Quickscan Strategische Notitie
Energie & Klimaat April 2010
Inhoudsopgave QUICKSCAN STRATEGISCHE NOTITIE ENERGIE & KLIMAAT 1 HOOFDRAPPORT
5
1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10 1.11
INTRODUCTIE ACHTERGROND & AANLEIDING AMBITIE & OPGAVE HAALBAARHEID DOELSTELLING HERFORMULEREN ONTWIKKELINGEN & SCENARIO’S SCENARIO 1: HUIDIG KLIMAAT BELEID SCENARIO 2: NIJMEGEN KLIMAAT NEUTRAAL SCENARIO 3: NIJMEGEN ENERGIE NEUTRAAL TRANSITIE EN ALLIANTIES CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN
5 5 5 10 10 11 12 15 16 20 21
2 ACHTERGRONDRAPPORT
25
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
DE NATURAL STEP METHODIEK RELATIE MET ANDERE OVERHEDEN MOBILITEIT PRIJSONTWIKKELINGEN VAN FOSSIELE BRANDSTOFFEN MOGELIJKE AMBITIES
25 32 35 35 39
3 BIJLAGE 1: SCENARIO 1HUIDIG KLIMAAT BELEID 4 BIJLAGE 2: SCENARIO 2 NIJMEGEN KLIMAAT NEUTRAAL
43 47
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
3
fototekst
1 Hoofdrapport 1.1
Introductie
De voorliggende notitie is het resultaat van een quickscan
duurzame energie . De belangrijkste drivers achter deze
visie voor wat betreft het inhoudelijke deel. De proces-
naar de efficiency van huidige en toekomstige maatre-
ontwikkeling zijn de negatieve effecten van de sterke
matige kant wordt (later; in de strategische visie) apart
gelen om (met name) CO2 reductie te realiseren. Tevens zijn
afhankelijkheid van fossiele brandstoffen: klimaatverande-
uitgewerkt.
een aantal bouwstenen voor de op te stellen strategische
ring, de stijging van de kosten van de energievoorziening
klimaat- en energievisie aangereikt. Royal Haskoning
en de voorzieningszekerheid (olie- en gasvoorraden
heeft in de periode februari - april 2010 deze quickscan
bevinden zich in een beperkt aantal landen). De gemeente
uitegevoerd op basis van bestaande rapporten, studies en notities van de gemeente. Er heeft geen afzonderlijk
1.3
Ambitie & Opgave
Nijmegen onderkent dit en heeft mede daarom in 2007 de
1.3.1
Ambitie
Kadernotitie klimaat opgesteld.
Het startpunt van deze quickscan vormt het Raadsdocu-
onderzoek plaatsgevonden. De nadruk ligt op maatre-
ment Kadernotitie Klimaat ‘Een goed klimaat voor verande-
gelen in de mitigerende sfeer, om een integrale afweging
Aanleiding voor deze quickscan is een vraag van het
ring’ (23 januari 2008). Daarin is onderstaande doelstelling
te maken zijn adaptieve maatregelen zeker relevant.
College van B&W om inzichtelijk te maken in hoeverre
genoemd:
Echter de integrale afweging zal in de strategische visie
klimaatregelen bijdragen aan de doelstellingen van de
plaatsvinden.
Raad. In 2007 heeft de Raad een ambitie uitgesproken en
Nijmegen is klimaatneutraal in 2032
een maatregelenprogramma vastgesteld. In dit hoofdrapport zijn de hoofdconclusies en aanbeve-
Daarnaast dient een strategische visie energie & klimaat
lingen van deze quickscan gepresenteerd, in het achter-
inzicht geven in de inspanningen die op korte en lange
gronddocument zijn de bouwstenen voor het vervolg
termijn nodig zijn om de doelstellingen uit de Kadernotitie
“Klimaatneutraal betekent dat de uitstoot van broei-
traject die de revue hebben gepasseerd opgenomen.
Klimaat (Nijmegen 2007) daadwerkelijk te realiseren. Deze
kasgassen (van de stad Nijmegen), en alle bewoners,
quickscan is de inhoudelijke voorbereiding van deze visie.
bedrijven en instellingen geen negatieve invloed meer
De efficiency van mogelijke maatregelen is beoordeeld en
uitoefent op het klimaat.”
1.2
Achtergrond & Aanleiding
De meest recente definitie hiervan is onderstaande:
onderzoeksvragen voor de toekomst zijn geformuleerd. Wereldwijd is er een sterke toename in de vraag naar
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
Het vormt daarmee een eerste aanzet tot een strategische
april 2010
5
fototekst
Klimaatbeïnvloeding ontstaat voornamelijk door het
Onderstaand schema geeft inzicht in de bronnen die in
verbranden van fossiele brandstoffen waarbij het broei-
een stad (met haar bewoners en activiteiten) bijdragen aan
kasgas CO2 vrijkomt. Daarnaast zijn er ook nog andere
klimaatbeïnvloeding.
broeikasgassen, zoals methaan (bv intensieve veeteelt) die
Bijdragen stad aan klimaatbeïnvloeding:
ook een negatieve invloed hebben op het klimaat.
Scope 1 Opgemerkt dient te worden dat energieneutraliteit
(directe emis-
bijdraagt aan klimaatneutraliteit. Deze termen worden
sies)
veelal doorelkaar gebruikt. Bij energieneutraliteit is
Scope 2
je energie productie binnen de gemeente grenzen
(indirecte emis-
tenminsten gelijk aan je verbruik. Bij klimaatneutraal: kun
sies)
je buiten de gemeente grenzen compenseren cq groen inkopen. Kort kun je stellen dat het verbranden van fossiele brandstoffen in de stad direct leidt tot een directe beïnvloeding
Scope 3 (overige indirecte emissies)
van het klimaat, maar dat er daarnaast ook nog een secundaire invloed is door het gebruik van voedsel en producten
emissies door de eigen organisatie, zoals emissies door eigen gasverbruik en emissies door eigen wagenpark
emissies tengevolge van elektriciteit die de organisatie gebruikt (geleverd door elektriciteitcentrales) emissies veroorzaakt door activiteiten van de eigen organisatie bijv. zakelijk verkeer, woon-werkverkeer papierverbruik, afvalverwerking, verbruiksgoederen, emissies van toeleveranciers
Bron: GHG protocol
door bewoners van de stad, waarvan de productie en transport elders leiden tot CO2 uitstoot.
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
7
fototekst
1.3.2
Opgave In onderstaande tabel is de CO2 opgave (uitgedrukt in
Gekwantificeerd en uitgedrukt in Kton te reduceren CO2
Kton) in 2035 per doelgroep opgenomen.
uitstoot is de klimaatopgave voor de gemeente Nijmegen de volgende.
Tabel 2: Opgave per doelgroep in verschillende jaren, bron: gemeente Nijmegen
Tabel 1: klimaatopgave, bron: gemeente Nijmegen
Invloed op klimaat
Opgave
Energie
CO2
1. footprint energievoorziening
10 PJ
831 Kton
2. toename footprint door nieuwbouw
2 PJ
166 Kton
Jaar
2010
2020
2032
Verkeer en Vervoer
150
141
183
Huishoudens
251
264
273
Nieuwbouw
0
31
71
Doelgroep
3. uitstoot overige broeikasgassen (opgave 2003)
200 Kton
Bedrijven*
591
606
621
4. directe uitstoot automobiliteit
150 Kton
SoHo’s
34
44
48
Onbekend
155
155
155
Totaal
1.181
1.240
1.351
5. indirecte uitstoot producten /afval
niet kwantificeerbaar op stedelijk nivo
6. indirecte uitstoot voedselproductie
niet kwantificeerbaar op stedelijk nivo
Totale opgave stad Nijmegen Ter vergelijking: 7. Energiecentrale Electrabel (2007)
12 PJ
1.347 Kton
* Inclusief overige broeikasgassen; 200 Kton CO2 Bron: Gemeente Nijmegen
3.070 Kton
Bron: Gemeente Nijmegen (2010); concept notitie Klimaat en Energie
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
9
1.4
Haalbaarheid
1.5
Doelstelling herformuleren
Voor volledige klimaatneutraliteit moet je de secundaire
analyse van de opbrengst van alle mogelijke maatregelen
Omdat je als gemeente slechts op een deel van de
uitstoot en diffuse bronnen feitelijk ook meenemen.
laat zien dat de maximaal haalbare reductie van CO2 onge-
klimaatneutraliteit invloed hebt is het stellen van het doel
Nadeel is dat een gemeente hierop slechts beperkt invloed
veer 70% (922 van 1,351) is ten opzichte van de autonome
“klimaatneutrale stad” niet realistisch. Het schept te hoge
kan uitoefenen. Een stad niet statisch, maar een dynamisch
ontwikkeling.
verachtingen. Maar wat is dan wel een goed einddoel?
hele wereld omspannen. In die zin is het bijna onmogelijk
Echter dit brengt zeer forse investeringen met zich mee.
Zoals aangegeven is het klimaatneutraal maken van
om als stad 100% klimaatneutraal te zijn als dat niet elders
Dit betekent dat wanneer de gemeente alle maatregelen
de energievoorziening van de stad veruit de grootste
in de wereld bij productie en transport van goederen ook
die op dit moment bekend zijn uitgevoerd, er een beperkte
klimaatopgave, maar niet de enige! Door de aanwezigheid
gebeurt. De CO2 uitstoot van één product is net zo groot als
restopgave blijft bestaan van ongeveer 30%.
van indirecte klimaatinvloeden kun je ook stellen dat
geheel met in- en utgaande stromen van producten die de
volledige klimaatneutraliteit eigenlijk niet haalbaar is op
de hele uitstoot van de gehele productieketen die bij de vervaardiging, opslag en verkoop van dit product, trans-
Het is mogelijk om deze restopgave aan CO2 jaarlijks te
middellange termijn. Daarvoor is een mondiaal duurzame
port naar de eindgebruiker en de afvalverwerking ervan
compenseren (ongeveer 250 tot 300 Kton). Echter dit
samenleving / economie noodzakelijk. Een gemeentelijke
geproduceerd wordt.
brengt aanzienlijke kosten met zich mee. Indien er bijvoor-
doelstelling dat meer recht doet aan de realiteit is:
beeld met €50,- per ton CO2, wordt gerekend, betekent dit Dit draagt indirect (maar overigens wel zeer fors!) bij aan
een jaarlijkse investering van ongeveer 10 tot 15 miljoen
“Een duurzame en klimaatbestendige stad die streeft naar
de CO2-footprint van de stad waar de eindgebruikers
euro. En dat zijn investeringen naast de forse investering in
klimaatneutraliteit in 2032 en naar energie neutraliteit in
zitten. Eén intercontinentaal vliegreisje kan qua CO2
maatregelen om de 70% reductie te realiseren.
2050”
uitstoot alle energiebesparende maatregelen die een gezin neemt, overtreffen. Voor Nijmegen is in beeld gebracht in hoeverre het mogelijk is om volledig klimaatneutraal te zijn in 2032. Een
10
De concreetheid van deze doelstelling moet komen uit
neutraal: in dit scenario wordt theoretisch bepaald wat
Aan de hand van de scenario’s kan de gemeente het tempo
de verdere concretisering van het begrip afrekenbare
mogelijke maatregelen maximaal kunnen bijdragen aan
bepalen van het doelbereik. Daarbij horen de volgende
subdoelen.
het reduceren van de uitstoot van CO2.
mogelijke maatregelen:
•
Een klimaatneutrale organisatie in 2015;
•
Een klimaatneutrale stad in 2032;
Daarnaast is er, met name vanuit een economische invals-
KTM:
gericht op besparing, Energie efficiency;
•
20% duurzame energie in 2020;
hoek, een voorwaarden scheppend pakket van mogelijke
MLT:
gericht op Energie transitie
•
Energie neutrale gemeente in 2050.
maatregelen geïdentificeerd. Dit is scenario 3; Nijmegen
LTM:
gericht op een duurzame samenleving met
- 60% besparing
energie neutral. Daarin staat de gemeente als facilitator
een nieuw evenwicht, zelfvoorzienendheid,
- 40 % opwekking
centraal in de energietransitie.
gebruikmakend van nieuwe opslagtechnieken,
etc.
In hoeverre deze subdoelstellingen worden gerealiseerd is beschreven in paragraaf 1.7.
Het een en ander is visueel weergegeven in figuur 1.
1.6
Ontwikkelingen & scenario’s
Om inzichtelijk te maken wat verschillende ambitieniveaus inhoudelijk betekenen zijn in deze quickscan twee scenario’s onderscheiden. Aangegeven is wat de maatregelen, kosten, doelgroepen en CO2-reductie is. De scenario’s hebben een verschillend karakter: -
I Scenario huidige klimaatbeleid; dit betreft een
scenario gebaseerd op het huidige maatregelpakket; -
II Maximaal scenario 2; Nijmegen klimaat
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
Figuur 1: weergave investeringstempo
maart 2010
11
1.7
Scenario 1; Huidig klimaat beleid
In dit scenario worden de maatregelen uitgevoerd zoals opgenomen in het actieplan Klimaat 2008 – 2012. In bijlage 1; “Tabel Huidig klimaat beleid” is een overzicht van de maatregelen opgenomen. Met dit scenario wordt de oorspronkelijke doelstelling zoals geformuleerd niet gerealiseerd, echter een aantal subdoelstellingen wel . Doelstelling 1: een klimaatneutrale organisatie zijn in 2015 Met het volledig inkopen van groene stroom en groen gas, zal de gemeentelijke organisatie wat betreft het elektriciteitsverbruik en het gasgebruik klimaatneutraal opereren. Alleen het wagenpark zal nog CO2- emissie met zich meebrengen. Met het overschakelen op groen gas of op duurzaam opgewekte electriciteit zal de emissie van het wagenpark met circa 70% reduceren. De resterende 0,05 kton CO2-uitstoot zou, net als de vliegkilometers, gecompenseerd kunnen worden. Doelstelling 2: een klimaatneutrale stad in 2032 De maatregelen uit het Actieplan resulteren in een emissiereductie van bijna 20% ten opzichte van de autonome ontwikkeling. Nijmegen is met de maatregelen uit het
12
Actieplan 2008-2012 zeer goed op weg om de doelstelling
maatregelen genomen moeten worden om de derde
van een klimaatneutrale stad in 2032 te behalen. Het
doelstelling te behalen.
grootste effect van de maatregelen vindt plaats op relatief korte termijn, omdat het Actieplan Klimaat zich voorna-
Uit onderstaande figuur wordt duidelijk dat de oorspron-
melijk richt op de periode tot 2012. Indien Nijmegen in
kelijke ambitie van de gemeente Nijmegen, namelijk
de komende raadsperioden dezelfde lijn door zet, zal de
“klimaatneutraal in 2032” niet wordt gehaald. Met deze
emissiereductie ook op langere termijn plaatsvinden.
maatregelen wordt een maximale CO2 reductie gehaald van 282 Kton in 2032. Uitgaande van een huidige uitstoot
Doelstelling 3: 20 procent duurzame energie in 2020
van 1181 Kton, blijft er een restopgave van ongeveer 900
Het percentage duurzaam opgewekte elektriciteit
Kton CO2 over.
bedroeg in 2009 4,3% van het totale elektriciteitsgebruik
CO2 Kton
in Nijmegen. Zonder het nemen van aanvullende maatregelen zal het percentage duurzaam opgewekte elektriciteit in 2020 naar schatting 5,8% van het totale elektriciteitsgebruik in Nijmegen bedragen. Met de maatregelen uit het Actieplan zal in 2020 circa 21 miljoen kWh elektriciteit worden opgewekt met behulp van zonne-energie en windmolens. Daarnaast zal de gemeente het eigen verbruik van ruim 22 miljoen kWh groen inkopen. Het percentage groene stroom ligt daarmee op circa 9,7% van het totale elektriciteitsverbruik. Met de inkoop van groen gas voor de gemeentelijke organisatie zal het percentage duurzaam opgewekt gas 0,8% van het totale gasverbruik beslaan. Nijmegen is op de goede weg om meer duurzame
Figuur 2: opbrengst huidig maatregelpakket (bron: DHV
energie te gebruiken, maar er zullen nog wel aanvullende
nulmeting / Royal Haskoning 2010)
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
13
fototekst
1.8
Scenario 2: Nijmegen klimaat neutraal
In dit scenario zet de gemeente fors in op haar streven
ceerd zijn, kan de gemeente denken aan maatregelen als:
Indien bovenstaande maatregelen worden uitgevoerd kan
naar klimaat neutraliteit in 2032. In de hier volgende
•
Kleinere windturbines (techniek gaat snel, efficiency
dit een forse “theoretische” reductie van CO2 uitstoot bete-
stijgt)
kenen. Zie de gele lijn in onderstaande figuur. Opgemerkt
tekst zijn diverse (technisch) mogelijke maatregelen gepresenteerd, de haalbaarheid van al deze maatregelen
•
generatoren aan de brughoofden in de Waal
dient te worden dat hierbij is uitgegaan dat de bestaande
zal meer gedegen onderzocht moeten worden. Dit maat-
•
Als gemeente inzetten op schone mobiliteit
maatregelen ook worden uitgevoerd. Uit onderstaande
regelpakket maakt slechts inzichtelijk welke CO2 reductie
•
Indirecte uitstoot verminderen: producten (C2C),
grafiek, en dan met name de gele lijn, blijkt dus dat bij
voedsel, afval, kringlopen sluiten
inzet van alle maatregelen klimaatneutraliteit erg dicht
Adaptatie maatregelen. Onder andere:
bij komt. In de tabel in bijlage 2 wordt inzichtelijk welke
--
Eisen inrichting nieuwe wijken;
maatregelen het meest bijdragen aan deze realisatie.
--
Eisen herstructurering opgave;
er op papier te halen is. Let wel de gebruikte informatie is afkomstig uit bestaande bronnen van met name de
•
gemeente Nijmegen. Dit “theoretisch” meest ambitieuze scenario bestaat naast de bestaande maatregelen uit scenario 1 uit: •
CO2 Kton
22 grote windturbines op Nijmeegs grondgebied in 2032
•
750.000 zonne panelen
•
40.000 boilers
•
24.000 woningen op restwarmte/ aardwarmte
•
20.000 woning eq. aan KWO / warmtepompen
•
30% energiereductie huishoudens en bedrijven
•
Zero-emission overige broeikasgassen
Ook de facilterende maatregelen, zie paragraaf 1.9, maken deel uit van het maatregelenpakket in dit scenario. Naast
Figuur 3: autonoom scenario, opbrengst huidig maatre-
bovengenoemde mogelijke maatregelen die gekwantifi-
gelpakket & maximaal scenario (bron: Royal Haskoning)
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
15
1.9
Scenario 3: Nijmegen energie neutraal
Naast CO2 reductie is het ook belangrijk te kijken in hoeverre energieneutraliteit op eigen grondgebied mogelijk is en wanneer deze bereikt wordt. Naast de eigen berekeningen die reiken tot 2035, is hierbij gebruik gemaakt van de inzichten uit het EOS-LT onderzoek Duurzame Gebiedsontwikkeling, waarin Nijmegen één van de pilotgemeenten is. Op basis van de uitkomsten van de tussenrapportage van deze studie is het scenario vanaf 2035 vormgegeven.
Figuur 4: Energieverbruik vs. duurzame energie NB: De energiebelasting van vervoer is buiten de berekening gehouden omdat deze erg moeilijk te bepalen is en
is er zelfs lokaal een energieoverschot mogelijk van 146%
2020 af. Om de 60% besparing te bereiken vereist dit per
scenario’s uit verschillende rekenmodellen / rapporten
van de danmalige vraag. Daarbij is er van uitgegaan dat de
gebouw in de periode tot 2050 minimaal 2x een ingreep
elkaar hier ver ontlopen.
energiebesparing ook na 2032 doorzet tot 60% energiebe-
om het gebouw qua energieprestatie te verbeteren.
sparing in 2050 t.o.v. het autonome scenario (bron: EOS-LT
16
onderzoek).
De duurzame stedelijke energieopwekking wordt bereikt
Conclusie:
Volgens het EOS-LT onderzoek zal in 2050 nog 65-70%
via het principe van de energy-hub: dwz een mix van alles
Energieneutraliteit in 2032 is niet haalbaar, zelfs niet met
van de woningen van voor 2010 zijn en 25% van alle
bestaande duurzame energiebronnen die via intelligente
een maximaal scenario. Er is een 2032 nog een restvraag
gebouwen stammen uit de periode 1945-1974 (ener-
netwerken verbonden zijn. Echte innovaties in technieken
van 4 PJ die “geïmporteerd “moet worden Energieneutra-
getisch meest slechte woningen). De nieuwbouw vlakt
zijn er niet in in dit scenario. Wel vindt toepassing van
liteit komt in beeld vanaf 2045. Op de lange termijn (2050)
(tgv van demografische ontwikkelingen - vergrijzing) na
geo-thermie plaats (inclusief regeneratie van de doublets
middels zonne-warmte) en hebben PV panelen een veel hogere opbrengst dan nu. In 2050 zijn er naar verwachting ook systemen waarmee bestaande woningen in de woning zelf zonnewarmte kunnen bufferen voor verwarming in de winter. Daarbij is het belangrijk op te merken dat het hier om een theoretische exercitie gaat. Met de verdeling tussen de vraag naar elektriciteit en warmte is hierin geen rekening
Figuur 5: Electriciteit 2010-2032
•
inzet van geïmporteerde biomassa in biomassacentrale
gehouden. Daarnaast is er ook geen rekening gehouden
Wat uit de bovenstaande grafiek opvalt, is dat de
met piekbelastingen. Bv. een grote industrie kan in één
autonome elektriciteitsvraag de komende jaren nog fors
•
inkoop van groen opgewekte energie van elders
keer een vermogen vragen dat met deze duurzame
zal groeien tgv het gebruik van steeds meer apparaten.
•
inzet micro-WKK’s (KT)
bronnen niet rechtstreeks te leveren is. Ook leveren duur-
Hierop heeft de gemeente weinig invloed. Een verdere
•
elektriciteitsopwekking uit geothermie (LT)
zame bronnen niet altijd energie als er een vraag is. Mn.
besparing kan alleen bereikt worden tgv landelijk en
•
Europees supergrid
opslag van energie zal in de toekomst een belangrijk issue
Europees productenbeleid. Naast lokale opwekking zal
Wat betreft de warmtevraag ziet het plaatje tot 2032 er
worden.
voor het voldoen van de elektriciteitsvraag voorlopig nog
meer rooskleurig uit. Hierin spelen warmtenetten, thermi-
het merendeel van de energie extern moeten worden
sche zonne-energie, KWO en geothermie een belangrijke
Om iets neer inzicht te geven in het opwekvermogen
ingekocht. Bij voorkeur natuurlijk uit groene bronnen. Het
rol. Uitdaging voor de toekomst zal zijn deze verschillende
mbt elektriciteit en warmte irt de vraag zijn onderstaande
lokale opwekkingspotentieel kan verder vergroot worden
bronnen zo aan elkaar te linken (energy-hub) dat een
grafieken opgesteld.
door:
maximaal rendement ontstaat.
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
17
18
Figuur 6: Europees supergrid Figuur 7: Warmte 2010-2032
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
19
1.10 Transitie en allianties 1.10.1 Energietransitie Vanuit economisch perspectief is het onvermijdelijk op
energie. Deze ambitie is echter lastig te kwantificeren,
den duur over te stappen op duurzame energie. De prijzen
omdat het met name indirecte maatregelen betreft.
Bundeling van kennis, informatie en voorlichting door het oprichten van een lokaal / regionaal energie bedrijf / platform;
van duurzame energie zullen op een bepaald moment onder de prijzen van grijze energie komen te liggen.
Het idee is de grid parity naar voren proberen te
Het stimuleren van de inkoop van groene energie;
Daarnaast raken fossiele brandstoffen ooit uitgeput, dus
verschuiven, de gedachte die hier achter zit is dat wanneer
Mogelijkheden van vergroening van WOZ onderzoeken.
is er geen keuze. Verwacht wordt dat dit moment voor gas
de prijs van duurzame energie lager is dan van grijze
Daarnaast is het betaalbaar houden van de energiereke-
ergens rond 2070 en voor olie rond 2050 wordt bereikt.
energie er voldoende stimulans is om een transitie in gang
ning voor burgers, bedrijven, etc een belangrijk aspect van
Het snijpunt waar de prijzen van groene en grijze energie
te zetten. Momenteel wordt er van uitgegaan dat het
dit vraagstuk. Deze sociale component, de 4de stap van de
elkaar snijden wordt het grid parity punt genoemd. De
grid parity punt ergens tussen de 2015 - 2020 ligt. Voor
natural step methode, lijkt voor de gemeente een belang-
gemeente kan op verschillende manieren proberen dit
achtergrond informatie van de verwachte ontwikkelingen
rijke reden om hier op in te zetten (zie hoofdstuk 2.1).
punt naar voren te halen. Een bijbehorende gemeentelijke
in groene en grijze energieprijzen, zie hoofdstuk 2.4).
ambitie kan zijn; het faciliteren van huishoudens, bedrijven
Mogelijke beinvloedingsmogelijkheden voor de gemeente
1.10.2 Allianties
en instellingen om eerder over te stappen op duurzame
zijn maatregelen als:
Nijmegen zal voor het klimaatneutraal maken van de
Het opstellen van een bestemmingsplan voor de onder-
energievoorziening voor een deel altijd afhankelijk zal
grond;
zijn van duurzame energieopwekking buiten de eigen
•
Het afstemmen van vraag en aanbod (mogelijkheden
gemeentegrenzen. Voor een aantal mogelijke maatregelen
van Smart Grids onderzoeken);
is er daarom een opschaling nodig van gemeentelijk naar
Creëren van een subsidie / fonds voor lokale initia-
bovenregionaal niveau. Hiervoor is samenwerking met
tieven (Voer een subsidiescan energie en klimaat uit.
andere actoren dus onvermijdelijk en zou het regionale
Denk aan investeringsaftrekken: EIA, MIA, Groenfinan-
potentieel aan duurzame energieopwekking in kaart
ciering versneld fiscaal afschrijven);
moeten worden gebracht.
•
20
•
1.11
Conclusies en aanbevelingen
1.11.1 Conclusies Afgelopen weken hebben de gemeente Nijmegen en Royal
De quickscan heeft de efficiency van bestaande en
energie neutraliteit in 2050 vereissen grofweg
Haskoning intensief gewerkt aan de Quick Scan Energie en
mogelijke toekomstige maatregelen in beeld gebracht,
dezelfde inspanning binnen de gemeente.
Klimaat. De Quick Scan geeft, in de vorm van twee overzich-
op basis daarvan kunnen de volgende conclusies worden
telijke tabellen, een eerste idee van de bijdrage van maat-
getrokken:
1.11.2 Aanbevelingen
regelen aan de CO2-reductiedoelstellingen. Deze tabellen
•
Klimaat neutraliteit is realiseerbaar in 2032, maar
Vooruitkijkend tekenen zich twee parallelle sporen af: het
vereist inspanning buiten gemeente grenzen.
ene spoor zet in op kaders en gaat de komende 6 maanden
Met het huidige maatregelenpakket wordt de ambitie
op weg naar een Strategische Energie- en Klimaatvisie, het
“energieneutraal in 2032” niet gehaald. Daarnaast
andere spoor zet in op actie en start nu al met een concrete
Terugkijkend valt op dat de technisch-inhoudelijke onder-
loopt het huidige maatregelpakket tot 2015 vrijwel
verkenning van (lokale en regionale) samenwerking voor
bouwing van de verschillende maatregelen nog dun is en
gelijk op met de te verwachten CO2 reductie als het
uitvoering van energietransitie.
omgeven met vragen en onzekerheden. Een cruciale stap
maximale scenario. Dat betekent echter niet dat
in het vervolg is om meer zekerheid en inzcht te krijgen
er gewacht kan worden met maatregelen voor de
in de haalbaarheid en effectiviteit van maatregelen in de
periode na 2015. Om de doelstellingen te realiseren
Nijmeegse situatie
dient er in de huidige college periode al actie te
zijn een compilatie van informatie uit diverse Nijmeegse bronnen.
•
worden ondernomen. Tegelijk groeit -in de discussie- de overtuiging dat de
•
realiseerbaar in 2050.
financieel-economische dimensie van het energievraagstuk de komende jaren een dominante rol zal gaan spelen. De
Zelfvoorzienendheid in de lokale energiebehoefte lijkt
•
Er is een forse versterking van beleid noodzakelijk
prijsstijging door olie- en energieschaarste zal doorwerken
om de ambities om middellange en lange termijn te
in de lokale economie en de portemonnee van de burger. Dit
realiseren.
is een grote kans (!) op weg naar een duurzame samenleving.
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
•
Het realiseren van klimaat neutraliteit in 2032 en
Figuur 8: Spoor en kaders
april 2010
21
Strategische Visie Energie en Klimaat
zeker bij aan een gedragsverandering bij andere
--
actoren. Te denken valt aan succesvolle, aansprekende •
•
lijke CO2 winst inzichtelijk;
Om een strategische visie op te kunnen stellen dient
voorbeelden (CO2-boekhoudsysteem, voldoen aan
--
Mobiliteit;
de uitgangsituatie helder te zijn. Hiervoor is het nodig
ISO 26000 norm) en het scheppen van de juiste
--
De relatie tussen adaptatie en mitigatie maatre-
de onbekende aansluitingen inzichtelijk te krijgen en
randvoorwaarden (bestemmingsplan ondergrond,
de overige broeikasgassen in beeld te brengen.
lokaal platform (energiebedrijf ), slimme meters, proef
Ook dient inzicht te komen in de toekomstige vraag
hybride warmtenet, onderzoek aardwarmte etc). Door
ook batterijen. Wind en zonenergie is namelijk
naar warmte en energie en hoe deze aan te sluiten op
duurzaam in te kopen, aan te besteden en duurzaam-
niet constant;
potentiële bronnen.
heidscriteria te formuleren, weet het bedrijfsleven
gelen; --
--
waar ze aan toe zijn. •
Onderzoek de mogelijkheden van nieuwe smart grids, etc);
•
Om een integrale afweging tussen verschillende
--
Per techniek dient een specifieke businesscase te
bestaande voorraad, huishoudens (gedrag) en
maatregelen te kunnen maken een middellange
worden opgesteld; neem daar ook de afschrijving
bedrijven) en uitvoering van de bestaande maatre-
en lange termijn ambitie vast te kunnen stellen, is
en terugverdienperiode mee;
gelen. Dit levert tot 2015 veel winst op. Dus doorgaan
het noodzakelijk om op gemeentelijk niveau een
op de ingeslagen weg en daarnaast het voorbereiden
strategische visie Klimaat & Energie op te stellen.
en versnellen van de transitie. Dit sluit ook mooi aan
Hierin komen de adaptatie en mitigatie stappen van
bij de 4 jarige bestuurlijke cycli en de noodzaak om
de Natural Step samen en dient er aansluiting bij
op korte termijn (binnen 4 jaar) voortgang te kunnen
andere thema’s: bv. grondstoffen & energieproblema-
laten zien.
tiek, werkgelegenheid, economie te worden gezocht.
lende doelgroepen in de stad eigen beleid te worden
--
Potentiële thema’s zijn rest- en aardwarmte, grootschalige windenergie en zonne energie
•
In het traject naar deze visie dient voor de verschil-
Energie heeft namelijk de potentie meerdere beleids-
bepaald:
De gemeente Nijmegen kan het niet zelf, ook andere
velden te intergeren. Tevens bepaalt een dergelijk
--
actoren dienen in actie te komen. Echter zelf (als
document de agenda vast voor de business case
gas of elektrisch in 2015, duurzaam aanbesteden,
gemeente) het goede voorbeeld geven door de
Energietransitie. aandachtspunten zijn:
subsidies en bijdragen aan derden vergroenen,
gemeentelijke organisatie te verduurzamen draagt
22
Nieuwe opslag methoden; bv. waterstof, maar
energie communicatie systemen (slimme meters,
Op korte termijn dient de gemeente Nijmegen in te steken op energiebesparing, -efficiency (aanpak
•
Het sluiten van lokale kringlopen; maak de moge-
Eigen organisatie; schoon wagen park op groen
MVO.
--
Stedelijke energiebesparing; inzetten op huis-
kan en moet spelen . Belangrijke vragen die vanuit
houdende met de Trias Energetica: energie besparen,
houdens en bedrijven. Gebiedsgerichte aanpak
dit perspectief dan de komende maanden moeten
energie verduurzamen, energie verschonen.
is een kansrijke strategie, aandacht voor overige
worden besproken zijn dan:
•
samenwerking en om de institutionele verankering
broeikasgassen. Groene energiecontracten; --
Bedrijven; onderzoek het mogelijk regionaliseren
•
van het NEC. •
Allianties / Verkenning Businesscase Energietransitie •
Vooruitkijkend is de conclusie dat de Nijmeegse
Welke stappen moeten we zetten om de allianties in
(juridische, financiële, organisatorische) van initia-
het zadel te helpen?
tieven.
Op welke thema’s en gebieden moet deze alliantie zich richten?
• •
gemeentebrede aanpak?
--
een regionale benadering?
--
b. focus in de opgave (> concretiseren, mobiliseren, optimaliseren (geld met geld)).
Wie (mensen, organisaties) zijn de dragers en ambassadeurs van deze allianties?
•
Per saldo geven we in overweging om te gaan werken
brede alliantie uit alle maatschappelijke geledingen
•
Welke rol en bijdrage levert de gemeente?
vanuit de gedachte van een lokaal duurzaam energie-
zich daarvoor gaat inzetten. De gemeente is nu al op
•
Welke financiële constructies mogelijk zijn om duur-
bedrijf. Deze benadering vergt politieke en bestuur-
zame investeringen bij derden te bevorderen.
lijke betrokkenheid, brengt focus aan in het denken
diverse fronten actief met deze alliantievorming (o.a.
en werken; er ontstaat een doel en loket dat mensen
het energieconvenant). Op hoofdlijnen kunnen een inhoudelijke en een
inspireert en verbindt. Eerste stappen richten zich op
Een van de centrale vragen voor het vervolg is
procesmatige lijn worden onderscheiden, die elkaar
de inhoudelijke kansen en focus, de verkenning van
daarom hoe een actieve alliantie van overheden,
versterken. Inhoudelijk vormt een goed inzicht in de
ambitie en wil van actoren; bijvoorbeeld onder de
ondernemers en onderzoekers kan worden bevorderd
(toekomstige ontwikkeling van) vraag en aanbod
paraplu van een voorbereiding van een businesscase.
en verstevigd, en welke rol de gemeente daar in
van energie (warmte, elektrisch, ..) de basis, rekening
• •
a. politieke en bestuurlijke borging (> inspireren, masseren, legitimeren) en;
Welke thema’s (bv. rest- en aardwarmte, en grootscha-
voor de gemeente als geheel, een enorme inspanning hoogte van de ambitie- alleen haalbaar zijn als een
Twee belangrijke voorwaarden voor succes, die nu al moeten worden onderkend zijn:
lige windenergie) en vraagstukken lenen zich voor •
•
Hoe kunnen lokale initiatieven opschalen naar een
doelstellingen, zowel voor de eigen organisatie als zullen vergen. Deze doelstellingen zullen -los van de
Procesmatig gaat het om inspiratie en facilitatie van
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
23
fototekst
2 Achtergrondrapport Diverse onderwerpen, die een belangrijke onderlegger
hoe duurzaamheidsdoelen gerealiseerd kunnen worden. The
De doelstellingen uit de Kadernotitie Klimaat zijn als volgt
vormen voor de strategische visie, hebben tijdens het
Natural Step Methode ervan uit dat vanuit een eindbeeld
te ordenen volgens de principes van de Natural Step.
uitvoeren van de quickscan de revue gepasseerd. In dit
(toekomstscenario) wordt teruggeredeneerd naar de stappen
deel van de rapportage zijn deze opgenomen, achtereen-
die nodig zijn om dit te bereiken. Via continue feedback
volgens zijn dit:
wordt gekeken of men nog op de juiste weg zit.
•
De Natural Step methodiek;
•
De relatie met andere overheden;
•
Mobiliteit;
•
Prijsontwikkelingen groene en grijze energie
2.1
Mitigatie
Adaptatie
De Natural Step Methodiek Figuur 10: De 4 principes van The Natural Step
De Natural Step Methode kan dienen als kapstok voor
Figuur 9: Natural Step Methode (bron: gemeente Nijmegen /
de Strategische Visie Energie en Klimaat, maar omdat
www.naturalstep.org)
Mitigatie
is, hanteren wij deze Methode ook in deze quickscan om
Inhoudelijke opgave: de 4 principes van The Natural
Principe 1
beeld te schetsen van de klimaatopgave voor Nijmegen en
Step
Voorkom uitputting van grondstoffen /
welke maatregelen daar een bijdrage aan kunnen leveren.
1.
fossiele energie
deze quickscan de inhoudelijke voorbereiding daarvan
Voorkom uitputting van de Aarde (grondstoffen / fossiele energie)
De Natural Step Methode vormt een krachtig denkkader
2.
Voorkom uitstoot van schadelijke stoffen (zero emission)
om het klimaatprobleem in samenhang te beschouwen
3.
Voorkom aantasting van de leefomgeving / natuur-
A. Sluit energiekringlopen
waarden
Terugdringen van het gebruik van fossiele brandstoffen
Voorkom uitbuiting / deprivatie van mensen (sociale
voor de energievoorziening (met gemiddeld 4% per jaar
component)
tot 2032).
met het energievraagstuk en grondstoffenprobleem. Daarnaast biedt het ook procesmatige handvatten over
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
4.
april 2010
25
De energietransitie is verreweg de meest belangrijke
C. Sluit product- en afval kringlopen zoveel mogelijk
getransporteerd en gezuiverd te worden. Dat scheelt energie.
opgave uit het klimaatplan. Deze kan bereikt worden via
Het gebruik van grondstoffen, halffabrikaten en
Daarnaast kan grondwater het medium zijn voor opslag van
de paden van energie-efficiency (minder verbruik) en ener-
producten, transport hiervan en de verwerking van afval
energie en kan uit afvalwater straks mogelijk energie worden
gietransitie (groene opwekking) . Bij elkaar moet dit leiden
leidt tot een indirecte CO2 footprint van de stad. Om echt
teruggewonnen.
tot een duurzame en klimaatneutrale energiehuishouding
klimaatneutraal te zijn en om ook het grondstoffenpro-
in 2032. Voor lokale duurzame energieopwekking stelt de
bleem recht te doen, dient de aanpak hiervan aandacht
Principe 2
Nijmeegse Raad als tussendoel 20% duurzame opwekking
te krijgen via bijvoorbeeld: CO2 footprints van bedrijven,
Voorkom uitstoot van schadelijke
in 2020. Hiermee wordt bedoeld: wind, zon, restwarmte,
toepassen van duurzame inkoop, recyclen van afval. Het
stoffen
biomassa, KWO en op termijn aardwarmte. Of 2020 daarbij
Cradle-to Cradle principe kan hierbij in de toekomst een
een realistisch en haalbaar doel is en, of de focus hierbij
zeer belangrijke rol spelen.
vooraal lokaal of regionaal moet zijn en welke inspanning
en grondstoffengebruik zijn er ook nog een aantal directe
dit vereist is zal deze notitie moeten uitwijzen. Daarbij
D. Sluit voedselkringlopen
emittenten van broeikasgassen in Nijmegen die een rol
moet lokaal gebruik van de decentraal opgewekte energie
In de moderne globale markteconomie kost het
spelen bij het klimaatprobleem
ook gefaciliteerd kunnen worden door ‘smart grids’,
produceren van 1 calorie voedsel 100 calorieën fossiele
bestemmingsplannen voor de ondergrond ( bij KWO) en
brandstof. Deze indirecte footprint van de stad kan
A. directe CO2 emissie energiecentrale Electrabel
lokale of regionale energiebedrijven.
verminderd worden door de productie en het gebruik van
Energiecentrale Electrabel is gevestigd in Nijmegen, maar
streekproducten uit de regio te stimuleren en door consu-
is een landelijke elektriciteitsproducent. Voor de totale CO2
B. Sluit kringlopen in de bouwketen
menten bewuster te maken van energie en CO2 footprints
uitstoot op het grondgebied van Nijmegen is Electrabel
Via principes van energie zuinig bouwen, duurzaam
van voeding.
een relevante speler. De CO2 uitstoot van Electrabel is groter
bouwen, passief bouwen en cradle-to-cradle kan de
26
Naast CO2 emissie veroorzaakt door fossiel energieverbruik
dan die van de rest van Nijmegen. De stad heeft slechts
directe en indirecte CO2 footprint van nieuwbouw worden
E. Sluit kringlopen in de waterketen
in beperkte mate invloed op de verdere vergroening van
teruggedrongen. Bv. door het gebruik van duurzame
Water en energieverbruik hangen op een aantal punten
Electrabel als private onderneming. Daarom is het verstandig
bouwmaterialen, gebruik van FSC hout etc. Door energie-
samen. Water in de waterketen vereist energie voor trans-
om Electrabel als een aparte eenheid te beschouwen naast de
zuinig of energieneutraal te bouwen wordt de groei van de
port en verwarming. Water dat niet in de waterketen thuis-
stad Nijmegen en deze hierin niet mee te tellen.
CO2 footprint van de stad voorkomen.
hoort, kan daaruit gelaten worden en hoeft dan ook niet
B. directe uitstoot van overige broeikasgassen
Dit betreft de uitstoot van overige broeikasgassen zoals
D. indirecte uitstoot van reizen buiten de stad
•
Meer water
methaan (CH4), lachgas (N2O), en de fluorverbindingen
Hierbij gaat het om reizen van Nijmegaren naar andere
•
Hogere temperaturen
HFK’s, PFK’s en SF6. Dit zijn veelal stoffen die in geringe
plekken buiten de stad en vice versa. De CO2 uitstoot
•
Meer kans op droogte
mate worden uitgestoten, in Nijmegen m.n. door industrie
hiervan kan aardig oplopen. M.n. als het om vliegreizen
, maar die per saldo een zeer sterke invloed kunnen
gaat.
hebben op het broeikaseffect en daarom zeker relevant
Bedrijven en evenementen kunnen hiervoor een compen-
zijn bij de aanpak van het klimaatprobleem.
satiebeleid of ontmoedigingsbeleid voeren en zo invloed
In de Nationale adaptatiestrategie worden veiligheid, leefkli-
uitoefenen. Bij burgers kan voorlichting een rol spelen.
maat, biodiversiteit en economie genoemd als de belangrijkste
C. directe uitstoot van automobiliteit
Omdat het om een indirecte vorm van CO2 uitstoot gaat is
maatschappelijk thema’s waarvoor ruimtelijke aanpassingen
Door automobiliteit wordt uitstoot van schadelijke stoffen
monitoring alleen mogelijk op het niveau van bedrijven en
noodzakelijk zijn. Niet-ruimtelijke maatregelen zijn bijvoor-
veroorzaakt, waaronder CO2, PM10, NOx etc. veroorzaakt.
instellingen
beeld de introductie van nieuwe vaccinatieprogramma’s met
Deze opgaven spelen op diverse beleidsterreinen.
het oog op nieuwe ziekten of het instellen van een verbod op
Naast het beïnvloeden van de modal split , waardoor het
de besproeiing van tuinen (Nationale adaptatiestrategie, 2007).
aandeel automobiliteit binnen de perken gehouden kan
E. directe uitstoot van zgn. diffuse bronnen als vuurwerk,
worden. Om mobiliteit echt klimaatneutraal en schoon
scheepvaart, gasbranders.
te krijgen is het daarnaast een visie nodig zijn over hoe
Gezien de omvang van de huidige CO2 uitstoot zijn dit
In de Kadernotitie van de Raad (23 januari 2008) wordt aange-
het gebruik van fossiele brandstoffen voor automobiliteit
vooral de “hekkensluiters” en zullen deze mogelijk pas
geven dat er verder niet wordt ingegaan op adaptatie. Met
wordt teruggedrongen en vervangen door alternatieven.
op lange termijn een beeld komen bij het streven naar
name vanuit de veronderstelling dat het Rijk het initiatief heeft
Om een dergelijke visie heeft het College van B&W ook
klimaatneutraliteit.
genomen om te komen tot een adaptatiestrategie. En omdat het waterbeleid als in sterke mate gericht is op het aanpassen
specifiek gevraagd. Uiteraard speelt ook hier naast het klimaatprobleem het mondiale energievoorzieningvraag-
Adaptatie
dering. Het College is gevraagd hier aandacht voor te houden
stuk een belangrijke rol.
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
van Nederland op de mogelijke gevolgen van klimaatveran-
Principe 3 en 4 hebben voornamelijk betrekking op adap-
en waar het gaat om maatregelen Nijmegen klaar te maken
tatie: ‘het aanpassen aan de gevolgen van klimaatverande-
voor de gevolgen van klimaatverandering hoge ambities te
ring’. Op hoofdlijnen zijn de opgaven voor adaptatie:
hanteren.
april 2010
27
fototekst
De initatieven op rijksniveau hebben tot op heden niet
richten. (Deze gegevens zijn gebaseerd op een nog uit te
geleid tot een kader waarbinnen lagere overheden
brengen publicatie van CROW Aanpassen openbare ruimte
activiteiten kunnen ondernemen. Het is daarom van groot
aan klimaatverandering waar de gemeente Nijmegen ook
belang dat de gemeenten hun eigen rol goed invullen.
een bijdrage aan heeft geleverd). Daarbij wordt aange-
Voor de gemeente Nijmegen liggen hier (zoals in veel
geven wat de gemeente Nijmegen in de afgelopen jaren
Nederlandse gemeenten) nog vele kansen. In deze notitie
op dit gebied heeft ondernomen.
schetsen we een beeld van de maatregelen die Nijmegen al getroffen heeft in het kader van adaptatie en welke mogelijkheden er nog zijn. De gemeente wordt aanbevolen om als onderdeel van de Strategische Notitie Energie & Klimaat een meer uitgebreide inventarisatie te maken
Meer water Winters worden gemiddeld natter
Toename van kans op wateroverlast bij extreme en langdurige regenval
Extreme neerslag-hoeveelheden en neerslagintensiteiten nemen toe
Fluctuatie van grondwaterpeil
Stijging van de zeespiegel
Vergrote kans op overstroming langs rivieren (en kust)
Toename van rivierafvoer in de winter
Toename van kans op watervervuiling door overstort van rioolwater
van adaptatiemaatregelen. In vervolg daarop is het mogelijk om een lokale adaptatiestrategie of visie op hoofdlijnen te ontwikkelen waardoor de gemeente gezamenlijk met andere overheden invulling kan geven aan haar rol. De maatregelen van de gemeente Nijmegen die hierop
Principe 3
betrekking hebben zijn:
Beschermen leefomgeving / natuur
•
Grondwaterbeleidsplan
•
Aqua RO
waarden
•
Nieuw verbreed Gemeentelijk Riolerings Plan (GRP)
•
Risicocommunicatie hoogwater
•
Afkoppelbeleid
•
Kennisopbouw, innovatie informatie-voorzieningen
Het eerste duurzaamheidprincipe gericht op adaptatie
•
Herinrichting vijvers
heeft betrekking op leefomgeving en natuurwaarden.
•
Ruimte voor de Rivier / dijkteruglegging Lent
Hieronder wordt een beeld geschetst van de gevolgen van
•
Ophogen Waalkade
klimaatveranderingen waar adaptatie zich op zou moeten
•
Peilverhoging MW-Kanaal
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
29
Hogere temperaturen
Meer kans op droogte
Opwarming zet door: zachte winters en warme zomers komen vaker voor
Hitte-eilanden effect (urban-heat-island effect)
Toename van het aantal tropische dagen
Afname van de luchtkwaliteit tijdens hittegolven (zomersmog) Gevolgen voor flora & fauna: toename van insecten, verdroging van groen, mogelijke migratie van soorten en een verhoging van het bacteriële leven
Verzilting Daling van grondwaterstanden Opwaaien van stof Meer en langere perioden van weinig of geen regen tijdens de zomer.
Droogstaan van putten (stankoverlast) Paalrot als indirect gevolg van verlaagd grondwaterpeil Schade aan stedelijke begroeiing
De maatregelen van de gemeente Nijmegen die hierop betrekking hebben zijn:
De gemeente Nijmegen heeft nog geen maatregelen
•
genomen die hier specifiek betrekking op hebben.
Fase 1: Onderzoek en Fase 2 : haalbaarheidsstudie groene structuren
•
Fase 3a: Implementatie projecten groenstructuren
Programma Future Cities
•
Fase 3b: vergroening stadshofjes
Naast bovengenoemde maatregelen participeert de
•
Dakthermografie
gemeente Nijmegen in het onderzoeksprogramma Future
•
Monitoring projecten groene structuren/klimaat
Cities. Dit programma onderzoekt hoe het vasthouden van
•
Communicatie over duurzame en klimaatbestendige
(regen)water en de inzet van groen ingezet kan worden
stad
om de oververhitting van steden tegen te gaan en de
Klimaattoets RO plannen
luchtkwaliteit te verbeteren
•
30
Principe 4
C. Klimaateducatie
Voorkom uitbuiting / deprivatie van
Betrekken en mobiliseren van jongeren bij het klimaat- en
mensen
energievraagstuk
Het tweede duurzaamheidprincipe gericht op adaptatie
D. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
richt zich op mensen. Hierbij gaat het om het voorkomen
Bedrijven kunnen hun verantwoordelijkheid nemen door
van uitputting en deprivatie van mensen. Gezondheidsef-
ook oog te hebben voor d omstandigheden waaronder
fecten spelen daarbij een belangrijke rol. De gemeente
producten tot stand zijn gekomen en hierover aan consu-
heeft al een aantal maatregelen getroffen op dit vlak, maar
menten te rapporteren. Het Fair Trade principe is hier een
er liggen nog kansen die dit principe kunnen versterken.
voorbeeld van.
A. zorg voor een betaalbare energierekening
E. Oog hebben voor het mondiale verdelingsvraagstuk
Door stijging van de fossiele energieprijzen in wordt in de
De grootste gevolgen van het klimaatprobleem
toekomst energie naar verwachting duurder. De overheid
ondervinden de arme landen. Naast een klimaat- ,
en woningcorporaties hebben een taak om haar burgers
energie en grondstoffenvraagstuk is er vooraal ook een
te beschermen door voorlichting te geven over energiebe-
verdelingsvraagstuk. Nijmegen geeft hieraan invulling als
sparing en deze te faciliteren waar mogelijk.
Milleniumgemeente door de Milleniumdoelstellingen te onderschrijven en actief uit te dragen.
B. Betrekken van burgers bij het klimaat- en energieprobleem Door publiekscampagnes als bv. Ons Groen Hert, Warme Truiendag etc. worden burgers aangemoedigd om zelf actie te ondernemen.
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
31
2.2
Relatie met andere overheden
Er liggen voor de gemeente Nijmegen verschillende
Klimaat- & energiesubsidie •
kansen om aan te sluiten bij klimaatbeleid van andere partijen, zoals de Stadsregio, de Provincie Gelderland,
•
naar een klimaatneutrale energiehuishouding in 2050
De Provincie Gelderland heeft een klimaat- en energiesub-
via steun aan energietransities
sidie die subsidie biedt voor:
bijdragen aan het klimaatbestendig maken van
•
Ministerie VROM en op Europees niveau. Zowel om
Gelderland door maatregelen op het gebied van
inhoudelijke doelstellingen en maatregelen af te stemmen,
water, natuur en stedelijke kwaliteit.
wisseling •
maar ook om financiële voordelen te behalen. Hieronder worden deze opgesomd.
haalbaarheidsstudies, planontwikkeling en kennisuitinnovatieve projecten en projecten die substantieel bijdragen aan onze doelstellingen voor energie-
Gelderse Energieprijs 2009
besparing, duurzame energie en aanpassing aan
Ook dit jaar kunnen gemeenten, waterschappen en
klimaatverandering
Stadsregio Arnhem-Nijmegen
maatschappelijke instellingen dingen naar de Gelderse
In het kader van de strategische notitie Klimaat en Energie
energieprijs. De prijs wordt toegekend aan een project
wordt overleg gevoerd met de Stadsregio Arnhem-
waarmee veel energie is bespaard of duurzame energie is
Nijmegen. Het is momenteel nog niet duidelijk welke
opgewekt en gebruikt. Het project moet een voorbeeld
initiatieven de Stadsregio gaat ontplooien. De verwachting
zijn voor andere organisaties. Aan de prijs is een trofee
is dat daar rond de zomer meer duidelijkheid over is.
verbonden en een geldprijs van vijfduizend euro.
•
investering in energie-infrastructuur (warmtevoorziening)
•
projecten die bijdragen aan een klimaatbestendige inrichting
De gemeente Nijmegen maakt hier al gebruik van. Ook maakt de gemeente Nijmegen gebruik van de SLOK
Provincie Gelderland
Klimaatpareltjes
subsidie. In onderstaand kader wordt uitgelegd wat dit
In de uitvoeringsagenda van het klimaat en energiepro-
De wedstrijd Klimaatparels 2009 is een publieksactie
betekent.
gramma van de provincie staan de volgende doelen:
waarmee aan de inwoners van Gelderland gevraagd wordt
•
stabilisering van het fossiele energieverbruik in 2015,
om samen met de provincie te werken aan een klimaatbe-
daarna afname
stendig Gelderland. Dit jaar zijn er vier prijzen van 10.000
toename van het aandeel duurzame energie van 6%
euro te verdienen voor de uitvoering van een plan dat
in 2010 tot 10% in 2015 en richting 20% in 2020
kan rekenen op de steun van een groep en de gemeente
•
waarin het plan moet worden uitgevoerd.
32
Medio juli 2008 is de uitkering SLOK geopend: Stimulering
Eén van de onderdelen die uitgewerkt gaat worden is een
Daarnaast is er gewerkt aan een Nationale Adaptatie-
Lokale Klimaatinitiatieven. Met deze uitkering levert de
Klimaatwijzer, waarin handreikingen worden gedaan over
agenda. Hierin worden de afspraken die met de betrokken
Rijksoverheid een bijdrage aan de kabinetsdoelstellingen:
hoe rekening gehouden kan worden met klimaatadap-
partijen zijn gemaakt over de individuele en gezamenlijke
2 % energiebesparing per jaar, 20% duurzame energie in
tatie.
inspanningen om Nederland klimaatbestendig te maken vastgesteld.
2020 en 30% reductie van broeikasgassen in 2020. Deze doelstellingen staan beschreven in het werkprogramma
Op rijksniveau is tevens een aanzet gedaan tot een adapta-
Schoon & Zuinig. De uitkering Stimulering van Lokale
tiestrategie en –agenda. Dit heeft echter tot op heden niet
In 2007 is er een klimaatakkoord gesloten tussen het Rijk
Klimaatinitiatieven is een vervolg op de BANS subsidie-
geleid tot concrete projecten of programma’s.
en de VNG. In dit kader worden ook activiteiten ondernomen op bovengemeentelijk niveau.
regeling. De SLOK-regeling richt zich naast CO2-reductie ook op het verminderen van andere broeikasgassen die
De nationale adaptatiestrategie omvat de maatschap-
op lokaal gebied worden uitgestoten, zoals lachgas en
pelijke, bestuurlijke en ruimtelijke aanpassingen die
Europese Unie
methaan. De SLOK ondersteunt het met de Vereniging van
nodig zijn om Nederland klimaatbestendig te maken. De
Op Europees niveau is er nog weinig concreet beleid waar
Nederlandse Gemeenten (VNG) gesloten Klimaatakkoord
strategie richt zich met name op veiligheid, biodiversiteit,
de gemeente bij kan aansluiten. Wel heeft de gemeente
2007-2011. SLOK is een decentrale uitkering.
economie en kwaliteit van de leefomgeving. Het benoemt
Nijmegen in 2009 het Burgemeestersconvenant onder-
knelpunten en bedreigingen en de kansen, die kunnen
tekend waarin het aangeeft in 2020 20% CO2 reductie na
Rijk
ontstaan bij klimaatbestendig ruimtegebruik. Het geeft
te streven. Vanuit de Europese Unie zijn met name onder-
Er is nog geen rijkskader waarbinnen de lagere overheden
ook aan waar op korte termijn resultaten zijn te halen
zoeksgelden beschikbaar die deze ambitie ondersteunen.
activiteiten kunnen uitvoeren. Het is mogelijk dat dit
en welke meer studie behoeven. Samenwerking tussen
opgezet wordt in het kader van de uitwerking van het
overheden, maatschappelijke organisaties, wetenschap
Er is een Witboek Aanpassing aan de klimaatverandering:
Deltaprogramma. Hier is nog op dit moment echter nog
en bedrijfsleven is van groot belang om de strategie uit te
naar een Europees actiekader opgesteld. In vervolg daarop
geen duidelijkheid over te geven (indicatie eind 2011).
voeren.
wordt toegewerkt naar een EU-aanpassingskader waarin
Actuele informatie verschijnt op de website www.delta-
EU-lidstaten hun activiteiten kunnen bundelen.
commissaris.nl.
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
33
fototekst
De doelstelling van het EU-aanpassingskader bestaat erin
De voorstellen in deze mededeling hebben betrekking
wordt gereduceerd door toepassing van CO2-neutrale
de EU beter in staat te stellen met de gevolgen van de
op de eerste fase en prejudiciëren niet op de toekomstige
energiebronnen. In 2050 gaat het om resp. 14 en 37 Mton.
klimaatverandering om te gaan. Het kader respecteert het
structuur van de EU-begroting en het huidige en toekom-
(Deze impact-berekening betreft alleen wegverkeer).
subsidiariteitsbeginsel en ondersteunt de overkoepelende
stige meerjarige financiële kader.
EU-doelstellingen inzake duurzame ontwikkeling. Het
Naast Ruimtelijk Ordenings en Mobiliteits beleid van de
EU-kader omvat een aantal fasen. Het is de bedoeling dat
2.3
tijdens fase 1 (2009-2012) de basis wordt gelegd voor de
Het Platform Duurzame Mobiliteit van Agentschap NL
is het ook vanuit klimaat belangrijke om een gemeentelijke
ontwikkeling van een alomvattende EU-aanpassingsstra-
heeft onderzocht welke mogelijkheden voor CO2 bespa-
visie op mobiliteit te hebben. Beinvloedingsmogelijk-
tegie die tijdens fase 2 (vanaf 2013) zal worden uitgevoerd.
ring er zijn op het gebied van mobiliteit. Onderstaande
heden op gemeentelijk niveau zijn:
transitiepaden zijn hierbij onderscheiden:
•
voorbeeld projecten (stimuleren en uitvoeren);
Tijdens fase 1 staan vier thema’s centraal: 1) een solide
1.
hybridisering en elektrisch rijden
•
Informeren en stimuleren in concessies en aanbeste-
kennisbestand opbouwen over de effecten en gevolgen
2.
toepassing van biobrandstoffen
van klimaatverandering voor de EU; 2) het thema aanpas-
3.
rijden op waterstof
sing in cruciale EU-beleidsgebieden integreren; 3) een
4.
Intelligente Transport Systemen: massa-individualise-
combinatie van beleidsinstrumenten gebruiken (op de
Mobiliteit
ring van automobiliteit
markt gebaseerde instrumenten, richtsnoeren, publiekprivate partnerschappen) om het aanpassingsproces
De impact van de transitie Duurzame Mobiliteit is becijferd
doeltreffend te laten verlopen; en 4) de internationale
op een besparing van 186 PJ (35%) en 21 Mton CO2 (52%)
samenwerking rond aanpassing versterken. Fase 1 kan
in 2030 ten opzichte van de trendprognose, en een bespa-
alleen een succes worden als de EU en de nationale, regio-
ring van 449 PJ (64%) en 51 Mton CO2 (94%) in 2050 ten
nale en plaatselijke autoriteiten nauw samenwerken.
opzichte van de trend. Van de CO2-reductie in 2030 wordt 11 Mton gehaald dankzij energiebesparing en 10 Mton
gemeente gericht op het beïnvloeden van de modal split,
dingen.
2.4
Prijsontwikkelingen van fossiele
branstoffen
In deze quickscan is op basis van bestaande literatuur geprobeerd een inschatting te maken van waar het grid parity punt ligt en op welk niveau de prijzen voor groene en grijze energie zich bevinden. Hierbij dient te worden opgemerkt dat deze getallen met de nodige voorzichtigheid dienen te worden behandeld, omdat stijging van energieprijzen erg lastig zijn te voorspellen. Desondanks is er een voorzichtige aanzet voor gedaan.
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
35
fototekst
Voor het bepalen van de grid parity kan op basis van de
Voor de prijsontwikkeling van de KWh prijs voor elektrici-
Dit economische scenario moet met grote terughoudend-
prijs ontwikkelingen van de fossiele brandstoffen iets
teit is gebruik gemaakt van de prijsontwikkeling van olie
heid worden bezien en geeft alleen een mogelijke trend
gezegd worden over de trend voor de komende jaren.
voor de maximum en gemiddelde voorspelling, omdat
aan voor de ontwikkeling van de KWh prijs in de toekomst.
Gezien de grillige prijs ontwikkelingen in het verleden van
te verwachten is dat in 2030 de invloed van de uitputting
de olie door een oververhitte economie, gevolgd door een
merkbaar zal worden. De gasprijs volgt in de regel de
krediet crisis zijn gegevens over voor prijs voorspellingen
ontwikkelingen van de olieprijs. Uitgegaan wordt dat er
zeer schaars en redelijk moeilijk te voorspellen. Bij het
een directe relatie aanwezig is tussen de prijs ontwikkeling
De huidige KWh prijs is ongeveer 7 eurocent met daar
Internationaal Energy Agency (IEA) is een scenario van
van de olieprijs en de KWh prijs.
bovenop een bedrag aan energie belasting van 11 euro-
KWh prijs ontwikkeling grijze stroom tot 2030
de olieprijs ontwikkeling tot 2030 te vinden in de World
cent, dus totaal betaalt de consument 18 eurocent voor 1
Energy Outlook 2009. In deze Outlook wordt ook een
KWh. De verwachting is dat de energie belasting voor de
voorspelling gedaan over de uitputting van de fossiele
grijze stroom vanaf 2013 zal toenemen tot 15 eurocent in
brandstoffen in 2050 voor olie en in 2070 voor gas. De
2020 en tot 20 eurocent in 2030, dat is ongeveer 4% jaar.
uitputting van kolen verwacht men in 2130.
In deze tabel zijn twee prijsontwikkelingen van de KWh uitgerekend, namelijk de maximum en gemiddelde prijs
Voor de berekening van de prijs ontwikkeling van elek-
ontwikkeling waarbij is uitgegaan van een belasting verho-
triciteit is uitgegaan van de stijging van de prijs voor olie
ging vanaf 2012 met 4% per jaar.
zoals aangegeven door de Outlook van IEA. In de tabel is de prijsontwikkeling aangegeven in $/barrel voor een maximum en minimum scenario voor 2030.
Jaar 2010 2015 2030
Maximum $/Barrel 70 100 190
Minimum 70 100 120
Figuur 11: Prijsontwikkeling
Figuur 12: Prijsontwikkeling KWh
Grijze stroom Gemiddeld 70 100 155
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
2010
2012
Jaar 2015
maximum
7,0
8,2
10,0
15,0
19,0
gemiddeld
7,0
8,2
10,0
13,0
15,5
2020
2032
belasting
11,0
11,0
12,3
15,0
20,0
KWh prijs max.
18,0
19,2
25,0
30,0
39,0
KWh prijs gem.
18,0
19,2
25,0
28,0
35,5
april 2010
37
KWh prijs ontwikkeling voor groene stroom Voor deze berekening is uitgegaan van een energie mix
Groene stroom
van zon, wind en biomassa. Elk van deze energie bronnen
Jaar 2010
hebben een eigen KWh prijs zoals die ook wordt gehanteerd in de SDE regelingen, namelijk 31 eurocent voor zonenergie, 9,5 eurocent voor wind energie en 20 eurocent voor biomassa. Op basis van het maximum scenario 3 is de energiemix
2012
2015
2020
2032
subsidie KWh prijs 2010
Gewogen KWh prijs
0,310
10,2
0,9
2,2
14,3
0,095
3,1
6,6
6,3
4,6
0,200
6,6
5,5
5,3
1,1
uitgerekend voor 2015, 2020 en 2032.
20,0
13,0
13,8
20,0
belasting
11,0
11,0
11,0
11,0
De KWh prijs is gebaseerd op een gewogen gemiddelde
KWh prijs
24,0
24,0
24,8
31,0
%
2015
%
2020
%
2032
zon
3,0
7,1
46,1
w ind
69,6
66,7
48,2
biomassa
27,4
26,3
5,7
100,0
100,0
100,0
24,0
Figuur 14: Duurzame energie mix Voor de periode voor 2015 is de KWh prijs van 2015 aangehouden en er wordt geen extra belasting geheven in 2012. In de onderstaande grafiek zijn de prijs ontwikkelingen van de grijze en groen stroom weer gegeven
Figuur 13: Prijsontwikkeling groene stroom
De groene stroomprijs per KWh is in 2015 al lager dan de grijze stroomprijs na de belasting verhoging in 2013. Door
van de energie mix zoals die is aangegeven in de boven-
de toename van de zonenergie tussen 2020 en 2030 stijgt
staande tabel.
de gewogen KWh prijs voor groene stroomprijs sneller dan voorgaande jaren. De grid parity ligt dus ergens voor het jaar 2015. De invloed van de overheid op de KWh prijs van
38
Figuur 15: Energie prijs ontwikkeling
2.5
Mogelijke Ambities
groene stroom is duidelijk te zien in de toename van de
Voor verschillende doelgroepen (huishoudens, bedrijven
KWh prijs na 2013. Uit deze grafiek blijkt dat de overheid
en mobiliteit) is voor verschillende termijnen een aanzet
door het belasten van de grijze stroom de grid parity nog
gedaan voor mogelijke ambities / doelstellingen. Deze
verder naar voren kan halen.
dienen in een strategische notitie uitgewerkt te worden.
A. Huishoudens Korte Termijn
Middellange Termijn
Lange Termijn
2010 - 2015
2015 - 2025
2025 - 2050
Energie-efficiency
Energie-transitie
Duurzame samenleving
CO2 besparen bestaande woningvoorraad Grootschalig plan zonnedaken bestaande bouw Levering energie vanuit nieuwbouw (30%) Inzet warmte/koude opslag, restwarmte en KWO bij nieuwbouw, onderzoek naar geothermie Ontwikkeling energiezuinige gebouwen en wijken
Onderzoek aanleg warmtenetten bij bestaande Oudbouw voor 2020 verwarmd via geothermie bouw Energie neutrale nieuwbouwwijken Energie producerende bebouwing
Projecten duurzame energie: zon, wind, Grootschalige introductie duurzame energie biomassa, huur daken door derden, 100% duurzame energieopwekking leaseconstructies particulieren
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
Invoering slimme meters en concepten realiseren 50% decentrale opwekking smart grids
100% decentrale opwekking
Oprichten lokaal/regionaal energiebedrijf lokale energiebedrijven per wijk/buurt
self sufficiënt communities
april 2010
39
B. Mogelijke doelstellingen / ambities voor de doelgroep, bedrijven
Korte Termijn 2010 - 2020
Middellange Termijn 2020 - 2035
Lange Termijn 2035 - 2050
Energie- efficiency
Energie-transitie
Duurzame samenleving
CO2 footprints alle bedrijven + besparingsacties 30%
Uitruil energie via smart-grids en lokale warmDuurzame bedrijvigheid tenetten (time sharing)
Programma tegengaan overige broeikasgassen 100% reductie
40
nvt
Opzetten smart grids op bedrijventerreinen
energie-communities bedrijven: vergaande uitruil
100% sluiten lokale (energie) kringlopen
Projecten duurzame energie
100% zonnedaken (folies)
Energiedaken bedrijven als energieleverancier
Groene energiecontracten stimuleren
Rechtsreekse inkoop energie uit CSP- Plants en windparken, biomassa centrales
80% regionale opwekking
Electrabel 25% biomassa bijstook
Onderzoek Electrabel 100% klimaatneutraal Lokale biomassa-plant voor restvraag?? via C.C.S.
Duurzaam inkopen en aanbesteden
Sluiten kringlopen
Volledig C2C productie
Biologische catering
100% inkoop streekproducten
Eigen moestuin / kas (?)
C. Mogelijke doelstellingen / ambities voor de doelgroep, mobiliteit
Korte Termijn 2010 - 2020
Middellange Termijn 2020 - 2035
Lange Termijn 2035 - 2050
Energie- efficiency
Energie-transitie
Duurzame samenleving
Bussen, bedrijfswagens op biogas
Nieuwe HOV vormen-elektrisch of H2
Losse modules die samen OV kunnen vormen
Beprijzen, thuiswerken, transferia, vervoerIntroductie nieuwe digitale werkvormen management
decentraal en lokaal werken
Opmars elektrische fiets, scooter
Meer toepassingen
Supersonische fiets (?)
Introductie elektrische auto: 15%
Elektrisch / H2: 50%
Elektrisch / H2 : 100%
Introductie auto oplaadpunten zonneenergie
25% oplaadpunten zonne-energie bij openbare P-plaatsen
100% duurzame oplaadinfrastructuur lokaal/ regionaal
Stedelijke distributie, fietskoeriers
Digitaal winkelcentrum / stad als etalage
Slimme fysieke en digitale distributiesystemen
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
41
Bijlage 1: SCENARIO 1 HUIDIG KLIMAAT BELEID
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
43
fototekst
Bijlage 3: Scenario 1: Inzet huidige maatregelen Thema / maatregel
Beschrijving
Natural Step
Opbrengst (in Kton CO2) / termijn
Niveau
(Jaarlijks)
Gemeente
Opbrengst in Kton CO2
(gemeentelijk;
(Totale inv. vanaf 2010) /
eenmalig)
100.000 Euro
KT (2015)
MT (2020)
LT (2032)
Gebouw
• • •
Gemeente Bedrijven Overig
Afgerond op 1-10den in Kton per jaar
Energiebesparing
Doelgroep
•
Regio Tekst
Investering / €
Energiebesparingsmaatregelen gemeentelijke gebouwen
3% besparing op jaarbasis op het eigen energieverbruik
2,1
Energiebesparing openbare verlichting
Vervangen openbare verlichting door energiezuinige verlichting
Duurzaam inkopen energie
2020
2032
• • • •
Gemeentelijke organisatie Bedrijven Huishoudens Mobiliteit Etc
Programma • • • • • • • •
Economie & werkgelegenheid Wonen Milieu Groen en Recreatie Openbare Ruimte Ruimte en Bouw Mobiliteit facilitaire diensten
in Kton CO2 per 100.000 Euro
2,4
Gemeente: € 1.500.000 (in 3 jaar)
1,38
3,47
Gemeentelijke organisatie
Facilitaire Diensten
0,9
1,0
Gemeente: € 2.000.000
0,44
1,07
Gemeentelijke organisatie
Openbare ruimte
100% duurzame inkoop in 2015
16
17,7
Gemeente: € 40.000 Marn pm
400
973,17
Gemeentelijke organisatie
Facilitaire Diensten / Milieu
NEC*, Energiescans, handhaven
152,5
162,7
Bedrijven: p.m. Gemeente: € 750.000 (in 10 jaar)
203,38
477,2
Bedrijven
Milieu
Evenementen
0,1
0,1
Bedrijven: p.m. Gemeente: € 75.000 (in 5 jaar)
0,53
1,32
Bedrijven
Milieu
Maatregelen nieuwbouw
Energieprestatie Waalsprong, Waalfront
1,2
1,6
4,86
14,2
Gemeentelijke organisatie
Ruimte en Bouw / Milieu
Maatregelen bestaande bouw
E-novatie woningbouwcorporaties, Campagne wonen
12,9
12,9
Woningbouwcorporaties: € 120.00 0.000 in 10 jaar Gemeente: € 2.000.000 (in 4 jaar) Particulieren: p.m.
6,47
13,04
Woningbouwcorporaties
Wonen / Milieu
3% energiebesparing
0,5
0,6
Gemeente: € 300.000 in 4 jaar
1,74
4,31
Huishoudens
Milieu
Schoon OV
0,1
0,1
Gemeente: € 500.000 Bedrijven: p.m. Stadsregio: p.m.
0,13
0,13
Bedrijven, huishoudens
Mobiliteit / Milieu
Plaatsen panelen en turbines
10,4
10,4
Gemeente: € 1.200.000
8,7
19,14
Eigen panden, bedrijven, corporaties, huishoudens
Milieu
Met name GFT, snoeiafval regio
5,8
5,8
Nog onbekend, mogelijk stadsbussen
Openbare ruimte
Verminderen uitstoot broeikasgassen met 3% per jaar
67
67
Bedrijven
Milieu
269,5
282,1
Energiebesparing bedrijven
Duurzame bedrijvigheid
Klimaatcampagne
Maatregelen fiets, OV, stadsdistributie
Gemeente: € 250.000 Provincie: € 500.000 (Woonpark Gelderland)
Zonnekracht & windenergie Gebruik zonne-energie en realisatie windturbines Ressen Restwarmte / aardwarmte
Biomassa Biomassa centrale ARN
ARN pm
Overige maatregelen Reductie overige broeikasgassen
Totaal
Gemeente (€ 10.000 per jaar) € 100.000
67
67
Gemeente (tot 2020) € 7.715.000
* Hierbij is de maximale haalbare CO2 reductie via het NEC op 100.000 per jaar gezet
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
45
Bijlage 2: SCENARIO 2 NIJMEGEN KLIMAAT NEUTRAAL
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
47
zScenario 3: Koploper; maximale inzet Thema / maatregel
Beschrijving
Natural Step
Niveau
Opbrengst (in tonnen CO2) / termijn
Regio Tekst
Gemeente
KT (2015)
MT (2020)
LT (2032) / 2035
Gebouw
Energiebesparing 3% besparing op jaarbasis op het eigen energieverbruik
2,1
Energiebesparing openbare verlichting
Vervangen openbare verlichting door energiezuinige verlichting
Duurzaam inkopen energie
100% duurzame inkoop in 2015
Duurzame bedrijvigheid
Maatregelen fiets, OV, stadsdistributie
Maatregelen nieuwbouw (Passief bouwen + zonnenergie)
Energie besparing huishoudens (zowel isolatie als energiezuinige apparatuur)
Gemeente Andere actoren Subsidie mogelijk?
Opbrengst in Kton CO2 (inv. vanaf 2010) / 100.000 Euro
Doelgroep
Programma
2020
Gemeentelijke organisatie Bedrijven Huishoudens Mobiliteit Etc
Economie & werkgelegenheid Wonen Milieu Groen en Recreatie Openbare Ruimte Ruimte en Bouw Mobiliteit facilitaire diensten
2032
in Kton CO2 per 100.000 Euro
Afgerond op 1-10den in Kton per jaar
Energiebesparingsmaatregelen gemeentelijke gebouwen
Energiebesparing bedrijven
Investering / €
2,4
Gemeente: € 1.500.000 (in 3 jaar)
1,38
3,47
Gemeentelijke organisatie
Facilitaire Diensten
0,9
1,0
Gemeente: € 2.000.000
0,44
1,07
Gemeentelijke organisatie
Openbare ruimte
3,0
17,7
Gemeente: € 40.000 Marn pm
74,62
973,17
Gemeentelijke organisatie
Facilitaire Diensten / Milieu
165,7
175,9
Bedrijven: p.m. Gemeente: € 750.000 (in 10 jaar)
203,38
477,2
Bedrijven
Milieu
Evenementen
0,1
0,1
Bedrijven: p.m. Gemeente: € 75.000 (in 5 jaar)
0,53
1,32
Bedrijven
Milieu
Schoon OV
0,1
0,1
Gemeente: € 500.000 Bedrijven: p.m. Stadsregio: p.m.
0,13
0,13
Bedrijven, huishoudens
Mobiliteit / Milieu
24
28
Ontwikkelaars Gemeente € 10.000 per jaar
240
280
Ontwikkelaars
Ruimte en Bouw
Woningbouwcorporaties € 120.000.000 Gemeente € 20.000.000 € 60.000.000 € 60.000.000
0,29
0,86
Woningeigenaren
Wonen
Huishoudens
Ruimte en Bouw, Wonen, Milieu
Huishoudens
Ruimte en Bouw, Wonen, Milieu
0,64
Huishoudens
Ruimte en Bouw, Wonen, Milieu
0,68
Huishoudens
Wonen
NEC*, Energiescans, handhaven + SoHo’s
6,6
Isolatie maatregelen
30% energiereductie huishoudens (label B) Aantal huishoudens: 10.000 40.000 70.000
15
58
102
Zonnekracht PV panelen
Aantal panelen 200 WP = 10.000
Woningeigenaren (corporaties, eigenaren, VVE) Gemeente € 8.000.000
0,5
Aantal panelen 200 WP = 25.000
Aantal panelen 200 WP = 750.000
Zonneboilers
Aantal boilers: = 2.000 = 7500 = 40.000
Woningeigenaren (corporaties, eigenaren, VVE) Gemeente € 16.000.000
2,4
71
0,6
2,3
12,5
0,15
Woningeigenaren (corporaties, eigenaren, VVE) Gemeente € 243.500.000 Woningeigenaren (corporaties, eigenaren, VVE) € 4.000.000 € 5.125.000 € 40.000.000
0,44
Windenergie Plaatsen windturbines
5 Turbines van 3 MW in 2015
18
22 turbines van 5 MW in 2032 Plaatsen kleine windturbines op diverse locaties in de stedelijke omgeving
1000 kleine turbines 1,5 MW 50 500 1000
Andere actoren € 15.000.000 Gemeente € 1.200.000
18
106
0,1
0,9
1,8
1,1
Andere actoren € 66.000.000 Bedrijven, woningeigenaren, Gemeente € 900.000 € 8.800.000 € 17.500.000
3,5
0,1
0,22
Bedrijven
Ruimte en Bouw, Milieu
Bedrijven
Ruimte en Bouw, Milieu
Bedrijven, woningeigenaren
Ruimte en Bouw
Huishoudens, Bedrijven
Wonen, Ruimte en Bouw, Milieu
Huishoudens, Bedrijven
Milieu, Economie
Huishoudens
Milieu
Nog onbekend, mogelijk stadsbussen
Openbare ruimte
Restwarmte / aardwarmte Warmtenet restwarmte ARN
Gebruik aardwarmte
Aantal huishoudens: 4.000 8.000 11.000
5,7
Aantal huishoudens: 4.000 24.000
ARN € ?? / Prov 10.000.000 Gemeente 11,5
8,6
15,8
51,6
KWO / warmtepompen
Opstellen bestemmingsplan voor de ondergrond (hele gemeente)
Aantal woning eq. = 2.369 = 4.739 = 18.956
5,1
10,2
40,7
€ 5.000.000 Lokaal / reg. energiebedrijf? € 2.000.000 € 12.000.000 Warmtenet € 300.000.000 Woningbouwcorporaties, huishoudens pm € 4.700.000 € 9.500.000 € 38.000.000 Gemeente 1.000.000
6,95 0,03
1,07
0,36
2,35
Biomassa Biomassa centrale ARN
Met name GFT, snoeiafval regio
5,8
5,8
Zero-emission van overige broeikasgassen in 2032
67
200
ARN pm
Overige maatregelen Reductie overige broeikasgassen
Energie transitie mobiliteit
Conform landelijke prognose; Elektrisch rijden, bio brandstoffen, waterstof en ITS
Totaal
45
51,6
425,6
90
Gemeente (10.000 per jaar) € 2.200.000
67
200
Bedrijven
Milieu
Gemeente € 1.500.000 € 3.000.000 Andere gebruikers pm
30
66
Alle mobiliteit
Mobiliteit
922,4
Uitgangspunt: Mobiliteit: uitgaan is van 150 Kton in 2009. 20% groei tot 2050. 180Kton, daarvan 50% duurzaam ten gevolge van transitie (elektrisch rijden, bio brandstoffen, waterstof en ITS). Dus 90 Kton CO2 reductie mogelijk in 2032. Uitgangspunt: Biomassa: 2MW schoon hout, 13,5 M u per jaar, 13500 MW uur, 5200 mw uur per jaar
Quickscan stategische notitie Energie & Klimaat
april 2010
49
Barbarossastraat 35 Postbus 151 6500 AD Nijmegen +31 (0)24 328 47 60
[email protected] www.royalhaskoning-urbansolutions.com gemeente Nijmegen 9V8218.A0
telefoon e -mail internet
klant
nummer
definitief
status
april 2010
datum
Paul Jansen Consultant Energie & Klimaat
naam functie
+31 (0)24 328 4455
telefoon
+31 (0)653 576 399
mobiel
[email protected]
e -mail
Collegiale toets Femke Veldhuizen, Leo Korving april 2009
naam datum
Vrijgegeven door: Paul Jansen april 2009
naam datum