OVERZICHTSNOTITIE INZENDINGEN Deze notitie behandelt enkele conclusies op hoofdlijnen, gebaseerd op de 36 inzendingen die zijn ingediend voor de pilot ‘woonconcepten voor EU-arbeidsmigranten’. Positieve toonzetting Er is sprake van een uitermate positieve grondhouding waarmee de inzendingen zijn opgesteld. Met name in krimpregio’s wordt de opgave nadrukkelijk als kans gezien. Inzendingen geografisch Opvallend is de clustering van initiatieven in Noord Holland, Zuid Holland, Zeeland, Brabant en Limburg. Uit de overige provincies zijn geen of nauwelijks inzendingen binnen gekomen. De concentratie komt overigens wel overeen met de grootste concentraties arbeidsmigranten. Toch is het aantal inzendingen uit overige regio’s opvallend laag. Inzendingen naar partij Er zijn veel inzendingen van ontwikkelaars (ruim 1/3 van de inzendingen). Deels worden er kansen gezien om de doelgroep te huisvesten in projecten die anders – op korte termijn - niet tot ontwikkeling of verhuur komen. Een aanzienlijk deel van de inzendingen (ook circa 1/3 van de inzendingen) is dan ook op tijdelijke huisvesting gericht. Er is een beperkt aantal initiatieven vanuit gemeenten ingediend (circa 10% van de aanvragen). Over het algemeen is met name bij gemeenten een afwachtende houding geconstateerd. Bij veel ingediende plannen is het commitment van de gemeente onduidelijk: toezeggingen zijn niet of nauwelijks gedaan. Dit terwijl juist de gemeente (door de combinatie met handhaving ten aanzien van illegale situaties) een belangrijke bijdrage kan leveren aan de haalbaarheid van initiatieven. Juist hierdoor zijn de drie regionale inzendingen interessant. Dit betreft inzendingen van meerdere gemeenten gezamenlijk. Kern van deze aanvraag is de opgave om tot een regionaal afstemmingsmodel te komen en op basis van beleid tot concrete initiatieven te komen. Juist op dit schaalniveau dient de opgave afgestemd te worden. Met name de kritische succesfactoren van een dergelijke aanpak op regionale schaal zijn interessant voor andere regio’s. Ook corporaties zijn ondervertegenwoordigd (ook circa 10% van de inzendingen). Bovendien komen de corporaties die initiatieven ontplooien voornamelijk uit krimpgebieden. In gebieden met grote druk op de woningmarkt zijn initiatieven van corporaties schaars. Het is dan ook niet zo dat corporaties arbeidsmigranten automatisch tot hun doelgroep beschouwen. Anderzijds worden er, naast de ingediende initiatieven van corporaties, in enkele regio’s momenteel prestatieafspraken gemaakt waarin de bijdrage van de corporatie aan deze huisvestingsopgave nader wordt gedefinieerd. Tot slot valt het beperkte aantal werkgevers op (nog geen 10%) dat een initiatief heeft ingediend. Zij moeten wettelijk voor huisvesting zorgen, maar hebben zich in beperkte mate aangemeld voor deze oproep. Mogelijk zijn zij tevreden over bestaande initiatieven, niet bewust van vernieuwingen of is de oproep onvoldoende bij hen bekend. Vernieuwing De vernieuwing van de inzendingen zit op verschillende aspecten. Vernieuwende aspecten die we in diverse aanvragen zijn tegengekomen hebben betrekking op: schaal (van 1 woning tot meer dan 600 bedden), transformaties van bestaand vastgoed (met name kantoren), meerdere uitzendorganisaties onder één dak, combinatie van doelgroepen (arbeidsmigranten en studenten), scheiden wonen en
werken, het creëren van woonketens, tijdelijke woonvormen, initiatiefnemer (bijvoorbeeld tuinders die gezamenlijk huisvesting willen realiseren of corporaties die de arbeidsmigrant nadrukkelijk als doelgroep zien) en een mix aan functies en voorzieningen. Knelpunten Redenen voor het niet plaatsen van initiatieven op de long-list, hebben veelal betrekking op één van de volgende aspecten: ontbrekende financiën, geen perspectief op uitvoering (gebrek aan draagvlak gemeenten, nog geen partners voor het initiatief, geen grondposities), gebrekkige kwaliteit of te weinig uitgewerkte voorstellen. Openstaande vraagstukken Er zijn verschillende vraagstukken die bij veel initiatieven nog om uitwerking vragen. Ten eerste is de doelgroep zelf niet of nauwelijks bij de plannen betrokken. Inzicht in de vraag wordt hooguit verkregen door indirect werkgevers hiernaar te vragen. Als je de aanvragen overziet, resulteert dit in een tegenstrijdig beeld ten aanzien van de wensen van de doelgroep. Hier kan nog een belangrijke rol voor de SEV liggen. Ten tweede wordt het belang van een goed beheerconcept in vrijwel alle aanvragen als belangrijke voorwaarde voor succes gezien. Toch vraagt met name dit aspect nog om verdere uitwerking. Ook hier ligt mogelijk een rol voor de SEV door middel van een inhoudelijke verkenning. Ten derde zijn er ook nauwelijks aanvragen met een goed communicatieplan voor het initiatief. Enerzijds komt dit door de status veel aanvragen. Echter, in het vervolgtraject zal dit vraagstuk nadrukkelijk om aandacht vragen. Spreiding van initiatieven In het vervolg is de spreiding van de inzendingen inzichtelijk gemaakt aan de hand van de volgende thema’s: • Locatie: woonwijk, kantoorlocatie, buitengebied, bedrijventerrein, agrarisch- of tuinbouwgebied • Initiatiefnemer: consultant/architect, ontwikkelaar, corporatie, gemeente, werkgever en regio. • Type: bestaand – nieuwbouw – proces • Schaal: aantal bedden • Periode: tijdelijk t.o.v. permanent
LOCATIE
Woonwijk (6) Kantoor- / winkellocatie (4) Buitengebied (3) Bedrijventerrein (8) Agrarisch- tuinbouwgebied (4) Overige (10)
INITIATIEFNEMERS
Consultant / Architect (9) Ontwikkelaar (12) Corporatie (4) Gemeente (4) Werkgever (3) Regio (3)
TYPE: BESTAAND VS NIEUWBOUW
Bestaand (11) Nieuwbouw (18) Proces (3) Overige (3)
SCHAAL: AANTAL BEDDEN
1 - 10 bedden (2) 10 - 50 bedden (2) 50 - 250 bedden (11) 250 - 500 bedden (6) > 500 bedden (2) Onbekend (12)
PERIODE: TIJDELIJK VS PERMANENT
Tijdelijke huisvesting (11) Permanente huisvesting (19) Onbekend (5)