Algemene Hindoe Basisschool
Adres
:
Tel./Fax. : Email :
Mackaystraat 6 2571 AR Den Haag 070-3841924
[email protected]
Postbank nr. 2327245 ABN-AMRO nr. 518518132 K.v.K. 40412801
Piramidepost Thema: eten en drinken
Beste ouders/verzorgers, Van 3 november t/m 21 november gaan we werken met het thema Eten en Drinken. “Wat eten we vandaag?” In hoeveel huisgezinnen zal dagelijks die vraag gesteld worden. Samen aan tafel om te eten en te drinken, het zijn vaak prettige momenten op een dag. Iedere dag opnieuw wordt er ontbeten, geluncht en de warme maaltijd gebruikt. Daarnaast eet en drinkt iedereen diverse tussendoortjes. Eten en drinken is ook een belangrijk onderwerp van gesprek. Wat wordt er lekker gevonden in het gezin, wie kookt en wie doet de boodschappen voor de maaltijden en wat moet er dan worden gekocht? Koken is voor veel kinderen een interessante bezigheid. In de eerste plaats is het gezellig om samen in de keuken bezig te zijn, te praten en intussen iets lekkers klaar te maken. Maar al doende steken kinderen er ook veel van op. Want in welke volgorde moet je dingen doen, waar moet je al niet op letten en hoe doe je dat het handigst? Hoe ziet alles eruit, hoe ruikt het, hoe smaakt het en hoe verandert het als je iets bakt of kookt? De tafel moet gedekt en weer afgeruimd worden. Alles moet weer schoon in de kast staan voor gebruik de volgende dag. Mocht u thuis spullen hebben over dit thema of iets wat in dit thema past, dan kunt u dit meegeven aan uw kind. Spullen zoals: lege dozen van levensmiddelen (hagelslag, pindakaas/jam potjes), plastic groente en fruit, levensmiddelen in blikjes, foto’s van gerechten, kurkentrekker, zeef, aardappelschiller, pureestamper, rasp, maatbeker, enz.. Wij wensen u veel eet- en drinkplezier toe met dit thema. Met vriendelijke groeten, De juffen van groep 2
BIBLIOTHEEK In de klas komen diverse boeken aan bod die te maken hebben met dit thema. Wij verzoeken u de onderstaande boeken aan uw kind voor te lezen. Uw kind is dan beter voorbereid op de lessen van dit thema. U kunt kosteloos uw kind lid maken van een bibliotheek. Daar kunt u boeken halen die te maken hebben met dit thema zoals: Titel: Een taart voor kleine beer Schrijver: Max Velthuijs Titel: Een ober van niks Schrijver: Tjibbe Veldkamp Titel: Aan tafel! Schrijver: Wilma Degeling & Veronica Nahmias Titel: Tommie en de torenhoge boterham Schrijver: Pieter Gaudesaboos Titel: Vos en Haas op zoek naar koek Schrijver: Sylvia Vanden Heede Titel: Het pannenkoekenboek Schrijver: Eric Carle
Doet u thuis ook mee? Maakt u altijd een boodschappenlijstje voordat u naar de winkel gaat? Laat uw kind eens meedenken over wat u nodig heeft. Controleer samen de kasten: wat moet worden aangevuld? Wat en hoeveel heeft u nodig? Terwijl u iets noteert, zegt u hardop wat u opschrijft. Zo leert u uw kind iets over het belang van schrijven en kunnen lezen, want het is immers niet gemakkelijk om alles zo te onthouden. In de winkel gebruikt u het lijstje om in de kar te laden wat u nodig heeft.
Bedenk eens wat uw kind zelfstandig of met wat hulp van u kan doen. Benoem wat u nodig heeft en laat uw kind zeggen en aanwijzen waar iets staat.
Bij de kassa helpt uw kind met alles op de band te leggen en u laat het volgen wat op de display komt te staan als de caissière de producten over de lezer haalt.
Laat uw kind u helpen met passen en meten hoe de inkopen het best in de boodschappenmand, -tas of doos kunnen worden gepakt.
Winkeltje thuis spelen waar uw kind met zijn of haar vriendje iets kan komen kopen. U zorgt dat er wat te kiezen valt en natuurlijk moeten de kinderen zich gedragen als echte klanten.
Een versje: Een lekker maaltje wortels schrappen eitjes pellen appels schillen radijsjes tellen komkommer snijden in kleine stukjes sla verdelen in kleine plukjes nog wat nootjes en selderij lekkere tomaatjes nog erbij …. we leggen alles op een schaaltje wat een gezond en lekker maaltje!
Een liedje: Blikjesdrum
Een liedje: Pannenkoekenbeslag We klop-pen een ei, dan twee-hon-derd gram meel er-bij. Vier kop-jes melk en men-gen maar. Een snuf-je zout, het kan echt niet fout. Het be-slag is klaar: bak-ken maar!
Papegaaitje leef je nog Ieja Deja
Ja, meneer ik ben er nog Ieja Deja ‘k Heb m’n eten opgegeten En m’n drinken laten staan Ieja Deja Poef!
Elsje, Fiederelsje Elsje, Fiederelsje Zet je klompjes bij 't vuur Moeder bakt pannenkoeken Maar het meel is zo duur Tingelingelinge pannekoek Stroop met rozijnen Tingelingelinge pannekoek Kom op bezoek
Groen, groen, grasje Melk in het tasje Melk in mijn kommetje Dag, mijn zoete jongetje
Bladmuziek
UW KIND KAN DEZE KLEURPLAAT INKLEUREN
ZOEK DE PLAATJES DIE MET ELKAAR RIJMEN
UW KIND KAN DEZE KLEURPLAAT INKLEUREN
WOORDEN DIE BIJ HET THEMA ETEN EN DRINKEN HOREN Basiswoorden
Extra woorden
Woorden voor pientere kinderen
de pap, de groente, de aard- de krentenbol, het suikerde dropveter, de muesli, appel, de cake, het meel, klontje, de appelstroop, het roggebrood, het knäckebröd, het deeg, de stapel, persen, het beslag, het tafelkleed, de walnoten, de krenten, het maanafwassen, kneden, zeven tafeldekken, de gedekte zaad, het sesamzaad, het gist, de (met zeef), het rietje, het tafel, het ontbijt, de sinaas- puree, de rösti, gelukt, de golfjes, servet, de rechthoek, appelpers, de soeplepel, de cilinder, de (koks)muts, rijzen, dichtbij, veraf, opzij, de kloppen, pellen, raspen, de de frituurpan, het theezeefje, de ober, betalen, opzuigen, garde, op de kop, ervoor, kurkentrekker, de mixer, de rasp, donkerder (kleur), het ertussen, erachter, het menu, klutsen, schrapen, schaven, de donkerst (kleur), lichter de plaats, links, rechts, pollepel, de deegroller, de (kleur), het lichtst (kleur), het gerecht, de smaak, plattegrond, reserveren, de boodschappenlijst, zoeter, zoetst, zuur, bubbelen, de kruidnagel, onder de grond, aan een gedroogd, eetbaar, de kruidnagel, de kaneel, de boom, plukken, de de getallenlijn, terugcitroenschil, het magazijn, de supermarkt, de klant, tellen, het avondeten, afdeling, het restje, bobbelig, ruw, pinnen, de pinpas, vanmorgen, uit eten gaan, het afval, de gft-bak, het statiegeld, de scanner, de groenteeen … van niks, de zaak, de inhoud, de streepjescode, man, rapen, melken, de bediening, het menu, het merk, de allergie, de informatie, waar komt het vandaan?, languit, het hoofdgerecht, de ingrediënten, wat gebeurt er, de schil, het deksel, de het plan. daarna, het belangrijkst, de rol, dop, het etiket, de verzonnen, in het echt, het getallenverpakking, het plastic, boekje, turven, in evenwicht, het papiertje, het blik(je), de deciliter, de gram, het snufje, het glas, het karton, het het klontje boter, het scheutje, kuipje, de tube, het net, afstrijken, eergisteren, overmorgen, het kookboek, de zin, het weekboekje, klutsen, bestrijken, rijmen, het woordkaartje, het blik (bakken), het water liep elf, twaalf, dertien, veertien, haar in de mond, de geuren stijgen vijftien, zestien, zeventien, op, twee weten meer dan één, achttien, negentien, twintig, je geen tweede keer laten zeggen, het getal, de eerste, de gretig, zorgen voor, ongeduldig, tweede, de derde, de vierde, voldaan, door de lucht vliegen, de vijfde, de laatste, de chique, de slingerarmen, gniffelen, volgende, hoeveel, genoeg, het uitgieren van het lachen, de meer, het meest, minder, sorbet, de futbediening, het minst, het grootst, het de prutsober, iets van plan zijn, kleinst, doormidden, de het kabaal, de bende, een …. van helft, half, zwaarder, het formaat, hedenavond, de klungel, zwaarst, lichter (gewicht), zenuwachtig, zich verbazen. het lichtst (gewicht), hoger, het hoogst, lager, het laagst, maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag, zondag, vandaag, morgen, de week, het deeg, het meel, plukken, de verjaardagstaart, de suiker, het zout, het fornuis, het lekkers, de smaak, de kruimel, de chocoladetaart, gaar, heerlijk, met volle mond, verrukkelijk, goed gelukt, de bakvorm, de clown, de ober, de kok, ondersteboven, het bordje (tekst), opengaan, kliederen, het dienblad.
WOORDEN DIE HOREN BIJ DE AMSTERDAMSE WOORDENLIJST KLEUTERS ademhalen afhalen (eten) allerlei bedekken behalve bezoek boodschappen doen deftig eetwaar eruit zien als euro feestjurk genieten genoeg hebben van hapje (gerecht) hongerig ijscoman ijskoud inpakken klaarmaken koken (water) kokosnoot korst leven lippenstift maaltijd mager naartoe gaan ober ontbijt opeten plastic pruim restaurant schaal (schotel) smakelijk smaken smullen snoepen taai theepot theezakje
vanavond vanmiddag vanmorgen vannacht verrukkelijk weegschaal weekend zorgen voor aflikken afsnijden ananas appeltaart barbecue bes beschuitje bestek bietjes brok broodtrommel champignon eetwaar etenstijd fruitschaal gebak groente gulzig hapje (gerecht) hongerig honing jam klokhuis knabbelen knagen komkommer leegdrinken maaltijd mager middageten oliebol opeten opvreten paasei
paprika plukken pruim pudding sappig (appel) schaal (schotel) servies schokken slagroom smakken smaken smullen snackbar snoepen suikerpot suikerklontje taai theepot theezakje toetje trek (eetlust) trommel (koek) ui verrukkelijk vers vet vies (smaak) vrucht zin (lust) zuigen zuurkool
