PRESTATIEOVEREENKOMST provincie Groningen Dienst Landelijk Gebied

PRESTATIEOVEREENKOMST 2010

provincie Groningen – Dienst Landelijk Gebied

1

Inhoudsopgave VOORWOORD……………………………………………………………..3 Hoofdstuk 1 Inleiding……………………………………………………...4 Hoofdstuk 2 Doelen en prestaties……………………………………….....8 Hoofdstuk 3 Middelen…………………………………………………….10 Hoofdstuk 4 Doelen en prestaties op projectniveau……………………….14 Hoofdstuk 5 Mogelijk aanvullende opdrachten……………………………17 Hoofdstuk 6 Contracttekst…………………………………………………18

BIJLAGEN Bijlage 1 Bijlage 2. Bijlage 3. Bijlage 4. Bijlage 5. Bijlage 6. Bijlage 7. Bijlage 8. Bijlage 9.

Doelrealisatie 2010 (excl. subsidiespoor) Inzet van middelen (€) per opdracht Inzet van menskracht (uren) per opdracht Kwalitatieve toelichting opdrachten inrichting Kwalitatieve toelichting opdracht Grond Kwalitatieve toelichting opdracht Regelingen Kwalitatieve toelichting opdracht Natuur Definities, begrippen en afkortingen Opdrachtenkaart

2

VOORWOORD De Dienst Landelijk Gebied (DLG) en de provincie Groningen werken sinds 2007 intensief samen aan de doelen van het Programma Landelijk Gebied (PLG). Met deze vierde prestatieovereenkomst bouwen we voort op de lijn die we samen hebben ingezet, waarbij doelen en prestaties centraal staan en de benodigde middelen helder benoemd zijn. Tegelijk werken we verder aan de goede en zakelijke relatie als opdrachtgever en meedenkend opdrachtnemer. Onder meer doordat de grondmarkt het afgelopen jaar weinig mobiliteit kende, is het niet langer realistisch voor alle doelen van het PLG de prestaties in 5 jaar te leveren. Sterker, het zal een grote inspanning vergen om de doelen in de sfeer van landbouw en natuur in de afgesproken 7 jaar te halen. Daarbij zijn ook landelijke ontwikkelingen van wezenlijk belang: de wijze waarop wordt omgegaan met de resultaten van de Nulmeting op Kaart (NOK) en de Mid Term Review (MTR). In de loop van 2010 zal meer duidelijkheid ontstaan of en zo ja, welke gevolgen de NOK en MTR voor de tweede helft van de programmaperiode heeft. In 2010 zullen wij de resultaten van de EHS-realisatiestrategie gaan benutten om waar nodig en mogelijk, instrumenten te verbeteren om sneller tot verwerving en inrichting over te kunnen gaan. We blijven hard doorwerken aan alle lopende projecten voor de inrichting van het landelijk gebied. Verder plegen we extra inzet op de subsidie- en betaalfunctie van DLG. Door een klantgerichte benadering beperken we eventuele risico’s voor de Europese middelen bij de afrekening van projecten. De DLG en de provincie Groningen kennen een traditie van goede samenwerking. Die basis is cruciaal voor een opdrachtgever en opdrachtnemer die samen optrekken en zich verantwoordelijk voelen om ‘de klus te klaren’.

Douwe Hollenga Gedeputeerde Landelijk Gebied

3

Hoofdstuk 1

Inleiding

1.1 Doelstelling Jaarlijks stellen de DLG en de provincie gezamenlijk een prestatieovereenkomst (PO) op. De PO 2010 is de vierde in een rij sinds het PLG en het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG). Het doel van de PO is om vast te leggen welke prestaties DLG in 2010 levert en welke middelen daartoe in termen van instrumenten, geld en menskracht beschikbaar worden gesteld. DLG zal bij de reguliere rapportagemomenten (na afloop van elk trimester) of zo nodig eerder bij de provincie aangeven of bijsturing noodzakelijk is. De PO heeft een wederzijds verplichtend karakter en biedt het juridische kader voor de opdrachten van de provincie aan de DLG. De PO is een centraal sturingsinstrument voor de provincie. In deze PO worden: - opdrachten vastgelegd en prioriteiten gesteld voor het jaar 2010; - de inzet in mensuren voor de verschillende opdrachten toegewezen; - de kasmiddelen voor verschillende opdrachten toegewezen; wanneer de kasmiddelen lopende het jaar boven de in deze PO opgenomen bedragen uitkomen, vindt vooraf afstemming met de programmaleiding PLG plaats over de mogelijkheid eventueel meer uitgaven te doen; - inzicht verschaft in de door DLG te leveren prestaties in de jaren 2010-2013. Er kunnen geen kasbetalingen worden gedaan voor projecten/opdrachten door de DLG indien het restant krediet / verplichtingenruimte daarvoor niet toereikend is. Het vastleggen van nieuwe verplichtingen, verloopt niet via de PO.

1.2 Ontwikkelingen en opdrachten 2010 In 2010 wordt volgens afspraak met het Rijk de tussentijdse evaluatie van het ILG gehouden, de Mid Term Review (MTR). In de eerste maanden van 2010 zal dat zowel van provincie als DLG een nauwe samenwerking vragen om de juiste gegevens te leveren. De MTR zal niet alleen in het teken staan van de voortgang van het ILG, maar is ook het moment om de consequenties van het traject Nulmeting op Kaart (NOK) te verwerken. Bij de start van het ILG zijn aannames gedaan over de stand van grondverwerving, de inrichting en het beheer van de Ecologische Hoofdstructuur. Deze aannames zijn vergeleken met de feitelijk situatie in het veld. De verschillen die aan het licht zijn gekomen, kunnen niet zonder gevolgen blijven voor de tweede helft van de ILG-periode 2007-2013. De kern van het PLG is het realiseren van doelen en prestaties. Een belangrijk deel van de prestaties wordt geleverd door de DLG via het zogenaamde opdrachtenspoor. In deze prestatieovereenkomst zijn de prestaties opgenomen die de DLG rechtstreeks levert door zelf opdrachten uit te voeren. Dit betreft de uitvoering van verschillende landinrichtingsprojecten en grondverwerving. Daarnaast geeft DLG binnen het opdrachtenspoor uitvoering aan Programma Beheer en vanaf 1 januari 2010 aan het nieuwe Subsidiestelsel Natuur- en Landschapsbeheer (SNL). Het PLG kent naast het opdrachtenspoor ook een subsidiespoor. DLG fungeert als uitvoeringsorganisatie van de provincie voor het uitvoeren van subsidietechnische toetsen en de verdere subsidieafhandeling, inclusief de bijbehorende betalingen aan de eindbegunstigden. De prestaties die uit het subsidiespoor voortvloeien, worden door de subsidieaanvragers geleverd. Doordat de DLG zelf een aantal prestaties levert binnen het opdrachtenspoor en rapporteert over de prestaties binnen het subsidiespoor maakt dat de DLG goed toegerust is om de rapportages en verantwoording van het PLG te verzorgen. Net als eerdere jaren is de ambitie groter dan met de beschikbare menskracht te realiseren is. Aan de provincie zijn voor 2010, 32.050 mensuren van de DLG beschikbaar gesteld door het Rijk, vastgelegd in de Bestuursovereenkomst tussen Rijk en provincie. Naast deze ‘reguliere uren’ zal een deel van de

4

inzet van DLG via betaalde opdrachten plaatsvinden. Bij de inzet van regulier beschikbare uren menskracht, is er voor gekozen om voor alle lopende inrichtingsprojecten verdere voortgang te boeken. Dat wil zeggen dat we vanwege de beperkte menskracht bij een enkel project een beperking van het tempo in de planvorming of de uitvoering accepteren. Dat heeft als voordeel dat optimaal gebruik kan worden gemaakt van de beschikbare menskracht. Mochten er zich onvoorziene vertragingen voordoen, dan kan door de flexibele inzet tussentijds geschoven worden naar die projecten waar juist een versnelling mogelijk is. De inspanningen voor grondverwerving worden gecontinueerd op het niveau van voorgaande jaren. Er zal daar boven op een (aanvullend betaalde nog nader te bepalen) inspanning worden gepleegd voor de uitvoering van de realisatiestrategie, die eind 2009 is geformuleerd. In de eerste helft van 2010 worden de acties die hieruit voortvloeien vastgesteld en in uitvoering genomen. De DLG is betaalorgaan voor het Europese Plattelandsontwikkelingsprogramma (EU/POP) en voert daarnaast nog enkele regelingen uit, zoals kavelruil. Het grootste deel van het werk van het betaalorgaan bestaat uit de afhandeling van subsidieverzoeken voor de zogenaamde LEADERprojecten. De provincie heeft stevig ingezet op het aanjagen van goede projecten. Dat heeft geleid tot een hoog tempo van toekenning. De verwachting is dat dit tempo zal gaan dalen, vooral als gevolg van verslechterende budgettaire situatie van diverse partijen. Voor de DLG zal de hoeveelheid werk voorlopig echter toenemen, doordat nu veel projecten in uitvoering zijn, voorschotten worden uitgekeerd en eindafrekeningen worden gedaan. De provincie kiest er voor om extra inzet te plegen op deze fase van uitvoering, omdat de ervaring leert dat zorgvuldigheid en goede begeleiding essentieel is om in een later stadium zo min mogelijk discussie met de Brusselse eisen van controle te kunnen voldoen. Waar nodig wordt actiever ingezet op klantencontact. De DLG verricht ook taken in de kader van Programma Beheer en het nieuwe Subsidiestelsel Natuuren Landschapsbeheer. In de eerste maanden van 2010 zal de beschikbare capaciteit en de taakomschrijving verder bekend zijn. Vooralsnog is er vanuit gegaan dat de door het Rijk beschikbaar gestelde capaciteit aansluit bij de toegewezen taken. In het kader van de eerste voortgangsrapportage (PPOV) zullen nadere afspraken gemaakt worden welke activiteiten DLG voor de provincie gaat verrichten voor de beschikbare uren. DLG adviseert de provincie op meerdere fronten. Een in het oog springende gevraagde adviesrol die de DLG uitvoert, is de aanwezigheid van de accountmanager bij het wekelijks overleg met de vakgedeputeerde. De beschikbare adviesuren zijn beperkt. Mocht de MTR extra inspanning van DLG gaan vragen dan zullen deze uren niet gedekt kunnen worden uit de adviesuren, maar zullen deze uren anderszins gedekt moeten worden. Met het Rijk zijn afspraken gemaakt dat het onderdeel bodem niet langer onderdeel is van het ILG. Daarom komt dit onderwerp niet meer terug in de PO 2010. De DLG is niet de enige, maar wel de belangrijkste opdrachtnemer voor de uitvoering van de inrichting van landelijk gebied voor landbouw en natuur van de provincie. De traditie van goede samenwerking zetten wij voort, met behoud en versterking van ieders rol en verantwoordelijkheid. We streven naar een verhouding van opdrachtgever en meedenkend opdrachtnemer die samen optrekken en zich samen verantwoordelijk voelen om ‘de klus te klaren’. Het traject van verzakelijking dat in 2010 in gang is gezet, wordt voortgezet.

1.3 Kader In onderstaande paragrafen wordt het kader omschreven waarbinnen onderhavige PO uitgevoerd wordt. 1.3.1 De WILG en de ILG De Wet Inrichting Landelijk Gebied (WILG) vormt de formele juridische basis voor het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG). In de WILG staan de verantwoordelijkheden en de

5

bevoegdheden beschreven van de betrokken bestuursorganen. De bestaande Landinrichtingswet en onderdelen van de Reconstructiewet zijn in de WILG opgenomen. Door de invoering van het ILG zijn de oude regelingen, zoals die voor de landinrichting en het gebiedsgericht beleid (SGB), verdwenen. Er is nog maar één budget voor het landelijk gebied, namelijk het ILG. De oude regelingen worden nog wel uitgefinancierd. 1.3.2 De Bestuursovereenkomst en het PLG Het rijk heeft in 2006 met iedere afzonderlijke provincie een zevenjarige afspraak gemaakt over de inzet van het geld dat beschikbaar wordt gesteld in het kader van het ILG. Dit is vastgelegd in de bestuursovereenkomst. In de bestuursovereenkomst staan de rijksdoelen voor het landelijk gebied. De verdeling van gelden voor de realisatie van de doelen is hieraan gekoppeld. Op basis van deze bestuursovereenkomst is in 2007 het PLG gemaakt. In het PLG staat welke doelen het rijk en de provincie in het landelijk gebied willen bereiken en hoe die doelen worden gefinancierd. De rijksmiddelen zijn bedoeld voor de rijksdoelen. De provincie neemt deze doelen over en kan deze gebiedsgericht vertalen om deze zo te combineren met regionale doelen. De provincie heeft hiermee de regie over de uitvoering van de werkzaamheden in het landelijk gebied gekregen. 1.3.3 De regierol van de provincie De WILG heeft meer verantwoordelijkheid bij de provincies gelegd. De provincie moet aan het rijk rapporteren over de geleverde prestaties waarvoor rijksgeld is ingezet. Aan de andere kant is de provincie ook het aanspreekpunt voor het gebied. De provincie bepaalt immers in welke projecten de doelen gerealiseerd gaan worden. Hoe de prioriteiten in de relatie met DLG zijn gesteld voor 2010 (en daarmee het geld is verdeeld over de verschillende projecten), is vastgelegd in deze prestatieovereenkomst. 1.3.4 Het aansturingsprotocol DLG / BBL Op 18 december 2006 is het “Aansturingsprotocol van de Provincies voor de Dienst Landelijk Gebied en het Bureau Beheer Landbouwgronden” ondertekend door de minister van LNV, de Gedeputeerde Staten van alle provincies, de vereniging Interprovinciaal Overleg en de directeur van de Dienst Landelijk Gebied, tevens directeur van het Bureau Beheer Landbouwgronden. Deze prestatieovereenkomst is opgesteld en wordt uitgevoerd binnen de kaders van het aansturingsprotocol. Onderdelen die al binnen het aansturingsprotocol zijn vastgelegd, worden niet herhaald in deze prestatieovereenkomst.

Doordat de provincie met ingang van januari 2007 de regie in het landelijk gebied in handen heeft gekregen, komen eventuele nadelige gevolgen van handelingen (in opdracht van de provincie) ook bij de provincie terecht. Over het risicobeleid en de aansprakelijkheid van de provincie en DLG zijn afspraken gemaakt in artikel 15 van het “Aansturingsprotocol van de Provincies voor de Dienst Landelijk Gebied en het Bureau Beheer Landbouwgronden d.d. 18 december 2006, periode 2007 – 2013”. In deze prestatieovereenkomst zijn tussen de provincie en DLG afspraken gemaakt die een grote hoeveelheid uren en financiële middelen behelzen. Het is van belang om stil te staan bij onzekerheden bij de uitvoering van de overeenkomst en op welke wijze met die onzekerheden risico’s wordt omgegaan.

6

1.3.5 Het Handelingskader Grond Het handelingskader grond is een document waarin een beleidskader en een uitvoeringskader zijn samengevoegd. Gedeputeerde Staten van Groningen hebben het handelingskader op 5 december 2006 vastgesteld. Bij de vaststelling van de PO 2009 is het handelingskader licht aangepast, met name op het punt van de hoogte van het mandaat voor aankopen. Deze is verhoogd naar € 1 mln. Deze prestatieovereenkomst is opgesteld en wordt uitgevoerd binnen de kaders van het handelingskader. Onderdelen die al binnen het handelingskader zijn vastgelegd, worden niet herhaald in deze prestatieovereenkomst. 1.3.6. Managementafspraak POP 2 en Uitvoeringsregeling subsidies In de managementafspraak POP-2 (Provincie Groningen, februari 2007) is het beleids- en uitvoeringskader voor de uitvoering van de subsidieregeling POP-2 vastgelegd. Het geeft de kaders aan waarbinnen DLG, in opdracht van de provincie, haar werkzaamheden POP-2 in deze prestatieovereenkomst uit kan en mag voeren. In de uitvoeringsregeling subsidies landelijk gebied (Provincie Groningen, 2006) zijn de taken en verantwoordelijkheden vastgelegd tussen de provincie en DLG voor wat betreft de administratieve afhandeling van subsidies van het PLG Groningen. Deze subsidies omvatten nationaal (ILG) geld, provinciaal en regionaal geld. 1.3.7 Mandatering en volmachten In het mandaat- en ondermandaat besluit, vastgesteld op respectievelijk 27 maart en 11 juni 2007, zijn de volmachten en mandaten beschreven die de provincie aan DLG heeft verstrekt om de opdrachten van deze prestatieovereenkomst uit te kunnen voeren. De mandaten en volmachten hebben betrekking op gebiedsontwikkeling c.q. de landinrichtingsopdrachten, grondverwerving en -vervreemding en het uitvoeren van subsidieregelingen. Deze mandatering maakt het mogelijk dat DLG namens de provincie besluiten neemt bij de uitvoering van de verschillende opdrachten. De provincie blijft verantwoordelijk voor de uitvoering van deze bevoegdheid en blijft hierover de zeggenschap houden. Voor elk onderdeel wordt aangegeven welke taken en bevoegdheden DLG heeft en wie gemachtigde is om deze mandaten namens de provincie uit te voeren. 1.3.8 Liquiditeitsprognose en bevoorschotting DLG heeft geen eigen middelen om de prestaties zoals overeengekomen in deze prestatieovereenkomst te kunnen realiseren. Om de opdrachten te kunnen uitvoeren dient door de provincie een voorschot te worden verstrekt. De basis voor dit voorschot is de liquiditeitsprognose en bedraagt standaard één twaalfde deel van de totaal geplande uitgaven minus inkomsten derden. De voorschotten worden verstrekt in maandelijkse termijnen. Indien DLG over voldoende saldo (€ 1 miljoen) beschikt zal nul euro worden gefactureerd en schuift de termijn naar inzicht van DLG door naar een andere maand. Dit wordt in de liquiditeitsprognose zichtbaar gemaakt. Zolang de opdrachten niet zijn betaald blijven deze middelen eigendom van de provincie. DLG voert de financiële projectenadministratie. DLG ontvangt geen rente op deze middelen. De in deze prestatieafspraak geplande uitgaven en inkomsten derden vormen de basis voor de liquiditeitsprognose. Na de 1e en 2e voortgangsrapportage (PPOV), respectievelijke in mei en september, zullen de daarin geactualiseerde uitgaven en inkomsten worden gebruikt als basis voor de liquiditeitsprognose.  Onder uitgaven wordt verstaan: DLG betaalt als onderdeel van de opdracht van de provincies aan derden bedragen (bijvoorbeeld aankopen en beheer grond, aannemers, (POP2-) subsidies).  Onder inkomsten wordt verstaan: DLG int als onderdeel van de opdracht van de provincies bedragen van derden, waaronder de Europese Unie, die bijdragen aan de realisatie van de ILGdoelen. De opbrengsten van verkopen en een positief saldo exploitatie BBL worden ook als een inkomst beschouwd. Het saldo van de uitgaven en inkomsten derden komt ten laste van het ILG-budget (rijks- en provinciemiddelen) en wordt door DLG bij de provincie geïnd middels de voorschotnota’s.

7

Hoofdstuk 2

Doelen en prestaties

De kern van het PLG is het realiseren van doelen en prestaties. In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de ambities van de prestatie-overeenkomst 2010. In onderstaande tabel wordt het totaal overzicht gegeven van de in 2010 te bereiken doelen (in hectares). Tevens wordt de realisatie 20072009 aangegeven en een doorkijk c.q. prognose gemaakt van de geprognosticeerde doelrealisatie voor de resterende programmaperiode (-2013). In onderstaande tabel zijn alleen de prestaties opgenomen die door DLG zelf geleverd worden binnen het opdrachtenspoor. Dit betreft de prestaties die geleverd worden vanuit de verschillende landinrichtingprojecten en grondverwerving. De prestaties vanuit het Programma Beheer en het nieuwe Subsidiestelsel Natuur en Landschapsbeheer zijn niet opgenomen in onderstaande tabel aangezien die gerapporteerd worden door de Dienst Regelingen. De prestaties die via het subsidiespoor door derden worden gerealiseerd, worden wel door DLG bijgehouden en via de “normale”verantwoordingsrapportages (PPOV) inzichtelijk gemaakt en verantwoord. De realisatie 2007-2009 maakt derhalve wel onderdeel uit van tabel 2.1 echter voor het subsidiespoor is geen prognose 2010-2013 opgenomen. Over de robuuste verbindingen (rijksdoel) die de provincie tussen de natuurgebieden wil realiseren, zijn geen afspraken met de DLG gemaakt, behalve in die gevallen waar de verbinding onderdeel is van een landinrichting. De financiële middelen en prestaties zijn onderdeel van de doelen- en prestatietabel. De inzet van menskracht voor robuuste verbindingen gebeurt via betaalde opdrachten, waarbij de DLG één van de mogelijke opdrachtnemers kan zijn. Dezelfde lijn geldt voor ontsnippering van rijkswegen uit het Meerjarenprogramma Ontsnippering. De prestaties van tabel 2.1, en bijbehorende opdrachten zijn in hoofdstuk 4 en in bijlage 1 nader uitgewerkt.

8

Tabel 2.1 Realisatie t/m 2009, afspraken prestaties PO 2010 en doorkijk 2011 t/m 2013 (Ha’s) Realisatie Gegevens

PPO

Doorkijk

Thema

Prestatie

eenh.

Soort opdracht

2007

2008

2009*

2010

2011

2012

2013

Totale realisatie en doorkijk

Bestuursovereenkomst

Natuur (PLG)

Verwerving EHS (rijk)

Ha

Nieuw

73

42

70

60

150

75

75

545

862

127

3

91

5

60

127

3

**

Ha

Nieuw

Grondvoorraad (rijk) (Ruilen BBL-bezit)

Ha

Nieuw

Inrichten EHS (rijk)

Ha

Nieuw

Verkoop BBL-bezit (overgedragen EHS)

**

PreWilg

Ha

205

84

213 90

100

75

75

340

1.525

447

582

1.489

333

3.364

1.784

62 109

**

Lopende verpl. Bos en landsch.(rijk)

140

419

**

220

62

9 491

118 400

3.425

891

Nieuw

PreWilg

75

**

Lopende verpl. milieu (rijk)

Ha

Nieuw

Ontsnippering EHS (rijk)

St

Nieuw

27

102

30

265

30 0

152 6

**

1

PreWilg

Project milieutekort (rijk) (verdroging)

Ha

Nieuw

404

**

Kavelvergroting/-verbetering (rijk)

Ha

36

126

PreWilg

Pilots duurz.ondernemen VROM (rijk)

St

Nieuw*

Netwerk wandelen (rijk)

Km

Nieuw

Km

Nieuw

1

PreWilg

3.335

1.042

7.307

25

187

19.264

19.264

3

4

43

14.448

7

43 171

**

Ha

Doorkijk

2

**

Lopende verpl. landinrichting (rijk)

3.773

71 PPO

2.930

Netwerk varen (rijk)

2.620

Nieuw

**

Recreatie en toerisme (PLG)

940

71 Realisatie

Landbouw (PLG)

608

251 1

251

6

7

* De realisatie van 2009 betreft nog een voorlopig cijfer aangezien het boekjaar 2009 bij het opmaken van deze PO nog niet afgerond was. ** De prestaties die in deze rijen vermeld staan, zijn gerealiseerd via het subsidiespoor. De overige vermelde prestaties zijn gerealiseerd via het opdrachtenspoor.

9

58

Hoofdstuk 3 Middelen 3.1 Financiële middelen De doelen en prestaties die in de kolom 2010 in tabel 2.1 in hoofdstuk 2 zijn benoemd, vragen om inzet van middelen. In dit hoofdstuk staat welke middelen in termen van kasmiddelen en menskracht daarvoor in 2010 beschikbaar worden gesteld. De DLG krijgt van de provincie diverse opdrachten en daarbij behorende middelen. Voor een overzicht van de inzet van financiële middelen voor de verschillende opdrachten wordt verwezen naar bijlage 2. De opdrachten met betrekking tot de diverse landinrichtingsprojecten en grondverwerving leiden tot directe prestaties die DLG levert. Daarnaast voert de DLG voor de provincie een aantal opdrachten uit met betrekking tot het Subsidiestelsel Natuur- en landschapsbeheer en Programma Beheer (Natuur) en is de DLG uitvoerder van het subsidiespoor van de provincie (Regelingen). De taken op het gebied van het subsidiespoor bestaan onder meer uit de subsidietechnische toetsen voor de diverse regelingen en het verrichten van betalingen. De diverse opdrachten voor de verschillende landinrichtingsprojecten zijn opgenomen in bijlage 4. De opdrachten met betrekking tot grond, regelingen en natuur zijn opgenomen in respectievelijk bijlage 5, 6 en 7. De systematiek van het PLG kent een grote flexibiliteit. Feitelijk bestaan er geen jaarschijven. Niettemin is het zinvol ramingen per jaar op te stellen, zodat sturing mogelijk is. Bijstellingen zijn tussentijds mogelijk. In die zin zijn onderstaande beschikbare bedragen indicatief. Eventuele overschrijdingen dienen wel tijdig te worden gemeld bij de provincie en er is vooraf instemming van de provincie nodig voor overschrijdingen. De middelen die via het subsidiespoor lopen, zijn niet onderverdeeld naar de verschillende thema’s c.q. operationele doelen. De benodigde middelen (totale ILG bijdrage € 18,0 mln.) worden ingezet om reeds aangegane verplichtingen (uit) te financieren. In de voortgangsrapportages (PPOV) wordt over de inzet van deze middelen wordt vervolgens in 2010 verantwoording afgelegd. Voor de inzet van de middelen voor het subsidiespoor gelden de in de Administratieve Organisatie vastgestelde spelregels. Met nadruk wordt hier nogmaals aangegeven dat het aangaan van nieuwe verplichtingen niet via de PO loopt, maar via de reguliere besluitvorming (Functioneel Overleg (FO) met de gedeputeerde Groen Blauw dan wel Gedeputeerde Staten). In onderstaande tabel wordt per doel een overzicht gegeven van de benodigde middelen die de DLG nodig heeft in 2010 voor de uitvoering van de verschillende projectopdrachten.

10

Tabel 3.1.1 Overzicht benodigde financiële middelen 2010 per doel Thema

Operationeel doel

Prestatie

Soort opdracht

Natuur (PLG)

Overig

Lopende verpl. Bos en landsch.(rijk)

Nieuw

Pre-Wilg



Nieuw Pre-Wilg


ILG-bijdrage (tlv voorschot)

382.350

43.920

338.430

6.160

6.160

Nieuw

Pre-Wilg

Realisatie EHS

Planning inkomsten derden 2010

Nieuw

Pre-Wilg


Planning kasuitgaven 2010

Nieuw

2.000 4.115.000

2.000 2.748.000

1.367.000

763.150

58.645

704.505

4.500.000

1.000.000

3.500.000

Pre-Wilg

Totaal Natuur (PLG)

9.768.660

3.850.565

5.918.095

Nieuw

1.322.000

347.000

975.000

Pre-Wilg

1.370.274

74.664

1.295.610

2.692.274

421.664

2.270.610

63.066

6.771

56.295

63.066

6.771

56.295

625.000

625.000

625.000

625.000

32.000.000

14.000.000

18.000.000

Totaal Algemeen Betaalhuis

32.000.000

14.000.000

18.000.000

Eindtotaal

45.149.000

18.904.000

26.245.000

Landbouw (PLG)

Grondgebonden landbouw

Kavelvergroting/verbetering (rijk) Overleg provincie

Nieuw

Netwerk fietsen (rijk)

Nieuw

Totaal Landbouw (PLG) Recreatie en toerisme (PLG)

Landelijke routenetwerken

Pre-Wilg

Overig


Nieuw

Pre-Wilg

Overleg provincie

Nieuw

Cofinanciering projecten regio's

Nieuw

Cofinanciering zorginfrastructuur

Nieuw

Cofinanciering multifunctionele centra

Nieuw

Algemeen

Proceskosten PLG

Nieuw

Geplande middelen Betaalhuis - nog niet te verdelen over prestaties

Geplande middelen Betaalhuis - nog niet te verdelen over prestaties

Nieuw

Overleg provincie Totaal Recreatie en toerisme (PLG) Sociaal-economische vitalisering (PLG)

Leefbaarheid en verbreding plattelandseconomie

Totaal Sociaal-economische vitalisering (PLG) Algemeen Totaal Algemeen Algemeen Betaalhuis*

(leeg)

* De middelen die via het subsidiespoor lopen, zijn niet onderverdeeld naar de verschillende thema’s c.q. operationele doelen. De benodigde middelen (totale ILG bijdrage € 18,0 mln.) worden ingezet om reeds aangegane verplichtingen (uit) te financieren. Binnen deze verplichting is aangegeven aan welk doel de betreffende middelen besteed mogen worden. In de reguliere voortgangsrapportages (PPOV) wordt over de inzet van deze middelen in 2010 vervolgens verantwoording afgelegd.

11

In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de inzet van financiële middelen per werkveld. Tabel 3.1.2 Inzet van financiële middelen per werkveld Gegevens

Cat. Uitgaven 2010 A

werkveld Advisering

Inrichting 8.649.000

Natuur

Regelingen 32.000.000

Verwerving 4.500.000

Eindtotaal 45.149.000

Inkomsten derden 2010 A

3.904.000

14.000.000

1.000.000

18.904.000

ILG-bijdrage 2010 (tlv voorschot) A

4.745.000

18.000.000

3.500.000

26.245.000

Voor een specificatie van de inzet van de financiële middelen op opdrachtniveau wordt verwezen naar bijlage 2.

3.2 Personele middelen Om de opdrachten voor de onderdelen advisering, grondzaken, inrichting, natuur en regeling uit te kunnen voeren, zijn er voor 2010 in de bestuursovereenkomst Rijk – provincie 32.050 ‘reguliere uren’ beschikbaar gesteld. Deze uren zijn niet voldoende om alle ambities te kunnen waarmaken. Dit geldt temeer daar in de praktijk lopende het jaar veelal onvoorziene zaken zich voordoen die ons voor de keuze stellen de ambities bij te stellen of extra inzet te plegen. In voorgaande jaren waren in dit verband 1.500 reguliere uren gereserveerd in een ‘flexibele pot’. Als gevolg van afspraken in het kader van versterking opdrachtgeverschap – opdrachtnemerschap, is de planning realistischer dan voorheen. Desondanks kunnen er zich onvoorziene zaken voordoen die mogelijk leiden tot meerwerk. Daarom is het wenselijk er rekening mee te houden dat lopende het jaar 2010 meer menskracht nodig is dan op basis van de huidige inzichten kan worden voorzien. DLG en provincie hebben daarom de volgende afspraken gemaakt: - DLG en provincie gaan samen de inspanningsverplichting aan om gebruik te maken van andere geldstromen tot een totaal van 2.500 uur om opdrachten betaald te krijgen; -

-

De provincie zegt een bedrag van maximaal € 100.000,- toe voor benodigde ureninzet DLG in 2010. Bij de eerste tussenrapportage (mei 2010) zal worden bezien hoe de stand van zaken is. De provincie doet haar toezegging gestand als dan blijkt dat de opdrachten uit deze PO anderszins niet realiseerbaar blijken.

De benodigde inzet van menskracht gespecificeerd naar de verschillende werkvelden is als volgt: Tabel 3.2.1 Inzet menskracht Gegevens

Cat. Benodigde inzet uren A

werkveld Advisering 1.250

Inrichting 17.390

Natuur 2.800*

Regelingen 6.000

Verwerving 5.100

Eindtotaal 32.540

Inzet flexibele pot

3.010

Totaal

35.550

* Natuur: in eerste helft 2010 wordt duidelijk wat het precieze takenpakket en beschikbaar gestelde reguliere uren voor uitvoering taken wordt. Dan wordt opnieuw bekeken wat dat voor de urenplanning betekent. Van het aantal uren dat uiteindelijk beschikbaar wordt gesteld, wordt van uitgegaan te corresponderen met de taken.

12

Voor een specificatie van de uren op opdrachtniveau wordt verwezen naar bijlage 2. In onderstaande tabel wordt aangegeven hoe de inzet van de menskracht “gedekt”wordt. Tabel 3.2.2 Dekking ureninzet Bron Bestuurovereenkomst Rijk – provincie* Creatief aanboren geldstromen / taken door anderen uit te voeren Reservering provincie Groningen € 100.000,- ** Totaal

uren 32.050 2.500 1.000 35.550

* De beschikbare uren zijn inclusief de 1.000 uur die de Provincie aan LNV vergoedt en inclusief de gewijzigde invulling van Programma Beheer en een vermindering aan uren als gevolg van het nieuwe stelsel SNL (totaal beschikbaar 2.800 uur). Bij de 2.800 uur wordt opgemerkt dat hierover formeel nog geen overeenstemming bereikt is tussen Provincie en LNV. Indien dit niet tijdig plaatsvindt zijn de beschikbare uren van kracht zoals overeengekomen in de gewijzigde bestuursovereenkomst van 2008. ** De toezegging is uitgedrukt in een geldbedrag, waardoor de flexibiliteit blijft bestaan deze als betaalde opdracht met offerte in te zetten. Bij benadering staat het bedrag voor 1.000 uur menskracht.

3.3 Samenvatting inzet middelen In tabel 3.3. wordt per werkveld een overzicht gegeven van de inzet van middelen (€) en menskracht (uren).

Tabel 3.1 Inzet middelen (€) en menskracht (uren) 2010 werkveld Gegevens

Cat. Uren A

Advisering

Inrichting

Natuur

Regelingen

Verwerving

Eindtotaal

1.250

17.390

2.800

6.000

5.100

32.540

Uitgaven 2010 A

8.649.000

32.000.000

4.500.000

45.149.000

Inkomsten derden 2010 A

3.904.000

14.000.000

1.000.000

18.904.000

ILG-bijdrage 2010 (tlv voorschot) A

4.745.000

18.000.000

3.500.000

26.245.000

13

Hoofdstuk 4 Doelen en prestaties op projectniveau In dit hoofdstuk zijn voor enkele rijksdoelen de prestaties zoals die in overzichtstabel 2.1 zijn benoemd, verder onderbouwd. In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van de opdrachten die in 2010 tot doelrealisatie zullen leiden. Voor detailinformatie wordt naar de bijlage verwezen. De DLG verzorgt voor een belangrijk deel van de grote integrale projecten het secretariaat van de verschillende adviescommissies (landinrichtingscommissies). De begeleiding die het secretariaat biedt, betreft zowel planvormingsprocessen als de organisatie van de uitvoering. Er ligt een duidelijke relatie met de inspanningen die door het Bureau Beheer Landbouwgronden worden verricht. Om gebieden te kunnen inrichten, is het immers nodig over gronden op de juiste locaties te kunnen beschikken. De middelen die op verwerving en ruilen van gronden wordt ingezet, zijn bewust apart gehouden. De inspanning op de grondmarkt worden daar geleverd, waar zich kansen voordoen en waar doelen gerealiseerd kunnen worden. Het is daarom niet zinvol de inzet van middelen direct aan de diverse landinrichtingsprojecten te koppelen. De verwerving en ruiling van gronden heeft prioriteit, omdat dit de voorwaarde is om in te kunnen richten. In de opdracht van grond (DLG/BBL) bijlage 5 kunt u terugvinden op welke wijze grondverwerving gefocust wordt met als doel om snel tot inrichting over te kunnen gaan.

Natuur In tabel 4.1 is een overzicht geboden van de verwachte prestaties inrichting EHS, voor zover deze door de DLG worden geleverd. De prestaties zijn onderdeel van de opdrachten landinrichting. Via het subsidiespoor wordt door derden ook aan inrichting EHS gewerkt. De prestaties daarvan worden wel in de rapportages betrokken, maar maken geen onderdeel uit van tabel 4.1 Tabel 4.1. Inrichting EHS per inrichtingsopdracht PRESTATIE_PRESTATIEKENMERK

Soort opdracht

OPDRACHTNAAM

NAT Realisatie EHS -Inrichten (ha)

PreWilg

Herinrichting Westerwolde Algemeen

2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Totaal real real Prognose 20072013 85 9 94

Lutjegast – Doezum Totaal Pre-Wilg Nieuw*

85

9

Haren module 6 Inrichting EHS Westerwolde Midden-Groningen 3e module

295 419 152

Totaal Nieuw Totaal

85

9

419 447 419 447

94 374 350 1.019 208 329 333 1.441 810

810

582 1489 333 582 1489 333

3364 3364

Voor de totaal vermelde Ha’s EHS nieuw (totaal 3.364 Ha) geldt dat slechts voor een deel reeds financiële middelen vastgelegd c.q. beschikbaar. Dit beeld ziet er als volgt uit:  Voor de geplande Ha’s in de opdracht Haren module 6 zijn reeds alle financiële middelen vastgelegd c.q. beschikbaar gesteld;  Voor de geplande Ha’s in de opdracht EHS Westerwolde zijn voor een deel beschikbare middelen vastgelegd c.q. beschikbaar gesteld; 14



Voor de geplande Ha’s in de opdracht Midden Groningen 3e module zijn nog geen beschikbare middelen toegezegd c.q. beschikbaar gesteld. Zoals het er nu naar uitziet kan de totale ambitie EHS nieuw (3.364 Ha) niet verwezenlijkt worden met de beschikbaar financiële middelen voor inrichten EHS nieuw. In 2010 zal hiervoor zo mogelijk een oplossing gezocht worden. In tabel 4.2 is een overzicht geboden van de verwachte prestaties verdrogingbestrijding, voor zover deze door de DLG worden geleverd. De prestaties zijn onderdeel van de opdrachten landinrichting. Via het subsidiespoor wordt door derden ook aan verdrogingbestrijding gewerkt. De prestaties daarvan worden wel in de rapportages betrokken, maar maken geen onderdeel uit van tabel 4.2. Tabel 4.2 Verdrogingsbestrijding

PRESTATIE_PRESTATIEKENMERK

Soort opdracht

Natuur, milieukwaliteit EHS/VHR. Project milieutekort (rijk).

Nieuw

OPDRACHTNAAM eenh. 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Totaal real progn 20072013 (2008 progn.) Ha Inrichting EHS 152 208 668 1028 Westerwolde Midden Groningen Haren module 6

Ha

Totaal Nieuw

810

810

252 400 130

782

404 608 940

2620

Landbouw De provincie Groningen is een echte landbouwprovincie. Prestaties worden geleverd via landinrichting en in mindere mate via het instrument kavelruil. De provincie geeft prioriteit aan afronden van de klassieke landinrichting, waarmee grote prestaties ten gunste van de landbouw worden geleverd. Voor kavelruil zal de in 2008 ingestelde kavelruilcommissie op pro-actieve wijze het werk voortzetten. De jaren 2009 en 2010 zijn oogstjaren; in deze jaren worden omvangrijke prestaties opgeleverd.

In 2010 gaat specifieke aandacht uit naar de inzet van EU-POP-middelen ten behoeve van de landbouwdoelen. In tabel 4.3 is een overzicht geboden van de verwachte prestaties grondgebonden landbouw, voor zover deze door de DLG worden geleverd. De prestaties hebben betrekking op kavelvergroting van minimaal 10%. Tabel 4.3 Landbouw PRESTATIE_PRESTATIE- Soort OPDRACHTNAAM opdracht KENMERK LDB Grondgebonden landbouw -- inrichten (ha)

PreWilg

nr. eenh.

Herinrichting OVK blok 3

155 Ha

Herinrichting OVK blok 4 Herinrichting Westerwolde

156 Ha 162 Ha

2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Totaal real real Prognose 20072013 3.420 3.420

7.100

7.100

500

500

15

PRESTATIE_PRESTATIE- Soort OPDRACHTNAAM opdracht KENMERK

nr. eenh.

2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Totaal real real Prognose 20072013

Algemeen Herinrichting Westerwolde blok A

161 Ha

222

222

Herinrichting westerwolde blok C

163 Ha

822

822

Lutjegast - Doezum

149 Ha

2.000

2.000

Sauwerd

158 Ha

5.200 19.264 2.930

5.200 19.264 2.930

Totaal Pre-Wilg Nieuw

AppingedamDelfzijl 4 module Haren module 6 Kavelruilen Groningen (nieuw) Landinrichting Meerstad

3540 Ha

147 Ha

75

75

Midden-Groningen 3e module

8632 Ha

3.060*

3.060

159 Ha

75

75

Westerbroek

Totaal Nieuw

3560 Ha 146 Ha

p.m 125

1.042 1.042 p.m p.m p.m 125

2.930 3.335 1.042

7.032

* Voor de prestatie Midden-Groningen van 3060 ha is nog geen financiële verplichting aangegaan.

16

Hoofdstuk 5 Mogelijk aanvullende opdrachten De aanvullende opdrachten die in dit hoofdstuk zijn benoemd, kunnen vanwege het feit dat zij hier zijn benoemd, zonder verdere aanbesteding aan DLG worden gegund. Het staat de provincie vrij om met eventuele opdrachten 'de markt op te gaan'. De provincie overweegt voor de volgende project(idee) en in 2010 aanvullende opdrachten te geven, te weten: De volgende robuuste verbindingen: 1. Robuuste verbinding "Zuidpolder" (ZWK) 2. De Lauwers (Gronings/Friese grens) 3. Robuuste verbinding langs Nieuweschans en Oudezijl 4. Robuuste verbinding Paterswoldsemeer 5. Robuuste verbinding bij Steendam 6. Nadere uitwerking van de robuuste verbinding langs het Afwateringskanaal van Duurswold t/m Wagenborgen. 7. Noordelijke Vaarverbinding 8. Meerstad/Westerbroek

Tevens overweegt de provincie om DLG aanvullende opdrachten te verstrekken met betrekking tot: -

-

Uitvoering (fase 2) realisatiestrategie EHS Opstellen bekenvisie Dwarsdiep Inrichting Westrand Inrichtingsplan Nieuweschans Inzet restpercelen Midden Groningen Westerwoldse AA plus Runde Ruiten Aa Rondje Groningen EHS Hardeweer – Beswerd Opstellen en uitvoeren ontsnipperingsplan inclusief niet-rijksknelpunten Ontsnippering Lettelberterdiep Woudbloem, verdroging, landbouw Opstellen beheerplannen Natura 2000 Juridische afhandeling Grevelingenkanaal Medewerking plattelandshuizen Oost, West en Noord Analyse Eems Delta gebied; Analyse noordelijke schil (kuststrook Wadden) in relatie tot duurzame ecologische en economische landbouw; Landschap en energie in relatie tot inrichtingsopgave Krimp in relatie tot de gebiedsopgaven Subsidieadvies / kansen opsporen voor slimme dingen en aanvullende financiering Ontwikkelen nieuwe instrumenten t.b.v. uitvoering Inzet Geografische informatiesystemen Verkenningen nieuwe kansen en mogelijkheden

17

Hoofdstuk 6 Contracttekst Partijen 1. Gedeputeerde Staten van de Provincie Groningen, te dezen vertegenwoordigd door de gedeputeerde de heer D. A. Hollenga, hierna te noemen: “de Provincie Groningen” of “opdrachtgever”; en 2.

Dienst Landelijk gebied (hierna: DLG) en het Bureau Beheer Landbouwgronden (hierna: BBL), publiekrechtelijke rechtspersoon op grond van de Wet agrarisch grondverkeer, te dezen beiden vertegenwoordigd door de directeur van de Dienst Landelijk Gebied, tevens directeur Bureau Beheer Landbouwgronden, Drs. P.R. Heij, die Drs. C. K. Langebeeke regiodirecteur van regio Noord, heeft gemachtigd om namens hem de overeenkomst te tekenen, hierna gezamenlijk te noemen: “DLG” of “opdrachtnemer”

Overwegende:  dat op grond van artikel 8, vierde lid van de Bestuursovereenkomst Investeringsbudget Landelijk Gebied 2007-2013 d.d. 18 december 2006 genoemd in artikel 7 eerste lid van de Wet inrichting landelijk gebied (hierna te noemen: de WILG) een Prestatieovereenkomst tussen DLG/ BBL en de Provincie Groningen dient te worden gesloten;  dat in deze overeenkomst voor het jaar 2010 in ieder geval moeten zijn vastgelegd: a. de in de Provincie Groningen te realiseren bijdragen aan de doelen van het gebiedsgerichte beleid van het Rijk en de daaraan gerelateerde prestaties, b. de hoogte van het daarvoor door de Provincie Groningen ter beschikking te stellen ILGinvesteringsbudget, provinciale bijdragen, de EU-bijdragen en de bijdragen van derden, c. de capaciteit van de DLG in te zetten ten behoeve van de realisering van het gebiedsgerichte beleid; d. het leveren van voortgangsinformatie ten behoeve van sturing en verantwoording.  dat de basis wordt gevormd door het Rijksmeerjarenprogramma Agenda Vitaal Platteland (MJP2) voor de periode 2007-2013 (Kamerstukken 2006/06, 29576, nr. 19), door de door het Rijk overeenkomstig artikel 5 van de WILG verstrekte indicatie over de te realiseren rijksdoelen en het beschikbare budget en door het provinciale meerjarenprogramma (Programma Landelijk Gebied= PLG);  De uitvoering van de Prestatie overeenkomst vindt plaats binnen de kaders van: a. Wet Inrichting Landelijk Gebied (WILG), Landinrichtingswet, Herinrichtingswet OostGroningen en de Gronings-Drentse Veenkoloniën en de Wet Agrarisch Grondverkeer (WAG) b. Aansturingsprotocol van de Provincies voor de Dienst Landelijk Gebied en het Bureau Beheer Landbouwgronden d.d. 18 december 2006 Periode 2007 – 2013. c. Handelingskader Grond 2009. d. Management overeenkomst subsidies in het kader van POP-2, februari 2007 , Provincie Groningen periode 2007-2013 e. Uitvoeringsregeling subsidies inrichting landelijk gebied 2006 f. Kaderverordening subsidies Groningen 1998 g. Besluit mandaat, volmacht en machtiging van de Commissaris der Koningin d.d. 27 maart 2007 en van het College van Gedeputeerde Staten d.d. 13 februari 2007 h. Het ondermandaatbesluit provincie Groningen d.d. 11 juni 2007 i. Provinciaal aanbestedingsbeleid bij aanbesteding van diensten,werken en leveringen aan derden

18

Komen als volgt overeen: Artikel 1 Algemene bepalingen De overeenkomst bevat inspanningsverplichtingen voor zover niet uitdrukkelijk anders is bepaald in deze overeenkomst. Deze overeenkomst vervangt alle eerdere afspraken en overeenkomsten tussen de Provincie Groningen enerzijds en DLG anderzijds met betrekking tot de uitvoering van de WILG. Afspraken over projecten die geen betrekking hebben op de WILG blijven onverkort van toepassing. Deze overeenkomst wordt aangegaan onder het voorbehoud dat de financiële middelen die op grond van de Bestuursovereenkomst Investeringsbudget Landelijk Gebied door het Rijk beschikbaar gesteld gaan worden voor de realisering van de in de voornoemde Bestuursovereenkomst genoemde prestaties, daadwerkelijk door het Rijk ter beschikking van de Provincie Groningen worden gesteld in het betalingsritme dat tussen Rijk en Provincie is overeengekomen. Deze overeenkomst met inbegrip van de toelichting en de bijlagen, kunnen overigens uitsluitend worden aangepast of gewijzigd door middel van een document dat door DLG en Provincie is ondertekend. De overeenkomst wordt aangegaan voor de periode van één jaar, ingaande 1 januari 2010 en eindigende 31 december 2010. Verlenging van de overeenkomst is slechts mogelijk indien partijen zulks uitdrukkelijk schriftelijk nader overeenkomen. Artikel 2 Verplichtingen 2.1 Verplichtingen van Provincie Groningen en DLG 1. Met betrekking tot de landinrichtingsopdrachten waarvoor, krachtens artikel 95 lid 2 van de WILG, de Landinrichtingswet onverkort van toepassing blijft, alsmede landinrichtingsopdrachten waarvoor de Herinrichtingswet Oost Groningen en de Gronings-Drentse Veenkoloniën onverkort van toepassing blijft, komen partijen overeen dat voor DLG de bestaande werkwijze onverkort gehandhaafd zal blijven, waarbij de landinrichtingscommissie, herinrichtingscommissie dan wel deelgebiedscommissie als opdrachtgever van DLG zal fungeren. Met deze Prestatieovereenkomst geeft de provincie opdracht aan DLG om deze categorieën landinrichtingsprojecten, conform de desbetreffende opdrachtoverzichten, verder uit te voeren. In opdracht van de Provincie verricht DLG met name het procesmanagement en de begeleiding van de uitvoering. DLG gaat namens de Provincie Groningen (meerjarige) juridische verplichtingen jegens derden aan, e.e.a. binnen de kaders van artikel 2.3 punt 3 van de Bestuursovereenkomst Investeringsbudget Landelijk Gebied 2007 - 2013. DLG verricht uit de aangegane verplichtingen voortvloeiende betalingen en int de gelden die zijn toegezegd door bijdragende partijen. DLG voert hierbij de projectadministratie, inclusief de dossiervorming. 2. Partijen komen overeen dat voor DLG de thans bestaande werkwijze onverkort gehandhaafd zal blijven met betrekking tot de navolgende inrichtingsopdrachten:  Niet-wettelijke inrichtingsopdrachten, welke vóór 01-01-2007 zijn vastgesteld door GS en in uitvoering zijn genomen.  Niet-wettelijke inrichtingsopdrachten die gedurende de looptijd van de Prestatieovereenkomst door GS worden vastgesteld en waarvan met de uitvoering zal worden gestart. 3. Partijen komen overeen dat DLG haar werkzaamheden zal uitvoeren conform de het mandaat- en ondermandaatbesluit van respectievelijk 13 februari 2007, 27 maart 2007 en 11 juni 2007, waarin de daartoe verstrekte mandaten nader beschreven staan. Het betreffen de navolgende categorieën:

19



Landinrichtingsopdrachten van vóór 01-01-2007 welke krachtens artikel 95 WILG uitgevoerd zullen worden conform de WILG;  Landinrichtingsopdrachten die na 01-01-2007 zullen worden voorbereid en uitgevoerd volgens de WILG ; 4. Met deze Prestatieovereenkomst geeft de Provincie aan DLG opdracht om voor deze categorie van opdrachten de volgende taken uit te voeren:  grondverwerving, planvorming, procesmanagement van de uitvoering en het begeleiden van de uitvoering: voor de in de betreffende opdrachtoverzichten opgenomen opdrachten. Indien de Provincie DLG de opdracht geeft de begeleiding van de uitvoering te doen, gaat DLG namens de Provincie Groningen meerjarige juridische verplichtingen jegens derden aan. DLG verricht uit de aangegane verplichtingen voortvloeiende betalingen en int de gelden die zijn toegezegd door bijdragende partijen. DLG voert hierbij de projectadministratie, inclusief de dossiervorming.  De provincie bepaalt voor deze projecten of zij een commissie inricht en wat de status van de commissie is. In opdracht van de provincie kan DLG het secretariaat van de commissie voeren. 5. Met deze Prestatieovereenkomst geeft de provincie BBL de opdracht tot aankoop, verkoop, ruil en overdracht van gronden voor de in de betreffende opdrachtoverzichten opgenomen opdrachten. De taken welke BBL hiertoe verricht zijn in het opgenomen in hoofdstuk 7 artikel 17 van het Aansturingsprotocol en voor de Provincie Groningen uitgewerkt en vastgelegd in het handelingskader grond. Dit handelingskader maakt onderdeel uit van deze Prestatieovereenkomst. Op basis van deze Prestatieovereenkomst voert BBL transacties uit, verricht BBL de uit de transacties voortvloeiende betalingen en inning van gelden. BBL voert de transactie- en bezitsadministratie en de hierbij behorende geldbeweging, inclusief de dossiervorming. 6. Partijen komen overeen dat DLG voor de uitvoering van subsidieregelingen met betrekking tot het gebiedsgerichte beleid van de provincie Groningen alle voorkomende werkzaamheden zal uitvoeren met betrekking tot subsidieafhandeling. Hiertoe behoren onder meer het beoordelen van aanvragen, subsidieverlening, bevoorschotting, subsidievaststelling en sanctiebeleid alsmede de daarbij behorende financiële administratie. Het betreft de volgende categorieën van subsidieafhandelingsopdrachten:   

Subsidieafhandelingsopdrachten met betrekking tot rijkssubsidieregelingen welke per 1 januari 2007 zijn beëindigd (lopende verplichtingen); Subsidieafhandelingsopdrachten, gebaseerd op het PLG als bedoeld in artikel 4 WILG en met toepassing van de provinciale kaderverordening subsidies; Subsidieafhandelingsopdrachten in het kader van betaalorgaan POP 2, zoals beschreven in de Administratieve Organisatie (Werkwijze Betaalhuis die in 2007 is vastgesteld)

7. Partijen kunnen na gezamenlijk overleg besluiten om (een deel van) de capaciteit van DLG ten behoeve van de uitvoering van een opdracht als bedoeld in de leden 1 t/m 6 al dan niet tijdelijk aan te wenden voor de uitvoering van een andere opdracht als bedoeld in de leden 1 t/m 6. 8. Partijen zijn gehouden om in goed overleg de verstrekte mandaten en volmachten aan te passen aan gewijzigde omstandigheden, waaronder ten minste dient te worden verstaan wijziging van functie of uitdiensttreding van de genoemde DLG functionarissen.

20

2.2

Verplichtingen van de Provincie Groningen 1. De Provincie Groningen stelt voor het tijdvak van de Prestatieovereenkomst 2010 aan DLG het investeringsbudget, bedoeld in artikel 9, eerste lid, van het aansturingsprotocol, door middel van maandelijkse voorschotten ter beschikking, tenzij in een specifieke opdracht schriftelijk een ander betalingsritme wordt overeengekomen, in het belang van een ongestoorde uitvoering. DLG zal een liquiditeitsvoorstel doen met inachtneming van de afspraak dat er geen voorschotten door de provincie worden verstrekt indien de DLG over een positief saldo van hoger dan € 1 mln beschikt. DLG zal maandelijks een verantwoording (PMV) verstrekken. 2. De Provincie Groningen zet in overeenstemming met artikel 8 van de Bestuursovereenkomst de capaciteit van de DLG in via opdrachten, voor de uitvoering van ILG taken zoals uitgewerkt in het aansturingprotocol d.d. 18 december 2006 en de mandateringsbesluiten. 3. De Provincie Groningen verstrekt aan DLG voor de in deze Prestatieovereenkomst aangeduide inrichtingsopdrachten, grondverwervingsopdrachten en subsidieafhandelingsopdrachten een volmacht c.q. mandaat. De strekking van deze volmachten en mandaten is dat de manier van werken van DLG in opdracht van het Rijk is gecontinueerd, waarbij de Provincie Groningen als opdrachtgever de plaats in neemt van het Rijk. De volmachten c.q. mandaten omvatten ondermeer: 1. het aangaan van verplichtingen ten laste van het investeringsbudget en ten laste van door de Provincie Groningen ter beschikking gestelde aanvullende financiering; 2. het toekennen van schadevergoedingen of een voorschot daarvoor; 3. alle handelingen samenhangende met de aanbesteding werken, diensten en leveringen; 4. het verrichten van betalingen, het innen van vorderingen; 5. het aanvragen van voor de uitvoering noodzakelijke vergunningen en ontheffingen; 6. het sluiten van overeenkomsten, het opstellen en ondertekenen van akten met betrekking tot de uitvoering van de inrichtings- en grondverwervingsopdrachten, inclusief het tijdelijk beheer van de door BBL verworven gronden; 7. het verstrekken van subsidies, het verlenen van voorschotten, en het beschikken tot subsidievaststelling; 8. Het geven van opdrachten aan het Kadaster; 9. Het vertegenwoordigen van de Provincie Groningen in herverkavelingsprocedures. 4. De Provincie Groningen zet ook in 2010 het PNB-leningenbudget voor grondverwerving in ten behoeve van de realisatie van natuur, in overeenstemming met de artikelen 3 en 6 van de Bestuursovereenkomst.

2.3

Verplichtingen van de DLG 1. DLG realiseert uiterlijk op 31 december 2010 de in deze Prestatieovereenkomst genoemde diensten, met inachtneming van de in het PMJP opgenomen kwantiteits- en kwaliteitseisen van de operationele doelstelling. 2. DLG besteedt de beschikbaar gestelde voorschotten aan de opdrachten zoals omschreven in de opdrachtoverzichten. 3. DLG besteedt de beschikbaar gestelde capaciteit aan de in deze overeenkomst genoemde diensten. 4. DLG zorgt dat de gelden binnen de kaders van de opdrachten worden besteed. Binnen de opdrachten heeft zij de vrijheid om gelden aan te wenden. 5. DLG zorgt dat financieel/juridische omstandigheden die zouden moeten leiden tot een wijziging van de opdracht (zoals opgenomen in de Prestatieovereenkomst en andere

21

6. DLG levert haar gegevens aan voor de jaarlijkse rapportage ten behoeve van de landelijke voortgang van het ILG. Daartoe hanteert DLG het zogenaamde PEIL-format. 7. Andere omstandigheden dan hierboven genoemd worden tijdens het trimesteroverleg als bedoeld in artikel 3 besproken.

Artikel 3 Verantwoording 1. Trimesteroverleg (bestuurlijk) Provincie Groningen en DLG voeren omstreeks half juni 2010, half oktober 2010 en half maart 2011 overleg over de voortgang en de ontwikkelingen in de opdrachten, aan de hand van de voortgangsrapportage die door DLG wordt opgesteld. Bij het overleg zijn van de zijde van de Provincie Groningen de Gedeputeerde en de programmaleider aanwezig en van de zijde van DLG de Accountmanager en het Hoofd Projecten aanwezig. De provincie voert het secretariaat van dit overleg. 2. Voortgangsrapportage DLG stelt ieder trimester een voortgangsrapportage op volgens de afgesproken PPOV. De peildatums voor deze rapportage zijn: 1 mei 2010, 1 september 2010, 31 december 2010. 3. Maandelijks overleg (ambtelijk) Maandelijks is er overleg over de voortgang van de overeenkomst in de voorgaande maand. Dit overleg betreft de programmaleiding en het Hoofd Projecten en de teamhoofden DLG over de totale overeenkomst. 4. Accountantsverklaring De Auditdienst LNV zal op 1 maart 2011 een accountantsverklaring over de laatste PMV gegevens van 2010 aanleveren. Hierbij zal het ILG controleprotocol worden gevolgd. 5. Managementverklaring Voorts zal DLG twee maal per jaar (1 juli en 31 januari) een door de directie ondertekende managementverklaring afgeven. In dit document gaat DLG in op de beheersing van de voor de provincie specifieke ILG/WILG processen. 6. PMV Maandelijks levert de DLG de Provinciale Maand Verantwoording aan de provincie. 7. Andere rapportages Aanvullende rapportages worden in een aanvullende opdracht afgesproken en geoffreerd.

Artikel 4 Sturing en werkwijze Deze Prestatieovereenkomst tussen de Provincie Groningen en DLG heeft betrekking op de werkzaamheden, zoals die zijn vermeld op de in de bijlage 4 opgenomen opdrachtoverzichten. Deze overeenkomst heeft betrekking op het jaar 2010. Alle doelen en prestaties die in de opdrachtenoverzichten zijn opgenomen voor de periode 2011 – 2013 hebben het karakter van een doorkijk. De provincie Groningen en DLG maken lopende het jaar afspraken over nieuwe opdrachten overeenkomstig de kaders van deze overeenkomst. Hierbij wordt het verschil tussen afgesproken ambities en de afgesproken opdrachten via programmering ingevuld. Deze nieuwe opdrachten leiden eens per kwartaal tot een door alle partijen getekende herziene totaaltelling van de opdrachten die aan deze overeenkomst wordt gevoegd.

22

Indien partijen op basis van bedoelde inventarisatie constateren dat de beschikbaar gestelde capaciteit van DLG ontoereikend is, dan is de provincie Groningen gehouden om op grond van het bepaalde in artikel 8 lid 5 van de Bestuursovereenkomst te bezien of met een andere provincie geschoven kan worden met betrekking tot de capaciteit van DLG. Indien zich omstandigheden voordoen die bijstelling van de lopende opdracht(en) en/of bijstelling van de jaardoelstellingen noodzakelijk maken, vindt op initiatief van de signalerende partij overleg plaats. Artikel 5 Lopende verplichtingen en prestaties Conform de Bestuursovereenkomst neemt de Provincie Groningen lopende verplichtingen over van het Rijk. De lopende verplichtingen die betrekking hebben op het werkpakket van DLG maken onderdeel uit van deze Prestatieovereenkomst. Hierover zijn met instemming van LNV tussen provincie en DLG aanvullende afspraken gemaakt. Deze zijn vastgelegd in een brief van GS aan DLG, d.d. november 2007(kenmerk RMW 0712879). DLG handelt deze verplichtingen volledig af volgens de in 2006 geldende regelgeving, inclusief betaling en administratie. Artikel 6 Capaciteit DLG Regulier Voor de uitvoering van de in deze overeenkomst genoemde diensten stelt het Rijk via de Bestuursovereenkomst Investeringsbudget Landelijk Gebied 2007-2013 capaciteit van DLG beschikbaar. Op het moment van ondertekening van deze Prestatieovereenkomst geldt dat in totaal 32.050 uur voor 2010 beschikbaar is uit het ILG budget. Dit is inclusief:  1000 uur voor POP 2. Door de provincie worden deze uren evenals in 2009 rechtstreeks betaald aan LNV op basis van het LNV tarief.  2.800 uur voor activiteiten in het kader van de Provinciale Subsidieregeling Natuurbeheer (PSN), de Provinciale Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer (PSAN) en de Regeling Subsidie Natuur en Landschap (SNL Bij de 2.800 uur wordt opgemerkt dat hierover

formeel nog geen overeenstemming bereikt is tussen Provincie en LNV. Indien dit niet tijdig plaatsvindt zijn de beschikbare uren van kracht zoals overeengekomen in de gewijzigde bestuursovereenkomst van 2008. Aanvullend Naast de reguliere opdrachten ter realisatie van de ILG doelen, verleent de Provincie Groningen ook aanvullende opdrachten aan DLG. Deze aanvullende opdrachten betreffen niet reguliere werkzaamheden die wel deel uitmaken van deze Prestatieovereenkomst. De desbetreffende opdrachtenoverzichten zijn eveneens opgenomen in de bijlagen bij deze Prestatieovereenkomst. De uren die DLG aan deze opdrachten besteedt, zijn opgenomen als ‘niet-ILG uren’. Artikel 7 Aansturing kadaster Provincie Groningen mandateert aan DLG de bevoegdheden ten aanzien van de door het Kadaster te leveren bijstand bij de vervulling van de op landinrichting betrekking hebbende taken, alsmede de aansturing van het Kadaster als bedoeld in artikel 21, lid 2 WILG. Dit geldt voor alle opdrachten en projecten in de provincie Groningen. De werkzaamheden worden uitgevoerd binnen het kader van de samenwerkingsovereenkomst DLG-Kadaster.

Artikel 8 Aanbesteding werken, diensten en leveranties. In artikel 22 van het Aansturingsprotocol is vastgelegd dat DLG de aanbestedingsregels van de provincie volgt voor zover het opdrachten betreft die aanbesteed moeten worden aan derden. Ter nadere uitwerking hiervan spreken Partijen het volgende af:  DLG handelt conform het aanbestedingsbeleid van de Provincie Groningen t.a.v. de drempelbedragen en aanbestedingsprocedures. De Provincie Groningen zal DLG schriftelijk informeren indien zich wijzigingen in het aanbestedingsbeleid voordoen.  Ten behoeve van het borgen van de kwaliteit van het aanbestedingsproces werkt DLG conform de AO aanbesteden van DLG, welke voor de aanbesteding van werken is gebaseerd op de ARW 2005. De Provincie Groningen verklaart bij deze bekend te zijn met de inhoud van deze AO,

23

Indien het provinciale aanbestedingsbeleid en de AO aanbesteden van DLG strijdig met elkaar zijn, prevaleert het provinciale aanbestedingsbeleid boven de AO aanbesteden van DLG. De Provincie Groningen is opdrachtgever en daarmee eindverantwoordelijke in het aanbestedingsproces. De Provincie Groningen heeft aan DLG volmacht verleend om namens de provincie de bij het aanbestedingsproces behorende handelingen te verrichten. Hierin is betrokken het uitgangspunt dat DLG zelfstandig beslissingen kan nemen inzake gunningen en meerwerk, e.e.a. binnen de kaders van deze Prestatieovereenkomst. Artikel 9 Opdrachtenoverzichten Voor zover de opdrachten nog niet concreet zijn uitgewerkt tot een heldere projectopdracht, worden deze nader uitgewerkt en schriftelijk vastgelegd. De Provincie Groningen en DLG spreken bij het aangaan van deze Prestatieovereenkomst af dat de provincie de uren die DLG besteedt aan aanvullende opdrachten aan DLG zal vergoeden. De uren worden gedeclareerd volgens de tarieven voor tweeden en derden, zoals vastgesteld door de eigenaar van DLG. Voor alle aanvullende opdrachten zijn de betalings- en leveringsvoorwaarden van DLG van toepassing, gedeponeerd bij de griffie van de rechtbank Utrecht onder aktenummer 05/41”. Artikel 10 Slotbepaling 1. Bij geschillen, daaronder begrepen die, welke slechts door één der partijen als zodanig worden beschouwd, naar aanleiding van deze overeenkomst, alsmede voor gevallen waarin deze overeenkomst niet voorziet, zullen partijen in goed overleg en in de geest van deze overeenkomst tot een oplossing trachten te komen. 2. Indien partijen bij geschillen en/of gevallen als bedoeld in lid 1, niet in goed overleg tot een oplossing komen, zullen de geschillen en/of gevallen worden voorgelegd aan een mediator van het Nederlands Mediation Instituut (NMI). De mediator zal trachten om tot een voor alle partijen bevredigende oplossing te komen van bedoelde geschillen en/of gevallen. 3. Indien bedoelde geschillen en/of gevallen niet zijn opgelost na goed overleg als bedoeld in lid 1 én na tussenkomst van een mediator als bedoeld in lid 2, zullen de geschillen en/of gevallen worden beslecht door de bevoegde rechter van de rechtbank waar de Provincie Groningen zetelt. Eventuele feitelijke onvolkomenheden in deze contracttekst kunnen leiden tot een appendix bij deze prestatieovereenkomst. De Provincie en de DLG gaan akkoord met de afspraken in de Prestatieovereenkomst 2010, zoals in dit document is beschreven.

Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend op Provincie Groningen

De Dienst Landelijk Gebied en het Bureau Beheer Landbouwgronden

D.A. Hollenga Gedeputeerde

C.K. Langebeeke Regiodirecteur

24

BIJLAGEN

25

Bijlage 1 Doelrealisatie 2010 (excl. subsidiespoor) Gepland gereed te melden in 2010 OPDRACHTNAAM

Nr

Cat

Prestatie

eenh.

Soort opdracht

Grondzaken Groningen (ILG)

143

A


Ha

Nieuw

60

Verkoop BBL-bezit (overgedragen EHS)

Ha

Nieuw

140

Haren module 6

3560

Herinrichting OVK blok 4

156

Inrichting EHS Westerwolde

145

Kavelruilen Groningen (nieuw)

Totaal

Grondvoorraad (rijk) (Ruilen BBL-bezit)

Ha

Nieuw

90

A


Ha

Nieuw

295

A

Project milieutekort (rijk)

Ha

Nieuw

A


Ha

Pre-Wilg

A


Ha

Nieuw

152


Ha

Nieuw

152 125

252 1.420

146

A


Ha

Nieuw

Landinrichting Meerstad

147

A


Ha

Nieuw

75

Midden-Groningen 3e module

8632

A


Ha

Nieuw

3.060

Westerbroek - voorbereiding

159

A


Ha

Nieuw

75

26

Bijlage 2. Inzet van middelen (€) per opdracht MIDDELEN Soort opdracht

werkveld

OPDRACHtNAAM

Advisering Advisering Provincie Groningen Totaal Advisering Appingedam-Delfzijl 4e module Haren module 5 Haren module 6 Inrichting EHS Westerwolde* Kavelruilen Groningen (nieuw) Landinrichting Meerstad Levende Dorpen Centraal Levende Dorpen Hoogeland Levende Dorpen Oost-Groningen Levende dorpen Westerkwartier Midden-Groningen 3e module* Reitdiep, ondersteunen Gebiedscommissie Runde Westerbroek – voorbereiding Westerkwartier – Dwarsdiep Totaal Inrichting Natuur Programma Beheer Totaal Natuur Regelingen Betaalorgaan ILG / PMJP Groningen PNB Groningen Totaal Regelingen Verwerving Grondzaken Groningen (ILG) Totaal Verwerving Totaal Nieuw Inrichting Haren t/m 4e module PreWilg Herinrichting OVK blok 3 Herinrichting OVK blok 4 Herinrichting OVL blok Algemeen Herinrichting Westerwolde Algemeen Herinrichting westerwolde blok C Lutjegast – Doezum Middag Humsterland Sauwerd Totaal Inrichting Regelingen ICES (NN EN ANL) uitfinanciering Groningen Kavelruil uitfinanciering Groningen RBB uitfinanciering Groningen SGB uitfinanciering Groningen Totaal Regelingen Totaal Pre-Wilg Totaal (leeg) Eindtotaal Nieuw

Cat.

nr.

A

138

A A A A A A A A A A A A A A A

3540 3335 3560 145 146 147 7950 7951 7931 7410 8632 6972 10310 159 160

A

7750

A A

424 9772

A

143

A

144

A A A A A A A A

155 156 154 162 163 149 150 158

A A A A

Uitgaven 2010

Inkomsten derden 2010

ILG-bijdrage (tlv voorschot)

185.000 140.000 2.000.000 2.000.000 270.000 11.000 186.000 147.000 192.000 100.000 530.000 25.000

40.000 520.000 1.275.000 1.126.000 135.000

145.000 -380.000 225.000 874.000 135.000 11.000

21.000 150.000 5.332.000

30.000.000 2.000.000 32.000.000 4.500.000 4.500.000 41.832.000 45.000 150.000 210.000 10.000 1.498.000 70.000 499.000

186.000 147.000 192.000 100.000 1.000.000 25.000

3.106.000

12.000.000 2.000.000 14.000.000 1.000.000 1.000.000 18.096.000

183.000

21.000 150.000 2.236.000

18.000.000 18.000.000 3.500.000 3.500.000 23.736.000 45.000 150.000 210.000 10.000 1.315.000 70.000 499.000

210.000 2.692.000

183.000

210.000 2.509.000

2.692.000

183.000

2.509.000

44.524.000

18.279.000

26.245.000

383 416 380 377

* Voor Midden-Groningen/Dannemeer en gedeeltelijk voor inrichting EHS Westerwolde zijn nog geen financiele verplichtingen aangegaan

27

Bijlage 3. Inzet van menskracht (uren) per opdracht Werkveld / opdrachten

PO 2010

Advisering Inrichting

1.250

Appingedam Delfzijl 4e module Haren module 4 Haren module 5 Haren module 6 Herinrichting OVK blok 3 Herinrichting OVK blok 4 Herinrichting OVK algemeen Herinrichting Westerwolde algemeen Herinrichting Westerwolde blok C Inrichting EHS Westerwolde Kavelruil Groningen Landinrichting Meerstad Lutjegast Doezum Midden Groningen 3e module Middag Humsterland NOK Reitdiep Runde Sauwerd Westerbroek Westerkwartier-Dwarsdiep

1.095 50 50 2.525 300 1.100 100 800 50 2.650 500 420 1.065 2.485 100 450 950 300 1.100 800 500

Inrichting (Totaal)

17.390

Grond Natuur Regelingen - betaalorgaan

5.100 2.800* 6.000

Inzet flexibele pot

Totaal

3.010

35.550

* Natuur: in eerste helft 2010 wordt duidelijk wat het precieze takenpakket en beschikbaar gestelde reguliere uren voor uitvoering taken wordt. Dan wordt opnieuw bekeken wat dat voor de urenplanning betekent. Van het aantal uren dat uiteindelijk beschikbaar wordt gesteld, wordt van uitgegaan te corresponderen met de taken.

28

Bijlage 4. Kwalitatieve toelichting opdrachten inrichting Appingedam – Delfzijl De hoofddoelen van het project zijn de verbetering van de verkaveling voor de landbouw, het behouden en versterken van de kenmerkende waarden van landschap en cultuurhistorie en het verbeteren van de recreatieve structuur, met name voor fietsen en wandelen. Appingedam – Delfzijl 4e module Doelen 2010:  Er worden geen prestaties op doelen gerealiseerd. Mijlpalen:  Start opstellen Lijst Geldelijke Regelingen: 1e trimester 2010  Ter inzage legging Lijst Geldelijke Regelingen: 3e trimester 2010  Start bezwarenbehandeling Lijst Geldelijke Regelingen: 3e trimester 2010  Opleveren kavelaanvaarding: 2e trimester 2010  Opleveren waterbeheersing: 2e trimester 2010  Afsluiting module 3: 1e trimester Middelen: Verplichting

Uitgaven € 185.000

Inkomsten € 40.000

Uren 1.095

Haren Het gaat in de herinrichting Haren om de realisering van de gebiedsvisie Haren. De doelstellingen zijn de verwerving en de inrichting van de EHS en het verbeteren van de landbouwkundige structuur. Om dit te realiseren is een herinrichting gaande. Haren t/m 4e module Doelen 2010  In 2010 worden geen doelen gerealiseerd. Mijlpaal:  Ter visie legging van het Plan van Toedeling: 1e kwartaal Middelen: Verplichting

Uitgaven € 45.000

Inkomsten

Uren 50

Haren module 5 Doelen 2010  In 2010 worden geen doelen gerealiseerd. Mijlpalen  Afronding van het bestek Esserpolder: 1e kwartaal 2010 Middelen: Verplichting



Uren 50 29

Inkomsten: € 520.000 (de uitgaven van het bestek zijn grotendeels in 2008 geweest, inkomsten komen in 2009 binnen). Haren module 6 Doelen 2010  295 hectare EHS wordt in 2010 ingericht. Mijlpalen  Opleveren bestek/kunstwerken Oostpolder: 2e trimester 2010  Opleveren bestek Onnepolder: 3e trimester 2010  Afronden plan van toedeling: 3e trimester 2010 Middelen Verplichting

Uitgaven € 2.000.000

Inkomsten € 1.275.000

Uren 2.525

Herinrichting blok Oude Veenkoloniën Algemeen In Oude Veenkoloniën worden de volgende maatregelen genomen:  Het verbeteren van de infrastructuur en de landbouwkundige structuur  Het opheffen van de Stadsmeierrechten  Het treffen van voorzieningen ten behoeve van landschap, natuur en openluchtrecreatie  Herverkaveling van 4 blokken  Overdracht van wegen en kanalen van de stad Groningen voorzover buiten haar grenzen gelegen. Doelen 2010  Geen prestaties op doelen gerealiseerd Mijlpaal Geen mijlpalen te realiseren, het blok kan pas worden ontbonden als alle blokken gereed zijn, dit is naar verwachting in 2012 het geval. Middelen Verplichting Uitgaven Inkomsten Uren € 10.000 100

Herinrichting Oude Veenkoloniën blok 3 Doelen 2010  Geen prestaties op doelen gerealiseerd Mijlpaal  Vaststellen LGR: 2e trimester 2010  Opheffen blokcommissie: 3e trimester 2010 Middelen Verplichting


Inkomsten

Uren 300

30

Herinrichting OVK blok 4 Doelen 2010  Er worden geen prestaties op doelen geleverd. Mijlpalen  Ter visie legging LGR: 2e trimester 2010 Middelen Verplichting


Inkomsten

Uren 1.100

Herinrichting Westerwolde Algemeen In Westerwolde worden de volgende maatregelen genomen:  Het verbeteren van de infrastructuur en de landbouwkundige structuur  Het opheffen van de Stadsmeierrechten  Het treffen van voorzieningen ten behoeve van landschap, natuur en openluchtrecreatie  Herverkaveling van 4 blokken  Overdracht van wegen en kanalen van de stad Groningen voorzover buiten haar grenzen gelegen. Doelen 2010  Er worden geen prestaties op doelen gerealiseerd Mijlpalen  Opheffen deelgebiedscommissie: 1e trimester 2010 Middelen Verplichting



Uren 800

Herinrichting Westerwolde blok C Doelen 2010  Geen prestaties op doelen gerealiseerd Mijlpaal:  Geen mijlpalen. Zou gauw de rechtbank uitspraak doet, kan het blok afgesloten worden. Middelen Verplichting

Uitgaven € 70.000

Inkomsten

Uren 50

Inrichting EHS Westerwolde In het deelgebied Westerwolde van de “Herinrichting Oost-Groningen en Gronings-Drentse Veenkoloniën” wordt de Ecologische Hoofdstructuur ingericht. Het project omvat meerdere doelen, te weten natuurherstel, herstel landschap en cultuurhistorie, creëren van waterberging in het beekdal, recreatief medegebruik en het creëren van draagvlak in het gebied. 31

Doelen 2010  Inrichting EHS: in het gebied Gaast Hoorndermeeden wordt 152 hectare gerealiseerd.  Verdrogingsbestrijding: ook voor dit doel wordt 152 hectare gerealiseerd Mijlpalen  Opleveren bestek Gaast Hoorndermeeden: 3e trimester 2010  Opstarten ontwerp Ter Wupping: 1e trimester 2010  Start uitvoering Ellersinghuizer Veld: 2e trimester 2010  Start ontwerp Ter Apel/ter Wisch”: 3e trimester 2010  Afronding begrenzingsprocedure EHS: 3e trimester 2010 Middelen Verplichting


Inkomsten € 1.126.000

Uren 2.650

Kavelruilen Door LNV zijn middelen beschikbaar gesteld ten behoeve van structuurverbetering van grondgebonden landbouw op het punt van verkaveling. Daarnaast heeft landbouwstructuuronderzoek uitgewezen dat door de sterke schaalvergroting de versnippering de komende jaren zal toenemen. In verband hiermee heeft de provincie Groningen een kavelruil-plus regeling in het leven geroepen ter stimulering van kavelruil Doelen 2010  Grondgebonden landbouw: 125 hectare in totaal 2010 Mijlpalen



Voor geheel 2010 een 4-tal aktepasseringen te realiseren.

Middelen Verplichting



Uren 500

Landinrichting Meerstad De opdracht omtrent landinrichting Meerstad omvat de volgende onderdelen: handhaving productieomstandigheden voor de landbouw, realisatie van circa 225 ha. natuur, afstemming waterhuishouding aan nieuwe functies en advies over wateraanvoer naar de Duurswoldboezem, onderzoek naar de noodzaak van 2 hoofd-fietsroutes en eventuele realisatiemogelijkheden, handhaving van een gevarieerd landschap en voorstellen voor recreatieve voorzieningen binnen de toegekende functies (landbouw en natuur). Doelen 2010  Grondgebonden landbouw: ambitie is 75 hectare te realiseren indien de grondaankopen doorgaan. Mijlpalen  Voorlichting over het ontwerpplan: 1e kwartaal 2010  Aanbieden van het ontwerpinrichtingsplan aan GS: 2e trimester 2010 32

Middelen Verplichting

Uitgaven € 11.000

Inkomsten

Uren 420

Lutjegast Doezum Doelen 2010  Er worden geen prestaties op doelen gerealiseerd in 2010 Mijlpalen  Start Lijst Geldelijke Regelingen: 1e trimester 2010  Opleveren kavelaanvaarding: 3e trimester 2010  Opleveren basisaanvaarding EHS: 1e trimester 2010 Middelen Verplichting


Inkomsten

Uren 1.065

Middag Humsterland Binnen het nationaal landschap is “ behoud door ontwikkeling” een sleutelwoord. In het uitvoeringsprogramma Nationaal Landschap Middag Humsterland 2007-2013 staan de ambities omschreven. Het gaat om behoud en versterking van de landschappelijke en cultuurhistorsiche waarden, om maatregelen ter bevordering van recreatie en toerisme en om maatregelen om de landbouwsector economisch vitaal te houden. De gebiedscommissie is belast met de uitvoering van het uitvoeringsprogramma. In verband met overlap van beleidsdoelen zal de samenwerking met het programmasecretariaat regio west worden geïntensiveerd. De provincie Groningen neemt deze opdracht terug en DLG zal de lopende werkzaamheden afronden. Het gaat om het leveren van een bijdrage aan:  monitoring van de cascokaart en de periodieke actualisatie van de kaartgegevens. De gemeentes moeten weliswaar hun bestemmingsplannen handhaven, maar de bedoeling was om voor heel Middag Humsterland periodiek met luchtfoto's na te gaan of er sprake is van illegale slootdemping.  communicatie rond Middag Humsterland en daarmee ook een link met het landelijke communicatienetwerk voor de Nationale Landschappen. Middelen Verplichting

Uitgaven

Inkomsten

Uren 100

Midden Groningen In het landinrichtingsproject Midden Groningen wordt gewerkt aan een optimale verkaveling voor de landbouwgebieden, het verwerven en inrichten van de EHS en verbindingszones en verbetering van de waterbeheersing. Ook behoren landschappelijke versterking en verbetering van de recreatieve mogelijkheden tot de projectdoelen.

33

Midden Groningen 3e module Doelen  Grondgebonden landbouw: 2.300 hectare voor blok 1  Grondgebonden landbouw: 760 hectare voor blok 2 Mijlpalen  Aktepassering blok 1: 1e trimester 2010  Aktepassering blok 2: 3e trimester 2010  Aanbesteding en start Dannemeer fase 1: 1e trimester 2010  Aanbesteding en start kavelaanvaarding blok 1: 1e trimester 2010  Oplevering kavelaanvaarding blok 1: 3e trimester 2010  Aanbesteding en start kavelaanvaarding blok 2: 3e trimester 2010  Afsluiting module 2: 2e trimester 2010  Start Lijst Geldelijke Regelingen blok 2: 2e trimester 2010  Start Lijst Geldelijke Regelingen blok 2: 3e trimester 2010 Middelen Verplichting

Uitgaven € 530.000,-

Inkomsten p.m.

Uren 2.485

Nulmeting Op de Kaart In opdracht van LNV en de provincie (IPO) heeft DLG in 2006 opdracht gekregen de N.O.K. per provincie uit te gaan voeren. Landelijk is er een stuurgroep die het project aanstuurt. Doelstelling van de nulmeting is om inzicht te krijgen in nog te verwerven, in te richten en het beheer van gronden binnen de EHS. Het rapport restant taakstelling (7 april 2006) heeft geresulteerd in cijfers over de nulmeting. Deze cijfers hebben geleid tot discussie. De N.O.K. moet uitsluitsel en onderbouwing geven om welke (aantallen) gronden het daadwerkelijk gaat t.a.v. begrenzing, verwerving, inrichting en beheer. De nulmeting wordt gebruikt voor de realisatiestrategie van de EHS. De nulmeting zal plaatsvinden met als uitgangspunt de stand per 1 januari 2010 Doelen Er worden geen PLG doelen gerealiseerd met dit project Mijlpaal  Opstellen NOK 1/1/2010: 2e trimester 2010 Middelen Verplichting

Uitgaven

Inkomsten

Uren 450

Reitdiep In mei 2008 is de gebiedscommissie Reitdiepdal geïnstalleerd. De commissie heeft als opdracht gekregen om een integraal inrichtingsplan te maken voor het Reitdiepgebied. In dit plan gaat het om natuur, landbouw, landschap, cultuurhistorie, water en recreatie. Ook het toekomstig beheer van het gebied krijgt hierin een plaats. In de gebiedscommissie zijn de volgende partijen vertegenwoordigd, te weten: de gemeenten Winsum en Groningen, het waterschap Noorderzijlvest, LTO Noord, de Vereniging duurzame landbouw Stad en Ommeland, Landschapsbeheer Groningen, het Groninger Landschap, de Stichting Oude 34

Groninger Kerken, de historische verenigingen en de dorpsverenigingen. De provincie Groningen is voorzitter van de gebiedscommissie. Doelen zijn: verwerving en inrichting EHS, verbetering landbouwstructuur, optimaliseren van de waterhuishouding, herstel en versterking van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden en recreatief medegebruik. Doelen:  Inrichtingen EHS wordt door Groninger Landschap gerapporteerd. Dit zal in 2010 gebeuren. Mijlpalen  Gebiedsbijeenkomst a.d.h.v. voorontwerpplan: 1e trimester 2010  Aanbieden ontwerpplan aan GS: 2e trimester 2010 Middelen Verplichting € 25.000

Uitgaven € 25.000

Inkomsten € 7.500

Uren 950

Runde Het Runde – Ruiten A project is een grensoverschrijdend project waarbij twee provincies, twee gemeenten en een waterschap bestuurlijk samenwerken om een uitvoeringprogramma op te stellen. Het is de bedoeling dat Runde een ecologische verbindingszone gaat vormen tussen Bargerveen en de natuurgebieden rond de Ruiten Aa die deel uitmaken van de ecologische hoofdstructuur. De basis van het project is de koppeling van het Drentse riviertje de Runde met de Ruiten Aa. Met deze verbinding kan het gebiedseigen water vastgehouden worden. Het nieuwe watersysteem wordt de drager van verdere ontwikkeling van natuur, recreatie en andere groene functies. Doelen - p.m. Mijlpalen - p.m. Middelen Verplichting p.m

Uitgaven p.m

Inkomsten p.m.

Uren 300

Sauwerd De hoofdopgaves in de ruilverkaveling Sauwerd zijn het verbeteren van de landbouwstructuur en invulling geven aan het realiseren van de Ecologische Hoofdstructuur en recreatieve ontsluitingen. Er zijn diverse hectares gronden aangekocht en deze zijn voor verschillende bestemmingen ingezet: voor het realiseren van de reservaatsgebieden tbv de Ecologische Hoofd Structuur. voor het realiseren van landschapselementen en fietspaden en last but not least voor de vergroting en afronding van de toedeling van agrarische bedrijven. Hiermee zijn er nieuwe economische kansen gerealiseerd voor de agrariërs in het gebied Doelen 2010  Er worden geen prestaties op doelen gerealiseerd,

35

Mijlpalen  Vaststellen Lijst Geldelijke Regelingen: 2e trimester 2010  Afsluiten RvK: 3e trimester 2010 Middelen Verplichting


Inkomsten

Uren 1.100

Westerbroek De hoofdopgave in dit project is de aanleg van een robuuste verbindingszone die de natuur in de gebieden Haren/Hunzedal en Meerstad/Midden-Groningen met elkaar verbindt. Hiervoor zullen ontsnipperingsmaatregelen genomen worden, onder andere rondom de A7. Doelen  Grondgebonden landbouw: ambitie is 75 hectare te realiseren indien gewenste grondaankopen doorgaan. Mijlpalen  Technische uitwerking Robuuste Verbindingszone: 1e trimester 2010  PRI-raming A7 passage: 1e trimester 2010  Voorlichting concept ontwerp: 2e trimester 2010  Ontwerpplan gerealiseerd: 3e trimester 2010  Aanbieden ontwerpinrichtingsplan aan GS: 3e trimester 2010 Middelen Verplichting

Uitgaven € 21.000

Inkomsten

Uren 800

Westerkwartier – Dwarsdiep In het Westerkwartier is er sprake van een integrale aanpak. De verwerving en inrichting ten behoeve van de EHS is de motor van het project. Er is echter een duidelijke koppeling met andere PMJP-doelen, zoals het creëren van waterberging, landschappelijke verbetering, landbouw, recreatie en sociaal economische vitalisering en particulier natuurbeheer. Doelen  In 2010 geen doel te realiseren. Mijlpalen  Integraal inrichtingsplan: 3e trimester 2010 Middelen Verplichting


Inkomsten

Uren 800

36

Bijlage 5. Kwalitatieve toelichting opdracht grond Deze bijlage is ter informatie en maakt geen onderdeel uit van besluitvorming. In 2010 is de ambitie op het gebied van grondzaken om per saldo ca. 90 hectare te verwerven ten behoeve van realisatie EHS. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen de geld en de goederenstroom en vervolgens in soorten prestaties. DLG/BBL zal een inspanningsverplichting aangaan om ca. 165 hectare aan te kopen, maar tevens zal ca. 75 ha worden verkocht. Bij de aankoop gaat het hierbij veelal om ruilgronden en gronden gelegen binnen de begrenzing van nieuwe natuur, allen ten behoeve van de EHS. Ook het aankopen van gronden binnen nieuwe natuur ten behoeve van particulier beheer, het zogenaamde veiligstellen, valt hier onder. Bij verkopen gaat het om percelen ruilgrond die weer worden afgestoten (grotendeels indirecte doelrealisatie), verkoop van nieuwe natuur aan Natuurmonumenten, Stichting Het Groninger Landschap of particulieren ten behoeve van particulier beheer (SN). Voor deze laatste zullen geen doelen worden gerapporteerd, daar doelrealisatie samenhangt met de subsidiestroom die niet via DLG loopt. Daarnaast verwacht DLG/BBL ca. 100 ha over te dragen aan Staatsbosbeheer. Tot slot wordt € 4 mln. gereserveerd voor aankopen ‘Op peil houden grondvoorraad’. In onderstaande tabel A zijn de prestaties opgenomen die voor 2010 als inspanningsverplichting worden vastgelegd. Tabel A: Ambities grond aan prestaties op doelen (peilformat) en verwachtte omzet Operationeel Doel NAT Realisatie EHS

Doelsoort Verwerven Overdragen

Type omzet Bijdrage SN Aankopen (ILG nieuw) Verkopen (ILG Nieuw) Aankopen (ILG Oud) Verkopen (ILG Oud) Overdragen

Activiteit Saldo verworven ha. gefinancierd met ILG Nieuw Overgedragen SBB (ILG Nieuw) en verkoop PNB (40 ha). Overgedragen SBB (ILG Oud)

Activiteit Verkoop particulier beheer (SN) Aankoop van ruilgronden/ begr. gronden op voorraad (ILG Nieuw). Verkoop van overtollige gronden, inzet ruilgrond en verkoop EHS (ILG Nieuw). Aankoop van ruilgronden en begrensde gronden op voorraad (ILG Nieuw). Verkoop van overtollige gronden, inzet ruilgrond en verkoop EHS (ILG Nieuw). Overdragen EHS aan SBB (onderverdeeld in 10 ha. ILG Nieuw en 90 ha ILG Oud).

Ha. 60 50 90

Budget € Ha. (x 1.000) 50 90 4.500 30

1.000

75

3.500

45

1.500

100

Er wordt expliciet onderscheid gemaakt tussen de activiteiten die benodigd is tot doelrealisatie te komen, de zogenaamde omzet of goederenstroom, en de realisatie van de operationele doelen zoals die door de provincie zijn aangegaan in het kader van de bestuursovereenkomst die samenhangt met de financiering. Verantwoording van de operationele doelen vindt plaats in het kader van de PPOV. De activiteiten zullen op hoofdlijnen worden verantwoord in de bijlage van de PPOV, echter 37

detailverantwoording met de benodigde sturingsinformatie vindt meer frequent plaats tijdens de maandelijkse afstemmingsoverwegen. Om tijdig en adequaat te kunnen sturen is het benodigd dat DLG/BBL kan aangeven waar de betreffende gronden zijn gelegen en welke status het perceel heeft. Daarbij is het wenselijk dat ook de PNB-regeling integraal, dus via grondzaken wordt gerapporteerd en verantwoord. In onderstaande tabel zijn de gegevens voor 2010 over verplichtingen, uitgaven, inkomsten en uren per opdracht weergegeven. De ambitie is om in 2010 voor € 10 miljoen aan grond te verwerven ten behoeve van EHS. DLG/BBL beschouwt de ambitie als een inspanningsverplichting omdat verwerving geen dwingend karakter kent. DLG /BBL zet zich maximaal in om deze ambitie te realiseren. In de voortgangsrapportages wordt gerapporteerd of de ambitie haalbaar is, eventueel moet worden bijgesteld en waar nodig prioriteiten worden gesteld. In het totaal is de benodigde capaciteit op het gebied van grond geraamd op 5.100 uur. Tabel Gegevens A-opdracht Opdracht

A: Verwerving EHS Onderverdeeld in: ILG Nieuw Budget 2010 Verkoopopbrengst ILG Nieuw Exploitatiesaldo BBL ILG Oud Saldo verkoop ILG Oud ‘07 – ‘09 Verkoopopbrengst ILG Oud 2010 Aankopen ILG Oud Verplaatsing agrarische bedrijven Eindtotaal

Opdracht

x € 1.000 Verplichti Toegestan Toegezegd ngen e e budget uitgaven* inkomsten

Niet ILGuren

5.100

3.500 1.000 0 4.500

3.500 0 0 3.500

0 1.000 0 1.000

pm 1.500 3.500

pm 0 0

pm 1.500 3.500

900

0

900

8.000

3.500

4.500

x € 1.000 Verplichti Toegestan Toegezegd ngen e uitgaven e budget inkomsten

PNB subsidie (rijk) PNB subsidie (provincie)

1.250 250

1.250 0

0 250

Eindtotaal

1.500

1.250

250

Opdracht

ILGuren

x € 1.000 Verplichti Toegestan Toegezegd ngen e uitgaven e budget inkomsten

B: Op peil houden grondvoorraad

4.000

4.000

0

Eindtotaal

4.000

4.000

0

5.100

ILGuren

Niet ILGuren

ILGuren

Niet ILGuren

38

* Toegestane uitgaven behelst de financiële middelen die de provincie beschikbaar stelt aan DLG/BBL om de aankopen en overdrachten te financieren. De toegestane uitgaven vormen tezamen met de inkomsten van de verkopen en het exploitatiesaldo het verplichtingen budget. Het bedrag van 3,5 mln. betreft een saldo van ILG Nieuw. Het saldo van de verkoopopbrengsten ILG Oud is thans niet bekend (PM). Er is nog budget beschikbaar van voorgaande jaren, vandaar dat er meer wordt verplicht dan de geraamde verkoopopbrengsten. Voor wat betreft het budget voor de PNB wordt genoemde omzet voorzien. De blauwe bedragen betreft inzet van ILG budget. Verwerving grond De standaard activiteit van DLG/BBL voor grond is het participeren in de integrale processen en (re)actief aankoopmogelijkheden behandelen. Daarbij ligt de focus op de lopende landinrichtingen, de gebieden met een aankoopstrategieplan en de afronding van EHSgebieden (met name daar waar functiestapeling aan de orde is en die vanwege de afronding kunnen worden ingericht en beheerd). Afhankelijk van de resultaten van de realisatiestrategie zou nader geprioriteerd kunnen worden. Tevens kunnen strategische aankopen worden gedaan vanuit het ‘op peil houden grondvoorraad’. Voor grondverwerving geldt tevens dat er in principe geen kansen gemist mogen worden. Uitgangspunt voor de raming is een realistische inschatting van de grondmarkt. De grondmarkt laat een kentering zien van de extreme stijging. Er lijkt meer aanbod te komen en de vraag zal naar verwachting dalen hetgeen een prijsdrukkend effect zou kunnen betekenen. Evenwel zal het lastig zijn om gronden te verwerven vanwege de hoge vraagprijzen en de ambitie die wordt uitgestraald. Daarnaast zien we een separate markt voor gehele courante bedrijven en courante percelen die blijvend hoog is en structureel fors hoger is dan incourante bedrijven en losse grond. Een pro actieve houding geeft vaak als tegenreactie dat partijen ‘achterover gaan leunen’. Het zoeken naar creatieve oplossingen en mogelijk toch meer inzet van flankerend beleid als vorm van maatwerk zal moeten leiden tot de nodige aankopen om de (lange termijn)ambities te halen. Particulier Natuurbeheer is in principe in elk begrensd natuurgebied mogelijk. BBL verwerft op de plaatsen binnen nieuwe natuur waar particulier beheer wordt voorgestaan uitsluitend om veilig te stellen. Bij het vervreemden zal de particulier een subsidie verstrekt krijgen. Alsdan wordt het doel gerealiseerd. Deze subsidiëring verloopt niet via DLG. Er zullen in 2010 nadere afspraken worden gemaakt omtrent de werkwijze van verkoop aan particulieren in het kader van SN. Regeling Verplaatsing Grondgebonden Agrarische Bedrijven Naar verwachting zullen drie bedrijven gebruik maken van de (verwachtte) verplaatsingsregeling, waarmee een subsidiebedrag van ca. € 900.000,- is gemoeid. Vervreemding grond DLG zal percelen die zijn gelegen binnen begrensde nieuwe natuur overdragen aan SBB en vervreemden aan de PNB en ruilpercelen verkopen zodra dat wenselijk wordt geacht. Veelal zullen deze percelen worden ingezet in ruilingen en kavelruilen. Daarnaast kunnen na overleg restpercelen worden vervreemd ter financiering van de verwerving van EHS. 39

Voor het landinrichtingsproject Midden Groningen (alle blokken) staat een afrekening (akte van toedeling) gepland in 2010. Tevens wordt de afwikkeling van de LGR verwacht voor een aantal gebieden. Exploitatie grond Alle percelen in bezit van het Bureau Beheer Landbouwgronden zullen in principe op basis van een kortlopend gebruik worden uitgegeven. Het exploitatiesaldo komt op basis van IPO afspraken weer beschikbaar voor verwerving ten behoeve van EHS. Overige grondzaken Grondpot kavelruil DLG zal zorg dragen voor de verwerving van de percelen in de kavelruilgebieden, waarbij de financiering is geregeld middels het ‘op peil houden grondvoorraad’. Het aantal te verwerven hectares is ongewis vanwege de directe aansturing door de kavelruilcommissies.

Aankoopstrategieplannen In het kader van de realisatiestrategie EHS zal voor een aantal gebieden een realisatiestrategieplan op perceelniveau worden gemaakt. Afhankelijk van uitkomsten van de realisatiestrategie zal de provincie die gebieden nader aanduiden.

Advisering Naast de reguliere overleggen met de provincie (inhoudelijk grond en breed overleg) zal DLG/BBL bijdragen aan het ontwikkelen van (flankerend) beleid. Er zal een beperkte inhoudelijke bijdrage kunnen worden geleverd aan de verantwoording in het kader van de Midterm Review. Onzekerheden Onder andere zijn de navolgende onzekerheden van toepassing: - De prestaties (hectares) zijn gebaseerd op de beschikbare budgetten en een gemiddelde grondprijs van € 35.000,- bij aankoop en € 27.500,- bij verkoop/overdracht. Bij een stijging van de grondmarkt zullen minder hectares kunnen worden verworven en omgekeerd. Ook gebouwencomplexen hebben invloed op de relatie €/ha. - De beschikbaarheid van grond in de betreffende gebieden (t.b.v. SBB, PNB en particulier) is bepalend voor uitputting van de budgetten en de daaraan gerelateerde prestaties en doelen. DLG zal haar activiteiten hier op proberen te sturen, maar is afhankelijk van de marktontwikkelingen. De huidige grondmarkt kenmerkt zich door een kentering in het aanbod en het wegvallen van vraag door derden. De grondprijs blijft relatief hoog. Mogelijk zou een daling kunnen worden verwacht ten gevolge van gedwongen verkopen (financiers).In de meeste gebieden zal een pro actieve houding moeten worden aangenomen om (een deel van) de ambities te halen. Kortom, het is lastig opereren op de huidige grondmarkt en afhankelijk van ontwikkelingen zal mogelijk op onderdelen meer of minder worden gerealiseerd. - De ureninzet is gebaseerd op een langjarig gemiddelde en kan afhankelijk van de situatie en omstandigheden (reactief, actief en pro actief handelen) groter zijn dan wel kleiner zijn om het beoogde resultaat te halen. - De verplaatsingsregeling loopt inmiddels goed. Aanvullend flankerend beleid is nog in ontwikkeling. - Bij verkoop aan particulieren is akte passering afhankelijk van een subsidiebeschikking SN. De SN wordt (mogelijk) beperkt opengesteld en ken (mogelijk) een subsidieplafond. De inkomsten ILG en doelrealisatie (buiten DLG om) hangen hier derhalve mee samen.

40

LNV-opdracht Rijk en provincies hebben besloten dat DLG in opdracht van LNV de volgende taken gerelateerd aan Groningen uitvoert: o De verkoop van hectares ten behoeve van RODS (VINAC); Voor deze werkzaamheden heeft LNV voor 2010 ca. 600 uur beschikbaar gesteld aan DLG.

41

Bijlage 6. Kwalitatieve toelichting opdracht Regelingen Deze bijlage is ter informatie en maakt geen onderdeel uit van besluitvorming. Algemeen In het PLG (PMJP 2007-2013) zijn de investeringsbudgetten opgenomen van de komende ILG-periode voor verschillende thema’s in het landelijk gebied. In totaal gaat het voor de periode 2007-2013 om een investeringsbedrag van ca. € 186 miljoen. Dit bedrag bestaat uit rijksgeld vanuit het ILG, provinciaal geld, EU-gelden (POP2) en bijdragen van derden. Tussen de provincie en DLG zijn afspraken gemaakt over de afhandeling en betaling van een deel van het ILG-budget. Het betreft het gedeelte dat loopt via het zogenaamde subsidiespoor. Deze afspraken zijn vastgelegd in het document Betaalhuis Groningen. Op hoofdlijnen komt het er op neer dat de provincie fungeert als frontoffice voor de subsidieaanvrager en eindverantwoordelijk is voor het afgeven van de beschikking. DLG (team Regelingen Noord) fungeert als uitvoeringsorganisatie van de provincie. Dit betekent dat DLG verantwoordelijk is voor de verdere subsidieafhandeling, incl. bijbehorende betalingen aan de begunstigden. DLG rapporteert over de voortgang van de verplichtingen en de kasuitgaven (financieel) én over de realisatie van de doelen/prestaties die met projecten worden beoogd. Uitgangspunten (op basis van ervaringscijfers): De uren die DLG in 2010 aan het uitvoeren van de diverse regelingen zal besteden, zijn moeilijk in te plannen. Het Team Regelingen baseert haar inzet daarom in overleg met de provincie op ervaringscijfers en prognoses. Basis voor de berekening is de afspraak met de provincie Groningen dat we voor 2010 uitgaan van hetzelfde verplichtingenbudget voor EUPOP, Rijks- en provinciale projecten. De gemiddelde looptijd van projecten is 2 jaar (en beslaat dus 3 kalenderjaren), waarbij in het jaar van indienen de beschikking wordt geslagen en in het tweede jaar de vaststelling en eindafrekening plaatsvindt. In de tussentijd wordt het project gevolgd door middel van de voortgangsrapportages en vinden eventuele termijnbetalingen plaats. Bij het afhandelen van een project wordt 55% van de afhandelingstijd besteed in het voortraject (de beschikkingsfase). De resterende 45% gaat op aan de voortgangsrapportages, het betalen (totaal 20%) en het vaststellen (25%). Voor de gemiddelde afhandelingstijd per ILG/EU-Leader project is gerekend met 24 uur. Gemiddeld heeft DLG voor het afhandelen van een SEV aanvaag 2,5 uur nodig. Voor het bepalen van de benodigde menskracht is er vanuit gegaan dat er in 2020 eenzelfde omvang aan projecten ingediend worden bij DLG. In totaal zijn voor de afhandeling van de ILG/EU-Leader projec in 2010 4.755 uur nodig. In het totaal is de benodigde menskracht voor de afhandeling van de SEV projecten geraamd op 485 uur.

42

Advisering rond financiering van inrichtingsprojecten wordt uit de beschikbare uren voor de specifieke (landinrichtings)projecten betrokken. Binnen de urenberekening van Regelingen komt deze activiteit derhalve niet voor. Voor het adviseren van en overleggen met de provincie over allerlei zaken met betrekking tot het uitvoeren van regelingen (waaronder het bewaken op de z.g. n+2 regeling, overleg over uitputting, vastleggen van budgetten en prestaties, diverse periodieke overleggen, uitfinanciering oude regelingen) en de daaruit voortvloeiende werkzaamheden, worden 460 uur geraamd. Naast deze werkzaamheden was er in 2009 sprake van een behoefte aan actief klantcontact door Team Regelingen. Het lag in de bedoeling vooral kleine of minder ervaren aanvragers rond hun project te begeleiden. Dit diende een aantal doelen, waaronder het stroomlijnen van het proces rond aanvragen en declareren, het verhogen van de kwaliteit van aanvragen, het wegnemen of voorkomen van ergernissen bij aanvragers van subsidies en het verkrijgen van meer inzicht in de doorloop van projecten en daarmee in de uitputting van het totale subsidieinstrument. (Voor een meer uitgebreide beschrijving kan de betreffende projectomschrijving voor 2009 worden geleverd.) De inzet voor deze werkzaamheden wordt geraamd op 300 uur. Het totaal aan uren voor Team Regelingen komt daarmee op 6.000.

Overzicht middelen en uren 2010, werkveld: Regelingen Verplichting

Uitgaven

Inkomsten derden (incl. EU)

Uren

Regelingen ILG / PMJP Groningen Leader SEV projecten

47.000.000

30.000.000

12.000.000

4.755

PNB subsidieregeling Groningen

2.000.000

Opdrachtnaam

485 2.000.000

2.000.0000 460

Advisering Actief klantcontact

300 49.000.000

32.000.000

14.000.000

6.000

Toelichting: Verplichtingen De doelstelling van de Provincie Groningen is, om het EU-deel van het ILG-budget binnen 5 jaar te verplichten. Voor het overige gedeelte is gekozen voor een periode van 7 jaar. De stroom aan projecten die in 2009 is binnengekomen is het uitgangspunt voor het in de tabel genoemde verplichtingenbedrag voor 2010. Onder verplichtingen worden de totale investeringskosten van een project gerekend, dus in dit bedrag zitten ook eventuele niet-subsidiabele kosten. Het totaal aan verplichtingen geeft dus aan hoeveel geld er met cofinanciering vanuit het ILG-budget in het landelijk gebied is geïnvesteerd. De doelstelling voor 2010 is het aangaan van verplichtingen voor een totaalbedrag van € 47.000.000. 43

Uitgaven Nadat voor een project de verplichtingen zijn aangegaan (er is dan een subsidie beschikking voor afgegeven), wordt een project in uitvoering genomen. DLG betaald dan op basis van declaraties aan de aanvrager. Voor sommige regelingen betaald DLG de totale subsidiabele kosten en vordert bijdragen terug bij andere financiers (het z.g. gebundelde betalen), voor andere regelingen betaald DLG slechts het toegezegde bedrag. Deze totale geldstroom staat onder de noemer uitgaven. Uit deze wijze van rapporteren volgt, dat de bedragen die onder de noemers verplichtingen en uitgaven staan, wezenlijk anders tot stand komen en dus ook niet met elkaar vergeleken kunnen worden. De uitgaven die voor 2010 gepland staan komen uit het SAS systeem en zijn afkomstig van lopende projecten, aangevuld met 20% van de geraamde verplichtingen voor 2010. Er wordt gerekend met 20% omdat uit ervaringscijfers blijkt dat voor een gemiddeld project gerekend kan worden op een betalingsritme van 20-6020. Dit wil zeggen dat in het jaar van indienen op een gemiddeld project 20% wordt gedeclareerd, in het tweede jaar 60% en in het derde jaar volgt dan een eindafrekening van 20%. Inkomsten De genoemde inkomsten zijn de bijdragen die DLG terughaalt bij co-financiers van projecten die volgens het bovengenoemde gebundeld betalen worden afgerekend. Tevens wordt onder deze post het gedeelte EU-financiering meegenomen. Uren de uren die in de tabel vermeld staan per uit te voeren regeling, zijn gebaseerd op ervaringscijfers. DLG zal voor 2009 per regeling een urenregistratie bijhouden. Prestaties De prestaties die team Regelingen in 2010 concreet kan leveren zijn niet te plannen. Op voorhand is niet te voorspellen welke projecten zullen worden ingediend. Zodra een project echter is beschikt, worden de bijbehorende prestaties vastgelegd in SAS en worden ze in rapportages (PPOV) opgenomen.

44

Bijlage 7. Kwalitatieve toelichting opdracht Natuur Voor de inzet van DLG bij de uitvoering van de regelingen voor (agrarisch) natuurbeheer is voorlopig 2.800 uur voor Groningen ingepland, in afwachting van de definitieve urentoekenning. Over de benodigde uren en de verdeling daarvan over de provincies vindt momenteel (eind 2009) overleg plaats tussen LNV en IPO. De inzet van DLG kent verschillende onderdelen, die zowel voortkomen uit het nieuwe Subsidiestelsel Natuur- en landschapsbeheer (SNL) als uit het nog lopende Programma Beheer (PB). De belangrijkste taken zijn hieronder uitgewerkt en worden als basis voor de PPO 2010 genomen. a. Veldcontroles PSAN en PSN (Programma Beheer) Voor het agrarisch natuurbeheer zullen de controles vanuit het nieuwe subsidiestel worden uitgevoerd door de AID. De lopende beschikkingen uit de PSAN en de PSN zullen door DLG in het veld worden getoetst. De omvang van deze werkzaamheden is afhankelijk van de steekproef die door Dienst Regelingen wordt aangeleverd. De benodigde uren voor controles worden voor zover noodzakelijk, conform de afspraak hierover in de bestuursovereenkomst, begin 2010 landelijk herverdeeld. b. Aanvraagbegeleiding Aanvraagbegeleiding is een belangrijk onderdeel bij het nieuwe SNL. Het draagt bij aan een zo soepel mogelijke invoering van het stelsel en de daarmee gepaard gaande wijzigingen voor de aanvragers. Het kan bovendien problemen in een later stadium voorkomen, bijvoorbeeld met betrekking tot de controles en de afhandeling van bezwaar en beroep. c. Stimulering particulier natuurbeheer Het beleid van de provincie is gericht op het stimuleren van particulier natuurbeheer. Ook hierbij is aanvraagbegeleiding van groot belang omdat het vaak om complexe procedures gaat, die veelal samenhangen met andere gebiedsprocessen. d. Advisering inrichtings- en functiewijzigingsaanvragen Er ligt nog een aanzienlijke opgave voor het inrichten van EHS-gronden. Hiervoor kunnen inrichtingsaanvragen worden ingediend via de Regeling Kwaliteitsimpuls natuur en landschap (KIP), door zowel natuurbeheerorganisaties als particulieren (in samenhang met functiewijziging). De aanvragen zullen inhoudelijk worden beoordeeld door DLG. Ook voert DLG de taxatie uit om de hoogte van de subsidie voor functiewijziging vast te stellen. e. Overige advisering Op diverse onderdelen kan DLG de provincie ondersteunen bij de uitvoering van het nieuwe subsidiestelsel. Het kan bijvoorbeeld gaan om advisering ten aanzien van planvorming, gebiedscoördinatie en collectieve beheerplannen, communicatie en voorlichting, certificering en monitoring. Dit onderdeel zal in overleg met de provincie nog nader worden ingevuld.

45

Bijlage 8 Definities, begrippen en afkortingen Algemeen In deze prestatieovereenkomst worden de definities en begrippen gebruikt die zijn vastgesteld in de Bestuursovereenkomst ILG 2007-2013 c.a. tussen Rijk en provincie(s) en een actualisatie ervan. Met de voetnoot wordt daarnaar verwezen. Begin 2009 is er een Handleiding voortgangsrapportage ILG uitgekomen waarin de definities en begrippen met betrekking tot de voortgangsrapportage ofwel het zogenaamde PEIL-format zijn uitgebreid en aangescherpt. Veel van deze begrippen en definities komen terug in deze prestatieovereenkomst en worden dan ook in die betekenis gehanteerd. Deze definities en toelichtingen daarop staan op de website www.vitaalplatteland.nu onder de tab Uitvoeringsafspraken. Door op de klaproos linksonder te klikken en in te loggen met een password is de pagina Voortgangsrapportage te bereiken. Een daarop aangegeven link geeft toegang tot de invoermodule MAVP (Peilformat). In deze invoermodule zijn de definities en toelichtingen opgenomen. Enkele van deze definities zijn ook in deze bijlage en aangeduid met voetnoot 2 . Voor de overige wordt verwezen naar bovengenoemde website. Aankoopstrategieplan Het Aankoopstrategieplan (ASP) is een document waarin Gedeputeerde Staten bepalen of marktconform en op vrijwillige basis handelen mogelijk is of dat extra instrumenten moeten worden ingezet voor een goed en tijdig verloop van de grondverwerving. Aansturingsprotocol1 Het Rijk en de provincies hebben voor de onderlinge sturingsrelaties een aantal protocollen voor de looptijd van het ILG vastgesteld. Het aansturingsprotocol provincies-DLG regelt de wijze waarop de provincies de DLG aansturen bij de uitvoering van het rijks- en provinciaal beleid voor het landelijk gebied. Het aansturingsprotocol betreft de opdrachtgeversrol van provincies ten aanzien van DLG en ten aanzien van BBL, niet de eigenaarsrol. Bestuursovereenkomst 2007-20131 De overeenkomst tussen het Rijk en de provincie waarin afspraken zijn gemaakt over de realisatie van de Rijksdoelen voor het landelijk gebied met het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG). BBL-bezit1 Alle gronden, die door BBL tot 1-1-2007 zijn verworven (oud BBL-bezit) en gedurende de looptijd van de Bestuursovereenkomst 2007-2013 worden verworven (nieuw BBL-bezit) en niet zijn overgedragen. Dit BBL-bezit is toegerekend naar rijksdoelen (EHS, RodS), landmeterhectares (grondvoorraad t.b.v. landbouwdoeleinden) en 'vervallen doelen'. Het resterend BBL-bezit is één op één gelabeld aan te verkopen gronden ter financiering van RodS en doelen in opdracht van derden. 'Ruilen BBL-bezit per 1-1-2007' betreft gronden, die door BBL voor 1-1-2007 zijn verworven en waarvan is overeengekomen dat deze in de periode 2007-2013 aan de eindbeheerder worden overgedragen. Het binnen een provincie gelegen BBL-bezit wordt ingezet ten behoeve van doelen in deze provincie. Het BBL-bezit wordt (kwantitatief) toegedeeld aan EHS-nieuwe natuur, RodS, vervallen doelen en landmeterhectares. Een deel van het BBL-bezit is vastgelegd voor verkoop t.b.v. RodS. De oppervlakte aan de eindbeheerder overgedragen EHS-nieuwe natuur en het aan dit doel toegedeeld BBL-bezit omvat (uitgangspunt) in ieder geval alle gronden, die vanaf 1975 met rijksgeld zijn verworven ter realisatie van EHS-nieuwe natuur. Deze gronden maken derhalve onderdeel uit van de begrensde nieuwe natuur. 1 2

Bestuursovereenkomst 2007-2013 ILG Rijk-provincie(s) Handboek ILG-PEIL/website www.vitaalplatteland.nu

46

Bijdrage juridisch vastgelegd2 Dit betreft de financiële omvang van juridisch bindende afspraken, toezeggingen en overeenkomsten (over te realiseren prestaties) die de provincie is aangegaan met subsidieaanvrager, opdrachtnemer gebiedsorganisatie en dergelijke. Bijdrage in het rapportagejaar besteed2 Het gaat hier om geld dat in het betreffende rapportage-/kalenderjaar daadwerkelijk is uitbetaald, d.w.z het saldo van betalingen en terugvorderingen c.q. bijdragen van derden. Grondprijsmonitor1 Overzicht van de ontwikkeling van de grondprijzen in het landelijk gebied. De Grondprijsmonitor geeft op een peildatum voor elke provincie o.a. de kale grondprijs aan, waarbij een splitsing is gemaakt tussen 'rood' (stedelijk gebied), 'roze' (stedelijke omgeving) en 'groen' (landelijk gebied). DLG houdt de grondprijsmonitor bij. De normkosten verwerving voor de rijksdoelen uit het MJP-2 worden gebaseerd op de 'roze' grondprijs (RodS) en de 'groene' grondprijs (EHS, landmetershectaren en uitfinanciering vervallen rijksdoelen). De normkosten voor verwerving in rijksbufferzones worden gebaseerd op de 'roze' grondprijs (voor RodS) en de 'groene' grondprijs (voor EHS) in de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht. Handelingskader Grond 2007-2013 Kader, door GS vastgesteld, met een beschrijving van randvoorwaarden en de wijzen waarop grondverwerving processen in onderlinge samenhang door BBL namens de provincie uitgevoerd moeten worden. Mandateringsbesluit Een besluit van een bestuursorgaan om een ander de bevoegdheid te verlenen namens hem besluiten te nemen (zie bijlage 9). Marktwaarde1 De actuele verkeerswaarde die optreedt bij verkoop van grond aan een willekeurige marktpartij in het gebied. DLG kijkt in voorkomende gevallen naar recente transacties in dat gebied of de omgeving ervan en hanteert dat prijsniveau. De referentie wordt daarmee gezocht in recente transacties van derden in de omgeving van het object. In de praktijk zal de marktwaarde vrij dicht bij de agrarische waarde liggen als een bestemmingswijziging (en daarmee een potentiële waardevermeerdering en de kans dat deze optreedt) nog onzeker is. Daarentegen kan het verschil groot zijn indien een voor de prijs gunstige bestemmingswijziging vrij zeker is. Mijlpaal Een vooraf met de opdrachtgever afgesproken product waarmee, tijdens de uitvoering van een project, een tijdperk wordt afgesloten. Hiervoor kan daarbij een bepaald moment afgesproken zijn, waarop een mijlpaal bereikt moet zijn. Model grondkosten2 (voorheen Grondprijsmonitor1) Overzicht van de ontwikkeling van de grondprijzen in het landelijk gebied. Voor het format en definities, zie de Handleiding voortgangsrapportage ILG en www.vitaalplatteland.nu . Module Een module is een deelproject van uitvoering. Modules waarvan de uitvoering gestart is voor 1-12007 zijn ook bekend als lopende verplichting. Een module is tevens een onderdeel van een opdrachtfiche. Normbijdrage1 Rijksbijdrage voor de realisatie van een prestatie-eenheid van een rijksdoel.

47

Normkosten1 Gemiddelde kosten voor de realisatie van een prestatie-eenheid van een rijksdoel. Het Rijk hanteert landelijke normkosten (landelijk gemiddelden) in de communicatie met o.a. de Tweede Kamer, en (provinciaal) gedifferentieerde normkosten in de overeenkomsten met afzonderlijke provincies. Normkosten grondverwerving1 Kale grondprijs vermeerderd met de bijkomende kosten De normkosten verwerving uit het MJP-2 en de actualisatie ervan worden gebaseerd op de jaarlijkse Grondprijsmonitor, die door DLG wordt uitgevoerd. Onteigening Wettelijke onteigening, op grond van de onteigeningswet. Onteigeningsvergoeding1 Het verschil tussen de onteigeningswaarde en de reguliere grondprijs. Opdracht (meerdere betekenissen) Een overeenkomst [beleidsopdracht of beleidsafspraak] tussen een provincie, een ministerie of een ander publiek orgaan en/of DLG, gericht op het leveren van een inspanning, resultaat, product of prestatie. Vb. De prestatieovereenkomst (art. 5 lid 2) is een opdracht van de provincie aan de DLG die wordt uitgewerkt/gespecificeerd in deelopdrachten, kortweg opdrachten genoemd. In dit verband wordt de term uitwerkingen vermeden i.v.m. mogelijk verwarring met planlogische - of inrichtingsuitwerkingen" Opdrachtfiche Een tussen de provincie en de DLG overeengekomen wijze van vastleggen van afspraken over inspanningen, resultaten en prestaties, in termen van kwaliteit, kwantiteit, tijd en geld. De prestatieovereenkomst wordt uitgevoerd op basis van opdrachten van de provincie, of de gebiedspartij, waarmee de provincie dat is overeengekomen, aan de DLG, nader te specificeren in opdrachtfiches. Opdrachtgever Een opdrachtgever is eigenaar van een project. GS zijn opdrachtgever voor projecten onder provinciale vlag, met de eerstverantwoordelijke gedeputeerde in de rol van gedelegeerd opdrachtgever. Opdrachtnemer Een opdrachtnemer is: Een bestuursorgaan en rechtspersoon. Een uitvoeringsorganisatie w.o. de Dienst Landelijk Gebied als agentschap van het minsterie van LNV en het Bureau Beheer Landbouwgronden (tevens rechtspersoon). Een ambtelijk orgaan. PEIL-format Een in de Bestuursovereenkomst overeengekomen format waarmee de provincie het Rijk jaarlijks informeert over de voortgang van de uitvoering van de Bestuursovereenkomst en waarmee ze zich uiteindelijk ook verantwoordt aan het Rijk. PNB-leningenbudget Budget [in de rijksbegroting] voor het verwerven van nieuwe EHS, waarbij financiering plaatsvindt uit de zgn. leenfaciliteit EHS. De leenfaciliteit EHS is een financieringsconstructie waarbij het rijksaandeel in de aankopen van Particuliere Natuurbeherende instanties (PNB) wordt gefinancierd uit een lening, die Natuurmonumenten heeft afgesloten bij het ministerie van Financiën. Het ministerie van LNV vergoedt Natuurmonumenten de daaraan verbonden kosten voor rente en aflossing.

48

POP-2 Plattelands Ontwikkelingsprogramma in het kader van het Europese Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling. Prestatie2 Een concreet beleidsdoel waarover in het rijksmeerjarenprogramma van de Agenda Vitaal Platteland 2007-2013 (MJP-2-2) en/of het provinciaal meerjarenprogramma (PMJP) een te realiseren budget en te realiseren prestatiehoeveelheden zijn opgenomen. Definities van de rijks-MJP-prestaties – waarover in de bestuursovereenkomst afspraken zijn gemaakt – zijn terug te vinden op de website www.vitaalplatteland.nu onder de tab Uitvoeringsafspraken. Door op de klaproos linksonder te klikken en in te loggen met een password is de pagina Voortgangsrapportage te bereiken. Een daarop aangegeven link geeft toegang tot de invoermodule MAVP. In deze invoermodule zijn de definities en toelichtingen opgenomen. Prestatie in uitvoering / Prestaties gerealiseerd2 Ook hiervoor zijn (per prestatie) op bovengenoemde website definities terug te vinden. Prestatieovereenkomst Een tussen de directeur DLG en een provinciebestuur gesloten overeenkomst, met de geldigheid van een jaar, met betrekking tot de uitvoering door - c.q. capaciteitsinzet van de DLG voor de, o.a. in de Bestuursovereenkomst neergelegde, afspraken over verwerving in, en inrichting en beheer van het landelijk gebied in de betreffende provincie. Programma Een tijdelijke organisatievorm ter aansturing van projecten met een gezamenlijke taakstelling. Project Een tijdelijke organisatievorm voor het leveren van een of meer scherp gedefinieerde resulta(a)t(en) binnen afgesproken tijd, budget en kwaliteitsnormen. Een project is de vertaling van een opdracht naar de DLG-interne organisatievorm. Provincie In het kader van de rol van opdrachtgever/opdrachtnemer wordt onder provincie verstaan de provincie als opdrachtgever. Restanttaakstelling (kwantitatief)1 De per beleidsdoel nog te realiseren prestatie. De restant taakstelling per 1-1-2005 wordt bepaald door de eerder overeengekomen taakstelling te corrigeren voor de in de periode tot en met 2004 verworven, ingerichte c.q. in beheer genomen hectares/kilometers. Bij het ondertekenen van de bestuursovereenkomst wordt uitgegaan van de restant taakstelling per 1-1-2005, die in de eerste helft van 2007 geactualiseerd zal worden naar de stand per 1-1-2007. Resultaat Concrete, tastbare zaken die door middel van een inspanning (bijvoorbeeld een project) worden/zijn gerealiseerd, bijvoorbeeld een fietspad, een adviesnota of de aankoop van het kadastrale perceel xxx. Resultaten zijn concrete en tastbare bouwstenen voor (beleids)prestaties Restanttaakstelling (kwantitatief)1 De per beleidsdoel nog te realiseren prestatie. De restant taakstelling per 1-1-2005 wordt bepaald door de eerder overeengekomen taakstelling

te corrigeren voor de in de periode tot en met 2004 verworven, ingerichte c.q. in beheer genomen hectares/kilometers. Bij het ondertekenen van de bestuursovereenkomst wordt uitgegaan van de restant taakstelling per 1-1-2005, die in de eerste helft van 2007 geactualiseerd zal worden naar de stand per 1-1-2007.

49

Bijlage 9 Opdrachtenkaart

50

PRESTATIEOVEREENKOMST provincie Groningen Dienst Landelijk Gebied

Recommend Documents