Projectplan en globaal exploitatieplan Contentstimulering Getting Integrated - Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo
Auteur(s)
:
Cornelis Kaai (CSG Jan Arentsz en PCC)
Versienummer
:
2.1 (24 april 2007)
© 2005 Kennisnet.nl
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
Managementsamenvatting Dit project is een samenwerkingsverband tussen vier scholen uit Alkmaar en omstreken en twee uitgeverijen. Dit project richt zich op het formuleren en bundelen van de vraag naar interactief webbased leerobjecten voor de algemeen vormende vakken (AVO-vakken) in de bovenbouw van het beroeps- en praktijkgerichte vmbo. De leerobjecten beslaan elke één of meer leerdoelen en moeten bruikbaar zijn binnen door de school ontwikkelde praktijkopdrachten. Het streven van de scholen is dat minmaal 25% van de leerstof van de AVO-vakken op deze manier geïntegreerd kan worden in de praktijkvakken. Het materaal moet gearrangeerd kunnen worden door docenten binnen de eigen digitale leeromgeving van de school. De integratie van AVO-vakken in de praktijkvakken is niet alleen een ontwikkeling die speelt op de deelnemende scholen, maar ook op een groot aantal andere scholen. Op dit moment is er nog maar beperkt materiaal voorhanden dat voorziet in deze behoefte. De verwachting is dan ook dat er voldoende markt is voor de ontwikkelen leermiddelen. Om de haalbaarheid van het project te vergroten is er voor gekozen het project te beperken tot twee vakken. Gekozen is voor de vakken Wiskunde en Engels. Ook bij de andere vakken is er echter behoefte aan dergelijk materiaal. Het materiaal moet toepasbaar zijn binnen de sectoren Techniek, Zorg en welzijn en Economie. Als onderdeel van het project zullen de eisen aan het nieuwe materiaal worden vastgesteld, een aantal voorbeelden ontwikkeld, en overeenkomsten opgesteld tussen de scholen en de uitgeverijen voor de ontwikkeling en exploitatie van het materiaal. Om het draagvlak te testen en te verbreden zal ook een groep van klankbordscholen gevormd worden. De uitgeverijen ontwikkelen de producten en waarborgen de continuïteit van de webbased digitale leerobjecten. Zij worden ook eigenaar van de webbased digitale leerobjecten. In overleg met de betrokken partijen zullen exploitatieplannen worden ontwikkeld. Uitgangspunt is dat de digitale leerobjecten als onderdeel van bestaande en/of te ontwikkelen methodes van de uitgeverijen kunnen worden afgenomen of dat de digitale leerobjecten los van de methode kunnen worden afgenomen. Wordt het materiaal aangeschaft als onderdeel van de bestaande methodes, dan wordt een complete leerlijn voor één of meer jaren gegarandeerd door de uitgeverijen. Tijdens de aanloop naar het project is door de deelnemende partijen vastgesteld dat het mogelijk moet zijn de voorgestelde digitale leermiddelen te ontwikkelen en te exploiteren op een zodanige wijze dat dit financieel haalbaar is voor zowel de scholen en de uitgeverijen. In de aanloop is ook een eerste berekening gemaakt van de verwachte opbrengsten en kosten over een periode van vijf jaar. Als onderdeel van het project zal dit verder uitgewerkt worden.
2 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
Inhoudsopgave 1 1.1
Documentgeschiedenis—4 Opsteller en eigenaar—4
1.2
Revisies—4
1.3
Goedkeuring—4
2
Projectinhoud—5
2.1
Doelstellingen—5
2.2
Draagvlak—5
2.3
Producten en activiteiten—6
2.4
Planning—13
2.5
Begroting—13
2.6
Betalingsschema Stimuleringsbijdrage—14
3
Organisatie—15
3.1
Projectorganisatie—15
3.2
Kwaliteitscontrole—17
3.3
Communicatie en kennisdeling—18
4
Risico’s—19
5
Globaal businessmodel / exploitatieplan—20
5.1
Webbased leermateriaal—20
5.2
Organisatie—20
5.3
Activiteiten—21
5.4
Financiële haalbaarheid—22
Bijlage 1: draagvlak (criterium A) Bijlage 2: expertise samenwerkingsverband (criterium C) Bijlage 3: gegevens en intentieverklaring samenwerkingspartners
3 / 27
4 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
1 Documentgeschiedenis 1.1
Opsteller en eigenaar Dit document is opgesteld door Cornelis Kaai, ICT-coördinator onderwijs op CSG Jan Arentsz en het PCC en projectleider van het project.
1.2
Revisies De onderstaande tabel beschrijft de geschiedenis van dit document. Versie
Datum
Omschrijving
1.0
10 november 2006
Versie ingediend bij Stichting Kennisnet ICT op School.
1.1
19 februari 2007
Ter bespreking tijdens eerste projectteambijeenkomst op 21 februari 2007. Aanpassing n.a.v. opmerkingen beoordelingscommissie en voorbesprekingen met scholen en uitgevers.
1.2
23 februari 2007
Concept definitief projectplan voor Stichting Kennisnet ICT op School. Aanpassingen n.a.v. projectteambijeenkomst op 21 februari 2007.
2.0
13 maart 2007
Definitief projectplan. Opmerkingen Stichting Kennisnet ICT op School verwerkt. Deelname aan Plugfests1.
2.1
24 april 2007
Aangepast definitief projectplan. Nog een paar kleine opmerkingen van Stichting Kennisnet ICT op School verwerkt, o.a. titel project en betalingsschema aangepast.
1.3
Goedkeuring Nieuwe versies van dit document vereisen goedkeuring van de opdrachtgever. Een nieuwe versie wordt aangeduid met een heel getal (voorbeeld 1.0).
1
Naam
Functie
Versie
Datum
Leen Spaans
Opdrachtgever CSGJA
1.0
10 november 2007
Jan van Baars
Opdrachtgever CSGJA
2.0
13 maart 2007
Jan van Baars
Opdrachtgever CSGJA
2.1
24 april 2007
Paraaf
Plugfests zijn bijeenkomsten georganiseerd door Kennisnet ICT op School voor leveranciers van digitale leeromgevingen en educatieve content om te testen of ontwikkelde digitale educatieve content gezocht, gevonden, gearrangeerd en gebruikt kan worden binnen verschillende digitale leeromgevingen.
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
2 Projectinhoud 2.1
Doelstellingen Dit project richt zich op het formuleren en bundelen van de vraag naar interactief webbased materiaal voor de algemeen vormende vakken (AVO-vakken) in de bovenbouw van het beroepsen praktijkgerichte vmbo. Het materiaal moet gearrangeerd kunnen worden door docenten in een digitale leeromgeving. Uitgangspunt is dat gebruik wordt gemaakt van methodemateriaal van educatieve uitgeverijen aangevuld met eigen materiaal en materiaal van derden. Een belangrijke inhoudelijke eis aan het materiaal is dat de AVO-vakken geïntegreerd kunnen worden in de praktijkvakken. Gestreefd wordt naar een integratie van 25%. Op dit moment is er nog weinig materiaal voorhanden dat voldoet aan deze eis. Om de haalbaarheid van het project te vergroten is er voor gekozen het project te beperken tot twee vakken, te weten: •
Wiskunde
•
Engels
Het materiaal moet toepasbaar zijn binnen de volgende sectoren:
•
Techniek;
•
Zorg en welzijn; en
•
Economie.
Als onderdeel van het project zullen de eisen aan het nieuwe materiaal worden vastgesteld, een aantal voorbeelden ontwikkeld en overeenkomsten opgesteld tussen de scholen en de uitgeverijen voor de ontwikkeling en exploitatie van het materiaal. 2.2
Draagvlak In Alkmaar komen binnen nu en twee jaar twee facilitaire centra voor het beroeps- en praktijkgerichte vmbo. In deze centra gaan verschillende scholen samen onderwijs bieden aan leerlingen in de bovenbouw van het vmbo. Het onderwijs in de onderbouw volgen de leerlingen op hun respectievelijke moederscholen. Er wordt intensief samengewerkt met het Horizon College (ROC) in Alkmaar en met bedrijven en organisaties uit de verschillende beroepen- en bedrijfssectoren in de regio. Hoe de gebouwen eruit gaan zien en hoe er onderwijs gegeven gaat worden is bepaald. Het is nu zaak te bepalen welke leermiddelen nodig zijn. De scholen hebben geconstateerd dat vooral op het gebied van de AVO-vakken nog weinig interactief webbased methodemateriaal op de markt beschikbaar is. En nog minder als gelet wordt op de mogelijkheid om de AVO-vakken te integreren in de praktijkvakken. Aan het project nemen vier scholen en twee educatieve uitgeverijen deel. Per uitgeverij wordt één methode in het project betrokken. In beide gevallen gaat het om het verder ontwikkelen van bestaande methodes die op een groot aantal scholen in het land gebruikt worden. De integratie van AVO-vakken in de praktijkvakken is niet alleen een ontwikkeling die speelt op de deelnemende scholen, maar ook op een groot aantal andere scholen. De verwachting is dan ook dat er voldoende markt is voor de te ontwikkelen leermiddelen. Om het draagvlak te testen en te verbreden zal ook een groep van klankbordscholen gevormd worden.
5 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
2.3
Producten en activiteiten 2.3.1
Lijst producten
De volgende resultaten worden in dit project gerealiseerd: •
Definitief projectplan
•
Overzicht te realiseren content, inclusief voorbeeldmateriaal voor de vakken Wiskunde en Engels
•
Aangepaste versie TeleTOP
•
Businessmodel / Exploitatieplan voor de vakken Wiskunde en Engels
•
Samenwerkingsovereenkomst voor de vakken Wiskunde en Engels
•
Evaluatierapport
2.3.2
Fasering
Binnen het project worden de volgende fasen onderscheiden:
•
Opstartfase – opstellen definitief projectplan en opzetten projectorganisatie;
•
Ontwerpfase – opstellen concept ontwerp en concept businessmodellen;
•
Ontwikkel en testfase – ontwikkelen en testen voorbeeld materiaal;
•
Afrondingsfase – opstellen definitief ontwerp en businessmodel, opstellen samenwerkingsovereenkomst en evaluatierapport.
2.3.3
Producten en activiteiten
Het project zorgt voor de realisatie van de onderstaande producten. De activiteiten om de producten te realiseren worden, tenzij anders vermeld, uitgevoerd door de voor het product verantwoordelijke partij.
Productnaam: Doel
Definitief projectplan In kaart brengen van de te realiseren producten en de processen die daartoe zullen plaatsvinden.
Inhoud
In het projectplan zijn de te realiseren producten, activiteiten, planning, organisatie, kwaliteit en de begroting opgenomen. Het plan vormt de basis voor een met Kennisnet ICT op School te sluiten overeenkomst voor het uitvoeren van het project.
Verantwoordelijke
CSG Jan Arentsz
Kwaliteitscriteria
•
Het projectplan voldoet aan de door Kennisnet ICT op School vastgestelde eisen voor een projectplan.
Activiteiten
•
Het projectplan is helder, eenduidig en volledig.
•
Het projectplan is door alle betrokken partijen geaccepteerd.
Opstartfase • •
Schrijven concept projectplan op basis van initieel projectplan. Bespreken concept projectplan met alle partijen en Kennisnet ICT op School.
•
Definitief maken projectplan.
6 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
Productnaam: Doel
Overzicht te realiseren content Wiskunde Helder definiëren welke content na afloop van het inventarisatieproces ontwikkeld gaat worden voor het vak Wiskunde.
Inhoud
In het overzicht wordt de te ontwikkelen content ten minste op het niveau van leeractiviteiten beschreven. Op basis van het overzicht kan een exploitatieplan worden opgesteld en een samenwerkingsovereenkomst worden gesloten.
Verantwoordelijke
CSG Jan Arentsz
Kwaliteitscriteria
•
Het functioneel ontwerp is helder, eenduidig en volledig.
•
Het functioneel ontwerp is geaccepteerd door de scholen en de uitgeverijen.
•
Het te ontwikkelen materiaal en het voorbeeldmateriaal voldoen minimaal aan de door EduStandaard2 afgesproken standaarden.
•
Het te ontwikkelen materiaal en het voorbeeldmateriaal kan gezocht en gevonden worden in Edurep3 en gearrangeerd en gebruikt in de digitale leeromgeving van de school.
Activiteiten
Ontwerpfase •
Samen met de andere scholen en de uitgeverijen bepalen voor welke leeractiviteiten leermateriaal ontwikkeld gaat worden.
•
Samen met de andere scholen en de uitgeverijen de vorm en inhoud van het te ontwikkelen leermateriaal vast stellen.
•
Samen met de andere scholen en de uitgeverijen bepalen welk voorbeeldmateriaal ontwikkeld zal worden.
•
Opstellen functioneel ontwerp voor het materiaal.
•
Opstellen ontwerpplan voor het voorbeeldmateriaal.
Ontwikkel en testfase •
Ontwikkelen voorbeeldmateriaal door de uitgeverijen.
•
Bepalen classificatiesysteem en vocabulaires voor metadatering op basis van het Contentzoekprofiel PO-VO-BVE4 door de uitgeverijen.
•
Formeren metadateringsteam (domeindeskundigen) door de uitgeverijen.
•
Metadateren van het voorbeeldmateriaal door de uitgeverijen.
•
Voorbeeldmateriaal beschikbaar maken via een eigen server of een server van de school.
•
Testen door de scholen of het voorbeeldmateriaal gezocht en gevonden kan worden in Edurep en gearrangeerd en gebruikt in de
2
EduStandaard is een vereniging ontstaan vanuit het programma Educatieve contentketen en opgezet ten behoeve van
3
Educatieve Repositories Netwerk van Kennisnet ICT op School. Een netwerk van databanken met informatie over digitale
afspraken over standaarden voor het Nederlandse onderwijs.
en niet-digitale leermiddelen. Leveranciers van educatieve content kunnen hierop aansluiten om hun informatie over hun leermiddelen te publiceren. Leveranciers van digitale leeromgevingen kunnen hierop aansluiten zodat vanuit hun systeem gezocht kan worden naar leermiddelen in Edurep. 4 Het Contentzoekprofiel PO-VO-BVE specificeert de benodigde 'metadata' om de vindbaarheid en uitwisselbaarheid te optimaliseren. De specificaties worden beheerd door EduStandaard.
7 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
digitale leeromgeving van de school. •
Ontwikkelen van praktijkopdrachten, gebruikmakend van het voorbeeldmateriaal van de uitgeverijen.
•
Testen van het voorbeeldmateriaal in de praktijk door de scholen.
•
Deelname aan Plugfests van Kennisnet ICT op School om te testen of materiaal ook in andere digitale leeromgevingen gebruikt kan worden door de uitgeverijen.
•
Evaluatie functioneel ontwerp en voorbeeldmateriaal door klankbordscholen.
•
Evalueren van het gebruik en het eventueel aanpassen van het functioneel ontwerp door de scholen en de uitgeverijen.
Afrondingsfase •
Productnaam: Doel
Definitief functioneel ontwerp opstellen.
Overzicht te realiseren content Engels Helder definiëren welke content na afloop van het inventarisatieproces ontwikkeld gaat worden voor het vak Engels.
Inhoud
In het overzicht wordt de te ontwikkelen content ten minste op het niveau van leeractiviteiten beschreven. Op basis van het overzicht kan een exploitatieplan worden opgesteld en een samenwerkingsovereenkomst worden gesloten.
Verantwoordelijke
CSG Jan Arentsz
Kwaliteitscriteria
•
Het functioneel ontwerp is helder, eenduidig en volledig.
•
Het functioneel ontwerp is geaccepteerd door de scholen en de uitgeverijen.
•
Het te ontwikkelen materiaal en het voorbeeldmateriaal voldoen minimaal aan de door EduStandaard afgesproken standaarden.
•
Het te ontwikkelen materiaal en het voorbeeldmateriaal kan gezocht en gevonden worden in Edurep en gearrangeerd en gebruikt in de digitale leeromgeving van de school.
Activiteiten
Ontwerpfase •
Samen met de andere scholen en de uitgeverijen bepalen voor welke leeractiviteiten leermateriaal ontwikkeld gaat worden.
•
Samen met de andere scholen en de uitgeverijen de vorm en inhoud van het te ontwikkelen leermateriaal vast stellen.
•
Samen met de andere scholen en de uitgeverijen bepalen welk voorbeeldmateriaal ontwikkeld zal worden.
•
Opstellen functioneel ontwerp voor het materiaal.
•
Opstellen ontwerpplan voor het voorbeeldmateriaal.
Ontwikkel en testfase •
Ontwikkelen voorbeeldmateriaal door de uitgeverijen.
•
Bepalen classificatiesysteem en vocabulaires voor metadatering op basis van het Contentzoekprofiel PO-VO-BVE door de uitgeverijen.
8 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
•
Formeren metadateringsteam (domeindeskundigen) door de uitgeverijen.
•
Metadateren van het voorbeeldmateriaal door de uitgeverijen.
•
Voorbeeldmateriaal beschikbaar maken via een eigen server of een server van de school.
•
Testen door de scholen of het voorbeeldmateriaal gezocht en gevonden kan worden in Edurep en gearrangeerd en gebruikt in de digitale leeromgeving van de school.
•
Ontwikkelen van praktijkopdrachten, gebruikmakend van het voorbeeldmateriaal van de uitgeverijen.
•
Testen van het voorbeeldmateriaal in de praktijk door de scholen.
•
Deelname aan Plugfests van Kennisnet ICT op School om te testen of materiaal ook in andere digitale leeromgevingen gebruikt kan worden door de uitgeverijen.
•
Evaluatie functioneel ontwerp en voorbeeldmateriaal door klankbordscholen.
•
Evalueren van het gebruik en het eventueel aanpassen van het functioneel ontwerp door de scholen en de uitgeverijen.
Afrondingsfase •
Productnaam: Doel
Definitief functioneel ontwerp opstellen.
Aangepaste versie TeleTOP Het verkrijgen van TeleTOP versie die geoptimaliseerd is voor het arrangeren en gebruiken van webbased leermateriaal dat voldoet aan de afgesproken standaarden.
Inhoud
Een TeleTOP versie met functionaliteit om webbased materiaal op basis van de afgesproken standaarden te arrangeren en te gebruiken, inclusief aangepaste handleidingen.
Verantwoordelijke
Teletop B.V.
Kwaliteitcriteria
•
De aanpassingen zijn conform de in overleg met de deelnemende uitgeverijen en scholen afgesproken specificaties.
•
De aanpassingen werken technisch correct.
•
De aangepaste functionaliteit wordt als gebruikersvriendelijk ervaren door docenten en leerlingen.
• Activiteiten
De aangepaste handleiding is volledig en leesbaar.
Ontwerpfase •
Overleg met de deelnemende uitgeverijen en scholen over de benodigde aanpassingen.
•
Functioneel en technisch ontwerp maken voor de benodigde aanpassingen.
Ontwikkelfase en testfase •
Programmeren (aanpassingen) functionaliteit om te arrangeren.
•
Programmeren (aanpassingen) of optimaal gebruik te kunnen
9 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
maken van het webbased leermateriaal, o.a. de mogelijkheid om de voortgang van de leerling en eventueel behaalde resultaten te kunnen registreren en volgen. •
Technisch en functioneel testen van de gemaakte aanpassingen.
•
Testen gebruikersvriendelijkheid.
•
Aanpassingen maken in het functioneel en technisch ontwerp naar aanleiding van de testen.
•
Aanpassingen programmeren in TeleTOP.
•
Aanpassen handleidingen aan de nieuwe functionaliteit.
Afrondingsfase •
Na afloop van het project wordt de opgedane ervaring geëvalueerd (onderdeel van het evaluatierapport).
Productnaam: Doel
Businessmodel / Exploitatieplan Wiskunde Inzicht bieden in financiële haalbaarheid van het ontwikkelen, onderhouden, beheren, distribueren, gebruiken enz. van de content.
Inhoud
De te ontwikkelen content, de beoogde doelgroep, de organisatie, de activiteiten en de financiële resultaten moeten minimaal in het exploitatieplan aan bod komen.
Verantwoordelijke
Wolters-Noordhoff
Kwaliteitscriteria
•
Het businessmodel / exploitatieplan is helder, eenduidig en volledig.
•
Het businessmodel / exploitatieplan bevat minimaal de door Kennisnet ICT op School vastgestelde onderdelen.
•
Het businessmodel / exploitatieplan is geaccepteerd door de scholen en de uitgeverijen.
Activiteiten
Ontwerpfase • •
Opstellen concept businessmodel / exploitatiemodel. Evaluatie concept businessmodel / exploitatiemodel door klankbordscholen.
•
Bespreken concept businessmodel / exploitatiemodel met scholen.
Afrondingsfase •
Productnaam: Doel
Definitief businessmodel / exploitatiemodel opstellen.
Businessmodel / Exploitatieplan Engels Inzicht bieden in financiële haalbaarheid van het ontwikkelen, onderhouden, beheren, distribueren, gebruiken enz. van de content.
Inhoud
De te ontwikkelen content, de beoogde doelgroep, de organisatie, de activiteiten en de financiële resultaten moeten minimaal in het exploitatieplan aan bod komen.
Verantwoordelijke
EPN
Kwaliteitscriteria
•
Het businessmodel / exploitatieplan is helder, eenduidig en
10 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
volledig. •
Het businessmodel / exploitatieplan bevat minimaal de door Kennisnet ICT op School vastgestelde onderdelen.
•
Het businessmodel / exploitatieplan is geaccepteerd door de scholen en de uitgeverijen.
Activiteiten
Ontwerpfase • •
Opstellen concept businessmodel / exploitatiemodel. Evaluatie concept businessmodel / exploitatiemodel door klankbordscholen.
•
Bespreken concept businessmodel / exploitatiemodel met scholen.
Afrondingsfase •
Productnaam: Doel
Definitief businessmodel / exploitatiemodel opstellen.
Samenwerkingsovereenkomst Wiskunde Het maken van afspraken over de exploitatie van de te ontwikkelen content.
Inhoud
De overeenkomst kent minimaal de volgende elementen: •
de duur van de samenwerking (minimaal 2 jaar);
•
de eigendomsverhouding betreffende de content;
•
verantwoordelijkheid voor de ontsluiting van de content en de wijze waarop;
•
verantwoordelijkheid voor het ter beschikking stellen aan derden en de wijze waarop (tegen betaling);
•
voorwaarden aan gebruik door derden (licentie);
•
welke promotieactiviteiten, door wie;
•
onderhoud en beheer van content, door wie, voor welke rekening, hoe lang;
•
evaluatiemomenten;
•
opzeggingsmogelijkheden.
Verantwoordelijke
Wolters-Noordhoff
Kwaliteitscriteria
•
De samenwerkingsovereenkomst is helder, eenduidig en volledig.
•
De samenwerkingsovereenkomst bevat minimaal de door Kennisnet ICT op School vastgestelde onderdelen.
•
De samenwerkingsovereenkomst is geaccepteerd door de scholen en de uitgeverijen.
Activiteiten
Afrondingsfase •
Opstellen concept samenwerkingsovereenkomst.
•
Bespreken samenwerkingsovereenkomst met de scholen.
•
Intern beoordelen samenwerkingsovereenkomsten door de scholen.
•
Beoordelen samenwerkingovereenkomst door juridische adviseur van de scholen
•
Opstellen samenwerkingsovereenkomst.
11 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
•
Ondertekening samenwerkingsovereenkomst door betrokken partijen.
Productnaam:
Samenwerkingsovereenkomst Engels
Doel
Het maken van afspraken over de exploitatie van de te ontwikkelen
Inhoud
De overeenkomst kent minimaal de volgende elementen:
content.
•
de duur van de samenwerking (minimaal 2 jaar);
•
de eigendomsverhouding betreffende de content;
•
verantwoordelijkheid voor de ontsluiting van de content en de wijze waarop;
•
verantwoordelijkheid voor het ter beschikking stellen aan derden en de wijze waarop (tegen betaling);
•
voorwaarden aan gebruik door derden (licentie);
•
welke promotieactiviteiten, door wie;
•
onderhoud en beheer van content, door wie, voor welke rekening, hoe lang;
•
evaluatiemomenten;
•
opzeggingsmogelijkheden.
Verantwoordelijke
EPN
Kwaliteitscriteria
•
De samenwerkingsovereenkomst is helder, eenduidig en volledig.
•
De samenwerkingsovereenkomst bevat minimaal de door Kennisnet ICT op School vastgestelde onderdelen.
•
De samenwerkingsovereenkomst is geaccepteerd door de scholen en de uitgeverijen.
Activiteiten
Afrondingsfase •
Opstellen concept samenwerkingsovereenkomst.
•
Bespreken samenwerkingsovereenkomst met de scholen.
•
Intern beoordelen samenwerkingsovereenkomsten door de scholen.
•
Beoordelen samenwerkingovereenkomst door juridische adviseur van de scholen
• •
Opstellen samenwerkingsovereenkomst. Ondertekening samenwerkingsovereenkomst door betrokken partijen.
Productnaam: Doel
Evaluatierapport Leren van dit project en de ervaring die is opgedaan deelbaar maken met andere onderwijsinstellingen.
Inhoud
Het evaluatierapport bevat een beschrijving van het proces dat is doorgemaakt en een evaluatie van de resultaten die zijn bereikt.
Verantwoordelijke
CSG Jan Arentsz
Kwaliteitscriteria
•
De inhoud van het evaluatierapport en de conclusies en aanbevelingen worden door alle partijen onderschreven.
12 / 27
13 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
•
Het rapport is volledig, leesbaar en met heldere en duidelijke conclusies.
Activiteiten
Afrondingsfase • •
Verzamelen input voor de evaluatie van de deelnemende partijen. Evaluatieworkshop met de deelnemende partijen, bepalen belangrijkste conclusies en aanbevelingen.
2.4
•
Opstellen concept evaluatierapport.
•
Bespreken evaluatierapport met de deelnemende partijen.
•
Definitief evaluatierapport opstellen.
Planning Activiteit / Fase
Opstart jan feb
Ontwerp mrt apr
mei
Ontwikkelen en testen jun jul aug sep
okt
Afronding nov dec
1 Definitief projectplan 2 Overzicht te realiseren content Wiskunde Opstellen concept functioneel ontwerp Opstellen ontwerpplan voorbeeldmateriaal Ontwikkelen voorbeeldmateriaal In de praktijk testen van het voorbeeldmateriaal Evaluatie door klankbordscholen Opstellen definitief functioneel ontwerp 3 Overzicht te realiseren content Engels Opstellen concept functioneel ontwerp Opstellen ontwerpplan voorbeeld materiaal Ontwikkelen voorbeeld materiaal In de praktijk testen van het voorbeeldmateriaal Evaluatie door klankbordscholen Opstellen definitief functioneel ontwerp 4 Aangepaste versie TeleTOP 5 Businessmodel / Exploitatieplan Wiskunde Opstellen concept bussinessmodel / exploitatieplan Evaluatie door klankbordscholen Opstellen definitief bussinessmodel / exploitatieplan 6 Businessmodel / Exploitatieplan Engels Opstellen conept bussinessmodel / exploitatieplan Evaluatie door klankbordscholen Opstellen definitief bussinessmodel / exploitatieplan 7 Samenwerkingsovereenkomst Wiskunde 8 Samenwerkingsovereenkomst Engels 9 Evaluatierapport
2.5
Begroting De totale projectkosten worden geraamd op € 100.000. De subsidieaanvraag is gelijk aan dit bedrag. De bijdrage die scholen, de uitgeverijen en de leverancier van de digitale leeromgeving leveren worden geheel gedekt door de subsidie. De school die optreedt als penvoerder krijgt ook de kosten vergoed voor het leveren van de projectleider. Voor de scholen wordt rekening gehouden met een tarief van € 400 per dag en voor de commerciële partijen van € 960 per dag. Dit inclusief BTW.
In het onderstaande overzicht is weergegeven waaruit de projectkosten bestaan (de bedragen zijn afgerond).
14 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
Activiteit
Kosten (€)
Formuleren vraag naar content door scholen (4 docenten AVOvakken, 6 docenten beroepsgerichte vakken, 8 dagen per docent, €400 per dag)
32.000
Aanpassen digitale leeromgeving door leverancier digitale leeromgeving (10 dagen, €960 per dag)
10.000
Ontwikkelen voorbeeldmateriaal door uitgeverijen (2 vakken, €15000) per vak)
30.000
Opstellen businessmodellen / exploitatieplannen door uitgeverijen (2 vakken, 2 dagen per vak, €960 per dag)
4.000
Opstellen samenwerkingsovereenkomsten door uitgeverijen (2 vakken, 2 dagen per vak, €960 per dag)
4.000
Begeleiding en training
10.000
Projectleiding door penvoerder (15 dagen, €400 per dag)
6.000
Overig
4.000
Totaal
2.6
100.000
Betalingsschema Stimuleringsbijdrage Termijn
Bij:
Planning
Bedrag (€)
1
Ondertekening contract en definitief
Februari 2007
20.000
Mei 2007
20.000
Oktober 2007
30.000
projectplan 2
Eerste versie overzicht te realiseren content (2x) en businessplan / exploitatieplan (2x)
3
Voorbeeldmateriaal en aangepaste versie TeleTOP
4
Definitief overzicht te realiseren content (2x), definitief businessplan / exploitatieplan (2x), samenwerkingsovereenkomst (2x) en evaluatierapport
December 2007 30.000
15 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
3 Organisatie 3.1
Projectorganisatie De projectorganisatie bestaat uit een stuurgroep, een projectgroep en een aantal werkgroepen. Stichting Kennisnet ICT op School levert als onderdeel van het programma Contentstimulering 2006 een financiële en inhoudelijke bijdrage aan het project. In het onderstaande diagram wordt de projectorganisatie weergegeven. Stichting Kennisnet ICT op School
Stuurgroep
Projectgroep
Facilitair Centrum Noord Jur Bremer
Facilitair Centrum Zuid Marleen Rolie
Kennisnet Marian Schelvis
EPN Frank Volmerink
Wolters-Noordhoff Rypke Procee
Teletop B.V. Tim Remmers / Pascal Scheurink
Werkgroep Wiskunde
3.1.1
Projectleider Cornelis Kaai
Werkgroep Engels
Werkgroep bedrijfsmodellen
Stuurgroep
De stuurgroep is eindverantwoordelijke voor het project en de projectresultaten en voor het beschikbaar stellen van de benodigde middelen. De stuurgroep bestaat uit vertegenwoordigers van de directies van de deelnemende scholen en uitgeverijen. De stuurgroep bestaat uit de volgende personen: •
Jan van Baars – voorzitter van de stuurgroep en plaatsvervangend algemeen directeur van de CSG Jan Arentsz. Hij vertegenwoordigd de CSG Jan Arentsz als penvoerder en het OSG Willem Blaeu en het Dalton College Alkmaar. Deze drie scholen nemen gezamenlijk deel in het Facilitair Centrum Noord (FCN).
•
Anke Harteveld – lid van de stuurgroep en voorzitter van de algemene directie van het Petrus Canisius College. Zij vertegenwoordigd het Facilitair Centrum Zuid. Hierin neemt alleen het Petrus Canisius College deel.
•
Hilde van der Togt – lid van de stuurgroep en uitgeefmanager bij EPN. Zij vertegenwoordigd de twee deelnemende uitgeverijen in de stuurgroep.
3.1.2
Stichting Kennisnet ICT op School
Stichting Kennisnet ICT op School levert vanuit het programma Contentstimulering 2006 een financiële bijdrage aan het project. De uitbetaling van de financiële bijdrage is gekoppeld aan de oplevering van de in het projectplan genoemde producten. Stichting Kennisnet ICT op School beoordeelt vooraf aan de uitbetaling of de producten voldoen aan de in het projectplan gestelde kwaliteitscriteria.
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
16 / 27
Naast een financiële bijdrage levert Stichting Kennisnet ICT op School ook een inhoudelijke bijdrage. Er worden een aantal bijeenkomsten georganiseerd voor partijen die deelnemen aan het programma Implementatie Educatieve Contentketen en elke project krijgt een begeleider toegewezen. De begeleider is beschikbaar voor advies over inhoud en proces. 3.1.3
Projectgroep
De projectgroep is verantwoordelijk voor de coördinatie van de projectactiviteiten en voor het opleveren van de projectresultaten binnen de geplande tijd en het budget. De projectgroep bestaat uit contactpersonen van de deelnemende partijen, een adviseur en trainer, een begeleider van Stichting Kennisnet ICT op School en de projectleider. De projectleider rapporteert aan de stuurgroep. De samenstelling van de projectgroep is in de onderstaande tabel weegegeven: Naam
Rol in project
Taken
Frank Volmerink
Contactpersoon Wolters-
Coördinatie productontwikkeling door
Noordhoff
Wolters-Noordhoff
Rypke Procee
Contactpersoon EPN
Coördinatie productontwikkeling door EPN
Jur Bremer
Contactpersoon Facilitair
Communicatie met Facilitair Centrum
Centrum Noord
Noord, aansturing docenten en activiteiten Facilitair Centrum Noord
Marleen Rolie
Contactpersoon Facilitair
Communicatie met het Facilitair
Centrum Zuid
Centrum Zuid, aansturing docenten en activiteiten Facilitair Centrum Zuid
Marian Schelvis
Projectbegeleider
Aanspreekpunt voor kennisdeling met
Stichting Kennisnet ICT
Stichting Kennisnet ICT op School en
op School
andere ECK projecten, beschikbaar voor advies over inhoud en proces
Pascal Scheurink Tim Remmers Cornelis Kaai
Contactpersoon Teletop
Coördinator productontwikkeling door
B.V.
Teletop B.V.
Onderwijskundig
Onderwijskundige advisering en
adviseur
begeleiding
Projectleider
Algehele projectleiding, coördinatie activiteiten voor en door docenten in het kader van het project
3.1.4
Werkgroepen
De werkgroepen zijn verantwoordelijk voor de uitvoer van de projectactiviteiten. Er zullen drie werkgroepen worden geformeerd: •
Werkgroep Wiskunde – de werkgroep is verantwoordelijk voor het opstellen van het functioneel ontwerp voor Wiskunde (inclusief het ontwikkelen en testen van voorbeeldmateriaal) en bestaat uit de onderwijskundig adviseur, de uitgever Wiskunde van Wolters-Noordhoff en één of meer vakdocenten Engels en één of meer vakdocenten uit elk van de sectoren Economie, Zorg en Welzijn en Techniek.
•
Werkgroep Engels - de werkgroep is verantwoordelijk voor het opstellen van het functioneel ontwerp voor Engels (inclusief het ontwikkelen en testen van voorbeeldmateriaal) en bestaat uit de onderwijskundig adviseur, de uitgever Engels van EPN en één of meer vakdocenten Engels en één of meer vakdocenten uit elk van de sectoren Economie, Zorg en Welzijn en Techniek.
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
•
Werkgroep bedrijfsmodellen – de werkgroep is verantwoordelijk voor het opstellen van de businessmodellen, de exploitatieplannen en de samenwerkingsovereenkomsten. De werkgroep bestaat uit leden van de stuurgroep en één of meer financiële en juridische experts van de school.
De samenstelling van de werkgroepen staat niet vast. Personen kunnen ook in meer dan één werkgroep deelnemen. Afhankelijk van de benodigde expertise of inbreng kan de werkgroep (tijdelijk) worden aangevuld. Binnen elke werkgroep wordt een coördinator aangesteld die als contactpersoon voor de projectleider functioneert. 3.1.5
Projectrapportage
De werkgroepen komen bijeen zovaak als nodig. Er vindt minimaal één keer per twee maanden overleg plaats tussen de coördinator van de werkgroep en de projectleider. De projectgroep komt minimaal een keer per projectfase bijeen om de voortgang en de verder planning van het project te bespreken. Van deze bijeenkomst wordt een schriftelijk verslag gemaakt. De projectleider rapporteert aan het eind van elke projectfase schriftelijk aan de stuurgroep. Bij afwijking van planning en budget wordt overlegd en beslist te stuurgroep. 3.1.6
Projectmethodiek
Voor het leiden van het project wordt gebruik gemaakt van de Prince2 methodiek. 3.2
Kwaliteitscontrole 3.2.1
Kwaliteitsmethodes
Binnen het project worden verschillende methodes toegepast om de kwaliteit te waarborgen en te beoordelen van opgeleverde producten. Welke methodes worden toegepast is afhankelijk van het soort product. Voor functionele en technische specificaties geldt dat deze eerst in concept aan de betrokken partijen zullen worden voorgelegd voor commentaar en advies. Op basis van het commentaar en advies worden definitieve specificaties opgesteld. Voor de eindproducten van het project, het functioneel ontwerp voor het materiaal en het businessmodel / exploitatieplan geldt dat deze niet alleen intern binnen de scholen en uitgeverijen getoetst worden op wenselijkheid, toepasbaarheid en haalbaarheid, maar ook extern. Het extern testen zal o.a. gebeuren door het concepten van de eindproducten voor te leggen aan andere scholen. Ook zal binnen het project voorbeeld materiaal gemaakt worden wat door de deelnemende scholen en andere scholen getest kan worden in de praktijk. Voor handleidingen en trainingsmateriaal geldt dat deze in praktijk getest worden. Op basis van de reacties van gebruikers wordt het materiaal aangepast. Voor rapporten geldt dat de inhoud en conclusies eerst met alle betrokken partijen wordt besproken. Op basis van de besprekingen wordt een concept rapport opgesteld. Het concept wordt voor commentaar en advies voorgelegd aan de betrokken partijen. Op basis van het commentaar en advies wordt een definitieve versie opgesteld.
17 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
Voor hardware en software geldt dat voordat deze wordt opgeleverd aan de afnemer een technische en functionele test plaatsvindt door de leverancier. Na oplevering door de leverancier vindt een acceptatietest plaats door de afnemer. Door de afnemer geconstateerde gebreken en/of afwijkingen van de specificaties worden gerapporteerd aan de leverancier. Deze neemt vervolgens de noodzakelijke acties om de gebreken op te lossen en/of te zorgen dat de hardware en software alsnog voldoet aan de afgesproken specificaties. 3.2.2
Kwaliteitsverantwoordelijke
De productverantwoordelijke is verantwoordelijk voor het opleveren van het product conform de afgesproken kwaliteitscriteria. De projectleider is verantwoordelijk voor de acceptatie van het product. Eventuele geschillen zullen worden voorgelegd aan de stuurgroep. Stichting Kennisnet ICT op School beoordeelt of de opgeleverde producten conform het projectplan zijn en voldoen aan de in het projectplan omschreven kwaliteitscriteria. 3.3
Communicatie en kennisdeling 3.3.1
Demonstraties en workshops voor eigen collega’s
Op de deelnemende scholen zullen demonstraties en workshops verzorgd worden voor collega docenten. 3.3.2
Demonstraties en workshops voor collega’s van andere scholen
Deelnemende docenten van de beide scholen zullen samen met de uitgeverijen demonstraties en workshops verzorgen voor collega’s van andere scholen. Demonstraties en workshops zullen verzorgd worden op gebruikersdagen en landelijke conferenties. 3.3.3
Deelname aan activiteiten programma Educatieve contentketen.
De deelnemende partijen nemen actief deel aan de door Stichting Kennisnet ICT op School georganiseerde activiteiten in het kader van het programma Educatieve contentketen. Een belangrijke activiteit in deze is het vaststellen en het ontwikkelen van standaarden voor webbased leermateriaal. 3.3.4
Artikelen in vakbladen
De deelnemende partijen zullen ook enkele artikelen in vakbladen publiceren. 3.3.5
Deelname EduExchange
De deelnemende partijen zullen een bijdrage leveren aan EduExchange 2007. 3.3.6
Projectwebsite
Voor het project zal een website ingericht en onderhouden worden door de deelnemende partijen.
18 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
4 Risico’s Nummer
Omschrijving risico
Maatregelen
1
Ontwikkelen voorbeeldmateriaal loopt
Prioriteiten stellen in het te ontwikkelen
vertraging op.
materiaal, extra expertise inhuren.
Aanpassingen in TeleTOP lopen
Prioriteiten stellen in de te de
vertraging op.
ontwikkelen en/of aan te passen
Materiaal werkt alleen in TeleTOP.
Materiaal ook testen in andere digitale
2
functionaliteit, extra expertise inhuren. 3
leeromgevingen tijdens bijeenkomsten die speciaal voor dit doel georganiseerd worden door Stichting Kennisnet ICT op School. Dit zijn de zogenaamde Plugfests. 4
Ontbreken kennis en vaardigheden
Extra trainingen organiseren.
docenten in het ontwerpen van arrangeerbaar webbased leermiddelen en het gebruik ervan. 5
Scholen blijken verschillende wensen en
Vroegtijdig signaleren en keuzes maken.
eisen te hebben ten aanzien van het
Uitgeverijen kunnen kijken hoe de
materiaal.
verschillende wensen en eisen in de markt liggen. Dit kan helpen bij het maken van keuzes. Fasering in project aanbrengen.
6
Uitgeverijen en scholen blijken
Vroegtijdig signaleren en keuzes maken.
verschillende wensen te hebben ten
Fasering in project aanbrengen. Voor het
aanzien van het te ontwikkelen
project is een intentieverklaring
materiaal.
getekend. Er bestaat de mogelijkheid voor de uitgeverijen om uit te stappen en voor de scholen om te kiezen voor een andere ontwikkelaar.
19 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
5 Globaal businessmodel / exploitatieplan 5.1
Webbased leermateriaal 5.1.1
Content en doelgroep
Het gaat om interactief webbased materiaal voor de AVO-vakken in de bovenbouw van het beroeps- en praktijkgerichte vmbo. Het materiaal moet toepasbaar zijn in de sectoren Techniek, Zorg en welzijn en Economie. Om de haalbaarheid van het project te vergroten is er binnen het project voor gekozen het aantal vakken te beperken tot twee. Vooralsnog is gekozen voor Wiskunde en Engels. Ook bij de andere vakken is er echter behoefte aan dergelijk materiaal. Er is vooral behoefte leereenheden die één of meer leerdoelen beslaan en gebruikt kunnen worden in door de sectoren te ontwikkelen praktijkopdrachten. Het streefdoel is dat 25% van de leerstof van de AVO-vakken op deze manier geïntegreerd kan worden binnen de praktijkvakken. leerlingen zelfstandig, individueel of samen aan de opdracht kunnen werken. Het materiaal wordt onderdeel van bestaande methodes van de deelnemende uitgeverijen, maar kan los van de methodes worden aangeschaft door de scholen. Wordt het materiaal aangeschaft als onderdeel van de bestaande methodes, dan wordt een complete leerlijn voor één of meer jaren gegarandeerd door de uitgeverijen. Het materiaal voldoet aan nationale en internationale standaarden op het gebied van webbased educatieve materiaal en kan gebruikt worden binnen de eigen digitale leeromgeving van een school. Het materiaal kan worden gebruikt vanaf een internet server van de uitgeverijen of vanaf een internet server van de school. 5.1.2
Toegevoegde waarde en marktpotentie
De integratie van AVO-vakken in de praktijkvakken is niet alleen een ontwikkeling die speelt op de deelnemende scholen, maar ook op een groot aantal andere scholen. Op dit moment is er nog maar beperkt materiaal voorhanden dat voorziet in deze behoefte. De verwachting is dan ook dat er voldoende markt is voor de te ontwikkelen leermiddelen. Het materiaal kan worden aangeschaft als onderdeel van een methode. Hierdoor kan door een doorlopende leerlijn gegarandeerd worden. Het is ook mogelijk het materiaal los aan te schaffen. Het is dan aan de afnemer om zorg te dragen voor een complete leerlijn voor één of meer leerjaren. Andere belangrijke toegevoegde waarden zijn dat het voorziet in aantrekkelijk webbased leermiddelen die goed arrangeerbaar zijn binnen de eigen digitale leeromgeving van de school. Op deze manier kunnen scholen methodes op maat maken. Ook kunnen zij beter onderwijs op maat aanbieden aan groepen en/of individuele leerlingen. 5.2
Organisatie 5.2.1
Doelstelling van de exploitatie-organisatie
De doelstelling van de exploitatie-organisatie is webbased leermiddelen te ontwikkelen en te exploiteren voor de bovenbouw van de beroeps- en praktijkgerichte vmbo voor de vakken Wiskunde en Engels die door scholen, docenten en ook leerlingen gearrangeerd en gebruikt kunnen worden binnen een digitale leeromgeving naar keuze.
20 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
5.2.2
Benodigde deskundigheid
Deskundigheid is nodig op het gebied van vakinhoud en didactiek; het zoeken/vinden, arrangeren en gebruiken van webbased leermiddelen; het ontwerpen, ontwikkelen, verkopen en exploiteren van (digitale) leermiddelen; het ontwerpen van (digitaal) arrangeerbare leermiddelen (leerobjecten); digitale leeromgevingen; het gebruik van standaarden voor het ontwikkelen, zoeken/vinden, arrangeren en gebruiken van webbased leermiddelen. 5.2.3
Samenstelling en taakverdeling
De scholen ontwikkelen de praktijkgerichte opdrachten binnen de sectoren. De scholen leveren de deskundigheid op het gebied van vakinhoud en didactiek en op het gebied van zoeken/vinden, arrangeren en gebruiken van webbased leermiddelen. De scholen laten zich op onderdelen extern ondersteunen. De uitgeverijen ontwikkelen digitale webbased leerobjecten voor de AVO-vakken die binnen de praktijkgerichte opdrachten gebruikt kunnen worden. De digitale webbased leerobjecten beslaan één of meer leerdoelen. De uitgeverijen leveren (mede) deskundigheid op het gebied van vakinhoud en didactiek; deskundigheid op het ontwerpen, ontwikkelen, verkopen en exploiteren van (digitale) leermiddelen; het ontwerpen van (digitaal) arrangeerbare leermiddelen (objecten); en het gebruik van standaarden voor het ontwikkelen, zoeken/vinden, arrangeren en gebruiken van webbased leermiddelen. De digitale leermiddelen gaan gebruikt worden binnen de digitale leeromgeving die op dit moment gebruikt worden binnen de deelnemende scholen. De leverancier van deze digitale leeromgeving levert de deskundigheid op het gebied van digitale leeromgevingen en het gebruik van standaarden voor het ontwikkelen, zoeken/vinden, arrangeren en gebruiken van webbased leermiddelen. 5.2.4
Opzet van het businessmodel
De scholen ontwikkelen de praktijkgerichte opdrachten en zijn eigenaar van de opdrachten. De uitgeverijen ontwikkelen de digitale webbased leerobjecten voor de AVO-vakken en zijn eigenaar van de leerobjecten. De leerobjecten zijn onderdeel van de methodes van de deelnemende uitgeverijen. De leerobjecten kunnen vervangend en aanvullend zijn voor delen van de methodes. Dit naar eigen inzicht van de uitgeverijen. De scholen kunnen de leerobjecten als onderdeel van de methode of los afnemen. De uitgeverijen bepalen de prijsstelling van de leerobjecten en de minimaal af te nemen hoeveelheid. Vooralsnog wordt uitgegaan van een situatie waarbij de hoeveelheid digitale leermiddelen die wordt afgenomen dekkend is voor 25% van de leerstof in een bepaald leerjaar. De uiteindelijke prijs die scholen betalen en de minimale hoeveelheid af te nemen hoeveelheid wordt bepaald op basis van vrije marktwerking en onderhandelingen. 5.3
Activiteiten 5.3.1
Ontwikkelen
Het ontwikkelen omvat de volgende activiteiten: •
vraag verhelderen vanuit scholen/docenten;
•
in samenspraak met hen arrangeerbare eenheden vaststellen;
•
inhoudelijke en didactische wensen en eisen vertalen naar functioneel ontwerp en technisch ontwerp;
•
tekst, beeld, animaties, interactieve opdrachten laten ontwikkelen cq aankopen;
•
softwarehuizen aansturen bij samenstelling digitale content;
21 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
•
afstemming met functies digitale leeromgeving tav content plegen;
•
inhoudelijke tests laten uitvoeren;
•
functionele tests laten uitvoeren;
•
technische tests laten uitvoeren;
•
performancetests laten uitvoeren; en
•
content opslaan in overeenstemming met eisen digitale leeromgeving.
5.3.2
Onderhoud
Het onderhoud omvat de volgende activiteiten: •
updaten en actualiseren content; en
•
afspraken over frequentie updates (maandelijks?)
5.3.3
Beheer
Het beheer omvat de volgende activiteiten: •
capaciteit beschikbaar hebben en houden; en
•
dienstenovereenkomst afspreken.
5.3.4
Promotie en distributie
Promotie en distributie activiteiten zullen als volgt plaatsvinden: •
in reguliere merk- en methodecampagnes;
•
via demonstraties van adviseurs;
•
als onderdeel van campagnes die specifiek gericht zijn op de ICT die de uitgeverijen leveren als onderdeel van of in aanvulling op hun methodes;
•
via persoonlijke voorlichting, schriftelijke campagnes en on-line campagnes; en
•
distributie kan rechtstreeks via de uitgeverij plaatsvinden of via de tussenhandel.
5.3.5
Betaling
De betaling zal als volgt geregeld worden: •
licenties zijn per leerling per jaar per verzameling (digitale) leermiddelen. De betaling vind rechtstreeks aan de uitgeverij plaats of aan de tussenhandelaar.
5.4
Financiële haalbaarheid Tijdens de aanloop naar het project is door de deelnemende partijen vastgesteld dat het mogelijk moet zijn de voorgestelde digitale leermiddelen te ontwikkelen en te exploiteren op een zodanige wijze dat dit financieel haalbaar is voor zowel de scholen als de uitgeverijen. In de aanloop is ook een eerste berekening gemaakt van de verwachte opbrengsten en kosten over een periode van vijf jaar. Als onderdeel van het project zal dit verder uitgewerkt worden.
22 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
Bijlage 1: draagvlak (criterium A) Alle secties Wiskunde en de beroepsgerichte sectoren op de onderstaande scholen hebben aangegeven mee te willen doen aan het project: •
Petrus Canisius College
•
CSG Jan Arentsz
•
Stedelijk Dalton College
•
OSG Willem Blaeu
Alle secties Engels en de beroepsgerichte sectoren op de onderstaande scholen hebben aangegeven mee te willen doen aan het project: •
Petrus Canisius College
•
CSG Jan Arentsz
•
Stedelijk Dalton College
•
OSG Willem Blaeu
23 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
Bijlage 2: expertise samenwerkingsverband (criterium C) Het samenwerkingsverband bestaat uit een viertal scholen. Alle scholen hebben ervaring met een digitale leeromgeving en met het gebruik van digitaal materiaal in en buiten de les. Alle scholen hebben een ontwikkeling in gang gezet waarbij de leerlingen meer zelfstandig en actief leren. De leverancier van de digitale leeromgeving is een gevestigde partij in Nederland met veel ervaring in het voortgezet onderwijs. Ook de betrokken educatieve uitgeverijen hebben vele jaren ervaring met de ontwikkeling van methodes voor het voortgezet onderwijs. De scholen laten zich bijstaan door een onderwijskundig adviesbureau met veel ervaring op het gebied van onderwijsinnovatie met behulp van ICT en met het ontwerpen van leermiddelen.
24 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
Bijlage 3: gegevens en intentieverklaring samenwerkingspartners Door ondertekening van dit formulier verklaren de samenwerkingspartners, inclusief de contentontwikkelaar, de daadwerkelijke intentie te hebben een samenwerkingsovereenkomst af te sluiten die als resultaat zal hebben dat er content wordt ontwikkeld; zie voor de verdere inhoud van deze overeenkomst paragraaf 1.3.2 van dit document.
1a NAW-gegevens De aanvrager (penvoerder).
Naam onderwijsinstelling:
CSG Jan Arentsz
Onderwijssector
VO
Contactpersoon:
De heer Cornelis Kaai
Functie:
ICT-coördinator onderwijs
E-mailadres:
[email protected]
Bezoekadres:
Mandenmakerstraat 11
Postcode:
1825 BB
Plaats:
Alkmaar
Postadres:
Mandenmakerstraat 11
Postcode:
1825 BB
Plaats:
Alkmaar
Telefoon:
072-5187676
Mobiel:
06-54630584
Ondertekeningsbevoegde: De heer Jan van Baars Functie: Plaatsvervangend algemeen directeur Plaats: Alkmaar
Datum:
Handtekening:
1b NAW-gegevens
1
Overige aanvragers.
Naam onderwijsinstelling: PCC Plaats: Alkmaar
Vermeld contentontwikkelaar
Contactpersoon: Mevrouw Marleen Rolie
onder 1c. E-mailadres:
[email protected] Functie: Vestigingsdirecteur PCC Vondelstraat Senior College Handtekening:
2
Naam onderwijsinstelling: Stedelijk Dalton College Alkmaar Plaats: Alkmaar
25 / 27
26 / 27
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
Contactpersoon: De heer Jur Bremer E-mailadres:
[email protected] Functie: Plaatsvervangend rector Handtekening:
3
Naam onderwijsinstelling: OSG Willem Blaeu Plaats: Alkmaar Contactpersoon: Mevrouw Marjan Pot Functie: Rector E-mailadres:
[email protected] Handtekening:
4
Naam instelling: Teletop B.V. Plaats: Enschede Contactpersoon: De heer Pascal Scheurink E-mailadres:
[email protected] Functie: Technisch directeur Handtekening:
1c NAW-gegevens
Naam organisatie: EPN
Samenwerkingspartner die als contentontwikkelaar zal participeren.
Naam organisatie: EPN
Contactpersoon : De heer Frank Volmerink Functie: Uitgever E-mail adres:
[email protected] Bezoekadres: Het Spoor 8-14 Postcode: 3994 AK Plaats: Houten Postadres: Postbus 666 Postcode: 3990 DR Plaats: Houten Telefoon: 030-6383000 Mobiel: Ondertekeningsbevoegde: Mevrouw Hilde van der Togt Naam organisatie: EPN
Webbased materiaal voor de AVO-vakken in het vmbo ● versie 2.1 ● 24 april 2007
Handtekening:
Naam organisatie: Wolters-Noordhoff Contactpersoon : De heer Rypke Procee Functie: Uitgever E-mail adres:
[email protected] Bezoekadres: Damsport 157 Postcode: 9728 PS Plaats: Groningen Postadres: Postbus 58 Postcode: 9700 MB Plaats: Groningen Telefoon: 050-5226199 Mobiel: Ondertekeningsbevoegde: Mevrouw Marchien van Doorn Handtekening:
27 / 27