Proefboerderij Ruigewind Lauwerzijl, gemeente Zuidhorn 22 juli 2011 - aanvraag tijdelijke ontheffing
Proefboerderij Ruigewind - Lauwerzijl
Colofon
Initiatiefnemer: dhr. Jan Pluis Teenstraweg 6 9885 TA Lauwerzijl T 061 0577941
[email protected]
architectuur & stedenbouw
Architect: Bureau Ritsema - architectuur & stedenbouw Viaductstraat 3a 9725 BG Groningen T 050 7115235 www.bureauritsema.nl
Inleiding Klimaatbeleid
Proefboerderij kleinschalige windenergie
De noodzaak om structurele maatregelen te treffen, gericht op reductie van broeikasgassen is bijna bij iedereen
Het plan tot de oprichting van een proefboerderij kleinschalige windenergie heeft de volgende
doorgedrongen. Ook de gemeente Zuidhorn wil haar steentje bijdragen “in de vorm van een ambitieus maar
ontstaansgeschiedenis. Bij het particuliere initiatief om een innovatieve energieneutrale woning te ontwikkelen was
realistisch klimaatbeleid”. In 2008 stemde de gemeenteraad in met het ‘Actieplan klimaat 2008 – 2012’. Het
het uitgangspunt dat de elektriciteit zou worden geproduceerd door een kleinschalige windturbine. Het bleek dat
stimuleren van duurzame energieopwekking middels windturbines is daar een onderdeel van. In ‘Onderweg naar
er nog weinig ervaring is opgedaan met dergelijke kleine windturbines in landelijke gebieden. Dit was de aanleiding
een duurzamer Zuidhorn’ van 2010 gaf het college een tussenstand van de belangrijkste acties op het gebied van
om de projectgroep Ruigewind te vormen, een groep van deskundigen op het gebied van windenergie, landschap
het klimaatbeleid. Daaruit bleek dat er al wel zonnepanelen waren geplaatst maar geen windturbines. Windturbines
en architectuur. Uitgangspunt is om uit te zoeken of het mogelijk is om op een verantwoorde wijze kleinschalige
kennen veel planologische belemmeringen.
windenergie toe te passen in het Groninger landschap. Kenmerkend voor het noordelijke Groninger landschap is
In het weidse landschap van Groningen is een knelpunt ontstaan tussen twee ‘’groene’’ wensen; het streven naar
het open karakter. Die openheid en de bovengemiddelde windsnelheid in het gebied is ideaal voor de opwekking
de uitbreiding van een meer duurzame energieopwekking en het streven tot behoud van het karakteristiek open
van windenergie. Voor het behoud van het Groninger landschap staat het behoud van de openheid centraal. De
landschap. De grote windmolens detoneren in het landschap. In het nieuwe omgevingsplan van de Provincie
toepassing van windenergie kan daarbij een dilemma vormen. De grote windturbines zijn de schaal van de boerderij
Groningen (Omgevingsverordening Provincie Groningen 2009) is geregeld dat grote windturbines alleen nog in
met hun erfbeplanting totaal ontgroeid. Kleine windturbines geplaatst op schuren en geplaatst op masten die het
windturbineparken mogen worden geplaatst. Daarbuiten is alleen plaats voor windturbines met een ashoogte van
schaalniveau hebben van de erfbeplanting en de bebouwing kunnen echter onderdeel uitmaken van het erf. De
niet meer dan 15 meter.
uitdaging is om deze duurzame energieopwekking als extra dimensie in de gehele erf aankleding mee te laten spelen.
Provinciaal onderzoek heeft de mogelijkheden geanalyseerd van decentrale stroom productie (Naar een
Het project bestaat uit een theoriedeel en een praktijkdeel. In het theoriedeel wordt onderzocht hoe je kleinschalige
energiegestuurd omgevingsplan, Provincie Groningen 2007). De analyse geeft aan dat in het grote plaatje van
windturbines kunt inpassen met behoud van de ruimtelijke kwaliteit van verschillende typen landschap in het
landelijke stroom opwekking de kleine windturbines niet veel bijdragen, maar op lokaal niveau in Noord-Groningen
noordelijke kustgebied.
kunnen ze een grote impact hebben. In het verleden is gebleken dat het niet mogelijk is om de grote windturbines van circa 100 kW maximaal vermogen in te passen op de laagspanningsnetten op het platteland. Kleine windturbines
Het praktijkdeel bestaat uit een proefboerderij waar getoond wordt hoe de turbines op een ruimtelijk verantwoorde
hebben die problemen niet. Met kleinschalige oplossingen op decentraal niveau bij losse boerderijen of kleine
manier op het erf geplaatst kunnen worden en ook getest worden op hun rendement. Deze proefboerderij heeft een
dorpskernen kan een groot deel van de Groningse huishoudens energieneutraal worden
tijdelijk karakter van maximaal 5 jaar. De resultaten van het project zijn van belang voor het gehele noordelijke kustgebied. Het is een innovatief initiatief in de gemeente Zuidhorn met landelijke uitstraling. De proefboerderij is gelegen aan de Teenstraweg 6 te Lauwerzijl in de Ruigezand polder. De gebroeders Teenstra’s hebben gezorgd dat dit voormalige deel van de Lauwerszee werd ingepolderd tot een modelpolder voor nieuwe gewassen en technieken. Het gebied wordt een hedendaagse pionier op het gebied van kleinschalige windenergie.
Proefboerderij Ruigewind - Lauwerzijl
Kleine windturbines Kleine windturbines zijn turbines met een ashoogte tot maximaal 15 meter. Het zijn relatief kleine installaties die eenvoudig op een dak of naast een gebouw zijn te plaatsen. Bij voldoende wind kan een turbine aan de elektriciteitsbehoefte van een huishouden voorzien. Hoewel er in Nederland nog weinig ervaring mee is opgedaan bestaan er wereldwijd al wel meer dan 500 typen op de markt en zijn er ca. 190 fabrikanten. In Nederland zijn er tot dusver twee pilots met kleine windturbines opgezet. Enkele jaren geleden is er in het Noorden een praktijkproject over kleine windturbines in de gebouwde omgeving uitgevoerd. Het provinciale project ‘Voor de wind gaan’. Er zijn 6 typen turbines geplaatst. De conclusie uit dit onderzoek was dat de energieopbrengst van de meeste turbines laag was. Een van redenen was dat sommige turbines slecht presteerden bij voldoende wind, maar als voornaamste oorzaak werd aangegeven dat de turbines in de gebouwde omgeving last hebben van te weinig wind en turbulentie. Een actueel testveld met kleine windturbines in Zeeland toont een soortgelijk beeld. Van de daar geteste 12 types presteren er slechts 2 goed. Het blijkt dat verscheidene nieuwe windturbines nog niet goed ontwikkeld zijn. Een selectie vooraf is zeer belangrijk. Daarnaast dient er veel beter rekening mee gehouden te worden dat kleine windturbines zich bevinden in de atmosferische grenslaag. Daar neemt de windsnelheid volgens een logaritmisch profiel toe met de hoogte. In bebouwde omgeving wordt het windprofiel zodanig verstoord dat de locatiekeuze van de windturbines zeer belangrijk is. In dit geval op en bij de boerderij. Bij de keuze van plaatsing zal daarbij ook worden onderzocht hoe dat op een landschappelijk verantwoorde wijze kan. Planologische criteria plaatsing windturbines Vanwege het feit dat kleine windturbines nog relatief nieuw zijn, is ruimtelijk beleid ook nieuw. De huidige richtlijnen (“beleidsnotitie kleine windturbines (2010)” van de gemeente Zuidhorn) zijn gericht op positionering ten opzichte van de bebouwing en wordt niet benaderd vanuit de karakteristieken van het landschap. Er zijn nog weinig voorbeelden van plaatsingen die zijn getoetst conform deze richtlijnen. Toepassing van turbines op of aan een gebouw of geïntegreerde systemen zijn helemaal zeldzaam.
KNMI windsnelheid
Mini windturbines wat zijn dat?
Mini windturbines (‘miniturbines’) maken het mogelijk om windenergie te benutten voor de elektriciteitsopwekking op locaties waar dat met grote windturbines niet mogelijk is. Het gaat om locaties in gebouwde omgeving, industriegebieden en landelijke omgeving. De opgewekte elektriciteit wordt ter plekke verbruikt of teruggeleverd in het net. Omdat ze elektriciteit leveren achter de meter, zijn miniturbines het best te vergelijken met de fotovoltaïsche zonne-energie. Conform de internationale richtlijnen, worden miniturbines ingedeeld op basis van hun afmetingen. Het rotoroppervlak van miniturbines varieert tussen 0,5 m2 en 200 m2 bij een rotordiameter van 0,75 tot 15 meter. De masthoogte wordt meestal per locatie bepaald en kan variëren van 3 tot 25 meter. De turbines zijn leverbaar in vermogensclasses van 100 W t/m 50 kW. Vrijwel alle miniturbines die op dit moment op de Nederlandse markt worden aangeboden hebben een rotordiameter kleiner dan 5 meter.
Wat kunnen ze? Miniturbines zijn geschikt voor de plaatsing op- of naast gebouwen, zowel in stedelijke omgeving als op het platteland. daarbij is van belang dat dit type turbine netgekoppeld is en primair wordt ingezet om het ‘eigen’ elektriciteitsverbruik van het gebouw of de locatie te drukken. Voor een goede werking van miniturbines zijn goede windcondities vereist. deze zijn te vinden in kustgebieden, op daken van gebouwen van 20 meter en hoger, langs de snelen waterwegen en op open bedrijventerreinen. Het is een voorwaarde dat zich in de wijde omgeving geen hoge obstakels bevinden die de windtoetreding kunnen belemmeren of verstoren. de elektriciteitsopbrengsten zijn afhankelijk van de windcondities, turbinetype en het rotoroppervlak. als vuistregel voor de elektriciteitsopbrengsten wordt gerekend met een geschatte gemiddelde opbrengst van 250 kwh per m2 rotoroppervlak per jaar. bij grotere locaties is het verstandig om meerdere turbines te plaatsen. Op die manier kan een betere balans worden bereikt tussen de elektriciteitsvraag en de elektriciteitopbrengsten ter plekke. daarnaast levert het plaatsen van meerdere turbines op een rij een betere visuele uitstraling. de markt toont veel belangstelling voor miniturbines. de belangrijkste afnemers zijn grote gebouweigenaren zoals woningcorporaties, gemeenten, provincies en professionele vastgoedbedrijven. deze doelgroepen worden vooral gedreven door de aanscherping van de milieuwetgeving en de behoefte om zich door innovatie te onderscheiden. eigenaren van bedrijventerreinen, industrie en agrariërs die wegens de ruimtelijke ordening geen grote windturbines mogen plaatsen, zoeken naar mogelijkheden om, door de inzet van miniturbines, alsnog gebruik te kunnen maken van windenergie op hun terreinen. de particuliere afnemers, zowel in steden als in plattelandsgebieden, zijn vooral op zoek naar mogelijkheden om in eigen elektriciteitsbehoefte te voorzien.
nwea, www.nwea.nl, juli 2009 tekst: jadranka Cace, renCom, www.rencom.nl Ontwerp en layout: Heike slingerland bnO, Vlaardingen
informatie van de Nederlandse Wind Energie Associatie
De organisatie de nederlandse wind energie associatie, nwea (www.nwea.nl) zet zich in voor het wegnemen van de belangrijkste obstakels voor de technologie- en marktontwikkeling van windenergie in nederland. Om de belangrijkste knelpunten met betrekking tot de toepassing van miniturbines aan te pakken, is in 2007 binnen
nwea de Commissie Miniturbines (‘Commissie’) opgericht. de visie van nwea ten aanzien van de mogelijkheden voor toepassing van miniturbines in nederland is vastgelegd in het ‘Visiedocument mini windturbines’. Het Visiedocument is te downloaden van de webpagina van nwea. de voltallige Commissie telt ruim 20 leden. Het gaat vooral om leveranciers, adviesbureaus en energiebedrijven. daarnaast neemt senternovem deel aan de commissievergaderingen als toehoorder. Op verzoek van de Commissie heeft senternovem de nederlandse beoordelingsrichtlijn kleine windturbines laten ontwikkelen en een handleiding voor gemeenten voor de toepassing van miniturbines. de beoordelingsrichtlijn is te vinden op de website van senternovem: www.senternovem.nl/mmfiles/nederlandse%20beoordel ingsrichtlijn%20kleine%20windturbines_tcm24-292042.pdf. dit document is een eerste aanzet tot certificering van miniturbines. de handleiding voor gemeenten zal naar verwachting in de loop van augustus 2009 worden gepubliceerd. Voorwaarden voor de marktontwikkeling in nederland zijn tussen 2002 en 2008 ruim 100 miniturbines geplaatst. de branche heeft de ambitie om de geplaatste capaciteit te laten groeien tot 7200 turbines in 2012 en 48.000 turbines in 2020. dit zou in 2020 een milieuresultaat kunnen opleveren van 100 Gwh/jaar aan duurzame elektriciteit en circa 56 kton/jaar aan CO2-reductie. Het behalen van deze ambities is alleen mogelijk met een gezamenlijke inzet van alle betrokken partijen: nwea, de leveranciers en de overheid. nwea zal zich inzetten op het gebied van de aanpassing van de wet- en regelgeving ten behoeve van het creëren van gelijke kansen voor miniturbines. daarnaast ligt de focus op de ontwikkeling van een certificeringtraject en de opzet van een landelijk informatiesysteem voor de afnemers van miniturbines. de leveranciers zullen hun inspanningen richten op de kwaliteitsverbetering en prijsverlaging van hun turbines. Het laten beoordelen van turbines volgens de beoordelingsrichtlijn is een van de stappen in het kader van de kwaliteitsverbetering. Van de overheid wordt medewerking verwacht op het gebied van de financiële en organisatorische ondersteuning voor de marktontwikkeling en het creëren van een plek voor miniturbines in het transitietraject.
Proefboerderij Ruigewind - Lauwerzijl
Bestaande situatie Boerderij Het boerderijgebouw is van 1927. Het is gebouwd van het verzekeringsgeld dat verkregen werd nadat de schuur van De Teenstraheerd (Teenstraweg 7) afbrandde. Omdat De Teenstraheerd was oververzekerd, werd van het verzekeringsgeld een schuur gebouwd die iets kleiner was dan de oorspronkelijke. Van de rest van het geld werd de boerderij Teenstraweg 6 gebouwd. De boerderij heeft de kenmerken van het Oldambstertype. Het woonhuis is gebouwd onder één doorlopende nok met de schuur, waarbij het woonhuis iets smaller is dan de schuur. Het woongedeelte van de boerderij is de langste tijd bewoond geweest door M. Meindertsma en M. Breebaart. Zij kregen tien kinderen. Vanaf 1982 tot 2009 was de boerderij eigendom van de maatschap Barendregt. De huidige eigenaar dhr. Pluis is initiatiefnemer van het project. De 30 ha grond die behoorde bij de boerderij is nog in eigendom en gebruik van de maatschap. De boerderij staat op het kadastrale perceel nummer Oldehove sectie B nummer 639 met een grootte van 56 are. De boerderij is gelegen in een open akkerbouwgebied. Erfbeplanting bij de boerderij ontbreekt nagenoeg.
situatie
Proefboerderij Ruigewind Uittreksel Kadastrale Kaart - Lauwerzijl
Uw referentie: 1801275
Omgevingskaart
Klantreferentie: 1801275
6
639
0m
12345 25
Deze kaart is noordgericht Perceelnummer Huisnummer Kadastrale grens Voorlopige grens Bebouwing Overige topografie
Voor een eensluidend uittreksel, GRONINGEN, 11 maart 2010 De bewaarder van het kadaster en de openbare registers
10 m
0m
50 m
Deze kaart is noordgericht.
Schaal 1:1000 Kadastrale gemeente Sectie Perceel
125 m
OLDEHOVE B 639
Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare maten worden ontleend. De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt zich de intellectuele eigendomsrechten voor, waaronder het auteursrecht en het databankenrecht.
625 m
Schaal 1: 12500
Hier bevindt zich Kadastraal object OLDEHOVE B 639 Teenstraweg 6, 9885 TA LAUWERZIJL © De auteursrechten en databankenrechten zijn voorbehouden aan de Topografische Dienst Kadaster.
1634: Ruigezand is een zandbank in de Lauwerszee
Proefboerderij Ruigewind - Lauwerzijl
R
600 voor Christus
begin jaartelling
R
1200
800: de eilanden Middag en Humsterland ontstaan
R
1700
ontwikkeling van het landschap van Middag-Humsterland en omstreken (R = Ruigezand)
R
2000 in 1795 wordt Ruigezand in gepolderd door de gebroeders Teenstra en gebruikt als modelpolder
de boerderij in het landschap
Proefboerderij Ruigewind - Lauwerzijl
de boerderij
Opzet van project Ruigewind Verbouwing tot Energieneutrale /nulenergie duurzame woning Door architectenbureau Bureau Ritsema wordt een ontwerp gemaakt van het voorhuis tot een energieneutrale
Duur van het project
woning.
De proefboerderij zal voor een periode van vijf jaar operationeel zijn. De getoonde windturbines worden na afloop van
De schuur van de boerderij blijft ongewijzigd en de nieuwbouw zal daar esthetisch verantwoord bij aansluiten.
deze periode ontmanteld en verwijderd. De bedoeling is dat de proefboerderij van start gaat op 1 oktober 2012 (deze
Een aantal kenmerken van de oude boerderij komen terug in het ontwerp, waarbij rekening is gehouden met de
datum komt voort uit de nulmeting voor flora- en fauna die vooraf gedaan zal worden). De proefboerderij eindigt dan
landschappelijke inrichting. Het innovatieve ontwerp moet een voorbeeldfunctie krijgen voor de verantwoorde
vijf jaar later op 1 oktober 2017. Er zijn dan voldoende gegevens bekend.
aanpassing van een bestaande boerderij tot een duurzaam energieneutraal gebouw.
De ontvangstruimte zal daarna weer als (opslag) schuur worden gebruikt.
De procedure voor de nieuwbouw van het voorhuis maakt geen onderdeel uit van de procedure voor de tijdelijke ontheffing ten bate van de proefboerderij.
Deelnemers De proefboerderij kleinschalige windenergie, is een initiatief van dr. J.L.A. Pluis, eigenaar van Teenstraweg 6 te
Informatieruimte in schuur van de boerderij
Lauwerzijl.
De schuur van de boerderij wordt als tijdelijke informatieruimte ingericht. De schuur zal een semi-publieke functie
Dr. J.L.A. Pluis (1962), is als fysisch geograaf verbonden geweest aan de Universiteit van Amsterdam en heeft er
krijgen. De proefboerderij zal op afspraak te bezichtigen zijn en er worden jaarlijks speciale informatiedagen
ondermeer onderzoek gedaan naar de windsnelheidsverdeling in de grenslaag. Dat is onderste luchtlaag waar kleine
georganiseerd. Agrariërs, gemeenten en andere geïnteresseerden doen met de verkregen ervaringen hun voordeel op.
windturbines hun energie uit verkrijgen. Bij eerdere werkzaamheden voor de Provinciale Planologische Dienst van
Tijdens de informatiefdagen zullen 50 – 100 bezoekers aanwezig zijn. De ruimte zal geen functie voor detailhandel
Groningen is zijn belangstelling voor het Groninger landschap ontstaan.
krijgen. Voor de ontwikkeling van de proefboerderij is de projectgroep RUIGEWIND opgericht. De projectgroep is Aantal windturbines
samengesteld uit de volgende deelnemers:
Er zijn maximaal vier turbines tegelijk operationeel. Er worden zowel proefopstellingen gedaan op het erf (geplaatst
- Amrin bv te Tolbert. Deze firma adviseert en installeert een aantal energiebesparende en energiegenererende
op een mast) en meestal wordt één turbine bevestigd aan de boerderij.
producten. Het heeft een grote expertise op het gebied van kleine windturbines.
Tijdens open dagen zijn er maximaal tien windturbines gedurende maximaal tien dagen opgesteld.
- Bureau Ritsema te Groningen. Dit bureau houdt zich bezig met ontwerp- en onderzoeksopgaven op het gebied van
Turbines worden niet hoger geplaatst dan 15 meter (gemeten vanaf maaiveld).
architectuur en stedenbouw.
Het betreft zowel bestaande turbines als innovatieve nieuwe producten.
- MD Landschapsarchitecten. Dit Groningse bureau richt zich op ontwerp, visievorming en strategie voor de
De geplaatste turbines blijven minimaal 3 maanden operationeel om het rendement te onderzoeken.
ruimtelijke ontwikkeling van stad en landschap.
Meetapparatuur
Voor de realisatie van de plannen is de projectgroep RUIGEWIND voornemens nauw samen te werken met:
In de onmiddellijke omgeving van de boerderij staan verscheidene instrumenten opgesteld die de windsnelheid en
- Gemeenten in de Provincie Groningen
de windrichting meten. Zo is het mogelijk om het windprofiel gedetailleerd te bepalen. De klassieke windmolentjes
- Hanzehogeschool Groningen
en windvanen worden aangevuld met ultrasone windmeters.
- Universiteit van Groningen - Landbouworganisaties
Perceel Solitaire turbines worden geplaatst op het westelijke en zuidwestelijke deel van het erf. Toegankelijkheid en parkeermogelijkheden De proefboerderij is bereikbaar vanaf de Teenstraweg over een betonnen toegangspad. Er is op het perceel voldoende ruimte voor auto’s om te parkeren en te keren. Op het noordelijke erfdeel kunnen 8 auto’s parkeren. Dit is een deel van het erf dat permanent zal worden ingericht voor parkeren. . Parkeren op de Teenstraweg en het toegangspad zal niet plaatsvinden.
- Stichting Libau
Proefboerderij Ruigewind - Lauwerzijl
Teen s
t ra w e
g
landbouwgrond
terreinafbakening van het gebied waarbinnen opstelplaatsen voor windturbines worden gerealiseerd
landbouwgrond
gebied waarbinnen opstelplaatsen turbines worden gerealiseerd (incl. schuur)
Ruimtelijke effecten
Milieuaspecten - geluid
Watertoets
Geluidseenheid
In de nieuwe situatie zal een toename van verhard oppervlak plaatsvinden van maximaal 250m2 (ten behoeve van een
De dB(A) is de eenheid waarin de sterkte van het geluid in verreweg de meeste gevallen wordt weergegeven. De dB(A)
prive parkeerplaats en extra paden). Derhalve zal er geen compensatie plaats hoeven te vinden, omdat dit oppervlak
heeft namelijk een direct verband met de menselijke waarneming.
binnen de gestelde eis van 750m2 blijft.
De reden dat de dB(A) in plaats van een gewone decibel bij geluidmetingen en geluidberekeningen wordt toegepast, heeft te maken met de gevoeligheid van het (menselijk) oor, die voor de verschillende frequenties van het geluid niet gelijk is. In de figuur hieronder is deze weging weergegeven. Bij 1000 Hz wordt geen correctie uitgevoerd, de weging
Flora- en Faunawet
is daar 0 dB. Bij 10 Hz (helemaal links in de grafiek) bedraagt de weging -70 dB. Dat betekent dat een mens een toon
Aan de hand van een quickscan wordt vastgesteld of er een kans bestaat dat er beschermde soorten of vaste verblijf-
van 10 Hz veel zachter hoort dan een toon van 1000 Hz met dezelfde fysische geluidssterkte, namelijk 70 dB zachter.
plaatsen (nesten, holen en dergelijke) van beschermde soorten aanwezig zijn die door de werkzaamheden verstoord,
Mensen zijn dan ook bijna doof voor zulke lage tonen.
gedood of vernield kunnen worden. Deze quickscan bestaat uit een bronnenonderzoek en in ieder geval één veldbe-
Een verhoging van de geluidssterkte met 1 dB is voor het menselijk gehoor bij heel goed concentreren en luiste-
zoek.
ren nog net waarneembaar. Een verhoging met 10 dB wordt waargenomen als een verdubbeling van de geluids-
Door Tauw is een toetsing gedaan (het rapport hiervan zal separaat, in tweevoud, worden aangeleverd).
drukniveau.
Uit deze toetsing van de Flora en faunawet is gebleken dat het plaatsen van de kleinschalige windturbines mogelijk negatieve effecten heeft op vleermuizen en broedvogels. Deze mogelijke negatieve effecten worden ondervangen door: 1.
Alle broedende vogels, hun broedplaatsen en de functionele omgeving van de broedplaatsen zijn beschermd
tijdens de broedperiode. Tevens zijn rust- en verblijfplaatsen en de functionele omgeving van een aantal vogelsoorten jaarrond beschermd. De plaatsing en eventuele verplaatsing van de turbines dient gezien te worden als een voor vogels verstorende activiteit. Tijdens het broedseizoen zal geen plaatsing of verplaatsing van de turbines plaatsvinden. vinden, indien er broedende vogels aanwezig zijn. 2.
De soortgerichte onderzoeken naar de Huismus en Vleermuizen zijn onderdeel van het project Ruigewind,
waarbij ondermeer gekeken wordt naar de effecten van kleine windmolens op fauna. De onderzoeken worden als nulmeting uitgevoerd, alvorens de windmolens geplaatst worden. Indien de soorten aanwezig zijn worden mitigerende maatregelen getroffen.
Economische uitvoerbaarheid. Het plan wordt voor rekening van dr. J.L.A. Pluis uitgevoerd.
Proefboerderij Ruigewind - Lauwerzijl
Achtergrondgeluid
komt niet alleen het meest voor, maar ook de krachtigste winden komen uit die windstreek. Bij overdracht over grote
De geluidsemissie van windturbines en ook de normstelling hiervoor is lastiger te interpreteren dan de geluidsemis-
afstanden is de gemiddelde overdrachtsdemping in noordoostelijke richting hierdoor lager dan in andere richtingen.
sie van ‘reguliere’ (industriële) geluidbronnen omdat er een variatie met de windsnelheid optreedt. Hoe harder het
Bij andere bronnen dan windturbines (wegen, spoorwegen, industrieterreinen) is dit effect zo klein dat het wordt ver-
waait, hoe harder het geluid van de windturbines omdat de wieken sneller draaien. Tevens neemt het achtergrond-
waarloosd. Bij vrijwel alle windturbines neemt de geluidsproductie echter sterk toe met de windsnelheid en doordat
geluid toe (bijvoorbeeld door het ruisen van bomen), waardoor het geluid wordt ‘gemaskeerd’. Gewoonlijk wordt in de
de krachtigste winden uit het zuidwesten komen, bestaat er een correlatie tussen geluidsproductie en overdrachts-
vergunningsverlening rekening gehouden met het achtergrondniveau, maar dat is voor windturbines dus lastig.
richting. Dit leidt er toe dat het effect van een verhoogde geluidsbelasting in noordoostelijke richting wordt versterkt.
De Nederlandse beoordelingsrichtlijn kleine windturbines (Senternovem, 2009) geeft een aanzet voor een protocol
In geval van windturbines is de asymmetrische verdeling van de windrichting verdisconteerd door de windcorrectie-
voor metingen van de geluidsemissie van een windturbine. Met de geluidsemissie kan de geluidsdruk op elke ge-
term afhankelijk te stellen van de richting van de ontvanger ten opzichte van de bron.
wenste locatie rondom de windturbine bepaald worden. Uit metingen weergegeven in Burton e.a. (2001) blijkt dat er in landelijke omgevingen een overheersend achtergrondsniveau van 40 dB(A) bestaat bij een windsnelheid vanaf
Gezamenlijke geluidsbelasting meerdere turbines.
2m/s tot en met 8 m/s. De geluidsemissie van kleine windturbines is vaak klein en de geluidsemissie is pas te bepa-
Indien turbines gelijktijdig operationeel zijn, zal de geluidbelasting hoger zijn. De verwachten geluidsbelasting kan
len bij een gemeten geluidsniveau van ongeveer 10 dB(A) boven het achtergrondniveau. Bij een te hoog achtergrond-
redelijk nauwkeurig worden berekend. Onderstaande tabel geeft de toename van het geluidsniveau indien er twee
niveau is de geluidsemissie van een kleine windturbine dus niet te bepalen.
turbines gelijktijdig operationeel zijn. Indien de eerste turbine een geluidsniveau heeft van 42 dB(A) dan zal een turbine met een geluidsniveau van 44 dB(A) tot gevolg hebben dat de ontvanger een geluidsniveau van 46.1 dB(A) ervaart.
Standaardrichtwaarden geluid Omdat het lastig is de geluidsemissie van windturbines te bepalen, zijn er in de vergunningsverlening standaardricht-
dB(A) 41
waarden opgesteld (het bevoegd gezag kan afwijken van deze richtwaarden door het stellen van een hogere of lagere
42
42
44.5 45.0
43
44
45
46
47
48
45.5
46.1
46.8
47.5
48.2
49.0
eis). In de beleidsnotitie ‘plaatsen van kleine windturbines’ van de gemeente Zuidhorn (2010) gelden als standaardrichtwaarden op de gevel:
In het algemeen kan worden gesteld dat indien twee identieke windturbines gelijktijdig operationeel zijn dan zal het
50 dB(A) voor de dagperiode (07:00 – 19:00 uur);
geluidsniveau ongeveer 3 dB(A) hoger zijn. Vier turbines geeft een verhoging van het geluid van 6 dB(A). Tien turbines
45 dB(A) voor de avondperiode (19:00 – 23:00 uur);
geeft een niveau 10 dB(A) hoger.
40 dB(A) voor de nachtperiode (23:00 – 07:00 uur). Er wordt derhalve niet uitgegaan van de bronemissie van windturbines maar van het geluidsniveau aan de gevel van omwonenden (immissiewaarden). Bij het bepalen van het immissieniveau aan de gevel van een woning zijn de belangrijkste variabelen de bronbelasting en de vrije afstand tussen de windturbine en de woonbebouwing. Geluidoverdracht. Naarmate de afstand tot de bron toeneemt, wordt de geluidenergie over een groter oppervlak verdeeld. Daardoor neemt het geluidniveau af. De geluidniveau neemt logaritmisch af des te verder men verwijderd is van de geluidsbron. In andere woorden, indien je op een afstand van 200 meter van een windturbine staat, is het geluidsniveau in het algemeen een kwart van wat het is op een afstand van 100 meter. Bij een verdubbeling van de afstand zal het geluidsniveau ongeveer 6dB(A) lager zijn. Meteorologische factoren. Factoren die de geluidoverdracht beïnvloeden zijn meteorologische omstandigheden, waarbij wind een belangrijke rol speelt. De windrichting en –snelheid is van grote invloed op geluidoverdracht op grotere afstand (> 50 meter). Er kunnen daardoor verschillen optreden van maar liefst 10 – 15 dB(A).Bij de bepaling van geluidshinder dient derhalve rekening te worden gehouden met een windcorrectie. De reden hiervoor is dat de verdeling van de windrichting over de windroos niet symmetrisch is. In Nederland is het zuidwesten de overheersende windrichting. Deze windrichting
Proefboerderij geluid Bronbelasting
Geluidoverdracht
Vanwege het feit dat kleine windturbines nog relatief nieuw zijn, is er in vergelijking met andere bronnen (weg- en
Onderstaande grafiek toont een andere windturbine (Swift) welke in het project zal worden gebruikt. De grafiek toont
vliegverkeer) nog weinig onderzoek gedaan naar de geluidshinder bij omwonenden door kleine windturbines. Er is ook
de (logaritmische) afname van het geluidsniveau bij een toename van de afstand tot de bron bij een windsnelheid
nog weinig beleid gedefinieerd waarin rekening is gehouden met mogelijk geluidshinder van kleine windturbines. De
van 8 m/s.
proefboerderij is mede opgezet met het doel om te bepalen of het mogelijk is kleinschalige windenergie toe te passen
Omdat het brongeluid van deze turbine lager is dan dat van de Skystream windturbine is reeds op korte afstand van
in landelijke gebied zonder dat het landschap wordt aangetast en er hinder ontstaat voor de omgeving. Er zal derhal-
de turbine het achtergrondgeluidsniveau hoger dan de turbine. De grafiek toont ook het verschil in geluidoverdracht
ve in het project ook aandacht zijn voor een mogelijke geluidshinder door een te hoge geluidsemissie van turbines.
in een bebouwde omgeving en een landelijke omgeving. In landelijk gebied bestaat het meeste terrein uit zachte (kaal of begroeid met vegetatie) absorberende grond. Als
Op voorhand is niet in detail aan te geven hoe groot de bronbelasting zal zijn. Met name omdat nog niet bekend is
het gehele projectsgebied van de proefboerderij zou zijn bestraat of uit water oppervlak bestaan dan zou het geluid
welke turbines in het project worden gebruikt en de informatie over de geluidsemissie van windturbines niet altijd
reflecteren zodat er hogere geluidsniveaus ontstaan bij de ontvanger.
betrouwbaar is. Met name door nieuwe innovatieve windturbines toe te passen waarin tijdens de ontwikkeling veel aandacht is geweest voor het verlagen van de geluidsemissie moet geluidshinder voor omwonenden kunnen worden voorkomen. Van de kleine windturbines waarvan al wel bekend is dat zij bij proefboerderij worden geplaatst, worden geluidsgegevens getoond ter illustratie van bovengenoemde informatie. Onderstaande grafiek toont het geluidsniveau van de Skystream. Van deze turbine is al bekend dat deze gebruikt gaat worden bij de proefboerderij. Het brongeluid van de turbine is afgezet tegen de windsnelheid. Het achtergrondgeluidsniveau is ook weergegeven.
Proefboerderij Ruigewind - Lauwerzijl
Immissiewaarden De dichts bijzijnde bebouwing bij de proefboerderij Teenstraweg 5,7 en 8 is gelegen op respectievelijk 400, 220 en 290 meter vanaf de rand van het perceel. Uitgaande van het maximale geluidsniveau (bron) van een windturbine van 60 dB(A) zal op een afstand van 145 meter van het perceel het geluid zijn afgenomen tot het niveau dat het geluid opgaat in de omgeving. Gelet op de noordelijke ligging van het perceel ten opzichte van de naburige bebouwing en de bovengenoemde asymmetrische verdeling van de windrichting zal de afstand in meeste gevallen nog kleiner zijn. Geluidversterking Bij de proefboerderij zullen maximaal 4 windturbines gelijktijdig werkzaam zijn, waarbij één wordt geplaatst op het dak of aan de gevel. Tijdens de jaarlijkse open dagen mogen maximaal 10 kleine windturbines opgesteld worden, waarvan 6 voor de maximale duur van 10 dagen (resteert dus weer maximaal 4). Er zal derhalve bij gelijktijdig gebruik van vergelijkbare turbines een verhoging van 10 dB(A) optreden. Geluidshinder. Omdat de proefboerderij tot doel heeft de mogelijkheden van kleinschalige windenergie te onderzoeken en te tonen, is er alles aan gelegen om te voorkomen dat er hinder ontstaat bij omwonenden. Er zal derhalve alles aan gedaan worden om er voor te zorgen dat de geluidsemissie beperkt blijft en er geen hinder optreedt. Onderdeel van het project behelst onderzoek naar de mogelijkheden om, ten behoeve van het voorkomen of beperken van geluidshinder, windturbines te voorzien van een automatische stilstandvoorziening die de windturbine afschakelt indien hinder optreedt ter plaatse van gevoelige objecten. Het geluid van de turbines zal niet boven de wettelijke geluidsnorm uitkomen. Alvorens er een nieuwe windturbine bij komt, zal worden nagegaan of de geluidsnorm mogelijk wordt overschreden. Indien daar sprake van is dan zal de nieuwe windturbine niet eerder worden aangezet dan nadat er door het uitschakelen van een andere turbine er de garantie is dat het geluid weer beneden de norm zal blijven.
Literatuurbronnen. Burton, T., Sharpe, D., Jenkins, N., Bossanyi, E., Wind Energy Handbook, John Wiley & Sons, ISBN 0 471 48997 2, 2001
Fasering Onderstaand overzicht toont de ontstaansgeschiedenis en de globale planning van project Ruigewind, Teenstraweg 6 Lauwerzijl Prognose
Geschiedenis Januari 2008
Raad Zuidhorn stelt nota Klimaatbeleid Zuidhorn 2008-2012 vast
Oktober 2011
Tijdelijke ontheffing verleend v oor 5 jaar op bestemmingsplan voor Proefboerderij
April 2009
Initiatiefnemer ontwikkelt plan duurzame energieneutrale woning met windturbine
Oktober 2011 - Oktober 2016 Proefboerderij operationeel. Op afspraak te bezichtigen
Augustus 2009
Overleg met gemeente over ontwerp bestemmingsplan Buitengebied Zuidhorn
November 2011
Start samenwerking projectgroep Ruigewind en externe participanten
December 2009
Eerste schetsontwerp voorhuis Teenstraweg 6
December 2011
Bouwvergunning verleend
Januari 2010
Bouw aanvraag oprichting kleine windturbine
Januari 2012
Start bouw energieneutraal voorhuis
Februari 2010
Oprichting projectgroep RUIGEWIND
April 2012
Inrichting schuur boerderij als informatieruimte
Maart 2010
Beleidsnotitie plaatsen kleine windturbines gemeente Zuidhorn
Mei 2012
Eerste van jaarlijkse open dag Proefboerderij
April 2010
Vaststelling Bestemmingsplan ‘Buitengebied Zuidhorn’
November 2012
Oplevering voorhuis
Mei 2010
G. S. van Groningen geven reactieve aanwijzing bestemmingsplan buitengebied
Oktober 2016
Ontmanteling Proefboerderij
Mei 2010
Voorlopige toetsing schetsontwerp bij Rayonarchitect Zuidhorn
Juni 2010
Presentatie projectgroep RUIGEWIND op gemeenthuis Zuidhorn
Juli 2010
Definitief schetsontwerp energieneutraal voorhuis boerderij
September 2010
Zitting Raad van State met betrekking reactieve aanwijzing bestemmingsplan
December 2010
Bouwaanvraag energieneutraal voorhuis boerderij
December 2010
Voorbereidend stuk tijdelijke ontheffing bestemmingsplan voor Proefboerderij
Januari 2011
Presentatie plannen in natuurboerderij Lammerburen. (21 januari)
Maart 2011
Toelichting op plannen tijdens jaarvergadering Vereniging Dorpsbelangen Lauwerzijl
(22 maart)
Juni 2011
Aanvraag sloopvergunning voorhuis
Juli 2011
Quick scan flora en fauna door de firma Tauw BV
Juli 2011
Indiening aanvraag tijdelijke ontheffing proefboerderij
Juli 2011
Aanvraag omgevingsvergunning t.b.v. nieuwbouw voorhuis
Proefboerderij Ruigewind - Lauwerzijl
Ruigew nd