Nieuws brief VO September 2009 (nr. 22) In dit nummer Ouders geïnformeerd over zeer zwakke school NKO-commentaar op de Onderwijsbegroting 2010 Aanpassing uren maatschappelijke stage Nogmaals de overgang VMBO-gl/tl – HAVO-4 VO-leerlingen ontevreden over studiebegeleiding Special Loopbaanoriëntatie en –begeleiding en de rol van ouders Loopbaanoriëntatie en –begeleiding in het MBO MR-ouders en de nieuwe brochure Sponsoring Toezichtkader nieuw inspectietoezicht Reactie inspectie op enquête Opbrengstenkaart Leraren VO willen niet minder vakantie Zeggenschap leraren en de onzichtbare MR Borg: MR-ouders op veel scholen niet betrokken Nogmaals de borg Nogmaals de verzendkosten VMBO in beweging: iets voor jullie school? ---------
Ouders geïnformeerd over zeer zwakke school De staatssecretarissen Dijksma en Van Bijsterveld hebben besloten dat elke school, die door de inspectie als zeer zwak wordt beoordeeld, aan alle ouders een publieksvriendelijke versie van het inspectierapport moet toesturen. Als een school dat niet doet, dan zal de inspectie dit rapport zelf naar de ouders sturen. Hiermee hebben de staatssecretarissen een deel van de wens van de NKO gehonoreerd. De NKO wil namelijk dat alle ouders van alle scholen zo’n publieksvriendelijke versie van het inspectierapport krijgen toegestuurd. Zo weet je als ouder altijd hoe de inspectie de kwaliteit van het onderwijs op jouw school waardeert. Bovendien biedt het de scholen een goede gelegenheid in deze publieksvriendelijke versie een eigen toelichting te geven op de resultaten in combinatie met eventuele verbeterpunten voor de (nabije) toekomst. ---------
NKO-commentaar op de Onderwijsbegroting 2010 Centraal in het NKO-commentaar op de Onderwijsbegroting 2010 staan De versterking van de positie van de ouders in het onderwijs en De overgang VMBO-tl – HAVO-4. Met betrekking tot het eerste punt pleit de NKO ervoor om een publieksvriendelijke versie van de Inspectierapportage over de school naar alle ouders te sturen en de afschaffing van de borg bij Nieuwsbrief Nederlandse Katholieke vereniging van Ouders
1
de schoolboeken. Bij het tweede punt benadrukt de NKO dat de recente afschaffing van de verblijfsduurbeperking voor VMBO-leerlingen een fopspeen is als niet-doubleren in het VMBO als één van de criteria geldt voor toelating tot HAVO-4. Lees verder>> ---------
Aanpassing uren maatschappelijke stage Via de maatschappelijke stage maken jongeren tijdens hun middelbare schoolperiode op een andere dan gebruikelijke manier kennis met de samenleving en ervaren zij wat het betekent om een onbetaalde bijdrage te leveren aan de samenleving. In 2011 zullen alle leerlingen op maatschappelijke stage gaan. Om ervaring op te doen, lopen op dit moment 60.000 leerling in lokale en regionale pilotprojecten alvast 30 uur stage in één schooljaar. Op basis van een Tussenrapportage over deze pilots en op basis van signalen van andere scholen heeft staatssecretaris Van Bijsterveldt het aantal uren, dat leerlingen vanaf 2011 maatschappelijke stage zullen lopen, teruggebracht. Met name geldt dit voor VMBO en HAVO. In het VMBO is er effectief maar twee jaar de tijd om de oorspronkelijk voorgestelde 72 uur stage te lopen. De verplichte uren zijn daarom nu als volgt vastgesteld: 72 uur voor het VWO, 60 uur voor het HAVO en 48 uur voor het VMBO. klik hier voor de brief aan de Tweede kamer over de Tussenrapportage. --------
Nogmaals de overgang VMBO-gl/tl – HAVO-4 Naar aanleiding van de vele zinvolle reacties die wij ontvingen naar aanleiding van de vragen over de doorstroom VMBO-gl/tl – HAVO-4 zullen de ouderorganisaties op 28 oktober deze problemen met staatssecretaris Van Bijsterveldt bespreken in de Leerling- en Ouderkamer (LOK). De NKO heeft een overzicht gemaakt van de uiteenlopende criteria die scholen hanteren en daaruit conclusies getrokken en aanbevelingen geformuleerd. Dit overzicht van bevindingen is naar de ambtenaar op het ministerie gestuurd, die tot taak heeft de problematiek rondom de overgang VMBO-gl/tl – HAVO-4 in kaart te brengen. Ook de VORaad, die onderzoek doet naar de overgang, heeft dit overzicht ontvangen. Jullie treffen het overzicht aan op onze website. Omdat het openbaar op de NKO-website staat, zijn de specifieke gegevens van de scholen verwijderd. -------
VO-leerlingen ontevreden over studiebegeleiding Rol decaan Uit onderzoek van de Keuzemonitor 2009 in juni en juli jl. onder meer dan 10.000 leerlingen in het voortgezet onderwijs blijkt dat ongeveer de helft niet tevreden is met de geboden studiekeuzebegeleiding. VMBO-leerlingen zijn minder ontevreden dan HAVO- en VWOleerlingen. De leerlingen vinden dat ze te veel zelf moeten uitzoeken en te weinig persoonlijke begeleiding krijgen. Opvallend is dat amper de helft zelf contact met de decaan opneemt, terwijl een ruime meerderheid de decaan wel ziet als iemand die zou kunnen helpen bij het maken van een studiekeuze. Er schort dus iets aan de bereikbaarheid en/of aan het eigen initiatief van de leerlingen. Wensen Gevraagd naar hun wensen op het gebied van studiebegeleiding antwoorden de leerlingen dat ze voldoende informatie willen ontvangen over de verschillende opleidingen. Ook willen ze
Nieuwsbrief Nederlandse Katholieke vereniging van Ouders
2
ondersteund worden bij het maken van een eigen bewuste keuze. Ook zouden ze graag één of meer stagedagen willen lopen en voorlichting willen krijgen van studenten over hun ervaringen met bepaalde studies. Geen idee Uit de Keuzemonitor blijkt duidelijk dat VO-leerlingen het moeilijk vinden om een studiekeuze te maken. Hoe hoger het schooltype dat leerlingen volgen, hoe moeilijker zij het maken van een studiekeuze vinden. Maar liefst één op de vijf HAVO- en VWOeindexamenkandidaten is niet zeker van de studiekeuze. Als reden geven ze aan dat ze geen idee hebben wat hun doel in het leven is en dat ze uit teveel opleidingen in het vervolgonderwijs kunnen kiezen. Met andere woorden: ze zien door de bomen het bos niet meer. Het gevolg is dat 10% van de eerstejaars universitaire studenten stopt en 25% van studie switcht. Over de rol van ouders bij de begeleiding zijn (helaas) geen vragen gesteld. --------
Special Loopbaanoriëntatie en begeleiding en de rol van ouders’’ ‘Wat kan ik?’, ‘Wat wil ik?’ en ‘Wat vind ik leuk?’. Met deze vragen is in essentie de loopbaanoriëntatie en –begeleiding (LOB) samengevat. Hoe beter leerlingen leren reflecteren op hun eigen kwaliteiten en voorkeuren, des te groter is de kans dat zij hun leerloopbaan ononderbroken voortzetten. Ook ouders spelen in dit keuzeproces een grote rol. In dit themanummer van Ouders en School komen al deze facetten van LOB aan bod. Zoals in het artikel ‘Keuzes maken is een levensvaardigheid’, waarin de decanen van het Kandinsky College in Nijmegen vertellen hoe zij ouders betrekken bij LOB. Of in het artikel ‘De toekomst van uw kind’ over een NKO-ouderavond op het Aloysius College in Den Haag. ---------
Loopbaanoriëntatie en –begeleiding in het MBO Onderzoek Onlangs verscheen er een onderzoek naar de kenmerken van ouders van MBO-leerlingen. Enkele conclusies daaruit zijn: De ouders lijken redelijk betrokken te zijn geweest bij de keuze van de opleiding die hun kind volgt. Die betrokkenheid bestond uit: informatie verzamelen en het geven van een oordeel. De meeste ouders achten zich goed in staat om hun kind te begeleiden bij het maken van een keuze en zij hebben dat op zekere hoogte ook gedaan. De grote meerderheid van ouders beperkt zich daarbij tot het bezoeken van open dagen en het zoeken van informatie over de school. Als het gaat om begeleiding tijdens de opleiding dan zegt een meerderheid van de ouders hun kind soms tot regelmatig te begeleiden bij het maken van huiswerk. De onderzoekers concluderen dat de meeste ouders over voldoende competenties lijken te beschikken om hun kind bij de opleiding te begeleiden. Om deze competenties te toetsen is onder andere gevraagd naar de computervaardigheden van de ouders. Een flinke groep ouders (41%) geeft aan dat ze hun kinderen niet extra hoeven te stimuleren omdat het al hard genoeg werkt uit zichzelf. Zij vinden hun kind ook oud genoeg om zelf beslissingen te nemen. Het onderzoek kunt u hier downloaden.
Nieuwsbrief Nederlandse Katholieke vereniging van Ouders
3
Nieuwe NKO-ouderavond De interactieve NKO-ouderavond Hoe begeleid ik mijn kind bij de sector- en profielkeuze?’ lijkt ook voor MBO-ouders interessant. Niet dat zij daar bezig zijn met een sector- of profielkeuze, maar wel met keuzegedrag. Deze ouderavond maakt via praktische oefeningen aan de deelnemers duidelijk wat hun eigen keuzegedrag is (bijvoorbeeld: ben je een snelle beslisser of een uitsteller?) en het al dan niet afwijkende keuzegedrag van hun kinderen. Hoe ga je daar mee om? Wat zijn de valkuilen en hoe vermijd je die? Op deze zeer levendige en interactieve ouderavond krijgen ouders handreikingen om hun kind beter te begeleiden bij loopbaanoriëntatie en –begeleiding (LOB). De ouderavond is vanaf 1 februari 2010 beschikbaar. Meer informatie: Martin van Rooyen of Jan Klomp of 070-3282882. ---------
MR-ouders en de nieuwe brochure sponsoring Scholen in het primair en voortgezet onderwijs krijgen steeds vaker te maken met sponsoring. Sponsoring biedt kansen, maar ook bedreigingen. Het kan een kans zijn om extraatjes van te betalen. Maar leerlingen zijn ook gemakkelijk te beïnvloeden. Het is dus belangrijk dat sponsoring zorgvuldig gebeurt. Ook moet sponsoring een gezonde en verantwoorde leefstijl aanmoedigen. In de brochure 'Sponsoring: alles wat u moet weten over sponsoring op school' staat hoe de school op een verantwoorde manier met sponsoring kan omgaan. Ook wordt ingegaan op de rol van de MR. De MR is immers in beeld bij de vaststelling van het beleid met betrekking tot sponsoring in het onderwijs. Op verschillende momenten heeft de medezeggenschapsraad bevoegdheden bij de besluitvorming rondom sponsoring. In de brochure is er een apart hoofdstuk aan gewijd. De brochure is een gezamenlijk initiatief van de ondertekenaars van het Convenant Sponsoring (zie Convenant Sponsoring) en is mogelijk gemaakt door een subsidie van het Ministerie van OCW. -----------
Toezichtkader nieuw inspectietoezicht Risico-analyses Sinds september 2008 is het inspectietoezicht veranderd. Dit heeft te maken met het beleid om scholen meer ruimte voor eigen beleid en meer verantwoordelijkheid te geven. De andere kant van deze medaille is dat scholen meer verantwoording (aan ouders en, ruimer, omgeving) moeten afleggen. De inspectie doet voortaan jaarlijks risicoanalyses om zich te kunnen concentreren op de scholen waar de kwaliteit onvoldoende is. Een risicoanalyse is gebaseerd op: jaardocumenten (jaarverslagen, schoolgidsen), opbrengstgegevens (examencijfers, doorstroom, schoolverlaten etc.) en relevante signalen (zoals krantenberichten over de school en klachten van ouders en/of leerlingen). Als de inspectie geen risico’s aantreft, is er geen noodzaak tot verder toezicht. Wel blijft de inspectie alle scholen tenminste een keer in de vier jaar bezoeken. Als er wel risico’s aan het licht komen, doet de inspectie nader onderzoek. Als het werkelijk een risico of tekortkoming betreft, dan wordt een afspraak met het schoolbestuur gemaakt om dit te verbeteren. In Nieuwsbrief nr. 19 (juni 2009) is de procedure hiervoor beschreven.
Nieuwsbrief Nederlandse Katholieke vereniging van Ouders
4
Toezichtkader Maar waaraan toetst de inspectie nu haar bevindingen bij het risicogerichte toezicht? Daarvoor maakt zij gebruik van een Toezichtkader, dat in nauwe samenspraak met vertegenwoordigers uit het onderwijsveld is ontwikkeld. In het Toezichtkader is te lezen hoe de inspectie werkt, wat zij precies beoordeelt en wanneer het onderwijs van voldoende kwaliteit is. Dit nieuwe Toezichtkader wordt na de herfstvakantie 2009 van kracht. Op de internetsite van de inspectie vind je een pdf van de brochure, alsmede een printversie. -----------
Reactie inspectie op enquête Opbrengstenkaart Conclusies In het voorjaar hebben velen van jullie een enquête over de Opbrengstenkaart ingevuld. Enige conclusies daaruit waren: Voor iets meer dan de helft van de ouders biedt de Opbrengstenkaart wel een goed beeld van de kwaliteit van het onderwijs en voor iets minder dan de helft niet of minder. Een aantal ouders betwijfelt het of de gemiddelde ouder de geboden informatie wel goed kan doorgronden. Ook missen sommige ouders een vergelijking met andere scholen in de omgeving (blijkbaar vinden zij de vergelijking met ‘landelijke resultaten’ te algemeen) en met voorgaande jaren. De meerderheid van de ouders vindt de betekenis van de rode bolletjes duidelijk. Daarbij moet evenwel aangetekend worden dat niet iedereen (meteen) in de gaten had dat er toelichtende pop-ups verschijnen, als je de cursor op de bolletjes plaatst. Hiervoor wordt op de site ook geen direct waarneembare aanwijzing gegeven. Wie de cursor van de muis niet over het scherm beweegt of wie niet in de gaten heeft dat rechtsboven in het donkerblauwe gedeelte ‘extra informatie’ staat, zal waarschijnlijk moeilijk wijs worden uit de gegevens van de kaart. Toezegging De NKO heeft het verslag van de enquête ook toegestuurd aan de inspectie. De inspectie liet ons weten dat zij bezig is de Opbrengstenkaart en de website te herzien. De bevindingen uit de enquête zullen zij daarbij meenemen. Die toezegging geldt ook voor een eerdere opmerking van de NKO in het Inspectieoverleg over de (on)mogelijkheid voor scholen om hun eigen commentaar aan de Opbrengstenkaart te linken. -----------
Leraren VO willen niet minder vakantie Negen van de tien leraren in het voortgezet onderwijs zijn van mening dat een kortere vakantie niet bijdraagt aan de verlaging van hun werkdruk. Dat blijkt uit een enquête van CNV Onderwijs onder zo’n 800 leden en niet-leden. Deze mening komt niet overeen met de Beleidsreactie Onderwijstijd VO, die de staatssecretaris in het voorjaar naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Daarin wordt de zomervakantie ingekort van zeven naar zes weken. In deze week met roostervrije dagen hebben leraren de gelegenheid de dagen te benutten voor scholing, vergaderingen en andere taken. Op dit moment besteden leraren slechts 3% van de geplande 10% van de normjaartaak aan deskundigheidsbevordering. Zo’n roostervrije week biedt dan soelaas.
Nieuwsbrief Nederlandse Katholieke vereniging van Ouders
5
Bovendien blijkt uit recent onderzoek naar de werkdruk van leraren in het voortgezet onderwijs (zie Nieuwsbrief nr. 17, april 2009) dat het met die werkdruk wel meevalt. Het gaat doorgaans om pieken in het jaar en voltijders komen vaak op hun normjaartaak uit. Alleen deeltijders komen hoger uit. Desondanks blijkt dat een relatief kleine groep leraren (15%) meer last van werkdruk en taakbelasting heeft dan andere leraren. Hierbij gaat het overigens vaker om VMBO-leraren. Kortom, er is nogal wat af te dingen op de resultaten van het onderzoek van CNV Onderwijs. Alle bevindingen tref je hier aan.
---------
Zeggenschap leraren en de onzichtbare MR Onderzoeksbureau Researchnet heeft een onlinevragenlijst ontwikkeld die is ingevuld door zo’n 1200 leraren uit het primair en voortgezet onderwijs, alsmede uit het middelbaar en hoger beroeps onderwijs. Hieronder zijn alleen de resultaten van de leraren VO te vinden. Autonomie Uit onderzoek naar de zeggenschap van leraren blijkt dat VO-leraren een relatief grote professionele ruimte (autonomie) ervaren als het om onderwijsinhoudelijke zaken gaat. Oftewel……zij vinden dat zij veel invloed hebben op de lesstof (het wat) en op de manier waarop zij die aan de orde stellen (het hoe). Ook over de wijze van toetsen ervaren leraren VO relatief veel zeggenschap. MR onzichtbaar De indirecte beïnvloeding van het onderwijsbeleid verloopt via de MR. Het blijkt dat in het voortgezet onderwijs de MR weinig ruggespraak heeft met leraren bij het vaststellen van standpunten. Een derde van de leraren weet überhaupt niet of de MR wel eens haar achterban polst. Kortom, de MR is nogal onzichtbaar en het schort aan een goede communicatie vanuit de MR. Project En laat daar nu juist het NKO-project ‘De transparante oudergeleding MR’ over gaan. Vorige week ontvingen jullie daarover informatie. Heb je belangstelling om mee te doen, neem dan contact op met één van de projectleiders: Nico Foppen of Martin van Rooyen . Of bel via: 070-3282882. Zeggenschap wettelijk geregeld Ten tijde van het ontstaan van deze bijdrage stemde de ministerraad in met een wetsvoorstel dat leraren (in het PO, VO, MBO en HBO) een belangrijke stem moet geven in het ontwikkelen en vaststellen van het onderwijskundig- en kwaliteitsbeleid van de school. Een sterke positie van de leraar komt de kwaliteit ten goede, aldus het persbericht. De leraar heeft daarbij voldoende professionele ruimte nodig om vanuit zijn deskundigheid (mee) te beslissen over bijvoorbeeld de leermethoden en de wijze van toetsen en beoordelen van leerlingen. Deze maatregel lijkt met name bedoeld om de positie van de leraren in het MBO te verstevigen, want bovenstaand onderzoek laat juist zien dat leraren VO (en ook in het PO en HBO) een relatief grote professionele ruimte (autonomie) ervaren als het om onderwijsinhoudelijke zaken als keuze lesstof en wijze van toetsen gaat. Zoals altijd is de wetgeving bedoeld om de ‘zwakken’ in bescherming te nemen.
Nieuwsbrief Nederlandse Katholieke vereniging van Ouders
6
Het rapport De zeggenschap van leraren is te downloaden.
----------
Borg: MR-ouders op veel scholen niet betrokken Uit een ledenpeiling van de VO-Raad onder 110 scholen voor voortgezet onderwijs blijkt dat 65% van de scholen een borg vraagt voor de gratis schoolboeken. Op een vijfde deel van de scholen bedraagt de borg maximaal € 50,-. Iets minder dan driekwart van de scholen vraagt tussen de € 50,- en € 75,-. Op de helt van de scholen die borg vragen, heeft de school het voorgenomen besluit voor het innen van de borg niet aan de oudergeleding MR voorgelegd. Ze zeggen dat ze dat voor het komende schooljaar wel van plan zijn. Hopelijk zijn deze MRouders zo verstandig om hun oor te luisteren te leggen bij de OR/OV-ouders. ---------
Nogmaals de borg Op de website van de Taskforce Gratis Schoolboeken is het volgende over de borg te lezen: Hoe om te gaan met borg? ‘Het is een goede zaak dat scholen ouders en leerlingen er op wijzen dat je zorgvuldig met de eigendommen van een ander moet omgaan en daarom een voorziening treffen die voorkomt dat boeken onnodig beschadigd worden. Het hanteren van een borg is een goede manier om dit te doen, om zo ook te waarborgen dat schade aan lesmateriaal geen kostenpost voor de school wordt. Wel verdient het aanbeveling om kritisch te kijken of de totstandkoming en de uitvoering van een borgstelling in overeenstemming is met de wet- en regelgeving. U kunt daarbij op de volgende punten letten: De school is wettelijk verplicht om leerlingen van lesmateriaal te voorzien, zonder verdere voorwaarden. In de relatie tussen school, ouders en boekleverancier is vanaf het schooljaar 2009-2010 één en ander veranderd. Zo is er tussen leverancier en ouders voor wat betreft de ‘gratis schoolboeken’ geen klantrelatie meer. De school is dus aan zet, zowel richting de ouders als richting de distributeurs. Een school die de borg laat innen door derden (een distributeur bijvoorbeeld), is voor ouders en voor de inspectie aanspreekbaar op de wijze waarop dit gebeurt. Een distributeur handelt in opdracht van de school; De oudergeleding van de MR moet voorafgaand aan het schooljaar instemmen met de borgstelling en de manier waarop hieraan invulling wordt gegeven. Ouders en leerlingen moeten voorafgaand aan het schooljaar geïnformeerd worden over de afspraken die gemaakt zijn over de borg; Instemming van de medezeggenschapsraad betekent nog niet dat u individuele ouders aan dat besluit kunt houden. Daarvoor zou u kunnen overwegen de afspraken over de borg op te nemen in de overeenkomst tussen school en ouders ten aanzien van de vrijwillige ouderbijdrage.’ In ons persbericht op de Onderwijsbegroting verklaart de NKO zich tegen het innen van de borg, omdat ouders daarmee in een zwakke positie komen. Uiteindelijk is het de keuze van de oudergeleding MR, maar in het tweede jaar geldt: bezint eer gij begint!. De school kan schade
Nieuwsbrief Nederlandse Katholieke vereniging van Ouders
7
immers altijd verhalen op ouders. Dat geldt ook voor schade aan meubilair. Daarvoor betaal je als ouders ook geen borg! --------
Nogmaals de verzendkosten Over de verzendkosten krijgt de NKO nog steeds vragen. Ook daarbij is de lijn helder. Scholen stellen lesmateriaal (incl. de schoolboeken) ‘om niet’ ter beschikking. Dat betekent dat er aan ouders ook geen verzendkosten in rekening mogen worden gebracht. Die kosten moeten namelijk door de school worden betaald. Staatssecretaris Van Bijsterveldt heeft dit geantwoord op vragen van de Kamerleden Dezentjé-Hamming (VVD) en Van Dijk (SP). Wanneer ouders gebruik maken van producten die niet onder de gratis schoolboeken vallen, zoals een atlas, een woordenboek, of een rekenmachine, dan mogen daarvoor wel verzendkosten in rekening worden gebracht. ---------
VMBO in beweging: iets voor jullie school? Vmbo-leerlingen die niet of veel te weinig sporten, moeten uitgedaagd worden om in beweging te komen. 80 vmbo-scholen (met gemiddeld 800 leerlingen per locatie) gaan in een periode van bijna drie jaar leren hoe ze met niet-sportende leerlingen aan de slag kunnen. ‘Vmbo in beweging’ wil samen met de niet-sportende leerlingen op zoek gaan naar mogelijkheden voor laagdrempelige beweegactiviteiten tijdens en na schooltijd, al dan niet in combinatie met een vereniging die in school actief wordt. Het eerste jaar krijgen de vmbo-scholen een sport- en beweegcoördinator vergoed. Daarna wordt dit langzaam afgebouwd. Ook is er landelijke ondersteuning beschikbaar. Verder zal vanaf januari 2010 - het startmoment van het project op scholen - een toolbox en een internetsite beschikbaar zijn met goede praktijkvoorbeelden. Inschrijven voor ‘Vmbo in beweging’ kan vanaf 5 oktober op de website van het NISB . De eerste veertig scholen worden eind december geselecteerd; de volgende veertig starten in april 2010. Het project loopt tot 2011. Vragen over het inschrijven kunt u stellen via
[email protected] of 0318 490 900.
-----------
Nieuwsbrief Nederlandse Katholieke vereniging van Ouders
8