IN
Over de kracht van intersectorale samenwerking in drie leefmilieus en de verbinding met vier decentralisaties Boxtel, december 2013
Management samenvatting Saltho onderwijs en de gemeente Boxtel hebben het initiatief genomen om op korte termijn te onderzoeken hoe het terrein en de activiteiten van Koraal Groep in de gemeente Boxtel optimaal benut kunnen worden om de vier decentralisaties en de drie milieus waarop de Koraal Groep zich richt (zorg en behandeling, vrije tijd, onderwijs en arbeid) integraal aan elkaar te verbinden. De uitwerking van dit initiatief heeft tot twee inzichten geleid: er zijn ruime mogelijkheden voor het verbinden van de inhoud en er zijn structurele organisatorische en ook financiële voordelen te behalen bij het vormgeven van duurzaam sociaal beleid voor zeer complexe doelgroepen. Van vangnet naar sociale springplank De functie van het terrein van de Koraal Groep in Boxtel verschuift van een achtervangfunctie voor jeugdigen met complexe LVB-problematiek naar een sociale springplank voor kinderen en jongeren van 0 to 27 jaar en hun gezinnen, op de volgende gebieden: 1. Verbinden van specialistische expertise voor de jeugd aan ondersteuning van professionals in het e e voorliggende veld van de 1 lijn en de 0 lijn. Verbinding met vroegsignalering in de verschillende levensfases wordt als waardevol gezien. 2. Er tekent zich een cliëntengroep af, in leeftijd variërend van 0 tot 26 jaar en hun gezin. De groep is zeer divers. Overeenkomst is dat er sprake is van multiproblem en complexe vraagstukken die zich uitstrekken over meerdere leefdomeinen. Onderdak bieden, stabiliseren en resocialiseren zijn hierbij belangrijke sleutelwoorden. 3. Voor de jongeren en jong volwassenen ligt de focus op ‘meedoen in de maatschappij’ in de breedste zin van het woord: het doel is zo volwaardig mogelijk burgerschap en daarmee beperking van de schadelast en van overlastschade. Inrichten van steunstructuren en doorlopende trajecten is daarbij een kritische succesfactor te noemen. Speciaal onderwijs, respijtonderwijs (vroegtijdig schoolverlaters, thuiszitters, nuggers, bijstandgerechtigden), ter beschikking stelling van onderwijs en dagactivering/toeleiding naar en begeleiding bij werk en in combinatie met behandeling/begeleiding van huishoudens. 4. De bestaande infrastructuur en expertise binnen de gemeente Boxtel en op het terrein van de Koraal Groep biedt voldoende mogelijkheden om onderwijs en arbeidstoeleiding naar de deelnemers te brengen in de context van 3M in 4D. als de expertise zoveel mogelijk te benutten. Vervolg Deze rapportage wordt voorgelegd aan de Raad van Bestuur van de Koraal Groep en het College van Burgemeesters en Wethouders van Boxtel, met het voorstel om in te stemmen met de ingeslagen weg en de genoemde vervolgstappen. Een positief besluit betekent dat er een verdiepingsslag gemaakt wordt op de bovengenoemde lijnen die gaat leiden tot nieuwe beleids- en inrichtingsvoorstellen. Begin maart is er opnieuw een beslismoment.
Tijdpad Vaststellen rapportage door directies en beleidsmedewerkers Opstellen plan voor verdieping Instemming Raad van Bestuur Voorbereiden persbericht Instemming College
week 2 week 2 week 2/3 week 2/3 week 4
2
Introductie Koraal Groep beschikt in de gemeente Boxtel over een unieke locatie waar drie van haar 1 werkstichtingen; de Michaelschool , De La Salle en Sterk in Werk gevestigd zijn. Deze drie 2 organisaties bieden respectievelijk onderwijs en arbeidstoeleiding , zorg en behandeling en vrije tijd aan jeugdigen met complexe vragen op het gebied van leren & ontwikkelen en opvoeden & opgroeien Onder de naam 3M hebben de hierboven genoemde organisaties een integrale aanpak ontwikkeld waarbij de milieus zorg en wonen, onderwijs/werken en vrije tijd maximaal op elkaar zijn afgestemd. De aanpak is gericht op versterken van de zelfwaardering en het zo zelfstandig mogelijk functioneren van de jeugdigen. Daarmee wordt gewerkt aan een optimale waardevolle en waardevaste maatschappelijke participatie. De aanpak heeft het karakter van maatwerk, afgestemd op de behoefte van de jeugdige, zijn gezin en het netwerk. De gemeente Boxtel is aan de slag met het ontwikkelen van integraal beleid ten aanzien van de vier decentralisaties: 4D. Het betreft de domeinen jeugdzorg, awbz/wmo, onderwijs en participatiewet/arbeid. Co-creëren Saltho onderwijs en de gemeente Boxtel hebben het initiatief genomen om op korte termijn te onderzoeken hoe het terrein en de activiteiten van Koraal Groep optimaal benut kan worden om de vier decentralisaties en de drie milieus integraal aan elkaar te verbinden. Verwacht wordt dat vanuit het verbinden van de inhoud er organisatorische en ook financiële voordelen behaald kunnen worden die leiden naar duurzaam sociaal beleid voor zeer complexe doelgroepen. De afgelopen periode is dan ook gebruikt om zicht te krijgen op de kansen die er liggen en de haalbaarheid daarvan. Inspiratietafels In dit innovatieve traject trekken beide partijen sinds begin november gezamenlijk op. Daarmee komen we van ‘denken voor’ naar ‘bedenken met’ en van ‘doorschuiven’ naar ‘samen verantwoordelijkheid nemen en regisseren’. De stip op de horizon is een integrale benadering van de decentralisaties en drie milieus op alle niveaus (visie, beleid & organisatie en uitvoering). Onderweg daar naartoe verzilveren we alle winstkansen die we tegenkomen. In twee bijeenkomsten is een quickscan naar concrete aangrijpingspunten uitgevoerd op zoek naar win-win situaties die op korte termijn benut kunnen worden. Dat wil zeggen dat inzichtelijk is gemaakt wat we met elkaar kunnen, willen, waar draagvlak voor is, en wat mogelijk en haalbaar is. De bijbehorende vraagstukken en oplossingsrichtingen zijn daarbij in kaart gebracht. Opbrengsten eerste inspiratietafel van 19 november De eerste bijeenkomst heeft, de volgende inzichten opgeleverd: e 1. Het wordt belangrijk gevonden om de specialistische expertise in de 2 lijn te ontsluiten voor e e ondersteuning van professionals in het voorliggende veld van de 1 lijn en de 0 lijn. Verbinding met vroegsignalering in de verschillende levensfases wordt als waardevol gezien. 2. Er tekent zich een cliëntengroep af, in leeftijd variërend van 0 tot 26 jaar. Soms zijn het individuen, soms stellen en soms al een gezin. De groep is zeer divers. Overeenkomst is dat er sprake is van multiproblem en complexe vraagstukken die zich uitstrekken over meerdere leefdomeinen 3. Voor de jongeren en jong volwassenen ligt de focus op ‘meedoen in de maatschappij’ in de breedste zin van het woord: het doel is zo volwaardig mogelijk burgerschap en daarmee beperkingen van de schadelast en van de overlastschade. Inrichten van steunstructuren en doorlopende trajecten is daarbij een kritische succesfactor te noemen. Speciaal onderwijs, respijtonderwijs (vroegtijdig schoolverlaters, thuiszitters, nuggers, bijstandgerechtigden), ter beschikking stelling van onderwijs en dagactivering/toeleiding naar en begeleiding bij werk en in combinatie met behandeling/begeleiding van huishoudens. 4. Het is van belang om zowel de bestaande infrastructuur als de expertise zoveel mogelijk te benutten.
1 2
Onderdeel van Saltho Onderwijs Inclusief dagbesteding en begeleid werken
3
Van vangnet naar sociale springplank Op basis van de bovengenoemde vier thema’s is tijdens de tweede inspiratietafel van 10 december 2013 een nadere verkenning uitgevoerd. Daarvan wordt hieronder verslag gedaan. 1. Verbinden van expertise voor de jeugd Aan de hand van casuïstiek is kaart gebracht hoe expertise verbonden kan worden aan de jeugd in Boxtel. Centrale vragen bij de verdieping van dit thema: : - Waar loop je tegenaan? - Waar liggen kansen? - Hoe vaak komt dit voor? - Hoe lopen de geldstromen? Knelpunten De cliëntengroep die het meeste zorgen baart, is de groep jongeren/jong volwassenen in de leeftijdscategorie tussen de 16 en 27 jaar, waarbij sprake is van chroniciteit. In de meeste gevallen e is het zo dat zij tot hun 18 jaar begeleiding hebben gehad en daarna de leegte zoeken. Het betreft dan ook jeugdigen die ‘niets’ doen en ook nergens ‘aankomen’: zij hebben geen daginvulling in de vorm van onderwijs of arbeid; hebben geen uitkering en doen geen beroep op dienstverlening. Tegelijkertijd leidt hun gedrag en de situatie waarin zij verkeren wel tot problemen op de middenlange termijn. Er is geen kader voorhanden waarmee deze jongeren tot accepteren van begeleiding kunnen 3 4 worden aangezet. Het adolescentenstrafrecht en de ter beschikking stelling van onderwijs bieden wellicht op termijn soelaas, echter dan moeten er wel overtredingen zijn begaan. Algemene kenmerken - uitstromers uit het (praktijk)onderwijs; meestal geen startkwalificatie - instabiele thuissituatie - beperkt netwerk - delinquent gedrag - middelengebruik - geen woonbasis - schulden Omvang Het zwaartepunt ligt daarbij in de groep tussen de 16 en 18. Het grootste knelpunt tussen 18 en 23 jaar. De huidige groep bestaat uit 43 jongeren. De aanwas is ongeveer 14 per jaar, in het leeftijdscohort tot 23 jaar betekent dit een totale groep van ongeveer 70 jongeren. Met het verdwijnen van de drempelloze instroom in het ROC per 1 augustus 2015 wordt deze groep mogelijk nog groter. Kansen Preventie Inrichten van vroegsignalering, een steunstructuur en beschikbaarheid van een sluitende integrale aanpak op het gebied van onderwijs/arbeid, wonen, vrijetijdsbesteding en begeleiding kan voorkomen dat jongeren tussen wal en schip gaan vallen. De risico’s op uitstappen bij traditionele transfermomenten worden hiermee beperkt. Hier-en-nu oplossing - hanteerbaar en beheersbaar maken van schulden - onderwijs/werk/dagbesteding - wonen - veiligheid - netwerk
3
Middels deze wet kan het meer pedagogische jeugdstrafrecht ook op oudere jeugd (tot 23 jaar) met ontwikkelingsproblemen van toepassing zijn Jeugdigen tot 23 jaar kunnen, middels een veroordeling, verplicht worden onderwijs te volgen respectievelijk een startkwalificatie te behalen
4
4
- eigen kracht - zelfredzaamheid Wenkend perspectief In de praktijk loopt de lijn van Voortgezet Speciaal Onderwijs via Sterk in Werk naar arbeid en arbeidsmatige dagbesteding goed. De onderliggende chronische problematiek van de jongere 5 vraagt om een soort van wraparound care , waarbij terugval bij het ontmoeten van levensvragen en/of bij de overgang naar volgende levensfases mogelijk wordt voorkomen. Basiscondities - bieden van een woonfunctie - zorgen voor een ankerpunt: maatje die te bellen is en 24/7 bereikbaar is - aansluiten bij de leefwereld/innerlijk kompas van de jongere en van daaruit resocialiseren - een regisseur met doorzettingsmacht - regisseur voor lange periode Conclusie Er is zowel inhoudelijk als qua volume voldoende potentieel om de expertise voor deze doelgroep te verbinden. Binnen deze groep is draagvlak voor het verkennen van de mogelijkheden. In de verdere verkenning wordt meegenomen: - bestendiging tussen 23 en 28 jaar 6 - eSMS methodiek en ervaringen - verbeteringen in het ondersteuningsproces in het voortraject 2. Verbinden van expertise vanuit schulddienstverlening Aan de hand van casuïstiek aangaande huisvesting is het vraagstuk onderdak bieden, stabiliseren en resocialiseren in kaart gebracht. Centrale vragen daarbij zijn: - Waar loop je tegenaan? - Waar liggen kansen? - Hoe vaak komt dit voor? - Hoe lopen de geldstromen? Knelpunten De groep die de schulddienstverlening het meeste zorgen baart betreft de (jonge) multiproblemgezinnen met jonge kinderen, waarbij beide generaties kampen met problemen. De situatie is op alle belangrijke leefgebieden instabiel en/of kan acuut instabiel worden. Algemene kenmerken - diversiteit aan hulpverlening - verschillende locaties van hulpverlening - woonruimte staat onder druk - gezinssysteem neemt zelf geen verantwoording - psychische en fysieke gesteldheid vormt een knelpunt - geen werk - geen sociaal netwerk - complexiteit gedrag kinderen thuis en op school Omvang In 5% van de situaties is er sprake van een dergelijke situatie. Deze gezinnen souperen binnen de gemeente Boxtel 70% van het totaal beschikbare budget voor schuldhulpverlening. Daarnaast doen de gezinnen een beroep op maatregelen en ondersteuning op de andere leefgebieden. Kansen 5 Alle betrokken instellingen en professionals werken vanuit één geïntegreerde aanpak, zodat de ondersteuning een hechte cirkel vormt rond kinderen, jongeren en opvoeders. Vandaar de term wrap around. 6 Eindhovense Sociaal Maatschappelijke School: samenwerking tussen onderwijs, zorg, arbeidstoeleiding en gemeente i.k.v. onderwijs-leertrajecten voor risicojeugd
5
Er is winst te behalen op een integrale aanpak, waarbij de hulpverlening beter op elkaar wordt afgestemd. In alle gevallen speelt werk hebben, werk houden en daarmee een structureel inkomen genereren een belangrijke hefboom in het doorbreken van de vicieuze cirkel. Wenkend perspectief Beschikken over tijdelijke huisvesting op De La Salle, waar tegelijkertijd ook de gespecialiseerde hulp aanwezig is Basiscondities - structurele capaciteit beschikbaar houden om te voorkomen dat mensen op straat komen te staan - een regisseur met doorzettingsmacht - regisseur voor lange periode Conclusie Er is veel belang bij een structurele aanpak rond deze gezinnen. Elke huisuitzetting kost, in het jaar dat deze plaats vindt, € 60.000,-. Als daarbij ook sprake is van uithuisplaatsing van kinderen dan zijn de kosten vele malen hoger. Anders aanwenden van deze middelen om daarmee duurzame oplossingen te bewerkstelligen heeft een absolute voorkeur. Er is binnen deze groep voldoende draagvlak om de mogelijkheden voor integrale ondersteuning verder uit te werken. Een maatschappelijke kosten en batenanalyse maakt daar onderdeel van uit. 3. Benutten en verbinden van infrastructuur Rondom dit thema spelen drie elementen een belangrijke rol: - Wat is er nodig voor onderwijs en arbeidstoeleiding in de context 3M in 4D? - Welke kwalitatieve en financiële voordelen behalen we als we kiezen voor het principe: onderwijs komt naar de leerling toe in plaats van de leerling gaat naar onderwijs - Hoe kan continuïteit van onderwijs geboden worden tijdens de bouw van een nieuwe (V)SO school op het terrein van De La Salle ? Centrale vragen daarbij zijn: - Wat is minimaal noodzakelijk? - Welke lege ruimtes zijn er nu? - Welke toekomstige ruimtes zijn er? - Wat is de kijk op praktijkruimtes? - Wat is te combineren? - Wat is er binnen Boxtel te gebruiken? Omvang De eerste vraag die zich aandient is de vraag hoe groot de capaciteit van de nieuw te bouwen school zou moeten zijn. Zowel de ondersteuningsplannen van de samenwerkingsverbanden als de (toekomstige) capaciteit van de zorg hebben daar invloed op. Er wordt vooralsnog uitgegaan van permanente bouw voor 225 leerlingen en met een breed profiel: 7 - categorie 1 school , voor SO en VSO - thuis nabij onderwijs - thuiszitters - respijtonderwijs - Daarnaast is er behoefte aan tijdelijke huisvesting tijdens de bouw. Wat is minimaal noodzakelijk Permanent SO leerlingen in het schoolgebouw van de Michaelschool op het terrein VSO onderbouw (12 tot 14 jaar) in het schoolgebouw van de Michaelschool op het terrein VSO midden- en bovenbouw (vanaf 14/15 jaar) praktijkonderwijs buiten het gebouw - in de directe nabijheid op het terrein; bijvoorbeeld gebouwen Sterk in Werk 7
Met de invoering van Passend onderwijs per 1 augustus 2014 vervagen de grenzen tussen cluster 3 en 4: de schooltypen gaan op in de zogenaamde categorie 1 scholen. De Michaelschool gaat dan verbreed opnemen.
6
- Boxtelbreed: bijvoorbeeld BGA en/of praktijkonderwijs VMBO Samenwerking met VMBO creëert tevens mogelijkheden voor doorlopende leerlijnen en examinering in het uitstroomprofiel vervolgonderwijs Samenwerking met Helicon, Sint Lucas, B-Town, WSD onderzoeken in het kader van doorlopende leerlijnen naar ROC en branchecertificering Tijdelijke huisvesting Voor bovenbouw VSO zowel de theorie als praktijk plaats laten vinden in BGA Ruimtes Sterk in Werk benutten? Therapiegebouw benutten? Wilgenbroek benutten voor SO en onderbouw VSO Overige ruimtes op het terrein benutten Conclusie Deze verkenning geeft een heldere andere kijk op onderwijshuisvesting binnen Boxtel en biedt voldoende realistische aanknopingspunten voor nader onderzoek. Daarin zullen tevens de mogelijkheden van vrijetijdsbesteding worden meegenomen. 4. Werkgeversbenadering Sterk in Werk Deze organisatie beschikt over een groot netwerk van bedrijven, gebaseerd op goede persoonlijke contacten met werkgevers. Dat is opgebouwd vanuit het eigen netwerk van medewerkers, uit het netwerk zelf en (het netwerk van) leveranciers. Sterk in Werk is lid van de betreffende werkgeversnetwerken en brancheorganisaties en mede daardoor goed op de hoogte van hetgeen er speelt binnen de branches en bedrijven. Voor jongeren worden doorlopende lijnen gecreëerd: vanuit stage naar het opdoen van werkervaring, vrijwilligerswerk en dan vaak ook doorgroei naar een betaalde baan middels leerwerkplekken op locatie en in bedrijven. In de nabije toekomst worden sociale firma’s opgericht die een groot deel van de facilitaire werkzaamheden binnen Koraal Groep (en daarbuiten) zullen gaan uitvoeren. In de sociale firma’s is ruimte voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt: van stagiaires tot medewerkers, al dan niet met arbeidsmatige beperkingen. De werksoorten in deze sociale firma’s zullen aansluiten op de sectoren die prioriteit krijgen in het regionaal arbeidsmarktbeleid in Noord-oost Brabant. Via de route van stage, werkervaring, sociale activering, dagbesteding of een arbeidscontract stromen jaarlijks ongeveer 65 jongeren vanuit het terrein uit naar een plek op de arbeidsmarkt. Het betreft kleine aantallen; de jongeren vragen allemaal om maatwerk. Het gaat steeds om het vinden van de juiste plek bij de mogelijkheden van de jongere. Onderwijs is een belangrijke opdrachtgever voor Sterk in Werk: zij zoeken plekken voor korte en lange stage, voor de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) en beroepsopleidende leerweg (bol). Andere opdrachtgevers zijn de zorgkantoren, in- en externe zorgorganisaties, gemeentes en het UWV. Daarnaast voeren zij opdrachten uit zoals een onderzoek naar mogelijkheden voor werk voor de doelgroep die aan de onderkant van de arbeidsmarkt functioneert. WSD De WSD heeft één leerwerkbedrijf voor elf gemeenten. Zij heeft drie typen relaties met werkgevers: - werkplek zoeken voor werkloze - begeleiding op de werkplekken, de deelnemer is in dienst bij de werkgever; of werkt via detachering bij de werkgever - werk wordt uitbesteed aan de WSD, mensen worden gedetacheerd of werk wordt uitgevoerd met WSD De werkgeverbenadering van de WSD kent de volgende aspecten: - aangaan van relatie
7
- aangaan van partnership bijv installatiebedrijf van verwarmingskachels - aangaan van een leerwerkrelatie - contact met werkgevers alleen voor de doelgroep De WSD werkt met professionele werkgeversbenaderaars en zijn vertegenwoordigd in alle werkgeversnetwerken. Ook hebben zij een eigen maatschappelijk verantwoord ondernemen netwerk opgericht: Aan t werk. De arbeidsmarktregio noordoost Brabant 8 In deze 5* regio zijn prioriteiten geformuleerd binnen het arbeidsmarktbeleid. De inschatting is dat in vier sectoren de komende jaren de grootste behoefte aan personeel is. Ambities voor 2014: De vier sectoren faciliteren door samenwerking tussen onderwijs en overheid. Een werkbedrijf inrichten conform de participatiewet met de opdracht 125.000 banen te realiseren. Sectoren: Zorg en welzijn Tecniek Agro en food Services Voor deze regio geldt dan ook dat er bij de inrichting van het uitstroomprofiel arbeidsmarkt rekening wordt gehouden met de sectoren en werkgeversbenadering. Uitgangspunten ten aanzien van de werkgeversbenadering Om de ambities waar te kunnen maken is het streven om over de hele arbeidsmarktregio,19 gemeentes in totaal, gezamenlijk op te trekken. - in het kader van de Participatiewet hebben de Meierij gemeenten gekozen voor één werkgeversbenadering - WSD speelt daarin een centrale rol. - het is van belang dat WSD en Sterk in Werk ook op dat punt goed samenwerken - Er is in Boxtel een werkgevers servicepunt (WESP) voor de werkzoekende met een loonwaarde van 80 -100% . Deze groep werkzoekenden krijgt verder geen ondersteuning Conclusie De winst bij de werkgeversbenadering moet vooral gepakt worden door goede samenwerking. En een gemeenschappelijke aanpak in het benaderen van werkgevers. Geen dubbel werk doen, en alle kansen benutten. Er liggen mooie kansen als het gaat om de overgang van onderwijs naar arbeid. Voor speciale doelgroepen zal betekenen dat er een u-bocht gemaakt zal moeten worden. De modulaire opbouw en inrichting van de trajecten naar arbeidsparticipatie borgt de snelkoppeling voor doorlopende lijnen. Zowel WSD als Sterk in Werk zijn beiden actief op de arbeidsmarkt, hebben vergelijkbare processen en er is sprake van een zekere overlap. Zij staan beiden achter de inzet in de keten en het specialisme die bij de doelgroep past op maat in te zetten In het kader van het strategisch beleid van de 5*regio is het wenselijk dat zij ontwikkelingen en informatie met elkaar delen. Overlappingen tussen beiden worden werkenderweg aangepakt en waar mogelijk worden kansen gezamenlijk benut. Daarnaast wordt het van belang geacht dat Sterk in Werk gaat aansluiten bij WESP, het lokale werkgeverssteunpunt. 5. Zicht krijgen op cliëntgroepen, volume en geldstromen - Hoe groot zijn de onderscheiden doelgroepen? - Wat is de prognose voor de komende jaren? - Welke budgetten zijn binnen 3M en 4D beschikbaar om in te zetten op deze groep als geheel? - En zo mogelijk per doelgroep? - Welke mogelijkheden zijn er voor schadelastbeperking - Welke mogelijkheden zijn er om kosten te reduceren 8 Eind 2011 hebben de samenwerkende Brabantse bestuurders vanuit ondernemers, onderwijs en overheid in het PACT Brabant het Brabants Arbeidsmarkt Akkoord (BAA) gesloten, Het bijbehorende uitvoeringsprogramma heet 5* Noordoost brabant
8
Vervoer Gemeente Dagelijks reizen 120 kinderen uit Boxtel naar buiten Boxtel. Daarmee is een budget van € 300.000,- voor vervoerskosten gemoeid. Naast het leerlingenvervoer zijn er nog andere vervoersbewegingen: Vervoer AWBZ Dagopvang VG Dagopvang ouderen Vervoer WSD Vervoer WMO Koraal Boxtel De Michaelschool is een categorie 1 (cluster 3/4 school) die de volgende uitstroomprofielen biedt: - vervolgonderwijs - arbeidsmarkt - dagbesteding Dagelijks komen 120 kinderen buiten Boxtel, deels ook buiten samenwerkingsverband naar deze school. Daar staat eveneens een kostenpost van € 300.000,- tegenover. Daarnaast is er ook sprake van vervoer in het kader van AWBZ: naschoolse dagbehandeling en weekend- en vakantieopvang. Conclusie Er worden veel kosten gemaakt in het vervoer. Terwijl vervoer op zich geen waarde toevoegt. Dat vraagt om onderzoek naar de mogelijkheden om vervoersbewegingen te combineren om ‘lege’ busjes te voorkomen kan op korte termijn tot kostenbesparing leiden. Daarnaast is eerder in deze notitie ook de mogelijkheid genoemd om het principe dat burger naar het aanbod toe reist omgekeerd kan worden; het aanbod komt naar de (woonplaats) van de burger toe. Door vanuit de ontwerpeis dat er geen vervoerskosten worden gemaakt te kijken naar onderwijs en andere dienstverlening kunnen heel nieuwe oplossingen ontstaan.
9
Bijlage 1 Doelgroepen In de onderstaande overzichten zitten dubbeltellingen: cliënten kunnen van meerdere maatregelen gebruik maken. De overzichten zijn nog niet volledig.
Participatie WsW WWB AWBZ/WMO Wajong/UWV
Gemeente Jaarlijks 16 wajongers erbij, nu 140 Huidige populatie = 380 Huidige populatie 380
Wat is nodig Arbeidstraining en – toeleiding
250 ? geen arbeidsparticipatiemogelijkheden
dagbesteding
CJG Consultatie/GGD VVE Basisonderwijs Vervolgonderwijs ROC
Gemeente 700 GGD
ZAT Leerplichtambtenaar Samenwerkingsverband Meierij
Wat is nodig Specialistische integrale diagnostiek bij knelpunten in de overgang naar volgende levensfase en bijbehorende ontwikkeltaken
Wat is het aanbod WSD Sterk in Werk Michaelschool Gemeente Gemeente in wijken
Wat is het aanbod CJG DLS Michaelschool ZML
Bewoners de la Salle Boxtel Naschoolse dagbehandeling Boxtel Ambulante hulp Cliënten Sterk in Werk
Methodieken WSD Mensontwikkelbedrijf 3M Integrale diagnostiek, ontwikkelprogramma’s en transfer op leefgebieden/domeinen eSMS Presentie Schadelastbeperking Op het juiste moment de juiste hulp/ondersteuning inzetten loont Gemeente kan sturen op de keten als geheel en heeft belang bij vroegtijdig juist interveniëren.
10
Bijlage 2 Deelnemers
Werner van de Velden Diana Piek Cecile Jilesen Rianne Verhoeven Theo Keijzers Gerard Schönfeld
teamleider beleid (onderwijshuisvesting) teamleider jeugd (jeugdzorg en passend onderwijs) teamleider werk (participatiewet) teamleider zorg (AWBZ en WMO) directeur WSD afdelingshoofd maatschappelijke ontwikkeling en mede initiatiefnemer
Christel Bogers Rob Jansen Paul van Alphen Ton van Teeffelen Betty van Heugten
directeur De La Salle regiodirecteur Saltho Onderwijs directeur Sterk in Werk beleidsmedewerker huisvesting organisatieadviseur en mede initiatiefneemster
Procesbegeleider Tom de Haas
schrijver en zelfstandig adviseur
11