Pius 10 Schoolgids
Gemaakt door: www.thepaperfactory.nl
Woord vooraf. Waarom een schoolgids voor ouders ? Scholen verschillen steeds meer in manier van werken, in sfeer en in wat kinderen er leren. Ook verschillen ze in kwaliteit. Dat maakt het kiezen niet zo eenvoudig. Het is dus belangrijk dat de scholen die aspecten duidelijk naar voren brengen. Naast een persoonlijk gesprek is de schoolgids voor ouders een manier om een duidelijk beeld van de school te krijgen. Wat staat er in onze schoolgids ? De onderwijswet geeft een groot aantal criteria aan waar een schoolgids aan moet voldoen zoals bijvoorbeeld vermelden van doelstellingen, visie, zorg voor leerlingen en vakantieregeling. Naar onze mening hebben we in deze gids voldaan aan de voorwaarden die de wet aangeeft. Zo kunt u in de schoolgids lezen waar onze school voor staat, waar we met de leerlingen naar toe werken en waarom we dat doen. Tevens kunt u lezen welke activiteiten we uitvoeren met leerlingen die zich iets anders ontwikkelen, welke normen en waarden we op school hanteren en hoe we een aantal zaken op school hebben georganiseerd. Wie hebben er aan de schoolgids meegewerkt ? Deze schoolgids is het resultaat van de samenwerking tussen ouderraad, medezeggenschapsraad en het team van de school. Van elk van deze geledingen zult u her en der een bijdrage kunnen lezen. Twee delen. De schoolgids van kbs Pius 10 bestaat uit 2 twee delen. Het eerste deel (en daar bent u nu in aan het lezen) bevat algemene informatie van de school en wordt éénmalig aan ouders verstrekt. Wij willen u verzoeken dit deel zorgvuldig te bewaren, omdat de informatie die hierin staat voor meerdere jaren geldt. Het tweede deel is een jaarbijlage. Dit deel wordt jaarlijks aan alle ouders meegegeven. In deze jaarbijlage vindt u vooral praktische informatie voor het schooljaar waarin we werken. Verzoek aan ouders om te reageren. We proberen in deze schoolgids zo duidelijk mogelijk te zijn en we hopen dat u onze schoolgids met plezier leest. Mocht u nog vragen of kritische kanttekeningen hebben dan kunt u die altijd kwijt bij de directeur, de intern begeleider, de teamleden, leden van de medezeggenschapsraad of de leden van de ouderraad. Pieter Remeijsen.
2
Schoolgids
Inhoudsopgave 2
5
Inhoudsopgave
3
5.1 Het belang van de betrokkenheid van ouders
25
Belangrijke adressen
4
5.2 Informatievoorziening
25
1
KBS Pius 10
5
5.3 De medezeggenschapsraad
25
1.1 Richting
5
5.4 De Ouderraad
26
1.2 Schoolbestuur
5
5.5 Leerplicht
27
1.3 Directie
5
5.6 Overige kosten / vrijwillige ouderbijdrage
28
1.4 School in de wijk
5
5.7 Verzekering
29
2
6
5.8 Sponsoring
29
2.1 Een katholieke school
6
5.9 Klachtenprocedure
30
2.2 Uitgangspunten, schoolcultuur, onderwijsvisie
6
5.10 Regels voor schorsing of verwijdering van een leerling
32
2.3 School- en gedragsregels
7
6
Overige zaken
33
2.4 Peuterspeelzaal Nijntje
9
6.1 Schooltijden
33
Woord vooraf
Uitgangspunten van de school
De ouders
25
2.5 Voor- en naschoolse opvang
10
6.2 De middagboterham
33
2.6 Kinderopvang
10
6.3 Te laat komen
33
2.7 Verdere samenwerking
10
6.4 Schoolvakanties en vrije dagen
33
3
12
6.5 Schoolspullen
34
3.1 De organisatie van de school
12
6.6 Schoolzwemmen
34
3.2 De samenstelling van het team
12
6.7 Careyn
34
3.3 Activiteiten voor kinderen
14
6.8 Logopedie
35
3.3.1 Activiteiten in de groepen 1 en 2
14
6.9 School Maatschappelijk Werk
35
3.3.2 Activiteiten in de groepen 3 tot en met 8
16
6.10 Huiswerk
35
4
18
6.11 Internetprotocol
35
4.1 De opvang van nieuwe leerlingen
18
6.12 Kleding
39
4.2 Het volgen van de ontwikkelingen van de leerlingen
19
6.13 Roken op school
39
4.3 De speciale zorg voor kinderen die dit nodig hebben
20
6.14 Fluorspoelen
39
4.4 Overgang naar het vervolgonderwijs
22
7
39
4.5 Bespreking van resultaten met ouders
23
4.6 De resultaten van ons onderwijs
24
De organisatie van het onderwijs op onze school
De zorg voor de kinderen
Tot slot
3
Belangrijke adressen Kbs Pius 10, Brouwersdijk 111, 3314 GJ Dordrecht. Telefoonnummer: 078-6142562 E-mail:
[email protected] Website: www.pius10.nl Schoolbestuur: Stichting Katholiek Onderwijs Bernardus Alfrink, Bomkade 16, 3311 JD Dordrecht. Telefoonnummer: 078-6326200 E-mail:
[email protected] Website: www.skoba.nl
4
Schoolgids
1.. KBS Pius 10 1.1.. Richting De Pius 10 school is één van de scholen van de Stichting Katholiek Onderwijs Bernardus Alfrink (SKOBA). De stichting ontleent haar waarden en normen aan het katholieke geloof en zijn traditie. Deze traditie gaat ervan uit dat ieder mens uniek en waardevol is. Bovendien heeft ieder een eigen verantwoordelijkheid, zowel voor zichzelf en voor anderen, als voor de omgeving. Kinderen maken deel uit van de school als een gemeenschap, waar mensen elkaar treffen. In de onderlinge relaties binnen die gemeenschap ontwikkelen kinderen zich tot wie ze zijn. In de omgang met elkaar zijn respect, rechtvaardigheid, solidariteit en verdraagzaamheid belangrijke waarden. Op verschillende wijzen dragen wij uit dat wij een katholieke school zijn. In een van de volgende hoofdstukken gaan we nader in op onze katholieke identiteit. In tal van zaken die in deze schoolgids worden beschreven kunt u accenten van onze katholieke identiteit letterlijk maar ook ‘tussen de regels door’ lezen. 1.2.. Schoolbestuur De Pius 10 school maakt deel uit van de Stichting Katholiek Onderwijs Bernardus Alfrink (SKOBA). Dit schoolbestuur is het bevoegd gezag van 8 basisscholen en 1 speciale school voor basisonderwijs met in totaal ruim 2.000 leerlingen. De scholen van SKOBA staan in Dordrecht, Zwijndrecht, Hendrik-Ido-Ambacht en Gorinchem. SKOBA is tevens het bevoegd gezag over een drietal peuterspeelzalen, verbonden aan de SKOBA-basisscholen, in Dordrecht, Zwijndrecht en HendrikIdo-Ambacht. SKOBA kent sinds 1 januari 2011 een College van Bestuur en een Raad van Toezicht. Voorzitter van het College van Bestuur is mr.drs. Loek van Noort. Ter ondersteuning van het schoolbestuur en de scholen is er een bestuursbureau bestaande uit enkele beleidsmedewerkers (o.a. voor personele en financiële zaken), een bovenschoolse ICT-beheerder en een bestuurssecretaresse. De contactgegevens van het schoolbestuur staan in de bijlage. 1.3.. Directie Kbs Pius 10 is een middelgrote school in Nederland. De school wordt geleid door een directeur, bijgestaan door de intern begeleider. Tijdens schooluren is één van beiden bijna altijd telefonisch bereikbaar op het telefoonnummer van de school. 1.4.. School in de wijk. Onze school is momenteel de enige katholieke basisschool in de wijk Krispijn. We hebben de beschikking over een goed geoutilleerd gebouw aan de Brouwersdijk. In augustus 2006 is het schoolgebouw uitgebreid met 3 nieuwe lokalen die zich bevinden in het appartementencomplex direct naast de school. Tevens is peuterspeelzaal Nijntje met ingang van augustus 2006 in het hoofdgebouw gehuisvest. De voor- en naschoolse opvang “club van 10” en de kinderopvang “Miniclub” maken gebruik van prachtig omgebouwde klaslokalen. Er is een zodanige intensieve samenwerking tot stand gekomen met zowel de kinderopvang, de peuterspeelzaal en de voor- en naschoolse opvang dat we met recht mogen spreken van BREDE SCHOOL PIUS 10.
5
Leerlingen van de groepen 1 en 2 maken gebruik van de zij-ingang aan de zijde van de Brouwersdijk. Leerlingen van de groepen 3 t/m 8 komen naar binnen via de poort tussen de school en het appartementencomplex aan de Brouwersdijk. Leerlingen kunnen zeer veilig spelen op de speelplaats achter het gebouw. Voorafgaande aan de lestijden en tijdens de schoolpauzes zorgen leerkrachten van de groepen 3 t/m 8 voor toezicht. Onze leerlingen wonen voornamelijk in de wijk Krispijn. Daarnaast bezoeken ook kinderen uit andere wijken van Dordrecht onze school. Voor een school is 1 oktober een belangrijke datum. Het aantal leerlingen dat op die datum is ingeschreven op een school bepaalt het aantal leerkrachten voor het schooljaar daarna. In de jaarbijlage kunt u lezen op hoeveel leerkrachten de school recht heeft.
2.. 2.1.. Een katholieke school. Onze school is een katholieke school. Vanuit onze katholieke achtergrond proberen wij een bijdrage te leveren aan de vorming van het kind. Hierbij vinden wij het belangrijk: * * *
dat kinderen uitkomen voor hun gevoelens, zich prettig voelen dat we samen iets als groep beleven, waarbij aandacht is voor gebeurtenissen binnen en buiten de school hoe we met elkaar omgaan, dat er respect is voor anderen (godsdiensten, culturen, enz. enz. Dit bevordert het klimaat om alle leerlingen en medewerkers de kans te geven om tot volle ontplooiing te komen.
2.2.. Uitgangspunten, schoolcultuur, onderwijsvisie Het motto van onze school is: ‘De Pius 10: een fijne school om naar toe te gaan’. Daarom streven wij in ons onderwijs naar de maximale ontwikkeling van kinderen binnen ieders eigen mogelijkheden. Kinderen worden gestimuleerd tot zelfverantwoordelijkheid en het ontwikkelen van sterke sociale vaardigheden en sociaal gedrag. Ons onderwijs is aantrekkelijk, omdat we zoveel mogelijk aansluiten bij de leefwereld van het kind, door gebruik te maken van actieve werkvormen en intensieve inzet van ICT. We proberen steeds in dialoog met ouders te gaan om een optimale afstemming te bereiken over onderwijs en opvoeding. Als team zijn wij ook steeds in ontwikkeling bij ons streven naar een steeds betere kwaliteit. Daarbij werken we met elkaar samen in een hecht collegiaal team. De Pius 10 school staat open voor ieder kind. We stellen ons als school ook een pedagogisch/maatschappelijk doel. Voor leerlingen die onze school bezoeken is het plezierig (en van belang) dat hun ouders deze doelen van de school onderschrijven. Op onze school vinden we rust, harmonie, orde, regelmaat en besef van normen en waarden voor de leerlingen erg belangrijk. In een rustige en veilige omgeving komt een kind naar onze mening het beste tot zijn of haar recht en zal het onderwijs het meest effectief zijn. Daarnaast bieden wij iedere leerling ruimte voor zelfontdekking, zelfontplooiing en persoonlijke aandacht.
6
Schoolgids
We zijn deze paragraaf begonnen met de zin dat we in ons onderwijs streven naar de maximale ontwikkeling van kinderen binnen ieders eigen mogelijkheden. We denken dat we deze visie kunnen bereiken door steeds te blijven werken: *
aan een plezierige werk- en leefsfeer, met duidelijke normen en waarden, onderling respect en vertrouwen, rust en structuur, goede leiding en een plaats waar iedereen zich prettig voelt.
*
aan aandacht voor het individuele kind: waar het kind in ons aanbod kind mag zijn - waar in de omgangsvormen het individu wordt herkend - waar in de groeperingsvormen differentiatie mogelijk wordt gemaakt - waar groepen zo klein mogelijk gehouden worden en indien mogelijk meer handen in de groepen komen - waar, indien nodig, de leerling een aanpast programma krijgt met goede leerlingbegeleiding en onderwijsondersteuning
*
aan goede samenwerking tussen ouders en school, met wederzijds respect en in de omgang zoveel als mogelijk rekening houden met elkaars normen en waarden. Ook moeten we proberen ouders bij de school te betrekken om bijvoorbeeld ouderbetrokkenheid te stimuleren en bruggen tussen de culturen te bouwen.
*
aan effectieve werkvormen zoals het werken vanuit de gestructureerde instructie met werkvormen als zelfstandig werken, verlengde instructie, groepenwerk enz. enz.
*
het uitbouwen van de eigen verantwoordelijkheid van ieder kind. Als kinderen keuzes kunnen maken denken we dat kinderen met meer inzet aan de taken gaan werken. Het zal dan ook steeds belangrijker worden dat kinderen verantwoordelijk worden gemaakt voor hun eigen leerproces.
*
met een gestructureerde planning en gebruik van tijd.
*
met moderne leerinhouden, passend bij de kinderen, aansprekend en binnen de leefwereld van de kinderen.
*
met gevarieerde materialen en goed ruimtegebruik: goede methoden, uitdagende materialen en een uitnodigende leeromgeving.
*
het uitbouwen van en implementeren van de computers en tablets in het onderwijs waarbij sociale media langzamerhand een steeds belangrijkere plaats in zullen gaan nemen.
2.3.. School- en gedragsregels. Goed onderwijs vraagt om een aantal voorwaarden. Uiteraard is het vooral aan de leerkrachten om ervoor te zorgen dat aan deze voorwaarden wordt voldaan, maar… ook ouders/ verzorgers, hebben wat dit betreft verantwoordelijkheden. Kiezen voor onze school betekent ook kiezen vóór en meewerken áán de regels die hier gelden. Binnen de school hebben we dan ook regels en afspraken op het gebied van leerlingen, leerkrachten, huiswerk, beoordelingen, omgaan met materialen en computers enz.
7
Een paar algemene regels volgen hieronder. Ook met de kinderen worden deze regels en het waarom ervan besproken. * *
*
*
* * *
*
*
*
*
*
8
We proberen als volwassenen respect op te brengen voor de ander en rekening te houden met ieders uniek zijn en proberen ook de kinderen daartoe op te voeden. We gaan dus beleefd met elkaar om. Dit betekent dat we ook van de kinderen verwachten dat ze de beleefdheidsregels in acht nemen. We denken dan bijvoorbeeld aan volwassenen aanspreken met u, met twee woorden spreken, enz. enz. Al vanaf het begin stellen we eisen aan kinderen, natuurlijk aangepaste eisen. We proberen ze verantwoordelijkheid bij te brengen voor hun eigen doen en laten, ze zo zelfstandig mogelijk te laten opereren. Maar ook leren we ze problemen te laten oplossen met praten en niet met schelden of lichamelijk geweld. Als kinderen moedwillig herhaaldelijk regels overtreden moeten we optreden. We proberen dan zoveel mogelijk voor een straf te kiezen waar ze wat van leren. Wij verwachten van u, ouders, dat u daar achter staat. Uiteraard kunt u bij onduidelijkheid steeds contact met ons opnemen, maar naar het kind toe willen we graag met u ‘op één lijn zitten’. Voor schooltijd en tijdens de pauzes wordt er op het schoolplein aan de achterzijde van het gebouw gesurveilleerd. De leerlingen staan dan onder verantwoordelijkheid van deze leerkracht en mogen dus niet meer van het plein af. De leerlingen kunnen hun jassen ophangen bij het lokaal. Waardevolle spullen mogen niet in de jassen blijven zitten. De school is niet verantwoordelijk voor verlies, diefstal en/of beschadigingen. Binnen de school wordt erg veel tijd besteed aan de Nederlandse taal. Het is dan ook prettig als ouders daar thuis ook veel aandacht aan besteden. Binnen de school willen we dan ook dat iedere leerling, ouder of leerkracht Nederlands spreekt. Iedereen kan elkaar dan verstaan. Het is niet de bedoeling (uitzonderingen daargelaten) dat leerlingen tijdens de instructie- momenten naar het toilet gaan. Dit kan wel tijdens alle andere klassensituaties. Wanneer kinderen van het toilet komen, wassen ze in de klas hun handen. We leren de kinderen dat belangrijk werk moet worden afgemaakt. Indien nodig moeten ze hiervoor even nablijven. Het kan ook zijn dat zij na ziekte belangrijk werk moeten inhalen. Dit gebeurt vaak na schooltijd, omdat er vaak een extra instructie moet worden gegeven. Vanaf groep 6 wordt er op school regelmatig huiswerk meegegeven. Incidenteel kan het voorkomen dat kinderen in de groepen 4 en 5 thuis iets mogen afmaken. Wel verwachten we dat de kinderen in de groepen 3 t/m 8 vaak thuis Nederlandse boeken lezen. In de groepen 4 en 5 verwachten we van de kinderen dat ze thuis de tafels van vermenigvuldiging leren. Leerlingen die ver van school wonen mogen met de fiets komen. Aan het begin van ieder schooljaar worden hiertoe individueel met de kinderen afspraken gemaakt. De fietsen worden in het rek geplaatst. Fietsen op het schoolplein is voor kinderen en ouders niet toegestaan. De school is niet aansprakelijk voor verlies, diefstal en/of beschadigingen en vernielingen. Leerlingen worden zonder begeleiding niet naar huis gestuurd. Wanneer een kind plotseling ziek naar huis gaat, is er altijd eerst contact geweest met de ouder of verzorger.
Schoolgids
* * * *
* *
Wanneer leerlingen zonder opgaaf van redenen niet op school verschijnen, wordt er in ieder geval zo snel mogelijk naar huis gebeld. Wanneer een leerling wil verzuimen, dan kan de ouder/verzorger bij de directeur een speciaal verlofformulier opvragen, invullen en op school afgeven. In een later hoofdstukje komen we hier nog op terug. Zeker tijdens uitstapjes verwachten we dat de kinderen zich correct gedragen, zodat ieder uitstapje een feest voor allen wordt. Ernstig wangedrag tijdens een uitstapje betekent dat een kind de volgende keer op school moet blijven. In de loop van het schooljaar worden er een aantal zogenaamde speelgoeddagen georganiseerd voor de groepen 1 en 2. Wij willen u verzoeken om op dit soort momenten alleen speelgoed mee te geven wat tegen een stootje kan. We gaan er van uit dat u geen speelgoedpistooltjes e.d. meegeeft. Ouders worden verzocht om niet met honden op het schoolplein te komen. Bij verjaardagen mogen kinderen trakteren. We zien het liefst gezonde traktaties. Het is ook niet de bedoeling dat er meerdere dingen worden getrakteerd. Het mag dus maar één ding zijn.
2.4.. Peuterspeelzaal Nijntje. Het is voor peuters erg belangrijk dat zij de peuterspeelzaal bezoeken. Als school werken wij intensief samen met peuterspeelzaal Nijntje. Peuterspeelzaal Nijntje is gevestigd in het hoofdgebouw van de school. Nijntje is een onderdeel van de Stichting Peuterspeelzalen Dordrecht. De onderwijskundige samenwerking vindt vooral plaats in het kader van het Piramideproject, dat begint op de peuterspeelzaal en doorloopt in de basisschool. De thema’s worden op elkaar afgestemd en de aanpak is hetzelfde. Er is regelmatig overleg tussen de peuterleidsters en de basisschool om op één lijn te komen. Bij de overgang naar de basisschool hopen we dat u steeds toestemming geeft om belangrijke informatie te mogen ontvangen van Nijntje. Het Piramideproject loopt inmiddels door tot en met groep 2. De groepen 3 en 4 maken gebruik van een Piramideachtige manier om onderwerpen te introduceren. Buiten het Piramideproject is er ook een goede samenwerking met de peuterspeelzalen. Regelmatig bezoeken de peuters met hun ouders en de leidsters de school om kleine activiteiten samen aan te bieden. De stap voor de peuters naar de basisschool wordt op deze manier een stuk kleiner gemaakt en de overgang verloopt soepeler. Inmiddels is ook de samenwerking met kinderopvang De Miniclub tot stand gekomen. Samen met Nijntje en de basisschool wordt gewerkt aan een totaalpakket voor de hele school. Folders van Nijntje zijn op school verkrijgbaar. Adressen en telefoonnummers kunt u vinden in de jaarbijlage. 2.5.. Voor- en naschoolse opvang De Club van 10. Een aantal jaren geleden is de Pius 10 nauw gaan samenwerken met de COKD op het terrein van de voor- en naschoolse opvang. Deze opvang is geregeld voor 52 weken en werkt dus ook in de vakanties. Eén van de lokalen is omgebouwd. Het speciale lokaal is voorzien van allerlei moderne materialen die ook in de huizen van de kinderen zijn terug te vinden. Hierdoor wordt het schoolse karakter zoveel mogelijk weggenomen. Op tal van terreinen werken de leidsters van de club van 10 nauw samen met alle andere organisaties binnen de school.
9
Hierdoor ontstaat er voor de kinderen één doorgaande lijn. Projecten worden samen voorbereid, feesten worden samen georganiseerd en regels worden gezamenlijk afgesproken. Wanneer u kiest voor De Club van 10 heeft u de keuze uit diverse mogelijkheden. De opvang is al mogelijk vanaf 1 middag in de week. Tevens bestaat de mogelijkheid om dagen te ruilen, alleen te kiezen voor vakantie-opvang en extra dagen. De administratie van de COKD kan u hier meer uitleg over geven. Folders van de club van 10 zijn op school verkijgbaar. Adressen en telefoonnummers kunt u lezen in de jaarbijlage. 2.6.. Kinderopvang de Miniclub In 2012 is de kinderopvang de Miniclub van start gegaan. Vanaf dat moment mag de Pius 10 zich een Brede School noemen. De miniclub maakt gebruik van een compleet omgebouwd lokaal in het hoofdgebouw van de school. Het lokaal voldoet aan de strengste eisen die door de GGD en de Brandweer worden gesteld. Er is plaats voor maximaal 12 kinderen tegelijkertijd. Kinderen kunnen vanaf hun babytijd tot aan het vierde levensjaar gebruik maken van deze opvang. De Miniclub valt net als de club van 10 onder de COKD. Inhoudelijk werken de leidsters van de Miniclub samen met de peuterspeelzaal, de voor- en naschoolse opvang en de Pius 10 op tal van terreinen zoals o.a. het Piramideprooject, het organiseren van feesten, de doorlopende leerlijnen enz. enz. Wanneer u kiest voor De Miniclub heeft u de keuze uit diverse mogelijkheden. De opvang is al mogelijk vanaf 1 middag in de week. Tevens bestaat de mogelijkheid om dagen te ruilen, alleen te kiezen voor vakantie-opvang en extra dagen. De administratie van de COKD kan u hier meer uitleg over geven. Folders van de miniclub zijn op school verkrijgbaar. Adressen en telefoonnummers kunt u lezen in de jaarbijlage. 2.7.. Verdere samenwerking. Een school is geen instituut op zich. Om de ontwikkeling van kinderen zo goed mogelijk te laten verlopen is het belangrijk dat de school samenwerkt met allerlei instanties. Zonder uitvoerig in te gaan op de taken van de belangrijkste instanties willen we ze u toch even noemen: - de andere scholen binnen ons bestuur. - de andere scholen binnen de wijk - de scholen binnen ons samenwerkingsverband Weer Samen Naar School, waaronder de school voor speciaal basisonderwijs. - de scholen voor voortgezet onderwijs in Dordrecht en zonodig ook daarbuiten. - de PABO (hier worden nieuwe leerkrachten opgeleid) - de CED (Centrum Educatieve Dienstverlening) - de GGD (Gemeenschappelijke Gezondheids Dienst)
10
Schoolgids
- - - - - - - - - - - -
Stichting MEE Careyn Da Vinci college de kinderboerderij de bibliotheek de Stichting Culturele Educatie de culturele stichting ToBe schoolmaatschappelijk werk (via Flexus Jeugdplein) Regionaal Bureau Leerplicht en voortijdig schoolverlaten stichting Opmaat de wijkagent en anderen
3.. De organisatie van het onderwijs op onze school. 3.1.. De organisatie van de school. Kbs Pius 10 is een middelgrote school in Nederland. We werken hoofdzakelijk met het leerstofjaarklassensysteem, waarin
11
wel flexibel wordt gewerkt. Voor de hoofdvakken werken we met het systeem van verlengde instructie daar waar nodig. Het aantal groepen en de verdeling van de leerkrachten over de groepen vindt u in de jaarbijlage. Hoewel de kinderen in principe in hun eigen klaslokaal zitten, komt het regelmatig voor dat er door de hele school met kleinere groepen gewerkt gaat worden. In een modern onderwijssysteem werken kinderen steeds vaker zelfstandig of in kleine groepjes aan een uitdagende opdracht. Hierbij wordt dan gebruik gemaakt van alle mogelijke beschikbare ruimtes. Het intensiever gebruik maken van computers, social media en andere hulpmiddelen versterkt het leerproces en zorgt voor een flitsende verwerking. De inzet van dit soort hulpmiddelen zorgt ervoor dat kinderen steeds vaker eigenaar worden van hun eigen onderwijsleerproces, waardoor heel vaak leerprestaties verbeterd worden.
3.2.. De samenstelling van het team. Groepsleerkracht: De meest belangrijke functie op een school is die van groepsleerkracht. Zij dienen er immers voor te zorgen dat uw kinderen een optimale ontwikkeling doormaken. Zij kunnen dit echter niet alleen. Om ervoor te zorgen dat groepsleerkrachten hun aandacht volledig kunnen richten op de kinderen zijn er binnen de school diverse functionarissen (al dan niet bezoldigd) werkzaam met andere dan lesgevende taken. De taken van deze personeelsleden zijn niet altijd even zichtbaar en dermate divers, dat een nadere taakomschrijving gewenst is. Leerkracht schakelklas. Het Rijk en de gemeenten hebben een aantal jaren geleden extra gelden ter beschikking gesteld aan scholen die extra ondersteuning willen geven aan kinderen met vooral taalachterstanden. De Pius 10 school heeft hiervoor ook een aanvraag ingediend en deze is gehonoreerd. Dit betekent dat de leerkracht van de schakelklas een groot aantal dagen in de week werkt in de groepen 4 tot en met 8 om taalachterstanden bij kinderen te trachten weg te werken. Natuurlijk wordt de leerkracht ook ingezet om de talige kant van o.a. rekenen en de zaakvakken aan te bieden. Kinderen die in de schakelklas worden geplaatst zitten hier nooit hele dagen. Het gaat vaak maar om één of twee uur per dag. Leerlingen gaan pas naar de schakelklas na overleg met de ouders. Managementteam: Naast de dagelijkse leiding zorgt het managementteam voor het gehele onderwijskundige, financiële en organisatorische beleid van de school. Ook zorgen zij ervoor dat er contacten worden gelegd of worden onderhouden met allerlei mogelijke (hulpverlenende) instanties. Voor ouders en leerlingen zijn zij meestal aanwezig en/of bereikbaar. Vanwege een ‘goed gevulde’ agenda verzoeken we u wel om vooraf eerst een afspraak te maken. Intern begeleidster. De zorg voor leerlingen wordt steeds belangrijker. Het beleid van de overheid is erop gericht om te voorkomen dat steeds meer leerlingen met hulpbehoeften worden doorverwezen naar het speciale basisonderwijs. Natuurlijk houdt dit consequenties in voor het reguliere basisonderwijs. De termen ‘Weer Samen Naar School’ en ‘Passend Onderwijs’ zullen u
12
Schoolgids
wellicht niet vreemd in de oren klinken. Basisscholen hebben sinds de invoering van dit systeem wat meer formatie (lees leerkrachtenuren) beschikbaar gekregen om leerlingen met extra zorgbehoeften zelf te kunnen begeleiden. Naar onze mening is deze extra formatie wat aan de bescheiden kant. Binnen de gegeven mogelijkheden trachten we leerlingen zoveel mogelijk extra te begeleiden indien hier noodzaak voor is of toetsuitslagen hier aanleiding toe geven. Graag zouden we hiervoor nog meer extra middelen willen krijgen om ook alle probleempjes te kunnen oplossen. Tot het zover is moeten we volstaan met extra begeleiding voor 3 dagen in de week. Meer hierover kunt u lezen in hoofdstuk 4 dat geheel gaat over de zorgstructuur van onze school. Ondersteuningsteam (O.T.) Op onze school is een ondersteuningsteam team werkzaam. In dit team zitten naast onze intern begeleider ook de schoolarts, een orthopedagoog, een schoolmaatschappelijk werkster en op verzoek ook ouders, leerkrachten of andere hulpverleners. Een aantal kinderen heeft soms wat extra hulp nodig, soms op diverse terreinen. Na overleg met ouders wordt dan zonodig de hulp ingeroepen van het OT. Alle aanwezigen van zo’n vergadering trachten oplossingen te zoeken voor de hulpvraag van het individuele kind. Uiteraard worden de bevindingen en/of oplossingen met ouders doorgesproken. Als u kind in het voorschoolse MDT hulp heeft gekregen is het belangrijk dat deze hulp op de basisschool direct wordt voortgezet. Hiertoe is het noodzakelijk dat u toestemming geeft om informatie te mogen ontvangen van het voorschoolse MDT. Ouders: Ouders zijn zeer belangrijk binnen een school. Gelukkig mogen we ervaren dat steeds meer ouders betrokken willen zijn bij het dagelijkse onderwijs. Vele uren brengen vrijwilligers op school door om allerlei onderwijsondersteunende taken op zich te nemen. Schoolteam en kinderen zijn heel erg blij met deze zeer belangrijke ondersteuning. Ouders van onze leerlingen worden ook dit schooljaar weer betrokken bij de Ouderraad, de Medezeggenschapsraad, het fluorspoelen, de kopieerservice voor leerkrachten, de hoofdluiscontrole en bij zeer veel andere activiteiten. Indien gewenst kunnen ouders deelnemen aan cursussen die worden aangeboden binnen de oudergroep. Studenten, stagiaires en LIO-studenten. Momenteel is het niet altijd even gemakkelijk om aan nieuwe en goede leerkrachten te komen. Het aantal gediplomeerde leerkrachten is beperkt. Onze school wil graag meehelpen om ervoor te zorgen dat er in de nabije toekomst weer voldoende gekwalificeerde leerkrachten beschikbaar zijn.
13
Daarom willen we graag meewerken om toekomstige leerkrachten voldoende ervaringen te laten opdoen in het dagelijkse schoolleven op onze school. Studenten van opleidingsscholen, stagiaires en LIO-studenten (LIO=Leerkrachten In Opleiding (het betreft hier laatstejaarsstudenten)) zijn in beperkte mate van harte welkom op onze school. Natuurlijk worden deze mensen pas toegelaten na een gesprek waarin zeker het besprokene in hoofdstuk 2 aan de orde is gekomen. 3.3.. Activiteiten voor de kinderen 3.3.1.. Activiteiten in de groepen 1 en 2 Kleuters leren al doende tijdens hun spel. Wij spelen daarop in door te zorgen, dat er veel materiaal is waarvan de kleuters kunnen leren. Ook de computer wordt daarbij ingezet. We praten veel met kinderen over allerlei onderwerpen zodat ze veel woorden leren en goed gaan spreken. Dat is belangrijk als voorbereiding op het latere lees- en taalonderwijs. Kinderen die peuterspeelzaal Nijntje in onze school bezoeken, werken met de Piramidemethode: aan de hand van thema’s komen er allerlei onderwerpen aan bod, waarbij de kinderen hun Nederlandse taalschat leren vergroten. Ook in onze kleutergroepen werken we met de methode Piramide. Ook daar wordt met thema’s gewerkt en ligt de nadruk op het goed beheersen van de Nederlandse Taal. Door de kleine groepen en de extra leerkracht die regelmatig aanwezig is krijgen de kinderen veel aandacht en leren ze zich snel(ler) te ontwikkelen. De volgende activiteiten komen regelmatig terug: · De bovengenoemde taalactiviteiten · Bewegingsactiviteiten: in de speelzaal of buiten · Expressieactiviteiten: tijdens het werken in de hoeken komen tekenen en handvaardigheid aan de orde; daarnaast is er aandacht voor dramatische, dansante en muzikale vorming. · Werken met ontwikkelingsmateriaal: werken in de bouw-, lees-, huishoek, met het grote of kleine constructiemateriaal, met puzzels etc. M.b.v. het planbord maakt de leerkracht of het kind zelf een keuze in de taken. Zo leren wij de kinderen al op jonge leeftijd na te denken over de keuze uit de verschillende activiteiten. Naar gelang de kinderen ouder worden vordert de ontwikkeling en raken de kinderen steeds meer geïnteresseerd in zaken die te maken hebben met lezen, schrijven en rekenen. Ook proberen we ouders bij het onderwijs te betrekken door o.a. het project Boekenpret, waarbij ouders samen met kind lezen en voorlezen. Ook werken we met het programma VVE thuis. Ouders krijgen 8 keer per jaar les in wat we met kinderen doen op school. Huiswerkopdrachten zorgen ervoor dat ouders en kinderen ook thuis aan de slag gaan met de taalontwikkeling. Tijdens en door die activiteiten wordt er hard gewerkt om kinderen vertrouwd te maken met regels en afspraken, om hun zelfstandigheid en zelfredzaamheid te vergroten. De ontwikkeling van sociale vaardigheden krijgt erg veel nadruk. Natuurlijk komen ook de belangrijke gebeurtenissen voor de kleuter in een schooljaar uitgebreid aan de orde: Sinterklaas, Kerstmis, Carnaval, Pasen enz. enz.
14
Schoolgids
3.3.2.. Activiteiten in de groepen 3 tot en met 8. In tegenstelling tot de groepen 1 en 2 is het voor de groepen 3 t/m 8 wat gemakkelijker om de vak- en vormingsgebieden los van elkaar te beschrijven. Toch zien we in het moderne onderwijs dat ook hier de vakken wat vaker in elkaar overlopen. Onderwijs in rekenen en de wereldoriënterende vakken is niet meer mogelijk zonder gebruik te maken van lezen en taal. Ook binnen de wereldoriënterende vakken wordt vaak een beroep gedaan op het geleerde in een ander vak. Een voorbeeld hiervan is dat er tijdens de aardrijkskundeles aandacht wordt besteed aan geschiedenis, verkeer, biologie en andersom. De computer wordt bij alle vakken zo vaak als mogelijk ingezet. De komende jaren zullen er steeds meer methodes op de markt komen die niet meer werken met boeken, maar alles via de digitale weg aanbieden. Vooraf mag ook zeker worden vermeld dat binnen de bestaande en gehanteerde methodes zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met verschillen tussen leerlingen. Dit start al bij de uitleg. Kinderen die dit aankunnen krijgen extra verdiepingsstof. Kinderen die wat meer moeite hebben met de basisstof krijgen extra uitleg en zonodig aangepaste taken. Bij veel lessen wordt gebruik gemaakt van 3 instructieniveaus: een aantal kinderen kan de taak al maken zonder uitleg. De grootste groep leerlingen ontvangt de basisinstructie en een klein groepje ontvangt daarnaast verlengde instructie. Het spreekt voor zich dat de kinderen die een taak zonder uitleg kunnen maken daarna uitdagende leerstof krijgen. Lezen en Taal: In groep 3 beginnen we met het aanvankelijk lezen met behulp van de methode Veilig Leren Lezen. Vanaf groep 4 wordt het lezen meer in het taalonderwijs verweven. Naast veel losse boeken maken we voor het lezen gebruik van de methode Taalleesland. In de diverse groepen wordt daarnaast veel aandacht geschonken aan het bevorderen van de leesmotivatie. Hiervoor sluiten we aan bij de vele landelijke projecten zoals de kinderboekenweek, de voorleesochtenden, de gedichtendagen enz. enz. Vanaf groep 4 wordt veel aandacht besteed aan begrijpend lezen. In de hoogste groepen komt daar nog informatief lezen bij ( de manier hoe kinderen informatie kunnen verkrijgen) Zoals al gemeld werken we voor taal met de methode Taalleesland in combinatie met de leesmethode Estafette. Dit is zowel een taal- als een leesmethode, waarbij rond een thema alle lees- en taallessen gegroepeerd zijn en vaak in elkaar overlopen. Binnen de taallessen is plaats ingeruimd voor spelling, schriftelijk taalgebruik, mondeling taalgebruik, begrijpend lezen en ontleden (in de bovenbouw). Voor het stellen maken de leerlingen vaak teksten en presentaties op de computer die ook in de weblog van de klas wordt opgenomen. Rekenen: Voor rekenen werken we met de methode Wereld in getallen (vierde versie). Dit is een realistische methode. Hierbij gaan we uit van de dagelijkse dingen en leren ze geen saaie rijtjes sommen. Bovendien zijn er vaak verschillende oplossingsmanieren mogelijk. Binnen de methode wordt rekening gehouden met verschillen tussen leerlingen. Soms vindt de uitleg in groepjes plaats. Soms hebben de leerlingen die er goed in zijn extra werk, de zwakkere leerlingen krijgen extra uitleg en aangepaste taken.
15
De computer is een onmisbaar instrument geworden. Alle leerlingen verwerken delen van de oefenstof wekelijks op de computer. Schrijven: Hieraan besteden we de nodige aandacht door in de groepen 3 en 4 te werken met de nieuwe methode Pennenstreken. Groep 5 en 6 maken gebruik van de methode Schrijftaal. Wereldoriëntatie: Voor natuurkunde, biologie, aardrijkskunde, geschiedenis en verkeer gebruiken we verschillende methodes. Voor elk leerjaar is vastgelegd wat er aan de orde komt. Voor natuurkunde en biologie: Leefwereld. Voor geschiedenis: Wijzer door de tijd Voor aardrijkskunde: Geobas Voor verkeer: Stoepie/claxon Engels: In de groepen 5 t/m8 wordt Engels gegeven. Dit gebeurt met behulp van de digitale methode Take it Easy.` Expressie: Bij handvaardigheid en tekenen komen de kinderen in aanraking met diverse technieken en materialen. Ook hiervoor hanteren we methodes als Handvaardig en Tekenvaardig. Ook aan muziek wordt de nodige aandacht besteed door gebruik te maken van het programma Zangmakers Daarnaast maken we ook regelmatig gebruik van het aanbod van de Stichting ToBe, die lessen rond drama, dans en muziek verzorgen. Gymnastiek en zwemmen: De groepen 3 tot en met 8 hebben 2 bewegingslessen per week. Het rooster kunt u vinden in de jaarbijlage. De groepen 1 en 2 hebben elke dag bewegingsonderwijs. Dit gebeurt in de speelzaal of als het goed weer is d.m.v. buiten spelen. In uren en minuten ziet het schema van de urentabel voor de leerjaren 3 t/m 8 er als volgt uit. De hieronder aangegeven uren dienen als richtlijn voor het samenstellen van de weekroosters. Per groep kunnen er best afwijkingen zijn, die noodzakelijk zijn om een goed rooster te kunnen maken. In de lessen zelfstandig werk krijgen de leerlingen vanaf het begin van de week of weken tijd om aan de weektaak te werken. De taken die op de taakkaarten staan komen uit alle vakgebieden.
16
Schoolgids
groep
3
4
5
6
7
8
Lichamelijke oefening
2.00
2.30
2.00
2.00
1.45
1.45
Taal / lezen
9.45
10.00
8.45
8.45
8.00
8.00
Schrijven
1.15
1.00
1.00
0.30
0.30
0.30
Rekenen
6.00
6.00
5.15
5.00
5.00
5.00
Engels
0.30
0.30
0.30
0.30
Aardrijkskunde
0.45
1.00
1.15
1.00
Geschiedenis
0.45
1.00
1.00
1.00
1.00
0.45
1.00
1.00
0.30
0.30
0.45
Biologie
0.30
0.30
Wereldoriëntatie algemeen Sociale vaardigheid / verkeer
1.00
1.00
1.00
1.00
1.00
1.00
Expressie
2.15
1.45
1.45
1.45
2.15
2.15
Godsdienst
0.30
0.30
0.30
0.30
0.30
0.30
1.30
1.30
1.30
1.30
Zelfstandig werken Pauze
1.15
1.15
1.15
1.15
1.15
1.15
Totaal
24.30
24.30
26.00
26.00
26.00
26.00
17
4.. De zorg voor de kinderen. 4.1 De opvang van nieuwe leerlingen De eerste contacten worden meestal gelegd tussen de ouders en de directeur. Vaak bellen ouders de school op om een afspraak te maken voor een kennismakingsbezoek. Tijdens dit eerste bezoek wordt er een informatief gesprek gevoerd waarin we nadere informatie geven over de school. Natuurlijk is er ruim de gelegenheid tot het stellen van vragen. Uiteraard maken we aan het eind van zo’n gesprek een rondje door de school. Als ouders weer naar huis gaan wordt een informatiepakketje meegegeven bestaande uit de schoolgids, informatie van derden en een aanmeldingsformulier. Wanneer ouders besluiten om hun kind op de Pius 10 school te plaatsen wordt het aanmeldingsformulier zo spoedig mogelijk op school afgegeven of ter plekke ingevuld en worden er verdere afspraken gemaakt. Natuurlijk zijn wij te allen tijde bereid om nieuwe vragen zo volledig mogelijk te beantwoorden. Een kleuter is op onze school welkom vanaf de dag dat hij of zij 4 jaar wordt. Voor een kind is de overgang naar de basisschool een hele grote stap waarbij vele nieuwe situaties en ervaringen op het kind afkomen. We vinden het daarom altijd heel prettig om een nieuwe leerling op een rustige manier te laten wennen aan de nieuwe situatie. Met de meeste ouders worden er daarom afspraken gemaakt om het kind voorafgaande aan de definitieve plaatsing 10 dagdelen te laten wennen. In overleg tussen ouders en leerkrachten worden de wendagen afgesproken.
18
Schoolgids
Naast vierjarigen wordt de school ook regelmatig benaderd door ouders van leerlingen die al even of wat langer basisonderwijs volgen met de vraag of hun kind op de Pius 10 school kan worden geplaatst. Eigenlijk is de procedure dan dezelfde als hierboven beschreven. Graag willen we met deze ouders nog over een aantal extra zaken praten. Betreft het een leerling die vanwege een verhuizing graag bij ons op school wil komen, dan worden er met de ouders afspraken gemaakt hoe de overgang kan gaan plaatsvinden. Pas na overleg van een uitschrijfformulier van de oude basisschool mogen wij de nieuwe leerling inschrijven. De oude school zorgt daarna voor een onderwijskundig rapport waarin de bijzonderheden over een leerling staan vermeld. Dit rapport is voor ouders altijd ter inzage. Soms komt het ook voor dat we een aanmelding krijgen van een leerling die door een andere basisschool is verwezen naar een school voor speciaal basisonderwijs. Van geval tot geval zullen we dan bekijken of wij deze leerling kunnen helpen op het terrein waarvoor hij of zij de verwijzing heeft ontvangen. In uitzonderlijke gevallen moeten we dan soms besluiten om de ouders toch door te verwijzen naar een school voor speciaal basisonderwijs. In alle gevallen geldt dat wij contact opnemen met de vorige basisschool. Sinds enige tijd kunnen ouders met een gehandicapt kind kiezen voor een speciale school voor basisonderwijs of een reguliere basisschool. De basisschool moet dan wel die mogelijkheid kunnen bieden. Het spreekt voor zich dat de Pius 10 school oog heeft voor kinderen met een specifieke handicap (bijv. slechtziende kinderen, slechthorende kinderen, lichamelijk en verstandelijk gehandicapte kinderen, langdurig zieke kinderen, zeer moeilijk lerende kinderen, enz. enz.). De school zal in overleg met de betreffende ouders per situatie beoordelen of plaatsing verantwoord is. Overwegingen die in de praktijk een rol kunnen spelen om een kind niet toe te laten zijn: * * * *
verstoring van de rust en de veiligheid bij een ernstige gedragsproblematiek noch de benodigde zorg en behandeling, noch het onderwijs aan een kind kan voldoende tot zijn recht komen vanwege onvoldoende faciliteiten verstoring van het leerproces aan andere kinderen. Er kan in alle redelijkheid te veel van de basisschool gevraagd worden waardoor de aandachtsverdeling en de leertijd in het gedrang komen. gebrek aan opnamecapaciteit.
In augustus 2014 wordt de wet Passend Onderwijs ingevoerd. Informatie hierover kunt u vinden in de jaarbijlage, 4.2… Het volgen van de ontwikkelingen van de leerlingen Het leerlingvolgsysteem: Dit gebeurt onder andere door middel van de Cito toetsen van ons leerlingvolgsysteem en het regelmatig toetsen van leerlingen aan de hand van toetsen uit de methodes. Dit wordt bijgehouden in ons digitale leerlingvolgsysteem. Vanaf groep 1 tot en met groep 8 worden de leerlingen gevolgd. In de groepen 1 en 2 gebeurt dat door observatielijsten van het digitale leerlingvolgsysteem KIJK, waarbij de leerkracht de kinderen op allerlei gebieden observeert. Verder worden in de groepen 1 en 2 CITO-toetsen voor taal en rekenen
19
afgenomen Vanaf groep 3 gebruiken we hiervoor CITO-toetsen op gebied van rekenen, taal, spelling en lezen. Natuurlijk hebben we ook de toetsen die bij de methodes horen. Hieruit worden voor een groot deel de rapportcijfers samengesteld. Onze interne begeleider verzamelt en verwerkt deze gegevens. Regelmatig worden de vorderingen van de leerlingen binnen de school besproken. Dat gebeurt naar aanleiding van de toetsen door de interne begeleider met de leerkracht, waarbij zij kijken waar extra aandacht nodig is. Ook bespreken de groepsleerkracht en de interne begeleider alle rapporten. Indien nodig worden door het team bepaalde toetsen 2 maal per jaar besproken, bijv. om het leerproces daarop beter aan te laten sluiten. Administratie: Het schriftelijk werk dat de leerlingen maken wordt regelmatig door de leerkracht bekeken. Naast bovengenoemde leerstofoverstijgende toetsen maken we ook gebruik van leerstofgebonden toetsen voor bijna alle vakken. Alle resultaten van de leerlingen worden vermeld in een groepsmap. Deze is voor alle groepen hetzelfde. Bij regelmatig onvoldoende scores voor deze toetsen wordt bekeken wat de oorzaak is van de onvoldoende scores. In de groepsmap noteert de leerkracht bijzonderheden van de extra geboden hulp. Natuurlijk vinden we in deze map de noodzakelijke gegevens van de leerlingen alsmede een lijst met telefoonnummers die we in geval van nood kunnen bellen. Verder zitten er in deze map een aantal praktische tabbladen om de dagelijkse administratie te kunnen ordenen. 4.3.. De speciale zorg voor kinderen die dit nodig hebben In overleg met het samenwerkingsverband van bijna alle bijzondere scholen van Dordrecht is er gekozen voor de hieronder beschreven zorgstructuur. De werkwijze, zoals deze hier beschreven staat, is een verkorte versie van een groter geheel. Dit uitgebreide zorgplan is aanwezig op school en is ter beschikking voor inzage. Zorgniveau 1: de algemene zorg De leerkracht geeft kwalitatief goed onderwijs aan zijn/ haar leerlingen en speelt daarbij in op de problemen die leerlingen kunnen krijgen en richt het onderwijs zo in, dat problemen bij leerlingen zoveel mogelijk worden voorkomen. Zorgniveau 1A: Extra zorg De leerkracht geeft extra zorg aan de leerlingen die dat nodig hebben. Deze extra begeleiding wordt gegeven op basis van de uitslagen van methode- en niet methode gebonden toetsen. De leerkracht gaat daarna na, of de extra hulp voldoende effect heeft gehad. Zorgniveau 2A: Zorgniveau na intern onderzoek. De leerkracht meldt de leerling aan bij de interne begeleider en de leerling wordt besproken in de
20
Schoolgids
leerlingbespreking. Tijdens de leerlingbespreking worden gedrag en prestaties van de leerlingen besproken. Dan zijn er 2 mogelijkheden: • De leerkracht krijgt voldoende gegevens en mogelijkheden aangereikt en gaat daarmee aan het werk. • Er wordt besloten dat nader onderzoek gewenst is en de interne begeleider gaat samen met het interne zorgteam (de interne begeleider, de directeur en de leerkracht) een stappenplan maken. • De leerkracht en/of de intern begeleider evalueren de gegeven hulp en gaan na of de speciale zorg effect heeft gehad. Zorgniveau 2B: Externe leerlingenzorg/begeleiding vanuit het Ondersteuningsteam. Op dit niveau worden deskundigen van buitenaf geconsulteerd, of worden kinderen aangemeld voor onderzoek door externe deskundigen of aangemeld bij het ondersteuningsteam. Zorgniveau 3: Zorg in gemeenschappelijke voorzieningen. Binnen dit zorgniveau komt de zorg voor het kind vooral van buiten de school. De zorg kan bestaan uit: • Begeleiding door een ambulant begeleider vanuit de speciale school voor basisonderwijs • Plaatsing op een andere basisschool • Hulp vanuit (jeugd) zorginstellingen • Teruggaan naar een van de andere niveaus van zorg • Besluiten tot overgang naar zorgniveau 4 Zorgniveau 4: Speciale zorg in het onderwijs. Deze zorg speelt zich geheel buiten onze school af. Ouders/verzorgers worden vanzelfsprekend op de hoogte gehouden van alle voor uw kind belangrijke zaken. Voordat iemand van buiten de school betrokken wordt bij onderzoek van uw kind, wordt aan de ouders schriftelijke toestemming gevraagd
21
4.4.. Overgang naar het vervolgonderwijs. In groep 8 moeten leerlingen en ouders/verzorgers een keuze maken voor vervolgonderwijs. Dit is een moeilijke keuze. Het team van de Pius 10 school wil u hierbij graag helpen. We gaan daar zorgvuldig mee om. In het kort willen we de stappen even neerschrijven: In Dordrecht wordt gewerkt met een uniform en digitaal aanmeldingssysteem dat ‘Portfolio’ heet. Als school verzamelen we samen met de ouders veel gegevens die noodzakelijk zijn om een verantwoorde keuze voor voortgezet onderwijs voor onze leerlingen te kunnen maken. Deze gegevens zijn vooral: - De resultaten van de CITO-entreetoetsen van groep 6 en 7. - De uitslag van de CITO-eindtoets in groep 8. - De uitslagen van het Cito leerlingvolgsysteem door de jaren heen - Korte verslagen van eventuele afspraken tussen ouders een leerkracht - De werkhouding van de kinderen. - De ontwikkeling van de leerlingen op de basisschool - Het voorlopige en definitieve advies van de leerkrachten van onze school. - Opmerkingen en conclusies uit het zorgdossier. - Begeleidingsadviezen die van belang zijn voor het vervolgonderwijs. Leerlingen en ouders/verzorgers krijgen via de gemeente uitnodigingen om open dagen en de scholenmarkt te bezoeken om zo gericht mogelijk te kijken of de scholen bij hen passen. In maart volgt een definitief gesprek met de ouders/verzorgers, de leerkracht en de directie waarin de uiteindelijke keuze voor vervolgonderwijs wordt bepaald. Ouders melden hun kinderen zelf aan door een inschrijfformulier op basisschool af te geven voor de gekozen school voor vervolgonderwijs. Wij zorgen ervoor dat de noodzakelijke gegevens digitaal worden doorgegeven. Ook aan nazorg wordt de nodige tijd besteed Resultaten: Het percentage leerlingen dat naar de diverse vormen van voortgezet onderwijs gaat, wisselt van jaar tot jaar. Dit is afhankelijk van de 3 elementen: * * *
de capaciteiten van het kind de kwaliteit van de basisschool de thuissituatie
Het middelste punt geven wij de grootst mogelijke aandacht. We proberen uit elk kind het maximale te halen en er zodoende voor te zorgen dat het kind op de voor hem/ haar beste vorm van voortgezet onderwijs terecht komt en op die school goed kan meekomen. Waar de kinderen uit groep 8 het afgelopen schooljaar naar toe zijn gegaan kunt u lezen in de jaarbijlage.
22
Schoolgids
4.5.. Bespreking van resultaten met ouders. Drie keer per jaar krijgen de kinderen uit de groepen 3 t/m 8 een rapport, met daarin de weergave van hun resultaten. In de groep 3 en 4 is dit een woordrapport. In de groepen 5 t/m 8 is dit een woord/ cijferrapport. Deze rapporten worden met u tijdens de rapportavond besproken en meegegeven. Op het rapport staat ook vermeld of uw kind voor een bepaald vak extra aandacht krijgt. Daarnaast komen ook de resultaten uit het leerlingvolgsysteem aan bod. Belangrijke afspraken uit deze gesprekken worden op papier gezet en door zowel ouders als leerkracht ondertekend. Voor de groepen 1en 2 is er in maart/ april een ouderavond. Natuurlijk kunnen ouders ook tussendoor met de leerkracht praten over de resultaten van hun kind(eren). Hiertoe kan het initiatief uitgaan van zowel ouders als leerkracht. Hiervoor wordt dan een aparte afspraak gemaakt.
23
4.6.. De resultaten van ons onderwijs. Wat bedoelen we als we praten over de resultaten van ons onderwijs? • Hebben we het dan over de resultaten die de kinderen scoren op de verschillende onderdelen? • Hebben we over de verwijzingscijfers naar het voortgezet onderwijs? • Hebben we het over de zelfstandigheid en de zelfredzaamheid van de kinderen? • Over de zorg die de school de kinderen biedt? • Over het veilige klimaat van de school? Uit ervaring weten we, dat wat belangrijk is voor het ene ouderpaar, totaal onbelangrijk is voor het andere ouderpaar. Het team van de Pius 10 hecht er in de eerste plaats grote waarde aan, dat de kinderen zich op school veilig voelen. Dat zij zich op hun niveau kunnen ontwikkelen tot zelfstandige, zelfredzame kinderen die zich verantwoordelijk voelen voor zichzelf en hun omgeving en die geleerd hebben dat ze verantwoordelijk zijn voor hun eigen gedrag en daar op aangesproken kunnen/moeten worden. Zij moeten kritisch kunnen zijn op hun eigen functioneren, opkomen voor de zwakkeren en zich staande kunnen houden in onze maatschappij. Ook heeft onze school het uitgangspunt dat we eruit willen halen wat er “inzit”, d.w.z. dat we elk kind zo goed mogelijk willen laten presteren. Naar beste kunnen is bij elk kind verschillend. Sommige dingen zijn, samen met de ouders, beïnvloedbaar: • Werkhouding • Interesse • Motivatie • Doorzettingsvermogen • Concentratie • Sociaal gedrag Andere dingen zijn niet of nauwelijks beïnvloedbaar: intelligentie, karakter. In de rapporten die U van ons over uw kind krijgt, wordt behalve aan de resultaten van de verschillende vakken, ook aandacht besteed aan bovengenoemde zaken. Er zijn mensen, die vinden dat een school een goede school is, als alle kinderen minstens naar de Havo gaan. Zo denken wij er niet over. Wij denken dat wij een goede school zijn, als wij er in slagen uw kind zo ver mogelijk te brengen. Daarmee bedoelen we: dat uw zoon of dochter op een school voor voortgezet onderwijs terechtkomt, die past bij uw kind: bij zijn of haar capaciteiten, vaardigheden, toekomstverwachting, mogelijkheden en onmogelijkheden, zodat uw kind een toekomst tegemoet gaat die perspectief biedt.
24
Schoolgids
5.. De ouders. 5.1.. Het belang van de betrokkenheid van ouders. Een goed contact tussen ouders en school vinden wij erg belangrijk. Immers een kind zit een groot gedeelte van de dag op school. Het is daarom van groot belang dat u als ouders weet wat er zich op school afspeelt. Als u de sfeer van de school kent, kunt u de reacties van uw kind wellicht beter begrijpen. Niet alle kinderen zijn immers in staat om hetgeen zich op school heeft afgespeeld goed te verwoorden. Tevens vinden wij het belangrijk als u ons van bijzondere ontwikkelingen thuis op de hoogte brengt. Wij begrijpen het kind daardoor ook beter als hij of zij met allerlei verhalen op school komt. Wij verwachten van u als ouders, dat u ons aanspreekt op zaken die naar uw idee niet gaan zoals ze in deze gids zijn beschreven. We hopen dat u ons daar rechtstreeks op aanspreekt en niet via omwegen. Regelmatig uw ongenoegen uiten aan andere ouders heeft weinig tot geen effect. Een kort gesprek op school lost meestal heel veel op. We verwachten van u, als ouders, dat u onze school kiest vanwege ons beleid, onze uitgangspunten, onze wijze van functioneren en omdat U zich kunt vinden in de aanpak op onze school. We staan steeds open voor (opbouwende)kritiek en zijn uiteraard bereid, waar nodig, ons beleid aan te passen als dit breed gedragen wordt binnen ons team en als onderwijskundige en pedagogische motieven en ontwikkelingen dit vereisen. Het team van de school zal in de komende jaren trachten door de ouderbetrokkenheid middels allerlei acties te vergroten. 5.2.. Informatievoorziening Informatie vanuit onze school voor de ouders van onze leerlingen vindt op de volgende manieren plaats: Via oudergesprekken bij het eerste en tweede rapport en in individuele gevallen zo vaak als dat nodig is. Daarnaast schriftelijk op de volgende manieren: • U wordt geïnformeerd via onze nieuwsbrief. Deze verschijnt regelmatig en wordt zowel via de mail als op papier verstrekt. • In onze schoolgids staan alle belangrijke zaken die u moet weten over onze school. • In de bijlage vindt u voor een heel schooljaar alle bijzonderheden aangaande activiteiten en schooltijden. • Iedere groep heeft op de site een eigen weblog. Deze weblog vervangt de papieren schoolkrant. De mogelijkheid om contact te hebben over uw kind, is al eerder beschreven. Van belang is nogmaals te melden, dat u altijd een afspraak kunt maken met ons. De eerste stap is meestal naar de leerkracht van uw kind, maar als u dat wenst, bent u ook altijd welkom bij de directeur van de school. 5.3. De medezeggenschapsraad. Elke SKOBA-school heeft een medezeggenschapsraad (MR). De MR is een overlegorgaan dat voor de helft uit ouders (oudergeleding) en voor de helft uit personeelsleden (personeelsgeleding) bestaat. De directeur voert namens het bevoegd gezag het overleg met de MR.
25
De MR heeft o.a. als algemene taak de openheid en het onderling overleg binnen de school te bevorderen. De vergaderingen van de MR zijn daarom in principe openbaar. Hij mag alle aangelegenheden die de school betreffen bespreken en daarover voorstellen doen en standpunten kenbaar maken. Daarnaast heeft de MR een adviesbevoegdheid en een instemmingsbevoegdheid ten aanzien van bepaalde onderwerpen. De adviesbevoegdheid betreft o.a. de begroting van de school, duurzame samenwerking met andere instellingen of organisaties, deelname aan onderwijskundige projecten en regeling van de kinderopvang. De instemmingsbevoegdheid betreft o.a. het schoolplan, het zorgplan, sponsoring en fusie (hele MR), samenstelling formatie, regels voor nascholing en taakverdeling binnen het personeel (personeelsgeleding MR), hoogte en bestemming ouderbijdrage, schoolgids en schooltijden (oudergeleding MR). De MR werkt volgens een reglement dat voor alle SKOBA-scholen hetzelfde is. In dit reglement worden zaken geregeld zoals de samenstelling van de MR, de zittingsduur van de leden, de verkiezingen en de diverse bevoegdheden. SKOBA kent ook een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). Dit is het overlegorgaan van het bevoegd gezag voor aangelegenheden die voor de meerderheid van of voor alle SKOBA-scholen van belang zijn. De GMR bestaat uit leden die door de ouder- en personeelsgeledingen van de diverse MR-en zijn gekozen. De GMR heeft bevoegdheden die vergelijkbaar zijn met die van de MR maar wel duidelijk inhoudelijk onderscheiden. Dus waar de GMR bevoegd is, is de MR dat niet en omgekeerd. Zo gaat bijvoorbeeld de GMR over het toelatingsbeleid en over een voor alle scholen geldende klachtenregeling. Een MR daarentegen gaat over de onderwijskundige doelstelling van de school en de schooltijden (bv. continurooster of niet). De reglementen voor de MR en de GMR zijn te vinden in de map “Regelingen” op school. De namen van de leden van de MR zijn terug te vinden in de jaarbijlage en/of de weekbrief. 5.4.. De ouderraad. De ouderraad is het bestuur van de oudervereniging. Iedere ouder met één of meer kinderen op de Pius 10 school is automatisch lid van de oudervereniging. De leden van de ouderraad zijn op de jaarlijkse algemene ledenvergadering van de oudervereniging uit de ouders gekozen. De ouderraad probeert de betrokkenheid van de ouders bij het schoolgebeuren te vergroten en de belangen van zowel ouders als kinderen te behartigen. Iedere ouder, die zich met bepaalde zaken niet kan verenigen heeft het recht de ouderraad om opheldering te vragen. De raad is geen doorlopende feestcommissie, ook al worden er veel activiteiten, die buiten het schoolgebeuren vallen (sportactiviteiten, schoolreis e.d.) door en met de ouderraad georganiseerd. De organisatie is in handen van diverse commissies waarin leden van de ouderraad, team en ouders zitting hebben. Jaarlijks vindt er een ledenvergadering plaats, waarvoor iedere ouder tijdig wordt uitgenodigd en waarin raadsleden verantwoording afleggen. Op deze vergadering kunt u de raad ter verantwoording roepen. Voor al de activiteiten, die buiten het eigenlijke onderwijs vallen, is geld nodig. Hiervoor vraagt de ouderraad aan u een bijdrage, een vrijwillige bijdrage. Dit geld is nodig voor activiteiten als Kerstfeest, Sint Nicolaas, Pasen, Sportactiviteiten, schoolkamp, e.d. Sommige activiteiten worden geheel betaald door de ouderraad, bij andere, zoals het schoolkamp wordt een bijdrage door de ouderraad gegeven. Het door de overheid bekostigde (speciaal) basisonderwijs is gratis. Scholen mogen echter wel aan ouders een vrijwillige
26
Schoolgids
bijdrage vragen voor aanvullende activiteiten en voorzieningen. Aan onze ouders willen wij in deze schoolgids duidelijk maken voor welke aanvullende activiteiten en voorzieningen van hen een bijdrage wordt gevraagd. Ouders hebben ook de mogelijkheid te kiezen voor welke van die activiteiten en voorzieningen zij wel willen betalen. Voor ouders die wel willen, maar niet (alles) kunnen betalen hebben we een kwijtscheldings- en reductieregeling. De hoogte en de bestemming van de ouderbijdrage behoeven de instemming van de oudergeleding van de MR. Voor de komende periode heeft de oudergeleding ingestemd met het in de jaarbijlage genoemde bedrag voor de bovengenoemde activiteiten en voorzieningen: Ook verzekert de ouderraad alle leerlingen bij activiteiten tegen ongevallen. Dit geld wordt niet door het Rijk verstrekt. Daarom is de bijdrage van de ouders echt noodzakelijk. Aan het begin van het schooljaar ontvangt u een brief waarin u gevraagd wordt bij te dragen in de kosten van de activiteiten. De ouderbijdrage kan jaarlijks worden aangepast. Meer informatie kunt u vinden in de jaarbijlage. 5.5.. Leerplicht De Leerplichtwet schrijft voor dat ouders ervoor moeten zorgen dat hun kinderen geregeld naar school gaan. Zomaar wegblijven mag niet. De gemeente (leerplichtambtenaar) heeft de taak dit te controleren. Zodra een leerling drie dagen achter elkaar verzuimt of vier lesweken achter elkaar meer dan een achtste deel van de lestijd verzuimt, moet de directeur dat melden bij de leerplichtambtenaar. Als u zonder toestemming uw kind thuis houdt, moet u er rekening mee houden dat de leerplichtambtenaar een proces-verbaal opmaakt. Op grond daarvan kan de rechtbank u een straf (boete) opleggen. Uw kind hoeft niet naar school als de school dicht is in verband met vakanties of vanwege een speciale reden, bijvoorbeeld een studiedag van het personeel. U wordt tijdig geïnformeerd over de dagen in het schooljaar dat de school dicht is. Ook als uw kind ziek is, hoeft het niet naar school. U moet dit uiterlijk dezelfde dag nog aan de school doorgeven. Een doktersverklaring kan worden gevraagd als bewijs. En het spreekt vanzelf dat ook bij een schorsing uw kind niet naar school hoeft. Verlof bij bijzondere omstandigheden. Er zijn naast de hierboven genoemde omstandigheden nog enkele bijzondere omstandigheden waarin uw kind niet naar school hoeft. Het gaat om de volgende bijzondere omstandigheden: • als er sprake is van een speciaal religieus feest anders dan de christelijke feestdagen waarop de school al gesloten is (richtlijn: 1 dag); • het voldoen aan een wettelijke verplichting of het nakomen van een medische afspraak voor zover dat absoluut niet buiten schooltijd kan (duur van de verplichting of afspraak); • een huwelijk van een familielid van uw kind t/m de 3e graad (ouders, (over)grootouders, broers/zussen, ooms/ tantes) (1 of ten hoogste 2 dagen, afhankelijk van de plaats waar het huwelijk wordt gesloten); • een huwelijksjubileum van ouders of grootouders (1 of ten hoogste 2 dagen, afhankelijk van de plaats waar het jubileum gevierd wordt); • een 25- of 40-jarig ambtsjubileum van ouders of grootouders (ten hoogste 1 dag); • geboorte van broertje of zusje (ten hoogste 1 dag);
27
• • •
verhuizing (ten hoogste 1 dag); ernstige ziekte van ouders, grootouders, broers of zussen (duur in overleg met de directeur); overlijden (inclusief begrafenis/crematie) van familie t/m 4e graad (ouders, (bet)(over)grootouders, broers/zussen, (oud)ooms/(oud)tantes, neven en nichten) (ten hoogste 4 dagen, afhankelijk van graad en plaats waar begrafenis/ crematie plaatsvindt).
Afwijking van de genoemde duur van het verlof is mogelijk. Uitgangspunt daarbij is steeds het belang van het kind. Een verzoek tot verlof bij bijzondere omstandigheden moet zo vroeg mogelijk schriftelijk en met opgave van redenen worden aangevraagd bij de directeur. Op school zijn hiervoor formulieren verkrijgbaar. De directeur kan zelf een besluit nemen, als het een verzoek om verlof betreft dat niet het aantal van in totaal 10 dagen per school jaar te boven gaat. Bij meer dan 10 dagen wordt het verzoek met een advies van de directeur doorgestuurd naar de leerplichtambtenaar die daarop besluit. Bijzonder vakantieverlof In heel uitzonderlijke gevallen kan verlof worden aangevraagd om buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan. Dat kan alleen als op grond van de specifieke aard van het beroep van één van de ouders niet mogelijk is om in de reguliere schoolvakanties op vakantie te gaan. Voorbeelden zijn beroepen in de agrarische en toeristische sector, de horeca en beroepen waarbij een ouder langdurig in het buitenland verblijft (bv. zeevarenden). Er mag dus geen verlof worden gegeven als er bijvoorbeeld sprake is van een goedkope vakantie buiten het seizoen, een extra lang bezoek aan het land van herkomst of zomaar een midweek of lang weekend weg. Dit bijzonder vakantieverlof kan slechts éénmaal per schooljaar worden verleend voor ten hoogste 10 dagen. Dit verlof mag niet plaatsvinden in de eerste twee lesweken van het schooljaar. Een verzoek voor dit bijzonder vakantieverlof moet tijdig en gemotiveerd worden ingediend bij de directeur. Bezwaar en beroep Als u bezwaar heeft tegen het besluit, kunt u binnen 6 weken een bezwaarschrift indienen bij degene die het besluit heeft genomen (de directeur of de leerplichtambtenaar). Mocht u op uw bezwaarschrift geen gelijk krijgen, dan kunt u de zaak in beroep voorleggen aan de rechter. Aan deze laatste procedure zijn kosten verbonden. 5.6.. Overige kosten. Voor het onderwijs krijgt u geen rekening. Het onderwijs is gratis. Soms echter organiseren we
28
Schoolgids
activiteiten die zoveel geld kosten, dat we ze niet kunnen betalen uit de vergoedingen die we van het ministerie krijgen. Schoolreis, schoolkamp zijn twee voorbeelden. Deze activiteiten zijn niet verplicht. Maar als uw kind daaraan mee mag doen, dan kost dat wel geld. Vanzelfsprekend kunt u in zulke gevallen gebruik maken van gespreide betaling. 5.7.. Verzekering Voor schade die de kinderen zichzelf of anderen toebrengen, kan de school niet aansprakelijk worden gesteld. De aansprakelijkheidsverzekering, die het bevoegd gezag voor onze school heeft afgesloten geldt slechts in de gevallen dat er geen toezicht is en er duidelijk sprake is van een aan de school toe te rekenen fout. Wij adviseren U dan ook, een WA-verzekering (wettelijke aansprakelijkheids verzekering) voor Uw kind af te sluiten. De school heeft een doorlopende ongevallenverzekering afgesloten. Voor ongevallen zowel op school als tijdens uitstapjes, sportdagen en andere evenementen zijn we dus steeds verzekerd. 5.8.. Sponsoring. Scholen mogen sponsorovereenkomsten aangaan. Van sponsoring is sprake als een school geld, goederen of diensten krijgt in ruil voor een geringe tegenprestatie. Binnen SKOBA zijn de volgende afspraken gemaakt over de voorwaarden waaronder zo’n overeenkomst kan worden gesloten: • de samenwerking met de sponsor mag de ontwikkeling van kinderen niet schaden; • sponsoring mag de inhoud van het onderwijs niet beïnvloeden en de uitvoering van de kernactiviteiten van de school mag hiervan niet afhankelijk zijn; • in lesmaterialen mag geen reclame voorkomen, ook niet impliciet. De objectiviteit en betrouwbaarheid van het onderwijs mag niet in het geding zijn; • sponsoring mag niet misleidend zijn en mag geen gevoelens van bijgelovigheid of angst bij leerlingen oproepen; • sponsoring moet een gezonde levensstijl aanmoedigen; • bij de aanschaf van (computer)apparatuur mag geen aanvullende afname van bijvoorbeeld software van de sponsor verplicht worden gesteld of het gebruik van diensten/software van een ander bedrijf dan dat van de sponsor worden verboden. Bovenstaande voorwaarden sluiten aan bij het convenant dat het ministerie van OCW in 2009 heeft gesloten met de belangenorganisaties uit het primair en voortgezet onderwijs. De MR moet instemmen met een sponsorovereenkomst als het alleen sponsoring van de school betreft; gaat het om een meerderheid van of om alle SKOBA-scholen dan ligt deze bevoegdheid bij de GMR. De school heeft nog geen gebruik gemaakt van deze sponsormogelijkheid.
29
5.9.. Klachtenprocedure. Hoe gaan wij om met klachten? Algemeen. Het kan gebeuren dat u het niet eens bent met de wijze waarop een personeelslid van de school heeft gehandeld. Binnen SKOBA kiezen wij er niet voor u direct door te verwijzen naar de landelijke klachtencommissie. Nee, wij vinden dat we moeten proberen samen naar een oplossing te zoeken door met elkaar in gesprek te gaan. Wij nemen een klacht altijd serieus. En zien een klacht als een advies over hoe we de school (nog) beter kunnen maken. In de map “Regelingen”, die u op school kunt inzien, is de SKOBA-procedure van de afhandeling van klachten uitvoerig beschreven. In het kort komt dit op het volgende neer: • eerst bespreekt u de klacht met de leerkracht van uw kind; • komt u er met de leerkracht niet uit, dan kunt u zich tot de directeur wenden. Het is wel zo netjes de betrokken leerkracht daarover te informeren; • u kunt ook, in overleg met de leerkracht, besluiten de klacht in aanwezigheid van de leerkracht direct met de directeur te bespreken; • heeft u een klacht over de directeur, dan kunt u met hem of haar daarover een gesprek aan gaan. Als u dat lastig vindt, kunt u ook contact opnemen met de bovenschoolse vertrouwenspersoon . Deze bespreekt o.a. met u of een gesprek met de voorzitter van het College van Bestuur gewenst is. Uitgangspunt bij klachten is een open en respectvolle houding , zowel van de kant van de school als van uw kant. Wat mag u van ons verwachten: •
een serieuze en zorgvuldige behandeling van klachten;
•
discretie en mogelijk zelfs geheimhouding waar dat gewenst of noodzakelijk is;
•
begripvolle en respectvolle bejegening van de klager;
•
toepassen van principe van hoor en wederhoor;
•
op papier zetten van gemaakte afspraken;
•
nakomen van gemaakte afspraken;
•
binnen 1 week na indienen van een klacht een gesprek in eerste instantie;
•
binnen 2 weken na indiening van een verzoek een gesprek in tweede instantie;
•
bij een uitspraak van de landelijke klachtencommissie een gesprek over de uitspraak (wat gaan we doen met de
uitspraak, hoe gaan we weer verder met elkaar).
30
Schoolgids
Wat verwachten wij van u: •
tijdig een klacht indienen;
•
geen anonimiteit bij het indienen van een klacht;
•
discretie en mogelijk zelfs geheimhouding waar dat gewenst of noodzakelijk is;
•
begripvolle en respectvolle bejegening van de beklaagde en anderen die bij de klacht betrokken zijn;
•
melden als u zich bij de bespreking van de klacht door een externe (familielid, vriend, kennis) laat ondersteunen;
•
meehelpen met het oplossen van de klacht;
•
nakomen van gemaakte afspraken;
•
melden aan de directeur en het bevoegd gezag van het indienen van een klacht bij de landelijke
klachtencommissie. Als u geholpen wilt worden bij de afwikkeling van uw klacht, kunt u contact opnemen met de vertrouwenspersoon die op de school aanwezig is. Wie dat is , staat vermeld in de jaarbijlage. Ook de naam en contactgegevens van de bovenschoolse vertrouwenspersoon staan in de bijlage. Soms is het gewenst om de klacht op schrift te stellen. De vertrouwenspersoon kan u daarbij helpen. Het kan zijn dat er geen oplossing voor uw klacht gevonden wordt. Of dat u de klacht zo ernstig vindt dat u een onafhankelijke externe deskundige wilt laten kijken naar de klacht. Dan kunt u zich wenden tot de landelijke klachtencommissie waarbij SKOBA is aangesloten. Het adres van deze commissie vindt u in de jaarbijlage. Het reglement van de klachtencommissie is opgenomen in de map “Regelingen”. De vertrouwenspersoon kan u helpen bij het antwoord op de vraag of u naar de landelijke klachtencommissie zult gaan. En ook bij het benaderen van deze commissie. Klachten m.b.t. geweld, intimidatie, misbruik Een klacht over geweld, intimidatie of misbruik kunt u direct melden bij de vertrouwensinspecteur van de Inspectie van het Onderwijs. U hoeft deze dus niet eerst op school te melden. De contactgegevens van deze inspecteur staan in de jaarbijlage. U kunt voor de volgende zaken terecht bij de vertrouwensinspecteur: (seksuele) intimidatie en misbruik, discriminatie, fundamentalisme, lichamelijk of psychisch geweld en grove pesterijen. De vertrouwensinspecteur behandelt dergelijke klachten met de grootste zorgvuldigheid en onderneemt geen actie zonder uw instemming. Meer informatie vindt u op de website van de Inspectie van het Onderwijs (www.onderwijsinspectie.nl).
31
5.10.. Regels voor schorsing of verwijdering van een leerling. Schorsing. Schorsing is een ordemaatregel die zelden voorkomt. Aanleiding tot schorsing kan zijn o.a. ernstige gedragsproblemen, verstoorde relaties of heftige ruzies. Op onze school gaan wij uit van ons gedragsprotocol dat u kunt inzien op school.Voor een schorsingsbesluit gelden de volgende regels: Het bestuur kan een leerling voor een bepaalde tijd schorsen en deelt het besluit tot schorsing schriftelijk aan de ouders mee. In dit besluit worden vermeld: de reden, de aanvang en de tijdsduur van de schorsing en eventuele andere maatregelen. Het bestuur stelt het Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten en de inspectie in kennis van de schorsing en de redenen daarvoor. Schorsing van een leerling vindt in principe pas plaats na overleg met de ouders, de leerling en de groepsleerkracht. Op school is in de map regelingen het protocol te vinden waarin dit geregeld is. Verwijdering. Verwijdering van een leerling kan slechts mogelijk zijn, na ernstig wangedrag en of een onherstelbaar verstoorde relatie tussen leerling (ouders) en school, of indien de school vaststelt, dat de zorg die de leerling behoeft, niet gegeven kan worden door de school. Op school is in de map regelingen het protocol te vinden waarin dit geregeld is.
32
Schoolgids
6.. Overige zaken. 6.1.. Schooltijden Alle groepen werken met een continurooster. Dat wil zeggen dat de school begint om 08.30 uur en eindigt om 14.30 uur. Op woensdag eindigen de lessen voor de groepen 1 tot en met 4 om 12.00 uur. De groepen 5 tot en met 8 gaan op woensdag door tot 12.30 uur. Iedere ochtend hebben alle groepen een kwartier pauze. In de groepen 1 en 2 wordt de pauze benut om melk te drinken en eventueel iets te eten. De groepen 3 en 8 gaan bij goed weer naar de speelplaats aan de achterzijde van het gebouw. Tussen de middag eten de kinderen allemaal op school. De groepen 1 tot en met 4 eten en spelen van 11.45 uur tot 12.30 uur. De groepen 5 tot en met 8 eten en spelen van 12.00 uur tot 12.30 uur. Af wijkende schooltijden voor bijzondere dagen vindt u in de jaarbijlage. 6.2..De middagboterham. Tussen de middag eten de kinderen gewoon in de klas bij de eigen leerkracht. Iedereen brengt zijn of haar eigen eten mee. Om het gezond gedrag van de kinderen te bevorderen, is het meenemen van koeken, chips, worstenbroodjes, croissants enz. niet toegestaan. Ook voor het drinken hebben we afspraken gemaakt. Alle koolzuurhoudende dranken, energiedranken e.d. zijn niet toegestaan. Vruchtensappen, melkproducten of gewoon water behoren natuurlijk tot de gezonde dranken. Indien kinderen tussen de middag hun medicijnen moeten innemen willen we hierover met u afspraken maken. Deze afspraken worden vastgelegd in het zogenaamde medicijnprotocol. 6.3..Te laat komen. Als een kind ’s morgens te laat op school komt, krijgt het altijd een briefje mee van de leerkracht. We verwachten dat briefje de eerstvolgende schooldag met een handtekening van de ouders terug. Onze leerkrachten beginnen meteen met de lessen: er wordt niet gewacht op laatkomers. Als uw kind te laat komt, dan zal het dus een deel van de les missen. 6.4.. Schoolvakanties en vrije dagen. In de bijlage van onze schoolgids vindt u een totaal overzicht van de vakanties en vrije dagen in het desbetreffende schooljaar. Over de andere speciale dagen wordt u tijdig geïnformeerd via de weekbrief.
33
6.5.. Schoolspullen. Alle leerboeken worden door de school geleverd. Soms moeten deze boeken door de kinderen mee naar huis worden genomen om het huiswerk te kunnen maken of leren. Wij verwachten van de leerlingen dat zij zorgvuldig met deze boeken omgaan. Daarom is het raadzaam om de kinderen een degelijke tas mee te geven, zodat de boeken niet uitzonderlijk slijten. Indien de school merkt dat er door onzorgvuldig handelen boeken worden beschadigd zullen we de ouders hiervoor aansprakelijk stellen. Vanaf groep 3 werken de kinderen met een vulpen. Op school kunt u tegen inkoopsprijs een keuze maken uit verschillende soorten vulpennen. Uiteraard staat het u vrij om eventueel zelf een vulpen aan te schaffen. Daarnaast is het wel handig (maar niet verplicht) als kinderen de beschikking hebben over een gum, een puntenslijper, een liniaal en een kleine schaar. In de groepen 6 tot en met 8 dienen de leerlingen te beschikken over een (wat ons betreft) goedkope agenda en een 23 rings multomap. 6.6.. Schoolzwemmen. De kinderen van groep 4 van onze school doen mee met schoolzwemmen. De nieuwe aanpak van het schoolzwemmen staat beschreven in het “Deelschoolwerkplan zwemmen” van zwembad Aquapulca. Dit schoolwerkplan ligt ter inzage. De tijd waarop de kinderen zwemmen stat vermeld in de jaarbijlage. 6.7.. Careyn. Om te bereiken dat alle kinderen in Nederland dezelfde zorg krijgen, is een zogenaamd basispakket ontwikkeld. Dit houdt in dat: • alle kinderen in groep 2 en hun ouders een uitnodiging krijgen voor een onderzoek door de jeugdarts en de assistente. • De kinderen in groep 4 worden gemeten en gewogen. • Alle kinderen in groep 7 en hun ouders uitgenodigd worden voor een verpleegkundig onderzoek. • Alle 9-jarigen worden gevaccineerd. In groep 2 en groep 7 krijgen de kinderen een Groeiboek: een boekje waarin allerlei wetenswaardigheden staan over de groei en ontwikkeling van een bepaalde leeftijd. Naast dit basispakket voert Careyn ook extra taken uit. De gemeenten kijken waar extra zorg nodig is, vaak in overleg met de scholen en vragen Careyn en andere instellingen dat uit te voeren. Zo is op veel scholen (ook op de Pius 10 school) een ondersteuningsteam werkzaam. Ook voorlichting en opvoedcursussen vallen onder deze extra zorg. Careyn denkt met deze zorg de kinderen en hun ouders goed van dienst te kunnen zijn. En natuurlijk kunt u altijd met uw vragen bij de jeugdarts of jeugdverpleegkundige terecht. Namen, adressen en telefoonnummer van de schoolarts, jeugdverpleegkundige en assistentes kunt u vinden in de jaarbijlage.
34
Schoolgids
6.8.. Logopedie. Van jaar tot jaar wordt vanuit de gemeente bekeken of de leerlingen in groep 2 logopedisch worden gescreend door een logopediste. Als leerkrachten en/of ouders twijfelen kunnen ook andere leerlingen tussendoor worden aangemeld voor een screening. Incidenteel zijn behandelingen op school mogelijk. In de meeste gevallen worden ouders voor een logopedische behandeling doorverwezen naar een praktijk voor logopedie. De basisverzekering van uw zorgaanbieder kan u hieromtrent meer informatie verschaffen. 6.9.. School Maatschappelijk Werk. In ons ondersteuningsteam is een schoolmaatschappelijk werkende van de stichting Flexus Jeugdplein aanwezig. Haar taak is om door middel van gesprekken met ouders of kinderen op school of thuis bepaalde problemen op te lossen. Dat gebeurt natuurlijk altijd met toestemming van de ouders en alleen op afspraak. De naam van de schoolmaatschappelijk werkster is te vinden in de jaarbijlage. 6.10.. Huiswerk. De kinderen uit de groepen 6, 7 en 8 krijgen geregeld werk mee naar huis. De hoeveelheid werk varieert natuurlijk. In groep 6 is dit beduidend minder dan in groep 8. Daarnaast kan het incidenteel voorkomen dat ook kinderen uit andere groepen thuis wat werk af mogen maken of moeten leren. In de groepen wordt natuurlijk uitgelegd hoe de kinderen het beste hun huiswerk kunnen plannen, leren en maken. De bedoeling van het is huiswerk is: - de kinderen de leerstof thuis nog eens te laten herhalen. - kinderen te laten wennen aan huiswerk als voorbereiding op het vervolgonderwijs. Het huiswerk wordt tijdig aan de kinderen opgegeven (toetsen minimaal een week van tevoren). 6.11.. Internetprotocol. Algemeen Internet Protocol Pius10 school Met onze website willen we informatie verstrekken over onze school en aan iedereen die daarnaar op internet op zoek is. Deze informatie bestaat uit beschrijving van de identiteit van de school, de wijze van omgang met en zienswijze op kinderen, de beschrijving van leergebieden en lesstof, de activiteiten die de school ontplooit, enz. We richten ons hierbij zowel op degenen die de school reeds bezoeken, als op hen wiens belangstelling voor onze school hierdoor gewekt zou kunnen worden. Op onze homepage is recente informatie te vinden over actuele gebeurtenissen in en rond de scholen. Daartoe zijn o.a. groepenpagina’s op de site aanwezig. Met onze homepage bieden we de leerlingen de mogelijkheid om werkstukjes, tekeningen, boekverslagen e.d. te laten zien aan klasgenoten, familieleden en vrienden, dichtbij en ver weg.
35
Verantwoording De website is grotendeels opgebouwd uit informatie die is gehaald uit de schoolgids van de school. Hierdoor is een bepaalde zekerheid verkregen, dat de meest relevante informatie is goedgekeurd door de geledingen van de school. Aanvullende informatie, foto’s worden geplaatst n.a.v. activiteiten in en buiten school. Werkwijze De site is in 2012 gebouwd en wordt onderhouden door de ICT-er van de school en de teamleden. Deze plaatsen regelmatig de meest recente informatie op internet. In bepaalde gevallen kan eerst overlegd worden met diverse geledingen, voordat tot publicatie wordt overgegaan. Leerkrachten, leerlingen of ouders die materiaal op de site willen plaatsen, kunnen dit op school inleveren. Informatie aangeleverd door Ouderraad en Medezeggenschapsraad valt onder de verantwoordelijkheid van die organen. Privacy Op de website van de school worden o.a. werkstukjes en foto’s geplaatst. De ouders worden in de gelegenheid gesteld tegen publicatie van werk, gemaakt door hun kinderen en/of foto’s met daarop hun kinderen, bezwaar te maken. De webmaster verzamelt de namen van deze ouders en plaatst ze op een lijst. Deze lijst wordt telkens geraadpleegd als er werkjes en/of foto’s geplaatst worden. Deze werkjes en/of foto’s worden dan niet gepubliceerd. Ouders kunnen hun bezwaar ook weer herroepen. Bij publicatie van informatie zal (strikt) persoonlijke informatie worden weggelaten. Bij vermelding van persoonlijke gegevens van hen die bij de school zijn betrokken, zal nooit meer worden gepubliceerd dan vrij verkrijgbare informatie. Bij publicatie van informatie, waar een betrokkene bezwaar tegen maakt, zal de webmaster deze informatie op verzoek verwijderen. Internetprotocol voor leerlingen. 1.Bij gebruik van een zoekmachine gebruik ik normale woorden (zoektermen). 2.Ik zoek geen woorden die te maken hebben met grof woordgebruik, racisme, discriminatie, seks, porno, geweld. 3.Ik zoek ook geen plaatjes die gruwelijk zijn. 4.Ik maak geen gebruik van chatboxen. 5.Ik verander niets aan de instellingen van de computer.(bijv. screensavers, desktop etc.) 6.Ik verstuur geen e-mailtjes zonder overleg met de meester of de juf. 7.De printer mag alleen met toestemming van de meester of de juf gebruikt worden. 8.Zonder toestemming mag ik nooit mijn naam, (email)adres of telefoonnummer opgeven.
36
Schoolgids
9.Als ik per ongeluk een “foute” site open, meld ik dat bij de meester of de juf. 10.Ik mag alleen met toestemming gegevens op het internet opgeven. 11.Ik weet dat alle pagina’s die ik open, door de meester of juf gecontroleerd kunnen worden. 12.Ik download geen bestanden 13.Ik weet dat ik een bepaalde periode niet op internet mag, wanneer ik één van de regels overtreed. Sociale Media Protocol De Pius10-school is zich ervan bewust dat sociale media een onlosmakelijk onderdeel zijn van de huidige samenleving en de leefomgeving van haar leerlingen, hun ouders en andere belanghebbenden zoals o.a. omwonenden en de gemeente. De Pius10-school ziet het als haar verantwoordelijkheid om kinderen te leren de voordelen van sociale media te benutten alsmede de nadelen bespreekbaar te maken. Bovendien zien wij de kansen die sociale media bieden om de school te profileren in haar markt en om de communicatie met belanghebbenden toegankelijker en interactiever te maken. De Pius10-school biedt haar leerkrachten voldoende mogelijkheid (tijd, budget) om kennis van sociale media en de manier waarop deze ingezet kan worden in de leerontwikkeling, op peil te houden.
37
Profilering 1. De Pius10-school zet berichtgeving op sociale media in met het doel om positieve informatie te verspreiden over de (activiteiten) van de school of organisatie; 2. De Pius10-school monitort sociale media actief om de ervaringen van leerlingen en andere belanghebbenden met de school te vernemen; 3. De pius10-school gaat naar aanleiding van deze ervaringen ‘in het echte leven’ in gesprek om, waar mogelijk, de goede punten te versterken en de zwakke te verbeteren. Behalve in geval van onjuistheden wordt op negatieve discussies niet gereageerd via sociale media; 4. De Pius10-school vraagt toestemming van ouders voor het publiceren van foto-, film- en geluidsopnamen van schoolgerelateerde situaties (projectweek, schoolreisje etc.) op sociale media. Curriculum 1. De Pius10-school verwacht van haar leerkrachten dat zij over voldoende kennis beschikken om de leerlingen de benodigde sociale media vaardigheden aan te leren die waardevol zijn voor het leerproces; 2. De Pius10-school integreert sociale media waar mogelijk in de lessen en gebruikt deze o.a. om contact te leggen met experts en om in te spelen op actualiteit; 3. De Pius10-school spant zich in om de leerlingen zelf de mogelijkheden van sociale media te laten ervaren; 4. De Pius10-school moedigt leerlingen aan om tijdens de lessen actief gebruik te maken van sociale media voor zover het gebruikt wordt voor het leerproces. Uitzondering is wanneer de leerkracht expliciet vraagt de gebruikte apparaten (smartphone, tablet, iPod, laptop) te ‘parkeren’. Communicatie 1. De Pius10-school zet sociale media in om de dialoog met belanghebbenden aan te gaan, met als doel betere informatieverstrekking, het verhogen van ouderparticipatie en betrokkenheid van de buurt; 2. De Pius10-school moedigt medewerkers en leerlingen aan om over schoolgerelateerde onderwerpen te publiceren, voor zover er rekening mee wordt gehouden dat geen informatie verspreid wordt over derden die daar geen toestemming voor hebben gegeven; 3. De Pius10-school moedigt haar medewerkers aan om sociale media in te zetten om leerlingen te informeren over schoolgerelateerde onderwerpen als opdrachten, roosterwijzigingen en activiteiten; 4. De Pius10-school laat de inzet van sociale media door medewerkers over niet school gerelateerde onderwerpen met de belanghebbenden over aan de inschatting van de leerkracht. Onze medewerkers zijn zich hierbij bewust dat zij ambassadeurs zijn van onze school, de integriteit van de berichtgeving op sociale media is essentieel en vanzelfsprekend. 5. De Pius10-school respecteert de vrijheid van meningsuiting van al haar medewerkers. In het geval dat de medewerker communiceert via sociale media vanuit zijn/haar professie, wordt kenbaar gemaakt dat dit gebeurt als leerkracht en namens de school;
38
Schoolgids
6.12.. Kleding. Op de Pius 10 school geldt geen bijzonder kledingvoorschrift. We stellen prijs op schone kleding die voldoet aan de fatsoensnormen. Binnen de school mag niets op het hoofd gedragen worden. 6.13.. Roken op school. Op onze school geldt een algeheel rookverbod. Dit betekent dat ouders, leerkrachten, belangstellenden en bezoekers niet mogen roken in het gebouw. Dit verbod geldt altijd, dus ook op avonden dat er op school een activiteit plaatsvindt. 6.14.. Fluorspoelen. Veel kinderen uit de groepen 2 t/m 8 hebben hier de afgelopen jaren aan meegedaan. Daarom willen we hier ook in dit nieuwe schooljaar mee doorgaan. De kosten hiervoor zijn terug te vinden in de jaarbijlage. Er kunnen alleen kinderen deelnemen van wie de bijdrage betaald is. Aanmelden kunt u d.m.v. het aanmeldingsformulier dat in het begin van een schooljaar wordt meegegeven. Dit kunt u ingevuld en samen met de bijdrage per deelnemend kind bij de leerkracht in (laten) leveren.
7.. Tot slot. In deze schoolgids worden veel zaken vermeld. Het kan voorkomen dat er zich situaties voordoen waardoor de informatie niet meer geheel of gedeeltelijk juist is. Veranderingen in beleid of wijzigingen zullen steeds in de weekbrief of de jaarbijlage worden opgenomen. Met vriendelijke groet, Pieter Remeijsen.
39