08
Jaarverslag Nederlands Centrum voor Beroepsziekten Coronel Instituut voor Arbeid en Gezondheid, Divisie Klinische Methoden en Public Health, Academisch Medisch Centrum, Universiteit van Amsterdam
José de Jong - Bonfrer: “Deelname aan het Peilstation Intensief Melden maakt me alerter”
Dick Spreeuwers: “Nieuwe risico’s willen we zo snel mogelijk opsporen”
Opsporing Bas Sorgdrager: “Ook lange tijd in weinig lawaai werken, kan schadelijk zijn” Jan Bakker: “Je moet de zaak fileren, flink puzzelen en diepgaand onderzoeken”
Nederlands Centrum voor Beroepsziekten Coronel Instituut voor Arbeid en Gezondheid Divisie Klinische Methoden en Public Health Academisch Medisch Centrum Universiteit van Amsterdam Telefoon: (020) 566 53 87 Fax: (020) 566 92 88
[email protected] www.beroepsziekten.nl Polikliniek Mens en Arbeid Telefoon: (020) 566 38 01
WHO Collaborating Center in Occupational Health
Teksten Yvonne Bulten, Anita Mulder, Tilly Gelijsteen, Astrid Schop, Gert van der Laan, Annet Lenderink, Henk van der Molen, Gonnie Zweerman, Dick Spreeuwers Redactie Yvonne Bulten, Anita Mulder, Dick Spreeuwers Interviews Annemarie Geleijnse
Inhoud 2 Dick Spreeuwers “We moeten beroepsziekten beter in beeld brengen”
17 José de Jong - Bonfrer “Deelname aan het peilstation maakt me alerter”
4 Jan Bakker “Huidaandoeningen krijgen te weinig prioriteit”
18 Alec Katan “Goede cijfers helpen preventie”
10 Nieuwe risico’s door werk
19 Charlotte van Wijngaarden “Melden moet routine worden”
15 Peilstation Intensief Melden veelbelovend van start
Fotografie Jocelyne Moreau Concept en vorm Philip Stroomberg Lithografie en druk Mart.Spruijt bv Met dank aan José de Jong - Bonfrer, Alec Katan, Charlotte van Wijngaarden, Fa. Gebr. v.d. Valk Paprikakwekerij, AMC - afd. Chirurgie, M. Thille Schoonmaak en Glazenwasserij, J. Post Glazenwassers, Holland Symfonia, Den en Rust - Begraafplaats en crematorium © Nederlands Centrum voor Beroepsziekten, Amsterdam 2009
20 Bas Sorgdrager “Een miljoen mensen werken in te veel lawaai”
En verder 2
Medewerkers NCvB
14 Commissies en werkgroepen
7
Polikliniek Mens en Arbeid
23 Top 10 gemelde beroepsziekten 2008
8
Activiteiten
24 Helpdesk
9
Heijermanslezingen
24 Publicaties
Speurneuzen In welke onverwachte hoek verschuilt zich de dader? Je moet misschien wel van detectives houden, om te kunnen gloreren in het werken bij het NCvB. Beroepsziekten turven, is niet voldoende. De juiste cijfers over beroepsziekten moeten boven tafel komen. Dat betekent opsporen, puzzelen, de vakliteratuur door pluizen, verbanden leggen, verder kijken, zaken zien die verborgen lijken. De zaak tot op het bot fileren. Je neus, ogen, oren en chemische kennis gebruiken. Bewijs leveren. Om soms oude wijn in nieuwe zak ken te ontdekken en soms nieuwe gezondheidrisico’s op het spoor te komen. Het is dagelijkse kost voor de NCvB’ers. Dit jaarverslag getuigt van het speurwerk dat in 2008 werd verricht.
2
Medewerkers NCvB
Medewerkers NCvB Het NCVB telt dertig medewerkers. Samen werken zij aan de drie hoofdactiviteiten van het NCvB: monitoring en signalering van beroepsziekten, kennisverspreiding en patiëntenzorg (Polikliniek Mens en Arbeid).
Drs. J.G. (Jan) Bakker
E.M.J. (Els) de Ruijter
Klinisch arbeidsgeneeskun-
Medewerker financiële
dige / bedrijfsarts
administratie
Drs. I.T.J. (Ingrid) Braam
Drs. A. (Astrid) Schop
Coördinator IT
Medewerker registratiebureau
Dr. T. (Teus) Brand
Dr. P.B. (Paul) Smits
Bedrijfsarts
Bedrijfsarts
Y. (Yvonne) Bulten
Dr. B. (Bas) Sorgdrager
Communicatiemedewerker
Bedrijfsarts
M.G.M. (Tilly) Gelijsteen
Dr. D. (Dick) Spreeuwers
Management assistente
Bedrijfsarts en directeur van het NCvB
Prof.dr. J.M.B.V. (Vianney) de Jong
Drs. H.P.J. (Harry) Stinis
Neuroloog
Bedrijfsarts
P.J. (Piet) Kroon
A.M.M. (Letty) Tendole
Bedrijfsarts / projectmanager PMA
Secretaresse
Dr. P.P.F.M. (Paul) Kuijer
Drs. E. (Evelien) van Valen
Bewegingswetenschapper
Neuropsycholoog
Drs. G. (Gert) van der Laan
Dr. E.M. (Ellie) Wekking
Klinisch arbeidsgeneeskundige
Gezondheidspsycholoog en neuropsycholoog
Drs. A.F. (Annet) Lenderink Coördinator kennisverspreiding
Drs. H.J. (Gonnie) Zweerman
Dr. K. (Karen) Nieuwenhuijsen
Clinical librarian
Consulente psychische beroepsziekten
Nieuw in dienstgetreden in 2008
Dr. T.M. (Taeke) Pal Bedrijfsarts
Drs. G.J. (Gerda) de Groene
H.J. (Herman) Pieters
Bedrijfsarts
Systeembeheerder
A. (Amin) Khan Drs. E. W. (Erwin) Prakken
Webmaster
Datamanager
Drs. L. (Laura) Reisma
Dr. H.F. (Henk) van der Molen
Neuropsycholoog
Bewegingswetenschapper / coördinator monitoring en
Drs. M. D. (Martijn) Rhebergen
signalering
Bewegingswetenschapper
A.A. (Anita) Mulder Management assistente
NCvB 08
NCvB 08
Dick Spreeuwers
3
“We moeten beroepsziekten beter in beeld brengen” De huidige cijfers over beroepsziekten zijn interessant, maar geven absoluut nog geen volledig beeld, vindt Dick Spreeuwers, directeur van het NCvB. Vernieuwen en verbeteren is de ten dens. Een gesprek over monitoring en signalering van beroepsziekten en de ambities daarin. Dit jaarverslag heeft als thema ‘opsporing’. Wat is de visie van het NCvB op dit thema? “Het is onze taak beroepsziekten te monitoren en te signaleren. Dat betekent dat we bekende ziekten volgen en daarin trends of veranderingen opsporen. Daarnaast signaleren we steeds meer nieuwe beroepsrisico’s. Ook de polikliniek Mens en Arbeid houdt zich naast de directe patiëntenzorg bezig met opsporing. Vaak draait het hier om de vraag of iets een beroepsziekte is of niet. Dat betekent puzzelen, de literatuur erop naslaan en op de werkplek gaan kijken. In de polikliniek is het mogelijk om casus- en clusteronderzoek te doen. Als er ergens opeens tien kankergevallen zijn, dan loont het de moeite om uit te zoeken of dat met het werk te maken heeft.”
Een goed voorbeeld van dat laatste is het risico dat nachtzusters lopen op borstkanker. Hoe komt het NCvB zo’n nieuw risico op het spoor? “Wij volgen alle vakliteratuur. Zodra er een nieuw risico bekend wordt, brengen wij alle bedrijfsartsen en specialisten op de hoogte. Voortdurend worden nieuwe risico’s bekend of ontstaan nieuwe risico’s. We weten bijvoorbeeld nog heel weinig van nanotechnologie en de gezondheidseffecten daarvan. Er komen elk jaar vijfduizend nieuwe stoffen op de markt, waarvan er een aantal een allergie kunnen opwekken. Dat willen we graag zo snel mogelijk opsporen, zodat we op tijd iets kunnen doen. In 2008 brachten we een themarapport uit over nieuwe risico’s. Het rapport geeft voorbeelden van methoden van opsporing en validering van signalen van nieuwe risico’s. Het is dringend nodig die signalering te verbeteren.”
26 november 2008 verdedigde je jouw proefschrift Registries of occupational diseases and their use for preventive policy. De belemmeringen en tekort komingen van het Nederlandse registratiesysteem staan daarin centraal. Wat is de belangrijkste bood schap? “Vernieuwen en verbeteren is de tendens. De huidige cijfers zijn wel interessant, maar geven absoluut geen volledig beeld. De informatie over beroepsziekten die er nu is, is eigenlijk onvoldoende om goed beleid op te voeren. De overheid, werkgevers en Arbodiensten zijn gebaat bij betere cijfers. Mijn proefschrift bestaat uit zes wetenschappelijke artikelen die ingaan op de verbetering van de registratie van beroepsziekten. Ik beschrijf experimenten met nieuwe methoden. Het Peilstation Intensief Melden dat op 1 januari 2009 van start ging, is een eerste uitwerking daarvan. We hadden al peilstations voor huidaandoeningen (ADS) en longaandoeningen (PAL) en ook daarmee gaan we door.
“De overheid, werkgevers en Arbodiensten zijn gebaat bij betere cijfers” In mijn proefschrift beschrijf ik ook wat de verschillende informatiebehoefte is van de betrokken doelgroepen. Tot nog toe was onze informatie nogal aanbodgedreven. We willen toe naar informatieverstrekking die meer past bij de uiteenlopende behoeften van de overheid, de arbeidsinspectie, werkgevers, werknemers en Arboprofessionals.”
Het Peilstation Intensief Melden is dus een eerste stap. Hoe verwacht je dat dit gaat bijdragen aan een betere monitoring en signalering? Ruim 180 bedrijfsartsen nemen enthousiast deel aan het peilstation. Ik verwacht dat we daardoor sneller en beter materiaal krijgen dan dat we louter uit de basisregistratie krijgen. ”
Wat zijn de ambities voor de toekomst? “We kijken met een schuin oog naar de pharmacovigilantie, waarbij alle bijwerkingen van medicijnen wereldwijd worden opgespoord en geregistreerd. Het zou goed zijn toe te werken naar een soortgelijk systeem van arbovigilantie waarbij de bijwerkingen van het werk opgespoord worden. Binnenkort verschijnt ons rapport over beroepsziekten aan de onderkant van de arbeidsmarkt. We hebben nog nauwelijks gegevens over tijdelijke en illegale arbeid, terwijl we weten dat de arbeidsomstandigheden daar vaak slecht zijn. Het is belangrijk daar aandacht aan te besteden. Verder willen we scherper gaan kijken naar gevoelige groepen als zwangeren en de verhoogde risico’s die zij lopen op beroepsziekten. Wellicht moeten we aparte regels voor dit soort groepen gaan opstellen. Ook is het denkbaar dat we in de toekomst meer rekening gaan houden met genetisch bepaalde risicofactoren.”
Bedoel je dat in de toekomst in de werving en selectie wordt gekeken naar genetische risico’s? Is dat ethisch te verantwoorden? “Dat geeft ongetwijfeld veel discussie. Maar als je bijvoorbeeld kanker kunt voorkomen door mensen met een verhoogd risico niet in bepaalde beroepen te laten werken, dan is dat zeker het overwegen waard. We zijn kortom nog lang niet uitgestudeerd op beroepsziekten.”
Impact De impact van beroepsziekten op de gezondheid en de economie van Nederland is enorm, weet Dick Spreeuwers. “Jaarlijks zijn er tienduizenden gevallen van beroepsziekten die met elkaar naar schatting 15 miljard euro aan schade opleveren. Het is dan ook van groot belang goed in beeld te brengen waar het precies om gaat.”
4
Huidaandoeningen
NCvB 08
Huidaandoeningen
NCvB 08
5
Tussen kliniek en werk gaapt vaak een kloof, ook als het gaat om huidaandoeningen. Binnen de Polikliniek Mens en Arbeid ziet bedrijfsarts Jan Bakker zichzelf als go-between tussen werk en clinicus. “Ik heb én kennis van geneeskunde én van werk én van sociale wetgeving.” Hij pleit voor meer aandacht voor huidaandoeningen.
“Huidaandoeningen krijgen te weinig prioriteit” Tekst Annemarie Geleijnse Beeld Jocelyne Moreau
Voor Jan Bakker bestaat er geen mooier vakgebied. “Als bedrijfsarts kun je op het gebied van huidaandoeningen je vak in al zijn facetten uitoefenen”, verklaart hij. De bedrijfsarts werkt sinds 2004 als klinisch arbeids geneeskundige bij de Polikliniek Mens en Arbeid van het NCvB en twee dagen per week als consulent bij het Arbeids Dermatologisch Centrum (ADC) van het VUmc. “Het is een prachtig vak. Je moet niet alleen verstand hebben van huidziekten maar vooral ook goed op de werkplek kunnen kijken wat er speelt. Daarbij gebruik je je neus, je oren, je ogen, je chemische kennis. Samen met de eigen bedrijfsarts, de chef en de arbeidshygiënist van een bedrijf zoek je naar oplossingen.” Kennis van chemie en gezondheid is hem met de paplepel ingegoten. Hiervoor werkte hij 25 jaar als bedrijfsarts in de chemie. Via de helpdesk benaderen veel bedrijfsartsen hem met specifieke vragen. Meestal kan hij met hulp van het uitgebreide netwerk van 25 dermatologen en de database vol kennis over arbeidsgebonden huidaandoeningen met een goed advies komen. Soms verwijst hij via de polikliniek Mens en Arbeid door naar het ADC en krijgt hij de medewerker zelf te zien. “Samen met de dermatoloog verrichten we dan uitgebreid contactallergologisch onderzoek. Is er sprake van een allergie of is het psoriasis of een schimmel? Is het eczeem? En zo ja, wat voor soort eczeem?”
Puzzelen Zonodig nemen ze een kijkje op de werkplek. Onlangs bezocht een klinisch arbeidsgeneeskundige met een dermatoloog een werkplaats voor treinen. Van de mede-
6
Huidaandoeningen
werkers kampt bijna de helft met eczeem. “Je gaat dan eerst de zaak tot op het bot fileren”, vertelt hij enthousiast. “Flink puzzelen, alles diepgaand onderzoeken. Je zorgt voor individuele diagnoses, voor een groeps diagnose en een procesdiagnose.” Het bleek in dit geval een ingewikkelde kwestie, waarbij het niet ging om één soort eczeem of oorzaak. Bakker vertelt dat bijvoorbeeld de één een irratief eczeem had, de ander een contact allergie voor de parfum die in de ruitensproeiervloeistof bleek te zitten en een derde een allergie voor rubber. De werkzaamheden bleken te vragen om specifieke handschoenen en meer kennis van chemische stoffen. “Dan kun je bijvoorbeeld een cursus overwegen. Daarmee doe je ook meteen aan preventie.” De meest opmerkelijke vondst vond Bakker hier de aanwezigheid van parfum in de ruitensproeiers.” Het zal niet de laatste keer zijn dat de polikliniek in de speurtocht naar een oorzaak op parfum uitkomt. Geërgerd zegt Bakker: “Wij zijn mordicus tegen parfum. Overal wordt tegenwoordig parfum ingestopt en dat veroorzaakt frequent contactallergie.”
Nieuwe risico’s Nieuwe risico’s ziet Bakker vaak opdoemen als oude wijn in nieuwe zakken. Hij geeft het voorbeeld van nieuwe toepassingen van acrylaten waarvan al langer bekend is dat ze contacteczeem kunnen opleveren.
NCvB 08
Handeczeem Het jeukt en ziet vuurrood. Maar wat is het? Aan de buitenkant kunt je niet zien wat de oorzaak van eczeem is. Bedrijfsartsen weten dan ook vaak niet wat ze aanmoeten met deze klacht. Bakker wijst op het nut van de website www.huidenarbeid.nl (van de kapperspoli) waarop de arts samen met de medewerker met foto’s kan vergelijken om welk soort eczeem het gaat. Dat brengt het vinden van de oorzaak weer een stapje dichterbij.
“Met acrylaat wordt tegenwoordig de ster in de autoruit gerepareerd. Verder zit er acrylaat in de lijm waarmee de schoonheidsspecialiste kunstnagels plakt. Een grote studio kan nog wel investeren in een beheerste blootstelling door een goede afzuiging. Maar dat is geen optie voor de kleine zelfstandige die ’s avonds op zolder nagels plakt.” Is de contactallergie ontstaan, dan is verandering van beroep vaak onvermijdelijk. Wat dat betreft is Bakker er voorstander voor om mensen met een gevoelige huid al in de opleiding te adviseren bepaalde beroepen links te laten liggen. “Het gaat er niet om dat eczeem ontsiert, maar het gaat om den brode. Ben je als leerling eenmaal allergisch geworden voor een stof in je beroep, dan zit je in een dead end street.”
“Als je allergisch bent geworden, zit je in sommige beroepen in een dead end street” Peilstation huidaandoeningen Meldingen van werkgerelateerde huidaandoeningen krijgt het NCvB niet alleen van bedrijfsartsen. Ook 25 dermatologen verspreid over heel Nederland melden via een speciaal peilstation ADS wat zij tegenkomen aan werkgerelateerde aandoeningen. Bakker: “We kijken als het ware door twee sleutelgaten naar de werkelijkheid. Doordat de dermatologen meedoen krijgen we ook zicht op de grote groep werknemers die geen toegang heeft tot een bedrijfsarts. Ook de zelfstandige kok of kapper belandt zo in de cijfers.”
Kapperseczeem De kappers fungeerden tot voor kort als het paradepaard voor de aanpak van beroepsgebonden aandoeningen. Gezamenlijke acties van de sociale partners, de overheid en arbeidsdermatologen naar Duits voorbeeld zorgden voor een grote daling van zowel huidklachten als kosten. Kapsters die desondanks huidklachten ontwikkelden, werden adequaat behandeld en gereïntegreerd door de kapperspoli en de twee academische centra. Na beëindiging van het Arboconvenant op 1 januari 2007 zouden verzekeraars en werkgevers continuering van deze zorg mogelijk maken. De markt blijkt hier niet te werken: sinds deze datum zien de arbeidsdermatologen een fractie van de kapsters. Vervanging blijkt goedkoper dan goede diagnostiek en reïntegratie.
Het commentaar van de Arbeidsinspectie begin 2009 was dan ook niet mals. Frustrerend, vindt Bakker. Hij kan er ook niet over uit dat in bijna geen enkel Arboconvenant huidaandoeningen aan bod zijn gekomen. Bakker: “Ik vind het onverteerbaar dat huidaandoeningen zo weinig aandacht krijgen. Je ziet dat gekozen wordt voor die risico’s die direct uitval veroorzaken, aandoeningen van het bewegingsstelsel en psychische klachten. Als BV Nederland moeten we ons afvragen of we dit met z’n allen willen. We kachelen achteruit. Als kennisinstituut is het onze taak dat te signaleren.” Er zijn slechts twee Arbocatologi die ‘huid’ wel als aandachtspunt hebben; die van de Academische ziekenhuizen en die van de schoonmakers- en glazenwassersbranche. Bakker: “Nat werk staat bovenaan de risicolijst. Als je veel met je handen in het water zit, dan verweekt de huid en wordt deze ontvet. Dat leidt vaak tot eczeem.”
Werkplek Terwijl huidaandoeningen weinig prioriteit krijgen in Arboconvenanten en Arbocatalogi onderzoeken de arbeidsdermatoloog en Bakker op verzoek van de bedrijfsarts steeds meer de werkplek. Zo mogelijk houden ze ook spreekuur op locatie. Daar, onbereikbaar voor de meeste dermatologen en onbekend bij veel bedrijfsartsen, ligt vaak de oplossing voor huidaandoeningen. Ze werken heel feitelijk, gaan niet af op myste-
7
Huidaandoeningen
NCvB 08
Heroïne-allergie Enkele bedrijfsartsen meldden via de helpdesk dat medewerkers die betrokken zijn bij gratis heroïneverstrekking last kregen van een heroïneallergie. Bakker: “Dermatologen betrokken bij het peilstation ADS zorgden voor de juiste diagnostiek”. Het probleem blijkt een diverse groep medewerkers te treffen. Je kunt denken aan de beveiligers die drugsgebruikers bij binnenkomst fouilleren, maar ook aan de monteur die het plafond repareert in een ruimte waar heroïne verstrekt wordt. Zij krijgen eczeem, gaan snotteren of worden benauwd. De GGD is nu aan het kijken hoe de blootsteling aan deze stof beter beheerst kan worden.” Dit probleem was jaren geleden al bekend onder verpleegsters. Hier bleek het nut van de samenwerking tussen het NCvB, het Arbeids Dermatologisch Centrum VUmc en de dermatologen van het peilstation: gedeelde expertise en goede communicatie ten behoeve van bedrijfsartsen en hun patiënten.
rieuze verhalen. Bakker: “Het is natuur- en scheikunde, evidence-based. Wat dat betreft scherpt de academische omgeving waarin ik hier verkeer mijn geest. Continu wordt mij gevraagd of ik iets wat ik denk, ook kan bewijzen.”
Polikliniek Mens en Arbeid Aantal verwijzingen naar de PMA nov. 2005 t/m dec 2008 Discipline
Nov. 2005 (start PMA) t/m dec. 2006
2007
2008
Totaal
Audiologie
55
113
65
233
Dermatologie
16
30
46
92
Longen
20
10
14
44
Psychiatrie
27
46
16
89
Solvent Team
99
69
100
268
Verwijzingen van de Nederlandse Spoorwegen
6
54
39
99
Expertise
12
10
23
45
Neurologie
-
2
8
10
Oncologie
-
-
3
3
Houding en beweging -
-
5
5
Totaal
334
319
t/m 2008: 888
235
De polikliniek Mens en Arbeid is te bereiken via de website www.mensenarbeid.nl Het telefoonnummer van de Polikliniek Mens en Arbeid is (020) 566 39 01
8
Activiteiten
NCvB 08
Activiteiten NCvB-medewerkers bezoeken geregeld lezingen, voordrachten, work shops en congressen in binnen- en buitenland. Door het NCvB worden ook lezingen, workshops, presentaties en (na)scholingsbijeenkomsten georganiseerd. Een overzicht van de activiteiten in 2008. 4 januari AIAS Amsterdam; Beroepsziekten in Europees perspectief (Gert van der Laan) 14 januari Achmea Arbo de Meern, Utrecht; Voortplanting en Werk (Teus Brand) 25 januari Gastcollege AIOS Gynaecologie Erasmus MC, Rotterdam; Preconceptiezorg en werk (Teus Brand) 29 januari Broodje onderzoek over Voort planting en werk op uitnodiging van prof. T. Smid (Teus Brand) 11 februari Nascholing arts-assistenten Derma tologie en Longziekten VUmc bij stage Dermato-allergologie (Jan Bakker) 21 februari NVVA overleg, Utrecht; Kiza als informatiebron voor arbeids hygiënisten (Harry Stinis) 5 maart De Burgt Symposium FNV, Amsterdam; Nieuwe Beroeps ziekten (Gert van der Laan) 6 maart NSPOH, Otterlo; Voordracht over voortplanting en werk (Teus Brand) 8 maart Masterclass vaccinatology, Oosterbeek; Vaccineren werk nemers (Harry Stinis) 10 maart NVAB de Kring, Nijmegen; Seizoensinfluenza en de bedrijfsarts (Harry Stinis) 11 maart SGBO, Nijmegen; onderwijs beroepsziekten (Henk van der Molen) 13 maart NSPOH, Zeist; Voordracht over voortplanting en werk (Teus Brand)
23 mei Conferentie beroepsziekten, Paramaribo, Suriname (Dick Spreeuwers, Piet Kroon en André Weel)
27 maart NVAB, Utrecht; workshop Preventie beroepsslechthorendheid en functioneren met slechthorendheid (Bas Sorgdrager)
27 mei Lezing voor de deelnemers aan de studie Hand, Amsterdam, Nijmegen en Groningen; groepsonderzoek bij clusters van arbeidsgebonden huid- en slijmvliesaandoeningen (Jan Bakker)
8 april Achmea Vitale, Utrecht; Concept hoornorm (Bas Sorgdrager) Nascholing rechters (SSR) (Dick Spreeuwers)
29 mei BG dagen, Papendal; workshops Het functioneren van slechthorenden in werksituaties (Bas Sorgdrager)
9 april NSPOH, Amsterdam; Beroepsziekten in de Bouw (Gert van der Laan)
5 juni Opleidingsmodule Arbeidstoxicologie, Nijmegen; Medisch Onderzoek bij Chemische Belasting (Teake Pal)
10 april Nationaal Congres Volksgezondheidszorg, Groningen; Workshops Arbozorg in Beroepsopleidingen en Klinische Arbeidsgeneeskunde (Teake Pal) 11 april VUmc, Amsterdam; onderwijs beroepsziekten (Dick Spreeuwers) 17 april Klankbord Leerzame Letselschadeclaims, Amsterdam; Eerste resultaten dossieranalyses Leerzame Letselschadeclaims (Gert van der Laan) Lezing regionale KNMG-kring, Den Haag (Dick Spreeuwers) 23 april NSPOH: opleiding militaire Artsen: beroepsziekten (Jan Bakker) 10 mei NVKB dag, Dierentuin Amersfoort; Arbo op de Kinderboerderij (Harry Stinis) 15 mei Invited lecture congress Occupational Risk Prevention , La Coruña, Spain; Ergonomics in the construction sector (including workshop and round Table). (Henk van der Molen) 20 mei Symposium beroepsziekten voor bedrijfs- en verzekeringsartsen, Curaçao (Dick Spreeuwers, Piet Kroon en André Weel)
18 juni NSPOH: opleiding militaire Artsen: beroepsziekten (Jan Bakker) 19 juni Contact groep Chemie, Den Bosch; Nieuwste inzichten in reprotox en cytostatica (Teus Brand) 20 juni AMC Heijermanslezing, Amsterdam; Medische helpdesk Atelier Veilig voor Beeldend Kunstenaars (Gert van der Laan) Eindsymposium NSPOH cursus Praktisch Wetenschappelijk Onderzoek, Amsterdam; Verbetert een interventie ‘op maat’ het melden van beroepsziekten door bedrijfsartsen? Een randomised controlled trial (Annet Lenderink) 1 juli NVIC/RIVM lunchlezing, Utrecht; Tox-vragen Helpdesk NCvB (Gert van der Laan) 11 augustus Nascholing arts-assistenten Dermatologie en Longziekten VUmc bij stage ‘Dermatoallergologie’ (Jan Bakker) 28 augustus Nederlandse vereniging voor Klinische Arbeidsgeneeskunde, Amsterdam; Het Solvent Team Project: chronische toxische encefalopatie (Gert van der Laan en Evelien van Valen)
NCvB 08
Nederlandse vereniging voor Klinische Arbeidsgeneeskunde, Amsterdam; Multidisciplinaire samenwerking en beoordeling, behandeling en begeleiding van slechthorenden (Bas Sorgdrager) 29 augustus 1st Central and Eastern European Summit on Preconception Health and Prevention of Birth Defects, Budapest, Hongarije; Working conditions and preconception care (Teus Brand) 3 september Werkgroep VvV/BBZ FNV, Amsterdam; Voorlopige resultaten project Leerzame Letselschadeclaims (Gert van der Laan) 4 september SER Commissie Arbeidsomstandigheden, Den Haag; Ervaringen Solvent Team Project (Gert van der Laan) 8 september Presentatie voor de Werkgroep Allergische Beroepsziekten; Allergie voor goud (Jan Bakker) 11 september Bijeenkomst Kring Utrecht NVAB, Utrecht; Beroepslongaandoeningen (Teake Pal) SSR nascholing rechters (Dick Spreeuwers) 16 september Achmea Arbo, Amsterdam; Voortplanting en werk (Teus Brand) 19 september Nationaal Congres Preconceptiezorg, Utrecht; Voordracht (Teus Brand) 25 september Blomberg Conferentie Pandemie, Arnhem; Workshop Infectieziekten en de Arbodienst (Harry Stinis) Fysieke belasting in arbocatalogi, Stichting van de Arbeid, commissie begeleiding arbocatalogi, Den Haag; Werkconferentie Arbeids risico’s in de Arbocatalogus (Henk van der Molen) 3 oktober CBR/IVW congres, Utrecht; Slechthorendheid bij machinist (Bas Sorgdrager) CBR, Utrecht; Symposium Vervoers-
geneeskunde in een hogere versnelling (Dick Spreeuwers, Piet Kroon, André Weel en Gerda de Groene) Ontvangst Finse bedrijfsartsen te gast bij het NCvB (Dick Spreeuwers en Gert van der Laan) Presentatie; Allergie voor goud, Amsterdam, voor de Finse bedrijfsartsen (Jan Bakker) 7 oktober Bijeenkomst werkgroep Bedrijfsartsen in de Gezondheidszorg (BAZ); Gezondheidsaspecten Ploegendienst (Teake Pal) 8 oktober NSPOH, Utrecht; casuïstiek voor opleiding bedrijfsartsen (Teus Brand) 9 oktober Achmea, Zeist; workshop Beroepsziekten (Teake Pal) 14 oktober Sliedrecht; Nascholing op uitnodiging St. Koel voor verloskundigen, fysio- en oefentherapeuten over Repro en Werk (Teus Brand) 22 oktober Bijeenkomst KAM-coördinatoren UNETO, Rotterdam; Arbo-Antwoord – Gericht kennis delen en uitwisselen tussen werkvloer en experts (Annet Lenderink)
vaccinatie door de bedrijfsarts (Harry Stinis) 6 november Arbo Unie, Nijmegen; Voort planting en werk (Teus Brand) Arbouw, Utrecht; Ergonomie in de bouw: wat werkt wel en wat werkt niet? (Henk van der Molen) Deskundigendag Arbouw, Utrecht; Evaluatie screening van schilders op OPS 1998-2005 (Gert van der Laan) 11 november GSK, Nootdorp; Regelgeving en vaccinatie door de bedrijfsarts (Harry Stinis) 17 november ODP; kiza informatiesysteem voor arbodiensten (Harry Stinis) 18 november GSK, Eindhoven: Regelgeving en vaccinatie door de bedrijfsarts (Harry Stinis) 25 november European NETwork for Monitoring trends in Occupational Diseases and new and Emerging occupational Risks (acronym: MODERNET). (Dick Spreeuwers en Gert van der Laan) Arbo Unie, Ede; begeleiding ICT bedrijfsartsen (Henk van der Molen)
23 oktober National Health Service in Florence / Health Unit University of Bologna, Florence, Italy; Writing a Cochrane systematic review on preventive interventions to improve safety; the case of the construction industry. Invited lecture congress Evidence Based Prevention and Work, the effective prevention of the working hazards and risks (Henk van der Molen)
26 november Promotie Dick Spreeuwers
25 oktober Vereniging OPS, Enschede; De toegevoegde waarde van het Solvent Team project en resultaten van het onderzoek (Gert van der Laan)
16 december Bedrijfsartsengroep, Amsterdam; Beroepsziekten door toxische stoffen (Gert van der Laan) ICT KLM Health Services, Rotterdam; Presentatie over Repro en Werk (Teus Brand)
31 oktober Jaarbijeenkomst artsen Europees Patent Bureau (EPO), Berlijn; Expertises beoordeling beroepsziekte (Teake Pal) 4 november GSK, Utrecht; Regelgeving en
9 december NCvB refereerbijeenkomt, Amsterdam; Voorzorg en preventiebeginsel (Harry Stinis) 11 december NSPOH, Maastricht; internationale cursus Beroepsziekten (Dick Spreeuwers)
19 december AMC Heijermanslezing, Amsterdam; Beroepsziekten in verschillende levensfases (Gert van der Laan en Henk van der Molen)
Heijermanslezingen
9
Heijermanslezingen Ook in 2008 organiseerde het NCvB twee keer een drukbezochte Heijermanslezing in het AMC.
Beroepsziekten en de Kunsten 20 juni 2008 Kunstenaars zoeken graag grenzen op van hun fysieke mogelijkheden en hun materialen. Dit kan tot mooie kunst leiden, maar ook tot beroepsziekten. Jan de Laat, audioloog UMCL, liet de consequenties van lawaaihardhorendheid voor musici zien en besprak oplossingen voor dit probleem. Bonie Rietveld, orthopedisch chirurg en hoofd van de Danserspoli in het Westeindeziekenhuis Den Haag, belichtte de behandeling en therapie in de dansgeneeskunde. Rob Nolet, fysiotherapeut, vertelde over het multidisciplinair spreekuur voor musici in het AMC. Gert van der Laan, klinisch arbeidsgeneeskundige, presenteerde de ervaringen met beroepsziekten door toxische stoffen bij beeldend kunstenaars en de Medische Helpdesk Atelier Veilig.
Beroepsziekten in verschillende levensfases 19 december 2008 In de beroepsziektestatistieken zien we twee pieken: één bij jeugdige en een ander bij oudere leeftijdsgroepen. Bij jeugdigen speelt soms een verhoogde kwetsbaarheid: allergische constitutie, zwakke rug, gevoelig gehoororgaan, en dergelijke. Bij ouderen speelt een langere cumulatieve blootstelling aan schadelijke factoren in het werk een rol. Dit terwijl de ontgiftigingscapaciteit bij werk met toxische stoffen verminderd en langere hersteltijden nodig zijn na mentale belasting of ploegendienst. Ook werkbelasting in samenhang met chronische ziekten (hypertensie, diabetes, COPD) komt bij ouderen meer voor. In het spitsuur van het leven speelt meer nog dan in andere levensfases de combinatie van belasting door werk en privé. De bijdragen kwamen van Henk van der Molen, hoofd Registratiebureau NCvB, Judith Sluiter, associate professor, PI, Coronel Instituut, Richard Ridderinkhof, hoogleraar cognitieve ontwikkeling en veroudering Universiteit van Amsterdam en Menno Reijneveld, hoogleraar jeugdgezondheidszorg UMC Groningen.
10
Nieuwe risico’s
NCvB 08
Nieuwe risico’s door werk Door voortdurende veranderingen in werk en werkomstandigheden ontstaan nieuwe arbeidsgerela teerde gezondheidsrisico’s en mogelijk ook nieuwe beroeps ziekten. Het NCvB wil graag een bijdrage leveren aan een versterking van de waakzaamheid voor nieuwe gezondheidsrisico’s door werk. In 2008 bracht het NCvB een themarapport uit over nieuwe risico’s.
Tekst Annemarie Geleijnse Beeld Jocelyne Moreau
NCvB 08
Nieuwe risico’s
11
12
Nieuwe risico’s
Internationaal wordt veel energie gestopt in risico beoordeling om de risico’s van nieuwe technologieën te beheersen. Aanvullend daarop is het verstandig ook te letten op het optreden van nieuwe en ongewenste bijwerkingen van arbeid op de gezondheid. Maatschappelijk is de belangstelling voor het sneller en beter opsporen van nieuwe gezondheidsrisico’s met name de afgelopen tien jaar sterk gegroeid. De uitdaging is gezondheidsschade door werk vroegtijdig te voorkomen zonder onnodige onrust te creëren. In het themarapport ‘Signalering van nieuwe gezondheidsrisico’s door werk: aanzet tot arbovigilantie’ worden voorbeelden gegeven van nieuwe beroepsziekten (zie kaders). Methoden van opsporing en validering van signalen van nieuwe risico’s worden besproken. Doel is uiteindelijk te komen tot de ontwikkeling van een nieuwe set van methoden en instrumenten. Het rapport beschrijft dat het hierbij gaat om het opsporen en duiden van ‘signalen’, ofwel onderbouwde hypotheses over een verband tussen een blootstelling en een gezondheidsprobleem. In dit proces zijn vier fases te onderscheiden.
Borstkanker door nachtdienst Uit verschillende wetenschappelijke studies komt een verhoogd risico op borstkanker naar voren bij verpleegkundigen en stewardessen. Bij vrouwen die jarenlang in nacht- en onregelmatige diensten hebben gewerkt, is het risico op borstkanker 1,5 tot 1,8 keer hoger dan bij niet-blootgestelde vrouwen. Een mogelijke verklaring is een verstoring van het bioritme door light at night. Uit dierexperimenteel onderzoek is bekend dat er bij light at night minder melatonine wordt aangemaakt. Melatonine is van belang voor het slaap-waakritme, maar tevens een remmer van tumorgroei. Wordt minder melatonine aangemaakt, dan is er dus minder remming van tumorgroei. De eerste overtuigende studies dateren van 2001, later volgden er meer. In het Signaleringsrapport Beroepsziekten 2002 worden deze bevindingen genoemd. Daarop werd de Gezondheidsraad om advies gevraagd. Het International Agency for Research on Cancer (IARC) concludeerde in 2007: ‘shift-work that involves circadian disruption is probably carcinogenic to humans’ en plaatste onregelmatig werk op de lijst van kankerverwekkende stoffen, beroepen en processen (Group 2A). Dit nieuwe verband tussen werk en gezondheid werd opgespoord door epidemiologisch onderzoek (cohortonderzoek bij werknemers).
NCvB 08
Het is niet mogelijk met één methode alle nieuwe gezondheids risico’s door werk te signaleren
Uiteindelijk moet een (voorlopig) oordeel worden gegeven over het nieuwe risico.
Van signaal naar actie Wanneer besloten is dat een mogelijk verband werkelijk een signaal is, moet daarop actie worden ondernomen. Dat kan gaan om bijvoorbeeld meer communicatie met direct belanghebbenden, communicatie met externe partijen, initiëren van verder onderzoek en het eventueel aanpassen van richtlijnen, protocollen, wet- en regelgeving. De precieze invulling van deze fase hangt sterk samen met de aard, ernst en omvang van het signaal.
Bijdrage NCvB Signaaldetectie In de eerste fase, de signaaldetectie, gaat het om het opsporen van mogelijk relevante verbanden tussen werk/ werkomstandigheden en gezondheidsklachten. Dat kan met verschillende methoden zoals het registreren van spontane meldingen van mogelijk relevante verbanden door (bedrijfs)artsen, meldingen van werknemers, periodieke screening van literatuur, data mining in gegevensbestanden, koppeling van gegevensbestanden, actieve opsporing van gezondheidseffecten en secundaire analyse van patiëntengegevens die om andere redenen zijn verzameld. Er zijn verschillende soorten verbanden tussen blootstelling en gezondheidsklachten, die onder meer samenhangen met verschillen in ernst en aard van de gezondheidsklachten en in de sterkte van een causaal verband met de specifieke blootstelling. Per methode is er verschil in geschiktheid voor het opsporen van soorten verbanden. Het is dan ook niet mogelijk om met één methode alle nieuwe gezondheidsrisico’s door werk te signaleren, maar er moet gewerkt worden met elkaar aanvullende methoden (triangulatie).
Signaalversterking en Signaalbevestiging In de volgende twee fases wordt de voorlopige beoor deling van beschikbare gegevens en argumenten (evidence) gevolgd door follow-up en nader onderzoek. Nadat signalen over verbanden tussen werk/werk omstandigheden en gezondheidsklachten zijn gevonden, moet eerst een voorlopige en later een meer definitieve beoordeling worden gemaakt van het signaal en de onderbouwende informatie. Daarbij moet zowel op individueel niveau meer informatie worden verzameld als op een geaggregeerd niveau. De eerste vraag is of een verband vaker is gemeld in registraties of beschreven in de literatuur. Vervolgens wordt de opgestelde hypothese over een verband nader onderzocht met behulp van epidemiologisch of experimenteel onderzoek. Internationale samenwerking is hierbij vrijwel altijd wenselijk.
Nieuwe risico’s
NCvB 08
In het themarapport beschrijft het NCvB welke bijdrage het centrum zelf kan leveren aan de versterking van de waakzaamheid voor nieuwe gezondheidsrisico’s door werk. Zo zou het NCvB een systeem kunnen opzetten waarin nieuwe risico’s gemeld worden door bedrijfs artsen en eventueel anderen (huisartsen, medisch specialisten, werknemers). Ook periodiek gericht literatuuronderzoek en rapportage hierover kunnen bijdragen aan een versterkte waakzaamheid. Verder is het mogelijk experimenten uit te voeren met data mining technieken in de Nationale Beroepsziekteregistratie of onderzoek te doen van cases en clusters, bijvoorbeeld door het ad hoc formeren van multidisciplinaire teams. Tenslotte ziet het NCvB de analyse van bestaande eigen databestanden en die van andere organisaties zoals NIVEL, UWV en IAS als mogelijkheid. Uiteindelijk kan het NCvB de kennis en informatie over nieuwe risico’s verspreiden.
13
Paprikatelers allergisch Onder paprikatelers in Nederland ontstond enige onrust omdat er veel personeel last had van mogelijk met het werk verband houdende loopneuzen, niesbuien, rode ogen en benauwdheid. Bij een aantal van hen was een allergische rhinitis (‘hooikoorts’) of astma vastgesteld, waardoor sommigen hun beroep hadden moeten opgeven. De brancheorganisatie vroeg daarom de afdeling Allergie van het Erasmus Medisch Centrum Rotterdam onderzoek te doen. De onderzoekers vonden bij ruim 40% van de paprikawerkers werkgebonden rhinitis; bij 26% conjunctivitis en bij 12% astma. Uit de allergietesten bleek 34,5% gevoelig voor paprikapollen maar ook, tamelijk onverwacht, 23,3% voor roofmijt. Deze roofmijt verzorgt de biologische bestrijding van insecten, maar afvalproducten van de roofmijt dwarrelen op en kunnen worden ingeademd. Adembescherming werd bij deze biologische bestrijdingsmethode zelden gebruikt. Na het onderzoek werd de stofbeheersing in kassen verbeterd. Ook werden met succes hommels ingezet om het stuifmeel van plant naar plant te verplaatsen. Daardoor was het mechanisch in trilling brengen van de planten dat leidt tot het vrijkomen van wolken stuifmeel niet meer nodig. Dit onderzoek illustreert het belang van participatie van praktijkmensen bij het signaleren, agenderen en beheersen van arbeidsgebonden gezondheids problemen.
Netwerk
Popcorn disease In 2003 werd na melding van enkele gevallen van ernstige luchtwegproblemen bij medewerkers van een popcornfabriek een Health Hazard Evaluation (HHE) uitgevoerd. De zeldzame longaandoening (bronchiolitis obliterans) bleek te berusten op blootstelling aan een vluchtige smaakstof: diacetyl (boteraroma). Daarom wordt deze werkgebonden longaandoening aangeduid als popcorn disease of boteraromalong. Na vaststellen van het verband zijn maatregelen getroffen om de blootstelling aan deze stof te beperken. Ook is een monitoringprogramma opgezet met periodieke longfunctiebepalingen bij de blootgestelde werknemers. Aan de producenten en gebruikers van deze smaakstof werd informatie over de gezondheidsproblemen verstrekt. Dit heeft ertoe geleid dat ook bij een Nederlandse producent van diacetyl onderzoek werd ingesteld en drie gevallen werden ontdekt.
Het NCvB vindt het belangrijk te komen tot een netwerk waarmee nationaal en internationaal kennis kan worden uitgewisseld. Te denken valt aan de ontwikkeling van een platform voor vragen en discussie op het terrein van nieuwe gezondheidsrisico’s door werk; het gezamenlijk verzamelen van gevallen; het starten en evalueren van experimenten die tot harmonisatie van opsporingsmethoden tussen deelnemende landen kunnen leiden en een verdeling van werkzaamheden bij de screening van de wetenschappelijke literatuur.
14
Commissies en werkgroepen
Commissies en werkgroepen 2008 Samenwerking en overleg met externe partijen is van groot belang. Het NCvB heeft vertegenwoordigers in diverse (internationale) werkgroepen en (wetenschappelijke) commissies.
NCvB 08
Werkgroep Aanbesteding Arboportaal
Deskundige beroepsziekten voor rechtelijke macht
Werkgroep Influenzavaccinatie onderzoek bij gezondheidszorg personeel in de UMC’s
Dick Spreeuwers
Teake Pal Jan Bakker Werkgroep Allergische Beroepsziekten Werkgroep ADS (ArbeidsDermatosenSurveillance)
Vereniging voor Bewegings wetenschappen Nederland Nederlandse vereniging voor Klinische Arbeidsgeneeskunde NVAB Leidraad Preventief Medisch Onderzoek
Arbo Expert Groep Dermatologie Redactielid Moving Matters Projectgroep Leerzame schadeclaims Projectgroep Arbeidsgebonden vitiligo in samenwerking met het SNIP
Secretaris Committee on Musculoskeletal Disorders of International Committee on Occupational Health
Werkgroep SKB-NCvB contacteczeem
Gert van der Laan
Nederlandse vereniging voor Klinische Arbeidsgeneeskunde
Ingrid Braam Werkgroep Health and Safety at work statistics Stuurgroep landelijk meldpunt prikaccidenten European Occupational Diseases Statistics (EODS) Technical Party
NVAB-commissie ter toekenning van de Burger- en Zielhuispenning. Commissie Arbeidsomstandigheden Sociaal Economische Raad (onafhankelijk lid) Nederlandse Vereniging voor Klinische Arbeidsgeneeskunde (voorzitter) Deskundige beroepsziekten voor rechtelijke macht Redactieraad AI-bladen reeks SdU
Teus Brand Werkgroep Reproductie en Arbeid Nederlandse vereniging voor Klinische Arbeidsgeneeskunde
Gerda de Groene Werkgroep Allergische Beroepsziekten Nederlandse vereniging voor Klinische Arbeidsgeneeskunde
Paul Kuijer Secretaris Stuurgroep registratierichtlijnen NCvB Nederlandse vereniging voor Ergonomie
ICOH scientific committee on Agriculture and rural health Working group Occupational Diseases; European Forum of insurances against Occupational Diseases and accidents at work ICOH scientific committee on Neurotoxicology and Psychophysiology. Expert group Information Notices European List of Occupational Diseases
Annet Lenderink Werkgroep Infectieziekten en Arbeid (WIZA)
NCvB 08
Commissie Gezondheid en Beroepsmatige Blootstelling aan stoffen van de Gezondheidsraad Commissie Normering Allergenen van de Gezondheidsraad NVAB Commissie tot toekenning van de Burger- en Zielhuispenning NVAB Commissie Richtlijnen Onderwijs en Wetenschap
NVAB Commissie Internationale Betrekkingen (CIB) (secretaris) Raad van Advies Nationaal Hepatitiscentrum KNMG vertegenwoordiger bij de Union of European Medical Specialists (UEMS), sectie Occupational Medicine ICOH Scientific Committee Research on Health Services Research and Evaluation in Occupational Health ICOH Scientific Committee History of Occupational Health
Bestuur sectie Arbeidstoxicologie, Nederlandse vereniging voor Toxicologie
Raad van Toezicht Stichting Healthy Progress
Nederlandse Vereniging voor Klinische Arbeidsgeneeskunde
Nederlandse Vereniging voor Klinische Arbeidsgeneeskunde
Redactiecommissie Handboek Bedrijfsgezondheidszorg
Werkgroep Allergische Beroepsziekten (voorzitter)
EU Expert Group information notices on diagnosis of occupational diseases
Werkgroep Infectieziekten en Arbeid (WIZA) Werkgroep Reproductie en Arbeid
Werkgroep verzekerings geneeskundig protocol COPD (VGI)
Harry Stinis
Werkgroep proefdierallergie AMC Amsterdam
Werkgroep Infectieziekten en Arbeid (WIZA)
Expertgroep Arbeidsdermatologie NCvB
Werkgroep Allergische Beroepsziekten
Werkgroep Infectieziekten en Arbeid (WIZA)
Werkgroep Reproductie en Arbeid
Werkgroep Allergische Beroepsziekten
Werkgroep Voedsel en Waren Autoriteit: handleiding Arbo Kinderboerderijen
Bestuur Stichting Milieu en Arbeidsdermatologie (SMAD)
Werkgroep Arbo bij Proefdier onderzoek, AMC afdeling ARIA
Bas Sorgdrager
CBO Richtlijn Lymeborreliose herziening richtlijn 2004
Werkgroep Expertise Centrum Gehoor en Arbeid Redactie Tijdschrift voor Bedrijfs- en Verzekeringsgeneeskunde
RIVM Brainstorm / begeleidingsgroep Q-fever Werkgroep Groene Lyme
15
Peilstation Intensief Melden veelbelovend van start Het NCvB gaat de onderrapportage van beroepsziekten te lijf. Op 1 januari 2009 is het Peilstation Intensief Melden (PIM) van start gegaan. 182 gemotiveerde en intensief begeleide bedrijfsartsen zijn extra alert op werkgerelateerde aandoeningen en melden deze consequent. De eerste resultaten zijn veelbelovend. Tekst Annemarie Geleijnse Beeld Jocelyne Moreau
De bereidheid van bedrijfsartsen om deel te nemen aan het peilstation overtreft de verwachting. Hoewel het streven was rond de honderd artsen te enthousiasmeren, meldden zich maar liefst 182 deelnemers. Hun werknemerspopulatie telt in totaal 513.571 werknemers, dat komt neer op gemiddeld 2.822 werknemers per bedrijfsarts. De peilartsen volgden een startbijeenkomst waarop ondermeer nog eens werd opgehaald hoe een melding
Raad van Advies Stichting AAP Werkgroep Reproductie en Arbeid
Peilstation Intensief Melden
wordt gedaan. Inmiddels brengen zij dit met veel inzet in de praktijk. In het eerste kwartaal van 2009 deden alle bedrijfsartsen samen negenhonderd meldingen. De peilartsen meldden maar liefst 491 aandoeningen. Dat is opmerkelijk veel, afgezet tegen de 409 meldingen van niet deelnemende bedrijfsartsen die dit eerste kwartaal binnenkwamen. Dit betekent dat meer dan de helft van de meldingen (54,6 procent) afkomstig was van de deelnemers aan het PIM. Eerder bleek al in een pilotstudie dat deelname aan een peilstation het aantal meldingen en de kwaliteit daarvan verbeterden (zie kader).
Pilotstudie succesvol
Betrouwbare cijfers
De resultaten van het pilotproject dat het NCvB in de periode 2003-2005 uitvoerde, gaven volop aanleiding tot hoge verwachtingen. De vijftig deelnemende bedrijfsartsen deden dertien meldingen tegen slechts twee meldingen in de controlegroep. Ook de kwaliteit van de meldingen was in de projectgroep beter; in de projectgroep bleek slechts 3,3% van de meldingen incorrect tegen 8,9% in de controlegroep. Een vergelijking van het pilotproject met de nationale registratie gaf indicaties voor selectieve onderrapportage in bepaalde sectoren of voor bepaalde aandoeningen.
Het Peilstation Intensief Melden levert meer betrouwbare cijfers over beroepsziekten in Nederland. Dat is hard nodig, want hoewel bedrijfsartsen verplicht zijn beroepsziekten te melden, is er sprake van onderrapportage. Daardoor is er onvoldoende zicht op de aard, omvang en de spreiding van werkgerelateerde aandoeningen in beroepen en sectoren in Nederland. Het was de aanleiding voor het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om het NCvB te vragen een Peilstation Intensief Melden op te zetten. De deelnemers aan het peilstation doen minimaal twee jaar mee. Langer deelnemen is mogelijk, het project
16
Peilstation Intensief Melden
loopt in totaal vijf jaar. De bedrijfsartsen melden op de gebruikelijke manier online arbeidsgerelateerde aandoeningen bij hun patiëntenpopulatie. Vooraf hebben zij extra informatie gegeven over de bedrijfssector waarin zij werken en het aantal medewerkers dat zij bedienen. Waar nodig worden de deelnemers na een melding gevraagd om extra informatie.
Expert beroepsziekten Voor de deelnemende bedrijfsartsen organiseert het NCvB in 2009 negen PIM-workshops en een plenaire bijeenkomst. Bij elkaar vormen de bijeenkomsten een opleiding tot expert beroepsziekten. Met een speciale nieuwsbrief worden zij op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen.
NCvB 08
NCvB 08
Peilstation Intensief Melden
17
José de Jong - Bonfrer, bedrijfsarts van verpleeg- en verzorgingshuizen via KLM Health Services, sector Regio Randstad
Recordaantal meldingen Bijna vijfhonderd (491) meldingen. Daarmee gaven de 182 deelnemende bedrijfsartsen aan het Peilstation Intensief Melden het eerste kwartaal van 2009 de enthousiaste aftrap. Het betreft aandoeningen van het houdings- en bewegingsapparaat, psychische aandoeningen, huidaandoeningen, neurologische aandoeningen en aandoeningen van het spijsverteringskanaal. De oorzakelijke blootstellingen liggen op het gebied van geluid (33 keer), biologische agentia (27 keer), fysieke belasting (183 keer), psychosociale belasting (195 keer), industriële en overige factoren (53 keer).
“Deelname aan het peilstation maakt me alerter” klachten ontstaat, dan kan ik dat bij de klant aankaarten en daarop sturen.”
Schadeclaims “Mijn deelname aan het peilstation biedt gelegenheid om collega’s te ontmoeten, dat vind ik altijd leuk en leerzaam. Sommige collega’s zijn wat sceptisch. Zij vrezen dat meldingen bijdragen aan schadeclaims van werk nemers. Voor mezelf is de angst voor schadeclaims geen reden om een melding achterwege te laten. Dat is natuurlijk de makkelijkste weg, maar ik wil het goed doen. Dan is het wel prettig om eens te sparren met collega’s over de eventuele consequenties. Op de startbijeenkomst van het Peilstation Intensief Melden kreeg ik nuttige tips over hoe je een onderzoek naar handeczeem kunt uitzetten. Ik heb de tips en online instrumenten al besproken met de Arbo-, verzuim- en reïntegratiecoördinator van de klant.”
Sectoren en populatie van de PIM-peilartsen Economische Sectoren
Aantal meldende artsen
Omvang populatie
landbouw, bosbouw en visserij
18
3568
winning van delfstoffen
5
613
industrie
95
70041
productie en distributie van elektriciteit, gas, stoom en gekoelde lucht
7
1892
distributie van water; afval- en afvalwaterbeheer en sanering
15
2634
bouwnijverheid
50
27035
groot- en detailhandel; reparatie van auto’s en motorfietsen
56
61622
vervoer en opslag
69
32732
verschaffen van accommodatie en maaltijden
31
12581
informatie en communicatie
48
18889
financiële activiteiten en verzekeringen
38
17912
exploitatie van en handel in onroerend goed
27
5774
vrije beroepen en wetenschappelijke en technische activiteiten
45
10128
administratieve en ondersteunende diensten
58
24049
openbaar bestuur en defensie; verplichte sociale verzekeringen
42
33164
onderwijs
46
33268
menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening
103
126886
kunst, amusement en recreatie
36
5792
overige diensten
41
21222
huishoudens als werkgever; niet-gedifferentieerde productie van goederen en diensten door huishoudens voor eigen gebruik
7
839
extraterritoriale organisaties en lichamen
3
2930
Scholing
“Bij mijn vorige werkgever was ik vrij actief in het melden van beroepsziekten. Toen ik bij KLM Health Services kwam werken, raakte dat een beetje in het slop. De meldingen liepen indirect, via een collega bedrijfsarts die in een andere sector werkte. Toen onze sector op een ander computersysteem overging, bleven de formulieren van mijn collega helemaal weg. Dat viel me eigenlijk pas na een tijdje op, het melden was helemaal in de vergetelheid geraakt. Het Peilstation Intensief Melden leek me een mooie nieuwe impuls om dit weer op te pakken. Ik vind het belangrijk om beroepsziekten te melden en zo een landelijk overzicht te krijgen van werkgerelateerde klachten. Voor mezelf noteer ik ook altijd hoe vaak iets voorkomt. Als ik bijvoorbeeld zie dat op een afdeling of locatie in korte tijd een cluster van werkgerelateerde psychische
“Tijdens de deelname krijgen we extra scholing aangeboden. Dat werkt voor mij heel goed. Op de eerste workshop ging het over lage rugklachten en psychische klachten. We namen het gewijzigde meldingsprotocol psychische klachten en de checklist aspecifieke lage rugklachten door. Voor mij is het deelnemen aan scholing een makkelijke manier om me te verdiepen in die stof. Als ik gewoon thuis zit dan denk ik er niet zo gauw aan om eens een protocol door te nemen. Ik vergroot op deze manier mijn kennis. Soms is het vrij schimmig of een klacht werkgerelateerd is of niet. Is iemand depressief door het werk of komt het in overwegende mate door persoonsgebonden factoren? Zit iemand met handeczeem thuis soms veel met zijn handen in het water? Heeft iemand rugpijn van het werk of tilt hij thuis heel veel? De meldingsprotocollen helpen me in de beoordeling of iets wel of niet werkgerelateerd is. Deelname aan het peilstation maakt me alerter. Soms schiet een melding er door de drukte bij in, maar dan doe ik het later alsnog. De eerste maanden van 2009 heb ik al een aantal meldingen gedaan.”
“Niet melden is de makkelijkste weg”
18
Peilstation Intensief Melden
NCvB 08
Alec Katan, bedrijfsarts bij ASR Verzekeringen via ArboNed
“Goede cijfers helpen preventie” “ASR is als bedrijf in behoorlijk woelig vaarwater terecht gekomen. Dat brengt reorganisaties, inkrimpingen, dreigende boventalligheid en andere problemen met zich mee. Neem daarbij een populatie die van oudsher gewend is aan onzekerheden en je kunt er op rekenen dat dit veel psychische klachten gaat geven. Ik zie nu zo’n vier keer per week iemand waarvan de klachten werkgerelateerd zijn. Mijn verwachting is dat dat aantal alleen maar gaat toenemen door de gevolgen van de financiële crisis. De startbijeenkomst van het Peilstation Intensief Melden heb ik net achter de rug. Ik heb nog geen concrete melding gedaan. Mijn voornemen is om in mijn agenda tijd vrij te maken om eens per maand zorgvuldig af te wegen of een aantal genoteerde gevallen werkgerelateerd zijn en gemeld moeten worden.”
“Deelname aan het peilstation vormt voor mij een mooie stok achter de deur om beroepsziekten te gaan melden. Want dat is gek genoeg bij mijn overstap een jaar terug van de interne Arbodienst van Fortis naar ASR Verzekeringen helemaal uit mijn systeem geraakt. Bij de Fortis Arbodienst was ik een frequent melder, ik behoorde tot de top 2 van meldende bedrijfsartsen. Blijkbaar werd ik zo opgeslorpt door het nieuwe werk dat het melden er totaal bij inschoot. Ik verwacht door mijn deelname weer in het ritme van de meldingen te komen en dat ik zo kan bijdragen aan het leveren van reëel landelijk cijfermateriaal. Daartoe is het ook belangrijk dat er wat meer uniformiteit komt in de beoordeling van wat wel en niet werkgerelateerd is. Dat blijft iedere keer een afweging. Alleen al uit de vele discussie die tijdens de bijeenkomst van het peilstation losbarstte over de casuïstiek blijkt daar nog weinig eenduidigheid over te bestaan. Ik heb de indruk dat ik misschien wat vaker dan anderen geneigd ben iets als beroepsziekte aan te merken.”
Zuiver “Ik vind het prettig dat wij als deelnemers aan het peilstation extra scholing krijgen. Het is op zijn minst een manier om voor jezelf zuiver te krijgen wat je wel en niet moet melden. Ik ben fulltime bij ASR Verzekeringen gestationeerd en zit daar op een vrij solistische plek met weinig gelegenheid tot ruggespraak met collega’s. Iedere
19
Charlotte van Wijngaarden, zelfstandig bedrijfsarts
“Melden moet routine worden” “Als freelance bedrijfsarts heb ik 27 verschillende bedrijven in mijn klantenbestand. Sinds vier jaar werk ik voor mezelf, het melden van beroepsziekten deed ik eigenlijk al een jaar of acht niet meer. Het had simpelweg te weinig mijn aandacht. In de hectiek van alledag was het weggezakt. Toen ik de oproep zag voor het peilstation, vond ik dat het hoog tijd werd daar verandering in aan te brengen. Als je serieus bezig bent met je vak, hoort het melden van werkgerelateerde aandoeningen daarbij. Ik realiseerde me dat als ik het nu niet ga doen, ik het nooit ga doen.”
Bewuster “De startbijeenkomst vond ik erg massaal. De eerste workshop met zo’n vijftien deelnemers had voor mij
Stok achter de deur
Peilstation Intensief Melden
NCvB 08
wel toegevoegde waarde. In een kleine groep kun je echt interactief bezig zijn. We hebben een aantal casussen besproken en doorgenomen of we iets al dan niet als beroepsziekte zagen. Je ziet dan dat iedereen daar zijn eigen invalshoeken bij kiest. Dat maakt dat je nog bewuster over je eigen meldingen gaat nadenken. De bijscholingen kosten je twee keer een middag, een prettige bijkomstigheid is dat je daar accreditatiepunten voor krijgt. Inmiddels heb ik al drie meldingen gedaan en ik overweeg er nog twee te doen. Dat zijn aandoeningen waarvan het voor mij heel duidelijk is dat ze werkgerelateerd zijn. Bij twijfel meld ik niet. Het melden kost me weinig extra tijd. Meer dan vijf minuten ben je daar niet mee bezig. Als het NCvB op zoveel mogelijk plekken voordoet dat de melding maar één A4-tje beslaat en als collega’s zien hoe weinig tijd het kost, schieten de meldingen vast omhoog. De knop moet even worden omgezet.”
Vertekend beeld
gelegenheid daartoe is dus welkom, dat kan me alleen maar verrijken. De terugkoppeling vanuit het NCvB van de cijfers hoop ik te kunnen gebruiken om aandacht te vragen en te krijgen voor werkgerelateerde aandoeningen. Je kunt wel dingen roepen, maar het is belangrijk om dat ook met cijfers te onderbouwen. Managementprioriteiten liggen immers vaak elders. Er wordt bij ASR al veel in curatieve zin gedaan om mensen te ondersteunen, maar goede cijfers kunnen helpen om ook meer aandacht te krijgen voor preventie.”
“Gek genoeg was het melden uit mijn systeem geraakt”
“Ik neem graag deel aan het peilstation omdat ik denk dat dit soort research ons beeld over beroepsziekten beter onderbouwt. Hoe meer artsen gaan melden, hoe minder vertekend het beeld is dat we hebben. Juist als we een serieus beeld hebben van hoe vaak werkgerelateerde aandoeningen voorkomen, kunnen we ook in de preventiesfeer meer doen. Dat effect heb je gezien met modeverschijnselen als RSI; doordat het zo onder de aandacht kwam, is het gelukt het aantal mensen met klachten terug te dringen. Ik verwacht dat ik de komende tijd meer meldingen ga doen. Uiteindelijk gaat het erom dat het een routine voor je wordt. Het peilstation vormt hopelijk het begin van een automatisme. Net zo automatisch als ik na een spreekuur een verslag maak, wil ik voortaan een melding gaan doen.”
“Als ik het nu niet doe, doe ik het nooit”
20
Expertisecentrum Gehoor en Arbeid
NCvB 08
Expertisecentrum Gehoor en Arbeid
NCvB 08
21
Expertisecentrum Gehoor en Arbeid
“Een miljoen mensen werken in teveel lawaai” Kun je met een teruglopend gehoor blijven lesgeven? Valt er wat te doen tegen het risico op gehoorschade als je in een orkest voor de blazers staat? Is het mogelijk lawaai te dempen zonder dat je helemaal niet meer kunt communiceren? Het zijn dagelijkse vragen voor Bas Sorgdrager van het Expertisecentrum Gehoor en Arbeid op de Polikliniek Mens en Arbeid. Een gesprek over piepende treinen, oorverdovende blazers, kakelende kinderen en ander levend lawaai.
Tekst Annemarie Geleijnse Beeld Jocelyne Moreau
“Wat moet ik met die oren?” NCvB-bedrijfsarts Bas Sorgdrager is eerlijk. Toen hij zich in 2003 ging verdiepen in gehoorproblemen, had hij een afwachtende houding. Hij kwam ‘uit de longen’ en dacht bij gehoorproblemen vooral aan mensen die in de bouw doof worden van het vele lawaai. Inmiddels weet hij beter. “Het is fascinerend om te zien wat er allemaal bij komt kijken en welke groepen risico lopen op gehoorproblemen”, zegt hij enthousiast. Voor Sorgdrager was het een logische stap dat het NCvB zich via de Polikliniek Mens en Arbeid (zie kader) ook daadwerkelijk met patiëntenzorg ging bezig houden. “Als bedrijfsarts heb je een innerlijke drang om ook patiëntenzorg te leveren. We zijn bovendien gekoppeld aan academische centra. Daarin onderscheiden we ons van een instituut als TNO.”
Lacune De toegevoegde waarde van het Expertisecentrum Gehoor en Arbeid is groot, vindt Sorgdrager. “Na een route langs de huisarts, KNO-arts, audicien en soms het audiologisch centrum krijgt iemand die een probleem met zijn gehoor heeft, meestal een gehoorapparaat. En dan gaat hij weer aan het werk. Dat lukt soms, maar lang niet altijd. In die lacune stappen wij. Wij kijken ook naar de psychosociale context en naar de werkplek zelf.” Neem de NS-machinisten en conducteurs. Uit veiligheidsoverwegingen krijgen zij periodiek een keuring bij de Arbodienst waarbij hun gehoor wordt gemeten. Sorgdrager: “Soms heeft iemand een rechttoe rechtaan gehoorprobleem. Maar soms zit er ruis op de lijn; er spelen psychosociale factoren mee of er is iets in de werksituatie dat gehoorproblemen veroorzaakt. Dan kom ik als consulent in beeld.” Zonodig bezoekt Sorgdrager de werkplek om te kijken of er in de werkorganisatie iets te veranderen valt. “Je kunt bijvoorbeeld
22
Expertisecentrum Gehoor en Arbeid
denken aan het soort trein waarop iemand rijdt. Het ene toestel is veel stiller dan het andere.” Lachend vertelt hij hierbij dat juist de oudere medewerkers graag op die machtig piepende treinen rijden.
Geluid dempen Een toenemend interessant thema is de technische ontwikkeling van hoortoestellen die ongewenst geluid dempen, maar gewenst geluid doorlaten. Sorgdrager vertelt hoe het allemaal begon met een groep machinebedienden in een fabriek voor koffie-apparaten. “In het gedoe en lawaai van de machines moeten de monteurs toch kunnen communiceren. Dat is een ingewikkelde paradox. Om lawaaischade te voorkomen, moeten deze mensen gehoorbeschermers op. Maar zij moeten elkaar nog wel kunnen verstaan.” Samen met de audiologische centra werkt het NCvB daarom aan de ontwikkeling van instrumenten die geluid zowel kunnen dempen als doorlaten. Sorgdrager: “We weten al het een en ander over hoe je schadelijke toonhoogten kunt dempen of eruit kunt filteren. Het zijn kleine stapjes, de techniek wordt steeds verder verfijnd. Het ontwikkelen van gehoorbeschermers die het wenselijk geluid wel doorlaten, is dé uitdaging waar we voor staan.” Met het project Werken in Lawaai lukte het om dit onderwerp op de kaart te zetten. Belangrijk want binnen Nederland zijn circa 300.000 mensen at risk voor een verstoorde communicatie binnen lawaaiig werk, vertelt Sorgdrager. Even stilstaan bij de groep waarvoor je dit werk doet; Sorgdrager doet het bewust. Zo rekent hij ook voor dat er 1 miljoen mensen in teveel lawaai werken en er 200.000 werknemers zijn die met slechthorendheid kampen.
“Ook lange tijd in weinig lawaai werken, kan schadelijk zijn”
NCvB 08
Expertisecentrum Gehoor en Arbeid Het Expertisecentrum Gehoor en Arbeid is een samenwerkingsverband tussen de audiologische centra van het Academisch Medisch Centrum (Universiteit van Amsterdam), het Medisch Centrum van de Vrije Universiteit (VUmc), het Leids Universitair Medisch Centrum, het Coronel Instituut voor Arbeid en Gezondheid (AMC/UvA) en het NCvB. Na de start in 2003, werd het expertisecentrum in 2005 ondergebracht in de Polikliniek Mens en Arbeid. In 2008 bezochten ruim 150 patiënten het Expertisecentrum Gehoor en Arbeid.
Achtergrondrumoer Ook die 200.000 mensen vormen een doelgroep voor de Polikliniek Mens en Arbeid. Niet iedereen krijgt problemen op het werk, maar voor veel mensen is dat onvermijdelijk. Zo valt het voor een onderwijzer niet mee om voor de klas te staan met een gehoorapparaat dat ook al het achtergrondrumoer versterkt. Sorgdrager zoekt met de school naar een optimale werksituatie. Zo adviseert hij de docent een vast, niet te groot klaslokaal te geven met een geluiddempende ondergrond en een geluidabsorberend verlaagd plafond. Dat zoeken naar een werkbare situatie is vaak een hele puzzel. Opvallend genoeg komen hierin de twee werelden van Sorgdrager – die van de longen en de oren – elkaar tegen. “Het gaat altijd weer om de strijd tussen longen en oren. Scholen moeten makkelijk schoon te houden zijn, fris gepoetst met materialen die niet stoffig worden. Dat is hard nodig om scholieren met astma een prettig klimaat te bieden. Maar het maakt wel dat je niet even simpel een paar dikke gordijnen kunt ophangen om de nagalm in een lokaal terug te dringen.”
Levend lawaai De bewustwording dat lawaai niet alleen uit machines komt, is belangrijk. Sorgdrager: “Wij geven duidelijk het signaal af dat je ook moet letten op zogeheten levend lawaai. Denk aan de violiste die voor de blazers staat en alsmaar een enorme stoot herrie in haar oren krijgt.” (zie kader Oorsuizen) Een ander vak dat zich temidden van het levend kabaal afspeelt, is dat van zwem- of gymleraar. Sorgdrager: “Je wilt niet weten hoeveel decibel dat gekakel van kinderen oplevert. Veel mensen weten dat je van een korte blootstelling aan heel veel lawaai doof kunt worden. Maar slechts weinigen weten dat ook lange tijd in minder lawaai schadelijk kan zijn. Een zwem- of sportleraar loopt dan ook risico op gehoorproblemen.” Het leidde enkele jaren terug tot een apart thema. Met een audiocabine werden zwembaden bezocht. Daar werd inderdaad veel gehoorschade geconstateerd bij badmeesters. Inmiddels wordt bij de bouw van nieuwe zwembaden rekening gehouden met de nagalm.
Kort lijntje Wekelijks vragen zo’n vijf bedrijfsartsen advies aan Sorgdrager. En vanuit het hele land weten patiënten het Expertisecentrum te vinden. Een aantal audiocentra buiten Amsterdam gebruiken inmiddels ook de protocollen voor technische, werk- en psychosociale aspecten. Sorgdrager: “De centra in Zuid-Limburg, Groningen, Twente, Eindhoven en Rotterdam hebben een kort lijntje naar ons.” Sorgdrager vertelt dat vooral de complexe gevallen bij de polikliniek belanden. “Wij krijgen de hardnekkige gevallen, de patiënten met een complexe combinatie van gehoorverlies, werk en persoonlijke eigenschappen.” Hartstikke mooi werk, vooral als het lukt iemand uit de dreigende wao te houden. De keerzijde is dat er niet altijd een oplossing is. Maar zelfs dan, vindt Sorgdrager het dankbaar werk. “Ik denk dat ik beter ben in counselinggesprekken dan een KNO-arts. Ik kan iemand helpen zijn gehoorprobleem en de consequenties daarvan te accepteren. Zo’n arts zegt: ‘U moet er mee
23
Expertisecentrum Gehoor en Arbeid
NCvB 08
leren leven, vriend.’ Ik zeg dat ook, maar op een andere manier. We helpen mensen op weg, denken mee over de mogelijkheden binnen een andere functie.”
Oorsuizen Sorgdrager kreeg een violiste op zijn spreekuur, die last had van ernstig oorsuizen. Bovendien was ze vermoeid en had ze spanningsklachten. Sorgdrager: “Zelf was ze bang dat blootstelling aan het lawaai van de blazers het oorsuizen zou verergeren. Mijn advies was gericht op spanningsreductie, korter werken en aanpassing van het repertoire. Ook heb ik haar geadviseerd oordopjes te proberen en zich te oriënteren op ander werk als muziekdocent.” Overigens zijn er ook preventieve maatregelen. Een goede inrichting van de orkestopstelling, met afschermwanden en de blazers zo hoog geplaatst dat het lawaai over de strijkers heen gaat, kan veel leed voorkomen. Zie ook www.orkestengehoor.nl
Top 10 gemelde beroepsziekten 2008
Aandoening
Aantal meldingen
%
1
Lawaaislechthorendheid
2290
32,9
2
Overige aanpassingsstoornissen / surmenage
761
10,9
3
Chronische aspecifieke (lage) rugpijn
531
7,6
4
Repetitive strain injury (RSI) van schouder / bovenarm
434
6,2
5
Epicondylitis lateralis
259
3,7
6
Burn out
163
2,3
7
Overige aandoeningen van weke delen door druk en (over)belasting
140
2,0
8
Contactdermatitis / contacteczeem
134
1,9
9
Lumbale hernia
122
1,8
10 Artrose van knie / gonartrose
121
1,7
Totaal
4955
71,3
Resterende aandoeningen
1997
28,7
Totaal
6952
100,0
24
Helpdesk
Helpdesk Net als in 2007 kreeg de helpdesk van het NCvB in 2008 een kleine achthonderd (794) vragen. Ruim de helft van de vragen was afkomstig van bedrijfsartsen; de andere vragen werden gesteld door arbo-adviseurs, beleidsmedewerkers, journalisten, werkgevers, juristen, studenten, huisartsen en medisch specialisten. De eigen beroepsziektenspecialisten beantwoorden de vragen, waar nodig worden externe consulenten ingeschakeld. Bij infectieziekten worden vragen die zich daartoe lenen uitgewisseld met het RIVM. De helpdesk is een rijke bron voor illustratie materiaal bij artikelen over beroepsziekten. Ook bij het opstellen van brancherapporten, onder andere over de vleesverwerking, worden de vragen uit de helpdesk gebruikt. Een greep uit de gestelde vragen in 2008: > Hoeveel beroepsziektemeldingen komen voor in bepaalde sectoren of beroepen? Gevraagd werd naar de douane, de vleesverwerking, de schoonmaakbranche, paardenhouderijen, de ovenisten van de crematoria en de afvalverwerking. > Beroepsziekte of niet: artrose aan de linker elleboog bij tramchauffeurs; verhoogd lood in het bloed van een glazenier( glas in lood); borstkanker bij verpleegkundigen? > Kunnen manisch depressieve klachten ontstaan door een hoge werkdruk? > Is heroïne-huidallergie in de verslavingszorg een bekend verschijnsel? > Welke vaccinaties zijn noodzakelijk bij rioolwerkers, mortuariumwerkers, of kinderdagverblijfmedewerksters? > Is er een causaal verband tussen PX 10 (benzeen) en leukemie? > Vormt medicijnverneveling een gevaar voor de zwangere verpleegkundige? > Is lawaaidoofheid een probleem in de gymzaal, kinderdagverblijf, zwembad? > Kunnen luchtwegklachten door blootstelling aan polyesterdampen en glasvezels ontstaan? > Is er een relatie tussen het werken in de vrieskou en trombose? > Kan hypertensie worden veroorzaakt door werken in een zoutloods? De helpdesk is (gratis) te bereiken via de website www.beroepsziekten.nl en de website www.kiza.nl
NCvB 08
NCvB Publicaties 2008 Beek AJ van der, Kuijer PPFM. Hef tilcursussen op en doe wat wel werkt! Tijdschrift voor ergonomie 2008; 33(6): 38.
Laan G van der. 10 vragen aan Gert van der Laan. Praktijkblad preventie : magazine voor arbeid en gezondheid 2008; 2(11): 17.
Brand T. Berichten uit het NCvB. Leukemie bij kinderen door werk ouders. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(9): 414.
Laan G van der. 28 april Workers Memorial Day. Arbo : vakblad over arbeidsomstandigheden 2008; (4): 41.
Brand T. Vullen, tillen, vermijden : Manvrouwverschillen op het werk. Arbo : vakblad over arbeidsomstandigheden 2008; (10): 36-37. Bulten Y, Lenderink A, Spreeuwers D (red.). Jaarverslag 07. Amsterdam: Nederlands Centrum voor Beroepsziekten, 2008. Burdorf A, Brand T. The effects of work-related maternal risk factors on time to pregnancy, preterm birth and birth weight : the Generation R Study. 20th International Conference on Epidemiology in Occupational Health (EPICOH). Heredia, Costa Rica, June 9-11, 2008. Program and Abstract Book, pp. 120. Dreschler WA, Sorgdrager B. Preventie van lawaaischade : Nieuwe ontwikkelingen binnen een bekend thema. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(4): 164-168. Dijk J van, Alberga B, Bank H, Kant C, Sorgdrager B, Zweerman G. IVW medische geschiktheideisen voor veiligheidstaken bij spoorwegondernemingen : achtergronddocument. Vertrouwelijk rapport in opdracht van de Inspectie Verkeer en Waterstaat, 2008. Goverts ST, Sorgdrager B. Het Expertisecentrum voor Gehoor en Arbeid : Audiologie en bedrijfsgeneeskunde gaan hand in hand. Het Sein : huisaan-huis informatiekrant voor doof én (slecht)horend Nederland 2008; april. Hout MSE van, Wekking EM, Berg IJ, Deelman BG. Psychosocial and cognitive rehabilitation of patients with solvent-induced chronic toxic encephalopathy : A randomised controlled study. Psychotherapy and psychosomatics 2008; 77(5): 289-297. Kuijer PPFM, Graaf L de, Frings-Dresen MHW. Heupartrose : werkgerelateerde diagnostiek, preventie en casemanagement. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(4): 169-172. Laan G van der. 3-D-banen. Arbo : vakblad over arbeidsomstandigheden 2008; (4): 19.
Publicaties
NCvB 08
Laan G van der. Arbeidsgeneeskunst. Arbo : vakblad over arbeidsomstandigheden 2008; (10): 21. Laan G van der. Berichten uit het NCvB. Bijwerkingen van werk. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(1): 41-42. Laan G van der. Beroepsziekten : Breng ze beter in beeld. Arbo : vakblad over arbeidsomstandigheden 2008; (12): 36-39. Laan G van der. Berufskrankheiten der Atemwege im europäischen Vergleich. In: Falkensteiner Tage 2004 – Forum für Arbeitsmedizin und Rehabilitation von Berufskrankheiten / H. Otten (ed.). Berlin: Deutsche Gesetzliche Unfallversicherung, 2008. Laan G van der. Fijn venijn : werk met nanodeeltjes. Arbo : vakblad over arbeidsomstandigheden 2008; (11): 25. Laan G van der. Hoe meet je gezondheidsschade? Arbo : vakblad over arbeidsomstandigheden 2008; (1/2): 49. Laan G van der. Kanker door het werk? Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(7): 307-311. Laan G van der. Moe door het werk. Arbo : vakblad over arbeidsomstandigheden 2008; (3): 25. Laan G van der. Safety!Portret : 5 vragen aan Gert van der Laan. Safety! : magazine voor professionals in veilig werken 2008; 1(9): 25; tekst S. Bergman. Laan G van der. Stikken of slikken? : Luchtwegallergieën door het werk. Arbo : vakblad over arbeidsomstandigheden 2008; (6): 43. Lenaers SJMM, Hautvast JLA, Hartskeerl RA, Houwers DJ, Wagenaar JA, Stinis HPJ, Ruijs WLM. Leptospirose bij honden : een risico voor de mens? Infectieziekten bulletin 2008; 19(7): 229-233. http://www.rivm.nl/cib/publicaties/ bulletin/jaargang_19/bull1907/Leptospirose-bij-honden.jsp
Maas JJ, Stinis HPJ. Achtergronddocument infectieziekten. Utrecht: SBOH, 2008. http://www.kiza.nl/datafiles/achtergronddocument_infectieziekten%20 SBOH.pdf Maas JJ, Stinis HPJ. Infectiepreventie. Utrecht: SBOH, 2008; Dit betreft een bewerkte versie van de WIP richtlijn “infectie[ziekte]preventie in de huisartsenpraktijk” in opdracht van de SBOH.
medicine advance access published December 10, 2008. Polychronakis I, Chatzis C, Kotsioni I, Riza E, Brand T, Linos A. The legal context for workplace safety and health promotion : thinking of women. In: Promoting health for working women / A. Linos, W. Kirch (eds). New York: Springer, 2008.
Maas JJ, Weel ANH. Aviaire influenza en influenzapandemie : praktische adviezen voor bedrijfsartsen. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(2): 73-74.
Rijnkels JM, Smid T, Aker EC van den, Burdorf A, Wijk RG van, Heederik DJJ, Houben GF, Loveren H van, Pal TM, Rooy FGBGJ van, Zee JS van der. Prevention of work-related airway allergies; summary of the advice from the Health Council of the Netherlands. Allergy 2008; 63(12): 1593-1596.
Maas JJ, Weel ANH. Influenzapandemie : mogelijkheden voor preventie en profylaxe. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(2): 62-67.
Schaafsma FG, Zweerman G, Stinis HPJ. Informatie over infectieziekten en werk, hoe te vinden. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(8): 345-349.
Maas JJ, Weel ANH. Influenzapandemie : rol van bedrijfsarts en arbodienst. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(2): 68-72.
Smits P. Berichten uit het NCvB. Onderwijs in beroepsziekten, de arts als opleider. Tijdschrift voor bedrijfsen verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(6): 266-267.
Massaut-Panis MM, Kuijer PPFM, Frings-Dresen MHW. Hoe is de klinisch arbeidsgeneeskundige zorg voor aandoeningen aan het bewegingsapparaat in Nederland ingericht? Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(9): 400-404. Nederlands Centrum voor Beroepsziekten. Beroepsziekten in cijfers 2008. Amsterdam: Nederlands Centrum voor Beroepsziekten, 2008; Rapportnummer 08-003. Rapportage aan het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Nielen MMJ, Laan G van der, Pal TM, Verheij RA. Monitoring arbeid en gezondheid via de huisartsenpraktijk. Utrecht: Nivel, 2008; Een pilotstudy in samenwerking met het Nederlands Centrum voor Beroepsziekten. http://www.nivel.nl/pdf/RapportMonitoring-arbeid-gezondheid-via-haprkatijk-2008.pdf Pal T. Berichten uit het NCvB. Aantal meldingen van een hartinfarct als beroepsziekte topje van de ijsberg? Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(2): 85-86. Pal T. Diagnostisch model voor screening op pneumoconiose in de bouwnijverheid. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(4): 177. Pal TM, Wilde NS de, Beurden MM van, Coenraads PJ, Bruynzeel DP. Notification of occupational skin diseases by dermatologists in The Netherlands. Occupational medicine. Occupational
Smits PBA, Boer AGEM de, Kuijer PPFM, Braam I, Spreeuwers D, Lenderink AF, Verbeek JHAM, Dijk FJH van. The effectiveness of an educational programme on occupational disease reporting. Occupational medicine(London) 2008; 58(5): 373-375. Sorgdrager B. Berichten uit het NCvB. Tinnitus, een bijeffect van lawaaischade. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(5): 221-222. Sorgdrager B. Expertise bij beroepsgebonden aandoeningen. GAVscoop : tijdschrift voor Geneeskundig Adviseurs in particuliere Verzekeringszaken 2008; 12(2) 23-27. Sorgdrager B. Het bedrijfsgeneeskundig dossier. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(6): 230. Sorgdrager B. Risico’s van levend lawaai in het basisonderwijs. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(6): 257. Sorgdrager B. Stop uw gehoorprobleem niet weg. Interview door Jos Overbeeke. Horen 2008; 36(4): 10-13. Sorgdrager B. Verplicht Preventief Medisch Onderzoek bij blootstelling aan luchtwegallergenen? Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(8): 355-356. Sorgdrager B, Anema H. Van compensatie naar participatie, het eerste
Muntendam-symposium. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(2): 80. Spreeuwers D. Berichten uit het NCvB. Beroepsziekten op het web. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(4): 178-179. Spreeuwers D. Registries of occupational diseases and their use for preventive policy. [S.l. : s.n.], 2008. Proefschrift Universiteit van Amsterdam. http://dare.uva.nl/document/118527 Spreeuwers D, Boer AGEM de, Verbeek JHAM, Beurden MM van, Dijk FJH van. Diagnosing and reporting of occupational diseases : a quality improvement study. Occupational medicine(London) 2008; 58(2): 115-121. Spreeuwers D, Boer A de, Verbeek J, Laan G van der, Lenderink A, Braam I, Beurden M van, Dijk F van. Time trends and blind spots : what employers, employees and policy-makers want to know about occupational diseases. Policy and practice in health and safety 2008; 6(1): 65-78. Spreeuwers D, Boer AGEM de, Verbeek JHAM, Wilde NS de, Braam I, Willemse Y, Pal TM, Dijk FJH van. Sentinel surveillance of occupational diseases : A quality improvement project. American journal of industrial medicine 2008; 51(11): 834-842. Spreeuwers D, Molen HF van der. Beroepsziekten. In: Volksgezondheid Toekomst Verkenning, National Kompas Volksgezondheid. Bilthoven: RIVM,
Gezondheid en ziekte\ Ziekten en aandoeningen\ Beroepsziekten, 11 december 2008. Geactualiseerd. http://www.rivm.nl/vtv/object_class/ kom_beroepsziekten.html Spreeuwers D, Smits PBA. Berichten uit het NCvB. Een nieuw NCvB Peilstation Intensief Melden. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(8): 366. Stinis HPJ. Berichten uit het NCvB. Voor werknemers niet dodelijk, voor anderen helaas wel eens… . Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(3): 134-135. Stinis HPJ. Pandemieën : new and emerging biological risks. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(2): 79-90. Stinis HPJ, Lenderink AF. Niet ziek, maar wel een probleem : MRSA als uitdaging voor de bedrijfsarts. Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(4): 159-163.
25
Stinis HPJ, Maas JJ. Zwangerschap: infectieziekten-maatregelenkaart. Utrecht: SBOH, 2008. http://www.sboh.nl/site/cm_bestanden/display_bestand.asp?id=10035056 Stinis HPJ, Zweerman HJ. Schimmels in bibliotheken een gezondheidsprobleem? Tijdschrift voor bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde 2008; 16(4): 155-158. Tiemessen IJH, Kuijer PPFM, Hulshof CTJ, Frings-Dresen MHW. Is a jumper’s knee work-related? : A systematic review to find evidence for a possible case definition. Amsterdam: Academic Medical Center, Coronel Institute of Occupational Health, Netherlands Center for Occupational Diseases, 2008. http://www.ask.dk/graphics/Dokumenter/pdf/Udredningsrapport-springerknae-september_2008.pdf Valen E van, Thriel C van, Akila R, Nordling Nilson L, Sainio M, Verberk M, Laan G van der, Wekking E, Bast-Pettersen R. Neuropsychological aspects of the diagnostic process of chronic solvent induced encephalopathy : Towards European concensus. 10th International Symposium on Neurobehavioral Methods and Effects in Environmental and Occupational Health (NEUREOH). Heredia, Costa Rica, June 11-13, 2008. Program and Abstract Book, pp. 224. Verberk M, Hoek J van der, Wekking E, Valen E van, Laan G van der. Decision rules for the assessment of chronic solvent-induced encephalopathy : A proposal. 10th International Symposium on Neurobehavioral Methods and Effects in Environmental and Occupational Health (NEUREOH). Heredia, Costa Rica, June 11-13, 2008. Program and Abstract Book, pp. 224. Visser I, Lavini C, Booij J, Renneman L, Majoie Ch, Boer AGEM de, Wekking EM, Joode EA de, Laan G van der, Dijk FJH van, Schene AH, Heeten GJ Den. Cerebral impairment in chronic solventinduced encephalopathy. Annals of neurology 2008; 63(5): 572-580. Wekking EM, Valen E van, Visser I, Hout MS van, Verberk MM, Laan G van der. Does the presence of a depressive disorder influence the neuropsychological test scores in patients suspected of chronic solvent induced encephalopathy (CSE)? 10th International Symposium on Neurobehavioral Methods and Effects in Environmental and Occupational Health (NEUREOH). Heredia, Costa Rica, June 11-13, 2008. Program and Abstract Book, pp. 225.