Quick Scan IVP’s Een onderzoek naar het Integraal Veiligheidsplan
drs. P.F. Rozenberg MPA N.C.M. Verkaik MSc
Quick Scan IVP’s Een onderzoek naar het Integraal Veiligheidsplan
Den Haag, 21 september 2012 drs. P.F. Rozenberg MPA N.C.M. Verkaik MSc
2
Inhoudsopgave Voorwoord
4
1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Doel- en vraagstelling 1.2 Onderzoeksverantwoording Onderzochte gemeenten 1.3 Leeswijzer
5 5 6 6 6 7
2. Achtergrond en ontwikkelingen 2.1 Integraal veiligheidsplan (IVP) 2.2 Kernbeleid Veiligheid 2.3 Nationale Politie 2.4 Wetsvoorstel Regierol gemeenten 2.5 Conclusie
8 8 8 9 10 10
3. Kern van het IVP 3.1 Totstandkoming 3.1.1. Veiligheidsanalyse 3.1.2. Prioriteiten en doelen 3.1.3. Verantwoording en verantwoordelijkheden 3.2 Leesbaarheid 3.3 Veiligheidsvelden
11 11 11 12 13 13 14
4. Resultaten quick scan 4.1 Totstandkoming 4.1.1. Veiligheidsanalyse 4.1.2. Prioriteiten en doelen 4.1.3. Verantwoording en verantwoordelijkheden 4.2 Leesbaarheid 4.3 Veiligheidsvelden en gebruik van Kernbeleid Veiligheid
15 15 15 16 17 19 19
5 Conclusies en aanbevelingen 5.1 Conclusies 5.2 Aanbevelingen 5.2.1 Totstandkoming 5.2.2 Leesbaarheid 5.2.3 Veiligheidsvelden
21 21 22 22 22 22
Bronnen
23
Bijlage 1: Veiligheidsthema’s Kernbeleid Veiligheid
24
Bijlage 2: Bijzonderheden per gemeente
25
3
Voorwoord Voor u ligt het onderzoeksrapport Quick Scan IVP’s, Een onderzoek naar het Integraal Veiligheidsplan. OBMC Consulting B.V. heeft in de maanden juli en augustus van dit jaar een quick scan uitgevoerd naar een aantal lokale integrale veiligheidsplannen. De resultaten daarvan willen wij graag met u delen. Deze quick scan hebben wij uitgevoerd in het kader van ons project ‘Ik stuur op veiligheid!’ Een project waarin wij rond lokaal veiligheidsbeleid de rol van de gemeente en de gemeenteraad op het gebied van sturing willen versterken. Naast deze quick scan kunnen ook worden genoemd onze bijdrage aan het jaarcongres 2012 van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden – Raadslid.nu en het ontwikkelen van een thema-avond ‘Ik stuur op veiligheid!’ voor gemeenten en gemeenteraden. De resultaten tonen aan dat in de meeste gemeenten de lokale integrale veiligheidsplannen op orde lijken te zijn, maar dat er tegelijkertijd genoeg ruimte voor verbetering is. Niet in de laatste plaats wanneer het de sturing van gemeenten en gemeenteraad op lokale veiligheidsplannen betreft. Het doen van onderzoek naar de beleidspraktijk is voor OBMC van grote waarde. Het geven van beleidsadvies op maat vereist namelijk kennis van de praktijk. Door praktijkkennis te combineren met praktijkervaring heeft OBMC Consulting een pragmatische wijze van adviseren weten te ontwikkelen. Met oog voor de praktijk zijn namelijk continu verbeteringen mogelijk. Den Haag, 22 september 2012 Niek Verkaik Consultant OBMC Consulting
Frank Rozenberg Directeur OBMC Consulting
4
1 Inleiding In dit hoofdstuk gaan we achtereenvolgens in op de aanleiding, de doelstelling en de vraagstelling van deze quick scan naar ‘het hoe en wat’ van het Integraal Veiligheidsplan (IVP). Het hoofdstuk wordt afgesloten met een verantwoording over de opzet van het onderzoek.
1.1 Aanleiding De laatste jaren is de verantwoordelijkheid van het veiligheidsbeleid meer en meer opgeschoven in de richting van lokale overheden. Daarbij is de nadruk komen te liggen op de regierol van gemeenten binnen het lokale veiligheidsnetwerk. Met het wetsvoorstel ‘Wet regierol gemeenten’ krijgt de gemeentelijke regierol zelfs een plaats in de Gemeentewet. Gemeenten en in het bijzonder gemeenteraden worden daarmee verplicht elke vier jaar een integraal veiligheidsplan op te stellen. De gemeente wordt als het ware gezien als de spin in het web bij het effectief aanpakken van veiligheidsproblemen. Echter het regisseren van lokaal veiligheidsbeleid gaat niet vanzelf. Niet alle 1 gemeenten weten nog op een juiste manier invulling te geven aan de hen toebedeelde regierol . De regierol van gemeenten komt tot uitdrukking in een aantal zaken en ontwikkelingen, die in hoofdstuk 2 meer uitgebreid worden beschreven: • het Integraal Veiligheidsplan • het Kernbeleid Veiligheid • de komst van de Nationale Politie • het wetsvoorstel Regierol gemeenten. In deze quick scan staat het IVP centraal: “Het Integraal Veiligheidsplan bevat in ieder geval de doelen die de gemeente op het terrein van de veiligheid nastreeft, de resultaten die daartoe binnen de looptijd van het plan worden beoogd, de inspanningen die de gemeente zal leveren voor het behalen van die resultaten en de inspanningen die daarbij van anderen worden 2 verwacht.”
Het Integraal Veiligheidsplan heeft een belangrijke rol bij het voeren van regie op lokaal veiligheidsbeleid door gemeenten. Met het aannemen van de nieuwe Politiewet en mogelijk ook de Wet regierol gemeenten wordt deze rol nog belangrijker. Ook de rol van de gemeenteraad wordt explicieter. De raad wordt verplicht tot het opstellen van een IVP en wordt geacht daarmee sturing te geven aan lokaal veiligheidsbeleid en politiebeleid. Deze ontwikkelingen zijn voldoende aanleiding om de huidige stand van zaken rondom IVP’s in de vorm van een quick scan te onderzoeken. Niet onbelangrijk daarbij is de wijze waarop de methode Kernbeleid Veiligheid zijn uitwerking heeft in de praktijk van het integrale veiligheidsbeleid.
1 2
AEF, (2005), Quick scan knelpunten regierol gemeenten bij integrale veiligheid. Ontleend aan Wetsvoorstel regierol gemeenten: Tweede Kamer, 32.459, nr.2. Artikel 1. (Overheid.nl).
5
1.2 Doel-‐ en vraagstelling In de quick scan staan twee doelen centraal: het beschrijven en vergelijken en het doen van aanbevelingen rond IVP’s. Beschrijven en vergelijken In de quick scan wordt een beschrijvende vergelijking gemaakt tussen de integrale veiligheidsplannen van twaalf gemeenten. Gelet op de (groeiende) centrale rol van het IVP is het nuttig om de huidige stand van zaken bij verschillende gemeenten op te nemen. De onderdelen die in de quick scan beschreven en vergeleken worden zijn de onderdelen die van belang zijn bij het ontwikkelen van een sterk IVP. In hoofdstuk 3 worden de belangrijke onderdelen, zoals onderzocht in de quick scan nader toegelicht. Doen van aanbevelingen Het tweede doel van de quick scan is te komen tot aanbevelingen tot verbetering van IVP’s, waarbij ook het Kernbeleid Veiligheid wordt beschouwd. Vanuit de gestelde doelen is de volgende vraagstelling geformuleerd: Hoe is het Integraal Veiligheidsplan in verschillende gemeenten opgebouwd en wat zijn de mogelijke verbeterpunten?
De hoofdvraag wordt opgeknipt in een drietal deelvragen: 1. Wat zijn de belangrijke onderdelen van het Integraal Veiligheidsplan? 2. Op welke wijze komen de belangrijke onderdelen terug in de integrale veiligheidsplannen van verschillende gemeenten? 3. Welke belangrijke onderdelen van het Integraal Veiligheidsplan komen in onvoldoende mate terug in de verschillende veiligheidsplannen?
1.2 Onderzoeksverantwoording Quick scan als onderzoeksmethode De keuze voor een quick scan als onderzoeksmethode vloeit voort uit het gegeven dat OBMC snel inzicht wilde krijgen in de stand van de IVP’s van een aantal gemeenten. In de aankomende periode zal immers met het oog op eerder genoemde wetswijzigingen menig IVP (opnieuw) geschreven worden. Met behulp van een quick scan worden patronen zichtbaar en kunnen de eerste conclusies getrokken worden ten aanzien van de opbouw en inhoud van IVP’s. In ieder geval bieden de resultaten van de quick scan inzicht en daarmee ook mogelijkheden voor een gerichte aanpak van gemeentelijke regieproblemen en het positioneren van de gemeente(raad) in overeenstemming met nieuwe wetgeving. Daarnaast is het bij de uitvoering van mogelijk toekomstig representatief onderzoek belangrijk dat van tevoren duidelijk is welke onderdelen van het IVP het onderzoeken waard zijn. Het verkrijgen, inventariseren en onderzoeken van integrale veiligheidsplannen is namelijk een intensieve bezigheid. De resultaten van deze quick scan kunnen dan bijdragen aan een adequate opzet van een grootschalig onderzoek, dat dan ondanks de omvang, effectief en efficiënt kan worden ingericht. Onderzochte gemeenten De quick scan is uitgevoerd op de IVP’s van twaalf gemeenten. Bij de selectie is gekeken naar de omvang van de gemeenten naar inwoneraantal. Op de gemeentelijke website is vervolgens gekeken of het Integraal Veiligheidsplan online beschikbaar is. Waar dat niet het geval was, is contact gezocht met de beleidsmedewerker OOV.
6
De gemeenten beschikken, met uitzondering van de gemeente Gorinchem, over een Integraal Veiligheidsplan. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de onderzochte gemeenten. Gemeente Giessenlanden Woudrichem Wijk bij Duurstede Sliedrecht Gorinchem De Bilt Stichtse Vecht Schiedam Hilversum Zaanstad Utrecht Den Haag
Aantal inwoners (afgerond) 14.000 14.000 23.000 24.000 35.000 42.000 63.000 76.000 84.000 148.000 311.000 502.000
Tabel 1: Onderzochte gemeenten naar inwoneraantal
De onderzochte gemeenten vormen een mix van kleine, middelgrote en grote gemeenten. Of deze gemeenten representatief zijn voor alle gemeenten in Nederland achten wij in het kader van deze quick scan minder van belang.
1.3 Leeswijzer Na dit inleidende hoofdstuk volgt een overzicht van de achtergrond en ontwikkelingen rondom het Integraal Veiligheidsplan (hoofdstuk 2). Daarna wordt in hoofdstuk 3 het toetsingskader van deze quick scan gepresenteerd en vervolgens worden de resultaten weergegeven (hoofdstuk 4).Tot slot komt OBMC op basis van de resultaten tot een conclusie en worden aanbevelingen gedaan voor het opstellen van een Integraal Veiligheidsplan (hoofdstuk 5).
7
2. Achtergrond en ontwikkelingen In dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op de achtergrond en ontwikkelingen van het Integraal Veiligheidsplan, het Kernbeleid Veiligheid, de Nationale Politie en het wetsvoorstel Regierol gemeenten.
2.1 Integraal veiligheidsplan (IVP) Het Integraal Veiligheidsplan kan worden gezien als het belangrijkste regisserende beleidsdocument voor gemeenten. De meeste gemeenten geven aan te beschikken over een dergelijk plan waarmee zij 3 tegelijkertijd de regie voeren op lokaal veiligheidsbeleid . In onderstaande tabel staat weergegeven wat in deze quick scan wordt verstaan onder het Integraal Veiligheidsplan: “Het Integraal Veiligheidsplan bevat in ieder geval de doelen die de gemeente op het terrein van de veiligheid nastreeft, de resultaten die daartoe binnen de looptijd van het plan worden beoogd, de inspanningen die de gemeente zal leveren voor het behalen van die resultaten en de inspanningen die daarbij van anderen worden 4 verwacht.”
Het Integraal Veiligheidsplan valt op te delen in twee belangrijke componenten: 1. Het SMART formuleren van doelstellingen 2. Het benoemen van verantwoordelijkheden. Een effectieve aanpak van lokale veiligheidsproblemen begint bij het opstellen van een sterk onderbouwd en breed gedragen IVP. Sterk onderbouwd door gebruik te maken van veiligheidscijfers en breed gedragen door afstemming en overeenstemming met de gemeentelijke partners op het gebied van veiligheid. Genoemde punten zijn van belang bij het invulling geven aan beide componenten (doelstellingen, verantwoordelijkheden) van het Integraal Veiligheidsplan. In de quick scan wordt onderzocht in hoeverre de integrale veiligheidsplannen voldoen aan de verschillende componenten van de gehanteerde definitie van het IVP. De meeste gemeenten geven aan te beschikken over een dergelijk plan waarmee zij tegelijkertijd de regie voeren op lokaal 3 veiligheidsbeleid . Uit onderzoek blijkt dat niet alle raadsleden dit onderschrijven. Sterker nog, meer dan de helft van de raadsleden denkt dat de regie op het lokale veiligheidsbeleid bij een andere partij ligt dan de gemeente. Ook het op- en vaststellen van lokaal integraal veiligheidsbeleid leidt niet bij alle 5 raadsleden tot herkenning vanuit de eigen raadsledenpraktijk . De verschillen tussen de bevindingen bij gemeenten en raadsleden vormen een onderwerp van onderzoek in de quick scan naar IVP’s. De rol van de gemeenteraad bij de totstandkoming, de uitvoering en de controle aangaande het Integraal Veiligheidsplan zijn daarbij met name van belang.
2.2 Kernbeleid Veiligheid Ter ondersteuning van gemeenten bij het ontwikkelen van een Integraal Veiligheidsplan heeft de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) een methode ontwikkeld genaamd ‘Kernbeleid Veiligheid’. Een gedegen Integraal Veiligheidsplan is volgens de VNG ‘onmisbaar’ bij het succesvol sturing geven aan lokaal veiligheidsbeleid door gemeenten. Kernbeleid Veiligheid biedt gemeenten een interactief stappenplan om te komen tot een strategische visie, een selectie van prioriteiten inclusief aanpak, uitgangspunten voor coördinatie en samenwerking en richtlijnen voor de organisatorische borging van beleid. Daarnaast resulteert het stappenplan in een uitvoeringsplan waarin de hoofdlijnen van het beleid worden omgezet in concrete acties, taakverdeling en termijnen.
3
Bootsma, A. et al. (2011). Rapportage evaluatie Project Veilige Gemeenten, Berenschot. Ontleend aan Wetsvoorstel regierol gemeenten: Tweede Kamer, 32.459, nr.2. Artikel 1. (Overheid.nl). 5 Verkaik, N. (2011). Raadsleden en Veiligheid. Utrecht: Het CCV. 4
8
Door de veiligheidspartners van gemeenten intensief te betrekken bij de ontwikkeling van het veiligheidsplan kan het beleid op draagvlak rekenen. Niet onbelangrijk bij de uitvoering van het beleid 6 en het realiseren van opgestelde veiligheidsdoelen . De quick scan naar integrale veiligheidsplannen biedt een uitgelezen mogelijkheid om te beoordelen of en op welke wijze gemeenten gebruik maken van de methode Kernbeleid Veiligheid. Wordt in het IVP bijvoorbeeld het voorgestelde stappenplan gevolgd, een veiligheidsanalyse gemaakt en gebruik gemaakt van de vijf te onderscheiden veiligheidsvelden- en thema’s? Weten gemeenten op uniforme wijze Kernbeleid Veiligheid te hanteren of leidt het tot een diversiteit aan lokale plannen? Het feit dat een uitgebreide handreiking voorhanden is, geeft in ieder geval wel aan dat het Integraal Veiligheidsplan voor gemeenten van belang is. Het belang van het IVP neemt ook nog steeds toe gelet op nieuwe wetgeving zoals de nieuwe Politiewet.
2.3 Nationale Politie Per 1 januari 2013 zal de Nationale Politie worden ingevoerd. Als gevolg daarvan ondergaat het politiebestel een aantal grote wijzigingen. Een voorbeeld is de opschaling van het aantal politieregio’s. Op dit moment is de politiezorg in Nederland verdeeld over 25 politieregio’s en het KLPD. Per 1 januari wordt dit aantal teruggebracht naar tien regio’s en een Landelijke Eenheid. Het doel van de opschaling is onder andere een efficiëntere bedrijfsvoering, maar bijvoorbeeld ook het effectiever aanpakken van bovenlokale veiligheidsproblemen. OMBC is vooral geïnteresseerd in de lokale uitwerking van de nieuwe Politiewet. Wat betekent deze wet voor de sturingsmogelijkheden van Nederlandse gemeenten en gemeenteraden? Een verkenning van de inhoud van de nieuwe Politiewet maakt op dat gebied één ding duidelijk: het IVP staat centraal in de relatie tussen gemeenteraden en politie. “Vanuit een oogpunt van een stevige lokale verankering van de politie en de regierol van het gemeentebestuur ten aanzien van het lokale veiligheidsbeleid hecht het kabinet sterk aan inbreng door de gemeenten bij de sturing door de minister op de politie. Voor een verdergaande versterking van de betrokkenheid van de gemeenteraden bij de sturing door de burgemeester op de politie, is het belangrijk dat gemeenteraden zelf investeren in hun bijdrage. Het vaststellen van lokaal veiligheidsbeleid als basis voor de inbreng van de gemeenteraad in het politiebeleid is daarbij van groot belang. Daartoe is een wijziging van de Gemeentewet ingediend, dat er toe strekt de gemeenteraden te verplichten een Integraal Veiligheidsplan vast te stellen. Het Integraal Veiligheidsplan en de doelstellingen ten behoeve van de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde en de taken ten dienste van de justitie vormen de basis voor de in het lokale driehoeksoverleg te maken afspraken tussen de burgemeester en de officier van justitie over de inzet van de politie ten behoeve van de handhaving van de openbare orde en de hulpverlening respectievelijk ten behoeve van de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde en de taken ten dienste van justitie. Het Integraal Veiligheidsplan is hiermee een belangrijk instrument voor gemeenteraden om invloed te hebben op het lokale politiebeleid. Het is voor de lokale inbedding van groot belang dat gemeenteraden bij hun prioriteitstelling de burger in hun gemeenten actief 7 betrekken.”
6
VNG. (2010). Kernbeleid Veiligheid, handreiking voor gemeenten. Den Haag: VNG. (pp: 3). Tekst ontleend aan Nota van Wijziging bij nieuwe Politiewet (30.880): Tweede Kamer, vergaderjaar 2010-2011, 30.880, nr. 11, pp. 40. 7
9
2.4 Wetsvoorstel Regierol gemeenten De nieuwe Politiewet speelt in op een wijziging van de Gemeentewet die gemeenteraden verplicht stelt om elke vier jaar een Integraal Veiligheidsplan vast te stellen. De burgemeester ziet toe op de naleving daarvan en krijgt de zorgplicht toegewezen. De wetswijziging vindt plaats op het moment dat het voorstel ‘Wet regierol gemeenten’ door het parlement wordt aangenomen. De Tweede Kamer 8 stemt na het zomerreces over dit wetsvoorstel. De Gemeentewet krijgt een nieuw artikel 148a : Artikel 148a 1. De raad stelt ten minste eenmaal in de vier jaar een Integraal Veiligheidsplan vast. 2. Het Integraal Veiligheidsplan bevat in ieder geval de doelen die de gemeente op het terrein van de veiligheid nastreeft, de resultaten die daartoe binnen de looptijd van het plan worden beoogd, de inspanningen die de gemeente zal leveren voor het behalen van die resultaten en de inspanningen die daarbij van anderen worden verwacht. 3. Het Integraal Veiligheidsplan wordt vastgesteld op basis van een analyse van de lokale veiligheidssituatie en de verwachte ontwikkelingen in de eerstvolgende vier jaar, waarbij in ieder geval ook gebruik wordt gemaakt van gegevens en ervaringen van de politie, het openbaar ministerie. 4. Het Integraal Veiligheidsplan kan tussentijds worden gewijzigd.
2.5 Conclusie Het Integraal Veiligheidsplan heeft een belangrijke rol bij het voeren van regie op lokaal veiligheidsbeleid door gemeenten. Met het aannemen van de nieuwe Politiewet en mogelijk ook de Wet regierol gemeenten wordt deze rol nog belangrijker. Ook de rol van de gemeenteraad wordt explicieter. De raad wordt verplicht tot het opstellen van een IVP en wordt geacht daarmee sturing te geven aan lokaal veiligheidsbeleid en politiebeleid. Gelet op de in dit hoofdstuk genoemde onderzoeksresultaten rondom raadsleden en IVP’s dus genoeg reden de huidige stand van zaken in een quick scan te onderzoeken. Niet onbelangrijk daarbij is de wijze waarop de methode Kernbeleid Veiligheid zijn uitwerking heeft in de praktijk van het integrale veiligheidsbeleid.
8
Ontleend aan Wetsvoorstel regierol gemeenten: Tweede Kamer, 32.459, nr.2. Artikel 1. (Overheid.nl).
10
3. Kern van het IVP In dit hoofdstuk worden de kernelementen van het Integraal Veiligheidsplan beschreven (deelvraag 1). Met andere woorden: de bouwstenen die volgens ons onmisbaar zijn voor een volledig en bruikbaar IVP. Op basis van het beschikbare materiaal over IVP’s, zoals wetgeving en Kernbeleid Veiligheid is een toetsingskader opgesteld, waarin drie hoofdonderdelen zijn onderscheiden: Totstandkoming, Leesbaarheid en Veiligheidsvelden. Deze hoofdonderdelen worden in afzonderlijke paragrafen beschreven. Elke paragraaf start met een algemene toelichting gevolgd door de formulering van het toetsingscriterium.
3.1 Totstandkoming De totstandkoming van het Integraal Veiligheidsplan wordt onderscheiden in: • Veiligheidsanalyse • Prioriteiten en doelen • Verantwoording en verantwoordelijkheden
3.1.1. Veiligheidsanalyse Het analyseren van de lokale veiligheidssituatie vormt de basis voor een goed onderbouwd lokaal veiligheidsplan. Immers een goed plan moet actueel zijn. Door de huidige stand van zaken rondom lokale veiligheid in kaart te brengen wordt duidelijk waar een gemeente sterk of minder sterk in is. Zijn er bijvoorbeeld zorgelijke trends waar te nemen in de mate van jeugdoverlast of het aantal woninginbraken. Op basis van een veiligheidsanalyse kunnen prioriteiten (zie 3.1.2) worden gesteld en het beleid worden aangepast. Het voorstel Wet regierol gemeenten verplicht gemeenten zelfs een veiligheidsanalyse uit te voeren. Dit is als volgt verwoord: Het Integraal Veiligheidsplan wordt vastgesteld op basis van een analyse van de lokale veiligheidssituatie en de verwachte ontwikkelingen in de eerstvolgende vier jaar, waarbij in ieder geval ook gebruik wordt gemaakt van gegevens en ervaringen van de politie, het openbaar ministerie. Ook de VNG stelt in Kernbeleid Veiligheid dat met behulp van een veiligheidsanalyse een inhoudelijke basis voor het beleid wordt gelegd: ‘doe je de veiligheidsanalyse goed, dan ‘staat’ je beleid eigenlijk al voor 80%’. Gelet op de benodigde informatie voor het uitvoeren van een veiligheidsanalyse worden in Kernbeleid Veiligheid vier onderdelen onderscheiden: 1. Cijfermatige gegevens met betrekking tot veiligheidsproblematiek; 2. Kwalitatieve oordelen over de problematiek. 3. Huidige aanpak (accenten); 4. Verbeterpunten in die aanpak. Bij onderdeel 1 draait het om objectieve veiligheidsgegevens die vooral afkomstig zijn van de politie, maar bijvoorbeeld ook van gemeenten zelf. Denk daarbij aan het aantal aangiften van woningbraak of het aantal meldingen van overlast. Onderdeel 2 betreft gegevens over de veiligheidsgevoelens van inwoners. De zogenaamde subjectieve veiligheidsgegevens. Gemeenten kunnen voor deze gegevens gebruik maken van de integrale veiligheidsmonitor (enquête onder inwoners door Rijksoverheid), zelf een enquête uitzetten of een bewonersavond organiseren. Daarnaast gaat het bij onderdeel 2 ook om de inzichten en ervaringen van lokale veiligheidspartners. Het is goed om het verhaal achter de cijfers mee te nemen in de veiligheidsanalyse. Komen de cijfers in de beleving van veiligheidspartners wel overeen met de dagelijkse praktijk.
11
Onderdeel 3 en 4 wijzen voor zich. In de quick scan wordt vooral gelet op de aanwezigheid van een veiligheidsanalyse en het gebruik van objectieve en subjectieve veiligheidsgegevens.
3.1.2. Prioriteiten en doelen Een veiligheidsanalyse biedt gemeenten de gelegenheid om op beargumenteerde wijze lokale doelen en prioriteiten te stellen. Het stellen van veiligheidsdoelen- en prioriteiten is de volgende stap bij het opstellen van een Integraal Veiligheidsplan. Volgens het voorstel Wet regierol gemeenten is het stellen van lokale doelen een verplicht onderdeel van het IVP. Het Integraal Veiligheidsplan bevat in ieder geval de doelen die de gemeente op het terrein van de veiligheid nastreeft [….]
Ook in Kernbeleid Veiligheid wordt het belang van het uitwerken van prioriteiten en doelen (of strategische thema’s) benadrukt. Deze uitwerking vormt volgens KBV ‘het zwaartepunt’ van het Integraal Veiligheidsplan. De veiligheidsonderwerpen die geprioriteerd worden, komen daarin centraal te staan. De niet geprioriteerde doelen worden tevens in het IVP opgenomen, zij het wat minder prominent. In het kader van prioritering is het belangrijk een klein aantal veiligheidsonderwerpen als prioriteit te bestempelen. Bij meer dan vijf prioriteiten komt het prioritaire karakter in gevaar. Kernbeleid Veiligheid gaat zelfs uit van een maximum van drie a vier. Prioriteiten en inwoners Het betrekken van inwoners bij het stellen van lokale prioriteiten is zeer gewenst. De veiligheidsprioriteiten van inwoners kunnen gepeild worden door bijvoorbeeld een bewonersavond te organiseren in aanwezigheid van belangrijke veiligheidspartners. Een andere optie is het organiseren van een raadsbijeenkomst waarbij college, raadsleden, inwoners en veiligheidspartners met elkaar in gesprek gaan. Prioriteiten en gemeenteraad De uiteindelijke prioritering van veiligheidsonderwerpen blijft primair een taak van de gemeenteraad. Een taak die voorafgaand aan de laatste wetswijzigingen ook al bij wet aan de gemeenteraad was toebedeeld. Echter het hebben van een wettelijke taak is één, het op een goede manier invulling aan die taak geven is twee. Onderzoek laat zien dat de rol van de gemeenteraad bij het stellen van lokale 9 veiligheidsprioriteiten niet helemaal uit de verf komt . Dit is jammer, want juist door prioriteiten te stellen kan de gemeenteraad gericht sturing geven aan het lokale veiligheidsbeleid. Daarnaast betekent prioriteren keuzes maken. En het maken van keuzes is niet altijd de sterkste kant van de 10 lokale politiek . Bovenstaande kanttekeningen bij het stellen van prioriteiten door de gemeenteraad maakt het tot een punt van aandacht bij de quick scan. Invulling prioriteiten en doelen Nadat duidelijk is wat de lokale doelen en prioriteiten van het veiligheidsplan worden, is het belangrijk om deze helder te formuleren. Het SMART formuleren van doelstellingen en het benoemen van heldere targets zijn belangrijke sturingsinstrumenten. Ten eerste kan de gemeenteraad door het stellen van heldere en afrekenbare kaders effectiever invulling geven aan zijn controlerende rol. Tijdens beleidsevaluaties wordt inzichtelijk gemaakt welke beoogde doelen en bijbehorende gewenste resultaten bereikt zijn en welke niet. Het gevolg kan zijn dat de oorspronkelijk prioriteitstelling moet worden aangepast. Ten tweede zijn SMART-geformuleerde doelstellingen een belangrijk sturingsmiddel van de gemeente als regisseur. Aan lokale veiligheidspartners, zoals politie, worden heldere en afrekenbare doelen meegegeven. Zij weten dan wat van hen verwacht wordt. Op die manier kunnen ook lokale veiligheidspartners de werkzaamheden organiseren op basis van resultaten die van hen worden verwacht, waarna zij verantwoording afleggen over de bereikte resultaten.
9
Verkaik, N. (2011). Raadsleden en Veiligheid. Utrecht: Het CCV Cachet, A. (2011). Heeft de gemeenteraad nog wat te vertellen? (over politie en veiligheid). Voordracht raadsledenconferentie politieregio Utrecht, Op: 20 april 2011. 10
12
Belangrijke kanttekening is dat niet alle lokale veiligheidsproblemen meetbaar te maken zijn of geschikt zijn voor een cijfermatige benadering. Bijvoorbeeld een toename van het aantal aangiften zegt niet direct iets over de veiligheid. De aangiftebereidheid onder inwoners kan zijn toegenomen of het registratiesysteem van de politie kan effectiever werken. Het verhaal achter de cijfers is van wezenlijk belang bij het komen tot prioriteiten en het geven van sturing.
3.1.3. Verantwoording en verantwoordelijkheden Bij het afleggen van verantwoording is het belangrijk dat van tevoren duidelijk is wie de verantwoordelijkheid draagt voor de aanpak van de verschillende onderdelen van het veiligheidsbeleid. Een goed veiligheidsplan benoemt de taken en verantwoordelijkheden van de gemeente en haar verschillende lokale en regionale veiligheidspartners bij de uitvoering van het veiligheidsplan. Dit komt de kaderstellende en controlerende rol van de gemeenteraad ten goede (zie vorige alinea). Het voorstel Wet regierol gemeenten heeft het in het kader van taken en 11 verantwoordelijkheden over ‘inspanningen’ . Het Integraal Veiligheidsplan bevat in ieder geval (…..), de inspanningen die de gemeente zal leveren voor het behalen van die resultaten en de inspanningen die daarbij van anderen worden verwacht.
Verantwoording afleggen aan de gemeenteraad is een belangrijk onderdeel van de planning- en controlecyclus van lokaal beleid. Een goed ingerichte P&C-cyclus biedt de gemeenteraad de kans om een vinger aan de pols te houden ten aanzien van het Integraal Veiligheidsplan. Zo wordt beleid vaak voor vier jaar vastgesteld, maar neemt dit niet weg dat jaarlijks of tweejaarlijks een evaluatie plaatsvindt. De resultaten van een evaluatie kunnen de gemeenteraad doen beslissen het lopende beleid aan te passen of bijvoorbeeld andere prioriteiten te stellen. Ook wordt op basis van een meerjarig door de gemeenteraad vastgesteld IVP een jaarlijks uitvoeringsplan (jaaractieplan of JUP) opgesteld door het college van B&W. De uitvoering van beleid is tenslotte een taak van het college. Echter ten behoeve van de controlerende rol van de gemeenteraad is het kennisnemen van uitvoeringsplannen wel van belang, Tijdens de uitvoering van de quick scan wordt geïnventariseerd op welke wijze de planning en controle van het veiligheidsbeleid is opgenomen in het Integraal Veiligheidsplan.
3.2 Leesbaarheid Naast de noodzakelijke bouwstenen (paragraaf 3.1) is het van belang dat het uiteindelijke beleidsstuk ook goed en prettig leesbaar is. Het Integraal Veiligheidsplan moet niet alleen hanteerbaar zijn voor de verschillende betrokken veiligheidspartners, maar moet ook bijdragen aan een goede veiligheidsdiscussie in de gemeenteraad. Een goede lokale discussie draagt bij aan de democratische 12 legitimatie van het veiligheidsbeleid . De vraag of een beleidsstuk leesbaar is, blijft subjectief. Niettemin is een aantal punten of criteria te bedenken waarmee kan worden beoordeeld of een beleidsstuk al dan niet prettig leesbaar is. Tijdens de quick scan worden deze punten met name vanuit het raadsledenperspectief langsgelopen. Aantal pagina’s Het aantal pagina’s van een Integraal Veiligheidsplan geeft inzicht in de hanteerbaarheid daarvan. Zo doet een uitgebreid beleidsplan vermoeden dat de hoofdlijnen uit het vizier zijn geraakt en dat het moeilijk hanteerbaar is. Raadsleden, maar ook lokale veiligheidspartners, kunnen daarbij overstelpt raken met informatie. Dit in tegenstelling tot een beperkt beleidsplan, waarbij kan worden afgevraagd of daadwerkelijk alle voor de gemeente relevante veiligheidsthema’s aan bod komen. Met andere woorden is er wel sprake van een integraal plan? In dit onderzoek wordt een vergelijking gemaakt tussen de omvang van de onderzochte lokale veiligheidsplannen. Hierbij wordt voorzichtig omgegaan met het geven van een waardeoordeel, omdat het aantal pagina’s niets zegt over de kwaliteit van de geschreven beleidstekst. Het aantal pagina’s geeft wel inzicht in de mogelijke verschillen in de mate van uitgebreidheid van de onderzochte IVP’s. 11 12
Ontleend aan Wetsvoorstel regierol gemeenten: Tweede Kamer, 32.459, nr.2. Artikel 1. (Overheid.nl). Tops et al. (2010). Sleuren of sturen, gemeenten en de regie van veiligheid en politie. Den Haag:VNG.
13
Taalgebruik Het gehanteerde taalgebruik is een ander criterium om te bepalen of veiligheidsplannen leesbaar zijn. Er kan bijvoorbeeld sprake zijn van wollig taalgebruik. Daarnaast ligt (zeker binnen de veiligheidszorg) het gevaar op de loer dat vaktaal of ambtelijk jargon het beleidsstuk overheersen en daarmee minder prettig leesbaar maken. Het taalgebruik bepaalt voor een belangrijk deel de hanteerbaarheid en toegankelijkheid van een Integraal Veiligheidsplan. Dit geldt zeker voor gemeenteraden. Eerder onderzoek heeft namelijk uitgewezen dat raadsleden kennis ontberen als het gaat om lokaal 13 veiligheidsbeleid . Zolang deze kennis niet op orde is draagt het gebruik van vaktaal in veiligheidsplannen zeker niet bij aan een beter begrip van raadsleden. Structuur De leesbaarheid van integrale veiligheidsplannen hangt samen met de structuur van de tekst. Een heldere en consistente opbouw draagt bij aan een prettig leesbaar beleidsstuk. De onderzochte IVP’s worden op deze punten vergeleken.
3.3 Veiligheidsvelden Om structuur aan te brengen in de totstandkoming van integrale veiligheidsplannen worden vijf gemeentelijke veiligheidsvelden onderscheiden. In Kernbeleid Veiligheid (KBV) vormen de vijf beleidsvelden de leidraad voor alle te nemen stappen om tot een IVP te komen: van veiligheidsplan tot uitvoeringsplan. Door gebruik te maken van de vijf beleidsvelden moet het integrale karakter van 14 het (op te stellen) beleidsplan worden gewaarborgd . De vijf beleidsvelden vormen namelijk gezamenlijk het gemeentelijke integrale veiligheidsterrein. De quick scan biedt de gelegenheid om te beoordelen of gemeenten gebruik maken van de veiligheidsvelden- en thema’s zoals die hen in KBV zijn aangereikt. En zo ja, op welke manier? In Kernbeleid Veiligheid worden de volgende vijf beleidsvelden onderscheiden: 1. Veilige woon- en leefomgeving 2. Bedrijvigheid en veiligheid 3. Jeugd en veiligheid 4. Fysieke veiligheid 5. Integriteit en veiligheid Elk beleidsveld kan worden onderverdeeld in een aantal thema’s. In Kernbeleid Veiligheid worden twintig veiligheidsthema’s onderscheiden (zie bijlage 1). Ten slotte is het belangrijk om op te merken dat sinds eind 2010 politiecijfers worden omgezet naar een indeling conform de vijf veiligheidsvelden en bijbehorende veiligheidsthema’s. Politiecijfers en rapportages vormen een belangrijke basis voor lokale veiligheidsanalyses en het veiligheidsplan zelf. Door deze gegevens aan te bieden volgens het zogenaamde VNG-BHV-model krijgen gemeenten een instrument in handen waarmee de benutting en verwerking van politiecijfers in lokale veiligheidsplannen kan worden bevorderd. Reden te meer om in de quick scan van lokale veiligheidsplannen oog te hebben voor het gebruik van de veiligheidsthema’s zoals verwoord in Kernbeleid Veiligheid.
13 14
Verkaik, N. (2011). Raadsleden en Veiligheid. Utrecht: Het CCV VNG. (2010). Kernbeleid Veiligheid, handreiking voor gemeenten. Den Haag: VNG. (pp: 49).
14
4. Resultaten quick scan In dit hoofdstuk worden de resultaten van de quick scan weergegeven. In lijn met de vraagstelling van dit onderzoek wordt inzicht gegeven in de wijze waarop integrale veiligheidsplannen zijn opgebouwd en de wijze waarop belangrijke onderdelen (hoofdstuk 3) daarin terugkomen. Daarmee wordt de tweede deelvraag beantwoord. Dit hoofdstuk is opgebouwd uit drie paragrafen: Totstandkoming, Leesbaarheid en Veiligheidsvelden.
4.1 Totstandkoming De totstandkoming van integrale veiligheidsplannen is onderzocht aan de hand van drie onderdelen: • • •
Veiligheidsanalyse Prioriteiten en doelen Verantwoording en verantwoordelijkheden
4.1.1. Veiligheidsanalyse Uit het onderzoek komt naar voren dat alle gemeenten een veiligheidsanalyse uitvoeren ten behoeve van een goed onderbouwd lokaal veiligheidsplan. Daarnaast zijn met uitzondering van Sliedrecht en Giessenlanden alle veiligheidsanalyses opgebouwd uit zowel objectieve als subjectieve veiligheidsgegevens (Tabel 2). • •
Objectieve gegevens door middel van: politiecijfers (o.a. benchmark regiogemeenten), brandweerstatistieken, gemeentelijke veiligheidsindexen en de ‘AD misdaadmeter’. Subjectieve gegevens door middel van: integrale veiligheidsmonitor (rijksoverheid), inwonersenquête (gemeente), gesprekken met bewoners en contacten met veiligheidspartners.
Gemeente Veiligheidsanalyse Giessenlanden Ja Woudrichem Ja Wijk bij Duurstede Ja Sliedrecht Ja De Bilt Ja Stichtse Vecht Ja Schiedam Ja Hilversum Ja Zaanstad Ja Utrecht Ja Den Haag Ja Tabel 2: Veiligheidsanalyse in IVP
Objectief Ja Ja Ja Nee Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja
Subjectief Nee Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja
De gemeenten maken nagenoeg allemaal gebruik van politiecijfers en de integrale veiligheidsmonitor (IVM). De politiecijfers worden veelal vergeleken met gemeenten binnen dezelfde politieregio om daarmee een beeld te kunnen vormen van veiligheidsthema’s die de aandacht nodig hebben. Een aantal gemeenten beschrijft bij het uitvoeren van de veiligheidsanalyse ook wat de huidige lokale aanpak is rondom bepaalde veiligheidsthema’s. Andere gemeenten beschrijven de huidige aanpak in latere hoofdstukken, zoals bij het stellen van doelen of formuleren van uitvoeringsplannen.
15
Ten slotte verschilt de diepgang van de beschrijving van de veiligheidsanalyse per veiligheidsplan. In enkele veiligheidsplannen wordt een uitgebreide(re) veiligheidsanalyse opgenomen in de bijlage, zoals bij Wijk bij Duurstede en Stichtse Vecht het geval is.
4.1.2. Prioriteiten en doelen De stap die volgt op de veiligheidsanalyse is het stellen van lokale doelen en prioriteiten op het gebied van veiligheid. In de meeste integrale veiligheidsplannen vloeien de gestelde prioriteiten logisch voort 15 uit de veiligheidsanalyse . Daarnaast komt het voor dat op verzoek van de gemeenteraad een prioriteit wordt vervangen of toegevoegd ongeacht de resultaten van de veiligheidsanalyse. Echter in het algemeen lijkt het alsof de gemeenteraad weinig betrokken wordt bij het stellen van prioriteiten. In de beleidsplannen van Zaanstad en De Bilt wordt de gemeenteraad zelfs niet genoemd en vinden prioriteringssessies plaats zonder de aanwezigheid van raadsleden. Positieve uitzonderingen zijn de gemeenten Stichtse Vecht en Wijk bij Duurstede, waarbij de gemeenteraad ten behoeve van het stellen van prioriteiten in gesprek gaat met inwoners en maatschappelijk veiligheidspartners. Vaak dient de veiligheidsanalyse als basis voor dergelijke werksessies van de gemeenteraad. Veelvoorkomende prioriteiten zijn Jeugdoverlast, Woninginbraak en Voertuigcriminaliteit. In de veiligheidsplannen van een tweetal gemeenten worden überhaupt geen prioriteiten benoemd (Tabel 3).
Gemeente
Prioriteiten benoemd? Giessenlanden Ja Woudrichem Ja Wijk bij Duurstede Ja Sliedrecht Nee De Bilt Ja Stichtse Vecht Ja Schiedam Nee Hilversum Ja Zaanstad Ja Utrecht Ja Den Haag Ja Gemiddeld Tabel 3: Prioriteiten in het IVP
Aantal prioriteiten 9 4 4 -‐ 6 4 -‐ 5 3 5 3 4,8
Aantal prioriteiten volgens KBV (veiligheidsthema’s) 6 4 7 -‐ 4 5 -‐ 5 3 4 6 4,9
SMART doelstellingen? Ja Nee Nee Nee Nee Ja Ja Ja Ja Ja Ja
Het aantal benoemde prioriteiten verschilt per gemeente. Met uitzondering van de gemeente Giessenlanden ligt dit aantal bij alle gemeenten rond het gemiddelde van 4,8. Daarnaast is bekeken in hoeverre de in de integrale veiligheidsplannen benoemde prioriteiten overeenkomen met de twintig verschillende veiligheidsthema’s die in Kernbeleid Veiligheid (KBV) worden onderscheiden (zie bijlage 1). Ondanks dat het gemiddelde aantal prioriteiten nagenoeg gelijk blijft, verschilt bij meerdere gemeenten het aantal prioriteiten volgens de indeling naar veiligheidsthema’s ten opzichte van het aantal prioriteiten zoals benoemd in de plannen. Een reden hiervoor is dat prioriteiten niet uniform en eenduidig worden geformuleerd. In sommige IVP's worden prioriteiten samengevoegd die niet bij elkaar lijken te horen of worden verschillende prioriteiten los van elkaar weergegeven terwijl ze op hetzelfde neerkomen. Een voorbeeld hiervan is het benoemen van ‘jeugdoverlast- en criminaliteit’ als één prioriteit terwijl dit volgens het KBV twee verschillende veiligheidsthema’s zijn, namelijk 1. ‘overlastgevende jeugd’ en 2. ‘criminele jeugd/individuele probleemjongeren’ (Tabel 4). Een ander voorbeeld betreft veelvoorkomende criminaliteit, zoals woninginbraak, fietsendiefstal en geweldsdelicten. In het ene veiligheidsplan wordt ‘veelvoorkomende criminaliteit als één prioriteit benoemd, terwijl in een volgend plan wordt gesproken over woninginbraak, fietsendiefstal en autokraak als zijnde losse prioriteiten. 15
Het plan van Zaanstad vormt daarop een uitzondering. De meerjarige ‘focus’ van het beleid is lastig te herleiden tot de uitkomsten van de veiligheidsanalyse.
16
De onderzochte prioriteiten verschillen van kwaliteit. Zo kan ‘Veiligheidshuis’ of ‘Buurttoezicht’ niet gezien worden als prioriteit of doel, maar als een middel om de veiligheid te vergroten. Ook kan een prioriteit te breed geformuleerd zijn, zoals bij ‘fysieke veiligheid’ het geval is. Het veiligheidsthema fysieke veiligheid bevat namelijk vele onderwerpen, zoals verkeer, brandveiligheid, crises en rampen. Wat heeft nu prioriteit? Gemeente Giessenlanden
Prioriteiten 1.Jeugd en alcohol, 2.Woninginbraak, 3.Voertuigcriminaliteit, 4.Huiselijk geweld, 5.Buurttoezicht, 6.Toezicht en handhaving, 7.Evenementen, 8.Veiligheidshuis, 9.Georganiseerde criminaliteit Woudrichem 1 Zorgen voor Jeugd (Jeugdoverlast en Alcohol & Drugs), 2.Woninginbraak en Voertuigcriminaliteit, 3.Huiselijk geweld en Kindermishandeling, 4.Verkeersveiligheid Wijk bij Duurstede 1.Overlast (Jeugd, Drugs & Alcohol, Vandalisme), 2.Uitgaan en overlast, 3.Fysieke veiligheid (Crisisbeheersing/Verkeersveiligheid), 4.Voertuigcriminaliteit en Woninginbraak De Bilt 1.Jeugdoverlast, 2.Fietsendiefstal, 3.Woninginbraak, 4.Vandalisme en baldadigheid, 5.Autodiefstal-‐ en kraak, 6.Huiselijk geweld Stichtse Vecht 1.Jeugdoverlast -‐en criminaliteit, 2.Woonoverlast en probleemgezinnen, 3.Woninginbraak, 4.Georganiseerde criminaliteit Hilversum 1.Jeugdoverlast, 2.Veilig uitgaan, 3.Woninginbraak, 4.Vernielingen, 5.Stationsgerelateerde overlast Zaanstad 1.Jeugdoverlast, 2.High impact crimes, 3.Brandveiligheid Utrecht 1.Jeugdoverlast -‐en criminaliteit, 2.Geweld, 3.Woninginbraak, 4.Georganiseerde criminaliteit, 5.Volumecriminaliteit (winkeldiefstal en autokraak) Den Haag 1.Veelvoorkomende criminaliteit, 2.Gebiedsgerichte aanpak ( o.a. overlastgevende en criminele jeugdgroepen, 3. Georganiseerde criminaliteit Tabel 4: Aard prioriteiten in het IVP
Het stellen van prioriteiten is onlosmakelijk verbonden met het stellen van doelen. Zo moeten lokale prioriteiten niet alleen logisch voortvloeien uit gemeentelijke veiligheidsdoelstellingen, maar is het ook zaak om prioriteiten te voorzien van een helder en afrekenbaar doel. Bijvoorbeeld het reduceren van het aantal inbraken met 20% of het bereiken van een hogere score in de enquête ‘Veiligheid op het station’. In het onderzoek van de integrale veiligheidsplannen is beoordeeld of daarin heldere targets zijn opgenomen. Dit blijkt niet altijd het geval te zijn (Tabel 3). Daarnaast hanteren gemeenten verschillende werkwijzen als het gaat om het formuleren van concrete doelen. Een aantal constateringen ten aanzien van deze verschillen zijn: 16 • Benoemen van algemene doelstellingen (ambities) versus specifieke doelstellingen • Opname van concrete doelstellingen in het Integraal Veiligheidsplan versus opname van concrete doelstellingen in (jaarlijkse) uitvoeringsplannen • Aandacht voor meetbaarheid doelstellingen versus weinig/geen aandacht voor meetbaarheid.
4.1.3. Verantwoording en verantwoordelijkheden Een belangrijke stap na het benoemen van prioriteiten en doelen is het benoemen van verantwoordelijkheden en het vastleggen van verantwoordingsmomenten. Nadat de gemeenteraad het Integraal Veiligheidsplan heeft vastgesteld heeft hij de taak toe te zien op een correcte uitvoering daarvan. Door het plannen van evaluatiemomenten wordt invulling gegeven aan de controlerende taak van de gemeenteraad. In tabel vijf staat de duur van de beleidscyclus van het Integraal Veiligheidsplan weergegeven. De meeste IVP’s worden vastgesteld voor een periode van vier jaar (Tabel 5). Sommige gemeenten hanteren een ‘afwijkende’ cyclus van één, drie of vijf jaar. Verder wordt de evaluatietermijn van het beleidsplan gekenmerkt door een uitlopende tijdsduur per gemeente.
16
In het veiligheidsplan van Den Haag is sprake van een duidelijke combinatie tussen concrete targets en algemene ambities of doelstellingen.
17
Daarbij moet worden opgemerkt dat de vergelijking tussen gemeenten wordt bemoeilijkt door het ontbreken van informatie over geplande evaluatiemomenten in de onderzochte veiligheidsplannen (Tabel 5). Alle veiligheidsplannen zijn op een enkele uitzondering na actueel.
Gemeente Giessenlanden Woudrichem Wijk bij Duurstede Sliedrecht De Bilt Stichtse Vecht Schiedam Hilversum Zaanstad Utrecht Den Haag
Termijn 2012-‐2012 2010-‐2014 2010-‐2013 2006-‐? 2010-‐2013 2012-‐2015 2012-‐2015 2011-‐2014 2012-‐2014 2012-‐2012 2012-‐2015
Evaluatie -‐ 4 2 4 -‐ 1 -‐ 4 -‐ 1 -‐
Tabel 5: Looptijd en evaluatie IVP’s
Betreffende de verantwoordelijkheden wordt in de meeste gevallen beschreven wie de strategische partners zijn bij de uitvoering van het beleid en het bereiken van de gestelde doelen. Met name bij de uitwerking van de prioriteiten en de voorgestelde aanpak daarvan wordt ingegaan op de betekenis en inzet van betreffende veiligheidspartners. Ook voor dit punt geldt dat de mate van uitgebreidheid van de beschrijving per IVP verschilt. In het jaarlijkse op het IVP gebaseerde uitvoeringsplan (JUP) wordt vaak concreter aangegeven hoe de verantwoordelijkheden in de uitvoering liggen. Deze plannen worden doorgaans ter kennisgeving aan de gemeenteraad gestuurd.
18
4.2 Leesbaarheid In deze paragraaf worden de bevindingen ten aanzien van de leesbaarheid van de onderzochte integrale veiligheidsplannen uiteen gezet. Om te beginnen is een vergelijking gemaakt tussen het aantal pagina’s per IVP (Tabel 6). Bijna de helft van de IVP’s beslaat (zonder bijlagen) zo’n 20 pagina’s. Door enkele uitschieters (Sliedrecht en Den Haag) is het gemiddeld aantal op 32 pagina’s uitgekomen. Desondanks kan worden gesproken van beknopte integrale veiligheidsplannen. Voor een gemeente met meer dan een half miljoen inwoners, zoals Den Haag, is 51 pagina’s immers nog steeds een acceptabel aantal. Verder laat de vergelijking van het aantal pagina’s aan bijlagen zien dat sommige gemeenten het dubbele (of meer) aantal aan pagina’s nodig hebben ter ondersteuning van het beknopte integrale plan. Dit neemt het risico met zich mee dat de kern van het beleidsstuk essentiële informatie mist en door de vele verwijzingen minder consistent en gestructureerd is opgebouwd. Gemeente Aantal pagina's (excl. bijlagen) Giessenlanden 12 Woudrichem 20 Wijk bij Duurstede 21 Sliedrecht 66 Gorinchem De Bilt 21 Stichtse Vecht 24 Schiedam 38 Hilversum 42 Zaanstad 36 Utrecht 22 Den Haag 51 Gemiddeld 32 Tabel 6: Omvang IVP’s
Aantal pagina's (incl. bijlagen) 12 20 77 66 24 57 44 46 36 22 51 41
De verschillende veiligheidsplannen zijn in het algemeen prettig leesbaar en gestructureerd opgebouwd. Echter ogen sommige IVP’s wat rommelig. Een belangrijk minpunt is dat te veel aanvullende informatie wordt verschaft waardoor de kern van het veiligheidsbeleid naar de achtergrond verschuift. Een uitgebreide uiteenzetting over wettelijke bevoegdheden van de burgemeester of de werkwijze van de lokale driehoek is niet van toegevoegde waarde voor het beleidsstuk. Dat neemt niet weg dat het wenselijk is dat raadsleden van dergelijke zaken op de hoogte zijn.
4.3 Veiligheidsvelden en gebruik van Kernbeleid Veiligheid Een van de doelen van de quick scan was in kaart brengen in hoeverre gemeenten gebruik maken van de methode Kernbeleid Veiligheid (KBV) en de bijbehorende veiligheidsvelden. De resultaten vindt u in deze paragraaf. In de quick scan is een score (van 0 t/m 3) gehanteerd om de rol van Kernbeleid Veiligheid in de totstandkoming van de integrale veiligheidsplannen te duiden. Een aantal IVP’s maakt uitgebreid gebruik van de methode KBV (3). Dit wil zeggen dat de totstandkoming en opzet van het veiligheidsplan in lijn is met de voorgeschreven werkwijze. Daarbij hoort dus ook de indeling naar de vijf veiligheidsvelden vanaf het uitvoeren van de veiligheidsanalyse tot aan de invulling van de jaarlijkse uitvoeringsplannen. Andere veiligheidsplannen maken alleen gebruik van de indeling volgens de veiligheidsvelden -en thema’s (2) of hebben het voornemen dit te doen (1). De grote steden Utrecht en Den Haag maken geen gebruik van de methode Kernbeleid Veiligheid (0).
19
Gemeente
Kernbeleid Veiligheid
Giessenlanden
2
Woudrichem
3
Wijk bij Duurstede
2
Sliedrecht
3
Gorinchem
1/2
De Bilt
1
Stichtse Vecht Schiedam
3 2
Hilversum
3
Zaanstad
2
Utrecht
0
Den Haag
0
17
Tabel 7: Rol KBV in IVP (Geen = 0, Summier = 1, Redelijk = 2, Uitgebreid = 3)
In het onderzoek is het beeld ontstaan dat gemeenten Kernbeleid Veiligheid op verschillende wijzen hanteren. Niet elke gemeente houdt zich aan het format. Het KBV biedt (gelukkig) ook ruimte voor lokaal maatwerk. Er is niet één manier om tot een bruikbaar IVP te komen. In ieder geval biedt de indeling naar de veiligheidsvelden van KBV structuur aan in de meeste lokale veiligheidsplannen. Kernbeleid Veiligheid leidt tot een systematische aanpak in de benadering van lokale veiligheidsproblematiek. Dit neemt niet weg dat de methode op bepaalde punten nog geoptimaliseerd kan worden.
17
Voornemen om indeling naar veiligheidsthema’s Kernbeleid Veiligheid te hanteren.
20
5 Conclusies en aanbevelingen In dit hoofdstuk worden conclusies getrokken naar aanleiding van de resultaten (5.1). Vervolgens worden op basis van deze conclusies aanbevelingen aan de hand van het gehanteerde toetsingskader voor integrale veiligheidsplannen geformuleerd (5.2).
5.1 Conclusies De resultaten van de quick scan maken duidelijk dat de inhoud van integrale veiligheidsplannen per gemeente verschilt. Met name de diepgang van de IVP’s loopt uiteen. Het maken van veiligheidsanalyses, het formuleren van doelstellingen en het benoemen van verantwoordelijkheden is in het ene IVP uitgebreider en concreter opgenomen dan in het ander. Echter er zijn ook patronen zichtbaar geworden. Veiligheidsanalyse De verschillende gemeenten maken nagenoeg allemaal gebruik van politiecijfers en de integrale veiligheidsmonitor (IVM). De politiecijfers worden veelal vergeleken met gemeenten binnen dezelfde politieregio om daarmee een beeld te kunnen vormen van veiligheidsthema’s die de aandacht nodig hebben. Daarnaast wordt met lokale veiligheidspartners het verhaal achter de cijfers besproken. Prioriteiten en doelen Het stellen van prioriteiten en het formuleren van heldere doelstellingen zijn duidelijke verbeterpunten. Ten eerste is de gemeenteraad niet altijd betrokken bij het stellen van prioriteiten, terwijl dit bij uitstek een taak voor de raad is. Daarnaast laat de kwaliteit van benoemde prioriteiten te wensen over. Prioriteiten worden soms te breed geformuleerd of kunnen eerder worden bestempeld als een middel in plaats van als een doel. De veiligheidsvelden –en thema’s van Kernbeleid Veiligheid leiden niet tot uniforme prioriteiten in verschillende gemeentelijke veiligheidsplannen. Ten tweede zijn in de veiligheidsplannen niet altijd heldere targets of concrete doelstellingen opgenomen. Verantwoording en verantwoordelijkheden Niet in alle plannen staan evaluatiemomenten opgenomen, maar in het algemeen wordt voldoende aandacht geschonken aan het evalueren en controleren van het beleid door de gemeenteraad. Verder wordt in de IVP’S beschreven wie de strategische partners zijn bij de uitvoering van het beleid en het bereiken van de gestelde doelen. In jaarlijkse uitvoeringsplannen wordt vaak concreter aangegeven hoe de verantwoordelijkheden in de uitvoering liggen. Deze plannen worden doorgaans ter kennisgeving aan de gemeenteraad gestuurd. Positief punt is dat de plannen up to date zijn. Leesbaarheid Er kan worden gesproken over beknopte integrale veiligheidsplannen. Ook zijn de verschillende veiligheidsplannen in het algemeen prettig leesbaar, toegankelijk en gestructureerd opgebouwd. Een minpunt is dat soms te veel aanvullende en voor de lezer in feite nutteloze informatie wordt verschaft. Een aandachtspunt is de bijlage. Hoe behoud je de essentie voor het IVP zonder al te veel informatie in een bijlage te stoppen? Veiligheidsvelden Gemeenten hanteren Kernbeleid Veiligheid op verschillende manieren. In ieder geval biedt de indeling naar de veiligheidsvelden van KBV structuur aan in de meeste lokale veiligheidsplannen. Kernbeleid Veiligheid leidt tot een systematische aanpak in de benadering van lokale veiligheidsproblematiek. Dit neemt niet weg dat de methode op bepaalde punten nog geoptimaliseerd kan worden.
21
5.2 Aanbevelingen De uitgevoerde quick scan op de integrale veiligheidsplannen leidt tot de volgende aanbevelingen.
5.2.1 Totstandkoming De totstandkoming van een Integraal Veiligheidsplan bestaat uit drie hoofdonderdelen: 1. Veiligheidsanalyse 2. Prioriteiten en doelen 3. Verantwoording en verantwoordelijkheden Veiligheidsanalyse Maak voor een goed onderbouwd IVP gebruik van: • Objectieve cijfermatige gegevens • Subjectieve kwalitatieve gegevens Prioriteiten en doelen Let bij het stellen van prioriteiten op de volgende punten: • Gebruik maken van de veiligheidsanalyse • Het aantal prioriteiten (maximaal drie) • De breedte van een prioriteit (niet de breedte van een veiligheidsveld) • Een prioriteit is een veiligheidsdoel, niet een middel • Organiseer oriënterende bijeenkomsten met inwoners en lokale veiligheidspartners ter voorbereiding op het stellen van prioriteiten • De gemeenteraad stelt de prioriteiten vast. Let bij het stellen van doelen op de volgende punten: • Probeer tot heldere en afrekenbare doelen te komen • Het vaststellen van de doelstellingen van het Integraal Veiligheidsplan is een bevoegdheid van de gemeenteraad • Het vaststellen van doelstellingen in jaarlijkse uitvoeringsplannen is een bevoegdheid van het college van B&W. Verantwoording en verantwoordelijkheden Ten behoeve van de controlerende taak van de gemeenteraad is het volgende van belang: • Inplannen beleidsevaluatie door gemeenteraad • Benoemen van verantwoordelijkheden gekoppeld aan doelen en prioriteiten • Kennis nemen van jaarlijkse uitvoeringsplannen door gemeenteraad
5.2.2 Leesbaarheid Ten behoeve van de leesbaarheid de volgende aandachtspunten: • Neem in een IVP alleen informatie op die van belang is voor de gebruikers (gemeenteraad, ambtenaren, politie, bestuur, lokale veiligheidspartners) • Een bijlage mag niet meer pagina’s bevatten dan het IVP
5.2.3 Veiligheidsvelden Het gebruik van Kernbeleid Veiligheid en bijbehorende indeling naar veiligheidsvelden heeft een aantal aandachtspunten: • De kaderstellende rol (stellen van prioriteiten en doelen) van de gemeenteraad komt onvoldoende uit de verf • Het hanteren van KBV en de veiligheidsvelden leidt niet per definitie tot het stellen van heldere doelstellingen en prioriteiten • Veiligheidsthema’s veranderen continu (risico van stilstand methode KBV).
22
Bronnen Andersson Elffers Felix. (2005). Regie in de uitvoering, een kwestie van willen, kennen en kunnen. Quick scan knelpunten regierol gemeente bij integrale veiligheid. Utrecht: AEF. Bootsma, A., A. Oostdijk, A. van Assenbergh & M. van Noort. (2008). Rapportage evaluatie Project Veilige Gemeenten. Berenschot. Cachet, A. (2011). Heeft de gemeenteraad nog wat te vertellen? (over politie en veiligheid). Voordracht raadsledenconferentie politieregio Utrecht, Op: 20 april 2011. Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid. 2011. Raadsleden en Veiligheid. Utrecht: het CCV. Tops, P.W., M. van Duin, P. van Os & S. Zouridis. (2010). Sleuren of sturen, gemeenten en de regie van veiligheid en politie. Den Haag: VNG. Vereniging van Nederlandse Gemeenten. 2010. Kernbeleid Veiligheid, Handreiking voor Gemeenten. Den Haag: Excelsior. Eerste Kamer. 2012. Vaststelling van een nieuwe Politiewet, Nota van Wijziging nr. 11. [http://www.eerstekamer.nl/behandeling/20110623/nota_van_wijziging/f=/virsj5r48ycd.pdf, Op 27 juli 2012]. Overheid.nl. 2012. 32459 Wijziging van de Gemeentewet in verband met de versteviging van de regierol van de gemeente ten aanzien van het lokaal veiligheidsbeleid. [https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32459-2.html, Op: 26 juli 2012]. Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). 2012. Kernbeleid Veiligheid. [http://www.vng.nl/kernbeleidveiligheid, Op 26 juli 2012].
23
Bijlage 1: Veiligheidsthema’s Kernbeleid Veiligheid In Kernbeleid Veiligheid worden de volgende twintig thema’s onderscheiden: 1. Veilige woon- en leefomgeving: 1.1. Sociale kwaliteit (o.m. woonoverlast, overlast zwervers en verslaafden) 1.2. Fysieke kwaliteit (o.m. graffiti, vernieling, zwerfvuil) 1.3. Objectieve veiligheid/veelvoorkomende criminaliteit (o.m. woninginbraak, fietsendiefstal, geweldsdelicten) 1.4. Subjectieve veiligheid/veiligheidsgevoel 2. Bedrijvigheid en veiligheid: 2.1. Veilig winkelgebied 2.2. Veilige bedrijventerreinen 2.3. Veilig uitgaan 2.4. Veilige evenementen 2.5. Veilig toerisme 3. Jeugd en veiligheid: 3.1. Overlastgevende jeugd 3.2. Criminele jeugd/individuele probleemjongeren 3.3. Jeugd, alcohol en drugs 3.4. Veilig in en om school 4. Fysieke veiligheid: 4.1. Verkeersveiligheid 4.2. Brandveiligheid 4.3. Externe veiligheid 4.4. Voorbereiding op rampenbestrijding 5. Integriteit en veiligheid: 5.1. Polarisatie en radicalisering 5.2. Georganiseerde criminaliteit 5.3. Ambtelijke en bestuurlijke integriteit
24
Bijlage 2: Bijzonderheden per gemeente Giessenlanden • Meerjarig Integraal Veiligheidsplan in de maak (2012-2015) • Integraal Veiligheidsplan 2012 ter kennisgeving aangeboden aan gemeenteraad. Woudrichem • Kadernota Veiligheid opgesteld voor drie Altena gemeenten (Altena, Woudrichen en Werkendam) • Prioriteit ‘huiselijk geweld/kindermishandeling’ toegevoegd in plaats van ‘veilig uitgaan’ • Dorpsraden/inwoners worden op uitvoeringsniveau betrokken. Wijk bij Duurstede • Oriënterende voorbespreking van gemeenteraad met doelgroepen, zoals brandweer, scholen, winkeliers, jongerenwerkers en politie • Sluit aan bij prioriteiten van Regionale Veiligheidsstrategie Midden-Nederland • Geen concrete doelen of targets • Veiligheidsanalyse in de bijlage. Sliedrecht • In 2006 uitgebreid Integraal Veiligheidsplan opgesteld volgens Kernbeleid Veiligheid • Op dit moment wordt geen gebruik gemaakt van dit IVP ondanks voornemen tot beleidscyclus van vier jaar met jaarverslag- en planning • Gemeente beperkt zich tot jaarlijkse reactie op kaderbrief van politie ZHZ. Gorinchem • Meerjarig Integraal Veiligheidsplan in de maak (oktober 2012 ter vaststelling gemeenteraad) • Gemeenteraad heeft opdracht gegeven voor opstellen van vierjaarlijks programma veiligheid • Uitwerking op basis van de vijf thema’s van Kernbeleid Veiligheid. De Bilt • Gemeenteraad wordt in het geheel niet genoemd • In Integraal Veiligheidsplan wordt niet gerefereerd aan de Regionale Veiligheidsstrategie MiddenNederland, terwijl de gemeente wel participeert • Geen concrete doelen of targets. Stichtse Vecht • Veiligheidsanalyse in de bijlage • Op basis van uitkomsten veiligheidsanalyse voorbereidende werksessies van gemeenteraad ten behoeve van prioritering • Na vaststelling IVP prioriteiten SMART gemaakt in uitvoeringsprogramma • Op basis van jaarlijkse rapportages kan gemeenteraad doelen bijstellen • Sluit aan bij prioriteiten van Regionale Veiligheidsstrategie Midden-Nederland. Schiedam • In de bijlage is een totaaloverzicht van de prestatie-indicatoren opgenomen Hilversum • Prioriteit toegevoegd naar aanleiding van discussie in de gemeenteraad • Prioriteiten uitgewerkt in vijf stappen: 1. doel 2. wat doen we al? 3.wat gaan we extra doen? 4. indicatoren 5. specifieke actoren
25
•
Veel aanvullende informatie over bijvoorbeeld wettelijke bevoegdheden.
Zaanstad • Prioriteringssessie met college van B&W, managementteam en belangrijke externe veiligheidspartners • Deze sessie is gehouden o.g.v. uitkomsten veiligheidsanalyse (incl. uitkomsten enquête onder bewoners) • Gemeenteraad wordt in het geheel niet genoemd. Utrecht • Integraal veiligheidsplan niet te verkrijgen via gemeentelijke website • Sluit aan bij prioriteiten van Regionale Veiligheidsstrategie Midden-Nederland Den Haag • Uitkomsten veiligheidsanalyse niet opgenomen in separaat hoofdstuk, maar bij de beschrijving van betreffende prioriteiten en aanpakken • Geen gebruik gemaakt van Kernbeleid Veiligheid.
26
© 2012 OBMC Consulting B.V. Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van OBMC Consulting B.V. verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, offset, fotokopie of microfilm of in enige digitale, elektronische, optische of andere vorm of (en dit geldt zonodig in aanvulling op het auteursrecht) het reproduceren ten behoeve van een onderneming, organisatie of instelling of voor eigen oefening, studie of gebruik welk(e) niet strikt privé van aard is of voor het overnemen in enig dag-, nieuws- of weekblad of tijdschrift (al of niet in digitale vorm of online) of in een TV-uitzending. OBMC Consulting B.V. neemt geen enkele verantwoordelijkheid over de actualiteit, de juistheid, de volledigheid en/of de kwaliteit van de basisgegevens die aan deze rapportage ten grondslag hebben gelegen. Het is in principe niet mogelijk OBMC Consulting B.V. aansprakelijk te stellen voor materiële of morele schade die voortvloeit door het al dan niet gebruiken van de ter beschikking gestelde informatie, meer bepaald door het gebruiken van verkeerde of onvolledige informatie, voor zover niet kan worden bewezen dat de auteur ervan met kwaad opzet handelde of zich aan grove nalatigheid schuldig maakte.
OBMC Consulting B.V. Carolina van Nassaustraat 185 2595 SX ‘s-Gravenhage
T 070 30 00 119 F 070 38 72 935 E
[email protected] W www.obmc.nl
KvK 27270454 Staalbankiers, 77.73.56.929 BTW-nr. NL813625051B01
27