Powerclass “New contract management” Promotheus Healtcare Klaas Meersma Advocaat Zorg en Farma 7 december 2015
)
Stelling
“Het MSB voegt onnodige en ongewenste juridsche complexiteit toe aan de ziekenhuisorganisatie en voegt geen waarde toe voor de patiënt.”
2
)
Integrale tarieven Per 1 januari 2015 kent de medisch specialistische zorg integrale tarieven, waarmee (i) op de factuur niet langer onderscheid wordt gemaakt tussen het ziekenhuis deel en het honorariumdeel en (ii) het declaratierecht van de medisch specialist vervalt. Uitsluitend het ziekenhuis mag dan nog aan de zorgverzekeraar of de patiënt declareren. Hoe verder?
3
)
Randvoorwaarden samenwerking vanuit ziekenhuis Het ziekenhuis moet zijn wettelijke verantwoordelijkheden waar kunnen maken:
! Kwaliteit en Veiligheid ! Financiën ! Bestuurlijke verantwoordelijkheid ! Fiscaal ! Contractueel
4
Randvoorwaarden samenwerking vanuit de vrijgevestigden ! Voldoende zicht op inkomens- en vermogenscontinuïteit ! Fiscale toets ! WNT ! Professionele autonomie
)
5
Juridische positie medisch specialist voor 2015 Maatschap
Ziekenhuis
Toelating DMS
Maatschap overeenkomst Medisch specialist
Verzekeraar
VMS Lid
Lid Collectief
6
GBO Patiënt
Fiscaal gedreven samenwerkingsmodel - transparant
7
Fiscaal gedreven samenwerkingsmodel – niet-transparant
8
Juridische positie medisch specialist na 2015 MSB
Ziekenhuis Overeenkomst van opdracht
DMS VMS
Lid
GBO
Lid Medisch specialist
9
Patiënt
)
Een aantal misverstanden “ziekenhuis en medisch specialist hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid”
Het ziekenhuis is jegens de zorgverzekeraar en de patiënt verantwoordelijk voor de geleverde zorg. Door met het MSB te contracteren, is het ziekenhuis ook verantwoordelijk voor het werk van het MSB.
“ziekenhuis en maatschap sluiten een samenwerkingsovereenkomst”
Het ziekenhuis en het MSB sluiten een overeenkomst van opdracht waarbij het ziekenhuis de opdrachtgever is en het MSB de opdrachtnemer.
“het samenwerkingsmodel laat zoveel mogelijk bij het oude, er verandert niet zoveel”
Integrale tarieven veranderen de verhouding tussen het ziekenhuis en de vrijgevestigden (op de werkvloer en op bestuurlijk niveau) en binnen de medische staf ten principale, het samenwerkingsmodel maakt dat niet anders.
“het samenwerkingsmodel biedt de mogelijkheid om te ondernemen”
De mogelijkheid om te ondernemen is zo groot als de bereidheid en de mogelijkheid van net ziekenhuis om ervoor te betalen.
“In het samenwerkingsmodel blijf ik eigen baas”
Het samenwerkingsmodel creëert twee ‘bazen’ voor de medisch specialist: het bestuur van het MSB en het ziekenhuis.
10
)
Ziekenhuiszorg beter af? Nee ! Geen gelijkgerichtheid van belangen ! Bestuurlijke complexiteit vergroot ! Duidelijke wettelijke verantwoordelijkheden vertroebelen door vage teksten in overeenkomsten ! Belastingdienst wordt architect van de ziekenhuisorganisatie
11
)
En waarvoor? ! Ondernemerschap medisch specialisten? Is een fictie, blijft een fictie ! Bevordering onderlinge samenwerking en solidariteit? Zijn daar niet eenvoudiger recepten voor? ! Inkomen medisch specialist? Dat is in deze constructie ook niet verzekerd ! Zelfstandigheid ten opzichte van Raad van Bestuur ziekenhuis? Ziekenhuis is opdrachtgever en de medisch specialist is opdrachtnemer. ! Behoud goodwill? Moeten we niet eens nadenken over de morele dimensie van dat systeem?
12
)
Waar zou het om moeten gaan? • het ziekenhuis heeft het gebouw, de middelen en de mensen; • medisch specialisten hebben de onmisbare vaardigheden om zorg te leveren; • het ziekenhuis kan niet zonder de medisch specialist om zijn maatschappelijke doelstelling te realiseren en de medisch specialist heeft de infrastructuur van het ziekenhuis nodig om zijn vak uit te oefenen; • ziekenhuis en medisch specialisten zijn dus duurzaam op elkaar aangewezen; • inzet, inventiviteit, zeggenschap en ondernemerschap bij medisch specialisten dragen bij aan een betere zorg; • de patiënt krijgt één dienst aangeboden die uitsluitend het ziekenhuis mag declareren. Gegeven die feiten, wat is dan een logische juridische constructie voor de gezamenlijke productie van die belangrijke dienst?
13