CURSUS ORIËNTATIE OP ONDERNEMERSCHAP EN DE START VAN JE EIGEN BEDRIJF In het kader van het Equal project “Gewoon Ondernemen”
Wesseling Startschot Onderdeel van Wesseling Groep Burg. Jhr. H. van den Boschstraat 1 3958 CA Amerongen Telefoon 0343 707490 Fax 0343 707491 E-mail
[email protected] Internet www.wesselinggroep.nl
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Inhoudsopgave 1.
Inleiding
pag. 3
2.
Ondernemingsplan 2.1 Boek “Doe het zelf Ondernemingsplan” 2.2 Basisopzet Hoofdstukken van je ondernemingsplan
pag. 4 pag. 5
Workshops Wesseling Startschot 3.1 Overzicht workshops 3.2 Datalijst workshops
pag. 7 pag. 9
3.
Hand-outs en oefeningen: Workshop 1 Regels en organisatie/Algemene bedrijfsvoering Workshop 2 Marktonderzoek en concurrentieanalyse Workshop 3 De Marketing Mix: de 5 P’s Workshop 4 Administratie en belastingen Workshop 5 Netwerken Workshop 6 Presenteren van je ondernemingsplan Bijlage 1
pag. 11 pag. 14 pag. 18 pag. 19 pag. 20 pag. 30
Folder BBZ Klachtenreglement Privacyreglement
Wesseling Startschot, september 2006
2
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
1.
Inleiding
Voor je ligt het handboek voor de cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap en de start van je eigen bedrijf”. Het handboek is gemaakt door Wesseling Startschot. Wesseling Startschot begeleidt je bij het oriënteren op het ondernemerschap. Als je, na de oriëntatie, ervoor kiest een eigen bedrijf te starten, begeleiden starteradviseurs van Wesseling Startschot je bij het schrijven van je ondernemingsplan, het ontwikkelen van je ondernemersvaardigheden en de daadwerkelijke start van je eigen bedrijf. In een zestal workshops ga je aan het werk met de volgende onderwerpen: • Workshop 1 Wat is een eigen onderneming: regels en organisatie/Algemene bedrijfsvoering; • Workshop 2 Marktonderzoek en concurrentieanalyse; • Workshop 3 De marketingmix; product, prijs, plaats, promotie, persoon; • Workshop 4 Administratie en belastingen; • Workshop 5 Netwerken; • Workshop 6 Van ondernemingsplan naar start eigen bedrijf. De trainers, die je gaan begeleiden, hebben ruime ervaring als startersadviseur en hebben veel kennis van de genoemde onderwerpen. Ook zullen we gastsprekers uitnodigen die zich met een specifiek onderwerp bezig houden en jullie daarover kunnen informeren. Elke workshop duurt een dagdeel. Je zult huiswerkopdrachten meekrijgen en je zult gedurende de workshops ook aan het ondernemingsplan blijven werken. Uiteraard word je hierin begeleid! VEEL PLEZIER!
“Mijn ondernemingsplan is af! Ik kan starten! Complimenten voor de begeleiding. Het was leerzaam en gezellig!” (uitspraak van een geslaagde zelfstandige ondernemer)
Wesseling Startschot, september 2006
3
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
2.
Ondernemingsplan
2.1
“Doe het zelf ondernemingsplan”
Voor de oriëntatie en het maken van je ondernemingsplan vind je bijgevoegd het boek ” Doe het zelf ondernemingsplan” . Dit boek en de hierna genoemde “Basis opzet hoofdstukken van je ondernemingsplan” vormen de basis voor de oriëntatie en het schrijven van je ondernemingsplan. Oriënteren op ondernemerschap houdt in dat je gaat kijken naar een aantal zaken die van belang zijn om te starten: • Wat wil je en wat kun je? • Welke ondernemersvaardigheden heb je en welke moet je bijleren? • Heb je al een bedrijfsidee waar je mee aan de slag wil of ben je nog helemaal blanco? • Wat betekent starten voor je financiële situatie? • Wat gebeurt er met je uitkering? • Hoe ga je om met je beperkingen? Tijdens je individuele begeleiding en de workshops wordt telkens gerefereerd aan “stappen” die je gaat zetten in het proces om op bovenstaande vragen antwoord te krijgen. Voor uitleg en achtergrondinformatie over deze stappen kun je het boek “ Doe het zelf Ondernemingsplan” heel goed gebruiken. In dit boek staan achtergrondinformatie, voorbeelden en uitleg over alle onderwerpen die van belang zijn om te starten als zelfstandige. Door alle stappen te doorlopen, oriënteer je je op het werken als zelfstandige en maak je tegelijkertijd al een eerste opzet voor je ondernemingsplan. Je komt erachter wat het van je vraagt, welke stappen je gaat zetten, welke invloed je keuze voor ondernemerschap kan hebben op je (persoonlijke en financiële) situatie.
Wesseling Startschot, september 2006
4
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
2.2
Basisopzet Hoofdstukken van je ondernemingsplan
Hoofdstuk 1 De Ondernemer • CV (persoonlijke gegevens, opleiding, werkervaring, interesses). • Persoonlijke geschiedenis; omschrijving van verleden + motivatie van keuzes. Hoofdstuk 2 Motivatie • Waarom wil ik een eigen bedrijf beginnen? En waarom dit bedrijf? Hoofdstuk 3 Doelstelling • Wat zijn mijn zakelijke doelstellingen die ik met mijn bedrijf wil realiseren? Op korte, middellange en lange termijn? • Wat zijn mijn persoonlijke doelstellingen, welke elementen zou ik graag als persoon verder willen ontwikkelen? Hoofdstuk 4 Het bedrijf • Bedrijfsformule (kort en krachtig). • Naam van het bedrijf. • Rechtsvorm, organisatie (alleen bij VOF of BV). • Vestigingspunt. • Openingstijden. • Mogelijke samenwerkingsverbanden. • Je persoonlijke netwerk. • Vergunningen/vestigingseisen/milieueisen (welke heb ik nodig? wat is de aanvraagprocedure? wat zijn de kosten exclusief BTW ?). • Verzekeringen (Welke verzekeringen heb ik nodig voor mijn bedrijf? Dus geen privé verzekeringen! Bij welke maatschappij ga ik deze afsluiten? Wat zijn de kosten exclusief BTW per jaar?). • Administratie (wat ga ik zelf doen? Wat doet de boekhouder? Welke boekhouder? Wat zijn de kosten exclusief BTW per jaar?). Hoofdstuk 5 De markt • Omschrijving van het product. • Leveranciers van het product, waarom zij? • Doelgroepbepaling; wie is mijn grootste klantengroep? (Wat is hun achtergrond? Denk hierbij aan leeftijd, inkomen, opleiding, enzovoort. Welke vraag/behoefte hebben zij?). • Algemene ontwikkelingen binnen de branche/sector (marktonderzoek!!). • Wat zijn mijn kansen en bedreigingen binnen deze markt? Hoofdstuk 6 De concurrentie • Algemene concurrentieontwikkeling in Nederland. • Specifieke, regionale concurrenten voor mijn bedrijf; wat is hun product, prijs, plaats en personeel? Wat zijn hun sterke en zwakke punten (matrix)? Hoofdstuk 7 Het onderscheid • Waarin onderscheid ik mij van mijn concurrenten? Wat zijn mijn sterke en zwakke punten?
Wesseling Startschot, september 2006
5
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Hoofdstuk 8 Marketing Mix • Product; opsomming van de producten (kwaliteit, service, garantie, assortiment, merken). • Prijs; tegen welke prijs, kostprijs/verkoopprijs. • Plaats; waarom wil ik mij op deze plek vestigen? Omschrijving van plaats, bereikbaarheid. • Promotie; hoe ga ik mijn doelgroepen benaderen, waarom zo, hoe vaak, wat kost het? • Persoon/personeel; wat zijn mijn sterke en zwakke ondernemersvaardigheden? Hoe ondervang ik de minder sterke punten? Als ik personeel in dienst neem, dan let ik op… Hoofdstuk 9 Begroting • Investeringsbegroting, exploitatiebegroting, omzetprognose, bedrijfskosten, privé-begroting, aflossingscapaciteit. Voor dit hoofdstuk krijg je een apart Excelprogramma voor je computer waarin je onder individuele begeleiding je begrotingen maakt.
Wesseling Startschot, september 2006
6
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
3.
Workshops Wesseling Startschot
3.1 Overzicht workshops Hieronder volgt een opsomming van de workshops die je de komende maanden gaat volgen. Het zal je helpen met erachter te komen of het ondernemerschap iets voor jou is, het helpt je met het ontwikkelen van je ondernemersvaardigheden en het opstellen van je ondernemingsplan! Workshop 1: Wat is een eigen onderneming? Regels en organisatie/Algemene bedrijfsvoering In deze workshop wordt, aan de hand van de eerste 4 hoofdstukken van je ondernemingsplan, uitgelegd wat je tegenkomt als je als zelfstandig ondernemer aan de slag wilt. Aan de orde komen: • rechtsvormen (eenpersoonszaak, VOF, freelancer, et cetera); • samenwerkingsverbanden; • vergunningen (vestiging/milieu/horeca, et cetera); • bedrijfsnaam (mag deze naam?); • inschrijving Kamer van Koophandel; • gemeentelijke regels en heffingen; • bereikbaarheid/openingstijden; • verzekeringen (verplichte en aanvullende); • doelstellingen (zakelijke en persoonlijke); • belangrijke organisaties (Kamer van Koophandel, gemeente, belastingdienst, et cetera); • zakelijk en privé-leven scheiden (bankrekening, telefoon, et cetera); • branchevereniginglidmaatschap, lidmaatschap beroepsvereniging; • zakelijke abonnementen, keurmerken; • Bbz-regeling (voorbereidingsjaar, krediet, inkomensondersteuning). Workshop 2: Marktonderzoek en concurrentieanalyse Hierin komen o.a. aan de orde: • doelgroepbepaling; • leverancierskeuze; • branchegegevens verzamelen; • gegevens ordenen/ interpreteren; • marktontwikkeling; • trends bekijken; • economisch klimaat; • regionale ontwikkelingen; • gemiddelde uitgaven aan … per huishouden/ bedrijf; • hoeveelheid huishoudens/ bedrijven in de regio die uitgeven aan ….; • berekeningen maken met de verzamelde cijfers; • kansen en bedreigingen voor eigen onderneming; • algemene concurrentieontwikkeling; • regionale concurrentie; • belangrijkste concurrenten; • onderscheidend vermogen; • sterkte- en zwakteanalyse tegenover de concurrentie.
Wesseling Startschot, september 2006
7
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Workshop 3: De marketingmix: product, prijs, plaats, promotie, persoon Hierin komen o.a. aan de orde: • productkeuze/dienstaanbod; • assortimentsamenstelling; • service, garantie, et cetera; • prijsbepaling (inkoop/verkoop/vervoer, uurprijs, et cetera); • plaatsbepaling (locatiekeuze, omgevingsfactoren, huurprijs, benodigde grootte, et cetera); • promotie (via welke kanalen bereik ik het beste mijn doelgroep); • persoon (sterkte-/zwakteanalyse van de ondernemer zelf); • personeel (wel of niet, uitzendkracht, parttimer, stageloper, voor- en nadelen); • vervanging van de ondernemer bij ziekte. Workshop 4: Administratie en belastingen Hierin komen o.a. aan de orde: • algemene administratieve regels; • administratie opzetten (kasboek, kassa-uitdraai, et cetera); • bewaren van bonnen en overige administratie; • bedrijfskosten (vaste en variabele kosten); • break-evenpoint; • minimaal benodigde omzet/ winst; • winst- en verliesrekening; • balans; • haalbaarheidsanalyse; • investering en financiering; • zakelijke en privé-kosten; • BTW-tarieven; • BTW-kwartaalaangiften; • algemene belastingregels; • aftrekposten; • kleine ondernemersregeling; • heffingskorting; • startersaftrek; • verliesverrekening; • inkomstenaangifte. Workshop 5 en 6: netwerken Hierin komen o.a. aan de orde: • alle ondernemersvaardigheden worden getraind; • presentatie en verdediging ondernemingsplan worden getraind; • bekijken van het huidige netwerk; • netwerken: hoe doe je dat?; • netwerk uitbreiden; • netwerk onderhouden; • training zelfvertrouwen en uitstraling.
Wesseling Startschot, september 2006
8
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
3.2
Datalijst Workshops
Workshop
Datum
Tijd
Aanwezigheid (paraaf kandidaat)
Workshop 1 Workshop 2 Workshop 3 Workshop 4 Workshop 5 Workshop 6
Wesseling Startschot, september 2006
9
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
HAND-OUTS Workshop 1
Algemene bedrijfsvoering: Regels en organisatie
Workshop 2
Marktonderzoek en Concurrentie analyse
Workshop 3
De Marketing Mix: de 5 P’s
Workshop 4
Administratie en belasting
Workshop 5
Netwerken
Workshop 6
Presenteren en verdedigen van je ondernemingsplan
Wesseling Startschot, september 2006
10
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Workshop 1
Algemene bedrijfsvoering: Regels en organisatie
Na je intake heb je direct een opdracht meegekregen van je startersadviseur. Het huiswerk dat je maakt voor deze eerste workshop lever je 4 dagen voor de workshop aan bij je startersadviseur. Mailadres:
[email protected]. De eerste 4 hoofdstukken van je ondernemingsplan beslaan: • hoofdstuk 1 De ondernemer • hoofdstuk 2 Motivatie • hoofdstuk 3 Doelstelling • hoofdstuk 4 Het bedrijf In het boek `Doe het zelf ondernemingsplan` is achtergrond informatie te vinden over deze onderwerpen in de hoofdstukken Stap 1, 2 en 4. Lees dit en ga aan de slag! In de workshop gaan we dieper in op de genoemde onderwerpen. Aan het einde van deze workshop heb je een basis gelegd voor het ondernemingsplan.
Huiswerk voor Workshop 2: Voor de volgende keer ga je aan de slag met de hoofdstukken 5 t/m 7 van je ondernemingsplan (zie Basisopzet Hoofdstukken van je Ondernemingsplan, pagina 5). Hiervoor gebruik je weer je boek “Doe het zelf ondernemingsplan”, stappen 5 en 6, adressen achterin dit boek en de hand-out “Marktonderzoek”. Zie hand-out Workshop 2 in deze map! Huiswerk inleveren 4 dagen voor de volgende workshop:
[email protected] ter attentie van de startersadviseur.
Wesseling Startschot, september 2006
11
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Oefening bij workshop 1
VRAGEN AAN JE MEDEDEELNEMER
Vraag aan de persoon die naast je zit de onderstaande punten na. Daarna worden de rollen omgedraaid Ter afsluiting krijgt iedere deelnemer de gelegenheid de ander voor te stellen aan de rest van de groep
1. Wat is je naam?
2. Welk soort bedrijf wil je beginnen?
3. Waarom wil je juist dit bedrijf beginnen?
4. Zou je iets speciaals over jezelf willen vertellen?
5. Wat wil je in deze training leren?
Wesseling Startschot, september 2006
12
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Indeling van een Curriculum Vitae
Persoonlijke gegevens: Naam Voornaam Adres Postcode en woonplaats Telefoon Geboortedatum Geboorteplaats Burgerlijke staat (alleen als u dit zelf nodig vindt) Nationaliteit (alleen als u dit zelf nodig vindt) Opleiding: Jaartallen:
-
naam opleiding, begin met de laatst gevolgde opleiding en vermeld of u een diploma hebt behaald, achtereenvolgens de andere, voorgaande opleidingen vermelden.
Werkervaring: Jaartallen:
-
functienaam, naam bedrijven, plaatsnaam, taken (+ eventuele prestaties). Begin met de laatste werkgever.
Overige informatie: • • • • •
cursussen die u heeft gevolgd; rijbewijs; talenkennis; andere noemenswaardige kennis of vaardigheden; vrijetijdsbesteding.
Wesseling Startschot, september 2006
13
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Workshop 2
Marktonderzoek en Concurrentieanalyse
Voor deze workshop heb je huiswerk gemaakt. Je hebt getracht de hoofdstukken 5 tot en met 7 van je ondernemingsplan te schrijven. En je hebt in het boek “ Doe het zelf ondernemingsplan” de stappen 5 en 6 doorgenomen. De hoofdstukken “De markt”, “De concurrentie” en “Het onderscheid” uit je ondernemingsplan zijn vaak de moeilijkste hoofdstukken van je plan. Marktonderzoek is veel zoekwerk, het kost tijd en je moet leren hoe je cijfers en informatie verwerkt in je plan. Ook concurrentieanalyse vraagt om nadenken: wie is nu eigenlijk je concurrent, wie is de grootste en hoe kom je achter bedrijfsgegevens van concurrenten? En welk deel van je bedrijf(sidee) maakt dat je anders bent dan andere startende bedrijven? Wat voeg je toe aan de markt? Je hebt er nu zelf al aan gewerkt en in deze workshop gaan we, aan de hand van voorbeelden, dieper in op de werkwijze: hoe doe je een marktonderzoek en concurrentieanalyse?
Huiswerk voor de volgende keer: Met de gegevens die je uit deze workshop hebt gekregen kun je nu verder met het uitwerken van de hoofdstukken 5 t/m 7. Huiswerk inleveren 4 dagen voor de volgende workshop:
[email protected] ter attentie van je startersadviseur.
Wesseling Startschot, september 2006
14
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
►►►►► MARKTONDERZOEK - HOE DOE IK DAT? ◄◄◄◄◄ Om de haalbaarheid van je ondernemingsplan te kunnen inschatten, is marktinformatie nodig. Het verzamelen van deze branche- en marktinformatie komt meestal neer op heel lang zoeken!! Er zijn heel veel verschillende bronnen beschikbaar, maar het grootste gedeelte is te vinden op het internet. Je zult veel verschillende informatie vinden, waarna het combineren van alle gegevens begint. Het vergt vaak veel tijd, geduld en creativiteit om geschikte informatie te verkrijgen en dat weer te vertalen naar je eigen ondernemingsplan. De hoeveelheid informatie die te vinden is hangt ook sterk af van de branche waarin je wilt beginnen. Om het je wat makkelijker te maken tijdens je zoektocht hebben we de belangrijkste bronnen hieronder voor je verzameld. 1. Kamer van koophandel (KvK) Basisgegevens • Kamer van koophandel Adressen. • Kamer van koophandel Handelsregisterinformatie via Internet. • Kamer van koophandel Jaarrekeningen opvragen. Statistiekcijfers • Regionale kengetallen. • Telling van het aantal ingeschreven bedrijven, per branche, regio-informatie, enzovoorts. Adressen van brancheorganisaties, bedrijfschappen en productschappen (via Nederlandse Pyttersen Almanak). Adressen van groothandelaren, producenten, importeurs (via ABC, Kompass) Adressen uitgeverijen Vakbladen (via handboek Pers & Publiciteit) Branche-informatie via de branchezoeker op internet www.kvk.nl. 2. Centraal Bureau Statistiek (CBS) Infoservice Heerlen Postbus 4481 6401 CZ Heerlen Telefoon 0900-0227 (EUR 0,50/min) Internet www.cbs.nl. Kengetallen/statistieken:
financieel-economische, demografische gegevens, consumptieve bestedingen, inkomensgegevens, enzovoorts. Per branche/regio.
CBS-starterspakket, keuze uit 104 branches.
Wesseling Startschot, september 2006
15
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
3. Economisch Instituut Midden- en Kleinbedrijf EIM Postbus 7001 2701 AA Zoetermeer Telefoon 079 - 3430604 Fax 079 - 3430202 Internet www.eim.net Thematische en branchegebonden publicaties. Het EIM werkt nauw samen met het HBD en het HBA. 4. MKB Nederland Postbus 5096 2600 GB Delft Telefoon 015 - 2191212 Fax 015 - 2191414 Internet www.mkb.nl Links en korte toelichting naar relevante (branche-)organisaties. 5. EVD - Export Informatiecentrum (EIC) Postbus 20105 2500 EC Den Haag Telefoon 070 - 7788888 Fax 070 - 7788889 Internet www.evd.nl Informatie over exportmogelijkheden: buitenlandse markten. Diverse landenpublicaties zijn via deze website gratis te downloaden. 6. Gemeente Afdeling Onderzoek en Statistiek. Informatie over inwonersaantallen en huishoudens (deze informatie is ook bij het CBS te verkrijgen). 7. Vereniging voor Statistiek en Onderzoek VSO Verschillende statistische gegevens over o.a. huishoudens. Internet www.vsonet.nl 8. Banken Publicaties over diverse branches, samengesteld vanuit diverse bronnen. Rabobank: verstrekt bijvoorbeeld ‘Cijfers & Trends’. Zie www.rabobank.nl ING Bank: sectorstudies. Zie www.ingbank.nl ABN AMRO: branche-informatie. Zie www.abnamro.nl 9. Bedrijfschappen/productschappen (vraag het desbetreffende adres op bij de KvK) Statistieken. Voor een overzicht van alle product- en bedrijfschappen zie www.overheid.nl.
Wesseling Startschot, september 2006
16
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
10. Hoofdbedrijfschap Ambachten HBA Postbus 895 2700 AW Zoetermeer Telefoon 079 3161111 Fax 079 - 3520929 Internet www.hba.nl Thematische publicaties en branchegebonden publicaties. 11. Hoofdbedrijfschap Detailhandel HBD Postbus 90703 2509 LS Den Haag Telefoon 070 - 3385666 Fax 070 - 3385711 Telefoon 0800 - 0230205 (gratis) voor bestellingen. Internet www.hbd.nl Publicaties branches in detail, branches in beeld, brancheonderzoeken, factsheets. De brancheverkenningen zijn gratis te downloaden. 12. Bedrijfschap Horeca en Catering Postbus 121 2700 AC Zoetermeer Telefoon 079 - 3680707 Fax 079 - 3617312 Internet www.bedr-horeca.nl De informatieservice van het Bedrijfschap Horeca levert kerncijfers per bedrijfstype, ´Horeca in cijfers´, (markt)onderzoeksrapporten en vele rapporten met betrekking tot aspecten van de horeca. 13. Brancheorganisaties (vraag de adressen van brancheorganisaties op bij de KvK) Jaarverslagen, branchegebonden handboeken en onderzoeken. Welke informatie beschikbaar is, is zeer afhankelijk van branche. Voor een overzicht: zie de branchezoeker op www.kvk.nl. 14. Vakbladen (vraag de adressen van de desbetreffende uitgeverijen op bij de KvK) Artikelen over brancheontwikkelingen en onderzoeken. Voor een overzicht zie de branchezoeker op www.kvk.nl
Heel veel succes!
Wesseling Startschot, september 2006
17
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Workshop 3
De Marketing Mix: de 5 P’s
Vandaag gaan we aan het werk met de Marketing Mix. De Marketing Mix bestaat uit de 5 P’s: 1. Product 2. Prijs 3. Plaats 4. Promotie 5. Persoon De Marketing Mix is belangrijk voor als je straks in de praktijk je bedrijf gaat opstarten. Het zijn de handvatten voor de uitvoering van je onderneming. In het boek “Doe het zelf ondernemingsplan’ vind je in de stappen 4, 5 en 7 informatie over deze onderwerpen.
Huiswerk voor Workshop 4: Voor de volgende keer ga je, met de informatie die je in deze workshop hebt gekregen, aan de slag met hoofdstuk 8 van `Basisopzet Hoofdstukken van je ondernemingsplan”. Hierin werk je de marketing mix voor je eigen bedrijfsidee uit. Huiswerk inleveren 4 dagen voor de volgende workshop:
[email protected] ter attentie van je startersadviseur. Voor de volgende keer de Belastinggids voor de ondernemer bij de Belastingdienst opvragen of ophalen. Deze gids is gratis!! De Belastinggids meenemen voor Workshop 4! Bovendien is het handig dat je de stappen 3, 8, 9 en 10 uit het boek “Doe het zelf ondernemingsplan” leest.
Wesseling Startschot, september 2006
18
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Workshop 4
Administratie en belasting
Op basisniveau worden regels met betrekking tot het voeren van administratie en belastingen uitgelegd. Er komen praktijkvoorbeelden aan de orde en er wordt verteld hoe je bijvoorbeeld een balans opmaakt, hoe een kasboek eruit ziet en wat je er wel en niet inzet. De hoofdstukken uit het boek “ Doe het zelf ondernemingsplan”, die je hiervoor doorneemt, zijn: Stap 3, 8, 9 en 10. Deze workshop wordt gegeven door iemand uit de praktijk, namelijk een boekhouder en belastingadviseur die veel te maken heeft met startende ondernemers.
Wesseling Startschot, september 2006
19
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Workshop 5
Netwerken
Onder het netwerk voor startende ondernemers verstaan we: iedereen met wie je te maken krijgt bij de uitvoering van de activiteiten in je bedrijf. Dit zijn vanzelfsprekend je klanten, maar ook leveranciers en branchegenoten. Ook je familie en vriendenkring behoren tot je netwerk. In deze workshop bekijken we je huidige netwerk en hoe je dit netwerk uitbreidt. Welk netwerk heb je nodig? En hoe onderhoud je een netwerk? Na deze workshop ga je vooral individueel aan de slag met je ondernemingsplan. Hierin wordt je begeleid door een vaste startersadviseur. Als afsluiting van je gehele traject volg je workshop 6.
Wesseling Startschot, september 2006
20
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
►►►►► NETWERKLIJST VAN DE DEELNEMER ◄◄◄◄◄ Naam/adres
Wesseling Startschot, september 2006
Telefoonnummer/e-mailadres
Gewenst bedrijf
21
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
HET ONTDEKKEN VAN JE NETWERK Je eigen sociale netwerk zou misschien je meest sterke manier van het vinden van informatie kunnen zijn. De meeste mensen kennen veel meer mensen dan ze in eerste instantie denken. Familieleden
(Ex-)collega’s
Vrienden & kennissen
• • • • • • • • • • •
• • • • • •
• • • • •
moeder vader broer(s) zus(sen) tante(s) oom(s) neven/nichten schoonfamilie oma opa levenspartner
Wesseling Startschot, september 2006
• •
van de meest recente baan van de banen daarvoor van je afdeling van andere afdelingen met wie je ging lunchen die afscheid van je namen toen je wegging met wie je gesprekken voerde tijdens sociale bijeenkomsten chefs waarmee je een goede relatie had
• • • • • • • • •
huidige buren vorige buren winkelbedienden doktoren mensen van kerkelijke gemeenten kappers buschauffeurs postbodes clubleden schoolvrienden docenten consulent(-en) predikanten/geestelijken bekenden van je kinderen
22
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
►►►►►
ONTDEK JE EIGEN NETWERK ◄◄◄◄◄
Vul de onderstaande lijst verder aan. Dit kan je helpen je persoonlijke sociale netwerk te ontdekken en uit te breiden. Vermeld iedereen die je te binnen schiet. Je kunt later teruggaan en besluiten wie je wilt bellen en hoe je ze wilt benaderen. Familie Inclusief moeder, vader, broers, zussen, schoonfamilie, neven, nichten, oma’s, opa’s, tantes, ooms en alle andere familieleden die je te binnen schieten.
Vrienden en kennissen Hierbij gaat het niet alleen om goede vrienden. Alle mensen die je te binnen schieten en die bij je in de buurt wonen. Vermeld alle vrienden en kennissen die je te binnen schieten. Dan kun je later bepalen wie je gaat bellen.
Wesseling Startschot, september 2006
23
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Buren (vroegere & huidige)
Dienstverleners (kapper, buschauffeur, postbode, winkelbediende, dokter, enzovoorts)
Leden van clubs, verenigingen of elke andere groep waar je toe behoort:
Wesseling Startschot, september 2006
24
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Klasgenoten (vroegere & huidige):
Docenten, consulenten, geestelijken
Kennissen, bekenden van je partner, kinderen of anderen
Wesseling Startschot, september 2006
25
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Mensen die je ansichtkaarten sturen
Mensen die je ontmoet bij sociale bijeenkomsten/gezelschappen (bijvoorbeeld een clubhuis of school)
Alle andere vrienden en kennissen die je te binnen schieten
Wesseling Startschot, september 2006
26
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Ex-collega’s Denk aan de mensen die veel contacten hebben in de regio waar je woont. Begin met je meest recente werk en vervolgens de banen die daaraan vooraf gingen. Inclusief mensen: • op je afdeling; • op andere afdelingen; • met degene waarmee je ging lunchen; • die je gedag zeiden toen je wegging bij je baan; • waarmee je gesprekken voerde op sociale bijeenkomsten; • chefs en managers met wie je een goede relatie had.
Wesseling Startschot, september 2006
27
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
►►►►► STAPPEN VOOR HET CONTACT OPNEMEN ◄◄◄◄◄ MET MENSEN DIE TIPS KUNNEN GEVEN
Stappen
Wat je zou kunnen zeggen
Groet de persoon en stel je aan hem/haar voor.
‘Hallo Jan. Ik ben …..…..’
Vraag na of het hem/haar momenteel uitkomt om iets te vragen
‘Heb je even een paar minuten?’
Leg uit dat je hem/haar benadert om nieuwe kansen voor een eigen bedrijf na te gaan.
‘Fijn! Ik wilde je laten weten dat ik bezig ben met het opstarten van een eigen bedrijf……’
Leg uit welk type bedrijf je wilt starten en naar welke informatie je op zoek bent.
‘ …… waar kan ik informatie of materiaal vinden over….’
Beschrijf de werkzaamheden van je gewenste type bedrijf of bedrijfsidee. Vermeld op positieve wijze je vaardigheden en ervaring.
‘Ik heb heel veel ervaring opgegaan in….. Vandaar dat ik nu voor mezelf ga beginnen…’
Vraag of de persoon informatie over je vragen heeft.
‘Weet je misschien of er mogelijkheden zijn in deze regio?’ ‘Ken je iemand die misschien wat informatie over deze regio heeft of die in dit werkveld werkzaam is?’
Vraag na of je zijn/haar naam mag gebruiken bij het contact maken met andere mensen, wanneer de persoon je verwijst naar iemand anders.
‘Bedankt voor de tips. Vind je het goed wanneer ik je naam noem als ik …………… bel?’
Bedank de persoon (eventueel schriftelijk).
‘Bedankt, je hebt me goed verder geholpen! Ik kan dat erg waarderen.’
Vraag na of je contact mag houden.
‘Kan ik over een week of twee terugbellen om te informeren of je inmiddels de informatie hebt ingewonnen?”
Wesseling Startschot, september 2006
28
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
►►►►► TIPS VOOR HET VOEREN VAN EEN INFORMATIEF GESPREK ◄◄◄◄◄ Vóór: • Voordat je gaat, bereid je de vragen voor. • Neem een kladblok mee om aantekeningen te maken. • Zorg voor een goede routebeschrijving. • Zorg dat je 5 à 10 minuten van tevoren aanwezig bent. • Zorg voor passende kleding en een verzorgd uiterlijk. • Vermijd overmatig gebruik van zware parfums en aftershaves; veel mensen zijn er allergisch voor. • Neem meerdere visitekaartjes mee, die kunnen je van pas komen. • Ontspan je. Tijdens: • Glimlach en groet de receptionist(-e). • Zeg je naam en de naam van de persoon voor wie je komt. • Vermijd roken, het gebruik van kauwgom of het kijken in papieren op het bureau van anderen. • Wanneer je kennismaakt met de persoon waarmee je het gesprek hebt: • Glimlach; • stel jezelf voor; • geef een hand. • Maak eventueel een klein praatje, misschien over het weer. • Neem een enthousiaste houding aan en begin met het gesprek. • Stel de vragen die je hebt voorbereid. • Maak aantekeningen van de belangrijke punten. • Houd je aan de afgesproken tijdsduur (meestal ongeveer 20-30 minuten). • Vraag na bij de persoon of deze andere personen aanbeveelt die je (meer) informatie kunnen geven. • Vraag je gesprekspartner of je naar diens naam mag verwijzen bij toekomstige gesprekken. • Geef aan wat je geleerd hebt van het gesprek. • Bedank de persoon voor zijn/haar tijd. Na: • Houd je informatieve gesprekken bij in een kladblok. • Stuur een geschreven bedankbrief naar de persoon waarmee je het informatieve gesprek hebt gehad. • Volg de suggesties en aanwijzingen op die je gekregen hebt. • Beloon en waardeer jezelf voor het nemen van het initiatief voor het houden van een informatief gesprek.
Wesseling Startschot, september 2006
29
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Workshop 6
Presenteren en verdedigen van je ondernemingsplan
In de afgelopen tijd ben je, met behulp van je startersadviseur, druk bezig geweest met het schrijven van je ondernemingsplan. Jij en je startersadviseur weten precies wat erin staat, waarop je gegevens gebaseerd zijn en hoe je je eigen bedrijf voor je ziet. Als je het ondernemingsplan inlevert is het mogelijk dat je het plan moet presenteren aan degenen die je plan gaan beoordelen. Vragen die gesteld kunnen worden zijn onder andere: • financiële vragen over budget, begroting en investering; • vragen over de doelgroep van de klant en over reclame maken; • vragen over jezelf en je bedrijf. In deze workshop gaan we aan het werk met je zelfvertrouwen en je uitstraling (als je dat niet al had!). Ieder presenteert een stukje van zijn of haar ondernemingsplan. Je vertelt iets over jezelf en het plan dat je geschreven hebt. We gaan de vragen oefenen die gesteld kunnen worden door de organisatie die je ondernemingsplan gaat beoordelen. En we vertellen je wat je goed doet in je presentatie. Verder zullen we, als afsluiting van je traject, een samenvatting geven van wat je geleerd hebt. Daarnaast gaan we samen de workshops en de begeleiding kort evalueren. Tot slot: HEEL VEEL SUCCES MET HET BEDRIJF DAT JE HEBT OPGESTART! Mocht het zo zijn dat je, na je échte presentatie bij de gemeente, nog het één en ander moet aanpassen, neem dan contact op met onze startersadviseur. Hij/zij helpt je met de aanvullingen.
Wesseling Startschot, september 2006
30
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Over jezelf vertellen Open vragen zoals ‘Wat kun je ons over jezelf vertellen?’ of ‘Waarom is jouw plan goed?’ en “Hoe zie je jezelf als ondernemer?” worden bijna in elke presentatie gesteld. Er zijn zoveel dingen die je dan kunt zeggen, maar je weet niet altijd zeker waarnaar de interviewer op zoek is. In feite heeft de interviewer ook geen duidelijk beeld. Deze vragen worden gewoonlijk gesteld om via die weg te achterhalen wat voor type persoon je bent en hoe je achtergrond geschikt zou kunnen zijn voor het uitoefenen van zelfstandig ondernemerschap. Wanneer deze vragen aan jou worden gesteld heb je de kans om over jezelf te vertellen op de manier zoals jij dat wilt. Je kunt een korte reactie voorbereiden, waarin je jezelf beschrijft als een aardige, hardwerkende, betrouwbare persoon die de vaardigheden en persoonlijke eigenschappen heeft van een zelfstandig ondernemer. Beslis eerst of je deze vraag direct wilt beantwoorden of dat je een verklarende vraag wilt stellen, zoals: “Wilt u dat ik begin met mijn persoonlijke geschiedenis, opleiding en training, of met mijn werkervaring en vaardigheden?”. Gebruik in je antwoord het sterkste gedeelte van je achtergrond. • •
•
•
•
Wees positief en opgewekt! Verwijs naar situaties die positieve persoonlijke eigenschappen laten zien die belangrijk zijn voor je werk als zelfstandig ondernemer. “Ik vond het erg prettig om deze zomer bij De Groot Elektrotechniek te werken; daar werkte ik soms alleen. Ik weet dat het belangrijk is dat je als ondernemer zelfstandig kunt werken.” Beschrijf je vaardigheden en resultaten van werk of activiteiten in het heden en verleden door concrete voorbeelden te gebruiken. “Het kwaliteitscontroleteam, waaraan ik leiding heb gegeven, heeft de hoeveelheid kapotte onderdelen verminderd met 5%. Hierdoor heeft het bedrijf duizenden euro’s per jaar bespaard. Ik zou mijn bedrijf geld laten besparen”. Neem eventuele twijfels over je achtergrond weg. “Ik moest vroeg van school omdat er weinig geld was en ik geld moest gaan verdienen. Ik ben altijd doorgegaan met leren door middel van cursussen en dergelijke. Sommige hiervan hebben direct verband met het werk als zelfstandig ondernemer.” Denk aan: • zorg dat je positief bent; • zorg dat je kort van stof bent; • houd je antwoord tussen de 2 en 5 minuten; • gebruik concrete voorbeelden; • verbind goede punten aan je rol als zelfstandig ondernemer; • neem eventuele twijfel over je achtergrond weg; • bereid je voor; • oefen je antwoord hardop en met anderen.
Wesseling Startschot, september 2006
31
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
►►►►► OVER JEZELF VERTELLEN ◄◄◄◄◄
Verwijs naar situaties die de positieve persoonlijke eigenschappen demonstreren die belangrijk zijn voor je werk als zelfstandig ondernemer.
Beschrijf vaardigheden en bekwaamheden aan de hand van concrete voorbeelden.
Zijn er twijfels die je graag wilt verminderen?
Zijn er andere dingen die je de interviewer graag wilt laten weten?
Verwijs naar situaties die de persoonlijke eigenschappen demonstreren die belangrijk zijn om te werken als zelfstandig ondernemer: - Betrouwbaarheid - Creatief - Organiserende vaardigheden - Motivatie
Wesseling Startschot, september 2006
- Samenwerking - Probleemoplossend - Flexibel - Hardwerkend
- Snel leren - Goede omgangsvormen - Enthousiasme - Eerlijkheid
32
Cursus “Oriëntatie op Ondernemerschap”
Wesseling Startschot, september 2006
1