PEDAGOGISCHE OPLEIDING THEORIE
September 2012
INHOUDSOPGAVE Woord vooraf ........................................................................................................................................ 6 Hoofdstuk 1: Communicatie en feedback .............................................................................................. 7 1.1
De roos van Leary ........................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.1.1
Acht leraarstypen ........................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.1.2
Twee opleidingsstijlen .................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.1.3
Relatie tussen de leraarstypen of opleidingsstijlen en de effecten op het leren en leven tijdens de lessen ............................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.2
Verbale en non-verbale communicatie .......................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.2.1
Wat is communicatie? .................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.2.2
Het communicatieschema .............................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.2.3·
Het belang van duidelijke communicatie ....................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.2.4
Verbale en non-verbale communicatie .......................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.2.5
Communicatie naar inhoud en relatie ............................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.2.6
Communicatie vanuit het referentiekader en het zelfbeeld ................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.2.7
Communicatievaardigheden .......................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.3
Geven en krijgen van feedback....................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.3.1
Wat is feedback? ............................................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.3.2
Soorten en gevolgen van feedback ................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.3.3
Technieken en regels voor het geven van feedback ...... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
1.4
Bijlagen betreffende communicatie en feedback........................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 1:
Test bij de roos van Leary ............................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 2:
Zelfbeoordelingstest van de luistervaardigheden .......... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 3:
Aandachtspunten bij het voeren van een slecht nieuwsgesprek .......... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 4:
Oefeningen op het geven van feedback & checklist bij de feedback .... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
September 2012 V1.00 2
Bijlage 5:
Checklist bij het geven van feedback ............................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Hoofdstuk 2: Pedagogische doelstellingen ............................................................................................ 8 2.1
Werken met doelstellingen ............................................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
2.1.1
Doelstellingen: waarom?................................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
2.1.2
De taxonomie van de doelstellingen .............................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
2.2
Hoe concrete doelstellingen formuleren? ...................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
2.2.1
SMART doelen formuleren. ............................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
2.2.2
Tips bij het formuleren van doelstellingen ..................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
2.2.3
Voordelen van goede doelstellingen. ............................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
2.3
Bijlagen betreffende pedagogische doelstellingen ........................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 1:
Oefeningen op de taxonomie van de doelstellingen. .... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Hoofdstuk 3: Volwassenenonderwijs en de verschillende leerstijlen ..................................................... 9 3.1
De voorwaarden tot volwassenenonderwijs .................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.2
Wat is leren ..................................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.2.1
Eigenschappen van leren: .............................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.2.2
Fasen in het leerproces .................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.3
De leerstijlen van Kolb .................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.3.1
Wat is een leerstijl? ........................................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.3.2
Volgens Kolb leren mensen op vier manieren................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.3.3
Leerstijl, een mogelijke voorspeller van beroepsvoorkeur? ................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.4
Bijlagen betreffende volwassenonderwijs...................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 1:
leerstijlentest.................................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Hoofdstuk 4: Groepsdynamiek ............................................................................................................ 10 4.1
Taakaspect en relatieaspect van een groep ................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
4.2
Fasen die een groep doormaakt ..................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
4.3
Posities in een groep ...................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
4.4
Storend gedrag ............................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
4.5
Conflictbeheersing .......................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
September 2012 V1.00 3
4.5.1 4.6
Omgaan met conflicten .................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Bijlagen betreffende groepsdynamiek........................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 1:
stappenplan conflicthantering ....................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Hoofdstuk 5: pedagogische tools ......................................................................................................... 11 5.1
Lesvoorbereidingen ........................................................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
5.1.1
Inleiding .......................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
5.1.2
Model van didactische aanpak ....................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
5.1.3
De lesvoorbereiding ....................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
5.1.4
De lesfiche ...................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
5.1.5
Het scenario ................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
5.1.6
Eindcontrole voor aanvang van de les ........................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
5.2
Bijlagen betreffende lesvoorbereidingen ....................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 1:
Voorbeeld van een lesfiche ............................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 2:
Voorbeeld van een scenario ........................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Hoofdstuk 6: Didactische werkvormen ................................................................................................ 12 6.1
Verschillende soorten didactische werkvormen ............................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.1.1
Aanbiedende werkvormen ............................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.1.2
Gespreksvormen ............................................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.1.3
Samenwerkingsvormen .................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.1.4
Individualiserende werkvormen ..................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.1.5
Strategieën ..................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.2
Didactische werkvormen selecteren .............................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.2.1
Doelstellingen ................................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.2.2
Kenmerken van de cursisten .......................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.2.3
Kenmerken van de leerkracht ........................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.2.4
Contextfactoren ............................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.2.5
Didactische principes...................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
6.2.6
Besluit ............................................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
September 2012 V1.00 4
6.3 Bijlagen betreffende didactische werkvormen ..................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Bijlage 1:
Tips voor het stellen van vragen .................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Hoofdstuk 7: Evaluatie ........................................................................................................................ 13 7.1
Het begrip evaluatie ....................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.1.1
Beschrijving .................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.1.2
Verschillende vormen van evaluatie .............................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.2
Een evaluatie uitwerken ................................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.2.1
Wat evalueren? .............................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.2.2
Wie evalueert? ............................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.2.3
Wanneer vindt de evaluatie plaats? ............................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.2.4
Hoe de evaluatie organiseren?....................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.3
Criteria voor een geslaagde evaluatie ............................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.3.1
Betrouwbaarheid ........................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.3.2
Validiteit ......................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.3.3
Transparantie (aanvaardbaarheid) ................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.4
Verschillende examenvormen ........................................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.4.1
Mondelinge en schriftelijke examens............................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.4.2
Vaardigheidsproef/praktijkexamen ............................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.4.3
Open en gesloten vragen ............................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.4.3
Meerkeuzevragen........................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.5
Ter info: veranderende ideeën over evaluatie ............................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
7.6
Bijlagen met betrekking tot evaluatie ............................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Bijlage 1:
Checklist voor het opstellen van goede evaluatievragenFout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Hoofdstuk 8: Didactische ondersteuningsmiddelen ............................................................................. 14 8.1
Functies van didactische ondersteuningsmiddelen ........................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
8.2
Didactische ondersteuningsmiddelen kiezen ................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
8.3
Gebruik van didactische ondersteuningsmiddelen ........................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
8.4 Voor- en nadelen van enkele didactische ondersteuningsmiddelen..................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. September 2012 V1.00 5
Bibliografie ......................................................................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
WOORD VOORAF
1
Leerkracht zijn, is omgaan met mensen, …
Leerkrachten hebben de taak kennis over te dragen en de plicht ervoor te zorgen dat mensen voldoende kansen krijgen om kennis op te doen. Dat vaardigheden kunnen ontwikkeld worden en dat men zich waarden en normen kan eigen maken.
Omgaan met mensen vraagt uiterst zorgvuldig gedrag van leerkrachten.
Met deze cursus willen we het nadenken over deze taken en plichten van de leerkracht ondersteunen.
“Lesgeven is een leven voor eeuwig beroeren, dit kan enkel als mensen zich goed voelen.” “Pas dan komen kennis en wijsheid in het hoofd, als men in zichzelf en de anderen gelooft.”
1
In voorliggende cursustekst wordt met de mannelijke/‘hij’-vorm steeds zowel de mannelijke als de vrouwelijke persoon bedoeld.
September 2012 V1.00 6
HOOFDSTUK 1: COMMUNICATIE EN FEEDBACK
Algemene doelstelling De leerkracht heeft inzicht in de agogische acties die plaatsvinden tijdens het lesgeven. Vooral de beïnvloedingsprocessen waarbij leerkrachten streven naar verbetering en verandering in de huidige situatie van de cursisten. Het ontwikkelen van een totale gevoeligheid voor de cursist staat hierbij centraal. Agogische acties zijn acties die een leerkracht uitvoert om een krachtige leeromgeving te creëren of de leeromgeving te optimaliseren zodat de lerende zich beter zal voelen. Concrete doelstellingen a. De roos van Leary De leerkracht kan de 8 leraarstypen benoemen en kent hun effect op het leren en leven in de klas. De leerkracht kan het eigen leraarsgedrag kritisch onderzoeken en bevragen. De leerkracht kan zijn eigen leraarsgedrag evalueren. De leerkracht is in de mogelijkheid zijn eigen leraarsgedrag te veranderen om tot een meer wenselijke leraarsstijl te komen. b. Verbale en non-verbale communicatie De leerkracht kan in eigen woorden verduidelijken wat het begrip communicatie inhoudt. De leerkracht kan het communicatieschema uitleggen. De leerkracht kan de voordelen opsommen van “goede” communicatie. De leerkracht kan het begrip verbale en non-verbale communicatie uitleggen. De leerkracht is in de mogelijkheid de impact uit te leggen van zijn eigen verbale en non-verbale communicatie. De leerkracht kan gebruik maken van non-verbale signalen tijdens het lesgeven. De leerkracht maakt gebruik van de verschillende communicatievaardigheden en kan deze hanteren in zijn omgang met de cursisten tijdens het lesgebeuren. c. Geven en krijgen van feedback De leerkracht kan het begrip feedback uitleggen. De leerkracht kan de voordelen en nadelen geven van de invloed van positieve, negatieve en neutrale feedback. De leerkracht kan aan de cursisten persoonlijke en constructieve feedback geven.
September 2012 V1.00 7
De leerkracht kan uitleggen wat een ik-boodschap is en kan deze tijdens het lesgeven formuleren naar de cursisten toe zodat vaardigheden en attitudes kunnen bijgestuurd worden.
September 2012 V1.00 8
HOOFDSTUK 2: PEDAGOGISCHE DOELSTELLINGEN
Algemene doelstelling
De leerkracht heeft inzicht in het belang van doelstellingen en het nut van het hanteren van doelstellingen om te komen tot efficiënt lesgeven.
Concrete doelstellingen
De leerkracht kan beargumenteren waarom doelstellingen noodzakelijk zijn. De leerkracht kan het verschil tussen een algemene en een concrete doelstelling uitleggen. De leerkracht kan het verschil tussen kennis-, houdings- en vaardigheidsdoelen uitleggen en illustreren aan de hand van voorbeelden. De leerkracht kan het verschil tussen motorische, sociale en affectieve vaardigheidsdoelen uitleggen en illustreren aan de hand van voorbeelden. De leerkracht kan aan de hand van aangereikte doelstellingen zijn les voorbereiden.
September 2012 V1.00 9
HOOFDSTUK 3: VOLWASSENENONDERWIJS EN DE VERSCHILLENDE LEERSTIJLEN
Algemene doelstelling De leerkracht heeft inzicht in de situatie van de volwassene als cursist, de leerstijlen en de didactische principes, zodat efficiënt kan ingespeeld worden op het leerproces in zijn totaliteit. Concrete doelstellingen a. Voorwaarden voor volwassenonderwijs: De leerkracht kan uitleggen wat de voorwaarden tot volwassenonderwijs zijn. De leerkracht kan een link leggen tussen de voorwaarden tot volwassenonderwijs en de Roos van Leary en kan deze link verduidelijken in eigen woorden. b. Wat is leren: De leerkracht kan de eigenschappen van leren opnoemen. De leerkracht kan de vormen van leren toelichten. De leerkracht past zijn kennis over de eigenschappen en de vormen van leren toe bij het aanbrengen van zijn lesinhoud. c. Leerstijlen van Kolb: De leerkracht kan de 4 leerstijlen van Kolb benoemen en kan hun effect op het leren in de klas uitleggen. De leerkracht kan zijn eigen voorkeur leerstijl kritisch onderzoeken en evalueren. De leerkracht speelt in op de leerstijlen van de cursisten tijdens het overbrengen van zijn leerstof.
September 2012 V1.00 10
HOOFDSTUK 4: GROEPSDYNAMIEK
Algemene doelstelling De leerkracht kan de eigenschappen en werking van een groep doorgronden met het oog op het bevorderen van een gestructureerd werkklimaat en een positief leefklimaat.
Concrete doelstellingen De leerkracht ontwikkelt kennis, houdingen en vaardigheden met betrekking tot het leiding geven aan een klas. De leerkracht betrekt het reële werkklimaat in de les. De leerkracht kan omgaan met het leefklimaat in de klas. De leerkracht creëert interacties ter bevordering van het leerklimaat. De leerkracht verwerft inzicht in de ontstaanswijze van onwenselijke gedragingen en kan vanuit dit inzicht deze gedragingen beïnvloeden naar meer wenselijk gedrag. De leerkracht kan beschrijven welke onderwijsvaardigheden het gestructureerd werkklimaat binnen de klas bevorderen. De leerkracht kan beschrijven met welke onderwijsvaardigheden ordeverstorend gedrag van cursisten kan voorkomen worden of hersteld worden. De leerkracht heeft voldoende inzicht in groepen en groepsdynamiek zodat hij adequaat kan reageren op verschillende situaties.
September 2012 V1.00 11
HOOFDSTUK 5: PEDAGOGISCHE TOOLS
Algemene doelstellingen De leerkracht verwerft inzicht in de fasen en componenten van een lesvoorbereiding en -uitvoering. De leerkracht kan gebruik maken van ondersteunende documenten om een soepel en efficiënt les- en dagverloop te creëren vanuit het oogpunt van cursisten en leerkrachten.
Concrete doelstellingen De leerkracht is in staat om een lesvoorbereiding uit te werken. De leerkracht kent het verschil tussen een motivatiefase, leerfase en controlefase en kan verduidelijken waarom deze nuttig zijn in een lesvoorbereiding. De leerkracht kan een lesbegin verzorgen, rekening houdende met de beginsituatie van de cursisten. De leerkracht kan de leerstof duidelijk structureren. De leerkracht kan werkvormen integreren in zijn lesvoorbereiding. De leerkracht kan de eigen taken op korte en langere termijn plannen.
September 2012 V1.00 12
HOOFDSTUK 6: DIDACTISCHE WERKVORMEN
Algemene doelstelling
De leerkracht is in de mogelijkheid verschillende didactische werkvormen te identificeren en toe te passen in een opleidingssituatie, rekening houdend met de te onderwijzen leerinhouden, de beginsituatie van de cursisten, de te bereiken doelstellingen en de totale context van het lesgebeuren.
Concrete doelstellingen
De leerkracht kan de verschillende soorten didactische werkvormen benoemen, definiëren en illustreren aan de hand van een voorbeeld. De leerkracht kan didactische werkvormen indelen volgens soort. De leerkracht kan in eigen woorden de voor- en nadelen van de verschillende didactische werkvormen geven. De leerkracht kan een combinatie van didactische werkvormen toepassen in een opleidingssituatie. De leerkracht kan opleidingssituatie.
de
vraagstellingstechnieken
toepassen
in
een
De leerkracht houdt tijdens het geven van een les rekening met de verschillende beïnvloedende factoren.
September 2012 V1.00 13
HOOFDSTUK 7: EVALUATIE
Algemene doelstelling
De leerkracht heeft inzicht in het begrip evaluatie zodat proces- en productevaluatie kunnen uitgevoerd worden met het oog op het kunnen inbouwen van bijsturing, remediëring en/of differentiatie in de lessen. Hierbij is de leerkracht zich bewust van de impact van subjectiviteit bij een evaluatie.
Concrete doelstellingen De leerkracht kan het verschil uitleggen tussen formatieve en summatieve evaluatie en tussen proces- en productevaluatie. De leerkracht kent de criteria voor een geslaagde evaluatie en houdt hier rekening mee bij het uitwerken van evaluatiesystemen. De leerkracht kan verschillende evaluatievormen onderscheiden. De leerkracht kan voor- en nadelen van de verschillende evaluatievormen opnoemen. De leerkracht kan evaluatievragen ontwikkelen in functie van de doelstellingen. De leerkracht kan beoordelingscriteria vastleggen, gebruiken en interpreteren. De leerkracht kan op systematische wijze gegevens verzamelen via toetsen, observaties en zelfevaluatiegegevens van de cursisten. De leerkracht kan de vorderingen van cursisten correct interpreteren en beoordelen.
September 2012 V1.00 14
HOOFDSTUK 8: DIDACTISCHE ONDERSTEUNINGSMIDDELEN
Algemene doelstelling
De leerkracht kent verschillende didactische ondersteuningsmiddelen en kan deze selecteren en efficiënt gebruiken om te komen tot een optimale realisatie van zijn les.
Concrete doelstellingen
De leerkracht kan verschillende didactische ondersteuningsmiddelen opsommen. De leerkracht kan in eigen woorden de voor- en nadelen van de verschillende didactische ondersteuningsmiddelen geven. De leerkracht kan didactische ondersteuningsmiddelen selecteren, rekening houdend met de doelstellingen en de inhoud van de les, de cursisten, de didactische werkvormen en de contextfactoren (beschikbaarheid, kosten, tijd…). De leerkracht kan de basiskennis over het gebruik van didactische ondersteuningsmiddelen benutten om didactische problemen op te lossen en een opleiding te realiseren.
September 2012 V1.00 15