nr 40 - december 2006 / nieuwsbrief van Nationaal Park De Biesbosch Toen de wijzen de richting van de ster volgden, wisten ze dat daar iets bijzonders ging gebeuren. In de Biesbosch zijn de wijzen van vandaag wat aardser aangelegd. Ze graven en baggeren een weg naar een mooie toekomst. Hier en daar verrijst er al een brug en zelfs het leven in de modder blijkt rijker dan gedacht. Ondersteund door hun visie laten ze ons met een gerust hart 2007 binnen gaan.
Politiepost Drimmelen gered Ook volgend jaar zal de politie te water toezicht houden in de Biesbosch. Het Korps Landelijke Politiediensten (klpd) en de regiopolitie, district Oosterhout, hebben daarover eind november een overeenkomst gesloten. Die houdt in dat de klpd het toezicht op de recreatiewateren in de Biesbosch van de regiopolitie overneemt.
Ook de gemeente Drimmelen heeft bijgedragen aan het voortbestaan van de politiepost in Drimmelen door voor de komende vier jaar de huisvesting voor haar rekening te nemen. Elk jaar betaalt zij de huur van het gebouw en de steiger en de rekening voor gas, water en licht, waarmee telkens 16.000 euro is gemoeid. Lang zag het ernaar uit dat het toezicht in de Biesbosch zou stoppen, toen de klpd aangaf zich te concentreren op haar kerntaken. Voor de ‘waterpoot’ komt dat neer op het toezien op de naleving van de regels die gelden voor de hoofdvaarwegen. Toezicht op de recreatievaart werd toegewezen aan de regiopolitie. Gelet op de expertise die controle van de regels in de Biesbosch vergt, hebben de twee politiediensten besloten een deal te
maken en onderling taken te ruilen. De mannen van de post Drimmelen zijn immers vertrouwd met het gebied, terwijl het de regioagenten ontbreekt aan voldoende gebiedsen wetskennis om te allen tijde te kunnen opereren in de Biebosch. Hoezeer controle op de regels nodig is, blijkt uit het aantal ‘registraties’ en bonnen dat het afgelopen jaar is gedaan, dan wel uitge-
schreven. Tot september hebben politie en toezichthouders meer dan 900 voorvallen geregistreerd die niet ernstig genoeg waren om mensen op de bon te slingeren, maar in 230 gevallen was dat wel nodig. De bonnen zijn onder andere uitgeschreven voor te hard varen, hinderlijk gedrag, dronkenschap of het negeren van bordjes ‘verboden toegang’.
Haringvlietsluizen mogelijk later op een kier schijnlijk niet om op 1 januari 2008 de Haringvlietsluizen op een kier te zetten. Het verleggen van de innamepunten voor landbouw- en drinkwater duurt langer dan voorzien.
Met name de keuze voor een integrale aanpak en koppeling met andere projecten vergt aanpassing van plannen en procedures. De verleggingen van de innamepunten zijn nodig omdat het westelijk deel van het Haringvliet zal verzilten. Om zoet water te kunnen aanvoeren moet in de noordrand van Goeree-Overflakkee een kreek worden gegraven waarin water uit het oostelijk deel van het Haringvliet wordt ingelaten. Kees Storm, projectleider Haringvlietsluizen op een kier van
In dit nummer
1
p2
Nep Vliegend hert / Zwarte populieren
p5
Een woordje met
p6
Rijkswaterstaat Zuid-Holland: ‘Ik schat in dat we het niet halen om over een jaar met het nieuwe sluisbeheer te starten. Maar nu de mer voor het Zuiderdiep – het plan waar de kreek deel van uitmaakt – is afgerond, kan het toch weer snel gaan. Al met al verwachten we in 2008 de eerste stappen te kunnen zetten naar een ecologisch gezonder watersysteem in het Haringvliet en dat is belangrijk, ook in het licht van internationale verplichtingen.’
Graafwerk Noordwaard / Crossingbootje
p4
p3
Kleine alk /
De Hooge Hof / Baggeren voor Grote modderkruiper
Op safari / Vissen herkennen / Uit de oude doos / Agenda
december 2006
Het lukt Rijkswaterstaat waar-
Bruggen klaar, graafwerk Noordwaard begonnen
De ‘Spiering’ (links) en de ‘Ooyevaar’ vanuit de lucht. Inzet: Gedeputeerde Moons tijdens haar toespraak (foto’s: Jacques van der Neut).
Origineel crossingbootje in de Sterlinggriend
“Eeuwig water, eeuwig land, deze brug die beide bindt”. Deze tekst siert de plaquette in de brug in de Bandijk, die drs. J.M.P. Moons, gedeputeerde voor milieu, natuur en landschap van Noord-Brabant, in oktober officieel in gebruik stelde, tegelijk met die in de Veerweg. Beide bruggen, respectievelijk de Ooyevaar en de ‘Spiering’, maken deel uit van het natuurontwikkelingsplan Noordwaard. Inmiddels is het werk aan de laatste fase begonnen. Aannemer Martens en Van Oord is sinds begin november bezig met het graven van geulen in de Hardenhoek en het transporteren van grond naar de oude hoofdwaterkering. De ‘nieuwe’ Hilweg komt daar namelijk tegenaan te liggen. Ook is al een strook wilgenbos bij het Gat van Lijnoorden gerooid. De bomen moeten plaatsmaken voor de geulen die de kreken in de Spieringpolders gaat verbinden met die in Maltha. In 2008 moet het werk zijn afgerond.
Sinds enkele weken ligt er in de buurt van de Sterlinggriend een ‘crossingbootje’, dat in de Tweede Wereldoorlog nog is gebruikt door de line-crossers.
december 2006
2
Begin 1944 brachten de broers Kees en Lambertus van Veen met dit bootje, via de Helsluis, een joodse vrouw met haar baby naar het al bevrijde Brabant. Bijna liep het fout af, omdat de baby in de buurt van een Duitse wachtpost begon te huilen. Uiteindelijk kwam de groep veilig aan, maar dit was wel de laatste keer dat de gebroeders zo’n nachtelijke tocht hebben uitgevoerd. Na de oorlog is het bootje overgedaan aan broer Klaas, de vader van Henk Veen, die werkzaam is bij het Biesboschcentrum op de “Halve Maen”. Henk erfde het eikenhouten bootje in 1980 en heeft het dit jaar geschonken aan de ‘keetgroep’. Deze groep vrijwil-
Het crossingsbootje (Foto: Daan Bruysters).
ligers, die probeert de omgeving van én de Sterlingkeet zelf zo authentiek mogelijk in te richten, is hierover zeer verheugd. De boot is, ter herinnering aan dit facet van de Tweede Wereldoorlog, in de directe nabijheid van de Sterlingkeet in de griend neergelegd. Daar is hij
te bewonderen voor bezoekers en wandelaars van het Griendmuseumpad. Naast deze nieuwe aanwinst is eerder het vrachtscheepje ‘Phija’ opgeknapt en afgemeerd. Ook heeft de keetgroep een niet van echt te onderscheiden ‘schrankkeet’ gebouwd.
Kleine alk op het Wantij November begon stormachtig. Een razende noordwester teisterde onze kust. Bij zulke weersomstandigheden verschijnen er regelmatig Kleine alken, zeevogels ter grootte van een spreeuw, voor de Nederlandse kust. Eén zo’n vogel belandde zelfs op het Wantij in Dordrecht.
De Kleine alk legde spoedig het loodje (foto: Jacques van der Neut).
Zoiets gebeurde weliswaar al eerder, maar daarvoor moeten we ver terug in de tijd, naar 1929 om precies te zijn. Volgens de archieven verbleef er toen in het centrum
Tijdens werkzaamheden aan zijn haven op Polder de Dood ontdekte boswachter Dirk Fey in een eikenhouten plank een gangenstelsel. In het zaagsel kroop een vingerdikke larve rond; alleen was de kop van het beest tijdens het bewerken van de plank geplet. De partij planken was afkomstig uit Frankrijk. Daar was de larve bij het verzagen van de boom tot planken blijkbaar niet geraakt. Zo kon hij op De Dood belanden. In eerste instantie werd gedacht aan de larve van een Vliegend hert, een enorme kever. De dode larve is doot natuurmuseum Naturalis in Leiden gedetermineerd. Daar bleek dat het niet om een larve van het Vliegend hert ging. ‘Deze zitten ook over het algemeen niet in eikenhout; pas als het is aangetast door witrot, is het geschikt voor deze larven’, kreeg Fey als antwoord. Zeer waarschijnlijk ging het om een groot soort boktor. Bij het prepareren vielen de resten van de kop uiteen. Determinatie was niet meer mogelijk.
Zwarte populieren op grijze sokken De monumentale Zwarte populieren langs het Griendmuseumpad in de Sterlinggriend, hebben grijze sokken aan. Ze zien er nu uit alsof ze een tijdje in hoog water hebben gestaan dat een meter hoog grijs slib heeft achtergelaten. Om ervoor te zorgen dat Bevers zich niet meer tegoed doen aan de sappige bast van deze bomen, heeft Staatsbosbeheer de voeten van deze potentiële beverlekkernij ingesmeerd met een product dat vraat moet tegengaan. Dit product, Wöbra genaamd, is een harsachtige substantie met zandkorrels, die het milieu niet belast. Hiervoor is gekozen, omdat men gaas geen gezicht vond. De populieren zijn vele jaren geleden langs de Sterlinggriend geplant door de Leen de Munnik, oud-boswachter van Staatsbosbeheer, en zijn historisch interessant als markeringsbomen.
Ingesmeerde populierenvoeten (foto: Daan Bruysters).
De Bevers echter hebben lak aan het ‘beleg’ en peuzelen gewoon door aan de populierenbast, nadat ze de smakeloze dode schors (met Wöbra) vakkundig hebben verwijderd. Al eerder dit jaar hebben Bevers Staatsbosbeheer dwars gezeten. Om ervoor te zorgen dat bij het verdwijnen van de monumentale populieren naast de Ster-
lingkeet een gat zou vallen, waren er vijf nieuwe, jonge Zwarte populieren geplant. De Biesboschbevers ontgaat niets en in no time waren twee exemplaren van deze nieuwe aanplant gereduceerd tot een ‘potloodstompje’.
3 december 2006
Nep Vliegend hert in Polder de Dood
van Dordrecht een Kleine alk. Toen Piet Stoop, boer op de Otterpolder, in de tweede week van november zo’n beestje op het Wantij zag drijven, wist hij niet waarmee hij
te maken had. ‘Ik zag dat het een afwijkende soort was en dat de vogel niet uit een of andere volière kwam. Toen ik hem pakte, leefde hij, maar kort daarop legde hij het loodje. Ik ben gaan zoeken in de boeken en kwam op een Kleine alk uit. Ik heb toen maar met Staatsbosbeheer gebeld, want daar weten ze zulk soort dingen graag.’ Kleine alken broeden in enorme kolonies op Groenland en Spitsbergen. De vogels overwinteren op zee en komen hierbij tot op de Noordzee. Het op het Wantij gevonden exemplaar wordt geprepareerd en zal dan een plaatsje in de collectie van het Biesboschmuseum in Werkendam krijgen.
Krakers ‘helpen’ De Hooge Hof slopen
Het Hooge Hof voor de sloop (foto: Jacques van der Neut).
Krakers hebben de sloop van de boerderij op de Hooge Hof bespoedigd. Eind november heeft snel ingrijpen voorkomen dat krakers hun intrek namen in de leegstaande boerderij. Eerder was deze de dans
nog ontsprongen toen het idee afketste om hem als onderdeel van het scenario voor de oorlogsfilm Zwartboek van Paul Verhoeven te laten opblazen. Overigens is ook nu de loods waarin vleermuizen
huizen – en die de reden waren waarom het opblazen geen doorgang vond – blijven staan. De sloop van de boerderij maakt deel uit van de Ruimte voor de rivier-plannen voor de Kleine Hilpolders, de verzamelnaam voor de Jantjesplaat, de Catharinapolder en de Hooge Hof. Al geruime tijd stond de boerderij op de nominatie om te worden gesloopt. Ook al is het opblazen dan niet doorgegaan, de voorbereidingen voor de sloop gingen wel door. In feite was de Dienst Landelijk Gebied daar zogoed als klaar mee, toen op 29 november krakers aanstalten maakten er hun intrek in te nemen. In overleg met de politie en de gemeente Werkendam is besloten de boerderij diezelfde dag nog te ontruimen en te starten met de sloop. Dit om vertraging van de al goedgekeurde plannen te voorkomen.
Baggeren voor de Grote modderkruiper Ruimte voor de rivier en natuurontwikkeling zijn binnen Nationaal Park De Biesbosch actuele ontwikkelingen. Toch hoeft hiervoor niet alles zo maar te wijken.
Grote modderkruipers in een steeknet (foto: Jacques van der Neut).
december 2006
4
Zo moeten, voordat het graven van een geulenstelsel in de Zuiderklip in het hart van de Brabantse Biesbosch kan beginnen, wel eerst de Grote modderkruipers worden verhuisd. De vissen worden immers genoemd in de Habitatrichtlijn (Europese regelgeving) en genieten daardoor wettelijke bescherming. In een schaftkeet van de aannemer die met de klus belast is, op de grens van de polders De Turfzakken
en Kwestieus, legt Nico de Bruijn, adviseur ecologie bij ingenieursbureau bcc uit Leerdam, het hoe en waarom uit. “We zijn verplicht de Grote modderkruipers weg te vangen in de terreingedeelten die worden vergraven of opgehoogd. Om dat te kunnen doen, hakken we de sloten in moten en leggen om de zoveel meter gronddammen aan. Zo houden we stukken sloot over die tussen de 40 en 100 meter
lang zijn. Vervolgens pompen we het water weg tot een diepte van ongeveer 20 centimeter. Dan vangen wij zoveel mogelijk weg met onze steeknetten. Hierbij moet je denken aan soorten als Paling, Blank- en Rietvoorn, Baars, Zeelt en Vetje. Op deze manier vangen we trouwens ook Staafwantsen, Groene kikkers en larven van allerlei soorten libellen. Modderkruipers krijgen we zo echter niet te pakken, want die beesten hebben zich in de modder ingegraven. Daarom pakt een kraan een hap bagger uit de sloot en spreidt die op de kant uit, waaruit wij de Grote modderkruipers graaien. Zo hebben we er 1547 kunnen bemachtigen, bijna allemaal Grote en 15 Kleine modderkruipers. Verder was de vangst van een Kamsalamander heel bijzonder.’ Alle vis die op deze manier gevangen is, is weer uitgezet in slootgedeelten die niet worden vergraven.
Een woordje met … Kees van der Krift
‘Ze glunderen helemaal als ze iets herkennen’ belangstelling. Maar komend voorjaar gaat er zowel in het bezoekerscentrum van Drimmelen als Dordrecht dan toch een natuurcursus voor mensen met een verstandelijke beperking van start. Kees van der Krift, die juist deze maand zijn opleiding tot Biesboschgids heeft afgerond, kan niet wachten tot het zover is. Op de natuurmiddagen die het afgelopen jaar als voorbereiding zijn gehouden, heeft hij ervaren hoe enthousiast de cursisten zijn en hoe goed het hen doet als ze merken het goede antwoord te hebben gegeven.
‘Ik kom uit de wereld van de scouting, maar daar ging ik toch merken dat ik een dagje ouder word. Als 50-jarige valt het niet mee om onafgebroken met een groep kinderen of jong-volwassenen op te trekken. Dus het werd tijd voor iets anders.’ Het was de schoonmoeder van Kees van der Krift, Nel van Dijk, die hem op het spoor van Biesboschgids zette. ‘Zij is het al en dacht dat het ook wel iets voor mij zou zijn, gezien mijn liefde voor fotografie, natuur en vogels en bloemen in het bijzonder.’ Van der Krift belde eens met het bezoekerscentrum van Staatsbosbeheer in Drimmelen en in september vorig jaar begon hij aan de cursus die hem klaar moest stomen voor zijn nieuwe vrijetijdsbesteding: als gids groepen door de Biesbosch leiden. ‘Toen vorig jaar het idee werd geopperd om ook voor mensen met een verstandelijke beperking iets te organiseren, sprak mij dat wel aan, want bij de scouting heb ik ook wel met gehandicapte kinderen gewerkt, zowel geestelijk als lichamelijk gehandicapten. Dat lijkt zwaar en dat is het soms ook, maar je krijgt er zoveel voor terug. Om kort te gaan, ik heb me opgegeven voor de extra cursus die gidsen voorbereidt op het de natuur ingaan met verstandelijk gehandicapten.’ Die cursus sloot hij april 2006 af, waarna het de bedoeling was om meteen het geleerde in de praktijk te brengen. Des te groter was de teleurstelling toen bleek dat de cursus bij gebrek aan deelnemers niet kon doorgaan. ‘Er hadden zich slechts drie mensen opgegeven. En dat nog wel na een intensieve wervingsactie. Toch lieten de organisatoren zich niet uit het veld slaan. Opnieuw is geprobeerd mensen en
Kees temidden van gidsen die met hem een natuurcursus gaan geven. (foto: Marianne den Braven)
instellingen enthousiast te maken en deze keer wel met succes. In november hebben we twee natuurmiddagen gehouden en daar was de opkomst wel groot.’ Van der Krift wordt weer enthousiast als hij terugdenkt aan die middagen. ‘Die mensen zijn zo ongelooflijk enthousiast, tenminste als ze zich eenmaal op hun gemak voelen. Ze zijn ook zo open en hartelijk en als een kind zo blij als ze het goede antwoord geven als jij bijvoorbeeld een paddestoel aanwijst en vraagt of zij weten wat dat is.’ Na afloop gaven zich meteen deelnemers op en inmiddels zijn er voor de eerstvolgende cursus in Drimmelen al 17 gegadigden en in Dordrecht hebben zich 11 geïnteresseerden gemeld, van wie er al 7 zich hebben ingeschreven’. Op 17 maart gaat de cursus dan ook echt van start. Tien zaterdagmiddagen komen de cursisten bijeen. Wie alle bijeenkomsten bijwoont, krijgt als bewijs een diploma. Alleen al dat vooruitzicht is voor sommigen iets
onvoorstelbaars. Ze hadden niet kunnen dromen ooit nog eens een diploma te halen.’ Kees van der Krift gaat overigens niet alleen gehandicapten iets bijbrengen over de natuur in het algemeen en de Biesbosch in het bijzonder. ‘Nee, ik ga ook scholieren rondleiden of mensen die op een bedrijfsuitje zijn.’ Kijkt hij uit naar zijn eerste optreden als Biesboschgids? ‘Mijn eerste optreden? Dat heb ik al lang achter de rug. Ook als je in opleiding bent, word je regelmatig gevraagd om een groep rond te leiden. Mijn vuurdoop heb ik al lang gehad. En ik kan zeggen dat mijn schoonmoeder gelijk had. Gidsen is iets voor mij.’
5 december 2006
In 2006 was er nagenoeg geen
Uit de oude doos
Agenda
In Ratelaar nr. 38 (juni 2006) plaatsten wij een foto van een drijverschuit met een aantal mensen daarin. Maar wat en wie er op de foto stond afgebeeld, was onbekend. Dankzij ijverig speurwerk van Arie van der Ree is het antwoord nu te geven. Op de foto, die afkomstig is uit de collectie van H.C. Klop, is de ‘Avontuur’ afgebeeld, tijdens een vaartocht over de Loosdrechtse Plassen. Op de foto zijn van rechts naar links te zien: Pieter Klop (eigenaar hd 75), Mada Haeser (dochter van Koosje en Hendrik Haeser), Jannigje KlopHoornaar (vrouw van Pieter Klop), Koosje Haeser-Hoornaar (zus van Jannigje), Hendrik Haeser (eigenaar van een scheepswerf in HardinxDit arkje is in 1940 vanaf Werkendam naar de polder de Dood gebracht. We weten niet wie de twee veld) en zittend Henk Haeser (zoon mannen op de foto zijn. (foto: Biesbosch Museum Werkendam) van Hendrik).
Op safari in de Biesbosch In het weekend van 2 en 3 juni wordt in Nationaal Park De Biesbosch het landelijke startsein gegeven voor het Biodiversiteitjaar, dat in alle Nederlandse Nationale Parken gehouden wordt.
Tijdens de speciale activiteiten kan iedereen op safari in de nationale parken en ervaren dat deze onmisbaar zijn bij het behoud en de verbetering van de diversiteit van natuur en landschap in Nederland. Tijdens het startweekend wordt de biodiversiteit van de Biesbosch in kaart gebracht. Er zijn tal van activiteiten waarbij wetenschappers en leken samen de natuur induiken. Planten, vlinders, vogels en libellen worden gezocht en bekeken. Mogelijk dat ’s nachts gespeurd wordt naar vleermuizen en nachtvlinders.
Het weekend moet aantonen dat iemand niet echt naar het buitenland hoeft om bijzondere natuur te zien. Ga eens lekker op safari in eigen land. Het biodiversiteitjaar biedt daarvoor volop mogelijkheden. Het ministerie van lnv vindt het belangrijk dat de nationale parken het thema biodiversiteit onder de aandacht brengen. Het is niet zo verwonderlijk dat zij dit onderwerp voorgesteld hebben. De twintig nationale parken vertegenwoordigen de diversiteit die in de natuur te vinden is. Gezamenlijk bezitten de parken een groot deel van de
• t/m 11 februari ‘Hallo, met Madelief’ Tentoonstelling over communicatie in de natuur in Biesboschcentrum Dordrecht . • t/m 28 mei Tentoonstelling ‘De St. Elisabethsvloed’ in het Dordrechts Museum. • 12 januari Werkgroep v&e/ Beroepskrachtenoverleg in Biesboschcentrum Dordrecht. • 17 januari Werkgroep bio np De Biesbosch bij Staatsbosbeheer in Driebergen • 14 februari Werkgroep Voorlichting en Educatie np De Biesbosch in Biesbosch Bezoekerscentrum Drimmelen. • vanaf 21 februari Tentoonstelling ‘Dag- en nachtroofvogels’ in Biesboschcentrum Dordrecht. Verder heeft ieder bezoekerscentrum dagelijks een uitgebreid programma met activiteiten in de natuur (www.biesbosch.org). Meer informatie: Dordrecht (tel. 078-6305353) Drimmelen (tel. 0162-682233) Werkendam (tel. 0183-504009)
Nederlandse flora en fauna. Meer informatie over dit project is te krijgen bij Rob Vereijken, coördinator voorlichting en educatie Nationaal Park De Biesbosch. Wie een bijdrage aan deze dag wil leveren, neemt contact met hem op: tel. 0411 - 614111; e-mail:
[email protected].
Gidsen gaan vissen leren herkennen Nog even en de tijd dat vissen het ondergeschoven kindje van de Biesbosch zijn, is voorbij. Gidsen krijgen les over vissen en ook op de website van het nationaal park komt uitgebreidere informatie over deze
december 2006
6
dieren te staan.
Aanleiding is de Vrijwilligersdag van september j.l. waarop de Biesboschgidsen eigenlijk voor eerst kennis maakten met de vissen in de Biesbosch. Waar ze doorgaans alles weten over wilgen, riet, bevers en vogels, blijken vrijwel alle gidsen weinig af te weten van wat er onder water rondzwemt. En dat terwijl het gebied een grote rijkdom aan vissen heeft, wat alles te maken heeft met de schakelfunctie van de Biesbosch tussen de bovenrivieren en de Delta. Om het tekort aan kennis over vissen bij de gidsen aan te vullen, start begin april een cursus, die gaat over het verleden, heden en
de toekomst van de vissen in de Biesbosch en wordt verzorgd door medewerkers van Sportvisserij Nederland. Zij besteden aandacht aan de ecologie van vissen in relatie tot hun voorkomen in de Biesbosch en leggen uit hoe je de belangrijkste vissoorten kunt herkennen. Een excursie zorgt dat de deelnemers wegwijs raken in de wereld van de vissen. Al met al omvat de cursus twee theoretische avonden en een praktijkdag. Nog voordat de cursus begint is er op de website van Nationaal Park De Biesbosch, www.biesbosch.org, al veel meer informatie over vissen te vinden.
Colofon Deze nieuwsbrief is bestemd voor alle personen en organisaties die direct betrokken bij en/of geïnteresseerd zijn in de ontwikkelingen in de Biesbosch. De in de nieuwsbrief gepubliceerde meningen geven niet noodzakelijk het beleid van het Overlegorgaan Nationaal Park De Biesbosch weer.
Redactieadres IVN Consulentschap Brabant Postbus 883 5280 aw Boxtel Tel: 0411-614111 Fax: 0411-614112 Internet: www.biesbosch.org E-mail:
[email protected] Eindredactie Rob Vereijken Redactie Daan Bruysters, Frans Fronik, Jacques van der Neut, Wim van Wijk Vormgeving Buro Kloeg Lay-out Sander Neijnens Oplage 1050 exemplaren Copyright Voorzien van een bronvermelding kunnen artikelen uit deze nieuwsbrief geheel of gedeeltelijk worden overgenomen. De Ratelaar is gedrukt op 100% gerecycled papier