Ouders van Roelof Ouderblad Roelof van Echten College december 2010
Nieuw ouderblad | Alles over RT en dyslexie | Succesvol werken met jobcoaching | Jan en Marten over elkaar | Over school: toen en nu
IN 3 4 UNIEKE STAPPEN NAAR JE EIGEN KEUKEN
KEUKEN SLØPEN IN 4 STAPPEN Je koopt een nieuwe keuken, maar je oude keuken moet nog worden afgebroken? Een heel karwei en erg lastig. Daarom nemen wij deze zorg graag uit handen. De oude keuken wordt door ons zorgvuldig gedemonteerd en afgevoerd, zodat jij daar geen omkijken naar hebt. Dat is pas service met een grote S. Koop daarom in november jouw Svea droomkeuken en wij zorgen ervoor dat alles tot in de puntjes wordt geregeld.
€ 5.995,-
Fårö
Albert
In dit nummer
Kookklaar! Incl. 6 apparaten
€ 8.995,-
€ 5.995,-
Kookklaar! Incl. 6 apparaten
KEUKEN SLØPEN IN 4 STAPPEN
stap 1 opstelling
stap 2 stijl
stap 3 apparatuur
stap 4 gratis
Kies de basisopstelling die bij je past.
Geef je keuken jouw persoonlijke stijl.
Kies je apparatenpakket.
Verwijdering van je oude keuken!
› kasten & laden › werkblad › spoelunit
› kies uit 13 kleuren › kies uit 15 handgrepen › kies je eigen stijl: nostalgisch / modern / klassiek / design
Särna
Idre
€ 7.560,-
€ 7.060,-
Kookklaar! Incl. 5 apparaten
Kookklaar! Incl. 5 apparaten
€ 4.995,-
€ 4.495,-
Svea Emmen
Betrokkenheid van ouders bij de school van hun kind is onmisbaar in het onderwijs proces. Een goed contact is namelijk in het belang van de ontwikkeling van een leer ling. U bent als ouder tenslotte ervarings deskundige als het om uw eigen kind gaat. Die ervaring willen we graag benutten.
Alles over RT en dyslexie
10
Mede daarom ontvangt u nu dit nieuwe magazine ‘Ouders van Roelof.’ Een blad waarin we u vertellen over ons onderwijs. Waarin we de docenten en medewerkers waar u vaak over hoort een gezicht geven. En waarin we aandacht besteden aan onderwerpen rondom de opvoeding van uw kind. Daarbij maken we ook weer gebruik van uw ervaringen. De redactie van Ouders van Roelof bestaat namelijk letterlijk uit ouders van Roelof. Daar hebben we bewust voor gekozen, zodat in dit magazine die onderwerpen worden belicht die voor u als ouder van belang zijn. Op deze manier willen we u meer betrek ken bij onze school en u ideeën en inspira tie meegeven om thuis samen na te denken over de ontwikkeling van uw kind. Want tenslotte hebben we hetzelfde doel. Wij willen dat ieder kind goed terecht komt en een plekje verwerft in de maatschappij die bij hem of haar past. Wij willen leerlin gen de bagage meegeven die ze in staat stelt om dat plekje te behouden en indien gewenst verder te ontwikkelen. Alleen als we daarin slagen, spreken we op het Roelof van Echten College van een succesvolle leerloopbaan.
Tot slot wil ik de redactie van dit eerste nummer een compliment maken. Zij heb ben een schitterend blad gemaakt, vóór ouders maar vooral ook dóór ouders. Ik hoop dat u veel plezier zult beleven aan het lezen ervan.
www.sveakeukens.nl
Nijbracht 80, 7821 CA Emmen, tel: 0591-653019. Openingstijden: ma 13.00-17.30, di,wo,vr 10.00-18.00, do 10.00-21.00, za 10.00-17.00, Vraag naar de voorwaarden. koopzondag 11:00 - 17:00 uur.
6
De les van o.a. LO-docent Marco Hartman
18
Jobcoaching
20
Schakel propedeuse
26
Hoe was het op school: Melanie en Bianca
Rubrieken
En verder
4 Buiten de les: de leerplichtambtenaar 22 Buiten de les: de conciërge 14 Van Echten helpt 15 Omgaan met: energiedrankjes 24 Over elkaar: zoon Marten en vader Jan van de Haar 28 Toen/nu: moeder Alita en dochter Sharon Bronswijk 29 Echt waar: de stelling
30 Nieuwbouw 32 Gedicht 32 Informatiepagina 34 Nieuws
Albert Weishaupt
directeur/bestuurder Roelof van Echten College december 2010
Ouders van Roelof 3
Buiten de les
Buiten de les
De leerplichtambtenaar In gesprek met Lidy Kuiper Leerplicht – als ouder weet je wel dat je kind leerplichtig is, maar wat gebeurt er eigenlijk als je kind verzuimt naar school te gaan? Wat doet de school in zo’n geval en wat is eigenlijk de rol van de leerplichtambtenaar? De redactie van Ouders van Roelof interviewt Lidy Kuiper, een van de leerplichtambtenaren van de gemeente Hoogeveen.
Hoe zit dat ook alweer met die leerplicht? “Een kind is volledig leerplichtig vanaf zijn vijfde tot en met het schooljaar waarin hij/zij zestien jaar wordt. Daarna heeft een leer ling tot zijn achttiende verjaardag een kwalificatieplicht.”
Wanneer zijn ouders verantwoordelijk voor het verzuim van hun kind? “Tot en met het twaalfde levensjaar, daarna is de leerling zelf ver antwoordelijk. Ouders zijn dan nog wel medeverantwoordelijk. Dat betekent dat wanneer aangetoond kan worden dat ouders nalatig zijn geweest rondom het verzuim, ook de ouders daarop aange sproken worden.”
Hoe verloopt zo’n proces?
“Meldingen van veelvuldig schoolverzuim komen binnen via de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Er is sprake van veelvuldig verzuim wanneer een leerling 16 aaneengesloten lesuren afwezig is of 16 lesuren over een periode van 8 lesweken. Vanaf dat moment zijn scholen verplicht het verzuim te melden, eerder mag natuur lijk ook. DUO zorgt er vervolgens voor dat de melding bij de juiste leerplichtambtenaar terecht komt. Wij richten ons namelijk alleen op inwoners van de gemeenten Hoogeveen, Meppel, Westerveld en De Wolden. Het kan dus zo zijn dat een school in Hoogeveen een leerling uit Assen heeft. In dat geval komt de melding niet bij ons terecht, maar bij onze collega’s in Assen. Indien scholen hun verzuimregistratie niet op orde hebben, kunnen ze daarop worden aangesproken door de Onderwijsinspectie.”
Welke rol speelt de school daar verder bij?
“Bij een melding gaan wij altijd eerst in gesprek met de school om zo de achtergrond helder te krijgen. Hoe ernstig is de situatie, welke factoren spelen mee bij het verzuim en wat heeft de school zelf gedaan om de problemen op te lossen? Als blijkt dat de melding terecht is, stellen wij zelf een onderzoek in. We roepen de leerling en ouders dan op voor een gesprek. We vragen de school wel altijd de ouders te informeren over het feit dat de leerplichtambtenaar is ingeschakeld, zodat ze daar niet door overvallen worden.”
Kwalificatieplicht?
Speelt u dan de boze politieagent? “Dat betekent dat hij of zij minimaal een startkwalificatie moet halen. Een startkwalificatie is een havo- of vwo-diploma of een mbo-diploma op minimaal niveau 2. Tijdens de kwalificatieplicht gaat een leerling elke dag naar school of kiest hij/zij voor een com binatie van leren en werken.”
4 Ouders van Roelof
december 2010
“Dat hangt af van de aard van de melding. Verzuim kan verschil lende redenen hebben. Soms is het onwelwillendheid van ouders en/of leerlingen. Dan heb je inderdaad de pet op van politieagent.
Bureau Recht op Leren De leerplichtambtenaar functioneert onder het Bureau Recht op Leren (ROL). Per 1 januari 2009 zijn de gemeenten De Wolden, Hoogeveen, Meppel en Westerveld een samenwerkingsverband aangegaan op het gebied van de leerplicht en RMC (regionaal meld- en coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten). Hieruit is het Bureau Recht op Leren ontstaan. Kijk voor meer informatie op www.rechtopleren.nl
Bij de melding komt overigens geen verdere informatie te staan, dus de privacy komt niet in het geding. Maar voor alle instanties is het wel meteen duidelijk welke collegainstellingen bij de cliënt zijn betrokken. ”
Welke voordelen heeft dat?
“Als ouders en leerling het goed vinden, kunnen we contact opnemen met die instellingen. Zo zijn we beter in staat hun persoonlijke situatie te begrijpen en erop in te spelen. Ook hoeven zij zelf niet telkens weer hetzelfde verhaal te vertellen. Natuur lijk geeft een instelling die informatie alleen maar vrij als ouders en leerling daar geen bezwaar tegen hebben.”
En als het schoolverzuim toch doorgaat? Maar soms is er ook sprake van een zorge lijke thuissituatie of bijvoorbeeld een schoolfobie, leerlingen die niet naar school durven. In dat geval heb je eerder de pet op van een hulpverlener, al zijn we dat natuurlijk niet. Indien nodig kunnen we wel hulpverlening inschakelen.”
En zijn ze er dan van af?
“Ook in het geval van een zorgelijke thuis situatie, willen we het schoolverzuim natuurlijk wel oplossen. Dat betekent dat we afspraken maken met ouders en leerlingen om tot een oplossing te komen. Soms kunnen die problemen alleen worden opgelost door daarbij hulpverlening in te schakelen. De betrokkenen zullen zich dan ook aan de afspraken moeten houden die met deze instanties worden gemaakt.”
“Dan kan het zo zijn dat ouders of een leer ling zich voor de rechter moeten verant woorden. Ouders kunnen een boete krijgen, bij leerlingen is dit niet gebruikelijk. Wel kunnen ze bijvoorbeeld een taakstraf en jeugdreclassering opgelegd krijgen. Bij matig verzuim, zonder grote achterliggende problemen, kunnen we jongeren ver wijzen naar Halt. Het voordeel hiervan is dat je niet in aanraking bent gekomen met justitie. Wanneer dat wel gebeurt, wordt daarvan een aantekening gemaakt in het Justitieel Documentatie Systeem. Dit is in de plaats gekomen van het ‘strafblad.’ Zo’n aantekening kan vervelend zijn wanneer je bijvoorbeeld een verklaring van goed gedrag nodig hebt voor een baan.”
Werkt u veel samen met andere instanties?
“Dat komt regelmatig voor. Allereerst nemen we deel aan het overleg van de zorg adviesteams (ZAT’s) op de scholen. Maar het kan ook zo zijn dat we – met toestem ming van de ouders – contact opnemen met bijvoorbeeld Bureau Jeugdzorg. Gemeente en hulpverleningsinstanties zijn nu boven dien verplicht om een cliënt aan te melden bij de Drentse Verwijsindex (DVI), zodat we van elkaar weten dat we met dezelfde cliënt bezig zijn.
En de scholen? “De scholen hebben ook een belangrijke taak om verzuim te voorkomen. Ten eerste moeten zij zorgen voor een aantrekkelijk onderwijsaanbod en het onderwijs zo inrichten dat verzuim ontmoedigd wordt. Te veel tussenuren kunnen bijvoorbeeld tot gevolg hebben dat leerlingen eerder wegblijven van school. We gaan dan ook regelmatig in gesprek met scholen om dit soort zaken te bespreken.”
Wat kunnen ze nog meer doen?
“Heel belangrijk is ook dat problemen met leerlingen zo vroeg mogelijk worden gesignaleerd en vervolgens gemeld. Als een leerling veelvuldig afwezig is, maar wij horen dat pas in april, dan is het vaak te laat. Trekken de scholen eerder aan de bel, dan kunnen we de leerling nog begeleiden naar bijvoorbeeld een opleiding die start in februari. Daarom vind ik het jammer dat mentoren tegenwoordig niet meer altijd huisbezoeken doen. Door een goed contact met de ouders kan vaak veel adequater gereageerd worden op problemen.”
Tot slot: wat maakt uw werk zo leuk?
“Het werk is heel veelzijdig en kan heel onverwacht zijn. Het ene moment voel je je een soort politieagent en een uur daarna kun je zomaar een crisismelding krijgen. Geen enkele situatie is hetzelfde. Daarnaast werk je aan een goed doel: het voorkomen van voortijdig schoolverlaten. In de meeste gevallen komt het gelukkig ook gewoon goed.”
Leerplichtwet De eerste leerplichtwet ontstond in 1900. Deze wet verplichtte kinderen van 6 tot 12 jaar tot het volgen van onderwijs. Voor sommige kinderen werden uit zonderingen gemaakt, zoals voor boerenkinderen tijdens de oogsttijd. Dochters mochten ook thuis blijven om het gezin te verzorgen. In 1969 werd een nieuwe leerplichtwet ingevoerd, waarbij leerlingen tot hun 15e leerplichtig werden. Zes jaar later werd dit verhoogd naar 16 jaar. Waar de wet in eerste instantie voornamelijk bedoeld was om kinderarbeid tegen te gaan, heeft de wet nu als doel om leerlingen een diploma of minimaal een startkwalificatie te laten halen. Zo legt iedere jongere een goede basis voor een baan.
december 2010
Ouders van Roelof 5
Remedial teaching en hulpmiddelen bij dyslexie
Alles over
Alles over remedial teaching en hulpmiddelen bij dyslexie Dyslexie is een leerstoornis die veel problemen kan opleveren. Bijvoorbeeld als niet duidelijk is wat er precies met een leerling aan de hand is en wat hij of zij er zelf aan kan doen. Ook kunnen problemen ontstaan doordat de omgeving van een leerling er te weinig rekening mee houdt. Kinderen met dyslexie blijven qua schoolprestaties dan vaak achter bij het niveau wat van hen verwacht mag worden. Hun prestaties zijn niet in overeenstemming met de vaak goede verstandelijke capaciteiten, hun ijver en inzet. Dit met alle gevolgen van dien, zowel voor de leerling op school als voor de ouders thuis. In dit eerste nummer van Ouders van Roelof gaat de redactie voor u op onderzoek uit. Wat is dyslexie nu eigenlijk, wat doen wij voor dyslectische leerlingen en welke faciliteiten hebben we hen te bieden?
“Dyslexie betekent dat iemand ernstige en hardnekkige problemen heeft met de auto matisering van het lezen en/of de spelling”, legt Stanieke Blanksma uit. Zij begeleidt als remedial teacher op het Roelof van Echten College leerlingen met dyslexie. “Waar het voor de meeste leerlingen vanzelfsprekend is dat een combinatie van bepaalde letters een woord en klank vormt, is dat voor leer lingen met dyslexie niet het geval. Daardoor kost het hen veel moeite teksten te lezen en ondervinden zij problemen bij de spelling van alle talen. Daarnaast vinden ze het ook moeilijk om losse gegevens te onthouden, zoals grammaticaregels, woordjes, muziek noten en topografische namen.”
Het gevolg is dat leerlingen niet alleen hinder ondervinden van hun dyslexie bij vakken als Nederlands en de moderne vreemde talen. Blanksma: “Deze moeilijk heden kunnen consequenties hebben voor vrijwel alle vakken, vooral die waarbij de belangrijkste informatie uit teksten moet worden gehaald, zoals bij aardrijkskunde, geschiedenis en maatschappijleer.” Het gevolg is dat leerlingen op school tegen veel obstakels aanlopen. Foto: Stanieke Blanksma en Arjan Burema (5V2)
6 Ouders van Roelof
december 2010
“Denk bijvoorbeeld aan het maken van proefwerken. Een leerling met dyslexie heeft gewoon meer tijd nodig om een proefwerkvraag te lezen én te begrijpen. Datzelfde geldt vervolgens ook voor het formuleren van het antwoord. Als de school daar geen compensatie voor verleent (meer tijd, spellingscontrole gebruiken, de toets voorgelezen krijgen) kan het resultaat zijn dat een leerling een onvoldoende scoort. Maar dat hoeft niet te betekenen dat hij of zij de lesstof niet heeft geleerd en begre pen.”
Remedial Teaching
Op het Roelof van Echten College willen we dit zo veel mogelijk voorkomen. Alle leerlin gen bij wie dyslexie is vastgesteld, krijgen aan het begin van hun loopbaan op onze school een dyslexiepas. Daarop staan advie zen voor de leerling en regels waar zowel de docent als de leerling zich aan dienen te houden. Bij de talen bijvoorbeeld worden bepaalde fouten niet meegerekend en als de toets op de computer wordt gemaakt, mag de leerling de spellingscontrole gebruiken. Ook kan de toets in vergroot lettertype op groen papier worden afgedrukt, waardoor het lezen gemakkelijker wordt.
Blanksma: “We doen er alles aan om te voorkomen dat een leerling gedemotiveerd raakt. Tijdens de uren Remedial Teaching (RT) praten we met elkaar over de speci fieke problemen van de leerling. We gaan samen aan de slag met allerlei leervormen die zijn afgestemd op iemand met dyslexie. De begeleiding vindt in principe plaats tijdens de lessen en niet erna, omdat de leerling anders te laat thuis zou komen. De bedoeling is dat de leerling na een bepaalde periode weet hoe hij met zijn stoornis kan omgaan, zodat hij weer goed kan mee komen met de rest van de klas.” Om ervoor te zorgen dat er niemand met dyslexie over het hoofd wordt gezien, wor den alle leerlingen bij de start van het eer ste leerjaar gescreend op leestempo en op spelling door middel van een dictee. Scoren leerlingen daar te laag op, dan krijgen ze RT en wordt na een bepaalde tijd gekeken of dat verbetering heeft gebracht. Als dat niet zo is, dan kan de leerling alsnog getest worden op dyslexie.
Kurzweil
Anno 2010 leven we gelukkig in een tijd dat er verschillende technische hulp middelen beschikbaar zijn voor leerlingen met dyslexie. Afhankelijk van zijn/haar persoonlijke situatie kan een leerling gebruikmaken van middelen als Kurzweil of de Daisy-speler. Kurzweil is computer software die de leerling ondersteunt bij zijn of haar dyslexieproblemen. Het Roelof van Echten College heeft Kurzweil voor al haar locaties aangeschaft, omdat dit computer programma leerlingen helpt bij het lezen, schrijven, spellen en studeren.
december 2010
Ouders van Roelof 7
Remedial teaching en hulpmiddelen bij dyslexie
Blanksma: “Docenten kunnen Kurzweil gebruiken om leerlingen op interactieve wijze te ondersteunen bij hun studie en bij het maken van toetsen. Binnen de hele school hebben we afgesproken, dat leerlin gen met dyslexie hun schriftelijke toetsen mogen maken met behulp van het pro gramma Kurzweil dat de toets voorleest.”
Zorgstructuur op het RvEC De leerlingenzorg op het Roelof van Echten College wordt gecoördineerd door het ‘zorgadviesteam’. Iedere locatie heeft zo’n team. Tot het zorgadviesteam behoren onder andere de zorgcoördinator van de locatie en een psycholoog of orthopedagoog vanuit het Onderwijs Service Centrum (OSC). Het OSC bestaat uit 2 ortho pedagogen, 2 psychologen, 1 schoolmaatschappelijk werker en 1 psychologisch assistent. Het OSC is deskundig op het gebied van psychodiagnostisch onderzoek, advisering en begeleiding. De inbreng van de orthopedagoog of psycholoog bestaat onder meer uit het verhelderen van de problematiek en hulpvraag, het meedenken over en adviseren van mogelijke oplossingsstrategieën, het uitvoeren van gericht diagnostisch onderzoek en het begeleiden van leerlingen of docenten. Daarnaast zijn er ook verschillende mogelijkheden voor leerlingenzorg die afgestemd worden op de specifieke situatie van een leerling. Denk aan ondersteuning op het gebied van gedragsproblemen, intelligentie, sociale vaardig heden, emotioneel functioneren, leerachterstanden, toelating of het adviseren bij beroeps- en profielkeuze. Het doel is altijd om leerlingen met uiteenlopende problemen binnen de school, op de eigen locatie te helpen.
8 Ouders van Roelof
december 2010
Alles over
Daarnaast is het voor leerlingen met dyslexie ook mogelijk om schoolboeken op daisy te bestellen en af te spelen op de zogeheten Daisy-speler. Een daisy is een schijf waarop het schoolboek ingesproken is. “Door te luisteren bij het lezen, wordt een leerling met dyslexie als het ware door de tekst heen getrokken en kan hij zijn aan dacht richten op het begrijpen en leren van de tekst, in plaats van op het decoderen van de woorden. Veel leerlingen op onze school hebben daardoor minder moeite met het maken en leren van huiswerk. Bovendien leren zij bij talen op deze manier beter de uitspraak met de spelling te combineren.”
Zowel het programma Kurzweil als de Daisy-speler kan ook door ouders worden aangeschaft. Hieraan zijn wel kosten ver bonden, die door sommige verzekerings maatschappijen (deels) vergoed worden. De daisy’s van alle schoolboeken kunnen op kosten van de school besteld worden. De zorgcoördinator of remedial teacher op de locatie van uw kind kan u hierover meer vertellen.
Testen in het basisonderwijs
Als leerlingen eenmaal in het bezit zijn van de dyslexiepas, zijn er dus verschillende mogelijkheden en voorzieningen om ze te ondersteunen bij hun leerproblemen. Om ervoor te zorgen dat leerlingen vanaf de start van hun leerloopbaan op het Roelof van Echten College kunnen beschikken over deze faciliteiten, is het Onderwijs Service Centrum, kortweg OSC (zie infokader), sinds 2008-2009 begonnen om al in groep 7 en 8 van de basisschool leerlingen te testen die mogelijk dyslectisch zijn.
“Vaak bestaan in het basisonderwijs al wel vermoedens van dyslexie, maar heeft men daar de middelen niet om het zelf te onderzoeken”, vertelt Clemens Prinssen, orthopedagoog van het OSC. “Het gevolg is dat een leerling dan in de brugklas nog allerlei onderzoeken moet ondergaan, voor dat hij de dyslexieverklaring en de juiste ondersteuning krijgt. En dat in een periode waarin er toch al zo veel verandert voor de leerling.”
Dyscalculie
Frustratie
Aansluiting
Het gevolg is een hoop onnodige frustraties. “Op het Roelof van Echten College hebben we meerdere hulpmiddelen voor leerlingen met dyslexie. Maar zonder die verklaring kunnen we die nog niet aanbieden. Dat levert frustratie op met als mogelijk gevolg dat schoolresultaten achterblijven. Dat willen we niet. Door leerlingen al in groep 7 en 8 te testen, kunnen we ze vanaf dag 1 in het voortgezet onderwijs de ondersteuning bieden waar ze recht op hebben. Die verkla ring is natuurlijk ook geldig als ze niet voor onze school kiezen.”
Als de vermoedens voor dyslexie gegrond blijken, wordt aanvullend een individu eel onderzoek door een psycholoog of orthopedagoog uitgevoerd. De uitkomst daarvan is dat een leerling dan wel of niet een dyslexieverklaring krijgt. Prinssen: “In de meeste gevallen blijkt dat wel het geval, omdat de basisscholen de goede leerlingen selecteren en vooraf de juiste informatie aanleveren bij het OSC. De leerling krijgt dan een dyslexieverklaring die altijd geldig blijft. Eenmaal bij ons op school kunnen ze vanaf het begin gebruik maken van alle faciliteiten.”
Het testen op dyslexie in groep 7 en 8 is in het schooljaar 2008-2009 begonnen als proef en sinds 2009-2010 is het een vast onderdeel van het werk voor het OSC geworden. Op dit moment worden alle 30 basisscholen benaderd die onderdeel uitmaken van SWV 4.02, een samen werkingsverband van christelijk basis onderwijs in Zuidwest-Drenthe. “Een coör dinator inventariseert bij alle basisscholen bij welke leerlingen dyslexievermoedens bestaan”, legt Prinssen uit. “Vervolgens kijken we of er aanleiding is voor aan vullend onderzoek. Bijvoorbeeld als de leerling al enige tijd remedial teaching volgt en ondanks alle hulp en extra oefening toch nog steeds grote achterstanden heeft. Ook kijken we of de zorgvraag goed is onder bouwd en besproken is in het zorgteam en of het dossier van de leerling compleet is.”
Een belangrijke vooruitgang voor de dys lectische leerling, weet Prinssen. “Dit jaar kregen we voor het eerst leerlingen op school die al een verklaring in hun bezit hadden, omdat wij ze in groep 7 of groep 8 hebben getest. Deze leerlingen reageren positief. Van onze remedial teachers heb ik gehoord dat het de aansluiting naar het voortgezet onderwijs zichtbaar eenvoudi ger maakt. Ook ouders geven aan erg blij te zijn met deze ontwikkeling.”
Meer informatie
Erg vergelijkbaar met dyslexie is de leerstoornis dyscalculie. Deze stoornis wordt ook wel ERWD genoemd, oftewel Ernstige Reken-Wiskundeproblemen en Dyscalculie. Leerlingen hebben dan ernstige, hardnekkige en blijvende problemen met het leren en het vlot oproepen of toepassen van hun kennis voor rekenen/ wiskunde. Ook na voldoende onderwijs en extra hulp. Zo hebben zij bijvoorbeeld moeite met het onthouden en toepassen van rekenfeiten in de vorm van termen, symbolen, begrippen en formules. Afspraken of feiten raken niet (of moeizaam) geautomatiseerd of zijn niet vlot oproepbaar uit het geheugen. Het gevolg is dat leerlingen niet alleen moeite hebben met vakken als wiskunde en economie, maar mogelijk ook minder presteren bij andere vakken en erg onzeker of (faal)angstig kunnen worden. Ook voor leerlingen met ernstige reken- en wiskundeproblemen geldt dat zij in aanmerking kunnen komen voor bijvoorbeeld remedial teaching. Of extra tijd bij het maken van toetsen en extra individuele aandacht en instructie. Vraag naar de mogelijkheden bij de zorgcoördinator van de locatie van uw zoon of dochter.
Wilt u meer informatie over dyslexie en de mogelijkheden voor uw kind op het Roelof van Echten College? Kijk op onze website www.rvec.nl voor het dyslexieprotocol of neem contact op met de zorgcoördinator of remedial teacher op de locatie van uw zoon of dochter. Handige links: • www.dedicon.nl • www.lexima.nl • www.steunpuntdyslexie.nl • www.dyslexieweb.nl • www.dyslexie.nl • dyslexie.startpagina.nl
december 2010
Ouders van Roelof 9
De les van
De les van
Eddy Pendjol & Patrick Priet
Werkleiders op het Arbeid Training Centrum (ATC) van het praktijkonderwijs Ze worden gewilde krachten op de arbeidsmarkt: de leerlingen van het Arbeid Training Centrum (ATC) van het Roelof van Echten Col lege. Eddy Pendjol en Patrick Priet begeleiden de leerlingen in hun ‘eigen bedrijfje’ aan de Voltastraat 55c in Hoogeveen. “Het ATC is een echt bedrijf waar leerlingen van het praktijk onderwijs worden voorbereid om aan het werk te gaan”, legt Pendjol uit. “We trainen leerlingen op arbeidsvaardigheden, zelfredzaamheid en sociale vaardigheden. Ze leren hier bijvoor beeld om op tijd te komen, hoe ze om moeten gaan met werkdruk en met collega’s. Maar ook om zich langere tijd te concentreren op hun werkzaamheden en om dan ook netjes te blijven werken. Op die manier worden leerlingen beter voorbereid op een succesvolle overgang van school naar een stageplek of de arbeidsmarkt.”
Van ATC tot godsdienst In ‘De les van’ stellen we u voor aan drie docenten van het Roelof van Echten College. Zij vertellen u alles over het vak dat ze geven. Wat drijft ze om hun passie over te brengen op de leerlingen van onze school? Hoe doen ze dat? Maar vooral ook: wat hebben die leerlingen daaraan?
10 Ouders van Roelof
december 2010
“De kracht van het ATC is dat het een ‘echt’ bedrijf is”, vult Priet aan. “We oefenen niet in een lokaaltje op school, maar we hebben een eigen pand aan de Voltastraat. Daar werken we aan opdrachten voor bedrijven uit de regio. Denk aan openhaardhout kloven, inpaken assemblagewerkzaamheden, het stickeren van producten, auto’s wassen en magazijnwerkzaamheden. Realistischer dan bij ons kun je een werksituatie niet nabootsen.” Het resultaat is dat leerlingen enorm gemotiveerd zijn. Pendjol: “Het is hier geen oefening, het is echt. Daardoor komen leerlin gen er vaak achter dat ze meer in hun mars hebben dan ze vooraf misschien wel dachten.” Priet: “We worden ook regelmatig bena derd door bedrijven die vakantiekrachten zoeken. Zij vinden onze leerlingen vaak gedisciplineerder en enthousiaster dan sommige uitzendkrachten. Een groter compliment kun je ons niet maken.”
Meer weten?
Meer weten over het ATC of wilt u eens een kijkje komen nemen? Stuur dan een e-mail naar
[email protected]
‘Leerlingen komen beter voorbereid op de arbeidsmarkt’
december 2010
Ouders van Roelof 11
De les van
De les van
Marco Hartman
Docent Lichamelijke Opvoeding aan de Julianastraat
‘Ik heb van mijn hobby mijn beroep gemaakt’
Nog niet eens zo heel lang geleden ging Marco Hartman zelf naar school op het toenmalige Menso Alting College (MAC), nu beter bekend als locatie Julianastraat. Nu is hij daar docent lichamelijke opvoeding en mentor van een brugklas.
“Ik heb inderdaad in 2003 mijn havo-diploma gehaald op het MAC”, vertelt Hartman. “Daarna ben ik verder gaan studeren aan de Chris telijke Academie voor Lichamelijke Opvoeding (CALO) in Zwolle. Dit is alweer het derde jaar dat ik lesgeef op de Julianastraat. Dit jaar ben ik voor het eerst ook mentor van een brugklas.” Hartman koos voor het vak vanuit zijn enthousiasme voor sport. “Ik ben altijd al een fervent sportliefhebber geweest, met voetbal in het bijzonder. Naast mijn baan speel ik ook voor voetbalvereniging HZVV in Hoogeveen, dat landelijk in de hoofdklasse uitkomt. Ik wil mijn passie voor sport en bewegen graag overbrengen op onze leerlingen.”
Hartman kijkt tevreden terug op zijn eerste drie jaren in het onder wijs. “Ten eerste heb ik van mijn hobby mijn werk kunnen maken. Hoeveel mensen kunnen dat zeggen? En het is natuurlijk heel speci aal dat ik nu zelf leraar ben op mijn ‘oude’ school. Maar ik vind het vooral prettig dat deze school het belang van goed sportonderwijs erkent.” Dat zie je volgens Hartman terug in het onderwijsaanbod. “Leerlin gen hebben bij ons veel mogelijkheden op sportgebied. Zo hebben we een topsporttraject voor leerlingen die op hoog niveau sporten. Door een aangepast programma maken we het mogelijk dat ze hun sport kunnen combineren met hun schoolwerk. Daarnaast hebben we natuurlijk de sportstroom, waarin leerlingen vanaf de brugklas extra uren aan sport kunnen besteden. Als ze vervolgens in de bovenbouw kiezen voor het vak Bewegen, Sport en Maatschap pij (BSM) dan krijgen ze een gedegen voorbereiding op vervolg opleidingen in de sportsector. Ze maken dan niet alleen kennis met tal van sporten en disciplines, maar krijgen bijvoorbeeld ook theorie over sportblessures. Ook leren ze om toernooien te organi seren of op te treden als scheidsrechter. Kortom: scholieren die hun loopbaan willen vervolgen in de sportsector zijn bij ons echt aan het juiste adres.”
12 Ouders van Roelof
december 2010
Leny Annen
Docent godsdienst en maatschappijleer op locatie Park Dwingeland Leny Annen staat al ruim twintig jaar voor de klas op het Roelof van Echten College. Daar geeft ze met veel plezier het vak godsdienst. Later kwam daar ook het vak maatschappijleer bij. Naast het les geven heeft ze ook het schoolpastoraat in haar takenpakket. Leer lingen met problemen of vragen kunnen bij haar terecht voor een vertrouwelijk gesprek. “Ik heb een enorm leuke baan. Vanuit mijn christelijke geloofsovertuiging maak ik graag geloofsonderwerpen bespreekbaar.” “Op het Roelof van Echten College willen we onze leerlingen ruimte geven voor persoonlijke ontwikkeling en persoonlijke keuzes. Dat betekent dat je ze leert om zelfstandig in het leven te staan en niet altijd de weg van de meerderheid te kiezen. Als christelijke school willen we een duidelijke structuur bieden, die stimulerend is voor de verdere ontwikkeling van de leerlingen. Zo hopen wij dat iedere leerling een eigen plaats vindt in de samenleving die past bij zijn eigen geaardheid, capaciteiten en aanleg.”
Haar lessen zijn dan ook niet meer primair gericht op (Bijbel) kennisoverdracht, zoals dat twintig jaar geleden nog veel meer het geval was. Wel zet ze de Bijbel in als instrument. “Ik zet bijvoor beeld verschillende personen uit de Bijbel naast elkaar, maar ook personen als Gandhi en Martin Luther King. Daarbij stel ik de vraag aan leerlingen wie zij het liefst zelf zouden willen zijn. Vaak ontstaan dan gesprekken die met gevoelens te maken hebben. Het zet leerlingen aan het denken over belangrijke levensvragen. Ik zeg altijd: word nieuwsgierig en laat je inspireren. Geloven is namelijk ook fakkeldrager zijn. Ik probeer ze op deze manier een paar hand vatten te geven voor hun ontwikkeling.”
Het gaat dus voor een groot deel om bewustwording. “Wij proberen onze leerlingen het besef bij te brengen van de noodzaak zorgzaam met elkaar en de omgeving om te gaan en daarbij voldoende aan dacht te schenken aan de verschillen tussen mensen. Dit proberen we in de praktijk te brengen door respect te tonen voor iedereen. Dagelijks proberen we om iedereen bij elkaar te betrekken, los van het geloof of welke traditie dan ook.”
‘Geloven is ook fakkeldrager zijn’
december 2010
Ouders van Roelof 13
Van Echten helpt
Omgaan met
In de rubriek Van Echten Helpt! geven we antwoord op vragen van onze ouders. Afhankelijk van de vraag schakelen we de hulp in van een deskundige in of buiten de school. In dit eerste nummer besteden we aandacht aan moeilijk pubergedrag. Klinisch psycholoog en psychotherapeut Lucie Veselka geeft vijf tips om daarmee om te gaan. Bron: www.mijnpuber.nl
Vijf tips voor ouders van pubers 1 Neem de puber serieus! Je puber is op zoek naar onafhankelijkheid en identiteit. Hij wil graag serieus worden genomen. Uitlachen of smalend glimlachen, zal je puber diep kwetsen. Let op je woorden, je houding en gezichtsuitdrukking (want je puber ziet alles!). Laat het niet alleen een kwestie van uiterlijk zijn, maar neem je kind met heel je hart serieus.
2 Onderneem samen activiteiten Ook al neigt je puber er naar vooral met vrienden bezig te zijn, hij blijft verlangen naar de relatie met jou als ouder. Zoek activiteiten die aansluiten bij de leefwereld en interesses van je puber. Door individueel tijd te nemen door middel van een leuke activiteit, schep je mogelijkheden te bouwen aan jullie relatie en voeling te houden met zijn gedachtewereld. Dat geeft ruimte voor diepe en belangrijke gesprekken.
3 Preek niet, maar leg uit Als je preekt, geef je jouw puber de boodschap dat je boven hem staat en hij moet luisteren. Dan gaat je puber in verzet, want hij is bezig op te klimmen tot hetzelfde volwassen niveau. Een leraar echter neemt je bij de hand en gaat samen met jou op weg, als twee volwassenen. Verander je ‘omdat ik het zeg’-uitspraken in ‘laat me je uitleggen waarom’. Sterke interesse in wat je puber vindt en vragen stellen waaruit blijkt dat je echt wilt weten waarom hij iets vindt, maakt je puber open om ook in jouw mening geïnteresseerd te zijn.
14 Ouders van Roelof
december 2010
4 Geef je puber gelijk Je puberende kind heeft de neiging jou als ouder te laten voelen dat hij het beter weet en slimmer is. Het is belangrijk je te realiseren dat dit in sommige gevallen ook echt zo is. Kijk maar hoeveel snel ler ze de computer beheersen of een iPod. Ook kan het zijn dat je puber gelijk heeft in een ruzie. Geef toe als je puber gelijk heeft en sta jezelf toe dat je kunt leren van je puber. Bewonder je puber!
5 Onderzoek je boosheid Een puber kan jou als ouder heel boos maken en vormt een enorme uitdaging voor je eigen zelfvertrouwen. Onderzoek je boosheid voor je die uitleeft. Waardoor word je als ouder zo boos? Is het de machteloosheid, omdat je voelt dat je steeds minder vat op je puber hebt? Is de gekwetste trots, omdat je puber je niet meer hoog heeft staan? Is het je eigen onzekerheid, of je een goede ouder bent? Boosheid levert weinig op als deze gevoelens eronder liggen. Bespreek met anderen je onzekerheid en machteloosheid, maar filter je gevoelens voordat je met je puber spreekt. Kijk voor meer informatie op www.mijnpuber.nl
Van Echten helpt Heeft u ook een brandende vraag of zit u ergens mee? Stuur uw vraag dan naar
[email protected] en wie weet ziet u hem terug in dit blad. Alle vragen worden uiteraard anoniem behandeld.
Energiedrankjes Energiedrankjes geven je vleugels. Maar kun je er ook mee vliegen of stort je uiteindelijk neer? De energiedrankjes zijn tegenwoordig niet aan te slepen bij de jeugd. In blikken en flessen van soms wel een halve liter gaat het naar binnen. Maar is dat eigenlijk wel gezond? De redactie van Ouders van Roelof zocht het voor u uit. De Belgische consumentenorganisatie Oivo pleitte onlangs voor een verbod op de verkoop van energiedrankjes aan jongeren. Ook het Duitse Bundesinstitut für Risicobewertung stelde een verbod voor op energyshots. Het Franse voedselveiligheidagentschap AFSSA heeft zelfs tot vier keer toe negatieve adviezen gegeven over energiedranken, die uiteindelijk geen gehoor vonden binnen de Europese Unie. Daarom vragen we ons af: zijn energiedrankjes nu ongezond of toch niet?
december 2010
Ouders van Roelof 15
Omgaan met
Energiedrankjes
Hoeveel cafeïne mag ik hebben? De aanbevolen maximumdosis voor cafeïne hangt af van de leeftijd en de gezondheidstoestand van een persoon. Voor een volwassene ligt de maximumdosis tussen 200 en 400 mg per dag. Voor kinde ren kunt u dat eenvoudig zelf uitrekenen. Dan is het maximum 2,5 mg per kilogram lichaamsgewicht. Dat betekent dus ongeveer 45 mg per dag op de leeftijd van 5-6 jaar, 60 mg per dag rond de leeftijd van 7-9 jaar en 85 mg per dag voor kinderen van 10-12 jaar. Een puber van 60 kilo mag dus ongeveer 150 mg cafeïne hebben.
AA-drink Energiedrankjes zijn er tegenwoordig in allerlei soorten, maten en merken. Ze zijn bedoeld om je energie te geven en hebben tijdelijk een stimulerende werking. Daarbij moeten we eerst een onderscheid maken tussen energiedrankjes als Red Bull, Bullit en Monster en sportdrankjes als AA-drink en Sport-Energy. De eerste categorie is namelijk gericht op het verbeteren van mentale pres taties en bevat daardoor grotere hoeveelheden suiker en cafeïne. We beperken ons in dit artikel tot die categorie drankjes.
Inhoud
Energiedrankjes worden tegenwoordig ook veelvuldig gebruikt in combinatie met alcohol. Dit is echter niet zonder risico’s. Het mixen van energiedrank met alcohol kan iemand het gevoel geven minder gedronken te hebben dan het geval is. Maar cafeïne vermindert de werking van alcohol niet, net zoals alcohol de werking van cafeïne niet vermindert. Het gevolg kan zijn dat iemand meer van het drankje gaat drinken om het gewenste effect te bereiken. Maar zowel cafeïne als alcohol zorgen ervoor dat het lichaam vocht en vitamine B verliest, waardoor het lichaam uitdroogt en een flinke kater kan ontstaan. Het tussendoor drinken van water kan deze verschijnselen verminderen.
Waarschuwing Op ieder product valt tegenwoordig te lezen wat de ingrediënten zijn. Zo ook op de verpakkingen van de energiedrankjes. Wie deze informatie goed leest, ziet dat een blikje energiedrank een paar stoffen bevat die in relatief grote hoeveelheden aanwezig zijn. Ten eerste bevatten energiedrankjes - met uitzondering van de suiker vrije varianten - zeer veel suiker: tussen de 105 en 149 gram per liter. Dat staat gelijk aan 37 klontjes. In één blikje van 250 milliliter zitten dus ongeveer negen suikerklontjes.
Daarnaast bevatten energiedrankjes vaak een grote hoeveelheid cafeïne. De meeste soorten bevatten 320 milligram cafeïne per liter, wat binnen de toegestane grenzen valt voor drankjes zonder alco hol. Vaak worden aan energiedrankjes stoffen toegevoegd die het effect van cafeïne versterken, zoals guarana. Tot slot bevatten de energiedrankjes meestal ook nog taurine, een stof die de effecten van cafeïne op het zenuwstelsel ook kan versterken.
Voedselcentrum
Ondanks al deze stoffen maken energiedrankjes je niet altijd fitter, althans als we het Voedingscentrum mogen geloven. Eén blikje bevat ongeveer evenveel cafeïne als 1 kopje koffie en dus niet evenveel als 100 kopjes koffie, zoals sommige mensen wel eens beweren. Energiedrankjes zijn wat cafeïne betreft dus geen extreem grote oppeppers. Hoewel ze veilig zijn, raadt het Voedings centrum wel aan om op een aantal dingen te letten. Zo moet je altijd voldoende water drinken in combinatie met energiedrankjes. Zeker bij warm weer, bij extreme inspanning of in combinatie met alcohol, kan te weinig water drinken een gevaar opleveren. Door de cafeïne in de energiedrankjes verlies je namelijk sneller vocht. Verder bevatten de drankjes ook veel calorieën. Het Voedingscentrum adviseert mede daarom om er niet te veel van te drinken.
Schadelijke effecten
Hoeveel suiker, cafeïne en taurine je binnen mag krijgen, verschilt per persoon. Voor cafeïne geldt dat de maximum dosis voor een volwassene tussen de 200 en 400 milligram per dag bedraagt. Voor een tiener tussen de 10 en 12 jaar is dat ongeveer 85 milligram. In een blikje van 250 milliliter zit over het algemeen 80 mg cafeïne. Met één blikje per dag overschrijd je die dosis dus niet.
16 Ouders van Roelof
december 2010
Verschillende instanties waarschuwen inmiddels voor de schade lijke effecten van de energiedrankjes, met name bij het veelvuldig drinken ervan. Het binnenkrijgen van 300 milligram cafeïne kan al ongewenste bijwerkingen als hartkloppingen, slapeloosheid, rillingen en angst tot gevolg hebben, zo blijkt uit onderzoek van de Belgische consumentenorganisatie Oivo. Bovendien zou het overmatig innemen van energiedrankjes bij jongeren volgens de onderzoekers kunnen leiden tot tandbederf, overgewicht en uit droging. Daarnaast kan er een vorm van afhankelijkheid, oftewel een verslaving, ontstaan. Oivo luidt daarom de noodklok en pleit er nu voor dat energiedrankjes verboden worden voor jongeren onder de 16 jaar. Uit een Australisch onderzoek is gebleken dat energie drankjes ook schadelijk kunnen zijn voor de hart- en bloedvaten. In dat onderzoek kwam naar voren dat bij één blikje van 250 milliliter suikervrije energiedrank de kleverigheid van de bloedplaatjes toe neemt, waardoor de kans op hart- en vaataandoeningen toeneemt. In Nederland waarschuwde de Voedsel- en Warenautoriteit (VWA) al voor de gevaren van het drinken van te veel energiedrankjes, vooral in combinatie met alcoholgebruik. De VWA adviseerde de overheid om, net als bij pakjes sigaretten, duidelijk leesbare waar schuwingen op de flesjes en blikjes energiedrank aan te brengen.
Eindexamenmenu Het Voedingscentrum publiceert jaarlijks rond de eindexamens het zogeheten Eindexamenmenu. Daarin geeft ze tips over voeding die helpen om optimaal te presteren tijdens de examens. Daarin wordt ook aandacht besteed aan energiedrankjes: “Drink niet te veel energiedrankjes, want er zitten veel calorieën in. Energiedrankjes zijn wat energie betreft ook geen grote oppeppers. Eén blikje bevat evenveel cafeïne als 1 kopje koffie. Neem ’s avonds laat geen alcohol, koffie, cola of energiedrankjes. Dat kan slecht zijn voor je nachtrust.”
december 2010
Ouders van Roelof 17
Een succesvolle leerloopbaan
Een succesvolle leerloopbaan
Jobcoaching: succesvol aan het werk na het praktijkonderwijs Na het praktijkonderwijs volgt voor veel leerlingen de overstap naar een baan. Sommige leerlingen hebben extra ondersteuning nodig om die baan te kunnen behouden. Het Roelof van Echten College biedt haar leerlingen daarom tot een jaar nadat ze van school zijn, die extra begeleiding aan. Dit traject heet jobcoaching en blijkt een groot succes. Waar in de meeste gevallen externe organisaties worden ingeschakeld, beschikt het praktijkonderwijs over vier gecertificeerde coaches die samen twintig leerlingen begeleiden op de werkvloer. De heer De Vries is één van die vier. Hij neemt u mee naar de werkvloer van een cliënt en vertelt ons er alles over. “Jobcoaching is een voorziening voor uitgestroomde leerlingen die een baan hebben en extra ondersteuning nodig hebben om hun werk te kunnen behouden”, legt De Vries uit, jobcoach en stagedo cent van het praktijkonderwijs. “Het is een intensieve samenwer king tussen coach, leerling, werkgever en ouders. Samen zorgen we ervoor dat de leerling de vaardigheden krijgt om goed te functione ren op de werkplek. Zodra iemand uitstroomt naar werk, kijken we of jobcoaching wenselijk is en kan het worden aangevraagd bij het UWV.”
18 Ouders van Roelof
december 2010
Ook de ouders van Menzo, Bert en Trijnie Kuiper, zijn blij met de ontwikkeling van Menzo. “Hij is de afgelopen twee jaar echt vol wassen geworden”, zegt zijn moeder. “Hij is zelfverzekerder, socialer en kan beter omgaan met zijn ADHD. Er staat nu gewoon veel meer Menzo.” “En hij is een echte vakman”, verzekert De Vries. “Hij is onderweg om een goede lasser te worden.”
Volgens de ouders speelt de jobcoach daarbij een essentiële rol. “Meneer De Vries kijkt toch anders tegen de dingen aan, heeft een andere rol. Menzo neemt ook alles van hem aan.” Het gevolg is een stukje verlichting in huize Kuiper. “Hij neemt een deel van onze zorgen uit handen. Wat dat betreft zien wij er ook wel tegenop als de jobcoach er straks niet meer is.”
Bert: “Maar we moeten ook de rol van Winel niet vergeten. Dat bedrijf geeft Menzo echt alle ruimte om zich te ontwikkelen, dat is ongelooflijk. Harry ondersteunt hem goed, daar heeft hij het echt mee getroffen. Thuis proberen we hem ook te stimuleren. Dat samen zorgt ervoor dat Menzo het nu zo goed doet.”
Maatwerk
De inhoud van het traject hangt af van de zorgbehoefte van de cliënt. In overleg met werkgever, cliënt en ouders wordt een trajectplan geschreven. “Daarin geven we weer wat de specifieke behoeften zijn van zowel de cliënt als de werkgever”, licht De Vries toe. “Ook kijken we wat de verwachte begeleidingsbehoefte is. Met andere woorden: hoeveel uren we nodig denken te hebben om het traject optimaal te kunnen begeleiden.”
Vakman
“Menzo heeft zich ontwikkeld tot een echte vakman”
Gemiddeld duurt het jobcoachingtraject een jaar. “Ieder halfjaar kijken we hoe het gaat met de cliënt en wordt eventueel verlenging aangevraagd. Na een jaar maken we een eindrapportage op. Mocht blijken dat een cliënt voor een langere periode ondersteuning nodig heeft, dan kan ervoor gekozen worden de cliënt over te dragen aan een andere jobcoachorganisatie. In sommige gevallen blijven we de cliënt zelf begeleiden.” De jobcoach begeleidt zowel de leerling (zodra deze van school gaat, wordt de leerling een cliënt) als de werkgever. De cliënt krijgt ondersteuning op het gebied van werknemersvaardigheden en persoonlijke ontwikkeling. Er wordt bijvoorbeeld gewerkt aan het zelfvertrouwen en sociale vaardigheden en de jobcoach oefent en traint met de cliënt om beter op de werkplek te functioneren. Tegelijkertijd krijgt de werkgever begeleiding als het gaat om bij voorbeeld taakafbakening en administratieve ondersteuning.
De jobcoach speelt een belangrijke rol in dat succes, volgens Harry. “Hij staat tussen Menzo en het werk in, als een soort tussen persoon. Hij komt één keer per week langs en geeft dan feedback, hulp bij het huiswerk en hij praat veel met hem. Dat zorgt ervoor dat hij hier goed kan functioneren. Menzo vindt het zelf ook erg prettig.”
Menzo Kuiper en zijn coach, de heer De Vries
Avondschool Een ander voorbeeld van nazorg is de avondschool. Sinds 1999 opent het praktijkonderwijs iedere dinsdagavond haar deuren voor oud-leerlingen. Docent Koster draait al vanaf het begin mee. “Nazorg is essentieel voor onze leerlingen. De avondschool is open voor alle (oud) leerlingen, zonder verplichtingen. Of je nu je autotheorie wilt halen, begeleiding nodig hebt bij je BBL-opleiding of gewoon wilt laten weten hoe het met je gaat. Het kan allemaal.” Aanleiding om te starten met de avondschool is dat er voorheen nauwelijks contact was met schoolverlaters. Koster: “Behalve in geval van problemen op de werkplek of opleiding, maar dan ben je vaak al te laat.” Door de jaren heen kwamen er steeds specifiekere vragen vanuit de schoolverlaters. “Denk bijvoorbeeld aan budgettering, hoe ga je met je verdiende geld om, huiswerkplanning, VCA-trainingen enzovoort. Op de avondschool krijgen leerlingen ook de kans om hun heftruckcertificaat te halen. Ze krijgen theorieles en worden intensief voorbereid op het examen. Bijkomend voordeel van de avondschool is dat we door de begeleiding van de BBL-trajecten inzicht krijgen in de competenties die leerlingen nodig hebben in het vervolgonderwijs. Daar kunnen we in ons onderwijsprogramma weer ons voordeel mee doen.” De avondschool is een groot succes. “Leerlingen weten ons al 10 jaar te vinden op de dinsdagavond. Soms omdat ze hulp of ondersteuning nodig hebben, maar vaak ook om ons te laten weten hoe het met ze gaat of om hun eerste auto te laten zien. Voor ons als docenten is dat natuurlijk geweldig, daar doen we het uiteindelijk voor.”
Oud-leerling Menzo bij Winel in Assen Als voorbeeld neemt De Vries ons mee naar Winel in Assen, waar oud-leerling Menzo Kuiper werkt. Winel is een wereldwijde leve rancier van producten en diensten aan de internationale maritieme industrie. “Menzo doet hier alle voorkomende werkzaamheden zoals constructie-, montage- en laswerkzaamheden”, vertelt Harry Goren, productiemanager bij Winel. “En dat gaat heel goed. Menzo is hier na zijn stage ook aan het werk gegaan. In de tussentijd heeft hij zich ontwikkeld van iemand zonder zelfvertrouwen tot een vak man. Menzo staat er nu, hij wil alles wel doen en gaat goed om met collega’s. Intussen volgt hij ook nog een opleiding tot constructie bankwerker/lasser niveau 3. Als bedrijf kunnen we nog veel plezier aan hem beleven.”
Het Europees Sociaal Fonds investeert in jouw toekomst en is medefinancier van deze scholingsactiviteit
december 2010
Ouders van Roelof 19
Een succesvolle leerloopbaan
Een succesvolle leerloopbaan
Roelof van Echten College realiseert doorlopende leerlijn naar vervolgopleiding “Miljoen euro subsidie voor Hoogeveense Schakelpropedeuse”, zo kopten landelijke dagbladen in 2008. Twee jaar later heeft het Roelof van Echten College samen met het Alfa-college en Stenden hogeschool verschillende leerroutes ontwikkeld die de aansluiting tussen het voortgezet onderwijs en vervolgopleidingen verbetert. Dit gaat zelfs zo ver dat derdeklas leerlingen van het vmbo via een versnelde route naar het hbo kunnen – en dat in slechts 4 jaar tijd! Daarnaast kunnen leerlingen van de havo al in hun examenjaar studiepunten halen voor het eerste jaar van hun hbo-opleiding.
Mevrouw Zantingh, bedrijfseconoom en docent aan zowel het Alfa-college als het Roelof van Echten College, gaf in het schooljaar 2009-2010 voor het eerst de module Jong Ondernemen aan vijftien leerlingen uit de vierde klas van het vmbo. De module bereidt hen voor op het onderwijs zoals dat ook aangeboden wordt op het mbo. Op die manier stromen de scholieren eenvoudig door naar hun vervolgopleiding.
Deze bedrijven zijn een goede voorbereiding op het zelfstandig ondernemerschap. “Maar ook als je geen eigen bedrijf wilt starten, word je opgeleid tot een ondernemende werknemer die gemoti veerd aan de slag kan in het bedrijfsleven.”
Juiste beeldvorming
Voordat ze aan die module beginnen, volgen de leerlingen van de theoretische leerlijn in het derde jaar eerst het zogeheten Inter sectorale Programma (ISP). Het ISP laat scholieren kennismaken met zo veel mogelijk afdelingen en sectoren. Zo vormen ze zich een goed beeld van toekomstige beroepen en vervolgopleidingen en ontdekken ze waar hun interesses en kwaliteiten liggen.
Een goede ontwikkeling, vindt ook Zantingh. “Onjuiste beeld vorming is een van de grootste oorzaken van switchgedrag en uitval in het mbo. Eenmaal op het mbo blijkt een studie toch anders te zijn dan gedacht. Het gevolg is dat leerlingen wisselen van opleiding of zelfs uitvallen.”
Jong Ondernemen
In het vierde jaar kunnen leerlingen zich dan inschrijven voor de module Jong Ondernemen. Zantingh: “Daarbij starten de scholieren in groepjes hun eigen onderneming. Het doel is om een product naar keuze zo goed mogelijk in de markt te zetten. Iedere leer ling krijgt een taak- en functieomschrijving, vergelijkbaar met het bedrijfsleven. Zo is er een directeur, personeelsfunctionaris, boek houder, directiesecretaris, verkoper enzovoort.” Doel van de module is om de leerlingen een ondernemende houding te laten ontwikkelen en hen kennis te laten maken met de kansen en uitdagingen van het ondernemerschap. “We werken vanuit het principe ‘Learning by doing’. Dat is een manier van werken waarbij je meteen de theorie in de praktijk kunt toepassen. De leerlingen kunnen hier een jaar lang hun eigen bedrijf opzetten en runnen.”
20 Ouders van Roelof
december 2010
Dan analyseer je samen met de leerlingen waar het mis is gegaan en wat zij in de toekomst kunnen doen om dit te voorkomen. Zelf reflectie is een belangrijke vaardigheid in het beroepsonderwijs. Ook leerlingen met een failliet bedrijf kunnen de module met een voldoende afsluiten.” Een voldoende voor de module Jong Ondernemen geeft de leer lingen toegang tot het schakelprogramma op het Alfa-college: de opleiding Junior Account Manager. Deze nieuwe opleiding is gestart vanaf 2010-2011 en is een versnelde route naar het hbo. In twee jaar halen studenten hun niveau 4-diploma en hebben daarmee toegang tot alle hbo-studies. Via de Stenden hogeschool is het zelfs mogelijk om in dat tweede jaar al een groot aantal punten te halen voor de propedeuse. Een vergelijkbaar traject is overigens ook al ontwikkeld voor leerlingen met een studierichting ICT.
Leerlingen van de eindexamenklassen havo van het Roelof van Echten College hebben in november 2010 al een start gemaakt met hun hbo-opleiding. Daarvoor volgden zij de hbo-module ‘Mondelinge Communicatie.’ Een leerling die een 7,5 of hoger scoorde, verdiende daarmee de eerste drie studiepunten voor het propedeusejaar van het hbo.
Invulling project
Leerervaring Bij de module Jong Ondernemen staat de leerling centraal, bena drukt Zantingh. “Daarbij is het niet zozeer van belang dat het product aanslaat of de verkoopsresultaten goed zijn, maar dat de leerlingen zich als team en als ondernemer ontwikkelen. De leer ervaring is belangrijker dan het maken van winst. Het kan zelfs zo zijn dat een bedrijf failliet gaat. Maar dat betekent niet dat de module dan mislukt is. Ook een faillissement is leerzaam.
De module wordt afgesloten met een regulier schoolexamen. Indien een leerling een 7,5 of hoger heeft, krijgt hij/zij drie European Credits (EC’s). “Dat is vijf procent van het aantal studiepunten dat gehaald moet worden in het eerste jaar van het hbo. Maar minstens zo belangrijk is dat de drempel naar het hbo lager wordt en de kans op succes wordt vergroot.”
Studiepunten op de havo
“Dit is een unieke ontwikkeling”, vertelt Klaas Blanksma van de projectgroep Schakelpropedeuse op het Roelof van Echten College. “Nergens in Nederland kun je al op de havo een start maken met je hbo-opleiding. Vorig jaar boden we al wel een aantal hbo-projecten aan in de vierde klas havo, maar daar konden leerlingen geen studiepunten mee verdienen. Met deze module hebben ze straks niet alleen die drie studiepunten, maar zijn onze scholieren ook beter voorbereid op het vervolg van hun loopbaan.”
Zantingh: “Je wordt opgeleid tot een ondernemende werknemer”
Studiepunten
Het doel van de module ‘Mondelinge Communicatie’ is om te wer ken aan de mondelinge vaardigheden van de scholieren. Blanksma: “Ze leren bijvoorbeeld om te vergaderen en presentaties te houden. Het zijn vaardigheden die ze veelvuldig nodig zullen hebben op het hbo, ongeacht de opleiding die ze kiezen.”
Het project duurt zeven weken. Daarin krijgen leerlingen een deel theorie over mondelinge communicatie wat ze vervolgens in de praktijk moeten toepassen. Ze leren om vergaderingen voor te bereiden, om er actief aan deel te nemen en om discussies in goede banen te leiden in de rol van voorzitter. Daarnaast oefenen ze ook om hun standpunten te verdedigen op basis van goede argumenten. Ook leren de scholieren om een goede presentatie te geven, zowel met als zonder hulpmiddelen. Daarbij nemen ze onder meer een presentatie van één minuut op, bijvoorbeeld met hun mobieltje. Vervolgens krijgen ze feedback van hun klasgenoten. Hun voort gang houden ze bij in een portfolio. Deze manier van onderwijs komt overeen met de werkwijze in het hbo.
Eite Kolthoff, docent Nederlands. begeleidt leerlingen uit 5 havo tijdens
de hbo-module ‘Mondelinge communicatie’ in het kader van de Schakel propedeuse
De studiepunten worden in eerste instantie alleen erkend door opleidingen van de Stenden hogeschool. “Daarom is het voor leerlingen ook van belang dat ze hun resultaten bijhouden in hun portfolio”, legt Blanksma uit. “Zo kunnen ze straks ook op andere hbo-instellingen aantonen over welke vaardigheden ze beschikken. We verwachten dat ze ook daar vrijstelling voor bepaalde vakken kunnen krijgen.”
Meer informatie Meer weten over de mogelijkheden binnen de Schakelpropedeuse? Neem contact op met de mentor of decaan van uw zoon of dochter.
december 2010
Ouders van Roelof 21
Buiten de les
Buiten de les
De conciërge In gesprek met Geert Meijer Hij is een oude rot in het vak. In 1984 kwam hij als juniorconciërge in dienst van de Christelijke Technische School, tegenwoordig nog bekend als locatie Voltastraat van het Roelof van Echten College. Ruim 26 jaar later is hij nog steeds werkzaam op onze school, nu op locatie Griendtsveenweg. “Mijn werk blijft leuk, omdat geen dag hetzelfde is.”
Om die reden vind ik het bijvoorbeeld ook vervelend als een ouder zijn of haar kind vergeet af te melden. Op school maken we ons dan toch zorgen waar die leerling is.”
Heb je veel contact met leerlingen?
“Ik ben mijn sleutel kwijt, mijn band is lek, ik ben te laat, ik ben uit de les gestuurd, ik wil graag geld wisselen. Allemaal voor beelden, waardoor je veel contact hebt met leerlingen. Je bent vaak het eerste aanspreekpunt.”
Is dat ook het leuke aan je werk? 26 jaar in dienst, begint je baan nog niet te vervelen? “Nee hoor, helemaal niet zelfs. Het leuke aan mijn werk is juist dat je nooit weet wat de dag je brengt.”
Kun je een werkdag voor ons omschrijven?
“De dag begint rond 7.30 uur met het opstarten van het school gebouw. De deuren openen, de lichten aan, de apparaten opstarten enzovoort. Om 8 uur melden de eerste leerlingen zich die te laat zijn geweest. Dan komen ook de eerste telefoontjes binnen van ouders die hun kind afmelden om wat voor reden dan ook. Vervol gens gaat de bel en daarna hebben we weer de eerste telaatkomers. In de pauzes houden we toezicht en daarna moet de boel natuurlijk weer opgeruimd worden. Ook houd ik me bijvoorbeeld bezig met het maken van de roosters voor conciërges en de schoonmaak op de locatie. En verder natuurlijk alle huis-, tuin- en keukendingen.”
Is de registratie van afwezige leerlingen jouw verantwoordelijkheid?
“Als er geen conciërge zou zijn, gaat het ’s ochtends meteen mis: dan staat iedereen voor een dichte deur”
22 Ouders van Roelof
december 2010
“Ja, samen met onze telefoniste die alle telefonische meldingen goed registreert. Daarnaast ga ik iedere dag tijdens het eerste, derde en zesde lesuur langs alle lokalen om de briefjes bij docenten op te halen waarop staat welke leerlingen afwezig zijn. Van iedere afwezige controleer ik vervolgens of duidelijk is waarom een leer ling er niet is. Bij onduidelijkheid of twijfel neem ik contact op met de ouders.”
Dat klinkt heel streng
“Onze leerlingen zijn leerplichtig, dus ten eerste zijn we volgens de wet verplicht om verzuim goed te registreren. Daarnaast is het ook voor de leerlingen belangrijk om te weten dat ze niet zomaar weg kunnen blijven wanneer het hun uitkomt. Als school is het onze taak om ze dat verantwoordelijkheidsgevoel bij te brengen. Daar naast wil ik voor mijn eigen gemoedsrust gewoon weten waar een leerling is, zodat we zeker weten dat er niets aan de hand is.
“Dat vind ik wel. Los van de dagelijkse werkzaamheden weet je nooit wat de dag je brengt. Het zijn vaak dingen die zich niet van tevoren aankondigen. Daarnaast is het fascinerend om het verschil te zien tussen hoe leerlingen bij ons binnen komen en onze school verlaten. De eerste week zijn het vaak nog echte basisschoolkinderen en vier jaar later zijn het jongvolwassenen, die vaak precies weten wat ze willen. Een mooi proces, als onderwijs hebben we een dankbare taak.”
Is er veel veranderd in die 26 jaar?
“Ja en nee. Ik vind bijvoorbeeld niet dat jon geren erg veranderd zijn. Ze zijn misschien iets mondiger en hebben nu mobieltjes, maar verder merk ik er in de omgang niet zo veel van. We hebben als school natuurlijk wel veel veranderingen meegemaakt. Het is wel leuk om te zien dat sommige oude situaties nu weer terugkomen.”
Geef eens een voorbeeld
“In 1988 zat het mbo bijvoorbeeld bij ons in. We hadden toen ook een verpleegsters opleiding en een opleiding voor tandartsen doktersassistenten. Dat komt niet weer in die vorm terug, maar je ziet wel dat we steeds nadrukkelijker samenwerken met vervolgopleidingen en bedrijfsleven.”
Wat vind je daarvan? “Ik denk dat het een goede ontwikkeling is. Leerlingen trekken zich onderling toch aan elkaar op. Ik kan me voorstellen dat een leerling op het voortgezet onderwijs zich soms moeilijk kan voorstellen waar hij het allemaal voor doet. Door samen te werken met vervolgopleidingen en het bedrijfsleven laat je ze zelf ervaren wat een bepaald beroep of vak inhoudt. Dat kan alleen maar stimulerend werken. Daarnaast staan we als school midden in de samen leving. Contact met onze omgeving is dus erg belangrijk.”
Hoe kijk je in dat licht aan tegen de nieuwbouwplannen van de school?
“Met een dubbel gevoel. Als we bijvoor beeld naar een locatie als de Voltastraat kijken, dan moeten we toch concluderen dat we echt aan nieuwbouw toe zijn. Dat gebouw past niet meer bij wat we als school aan kwaliteit te bieden hebben. Aan de andere kant ben ik ook wel verknocht aan bijvoorbeeld het gebouw aan de Griendts veenweg. Ik loop hier al zo lang rond en voor die tijd was het een heel vooruit strevend gebouw.”
Tot slot: wat is een school zonder conciërges?
Geert Meijer nader belicht Geert Meijer wordt in 1960 geboren en groeit op in Westerbork. In 1976 verhuist hij naar Hoogeveen, waar hij zijn diploma haalt voor elektromonteur aan de christelijke LTS, de school waar hij later werkzaam zal zijn. Hij begint zijn werkzame carrière bij een installatiebedrijf. Na een faillissement van dat bedrijf stapt hij over naar Motel Hoogeveen, waar hij onderhoudsmonteur wordt van de bowlingbanen. Op zijn eenentwintigste vindt hij het tijd voor iets anders en treedt hij in dienst als nachtportier voor datzelfde Motel Hoogeveen. Ruim twee jaar later wordt hij junior conciërge op zijn oude school aan de Voltastraat in Hoogeveen. Anno 2010 is hij nog steeds in dienst van het Roelof van Echten College. Naast zijn werkzaamheden als conciërge, vertegenwoordigt hij ook het onderwijsondersteunend personeel in de Medezeggenschapsraad (MR). In zijn vrije tijd neemt hij graag plaats achter het (kerk)orgel.
“Haha, leuke vraag. De conciërges zorgen ervoor dat de school draait. Ik zeg altijd: alles wat geen naam mag hebben, daar houden wij ons mee bezig. Het zijn vaak kleine dingen waar niemand bij stil staat. Een voorbeeld: als er geen conciërge zou zijn, dan gaat het meteen ’s ochtends al mis. Dan staan docenten en leerlingen namelijk voor een dichte deur.”
december 2010
Ouders van Roelof 23
Over elkaar
Over elkaar
Marten ‘Gelukkig word ik steeds sneller en mijn vader steeds slomer’ Marten van de Haar (15) Klas 3H2 Weet nog niet precies wat hij later wil worden
“Mijn vader heeft al vanaf mijn kinderjaren avontuurlijke dingen met mij gedaan. Zijn motto was altijd: ‘Vaak ben je te bang’. Op die manier heb ik dus al heel wat mee gemaakt. Dan gingen we bijvoorbeeld sleeën van heel hoge bulten en naar zandbergen om daar allerlei capriolen uit te halen. Toen ik zes was, ging ik met mijn pa, zus, een nicht en een vriend van me naar Hoogeveen om daar van een hoge glijbaan af te glijden. Eerst ging het wel, maar na twintig minuten kwam ik bij mijn pa en zei: ‘Pap, mijn been doet pijn’. Pa keek ernaar en toen zat er een grote wond met een stuk glas in mijn been. Dus toen was de pret voorbij en moest ik naar de dokter om de wond te laten hechten. Het leuke aan mijn vader is, dat hij me nooit echt veel straf heeft gegeven als ik dingen deed die niet mochten. Ik heb nooit criminele dingen gedaan, maar ik bedoel bijvoorbeeld de keer dat ik bij een flat wat bewoners uitdaagde (ik was 14), om vervolgens heel hard weg te rennen. Gewoon een beetje kattenkwaad uithalen. Toen mijn vader daar achterkwam, dacht ik: ‘Oh nee hè, nu zijn de rapen gaar!’. Gelukkig viel dat mee en dat heeft ertoe geleid dat ik niet allemaal criminele dingen doe. Af en toe wordt mijn vader wel boos, vooral als ik de poep van onze hond niet wil opruimen. Gelukkig heeft dat beest nu geleerd dat hij dat in het weiland moet doen. Laatst was ik wel een keer chagrijnig, omdat ik mee moest naar de winkel. Ik liep daar flink over te zeuren. Mijn vader was daar al boos over, maar toen ik uit frustratie zo hard tegen onze boksbal sloeg, dat hij van zijn schroef viel, waren de rapen écht gaar. Hij dacht dat ik hem kapot had gemaakt en kwam snel achter me aan om me een ‘schop onder mijn kont te geven’. Gelukkig word ik steeds sneller en mijn pa steeds slomer. Na een paar rondjes om de boom gerend te hebben, gaf hij het op en ik had dus geluk. Later konden we er gelukkig weer om lachen.”
24 Ouders van Roelof
december 2010
Jan ‘Ik vraag me weleens af wie er wordt opgevoed: de ouders of de kinderen’ “In Marten zie ik heel veel dingen van mijzelf terug, maar toch is het een compleet ander mens. Een mooie kerel met veel talenten, capaciteiten en energie in overvloed. Hij is goed op weg om een man te worden.
Jan van de Haar (51) Vader van Marten en ook van Jacco (25), Eefke (16) en Tessa (10)
Het is soms wel beangstigend om te beseffen welke invloed je hebt als ouder op het leven van je kinderen. Ik vraag me eerlijk gezegd ook weleens af wie er opgevoed worden: de ouders of de kinderen. Ik heb veel dingen met Marten ondernomen, vooral omdat ik er zelf nog de meeste lol in had. Dat waren over het algemeen buiten activiteiten, zoals mountainbiken, wandelen of lekker struinen door het bos met de hond. Hoe het komt weet ik niet, maar in de loop der tijd zijn die dingen wel minder geworden. Ook wel logisch denk ik: Marten heeft nu zijn eigen dingen, zoals zijn huiswerk en voetbal. Kinderen worden ook snel groot. Te snel, als je het mij vraagt. Het mooie aan Marten is, dat wanneer hij een doel voor ogen heeft, hij er ook honderd procent voor gaat. Al duurt het ene doel wel wat langer dan het andere. En hij is enorm actief en avontuurlijk ingesteld. Hij doet aan skateboarden, éénwieleren, jongleren met balletjes en kegels, met kleine fietsjes over een springschansje, op straat spelen met de jochies hier uit de buurt, taekwondo, voetbal, BMX’en en werken op de boerderij. De lijst is echt eindeloos. En dan heb ik het nog niet eens over de dingen die ik eigenlijk niet zou moeten weten: vanaf een viaduct in het kanaal springen, met zaklampen onder de kruipruimte van een school en bij een bedrijf over een hek klimmen, om vervolgens weer weggejaagd te worden. Er is vast heel veel dat ik nog niet weet. Ondanks dit avontuur en het feit dat hij soms de grenzen opzoekt, is Marten op een bepaalde manier wel een bruggenbouwer en iemand die initiatief neemt. Marten vertelt enorm veel over wat er gebeurd is en daarbij kan hij ook situaties en mensen, maar ook zichzelf, analyseren. Ook kan hij kwaad worden om dingen die onrechtvaardig zijn. We beleven met zijn allen veel plezier aan zijn verhalen en de imitaties van de mensen waarmee hij omgaat.”
december 2010
Ouders van Roelof 25
Hoe was het op school?
Hoe was het op school?
Melanie & Bianca
“We beginnen de dag met ochtendgymnastiek. Als we nog niet wakker waren, dan worden we dat wel van de eerste twee uur LO. Twee uur lang ringzwaaien, unihockey en badmintonnen. Daarna lekker uitrusten in de les.”
“Even naar het kluisje om de gymkleren om te ruilen voor de schoolboeken. Daarna op naar scheikunde…”
“In de pauze even ontspannen en bijkletsen. En natuurlijk… grapjes maken over de leraren.”
Vriendinnen en klasgenoten Melanie en Bianca laten zien wat ze meemaken tijdens een dag op het Roelof van Echten College. Ze zitten in klas 4 mavo en hebben allebei een passie voor fotografie. Komt dat even goed uit voor de redactie…
26 Ouders van Roelof
december 2010
“De dag eindigt natuurlijk met samen huiswerk maken voor Nederlands. Goed voorbereiden op de volgende toetsweek, pfff.”
“Daarna samen de mediatheek in om een script te schrijven voor een toneelstuk bij CKV.”
december 2010
Ouders van Roelof 27
Toen/nu
Echt waar: stelling
“Ik zat vroeger op het Menso Alting College (MAC) en deed daar havo/vwo. Het was een gezellige tijd, we hadden veel plezier en haalden ook wel wat kattenkwaad uit. Mijn favoriete vakken waren tekenen en handenarbeid. Wij hadden in die tijd minder huiswerk dan de leerlingen van nu. Ik heb het idee dat er nu veel dieper op de lesstof wordt ingegaan. Met het vak Frans had ik niks. Dit kwam vooral omdat ik geen goede band had met de leerkracht. Zij had zo haar eigen regels, die ik niet altijd eerlijk vond. Tegenwoordig zijn de regels wel wat strenger. Soms denk ik dat het best wat soepeler kan. Dan krijg je ook meer respect van de leerlingen. Na het MAC heb ik een toeristische opleiding gedaan en heb ik vier jaar gewerkt voor OAD. Daarna heb ik tien jaar niet gewerkt om voor de kinderen te zorgen. Nu heb ik een baan als verkoopster in een schoenenwinkel. Gelukkig heb ik vakken als Engels en Duits gehad, erg handig als je toeristische klanten helpt. Het laat ook zien dat begeleiding bij je beroepskeuze dus heel belangrijk is.”
toen /nu
Anita Bronswijk Moeder van Sharon over haar schooltijd (1980-1985)
Sharon Bronswijk (12 jaar) over haar eerste jaar op het Roelof van Echten
“Na het bekijken van scholen heb ik de keus gemaakt voor vmbo-TL op Park Dwingeland. Het is een gezellige school en we hebben een leuke klas met veel gezellige leerlingen. De leukste vakken vind ik tekenen en techniek. Met Frans, aardrijkskunde, geschiedenis en Duits maak je mij niet zo blij. Maar de leerkrachten zijn wel aardig hoor. Als ik hoor hoe het vroeger op school was, denk ik dat de regels van school wel goed zijn. Wat ik wel vervelend vind, zijn de tussenuren. Het is niet leuk als er lessen uitvallen. Ik zit namelijk in het eerste jaar dus wij moeten op school wachten tot de volgende les begint. Wat ik hierna ga doen, weet ik nog niet. Iets in de mode lijkt me wel leuk, of iets met dansen. Ik zit op Streetdance. Als ik daarmee geld kan verdienen, zou dat wel heel leuk zijn.”
28 Ouders van Roelof
december 2010
Jacqueline Koster (ouder en lid Ouderplatform)
Marion Loos (ouder en lid van de MR):
“Het voortgezet onderwijs is niet te vergelijken met het basisonderwijs. Het is groter en dus is het logisch dat de betrokkenheid van ouders minder groot is. Toch kun je als school wel zorgen dat ouders op de hoogte blijven van wat er op school gebeurt. We zouden bijvoorbeeld geïnformeerd moeten worden als een bepaald vak langer dan twee weken niet aangeboden wordt. Voor mijn gevoel gebeurt dit nu alleen als er te veel klachten komen. Ook zouden ouders meer betrokken moeten worden bij de zorg voor hun kinde ren, bijvoorbeeld als het gaat om faciliteiten voor dyslexie. Als een leerling niet voldoet aan de regels van school weten ze ouders ook te vinden, dus waarom zoeken ze ouders niet op als een leerling moeite heeft met lessen of andere zaken.”
“Het is goed dat het RvEC zich steeds meer profileert. Niet alleen naar (toekomstige) leerlingen, maar juist ook richting ouders. Ik heb ervoor gekozen om deel uit te maken van de oudergeleding van de MR (Park Dwingeland). De MR denkt actief mee en oefent invloed uit op het beleid van de direc tie. De MR heeft algemene en bijzondere bevoegdheden. Als lid van de oudergeleding kan ik namens de ouders direct invloed uitoefenen door het instemmingsrecht en advies recht ten aanzien van een voorgenomen directiebesluit. Denk bijvoorbeeld aan de borgstelling voor de school boeken. Een gezonde controle en toezicht, ook door ouders, is voor zowel de directie, de docenten als de leerlingen een goede zaak en geeft een stuk betrokkenheid aan.”
De stelling: “Ouders moeten veel meer betrokken worden bij de activiteiten op school” Roland Baas (sectordirecteur vmbo): “Ja, de ouders kunnen veel nadrukkelijker betrokken wor den bij de school. Nee, de ouders hoeven niet nadrukkelijker betrokken te worden bij de gang van zaken op school. Met deze “ja/nee zinnen” wil ik de stelling nuanceren. VOscholen worden nog vaak gezien als gesloten bolwerken. Onze school wil een schakel zijn in de maatschappelijke keten en dat legitimeert openheid naar en inbreng van schoolrelaties: ouders, bedrijfsleven, andere scholen, maat schappelijke organisaties, enzovoorts. Laten we de deur vooral openzetten, maar laat ieder zich ook bewust zijn van zijn rol als relatie. De gang van zaken op school wordt in belangrijke mate bepaald door de medewerkers, maar kan/moet natuurlijk beïnvloed worden door andere betrok kenen. Als school hebben we de taak om die gelegenheid te bieden. En eerlijk gezegd zou dat meer kunnen dan we tot nu toe doen. Daarom stel ik voor om bij ingrijpende beslui ten het POL(der)-model te hanteren: eerst raadpleging van Personeel, Ouders en Leerlingen.”
Jolanda Plieger-Hummel (ouder en lid van de MR): “Ik ben het niet eens met de stelling, omdat je als ouder(s) zelf ook stappen kunt ondernemen om meer betrokken te zijn bij de gang van zaken op school. Dat is voor mij één van de redenen geweest om in de oudergeleding van de MR plaats te nemen. Bovendien kan je vanuit de MR echt iets betekenen voor de kinderen en de school. Je hebt de bevoegdheid om mee te beslissen over heel belangrijke zaken. Maar ook als je niet in de MR zit, kun je actief zijn als ouder. Praat met leerkrachten van je kind(eren), zorg dat je hen kent, en niet alleen maar van naam. Als ouder moet je niet op je stoel gaan zitten afwachten, maar actief betrokken zijn bij het leven van je kind, dus ook bij het schoolleven, daar ben je mijns inziens ouder(s) voor.” De nieuwe stelling: “De school zou betaling van de vrijwillige ouderbijdrage verplicht moeten stellen” Reageren? Mail naar
[email protected]
december 2010
Ouders van Roelof 29
Nieuwbouw
Nieuwbouw
Nieuwbouw Roelof van Echten College wordt zichtbaar Vmbo-leerlingen voertuigentechniek verhuizen in januari 2011 naar hun gloed nieuwe opleidingscentrum voor (motor)voertuigentechniek, transport & logistiek bij Kreeft Opleidingen. Leerlingen van het leerwegondersteunend onderwijs hebben al hun intrek genomen in de tijdelijke huisvesting aan de Griendtsveenweg. Waar er voorheen achter de schermen hard werd gewerkt aan de nieuwbouwplannen van het Roelof van Echten College, worden nu de resultaten zichtbaar. Binnen vier jaar worden de huidige zes locaties verlaten en maken ze plaats voor twee nieuwe, moderne schoolgebouwen aan de Voltastraat en in het Bentinckspark. In deze eerste editie van Ouders van Roelof praten we u bij. We zetten voor u op een rijtje wat we precies willen, waarom dat nodig is en hoe lang het allemaal nog gaat duren. “Wij willen goed onderwijs bieden in een inspirerende omgeving die aansluit bij de belevingswereld van onze leerlingen” zegt Albert Weishaupt, directeur/bestuurder van het Roelof van Echten College. “Met de kwaliteit van ons onderwijs zit het wel goed, al blijven we ook op dat gebied continu zoeken naar nieuwe mogelijk heden. Maar bij goed onderwijs hoort ook een inspirerend gebouw. Een school die leerlingen prikkelt en motiveert om zich in te zetten voor hun toekomst. Met de nieuw bouwlocaties kunnen we onze leerlingen straks de faciliteiten bieden die ze nodig hebben bij hun ontwikkeling en die ons onderwijsaanbod verder versterken.”
Voltastraat
De nieuwe school voor het praktijk onderwijs, vmbo en leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) komt aan de Voltastraat, op dezelfde plek waar ook het huidige gebouw staat. “Het nieuwe gebouw wordt een moderne leeromgeving die aansluit bij de wensen van onze leerlingen”, legt Weishaupt uit. “Daarbij houden we natuur lijk rekening met de verschillen in onder wijssoorten. De kracht van ons praktijk onderwijs is bijvoorbeeld het kleinschalige karakter. Dat willen we behouden. In het ontwerp van een gebouw zijn daar allerlei mogelijkheden voor. Op dezelfde manier zullen we ook voor het vmbo en lwoo zor gen dat het gebouw voldoet aan de wensen en eisen van die leerlingen en docenten.
30 Ouders van Roelof
december 2010
Het resultaat zal zijn dat iedere leerling straks naar een school gaat die de facili teiten in huis heeft die aansluiten bij zijn of haar ontwikkeling. Maar vooral ook een school waarin ieder kind zich thuis en veilig voelt.”
De nieuwe school aan de Voltastraat zal in de zomer van 2014 in gebruik genomen worden. Voordat begonnen kan worden met de nieuwbouw, zal de huidige locatie aan de Voltastraat wel eerst leeggemaakt moeten worden. Leerlingen van het lwoo2 verhuis den daarom na de zomervakantie van de Voltastraat naar de tijdelijke huisvesting aan de Griendtsveenweg.
Daarnaast zijn ook de theorievakken van de vmbo-afdeling Techniek inmiddels verhuisd naar de Griendtsveenweg. Hierdoor worden op dit moment alleen de praktijklokalen van de locatie Voltastraat nog gebruikt.
Beroepspraktijk in huis
Alfa-college
“Maar ook daar komt snel een einde aan”, vertelt Weishaupt. “In januari 2011 verhuizen de vmbo-leerlingen voertuigen techniek al naar het nieuwe opleidings centrum voor (motor)voertuigentechniek, transport en logistiek, dat tot stand is gekomen in samenwerking met het Alfacollege en Kreeft Opleidingen. Hier worden leerlingen en studenten opgeleid tot vak mensen en specialisten voor de transporten mobiliteitsbranche.”
Naast de bouw van de nieuwe school aan de Voltastraat, wordt een aantal praktijklokalen voor het vmbo ondergebracht bij het naastgelegen Alfa-college. Dat brengt belangrijke voordelen met zich mee. Beide scholen maken op deze manier gebruik van elkaars moderne faciliteiten. Weishaupt: “Waarom twee keer een lokaal bouwen als leerlingen een paar meter verderop dezelfde mogelijk heden hebben?” Nog belangrijker is dat de scholen in staat zijn om hun opleidingen en lesstof op elkaar af te stemmen en leerlingen al vroeg kennis laten maken met vervolgopleidingen. Scholieren ontdekken zo al snel waar hun interesses en kwaliteiten liggen. “Daardoor kunnen ze weloverwogen een keuze maken voor een vervolgopleiding. En als ze dan eenmaal de overstap maken, is de drempel veel minder hoog. Ze zijn namelijk al vaker op die school geweest en hebben de kennis en vaardigheden die daar van ze wordt gevraagd.” Naar verwachting zullen de eerste praktijklokalen op het Alfa-college in de zomer van 2011 klaar zijn.
Bentinckspark
Het nieuwe opleidingscentrum
Tijdens de officiële opening van de tijdelijke huis vesting werd een muur van verhuisdozen, met
een afbeelding van het oude lwoo2-gebouw erop, symbolisch gesloopt
Leerlingen oefenen hier niet meer op de auto van de leraar, maar werken met moderne gereedschappen, apparatuur en voertuigen. Daardoor zijn we in staat om technische ontwikkelingen snel in huis te halen en ons onderwijs daarop af te stemmen. “En dat is nou precies wat we willen”, zegt Weishaupt. “In het opleidingscentrum komen goed onderwijs en expertise vanuit de beroepspraktijk samen. Het resultaat is dat we jongeren opleiden die moeiteloos doorstromen naar een vervolgopleiding op het mbo of hbo en daarna naar een baan binnen de mobiliteitsbranche. Dat doorstro men wordt eenvoudiger, omdat ze over de kennis en vaardigheden beschikken die gevraagd wordt in het vervolg van hun loopbaan. Pas dan hebben wij als school ons doel bereikt en kunnen we spre ken van een succesvolle leerloopbaan.”
In het nieuwe opleidingscentrum komen vmbo, mbo en bedrijfsleven onder één dak en wordt de beroepspraktijk dus letterlijk in huis gehaald. Scholieren beschikken er onder meer over twee grote werkplaatsen, een eigen APK-straat voor vrachtwagens en een vermogentestbank.
De andere nieuwbouwlocatie wordt in het Bentinckspark gerea liseerd. Deze school komt er voor de ongeveer duizend leerlingen van mavo, havo en vwo. Op deze locatie wordt veel aandacht besteed aan talentontwikkeling van de leerling. Zo kunnen scholie ren al in de brugklas kiezen voor een leerstroom die past bij hun interesses en kwaliteiten, zoals sport, techniek en kunst. Daarnaast is er ook een reguliere stroom en kunnen leerlingen vanaf de brugklas naar het gymnasium. Op deze manier volgen leerlingen onderwijs dat aansluit bij hun belevingswereld, waardoor ze extra gemotiveerd worden voor hun schoolwerk.
“Ook de bouw van deze school sluit aan bij de ambities van onze school”, licht Weishaupt toe. “We willen leerlingen het onderwijs bieden dat bij hen past. Dat zie je onder andere terug in het aan bod van de leerstromen, maar het is nog niet terug te zien in ons gebouw. De nieuwe school wordt dan ook een moderne en inspire rende leeromgeving met de faciliteiten die leerlingen nodig hebben om hun talenten optimaal te ontwikkelen.” Bouwen in het Bentinckspark sluit tegelijkertijd aan bij de plannen die de gemeente Hoogeveen heeft om de sportfaciliteiten in het gebied een flinke kwaliteitsimpuls te geven. Weishaupt: “Het resul taat wordt dat onze school straks topsporthallen en sportvelden in de ‘achtertuin’ heeft. Daar geniet straks iedere leerling van, maar speciaal voor de kinderen met een passie voor sport is dat natuur lijk een fantastisch vooruitzicht.”
Architect Het Roelof van Echten College heeft archi tectenbureau RAU uit Amsterdam geselec teerd om de nieuwe school te ontwerpen. RAU is een toon aangevend bureau dat vaker heeft gewerkt voor onderwijsinstellingen als de Rijksuniversiteit Groningen en scholengemeenschap Piter Jelles in Leeuwarden. Daarnaast is het bureau bekend van het Christiaan Huygens College in Eindhoven, de eerste CO2-neutrale school van Nederland. Ook het nieuwe gebouw van het Wereld Natuur Fonds in Zeist is van de hand van RAU. Het bureau ontving hiervoor destijds een internationale prijs. De architect zal begin 2011 starten met de ontwerpfase. Uiteinde lijk moet de nieuwe school dan in de zomer van 2013 in gebruik genomen gaan worden. NB De impressies op deze pagina zijn slechts voorbeeldprojecten van
architect RAU. De ontwerpfase voor het nieuwe gebouw van het Roelof van Echten College zal begin 2011 starten.
december 2010
Ouders van Roelof 31
Gedicht
Informatie
Het feest van Kerst en Nieuwjaar
Ouderplatform
Waar gezelligheid en samenzijn wordt gedeeld En degenen worden gemist die er niet (meer) zijn
Van onze overpeinzingen van het afgelopen jaar En van goede bedoelingen voor de toekomst
Van de zekerheid van wat is geweest En de onzekerheid van wat komen gaat Van korte dagen en lange duisternis Verdreven door kaarslicht en stralende sterren
Van het zingen en preken over Vrede en Liefde En de geboorte van Jezus het Licht in onze wereld Van hoop op sneeuw op het dennengroen En op vele kaarten van vergeten vrienden
Van nietsontziende drukte en verdiende rust Kerstliedjes en knallend vuurwerk
Een feest waar je vaak immens naar verlangt En weer blij bent als het voorbij is Maar ook van het wensen van een prettige Kerst En een gelukkig Nieuwjaar
Henk Nijmeijer Roelof van Echten College
Informatie Agenda
Wij zijn de ouders van Roelof!
In de agenda hiernaast een greep uit de activiteiten op de verschillende locaties van het Roelof van Echten College voor de komende weken. Te zijner tijd ontvangt u aanvullende informatie. Houd ook onze website www.rvec.nl in de gaten.
Het Roelof van Echten College wil ouders graag betrekken bij de gang van zaken op school. Naast een oudergeleding in de MR heeft het Roelof van Echten College daarom ook een Ouderplatform: een klankbord tussen ouders en schoolleiding.
Het Ouderplatform bestaat uit enthousiaste ouders die zich inzetten voor een goed (communicatie)beleid op de school. Eens per maand komen zij bij elkaar om te praten over zaken die van belang zijn voor alle ouders van het Roelof van Echten College. Voorbeelden daarvan zijn de schoolkosten, de vrijwillige ouderbijdrage en maatschappelijke zaken als gedragsregels en het alcohol- en drugsbeleid op school. Maar het platform praat ook over dingen die weleens misgaan in de communicatie tussen ouders en de school.
Ouders gezocht
Om het platform zo goed mogelijk te laten functioneren, is het belangrijk dat er van alle locaties en leerstromen ouders vertegenwoordigd zijn. Daarom is het Ouderplatform altijd op zoek naar enthousiaste ouders die zich in willen zetten voor het platform. Voor meer informatie over deelname aan het Ouderplatform of voor reacties, tips en problemen: mail naar
[email protected]
Uitnodiging
Werk mee aan de volgende ‘Ouders van Roelof’ De redactie van ‘Ouders van Roelof’ is op zoek naar ouders die het leuk vinden om mee te werken aan een volgende uitgave van dit magazine. Dus hebt u brandende vragen of onder werpen die u graag eens belicht wilt zien, twijfel dan niet en geef u op!
‘Ouders van Roelof’ is een blad vóór ouders, maar vooral dóór ouders. Het blad komt tot stand met behulp van een redactie die bestaat uit ouders van het Roelof van Echten College. Op deze manier proberen we de inhoud zo veel mogelijk af te stemmen op wat onze ouders willen weten. Maar daar hebben we uw ervaring bij nodig.
Wat moet u doen?
Als redactielid denkt u mee over de inhoud van een magazine. Vervolgens mag u zelf op pad met pen, papier en camera om een bijdrage te leveren aan het blad. Daarvoor hoeft u geen ervaring te hebben met het afnemen van interviews, schrijven van artikelen of het maken van foto’s. U wordt ondersteund door een medewerker com municatie van de school. Heeft u interesse of wilt u meer weten? Stuur een mail naar
[email protected]
32 Ouders van Roelof
december 2010
Wat vindt u van ‘Ouders van Roelof’ Als redactie zijn we razend nieuws gierig wat u vindt van het nieuwe ouderblad ‘Ouders van Roelof’. Heeft u op- of aanmerkingen, ideeën, suggesties en tips voor een volgend nummer? Laat het ons weten door een mail te sturen naar
[email protected]
Way Out 2011
Ouders en leerlingen leren veilig uitgaan Op 14 maart aanstaande worden ouders en leerlingen van het Roelof van Echten College weer uitgenodigd voor Way Out. Dit is een jaarlijks terugkerend project, waarin alle leerlingen en ouders uit het derde leerjaar van het Roelof van Echten College workshops volgen met als thema ‘veilig uitgaan’.
De leerlingen volgen op school een aantal mentorlessen en sluiten het project af met een excursieavond met verschillende workshops. Way Out komt tot stand in nauwe samenwerking met onder meer politie, brandweer, Koninklijke Horeca Nederland en Verslavingszorg Noord-Nederland (VNN).
Ook de ouders worden bij het project betrokken. Tijdens de excursieavond volgen zij een workshop van Verslavingszorg Noord-Nederland en doen ze mee aan een forum. Daar wordt gediscussieerd aan de hand van een aantal prikkelende stellingen over uitgaan. Tijdens deze avond krijgen zij ook tips en handvatten aangereikt om het alcoholgebruik van hun kind bespreekbaar te maken.
Tips
Way Out blijkt elk jaar een groot succes, weet ook Karen van Eck, docent praktijk onderwijs, die namens het Roelof van Echten College in de organisatie zit. “Zowel ouders als leerlingen reageren enthousiast. Ouders vinden het prettig om eens kennis te maken met de uitgaansgelegenheden waar hun kinderen eventueel mee in aan raking komen. Ook geven ze aan dat ze het prettig vinden om tips te krijgen over een onderwerp wat thuis toch de nodige dis cussies kan opleveren.” Ouders van derderklas sers ontvangen binnen kort een brief waarmee ze zich kunnen aanmelden voor de avond.
Workshopavond voor ouders en leerlingen in het Hoogeveense uitgaansleven
Agenda Algemeen • 24 januari 2011: bijeenkomst Ouderplatform • 10 februari 2011: eerste open avond RvEC • 14 februari 2011: tweede open avond RvEC • 14 februari 2011: kunstcarrousel klas 3 • 21-25 februari 2011: voorjaarsvakantie • 11/12 maart 2011: feestelijke opening opleidings centrum voertuigentechniek, transport & logistiek
Praktijkonderwijs
• 12 januari 2011: afscheid schoolverlaters (uitstroom tussen augustus en december 2010) • 17 januari 2011: voorstelling de Tamboer voor leerjaar 2 (11.00 uur)
Vmbo/lwoo
• 18 januari 2011: indoor sportdag leerjaar 1/groep 1 lwoo • 27 januari 2011: indoor sportdag leerjaar 2/groep 2 & 3 lwoo • 2 februari 2011: indoor sportdag leerjaar 3/groep 4 lwoo • 7 februari 2011: indoor sportdag leerjaar 4/groep 5 lwoo • 17 februari 2011: ouderavond groep 3 lwoo • 17 februari 2011: ouderavond klas 2 Park Dwingeland
Mavo/havo/vwo
• 5 januari 2011: ouderavond brugklas gymnasium • 5 januari 2011: Dotato • 10-19 januari 2011: tentamenweek bovenbouw • 24 januari 2011: basketbaltoernooi brugklassen • 24-28 januari: Cito kijk- en luistertoetsen mavo, havo & vwo
december 2010
Ouders van Roelof 33
Nieuws
Kerstmarkt 2010 Vrijdag 10 december was locatie Nicolaas Beetsstraat weer helemaal in de kerstsferen voor de jaarlijkse kerstmarkt. De opbrengst gaat ook dit jaar naar een goed doel: Stichting KiKa, kinderkankervrij. De kerstmarkt is een jaarlijks terugkerend evenement voor het praktijk onderwijs. In en om de school is sfeervolle verlichting aangebracht en de koude handen worden gewarmd rondom de vuurkorf. Ook dit jaar waren de bezoekers weer massaal aan wezig om hun hart op te halen aan oliebollen, warme chocolademelk, snert en live muziek. “De markt wordt geheel verzorgd door leerlingen van het praktijkonderwijs”, zegt leer kracht Tjits van der Veen. “Zij hebben de afgelopen weken hard gewerkt om allerlei kerst artikelen te maken, zoals bloemstukken, kerstkransen, wenskaarten en nog veel meer. De spullen werden weer goed verkocht. De leerlingen mogen trots zijn op zichzelf.”
Voor KiKa
De opbrengst van de markt gaat naar Stichting KiKa, een organisatie die zich inzet voor kinderen met kanker. Ze investeren in onderzoek waarmee gespecialiseerde centra in Nederland versneld therapieën beschik baar willen maken voor een betere behande ling en genezing van kinderkanker. Minder pijn en strijd en meer genezing en kwaliteit.
Taboe
Van der Veen: “Wij zijn ervan overtuigd dat het praten over kanker goed is voor onze leerlingen en voor de leerkrachten. In de week voor de kerstmarkt hebben we daar veel aandacht aan besteed. We hopen dat we het taboe dat nog steeds om kanker heen hangt, kunnen doorbreken. We waren daarom blij dat er weer zo veel bezoekers op de markt afkwamen. Binnenkort maken we bekend hoeveel geld we hebben opgehaald voor KiKa.”
Leerling wint ontwerpwedstrijd cadeaupapier Anne Hilde Blanken uit klas 1B5 van locatie Julianastraat heeft de ontwerpwedstrijd voor cadeaupapier gewonnen die uitgeschreven was in het kader van de Hoogeveense Open Bedrijvendag. Producent Hoomark zorgt ervoor dat haar ontwerp ook daadwerkelijk in de winkel komt te liggen. “We mochten meedoen aan de wedstrijd onder het vak tekenen”, vertel Anne Hilde. “We mochten een patroon ontwerpen en dat vervolgens op papier schilderen. Mijn patroon bestond uit allemaal pumps. Dat idee had ik samen met een vriendin bedacht toen we door een tijd schrift bladerden.”
Anne Hilde had nooit verwacht dat ze zou winnen. “Maar ik vind het wel leuk dat Hoomark mijn ontwerp nu ook echt gaat maken. Binnenkort mag ik een keer langskomen op de ont werpafdeling. Dan gaan we samen mijn tekening uitwerken. Als het goed is ligt het papier dan binnenkort in de winkel.” Naast Anne Hilde vielen nog twee leerlingen van het Roelof van Echten College in de prijzen. Jennifer Fieten (1B4) en Madelon Kelly (4MC4) werden tweede en derde. Hoomark gaat hun ontwerp misschien ook in productie te nemen.
34 Ouders van Roelof
december 2010
Volg ons via Twitter! Twitter is een van de populairste commu nicatiemiddelen van deze tijd. Via twitter laten mensen korte berichtjes achter over hun bezigheden. De hele wereld kan daar door volgen wat er met hen gebeurt.
Op het Roelof van Echten College gebeu ren zo veel leuke dingen dat we natuurlijk niet achter kunnen blijven. Onder de naam RvECactueel twittert de communicatie medewerker over zijn belevenissen. Waarom juist hij? “Omdat ik nu eenmaal bij de meeste leuke activiteiten aanwezig mag zijn.”
Ook volgen? Ga naar www.rvec.nl en klik op de button ‘follow us on twitter’.
Colofon Ouders van Roelof is een uitgave van het Roelof van Echten College Postbus 2152 7900 BD Hoogeveen tel (0528) 358 658 | www.rvec.nl
Hoofdredactie: Martin Wering Redactie & Inhoud: • Jacqueline Koster (Ouderplatform) • Alie van Goor (Ouderplatform) • Connie van Triest (Ouderplatform) • Melanie Ottens • Bianca Prins • Henk Nijmeijer • Martin Wering Fotografie: • Martin Wering • Jacco van de Haar (Coverfoto & Over elkaar) Coverfoto: Marten en Jan van de Haar (zie ook het artikel Over elkaar op pagina 24/25) Acquisitie en druk: Uitgeverij Media Plus Eindredactie, vormgeving & opmaak: BOP onderzoek & communicatie
Gigantische Kerstshow Ruim 400 m 2 Kerstideeën!