastarters in samenwerking met Koninklijke Horeca Nederland - onderzoek doen naar mogelijkheid van verdere termijnverlenging van geldigheid diverse vergunningen/ontheffingen - onderzoek doen naar mogelijkheid van digitale aanvragen waarbij gebruik wordt gemaakt van bestaande openbare bronnen - hoe om te gaan met reclame-aanduidingen meenemen in welstandsbeleid - In samenwerking met horecaondernemers, politie en gemeente (regie) een horecaconvenant opstellen voor een periode van een aantal jaren. Hierin worden afspraken over verantwoordelijkheden en inspanningen vastgelegd. - Afspraken met politie middels handhavingarrangement - Centraal meldpunt binnen de gemeente organiseren en communiceren met KCC - Afstemming met VWA in verband met overdracht taken en bevoegdheden - Extra controle jaarwisseling op brandveiligheid - Prioriteitstelling handhaving in overleg met het gemeentebestuur (college en raad). Uitgangspunt: vastgestelde regels handhaaft de gemeente (geen handhaving mogelijk dan ook geen regels opleggen) tenzij het landelijke wet/regelgeving betreft
-
3.4 Terrassen
-
-
3.5 Contact en Versie 2 dd 4 mei-2011
-
Handhaven van het terrassenseizoen van 1 april tot 1 oktober met het oog op beperken overlast. Introduceren van de mogelijkheid van de openstelling van terrassen gedurende de rest van het jaar tot 18.00 uur. Onderzoek doen naar verruimen openstelling terrassen bij sportclubs. Uitgangspunt: terras mag open als kantine/clubhuis open is mits geen overlast wordt veroorzaakt. Stimuleren om geen terrasverwarming toe te passen (uit oogpunt van beperking energiegebruik) alle klachten van en over horeca via 1
kosten
planning
Pm (binnen bestaande begroting zoeken)
geen
Voor eind september 2011 is een flyer beschikbaar en de website aangepast
Onderzoeken afronden in 2012. Welstandsbeleid in 3e kwartaal 2012
geen
Centraal meldpunt horecaoverlast beschikbaar per 1 januari 2012. Horecaconvenant beschikbaar vóór 1 januari 2012. Vaststellen handhavingplan waar horeca onderdeel van uitmaakt. Zie daarvoor planning handhavingsbeleid.
geen
Invoering voor einde terrassenseizoen 2011 (vóór 1 oktober 2011)
geen
Organiseren Pagina 14 van 24
CONCEPT Onderdeel
informatievoorziening
3.6 Paracommercie
3.7 Uitvoering wet Bibob
Versie 2 dd 4 mei-2011
Te ondernemen acties aanspreekpunt (beleidsmedewerker vergunningen). KCC bij betrekken. Klacht altijd (geanonimiseerd) naar horecaondernemer sturen en gesprek aangaan over de klacht en aanpak hiervan. - organiseren terugkerend overleg - bespreken duurzame oplossingen in de horeca in het horeca-overleg - meer bekendheid geven aan één aanspreekpunt horeca, ook voor klachten - Promotie van Diemense horeca door middel van “Horecawijzer Diemen” (naar voorbeeld cultuurwijzer) en website. - Bij paracommerciële instellingen met een Drank en Horecavergunning de voorwaarden en (on)mogelijkheden onder de aandacht brengen (b.v. via de Sportraad). - Na overdracht taken en bevoegdheden van de VWA naar de gemeente ook controles inplannen bij paracommerciële instellingen - Bibob beleid handhaven met betrekking tot nieuwe vergunningaanvragen. - Bij bestaande vergunningen dit automatisme niet meer toepassen maar op basis van signalen handelen (ter beperking van de administratieve lastendruk). - Mogelijkheid onderzoeken om administratieve lasten voor ondernemer verder te verminderen. - Personeel trainen en meer bewustzijn bijbrengen over invloed van Amsterdams beleid op Diemen - Werken aan bovenlokale samenwerking en beleid
kosten
planning
terugkerend overleg: start najaar 2011
In 2011 via sportraad en besturen van verenigingen e.d. aangeven wat wel en niet is toegestaan
geen
Opleidings budget 2012
Lastenvermindering en bovenlokale samenwerking uitzoeken in 2011 Aanvullende training meenemen in opleidingsplan 2012.
Pagina 15 van 24
CONCEPT Bijlage 1
JURIDISCH KADER In deze horecanota wordt op diverse plaatsen de samenhang aangegeven tussen de horecagerelateerde wettelijke bepalingen. Naast een aantal wetten waarmee rekening dient te worden gehouden, zijn er ook nog een aantal nader in te vullen wettelijke bepalingen / voorschriften en diverse privaatrechtelijke / juridische bepalingen welke een rol spelen bij horeca in de breedste zin van het woord. Hiermee wordt bedoeld dat het juridisch kader en de gemeentelijke regelgeving met betrekking tot horeca gezien moet worden vanuit diverse invalshoeken en diverse belangengroeperingen. Hierbij kan worden gedacht aan de landelijke overheid en lokale overheid (met name de gemeente) als sturende, controlerende en regulerende organen, de horecaondernemers als partner, aanvrager en veroorzaker / leverancier en de inwoners van de gemeente als klant van beide partijen (overheid en horecaondernemers) met in hun onderlinge samenstelling verschillende belangen. Op horecabedrijven is een veelheid van wettelijke voorschriften van toepassing. Deze voorschriften worden gesteld in het belang van de openbare orde en veiligheid, woon en leefklimaat, de ruimtelijke ordening en het milieu en op grond van overwegingen van sociaalhygiënische en sociaaleconomische aard. Voornaamste wet- en regelgeving die betrekking heeft op, of onderwerpen regelen in het kader van horeca: • Drank- en Horecawet • Gemeentewet • Algemene wet bestuursrecht • Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen • Wet ruimtelijke ordening • Winkeltijdenwet • Dienstenwet • Wet op de kansspelen • Wet op de economische delicten • Wet Milieubeheer • Wet bevordering integriteitsbeoordelingen openbaar bestuur (bibob) • Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus • Zondagswet • Opiumwet • Vreemdelingenwet 2000 • Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit) • Wet algemene bepalingen omgevingsrecht • Tabakswet • Warenwet • Besluit brandveilig gebruik bouwwerken (Gebruiksbesluit) Voornaamste andere wettelijke bepalingen en voorschriften (doorgaans algemeen verbindende voorschriften): • Algemeen plaatselijke verordening (Apv) en Apv vergunningen, waaronder de exploitatievergunning • Bibob-beleid • Bestemmingsplannen Privaatrechtelijke / juridische bepalingen: Overeenkomsten tussen gemeente en horecabedrijven (bijv. bij de huur / pacht van terrassen) Overeenkomsten tussen bedrijven onderling (bijvoorbeeld bij het inhuren van particuliere beveiliging) Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 16 van 24
CONCEPT Bijlage 2
Bevoegdheden Burgemeester. Op grond van artikel 174, lid 1 Gemeentewet wordt de burgemeester belast met het toezicht op de openbare samenkomsten en vermakelijkheden, alsmede op de voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven. In het tweede lid van dit artikel is expliciet bepaald dat de burgemeester bevoegd is ter zake bevelen te geven. Het derde lid van artikel 174 bepaalt dat de burgemeester ook is belast met de uitvoering van verordeningen, voor zover deze betrekking hebben op het in het eerste lid bedoelde toezicht. Op basis van artikel 175 Gemeentewet is de burgemeester bevoegd alle bevelen te geven die hij of zij ter handhaving van de openbare orde of ter beperking van gevaar noodzakelijk acht. De burgemeester is op grond van artikel 176 Gemeentewet bevoegd algemene voorschriften te geven die ter handhaving van de openbare orde of ter beperking van gevaar nodig zijn. Beide bepalingen hebben betrekking op noodsituaties. De gemeente De gemeente is met name belast met: • het afgeven van vergunningen zoals de Drank- en Horecavergunning, gebruiksvergunningen, exploitatievergunningen; • het toezicht op vergunningvoorwaarden en Apv bepalingen; • de bestuursrechtelijke handhaving van de Drank- en Horecawet; Toezicht is momenteel nog een taak van de VWA, maar deze taak wordt overgedragen aan de gemeenten; • het toezicht en de bestuursrechtelijke handhaving van vergunningen Wet op de • het toezicht en handhaving op de bouwvoorschriften (gebruiksvergunningen); • de bestuursrechtelijke en eventueel strafrechtelijke handhaving bij geconstateerde overtredingen van de vergunningvoorwaarden en Apv-overtredingen. De toezicht en handhaving door de gemeente is vooral gericht op de sluitingstijden, geluidsoverlast veroorzaakt door de horecagelegenheden zelf en overlast zoals vernielingen en gewelddadige activiteiten van bezoekers. De overlast in de buurten door het komen en gaan van horecabezoekers wordt door de gemeentelijke handhavers van de gemeente zoveel mogelijk voorkomen.
Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 17 van 24
CONCEPT Bijlage 3
Horecastappenplan Door middel van dit stappenplan wordt op een eenduidige wijze gehandhaafd ten aanzien van drank- en horecavergunningen, exploitatievergunningen (inclusief terrassen), sluitingstijden, aanwezigheidsvergunningen voor speelautomaten en het ontbreken van deze vergunningen. Toelichting op de systematiek
Heldere communicatie vooraf: Alle horecabedrijven en slijtersbedrijven ontvangen een barcodemap met daarin onder andere dit stappenplan. Startende ondernemers ontvangen direct de barcodemap. Bij eventuele wijzigingen in het stappenplan wordt een nieuw exemplaar aan de ondernemers toegestuurd, zodat zij deze kunnen toevoegen aan hun barcodemap. Stappenplan als `eerste stap´: Door heldere communicatie vooraf zijn horecaondernemers al op de hoogte van wat de gevolgen zijn van het overtreden van de regels. Indien men een overtreding begaat wordt de ondernemer (in de meeste gevallen) niet opnieuw gewaarschuwd maar wordt direct overgegaan tot de eerste stap uit het stappenplan. Dit stappenplan functioneert daarom, in plaats van een informatiebrief na de overtreding, als eerste stap in het stappenplan. Stappen worden toegepast per ondernemer en niet per horecazaak: Als een ondernemer zijn onderneming tussentijds overdraagt aan een ander, nadat een stap uit het stappenplan is toegepast, begint de nieuwe ondernemer met een schone lei. Deze regel is niet van toepassing als de ondernemingsvorm wijzigt en een van de ondernemers nog steeds betrokken is bij de zaak. Maatwerk: Indien de individuele situatie daar om vraagt kan het bevoegd gezag (burgemeester of het college van B&W) gemotiveerd afwijken van het voor de overtreding geldende stappenplan. Bevoegdheid VWA: De VWA is belast met het toezicht op de naleving van de Drank- en horecawet. Zij maken melding aan het college van B&W van geconstateerde overtredingen. Tevens treden zij handhavend op door het opleggen van bestuurlijke boetes. In artikel 44a lid 4 van de wet is bepaald dat er geen bestuurlijke boete mag worden opgelegd wanneer het college voornemens is de vergunning in te trekken. De VWA krijgt om deze reden een exemplaar van dit stappenplan. Als de gewijzigde Drank en Horecawet in werking treedt (verwachting eind 2011 / 1 januair 2012) dan gaat het toezicht op de Drank en horecawet over naar de gemeente. Voor Diemen zal dit inhouden dat b.v. vaker gecontroleerd wordt op de aanwezigheid van een leidinggevende tijdens de openingstijden van de inrichting. Gemeente en politie gaan bij de controle op de Drank en horecawet nauwer samenwerken Start met schone lei: Voorheen was er geen stappenplan voor de handhaving op de horeca in Diemen. Alle horecaondernemers starten met een schone lei. Algemene wet bestuursrecht (AWB): het opleggen van sancties zijn besluiten in de zin van AWB. De AWB is van toepassing op deze besluiten en de voorbereiding. Niet gedogen: één van de uitgangspunten is dat er niet gedoogd wordt terwijl een aanvraag is ingediend maar nog geen vergunning is verleend, behalve als de aanvraag betrekking heeft op een (kleine of ondergeschikte) wijziging. Artikel 35 ontheffing: Wanneer een overtreding wordt geconstateerd ten aanzien van een verleende ontheffing op grond van artikel 35 van de Drank- en horecawet kan, gelet op de omstandigheden, een stap uit het stappenplan worden opgelegd indien de leidinggevende van de ontheffing tevens ondernemer is van een horecabedrijf dat in Diemen is gevestigd. Deze stap wordt dan opgelegd aan het horecabedrijf van de betreffende ondernemer. Dit is een extra stimulans om ook tijdens evenementen de voorschriften na te leven. Naast het opleggen van een stap wordt bij een geconstateerde overtreding ten aanzien van de ontheffing ook op een andere wijze (proces verbaal, bestuurlijke boete, last onder dwangsom of bestuursdwang) handhavend opgetreden.
Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 18 van 24
CONCEPT
Strafrechtelijk optreden: Naast het toepassen van dit stappenplan (bestuursrecht) kan ook strafrechtelijk worden opgetreden door het opmaken van een proces verbaal. Hoogte dwangsom en termijn: de hoogte en de termijn van de dwangsom worden vastgelegd in een interne richtlijn.
2. Drank- en horecawet Stappenplan Drank- en horecawet Overtreding Actie na 1e constatering 1. Geen leidinggevende VWA: aanwezig in horeca- of Waarschuwing/ slijtlokaliteit of personen <16 herstelmogelijkheid jaar werkzaam (art. 24 * DHW). 2. Verstrekken zwakalcoholische dranken aan personen <16 jaar of sterke drank aan personen <18 jaar (art. 20 lid 1 en 2 DHW). 3. Aanwezigheid personen <16 jaar zonder toezicht persoon > 21 jaar (art. 20 lid 3 DHW).
VWA: Bestuurlijke boete*
VWA: Bestuurlijke boete* +
Versturen brief met verzoek herhaling te voorkomen VWA: Bestuurlijke boete*
waarschuwing: intrekken vergunning VWA: Bestuurlijke boete* + waarschuwing: intrekken vergunning VWA: Bestuurlijke boete* +
4. Toelaten personen in kennelijke staat van dronkenschap of onder invloed van andere psychotrope stoffen (art. 20 lid 7 DHW).
VWA: Bestuurlijke boete*
5. Niet aanwezig hebben van de vergunning in de inrichting (art. 29 lid 2 DHW).
Waarschuwing/ herstelmogelijkheid
6. In strijd handelen met voorschriften of beperkingen uit de vergunning als bedoeld in art. 4 DHW. (paracommercie)
VWA: Waarschuwing/ herstelmogelijkheid *
7. Niet naleven van het reglement als bedoeld in artikel 9 lid 1 DHW. (paracommercie)
8. Alcoholhoudende drank verstrekken voor gebruik ter plaatse zonder vergunning voor een horecabedrijf (art. 3DHW). 9. Verstrekken van sterke drank voor gebruik elders dan ter plaatse zonder vergunning voor een slijtersbedrijf (art. 3 DHW). 10. Alcoholhoudende drank verstrekken terwijl vergunning voor het horecaof slijtersbedrijf is
Versie 2 dd 4 mei-2011
Actie na 2e constatering VWA: Bestuurlijke boete*
waarschuwing: intrekken vergunning waarschuwing: intrekken vergunning Opleggen last onder dwangsom
Actie na 3e constatering VWA: Bestuurlijke boete* + waarschuwing: intrekken vergunning Intrekken vergunning
Intrekken vergunning
Intrekken vergunning
Actie na 4e constatering Intrekken vergunning
Indien na intrekken vergunning nog geopend: Stappenplan 10 volgen Indien na intrekken vergunning nog geopend: Stappenplan 10 volgen Indien na intrekken vergunning nog geopend: Stappenplan 10 volgen
Verbeuren dwangsom
Intrekken vergunning
VWA: Bestuurlijke boete*
VWA: Bestuurlijke boete *+
Intrekken vergunning
VWA: Waarschuwing/ herstelmogelijkheid *
VWA: Bestuurlijke boete*
waarschuwing: intrekken vergunning VWA: Bestuurlijke boete* +
Toesturen aanvraagformulier en opleggen last onder dwangsom
Verbeuren dwangsom
Toesturen aanvraagformulier en opleggen last onder dwangsom
Verbeuren dwangsom
Aanschrijven voornemen tot bestuursdwang (sluiten)
Toepassen bestuursdwan g (sluiten)
waarschuwing: intrekken vergunning Aanschrijven voornemen tot bestuursdwang (sluiten) Aanschrijven voornemen tot bestuursdwang (sluiten)
Actie na 5e constatering Indien na intrekken vergunning nog geopend: Stappenplan 10 volgen
Intrekken vergunning
Indien na intrekken vergunning nog geopend: Stappenplan 10 volgen Indien na intrekken vergunning nog geopend: Stappenplan 10 volgen Indien na intrekken vergunning nog geopend: Stappenplan 10 volgen
Toepassen bestuursdwang (sluiten) Toepassen bestuursdwang (sluiten)
Pagina 19 van 24
CONCEPT Stappenplan Drank- en horecawet Overtreding Actie na 1e constatering geweigerd, ingetrokken of buiten behandeling gesteld.
Actie na 2e constatering
Actie na 3e constatering
Actie na 4e constatering
Actie na 5e constatering
*Gaat over naar de gemeente na wijziging Drank en Horecawet
Toelichting op de stappenplannen Stappenplan DHW1, DHW6 en DHW7 (bevoegdheid college van B&W) De VWA2 constateert een overtreding, legt stap 1 tot en met 3 op en rapporteert dit aan het college van B&W. Bij de derde keer volgt, naast de sanctie van de VWA, een schriftelijke waarschuwing van het college dat bij de volgende keer de Drank en Horecavergunning wordt ingetrokken (deze brief heeft geen juridische status). Bij de vierde keer wordt de Drank en Horecavergunning ingetrokken. Hierop is de AWB van toepassing. Dit betekent onder andere dat er alvorens wordt besloten tot intrekking, de vergunninghouder eerst een voornemen van dat besluit krijgt en zijn zienswijze naar voren kan brengen en dat er rechtsmiddelen openstaan (bezwaar en beroep). Wanneer men geopend blijft zonder geldige vergunning wordt stappenplan 10 gevolgd. Wanneer een opsporingsambtenaar van de politie3 of een bijzondere opsporingsambtenaar van de gemeente4 een overtreding constateert, wordt dit aan het college van B&W gerapporteerd die dat vervolgens rapporteren aan de VWA zodat zij over kunnen gaan tot het opleggen van de eerste drie stappen5. Daarnaast kan de opsporingsambtenaar van de politie of gemeente ook een proces verbaal opmaken. Stappenplan DHW2 t/m DHW4 (bevoegdheid college van B&W) De VWA6 constateert een overtreding, legt stap 1 en 2 op en rapporteert dit aan het college van B&W. In geval van het verstrekken van alcohol aan minderjarigen wordt naast de eerste stap van de VWA tevens een brief naar de ondernemer verzonden met daarin het dringende verzoek om herhaling te voorkomen7. Bij de tweede overtreding volgt, naast de sanctie van de VWA, een schriftelijke waarschuwing van het college dat bij de volgende keer de vergunning wordt ingetrokken (deze brief heeft geen juridische status). Bij de derde keer wordt de Drank en horecavergunning ingetrokken. Hierop is de AWB van toepassing. Dit betekent onder andere dat er alvorens wordt besloten tot intrekking, de vergunninghouder eerst een voornemen van dat besluit krijgt en zijn zienswijze naar voren kan brengen. Wanneer men geopend blijft zonder geldige vergunning wordt stappenplan 10 gevolgd.
2 Gaat na wetswijziging over naar de gemeente 3 Opsporingsambtenaren van de politie een algemene opsporingsbevoegdheid. 4 Bijzondere opsporingsambtenaren van de gemeente hebben een bijzondere opsporingsbevoegdheid. In de aanstellingsakte van de opsporingsambtenaar is bepaald ten aanzien van welke wet- en regelgeving zij opsporingsambtenaar zijn.
5 Zie voetnoot 1 6 Zie voetnoot 1 7 Dit mede omdat `jeugd en alcohol´ een thema is dat momenteel zowel landelijk als lokaal veel aandacht heeft. Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 20 van 24
CONCEPT Wanneer een opsporingsambtenaar van de politie of een bijzondere opsporingsambtenaar van de gemeente een overtreding constateert, wordt dit aan het college van B&W gerapporteerd die dat vervolgens rapporteren aan de VWA zodat zij over kunnen gaan tot het opleggen van de eerste twee stappen. Daarnaast kan de opsporingsambtenaar van de politie of gemeente ook een proces verbaal opmaken. Stappenplan DHW5 (bevoegdheid college van B&W) De VWA sanctioneert niet/zelden ten aanzien van het niet aanwezig hebben van de vergunning in de inrichting. In het kader van effectieve controles en de doelmatigheid van de barcodemappen achten wij het wel wenselijk dat de vergunning in de inrichting aanwezig is. Bij een eerste overtreding waarschuwen wij de ondernemer door middel van een brief. Bij een tweede overtreding leggen wij een last onder dwangsom op. Hierop is de AWB van toepassing. Dit betekent onder andere dat er alvorens besloten wordt de last onder dwangsom op te leggen, de vergunninghouder eerst een voornemen van dat besluit krijgt en zijn zienswijze naar voren kan brengen. Bij een derde overtreding wordt de dwangsom verbeurd. Na de vierde overtreding wordt de vergunning ingetrokken (ook hierop is de AWB van toepassing). Wanneer men geopend blijft zonder geldige vergunning wordt stappenplan 10 gevolgd. Stappenplan DHW8 en DHW9 (bevoegdheid college van B&W) Wanneer geconstateerd wordt dat een horecabedrijf of slijtersbedrijf wordt uitgeoefend zonder geldige vergunning, wordt de ondernemer aangeschreven. Deze aanschrijving bevat: de mededeling dat men in overtreding is; een verzoek een vergunningaanvraag in te dienen; de mededeling dat de activiteit gestaakt dient te worden totdat er een vergunning verleend is; een verwijzing naar artikel 25 van de wet waarin is bepaald dat er geen alcohol aanwezig mag zijn in een voor publiek geopende ruimte; een voornemen tot het opleggen van een last onder dwangsom indien men zonder vergunning het horecabedrijf of slijtersbedrijf uitoefent; de mogelijkheid om zienswijze tegen het voorgenomen besluit (last onder dwangsom) kenbaar te maken. Naar aanleiding van de zienswijze wordt al dan niet een last onder dwangsom opgelegd (nog steeds stap 1). Indien men na het opleggen van de last onder dwangsom nog steeds het horecaof slijtersbedrijf uitoefent, wordt de dwangsom verbeurd. Wanneer men na het verbeuren van de dwangsom in overtreding blijft, wordt de last onder dwangsom omgezet in bestuursdwang, door de inrichting te sluiten. Het college is, op grond van artikel 125 lid 2 Gemeentewet J° artikel 5:22 AWB, bevoegd tot handhaving van regels welke het gemeentebestuur uitvoert, waaronder het verstrekken van drank- en horecavergunningen. Voorafgaand aan het sluiten (stap 4), wordt er een voornemen tot bestuursdwang (stap 3) aan de ondernemer gezonden. Stappenplan DHW10 (bevoegdheid college van B&W)
Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 21 van 24
CONCEPT In tegenstelling tot de overtreding bij stappenplan DHW8 en DHW9 overtreedt men bij dit stappenplan de regels willens en wetens vanaf de eerste overtreding. De vergunning is immers ingetrokken of geweigerd of de aanvraag is buiten behandeling gelaten. Om deze reden wordt het opleggen van een last onder dwangsom overgeslagen en wordt direct tot bestuursdwang, het sluiten van de inrichting, overgegaan. Alvorens de inrichting feitelijk wordt gesloten wordt een voornemen tot het toepassen van bestuursdwang toegestuurd. Indien men binnen de gestelde termijn de inrichting niet sluit, wordt deze door de burgemeester gesloten. De AWB is hierop van toepassing. 3. Algemene plaatselijke verordening Diemen Stappenplan Algemene plaatselijke verordening Overtreding Actie na 1e Actie na 2e constatering constatering 1. Overtreden Opleggen last Verbeuren voorschriften van de onder dwangsom exploitatievergunning. dwangsom
Actie na 3e constatering Intrekken exploitatievergunnin g voor een week
Actie na 4e constatering Intrekken exploitatievergunning voor onbepaalde tijd
2. Terrasuitwaaiering / illegaal terras.
Opleggen last onder dwangsom
Verbeuren dwangsom
Gedeeltelijk intrekken exploitatievergunnin g (exploitatie terras)
Intrekken exploitatievergunning voor onbepaalde tijd
3. Overtreding openingstijden.
Tijdelijke beperking (1 week een uur vroeger sluiten) Toesturen aanvraagformulier en hersteltermijn van 2 weken Aanschrijven voornemen tot bestuursdwang (sluiten)
Intrekken exploitatievergunning voor een week Opleggen last onder dwangsom
Intrekken exploitatievergunnin g voor onbepaalde tijd
Indien na intrekken vergunning nog geopend: Stappenplan 5 volgen Aanschrijven voornemen tot bestuursdwang (sluiten)
4. Exploitatie zonder geldige exploitatievergunning. 5. Exploitatie na weigering, intrekking of buiten behandeling stellen aanvraag.
Verbeuren dwangsom
Actie na 5e constatering Indien na intrekken vergunning nog geopend: Stappenplan 5 volgen Indien na intrekken vergunning nog geopend: Stappenplan 5 volgen
Toepassen bestuursdwang (sluiten)
Toepassen bestuursdwang (sluiten)
Toelichting op de stappenplannen Stappenplan APV1 en APV2 (bevoegdheid burgemeester) Nadat een opsporingsambtenaar van de gemeente of een ambtenaar van de politie een overtreding constateert, wordt een voornemen tot het opleggen van een last onder dwangsom kenbaar gemaakt en wordt aan de vergunninghouder de mogelijkheid geboden om zienswijze naar voren te brengen. Naar aanleiding van de zienswijze wordt al dan niet een last onder dwangsom opgelegd (nog steeds stap 1). Na een tweede overtreding wordt de dwangsom verbeurd. Bij een derde overtreding wordt de exploitatievergunning voor een week ingetrokken, bij een vierde overtreding voor onbepaalde tijd. Op beide besluiten is de AWB van toepassing. Dit betekent onder andere dat, voorafgaand aan het besluit tot intrekking (bepaalde of onbepaalde tijd), de vergunninghouder in de gelegenheid wordt gesteld zijn zienswijze naar voren te brengen. Tevens kan men in bezwaar en beroep. Wanneer men geopend is nadat de vergunning (tijdelijk) is ingetrokken, wordt stappenplan 5 gevolgd. Stappenplan APV3 (bevoegdheid burgemeester) Nadat een opsporingsambtenaar van de gemeente of een ambtenaar van de politie een overtreding constateert, wordt de exploitatievergunning of de ontheffing voor de sluitingstijden gedurende de periode van een week gedeeltelijk ingetrokken. Het horecabedrijf dient gedurende Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 22 van 24
CONCEPT deze periode een uur eerder te sluiten. Na de tweede overtreding wordt de exploitatievergunning voor de periode van een week ingetrokken, na de derde voor onbepaalde tijd. Op de drie intrekkingen is de AWB van toepassing. Dit betekent onder andere dat er voorafgaand aan het besluit een voornemen van het besluit verzonden dient te worden en dat de vergunninghouder in de gelegenheid gesteld moet worden om zijn zienswijze naar voren te brengen. Wanneer men geopend is nadat de vergunning (tijdelijk) is ingetrokken, wordt stappenplan 5 gevolgd. Stappenplan APV4 (bevoegdheid burgemeester) Omdat de exploitatievergunningplicht in iedere gemeente anders geregeld is en de vergunning voor bepaalde tijd verleend wordt, wordt de exploitatie zonder exploitatievergunning als `minder verwijtbaar´ aangemerkt dan het uitoefenen van een horecabedrijf zonder geldige drank- en horecavergunning. Om deze reden wordt na de eerste geconstateerde overtreding een aanvraagformulier toegestuurd en een hersteltermijn geboden van 2 weken. Wanneer men binnen de termijn geen vergunning aanvraagt, treedt stap 2 in werking. Wanneer men wel een aanvraag indient wordt de exploitatie gedurende de periode van de behandeling van de aanvraag gedoogd indien:
de ondernemers bij de gemeente bekend zijn door eerdere horecavergunningen of nadat vast is gesteld dat men van goed levensgedrag is en; de exploitatie niet in strijd is met het bestemmingsplan.
Als de ondernemer geen (nieuwe) vergunning aanvraagt binnen de gestelde termijn wordt een voornemen tot het opleggen van een last onder dwangsom kenbaar gemaakt en wordt aan de vergunninghouder de mogelijkheid geboden om zienswijze naar voren te brengen. Naar aanleiding van de zienswijze wordt al dan niet een last onder dwangsom opgelegd. Na een derde overtreding wordt de dwangsom verbeurd. Wanneer men na het verbeuren van de dwangsom in overtreding blijft, wordt de last onder dwangsom omgezet in bestuursdwang, door de inrichting te sluiten. Voorafgaand aan het sluiten (stap 5), wordt er een voornemen tot bestuursdwang (stap 4) aan de ondernemer gezonden. Stappenplan APV5 (bevoegdheid burgemeester) In tegenstelling tot de overtreding bij stappenplan APV4 overtreedt men bij dit stappenplan de regels willens en wetens vanaf de eerste overtreding. De vergunning is immers ingetrokken of geweigerd of de aanvraag is buiten behandeling gelaten. Om deze reden wordt de herstelmogelijkheid en het opleggen van een last onder dwangsom overgeslagen en wordt direct tot bestuursdwang, het sluiten van de inrichting, overgegaan. Alvorens de inrichting feitelijk wordt gesloten wordt een voornemen tot het toepassen van bestuursdwang toegestuurd. Indien men binnen de gestelde termijn de inrichting niet sluit, wordt deze door de burgemeester gesloten. De AWB is hierop van toepassing. 4. Wet op de kansspelen (aanwezigheidsvergunning) Stappenplan Wet op de Kansspelen Overtreding Actie na 1e constatering 1. Overtreden voorschriften van de aanwezigheidsvergunning of bepalingen uit de Wet op de Kansspelen.
Versie 2 dd 4 mei-2011
Opleggen last onder dwangsom
Actie na 2e constaterin g Verbeuren dwangsom
Actie na 3e constatering
Actie na 4e constatering
Intrekken aanwezigheidsvergunning
Indien na intrekken vergunning nog speelautomaten aanwezig: Stappenplan 2 volgen
Actie na 5e constatering
Pagina 23 van 24
CONCEPT Stappenplan Wet op de Kansspelen Overtreding Actie na 1e constatering 2. Speelautomaten aanwezig zonder (de juiste) vergunning (art. 30b WOK).
Toesturen aanvraagformulier en opleggen last onder dwangsom
Actie na 2e constaterin g Verbeuren dwangsom
Actie na 3e constatering
Actie na 4e constatering
Aanschrijven voornemen tot bestuursdwang (in beslag nemen)
Toepassen bestuursdwang (in beslag nemen)
Actie na 5e constatering
Stappenplan WOK1 Nadat een opsporingsambtenaar van de gemeente, politieambtenaar of een opsporingsambtenaar ingevolge de Wet op de Kansspelen een overtreding constateert, wordt een voornemen tot het opleggen van een last onder dwangsom kenbaar gemaakt en wordt aan de vergunninghouder de mogelijkheid geboden om zienswijze naar voren te brengen. Naar aanleiding van de zienswijze wordt al dan niet een last onder dwangsom opgelegd (nog steeds stap 1). Na een tweede overtreding wordt de dwangsom verbeurd. Bij een derde overtreding wordt de aanwezigheidsvergunning ingetrokken voor onbepaalde tijd. Op dit besluit is de AWB van toepassing. Dit betekent onder andere dat, voorafgaand aan het besluit tot intrekking, de vergunninghouder in de gelegenheid wordt gesteld zijn zienswijze naar voren te brengen. Wanneer er één of meerdere speelautomaten aanwezig zijn nadat de vergunning is ingetrokken, wordt stappenplan 2 gevolgd. Stappenplan WOK2 Wanneer geconstateerd wordt dat er een speelautomaat aanwezig is zonder geldige vergunning, wordt de ondernemer aangeschreven. Deze aanschrijving bevat: de mededeling dat men in overtreding is; een verzoek een vergunningaanvraag in te dienen; de mededeling dat er geen speelautomaten aanwezig mogen zijn totdat er een aanwezigheidsvergunning verleend is; een voornemen tot het opleggen van een last onder dwangsom indien men speelautomaten aanwezig heeft zonder geldige vergunning; de mogelijkheid om zienswijze tegen het voorgenomen besluit (last onder dwangsom) kenbaar te maken. Naar aanleiding van de zienswijze wordt al dan niet een last onder dwangsom opgelegd (nog steeds stap 1). Indien men na het opleggen van de last onder dwangsom nog steeds speelautomaten aanwezig heeft, wordt de dwangsom verbeurd. Wanneer men na het verbeuren van de dwangsom in overtreding blijft, wordt de last onder dwangsom omgezet in bestuursdwang, door de speelautomaten in beslag te nemen. Voorafgaand aan het in beslag nemen (stap 4), wordt er een voornemen tot bestuursdwang (stap 3) aan de ondernemer gezonden.
Versie 2 dd 4 mei-2011
Pagina 24 van 24