Overzicht van welk bewijs aangeleverd moet worden om aan te tonen dat opleidingspunten behaald zijn Let op: Op 1 januari 2015 is de nieuwe Verordening op de advocatuur in werking getreden. Deze verordening vervangt alle voorgaande verordeningen. Voor de nadere controle van de opleidingspunten wordt altijd gekeken naar het voorgaande jaar, in dit geval 2014. Om die reden vragen wij u, voor wat betreft de nadere controle van de opleidingspunten, naar de bepalingen uit de Verordening en regeling op de Vakbekwaamheid. De regeling op de vakbekwaamheid (artikel 4) biedt de volgende mogelijkheden om punten te halen: a. het volgen van onderwijs bij een al dan niet door de algemene raad erkende onderwijsinstelling b. het geven van onderwijs bij een al dan niet door de algemene raad erkende onderwijsinstelling c. het schrijven van juridische adviezen voor een adviescommissie van de Nederlandse orde van advocaten d. het verrichten van werkzaamheden als rechter-plaatsvervanger of als arbiter e. deelname aan vormen van gestructureerde feedback zoals intervisie indien aan de door de algemene raad neergelegde voorwaarden is voldaan f. het publiceren van artikelen in voor de rechtspraktijk of rechtswetenschap relevante boeken, tijdschriften of het publiceren van een rechtswetenschappelijk proefschrift g. het volgen van afstandsonderwijs bij een al dan niet door de algemene raad erkende onderwijsinstelling h. aantoonbaar op vergelijkbare wijze de professionele kennis en kunde te onderhouden. Voor al deze activiteiten geldt tevens dat de betreffende activiteiten de praktijkuitoefening en praktijkvoering ten goede moeten komen, van academisch niveau moeten zijn en – voor zover relevant – deskundige docenten hieraan medewerking verlenen (artikel 4 regeling op de vakbekwaamheid). Erkende instellingen / niet erkende instellingen PO-punten en PE-punten Door de NOvA erkende opleidingsinstellingen mogen, indien voldaan wordt aan de daaraan gestelde eisen, opleidingspunten toekennen aan hun cursusaanbod. Dit doen ze door gebruikmaking van het puntenlogo of door gebruik van de afkorting PO. Soms vermelden opleidingsinstellingen PE-punten. PE-punten zijn niet hetzelfde als PO-punten. Als een instelling PO-punten vermeldt, mag ervan uitgegaan worden dat het om een activiteit van een erkende opleidingsinstelling gaat. Bij de vermelding van PE-punten mag hier niet zonder meer van worden uitgegaan.
Voorbeeld puntenlogo:
Hieronder wordt per onderdeel aangegeven welk bewijs aangeleverd moet worden: a. het volgen van onderwijs bij een al dan niet door de algemene raad erkende onderwijsinstelling (één punt per uur) Soort bewijs Gevolgd onderwijs bij een erkende instelling: - Bewijs van deelname met vermelding PO-punten of VSO-PO-punten Gevolgd onderwijs bij een niet erkende instelling: - Programma met overzicht van tijden en pauzes, namen van docenten (academisch niveau), onderwerpen (juridisch inhoudelijk) en doelgroep (academisch niveau). Niet volstaan kan worden met een puntsgewijze opsomming van onderwerpen. Uit de onderwerpen moet duidelijk blijken wat besproken is. - Bewijs waaruit blijkt dat en hoe lang is deelgenomen aan de cursus. Dit bewijs kan bestaan uit: • een bewijs van deelname of • een e-mail/verklaring van de instelling waarin verklaard wordt dat de advocaat x uur heeft deelgenomen aan de cursus of • een presentielijst met aanvangstijd en naam, handtekening van de advocaat én een presentielijst met eindtijd en naam, handtekening van de advocaat b. het geven van onderwijs bij een al dan niet door de algemene raad erkende onderwijsinstelling (één punt per half uur) Soort bewijs Het geven van onderwijs bij een erkende instelling - bewijs van docentschap met vermelding PO-punten of VSO-PO-punten Het geven van onderwijs bij een niet erkende instelling - Programma met overzicht van tijden en pauzes, onderwerpen (juridisch inhoudelijk) en doelgroep (academisch niveau). Niet volstaan kan worden met een puntsgewijze opsomming van onderwerpen. Uit de onderwerpen moet duidelijk blijken waarover gedoceerd is.
-
Bewijs waaruit blijkt dat en hoe lang er gedoceerd is. Dit bewijs kan bestaan uit: • een bewijs van docentschap of • een e-mail/verklaring van de instelling waarin verklaard wordt dat de advocaat x uur heeft gedoceerd.
c. het schrijven van juridische adviezen voor een adviescommissie van de Nederlandse orde van advocaten (één punt per advies) Soort bewijs - Het advies waaruit de naam van de advocaat en de datum van het advies blijkt. d. het verrichten van werkzaamheden als rechter-plaatsvervanger of als arbiter (één punt per zaak, met een maximum van vier punten per jaar) Soort bewijs - De (geanonimiseerde) uitspraak waaruit de naam van de advocaat en datum van uitspraak blijkt. e. deelname aan vormen van gestructureerde feedback zoals intervisie indien aan de door de algemene raad neergelegde voorwaarden is voldaan (één niet juridisch punt per uur, met een maximum van vier punten per dag) Aan intervisie zijn de volgende (extra) voorwaarden gesteld: - Intervisie vindt plaats in een groep van minimaal zes en maximaal tien personen. - De deelnemers brengen één of meer dilemma’s in. - De deelnemers stellen de regels vast voor de geheimhouding van hetgeen tijdens intervisie wordt besproken. - Intervisie vindt plaats onder begeleiding van een gespreksleider. - De gespreksleider heeft een cursus op het gebied van gespreksleiding voor intervisie gevolgd bestaande uit minimaal twee dagdelen en een terugkombijeenkomst. - De gespreksleider en de deelnemers stellen een bewijs van deelname op. Soort bewijs - Presentielijst (om aantal deelnemers te bepalen) - Overzicht regels inzake geheimhouding - Bewijs dat gespreksleider heeft deelgenomen aan een cursus gespreksleiding voor intervisie (minimaal twee dagdelen en een terugkombijeenkomst) - Overzicht van besproken dilemma’s, tijden en pauzes
-
f.
Bewijs van deelname Hierover is het volgende bepaald (op www.advocatenorde.nl): Het bewijs van deelname aan gestructureerde feedback kan tot stand komen door een verslag te maken dat intervisie heeft plaatsgevonden en met wie (bijvoorbeeld door bijvoeging van een handtekeninglijst). In het verslag kan een korte (niet inhoudelijke) omschrijving van de onderwerpen en de duur van de bijeenkomst die zijn besproken worden opgenomen. Een door de groep benoemde coördinator, de gespreksleider of de reviewer kan dit op zich nemen. Na afloop kan deze persoon in een brief of via een certificaat aan de deelnemers een bevestiging van hun aanwezigheid geven. Indien het verslag daarbij wordt meegestuurd (of een eventueel programma) dan hebben de deelnemers voldoende documenten om hun aanwezigheid te bewijzen.
het publiceren van artikelen in voor de rechtspraktijk of rechtswetenschap relevante boeken, tijdschriften of het publiceren van een rechtswetenschappelijk proefschrift (één punt per 500 woorden).
Soort bewijs - het artikel in Word format (met inhoudsopgave), vermelding van het aantal woorden, datum en bron van publicatie NB. Als meerdere auteurs het artikel geschreven hebben, moeten de punten gedeeld worden. g. het volgen van afstandsonderwijs bij een al dan niet door de algemene raad erkende onderwijsinstelling (één punt per besteed uur onderwijs) Aan afstandsonderwijs zijn de volgende (extra) voorwaarden gesteld: Er zijn waarborgen dat de advocaat die de punten opgeeft, ook degene is die heeft deelgenomen aan de cursus; De onderwijsinstelling dient vooraf te bepalen hoeveel uur gemiddeld zal worden besteed aan het volgen van het afstandsonderwijs; Indien een cursus uitsluitend bestaat uit afstandsonderwijs, dient het onderwijs met een toets met voldoende resultaat te zijn afgesloten; De toets kan bestaan uit meerkeuzevragen, het schrijven van een samenvatting of het houden van een referaat; Van het resultaat dient een bewijsstuk te worden verstrekt. Soort bewijs Gevolgd afstandsonderwijs bij een erkende instelling: - Bewijs van deelname met vermelding PO-punten
Gevolgd afstandsonderwijs bij een niet erkende instelling: - Bewijs waaruit blijkt dat gewaarborgd is dat de advocaat degene is die heeft deelgenomen aan de cursus, bijvoorbeeld mail/brief met gebruikersnaam en wachtwoord - Programma waaruit onderwerpen en vooraf vastgestelde tijdsduur blijken - Bewijs dat er een toets met voldoende resultaat is afgelegd (alleen bij uitsluitend afstandsonderwijs) - Bewijs van deelname Dit bewijs kan bestaan uit: • een bewijs van deelname of • een e-mail/verklaring van de instelling waarin verklaard wordt dat de advocaat heeft deelgenomen aan de cursus en dat daar x uur voor staat. h. aantoonbaar op vergelijkbare wijze de professionele kennis en kunde te onderhouden De betreffende activiteiten moeten in ieder geval de praktijkuitoefening en praktijkvoering ten goede komen, moeten van academisch niveau zijn en – voor zover relevant – deskundige docenten moeten hieraan medewerking verlenen. Daarnaast zal op individuele basis beoordeeld worden of de activiteit puntwaardig is. Activiteiten die niet puntwaardig zijn Cursussen waarbij alleen algemene of commerciële vaardigheden centraal staan, komen niet in aanmerking voor punten. Jurisprudentiebijeenkomsten gevolgd bij niet door de NOvA erkende kantoren zijn niet puntwaardig. Een uitzondering hierop is dat wanneer uit het geleverde bewijs overduidelijk blijkt dat er sprake is van een heel inhoudelijk programma, er cursusmateriaal aanwezig is en er een speciaal daartoe ingehuurde docent is er wel sprake kan zijn van puntwaardigheid.