Rapportage
project “Access to learn” Uitvoering activiteiten Content Scan
Versie:
04
Datum:
03-12-05
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ........................................................................................................................... 2 1. Inleiding ............................................................................................................................. 3 2. Content Scan ...................................................................................................................... 4 2.1 Doelstelling ................................................................................................................ 4 2.2 Randvoorwaarden....................................................................................................... 4 2.3 Definities / Kernbegrippen ......................................................................................... 4 2.4 Rol partners ................................................................................................................ 5 2.4.1 Stichting Beheer Collectieve Middelen (SBCM) ................................................ 5 2.4.2 Cedris ................................................................................................................. 5 2.4.3 Vocational Research Institute (VRI) .................................................................. 5 2.4.4 Centrum Voor Product Ontwikkeling (CVPO)................................................... 5 2.5 Werkwijze .................................................................................................................. 6 3. Resultaten ........................................................................................................................... 8 3.1 Quickscan “Toepassing ICT / Multimedia binnen SW- bedrijven”........................... 8 3.2 Deskresearch / documenten onderzoek ...................................................................... 9 3.2.1 Bruikbare projecten: .......................................................................................... 9 3.2.1. Juridische aspecten: ......................................................................................... 15 3.2.3 Samenwerking Cedris en SBCM....................................................................... 16 3.2.4 Technische structuur ......................................................................................... 18 3.3 Uitvoeren van een Quickscan “Inventarisatie scholingswensen SW” ..................... 19 4. Conclusies en aanbevelingen ........................................................................................... 21 4.1 Conclusies ................................................................................................................ 21 4.2 Aanbevelingen.......................................................................................................... 23
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
2/24
1.
Inleiding
Voor u ligt een overzichtsrapportage omtrent de activiteiten die hebben plaatsgevonden in het kader van de Content Scan in het project ‘Access to Learn’ (A2L) uitgevoerd in opdracht van Stichting Beheer Collectieve Middelen (SBCM). De Content Scan maakt onderdeel (fase 1) uit van het project waarvoor door Interconnect een voorstel is gedaan. Dit voorstel omvat de ontwikkeling van een elektronische leermiddelenbank ten behoeve van de verschillende doelgroepen binnen de Sociale Werkvoorziening (SW) in Nederland. Dit voorstel is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met Cedris, SBCM (opdrachtgever) en expertise partners. De in het project opgenomen aanbevelingen en conclusies zijn volledig afgestemd met en geaccordeerd door opdrachtgever SBCM en projectpartner Cedris. Vanuit Interconnect bestaat een ruime ervaring met betrekking tot de ontwikkeling en realisatie van innovatieve projecten, waarbij scholing en ontwikkeling van de doelgroep centraal staat. In de afgelopen twee jaar was Interconnect betrokken bij circa 80 % van de SGCS projecten ter ondersteuning van de ontwikkeling en realisatie. De ontwikkeling van een elektronische leermiddelenbank vormt een volgende stap voor de structurele ontwikkeling van SW bedrijven, waarin de SW doelgroep een reële kans krijgt zich verder te ontplooien. De naam ‘Access to Learn’ is gebaseerd op de veronderstelling dat het project een belangrijke bijdrage zal gaan leveren aan de toegankelijkheid van het leermiddelen voor de SW doelgroep. Het zou immers zonde zijn wanneer waardevolle producten, die in de loop ter tijd zijn ontwikkeld, in de praktijk niet worden toegepast en gebruikt, c.q. niet voldoende toegankelijk en ontsloten zijn voor de doelgroep. Heeg, september 2005 Interconnect Ing. R.P.M. Adrichem Drs. M.J.J. Gerts Drs. F.J.A. Simons
Met dank aan: A. van Dijk, SBCM en Ph. Huizer, Cedris.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
3/24
2.
Content Scan
2.1
Doelstelling
De centrale doelstelling van de Content Scan luidt als volgt: Het verkrijgen van inzicht in de beschikbare leermiddelen en -materialen ten behoeve van de scholing en ontwikkeling van de SW-doelgroep.
2.2
Randvoorwaarden
Bij het realiseren van de doelstelling zijn de volgende randvoorwaarden gehanteerd: • • • •
• • •
2.3
Scan beperkt zich tot de beoordeling van de in het kader van SGCS ontwikkelde leermiddelen. SBCM en Cedris zijn volledig bereid inzage en medewerking te verschaffen m.b.t. de ontwikkelde producten en instrumenten. Interconnect heeft toestemming van de partners om ten behoeve van de beoordeling/scan een kopie te maken van de beschikbare materialen. Interconnect verklaart geen inbreuk te maken op de bestaande c.q. vastgelegde rechten van de materialen. De activiteiten beperken zich tot het beoordelen en rapporteren van de validiteit
en kwaliteit van de ontwikkelde materialen. De stuurgroep is verantwoordelijk voor disseminatie van de resultaten en de inrichting van de vervolg stappen. De onderzoeksfase beperkt zicht tot de scan van de ontwikkelde materialen. Hierbij zal geen inbreuk worden gemaakt op auteurs- of intellectueel eigendomsrecht. Ten behoeve van het project worden de in de afgelopen jaren gebruikte afstandsverklaringen aan een jurist voorgelegd ter beoordeling van de beperkingen en mogelijkheden.
Definities / Kernbegrippen
Bij het realiseren van de doelstelling zijn de volgende definities / kernbegrippen gehanteerd: • • •
SGCS: Scholingsgelden Collectieve Sector. Auteursrecht: rechtmatig eigenaar. Afstandsverklaring: de door Cedris (Nosw) en SBCM gehanteerde verklaringen voor het gebruiksrecht van het lesmateriaal.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
4/24
2.4
Rol partners
In het project hebben, ter realisatie van de projectdoelstelling, naast Interconnect de volgende partners deelgenomen: 2.4.1 Stichting Beheer Collectieve Middelen (SBCM) Stichting Beheer Collectieve Middelen (SBCM) heeft een belangrijke rol gespeeld met betrekking tot de kennis van en ervaring met de ontwikkelde producten in SGCS vanaf 2000. SBCM participeerde in de stuurgroep. SBCM is tevens voor het project de opdrachtgever en heeft middels de financiële bijdrage het project mogelijk gemaakt. 2.4.2 Cedris Cedris, voorheen NOSW, heeft een belangrijke rol gespeeld met betrekking tot de kennis van en ervaring met de ontwikkelde producten in SGCS projecten van 1991 t/m 2000. Tevens zijn via Cedris de ontwikkelingen afgestemd met de SW bedrijven. De betrokkenheid van Cedris was voorwaardelijk voor een succesvolle realisatie van het project. Cedris participeerde in de stuurgroep. 2.4.3 Vocational Research Institute (VRI) Vocational Research Institute (VRI) te Rotterdam heeft een ruime ervaring, onder meer door haar nauwe samenwerking met diverse kenniscentra voor het beroepsonderwijs, met betrekking tot competentieonderzoek voor de ondergrens van de arbeidsmarkt. De rol van VRI bestond met name uit het uitvoeren en beheren van het onderzoek, c.q. de Content Scan. De activiteiten bestonden onder meer uit het inventariseren en beoordelen van de huidige leermiddelen en het vaststellen van de benodigde competenties voor de doelgroepontwikkeling. 2.4.4 Centrum Voor Product Ontwikkeling (CVPO) Het Centrum Voor Product Ontwikkeling (CVPO) droeg zorg voor de technische ondersteuning en support. CVPO heeft een brede expertise in het ontwikkelen van innovatieve les- en leermogelijkheden (digitale en technische ontwikkeling). Tevens beschikt CVPO over een bredere expertise betreffende visualisatie, redactie en doelgroepkennis van de sociale werkvoorzieningsorganisaties.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
5/24
2.5
Werkwijze
Ter realisatie van de doelstelling is in de werkwijze gekozen voor een sequentiële opbouw. Deze bestaat uit 4 fasen, welke eventueel zijn onderverdeeld in stappen. Fase 1: Fase 2 Fase 3: Fase 4:
Onderzoeksplan Onderzoek Verwerking informatie Afronding en disseminatie
In onderstaand overzicht zijn de 4 fasen schematisch weergegeven:
1. Onderzoeksplan (i.s.m. stuurgroep)
2. Onderzoek
3. Verwerking informatie
4. Afronding / disseminatie
In onderstaand overzicht worden de in het kader van de Content Scan gerealiseerde activiteiten weergegeven, en afgezet tegen de oorspronkelijk geplande activiteiten.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
6/24
Activiteiten fase 1: Onderzoeksplan (werkplan) Gestart is met de vaststelling van het definitieve onderzoeksplan (werkplan) i.s.m. de stuurgroep. Planning Gerealiseerd Definitief onderzoeksplan September 2004. Besluit inrichting fase 2 Oktober 2004.
Activiteiten fase 2: Onderzoek Het onderzoek viel uiteen in de volgende 3 onderdelen: a. uitvoeren van een Quickscan “Toepassing ICT / Multimedia binnen SWbedrijven”; Æ belang / draagvlak b. uitvoeren van deskresearch / documenten onderzoek; Æ beoordelen van ontwikkelde materialen c. uitvoeren van een Quickscan “Inventarisatie scholingswensen SW”. Æ ontwikkeling en aansluiting bij SW. Planning Gerealiseerd Onderzoeksrapportage belang – draagvlak November 2004. van SW. Beoordeling van validiteit en kwaliteit van de beschikbare leermiddelen.
Februari 2005.
Activiteiten fase 3: Verwerking informatie De onderzoeksgegevens van stap 2 worden geordend en gerangschikt en verwerkt in een concept onderzoeksrapportage. Vanuit deze gegevens wordt samen met de experts een advies opgesteld hoe met de beschikbare materialen om te gaan. In concept wordt ter accordering voorgelegd aan de stuurgroep. Na goedkeuring wordt de rapportage verwerkt in een definitieve versie. Planning Gerealiseerd onderzoeksrapport met kwantitatieve en Februari 2005. kwalitatieve informatie. Advies m.b.t. inzet van beschikbare September 2005. leermaterialen. Oktober 2005. Concept rapportage onderzoek
Activiteiten fase 4: Afronding / disseminatie Het onderzoek wordt afgesloten door middel van een rapport. De resultaten van dit onderzoek worden ter beschikking gesteld aan de stuurgroep, c.q. het projectconsortium. De resultaten worden – indien daaraan behoefte bestaat – in samenwerking met de stuurgroep gepresenteerd aan het projectconsortium en overige belangstellenden en belanghebbenden. Planning Gerealiseerd Presentatieonderzoeksresultaten Februari 2005. (powerpoint) Publicatie onderzoeksresultaten
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
November 2005.
7/24
3.
Resultaten
In onderstaande paragrafen worden de resultaten uit fase 2 van de Content Scan samengevat weergegeven. Hierbij dienen de onderdelen van het onderzoek als uitgangspunt.
3.1
Quickscan “Toepassing ICT / Multimedia binnen SW- bedrijven”
In het kader van de Content Scan is gestart met een quickscan rondom het gebruik en de behoefte van ICT-toepassingen binnen SW bedrijven. Middels deze quickscan is tevens een indicatie verkregen over het belang dat SW bedrijven hechten aan het onderwerp ICT / Multimedia, en het draagvlak dat binnen SW bedrijven bestaat voor de ontwikkeling van een elektronische leermiddelenbank. De volledige rapportage van deze quickscan is opgenomen in bijlage 1. Onderstaand is een samenvatting opgenomen van de resultaten van deze quickscan. • • •
• • • •
•
•
Een ruime meerderheid (61%) van de SW bedrijven gebruikt (digitale) multimedia ten behoeve van de ontwikkeling van medewerkers. Met name CD-roms en Video’s worden hiertoe ingezet. Middels het bieden van de mogelijkheid tot participatie in een PC-privé project door 92% van de SW bedrijven, onderstrepen deze bedrijven het belang dat zij hechten aan gebruik en toepassing van digitale media door hun medewerkers. Het rendement van de PC-privé projecten blijft tot op heden achter, mede door het ontbreken van een gestructureerd systeem (database, ELO) waarin de beschikbare multimedia worden ontsloten en voor de doelgroep gemakkelijk toegankelijk worden gemaakt. Binnen meer dan twee derde (69%) van de SW bedrijven kunnen medewerkers, in een aparte trainingsruimte hun competenties oefenen en ontplooiien middels computer ondersteund onderwijs, i.e. met behulp van digitale multimedia. Binnen meer dan de helft van de SW bedrijven (51%) zijn digitale leermiddelen beschikbaar. Deze leermiddelen zijn echter voornamelijk van externe afkomst. Binnen 18% van de SW bedrijven beschikt men over zelf ontwikkelde digitale leermiddelen die ook van belang zouden kunnen zijn voor andere SW bedrijven, en die geschikt zouden zijn voor plaatsing in een elektronische database. Binnen meer dan de helft (51%) van de SW bedrijven bestaat belangstelling voor participatie in een project dat is gericht op de ontwikkeling van een elektronische leeromgeving voor de SW. Hierbij dient wel op te worden gemerkt dat de definitie van een elektronische leeromgeving verschillend kan worden geïnterpreteerd. Er bestaat reeds een veelheid aan initiatieven op het vlak van de ontwikkeling en toepassing van ICT-middelen ten behoeve van de SW doelgroep(en). Echter een duidelijke samenhang en het zoeken naar bredere aansluiting lijkt vooralsnog te ontbreken. SW Bedrijven geven aan behoefte te hebben aan een integraal systeem, waarin POP/IOP, leer- en lesmaterialen en –methodieken en de beroepskwalificatiestructuur zijn gekoppeld.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
8/24
3.2
Deskresearch / documenten onderzoek
In het kader van de Content Scan is vervolgens gestart met de inventarisatie van beschikbare leer-, les-, en trainingsmaterialen. Uitgangspunt was dat deze materialen waren ontwikkeld gedurende de periode 1991 – 2003, vanuit projecten die zijn gefinancierd vanuit de Scholingsgelden voor de Collectieve Sector (SGCS). Met een team van deskundigen zijn alle beschikbare dossiers (ca. 250) doorlopen. Daarbij zijn de aanwezige projectresultaten – in de vorm van leer-, les-, en trainingsmaterialen – beoordeeld op bruikbaarheid en mogelijke opname in een elektronische d-base. Het documentenonderzoek is uitgevoerd in de volgende vier fasen: a) Inventarisatie en bruikbaarheidanalyse van de reeds beschikbare informatie; b) 1e beoordeling, globale selectie van kansrijke producten; c) 2e beoordeling, diepgaand onderzoek naar kenmerken leermiddelen; d) 3e beoordeling, second opinion , tweede beoordeling van de instrumenten en producten. Voor de gehanteerde beoordelingslijsten is in bijlage 2 a en b een overzicht opgenomen.In bijlage 3 vindt u een overzicht van de resultaten.
3.2.1 Bruikbare projecten: In bijlage 3 ontvangt u een overzicht van de resultaten uit het onderzoek. In dit overzicht is een beoordeling van de volgende elementen: Naam: Onder de projectnaam staan de SGCS projecten die relevant geacht worden voor opname in een elektronische leermiddelenbank. Als naam is de projectnaam gehanteerd die destijds is gebruikt bij de SGCS aanvraag. In totaal zijn 63 projecten als relevant beoordeeld voor nadere verwerking. Voor 60 projecten heeft een detail onderzoek plaatsgevonden aan de van de lesmaterialen en daarnaast zijn 3 projecten, waarvan geen lesmateriaal bij Cedris of SBCM aanwezig was, als relevant beoordeeld aan de hand van de eindrapportage. Totaal zijn 221 projecten beoordeeld. De negatief beoordeelde projecten zijn niet opgenomen in de bijlage.
Organisatie: Onder organisatie staan de namen van de aanvragers van de desbetreffende projecten. De aanvrager is in eerste instantie de organisatie die benaderd dient te worden voor de nadere afstemming van de auteursrechten.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
9/24
Crebo niveau Middels het Crebo niveau wordt helderheid geboden voor welke doelgroep het leermiddel is ontwikkeld in relatie tot de Europese kwalificatienormen. De volgende niveaus zijn aangetroffen: 6 projecten op niveau 0, dit zijn projecten geschikt voor deelnemers zonder enige voorkennis of ervaring en zeer basaal van aard. 42 projecten op niveau 1, dit zijn projecten geschikt voor deelnemers werkzaam op assistent niveau. In principe behoort dit niveau drempelloos te zijn, echter in de praktijk is enige algemene voorkennis en ervaring noodzakelijk. 2 projecten op niveau 2, dit zijn projecten gericht op beperkte verantwoordelijkheid voor beroepsactiviteiten. Ervaring en voorkennis is vereist. Een niveau 2 is de minimale startkwalificatie die het bedrijfsleven als instroom eis stelt. 10 projecten op niveau 4, dit zijn projecten die veelal gericht zijn op de begeleiders en kader. De deelnemers hebben minimaal werkervaring of een opleiding op MBO niveau. Van twee projecten is het niveau niet bekend. Daar het lesmateriaal niet was aangetroffen.
Aantallen geschikte projecten per niveau (n=63)
42
6 2
1
10
niveau 0
niveau 1
niveau 2
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
niveau 3
2
niveau 4
niveau ?
10/24
Sector In de beoordeling is ook aandacht besteed aan de sector waarvoor de leermiddelen zijn ontwikkeld. Enkele projecten zijn ontwikkeld voor meerdere sectoren waardoor het totale aantal hoger is dan 63. Aantallen projecten verdeeld naar sector (n=63)
Milieu
1
ICT
1
Horeca
2
Zorgsector/facilitair
3
Voedingsmidd./verpakken
2
Groot-/detailhandel
10
Algemeen
10
Kader
13
Techniek
17
GWW
3
Groen
3 0
2
4
6
8
10
12
14
16
Afkorting
Beschrijving
Gr
Groene sector
GWW
Grond weg en waterbouw - utiliteitsb
3
T
Techniek
17
K
Kader
13
A
Algemeen
10
G
Groothandel /detailhandel
10
V
Voedingsmiddelen / verpakken
2
Z
Zorg sector / facilitair
3
I
Informatica
1
M|
Milieu
1
H
horeca
2
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
18
Totaal aantal projecten 3
11/24
Dbase perspectief In de tabel is een onderscheid gemaakt tussen de volgende opties voor de verwerking van de leermiddelen in een elektronische leeromgeving: D-base perspectief (n=61)
22
23
16
Digitaal beschikbaar
Digitaal om te zetten
Archief
Digitaal beschikbaar, dit zijn leermiddelen / materialen die digitaal ontwikkeld zijn en waarvan aangenomen kan worden dat deze met relatief beperkte inspanningen toegankelijk kunnen worden gemaakt in de leermiddelen dbase. In totaal zijn er 23 leermiddelen / materialen digitaal beschikbaar. Digitaal om te zetten, dit zijn leermiddelen / materialen die in boekvorm beschikbaar zijn en omgezet kunnen worden in een elektronische versie. In totaal zijn er 16 leermiddelen / materialen digitaal om te zetten. Archief, dit zijn leermiddelen / materialen die veelal sterk verouderd zijn echter een goede bron van inspiratie bieden voor nieuw te ontwikkelen materialen. Wenselijk is deze middels een scan te digitaliseren en in de dbase op te nemen. In totaal zijn er 22 leermiddelen / materialen voor het archief geselecteerd.
Vorm van de opgeleverde materialen In de bijlage is er een onderverdeling gemaakt in de vorm waarin de materialen zijn opgeleverd hieruit kwamen de volgende resultaten: Instructiekaarten, 4 leermiddelen zijn opgeleverd als instructiekaarten. Op deze kaarten (A4 bladen) worden de praktijkhandelingen visueel voorgesteld en beschreven. Lesboek, 41 leermiddelen zijn in boekvorm uitgegeven. Methodiek, 10 leermiddelen / materialen bestaan uit een beschrijving van een begeleidings-, beoordelings of assessment methodiek. Onderzoek, 2 projecten leveren relevante onderzoeksresultaten voor de sector. Interactief, 15 leermiddelen zijn interactief en ontwikkeld voor gebruik met de computer.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
12/24
Aantallen opgeleverde materialen, verdeeld naar vorm (n=63) 45 41 40 35 30 25 20 15 15 10 10 5
4 2
0 Instructiekaarten
Lesboek
Methodiek
Onderzoek
Interactief
Behoefte van de sector Aan de hand van de kennis vanuit de uitgevoerde onderzoeken (zie bijlage 1 en bijlage 4) en de ervaring vanuit het beroepsonderwijs en de SW bedrijven is middels een score indeling een inschatting gemaakt van de ‘’ behoefte van de sector’’. Hierbij is onder andere rekening gehouden met arbeidsmarktrelevantie, omvang afzetmarkt, aansluiting op beroeps competentiestructuur, toepasbaarheid voor de doelgroep, actualiteit en vormgeving van het materiaal. Hieruit volgen de volgende resultaten: Aantal
1
0
2
0
3
0
4
0
5
2
6
18
7
7
8
30
9
1
10
0
Waardering / behoefte SW-sector aan beoordeelde materialen (n=63) 35 aantal beoordelingen
Waarde
30
30 25 20
18
15 10 7
5 0
0 1
0 2
0 3
2
0 4
5
1 6
7
8
9
w aardeoordeel behoefte m ateriaal
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
13/24
0 10
Jaar van ontwikkeling In de kolom jaar van ontwikkeling staat het jaartal wanneer het project is opgeleverd. Hierbij zijn de leermiddelen / materialen afkomstig uit de volgende perioden: Jaar van ontwikkeling beoordeelde projecten (n=63)
Aantal
1991
2
2004
1992
6
2003
1993
0
2002
1994
3
2001
1995
8
2000
1996
2
1999
1997
4
1998
1998
2
1999
4
1996
2000
1
1995
2001
2
1994
2002
12
1993
2003
7
1992
2004
8
1991
jaar
Jaartal
8 7 12 2 1 4 2
1997
4 2 8 3 0 6 2 0
2
4
6
8
10
12
aantal projecten
Beschrijving / opmerking In deze kolom wordt een indruk beschreven van de leermiddelen cq materialen. Samenvatting resultaten: - Projectresultaten van na 2000 zijn goed digitaal inpasbaar in een elektronische d-base; - Projectresultaten van vóór 2000 bieden een goede basis, maar zullen nog grotendeels moeten worden doorontwikkeld (i.e. gedigitaliseerd) om opname in een elektronische d-base mogelijk te maken en de link met de nieuwe BCPstructuur te kunnen leggen; - Totaal zijn 221 projecten beoordeeld. - In totaal zijn 63 instrumenten door het team van deskundigen beoordeeld als zijnde in potentie mogelijk op te nemen in de elektronische d-base. In de voorgaande tekst is hiervan de detail informatie beschreven. Hierbij is een splitsing gemaakt tussen de digitaal beschikbaar, te digitaliseren en wenselijk op te nemen als advies. Tevens is een inschatting gemaakt van de waarde voor de sector. - Ten slotte zijn 158 projecten door het team van deskundigen negatief beoordeeld. Dit houdt in dat deze leer-, les-, en trainingsmaterialen in de huidige situatie niet meer bruikbaar zijn, in welke vorm dan ook. Betreffende instrumenten zijn onvoldoende actueel, niet meer traceerbaar of worden gekwalificeerd als onvoldoende bruikbaar voor de doelgroep en / of werden door deskundigen als kwalitatief onvoldoende beoordeeld. Voor deze instrumenten wordt het niet zinvol geacht om activiteiten te verrichten in het kader van een opname in een digitale d-base, noch in een hardcopy archief. Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
14/24
14
3.2.2. Juridische aspecten: Naast een inhoudelijke beoordeling van de projectresultaten door deskundigen zijn de als positief en in potentie in de d-base op te nemen documenten tevens juridisch beoordeeld. Hierbij is gekeken naar de eigendomsrechten van de betreffende materialen en de eventuele beschikbaarheid van afstandsverklaringen en gebruiksrechten. Daar dit een juridische aangelegenheid betreft is dit voorgelegd aan juridische specialisten. De door de specialisten beoordeelde afstandsverklaring is gebruikt in alle SGCS projecten. Juridisch oordeel: Afstandsverklaring Op grond van de "Afstandsverklaring" verleent de betreffende (ondertekenende) partij terzake het 'ontwikkelde materiaal / product' aan de SBCM het recht dit materiaal / product te gebruiken conform de bepalingen zoals omschreven in de bijlage van het formulier subsidieaanvraag scholingsprojecten 2002. Voor dit gebruiksrecht is SBCM in beginsel geen vergoeding verschuldigd. opmerkingen: duidelijk dient te zijn omschreven om welk materiaal / product het gaat; vast moet komen te staan dat degene die de verklaring ondertekent ook intellectueel eigenaar is van het materiaal / product en / of dat alle (intellectuele) rechthebbenden de verklaring ondertekenen; de inhoud / omvang van het gebruiksrecht blijkt niet uit deze verklaring, er wordt verwezen naar de bijlage; de duur van het gebruiksrecht is niet bepaald.
Bijlage Gebruiksrecht / afstandsverklaring Als doel van de afstandsverklaring wordt omschreven "het beschikbaar komen van het materiaal / product voor algemeen gebruik binnen de doelgroep". Voorts vermeldt deze bijlage dat door de afstandsverklaring het gebruiksrecht formeel bij de SBCM komt te liggen. Een duidelijke omschrijving / definitie van het gebruiksrecht ontbreekt evenwel. Wel worden twee definities door elkaar gebruikt. Gesteld wordt immers dat het 'gebruiksrecht' dient te worden gezien als het 'beheren' van het gebruiksrecht. Als echter niet gedefinieerd is wat het gebruiksrecht inhoudt, is daarmee evenmin duidelijk wat het beheren hiervan exact inhoudt. De verdere omschrijving van de beheerstaak geeft hieromtrent ook niet voldoende duidelijkheid. Er worden kennelijk opleidingstrajecten bijeengebracht naar een centraal punt, vervolgens gecoördineerd en verspreid en tenslotte vindt een kwaliteitscontrole plaats. Van een verdere inhoudelijke omschrijving van omvang en duur van het gebruiksrecht is evenwel volstrekt geen sprake. Zo is ondermeer niet duidelijk of het ontwikkelde materiaal mag worden verveelvoudigd en / of aangepast en / of vervolgens aan derden ter beschikking mag worden gesteld. Hoewel dit laatste wel de bedoeling lijkt, gezien de opmerking, dat SBCM voor het beschikbaar stellen van het materiaal slechts de kostprijs in rekening zal brengen, alsook op grond van de omschreven doelstelling, wordt dit nergens met zoveel woorden expliciet omschreven. Kortom: ‘’vanwege de afwezigheid van een sluitende definitie van (de omvang, inhoud en duur van) het gebruiksrecht is niet duidelijk wat op grond van dit gebruiksrecht c.q. binnen de kaders van dit gebruiksrecht door de SBCM met het ontwikkelde materiaal / product kan en mag worden gedaan.’’
Buiten de beperkte juridische helderheid van in de projecten gehanteerde gebruiksrecht / afstandsverklaring blijkt dat niet alle afstandsverklaringen van alle ontwikkelaars aanwezig zijn. Tevens zijn voor alle projecten voor 2001 de afstandsverklaringen verstrekt aan NOSW. Van enige overdracht van deze rechten is geen documentatie of informatie beschikbaar.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
15/24
Gezien bovenstaande constateringen is het noodzakelijk om voor de projecten die in de dbase worden opgenomen nieuwe heldere (schriftelijke) afspraken te maken betreffende de gebruiksrechten (voorbeeld zie bijlage 5). De aangetroffen afstandsverklaringen bieden onvoldoende juridische zekerheden voor opname van het materiaal in een dbase. In onze beoordeling hebben wij ons beperkt tot de beschikbare materialen. Voor het verkrijgen van juridisch voldoende onderbouwde gebruiksrechten is tact en lobby werk noodzakelijk. In eerste instantie dienen er afspraken te worden gemaakt tussen Cedris en SBCM betreffende gebruiksrecht en copyrights van de materialen waarvan vast staat dat Cedris de volledige rechten beschikt. Ten tweede dient er met de projectpartners (vermeld in bijlage 3) contact worden opgenomen en dient er te worden vastgesteld wie de intellectuele eigenaar is van de ontwikkelde materialen om een juridisch gebruiksrecht op te stellen. Als wisselgeld dient te worden overwogen om de intellectuele eigenaar te laten participeren in eventuele revenuen die de leermiddelen / materialen kunnen opleveren. Vanuit Interconnect kan een belangrijke bijdrage worden geboden aan het verkrijgen en afstemmen van de juiste juridische contracten, middels hun netwerk met de meeste ontwikkelaars en de betrokkenheid bij de diverse projecten.
3.2.3 Samenwerking Cedris en SBCM In de afgelopen jaren heeft Cedris voorheen als NOSW een belangrijke bijdrage geleverd aan de verspreiding en levering van de voor de sector ontwikkelde materialen. Cedris wordt dan ook door de bedrijven en externe partijen gezien als de uitgever en rechtmatig eigenaar van de diverse leermiddelen. Cedris verkoopt daarbij de leermiddelen low budget en reserveert eventuele revenuen voor onderhoud, innovatie en beheer. Tevens is Cedris betrokken bij het ESF-Equal project ‘Structuur’ welke aansluit op de ontwikkeling van een elektronische leeromgeving op zowel nationaal als europees niveau en een belangrijke bijdrage levert voor de SW sector. Met de nieuwe intenties van SBCM om zich te ontwikkelen, profileren als kennis- expertise centrum voor de sector is het noodzaak heldere afspraken te maken betreffende de resultaten van het Access to learn (A2L)project. Voor zowel Cedris als SBCM blijkt het belang om de content te kunnen gebruiken cq aan te bieden. In januari j.l. is hier in samenspraak met het SBCM bestuur en voorzet gegeven die zichtbaar wordt in de volgende afbeelding:
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
16/24
SW bedrijf of belangstellende
SBCM portaal
Cedris portaal
Home PC
Home PC
Centrale Dbase
Daarbij wordt gekozen voor een centrale databank. Zowel Cedris als SBCM ontwikkelt een eigen portaal met informatie over de beschikbare producten met toegang tot de leermiddelen. Voor de leermiddelen die vanuit het project A2L worden ontwikkeld en in de dbase worden opgenomen worden tussen SBCM en Cedris nadere afspraken gemaakt betreffende, verspreiding en beheer. Iedere organisatie is volledig vrij om eigen producten en ontwikkelingen met de dbase te koppelen. Tevens stellen wij voor dat er ook mogelijkheden bestaan om de producten voor de SW bedrijven of belangstellende via de Dbase open te stellen. De beslissing voor de uit A2L ontwikkelde producten ligt hier bij SBCM i.s.m.Cedris. Op dit moment wordt er zowel door Cedris als SBCM gewerkt aan de ontwikkeling van een nieuwe website als portaal voor de organisatie. Voor de op te richten dbase is het wenselijk om in een zo vroeg mogelijk stadium nadere afstemming te vinden bij de ontwikkelaars van deze websites. Onder andere dient hier te worden gedacht aan afstemming van technische aspecten, inhoud en vormgeving.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
17/24
3.2.4 Technische structuur Om een beter beeld te krijgen voor de ontwikkeling van de technische structuur. Is door in het project betrokken partner CVPO een eerste aanzet gemaakt. In de vervolgfasen van het project dient dit nog nader vorm te worden gegeven waarbij een scala aan randvoorwaarden van zowel technische als inhoudelijke aard dient te worden vormgegeven. Dit verslag beperkt zich slechts tot een schematische indruk. Een nadere uitwerking kan in een vervolgfase worden verstrekt.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
18/24
3.3
Uitvoeren van een Quickscan “Inventarisatie scholingswensen SW”
Naar aanleiding van de eerste twee onderdelen van fase 2 van de Content Scan (zie § 3.1 en § 3.2) is een aanvullende quickscan uitgevoerd binnen SW bedrijven. Het doel hiervan was het inventariseren van de scholingswensen binnen SW bedrijven, teneinde een zo goed mogelijke aansluiting te garanderen tussen de behoeften bij SW bedrijven enerzijds en de in de elektronische d-base aan te bieden leer-, les- en trainingsmaterialen anderzijds. Van de SW bedrijven is door 19 % van de bedrijven gereageerd en geeft een redelijk betrouwbaar beeld van de trend. Als uitgangspunt voor deze quickscan zijn genomen de beroepscompetenties die horen bij het profiel van de Arbeidsmarkt Gekwalificeerde Assistent (AKA) aangevuld met relevante competenties uit de praktijk . Zichzelf verder (kunnen) ontwikkelen Samenwerken Communiceren tijdens werkzaamheden Omgaan met problemen Onderhouden van de werkrelatie Klantgericht handelen Beroepstechnische vaardigheden Voorbereiden eigen werkzaamheden Werken met materiaal, apparatuur en gereedschappen Veilig en milieubewust werken Zorgdragen voor kwaliteit Oriëntatie op de arbeidsmarkt Solliciteren Sociale activering Beheersing Nederlandse taal
Een volledige grafische weergave van de resultaten van deze quickscan is opgenomen in bijlage 3. Onderstaand is een samenvatting opgenomen van de resultaten van deze quickscan. •
De volgende onderdelen blijken door SW bedrijven in hoge mate als zeer relevant tot relevant te worden aangemerkt in het kader van scholing en ontwikkeling van deelnemers: o Ontwikkelgerichte werkhouding van deelnemers; o Veilig en milieubewust werken; o Samenwerken; o Oog voor kwaliteit; o Communiceren; o Werken met materialen, apparatuur en gereedschappen; o Beroepstechnische vaardigheden’; o Omgaan met problemen.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
19/24
•
• • • •
•
• •
Goed toepasbaar en bruikbaar lesmateriaal dient volgens SW bedrijven ten minste te voldoen aan de volgende voorwaarden: o Visueel; o Kort en bondig taalgebruik; o Helder (eenduidige formuleringen / uitleg); o Flexibel inzetbaar; o Actueel (goed aansluitend bij de actuele beroepspraktijk); o Mogelijkheid om materialen zelf te kunnen samenstellen (maatwerk). Circa de helft van de SW bedrijven (47%) beschikt over interne trainers. Hiervan is circa de helft (47%) gecertificeerd als trainer; Circa de helft van de SW bedrijven (53%) beschikt over een eigen trainingsafdeling; De scholingsactiviteiten die door SW bedrijven intern worden uitgevoerd zijn zeer divers en lopen uiteen van meer oriënterende programma’s tot specifieke beroepskwalificerende modules; Circa tweederde (65%) van de SW bedrijven heeft, ten behoeve van de scholing en ontwikkeling van deelnemers, een samenwerkingsverband met één of meerdere ROC’s / AOC’s. Daarnaast geeft circa de helft (47%) van de SW bedrijven aan een samenwerkingsverband te hebben met andere scholingsinstituten; Binnen circa tweederde (65%) van de SW bedrijven is een scholingsplan aanwezig. Deze scholingsplannen kunnen zowel centraal als decentraal zijn vormgegeven (per SW bedrijf verschillend). Vaak omvat een scholingsplan een inventarisatie en planning van de scholingsbehoefte van de deelnemer; Persoonlijke Ontwikkelingsplannen (POP’s) vormen vaak de basis voor de invulling van het scholingsplan; Circa de helft (53%) van de SW bedrijven beschikt zelf over les- en / of begeleidingsmaterialen. Deze materialen lopen sterkt uiteen en omvatten onder andere: o capaciteiten- en beroepskeuze testen; o systematieken voor toepassing en gebruik van POP / IOP; o methodieken voor het opleiden op de werkplek; o laagdrempelige vaardigheidstrainingen; o beroepsspecifieke vaardigheden.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
20/24
4.
Conclusies en aanbevelingen
De centrale conclusie van de stuurgroep A2L is dat het noodzaak is het project te continueren. Zowel de vraag van de bedrijven als het beschikbare aanbod biedt voldoende draagvlak en perspectief. Hierbij adviseren wij het project niet geïsoleerd uit te voeren maar samenwerking te zoeken met kenniscentra, roc’s andere innovatieve ontwikkelingen. Het meest voor de hand liggende perspectief biedt daarbij aansluiting bij het esf-equal project ‘structuur’ waar de SW sector al nauw in is betrokken.
4.1
Conclusies
Algemeen • Vanuit alle onderdelen van de onderzoeksactiviteiten bleek dat er een grote belangstelling bestaat van zowel SW bedrijven als onderwijsinstellingen voor participatie in het project en het ter beschikking stellen van materialen en instrumenten voor opname in een elektronische d-base. • Gebruik van (digitale) multimedia vormt binnen SW bedrijven een belangrijke tool bij de ontplooiing van medewerkers; • Binnen de SW sector ontbreekt het aan een gestructureerde leermiddelendatabase of elektronische leeromgeving waarmee de verdere ontplooiing van medewerkers kan worden gestimuleerd; • Binnen SW bedrijven blijkt uit de aanvullende bevindingen en eerder onderzoek een grote behoefte te bestaan aan de ontwikkeling van een toegankelijk digitaal systeem waarin een koppeling wordt gemaakt tussen POP / IOP en de beschikbare leer- en lesmaterialen en methodieken, en tussen POP / IOP en de Beroepskwalificatiestructuur. • Binnen SW bedrijven bestaat vaak reeds een ICT-infrastructuur die kan worden ingezet ten behoeve van de ontwikkeling van medewerkers, zoals bijvoorbeeld intranet of internet. • SW bedrijven stimuleren hun medewerkers om te werken met (digitale) multimedia, onder meer middels: o Het intern beschikbaar stellen van (digitale) multimediale leermiddelen zoals CD-roms en video’s; o Het aanbieden van ICT-middelen voor privé-gebruik aan medewerkers, bijvoorbeeld middels een PC-privé project; o Het koppelen van multimedia aan beroepstoepassingen, bijvoorbeeld in de vorm van beroepssimulaties; o Het voorzien in een aparte trainingsruimte waar multimedia kan worden ingezet of toegepast; o Het zelf ontwikkelen van (digitale) multimediale leermiddelen. • Een aanzienlijk aantal SW bedrijven beschikt reeds over zelf ontwikkelde digitale leermiddelen die ook van belang zouden kunnen zijn voor andere SW bedrijven, en die geschikt zouden zijn voor plaatsing in een elektronische database. De verwachting, gebaseerd op eerder onderzoek, is dit aantal hoger ligt. • Binnen SW bedrijven bestaat ruime belangstelling voor participatie in een project dat is gericht op de ontwikkeling van een elektronische leeromgeving voor de SW.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
21/24
• •
Hierbij dient wel op te worden gemerkt dat de definitie van een elektronische leeromgeving verschillend kan worden geïnterpreteerd. De inzet van ICT-middelen ten behoeve van gehandicapte en oudere werknemers biedt sterke impuls om de productiviteit en de blijvende deelname aan het arbeidsproces te vergroten. Het zoeken naar aansluiting bij reeds lopende ICT- projecten voor gehandicapten, en specifiek op de ‘doelgroep gehandicapten’ gerichte ICT-initiatieven en organisaties kan zorgen voor een grotere volledigheid en bredere inzetbaarheid en reikwijdte van een eventueel te ontwikkelen elektronische database / leeromgeving voor de SW sector.
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
22/24
4.2 •
• • •
•
• • • • • • •
Aanbevelingen
Ontwikkel een elektronische database / elektronische leeromgeving voor de SW sector vanuit een integrale benadering. Hierbij dient de relatie te worden gelegd tussen POP/ IOP, beroepscompetentie structuur. Voordelen van deze benadering zijn: √ een logische leermaterialenindeling, gebaseerd op de formele, arbeidsmarktrelevante beroepscompetentie structuur (BCP); √ een koppeling tussen POP / IOP en de beschikbare middelen; √ effectieve en succesvolle trajectbegeleiding voor de SW doelgroep(en), gericht op reïntegratie in de reguliere arbeidsmarkt. De in de scan geselecteerde projecten en producten bieden een goede basis voor de ontwikkeling van de dbase. Zoek naar aansluiting bij reeds lopende projecten en initiatieven ten behoeve van een zo breed en volledig mogelijke inzet van kennis en beschikbare (ICT)middelen bij de ontwikkeling van de elektronische database / leeromgeving. Ontwikkel de randvoorwaarden van een elektronische database, waarbij zowel wordt gekeken naar eisen t.a.v. vorm en inhoud als veiligheid en bijvoorbeeld de mogelijkheid de eigen – binnen SW bedrijven ontwikkelde – leer- en lesproducten te kunnen verkopen via deze database. Voer een aanvullend onderzoek uit naar de reeds beschikbare en voor de SW doelgroep(en) toepasbare leermiddelen bij bijvoorbeeld de ROC’s en SW bedrijven (geen SGCS ontwikkelde materialen) en definieer in hoeverre opname in een elektronische database / leeromgeving mogelijk, dan wel wenselijk is. Voordat materialen kunnen worden vrijgegeven voor opname in een elektronische d-base, dienen aanvullende (juridische voldoende getoetste) gebruiksrechten met de intellectueel eigenaar te worden afgesloten; Verwerking van de beschikbare SGCS leermiddelen in de dbase. Nader onderzoek, selectie en opname in de dbase van leermiddelen die aansluiten op het AKA beroepscompetentie profiel. In kaart brengen van nieuwe competentiegericht onderwijsaanbod op assistenten niveau. Jaarlijks in kaart brengen (marktmonitor) van de meest relevante beroepsactiviteiten en scholingsinspanningen die binnen de SW bedrijven worden uitgevoerd voor onderbouwing van de ontwikkelingsactiviteiten. Formaliseer de afspraken tussen Cedris en SBCM m.b.t. de opzet van een centrale databank met heldere afspraken over gebruiksrechten en de omgang met de diverse materialen. Ontwikkelen van een dbase gebaseerd op de actuele BCP-structuur en de behoeften binnen SW bedrijven, o.a.: o Online overzicht leermiddelen; o Online overzicht instrumenten; o Online overzicht en downloadmogelijkheden onderzoeksrapportages; o Ontwikkelings- / uitwisselingsportaal (ebay / marktplaats).
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
23/24
BIJLAGEN
Rapportage Content Scan project “Access to learn” (v01)
24/24