2
Opgericht 6 november 1970 43e jaargang
HET BESTUUR: Voorzitter techn.commissie
februari 2013
HENK BRETVELD Zoetermeer E-mail:
[email protected]
079-3418014
Secretaris
HAN VAN VEEN Zoetermeer E-mail:
[email protected]
079-3511397
Penningmeester
HAROLD VAN HULST Zoetermeer E-mail:
[email protected]
079-3619331
Lid
MARTIN SCHOEN Zoetermeer E-mail:
[email protected]
Lid
MARLÈNE REEUWIJK Bergschenhoek E-mail:
[email protected]
WWW.PALUZEE.NL 3
4
Agenda Dinsdag 5 februari Aquascapen Zie pagina 7
Ab Ras
Dinsdag 12 februari Aquariumtechniek Zie pagina 9
Han van Veen
Dinsdag 26 februari Aquariumplanten en onderhoud Zie pagina 10
Henk Bretveld
PALUZEE JAAROVERZICHT 2013 Datum
Onderwerp
Spreker
05-03 Vijver en Tuinplezier Leo Brand 26-03 Veiling Aquariumspullen 16-04 Aquarium planten in je vensterbank Jaap Liefting 14-05 Verenigingsavond 04-06 Resultaten schouw 25-06 Verenigingsavond ——————————————Vakantie——————————————————— 10-09 Algemene ledenvergadering Het bestuur
5
Van de Voorzitter Beste Leden, Het februari nummer al weer wat bij de meesten van u in de digitale postbus valt. We starten deze maand op 5 februari met een geweldige lezing van Ab Ras altijd goed voor een volle zaal dus wilt u een goed plekje zorg dan dat u er op tijd bent. Ook vervolgen we de aquarium cursus die ook u wellicht helpt in het verfraaien en verbeteren van uw aquarium. Voor deze Cursus hebben zich ook niet Paluzee leden ingeschreven. Aan ons de taak om ze te enthousiasmeren voor de aquarium hobby en wellicht ook voor een lidmaatschap. Ziet u dus een onbekend gezicht spreek deze persoon dan aan en wellicht kunt u hem of haar nog helpen met advies. Op dit moment zijn we druk doende om een zaal te vinden voor de organisatie van de uitslag van de districtskeuringsuitslag. Zoals het er nu uitziet gaat dat op 23 maart gebeuren en kunt u dicht bij huis de mooiste aquariums van het district Zuid Holland Zuid bewonderen. Voor Paluzee strijden de heren Fred en Willem van Wezel, Bart Laurens en Sjaak de Jong mee voor de 1e plaats. Allen veel succes gewenst. U ziet het Paluzee blijft een levendige club waar veel gebeurt. Ik hoop u dan ook te ontmoeten op een van de komende avonden. Met vriendelijke groet Henk Bretveld
6
Vooruitzien Aquascapen Op 5 februari hebben we Ab Ras als spreker uitgenodigd. Voor een mooie aquariuminrichting zijn heel wat trucjes en weetjes voor handen. In deze lezing neemt AB Ras u mee langs aquaria die hij zoal is tegengekomen (o.a tijdens Landelijke keuring 2011). We gaan kijken wat sterke punten zijn in een aquascape en waar verbetering mogelijk is. Het belooft een zeer leerzaam avondje te worden waarna u de praktische tips ongetwijfeld op uw eigen aquarium zal kunnen toepassen. Ab Ras, sinds een paar maanden lid van Paluzee, is al ruim dertig jaar actief in deze fascinerende hobby. Hij heeft diverse cursussen ontwikkeld voor beginnende aquarianen en was jarenlang een zeer gewaardeerd bondskeurmeester bij de Nederlandse Bond Aqua Terra. Daarnaast is hij auteur en heeft "de Praktische aquariumwijzer" geschreven en is bekend van zijn vele artikelen in verschillende magazines. Tot 5 februari. Marlenè Reeuwijk
7
Hoe kweek je algen. Om te beginnen zeer verrassend, want je wilt van de alg af, hoewel dit niet altijd opgaat, denk aan Tanganyikabakken, waar algen een voedselbron zijn voor de vissen, uit die streek. Als je weet hoe algen groeien en ontstaan zijn, is het gemakkelijker om er van af te komen. Allereerst de BLAUWE ALG. Het is de cyanobacterie die voor de uitbraak ervan zorgt. De alg is dus eigenlijk geen alg maar een bacterie die o.a. met een antibiotika kuur bestreden kan worden (aerocol). Verder kan blauwe alg voorkomen in zuurstofarme gebieden in het aquarium, of is er een te hoog fosfaatgehalte t.o.v. het nitraat gehalte. Een probaat-middel tegen veel algen is waterstofperoxide dat het zuurstofprobleem oplost door over te gaan in puur water en pure zuurstof. Voor exacte doseringen even raad vragen aan de Technische Commissie.
8
Aquariumtechniek Op deze verenigingsavond geeft Han van Veen de presentatie ‘Aquariumtechniek’. Deze avond is tevens de derde avond van de cursus Aquariumhouden. Het houden van een aquarium bestaat niet alleen uit een glazen bak met planten en vissen. Er is de nodige apparatuur en techniek benodigd om het geheel aan de praat te krijgen en draaiende te houden. Zo is daar de verlichting, enerzijds ter verhoging van het kijkplezier maar absoluut noodzakelijk voor planten- en koraalgroei. Welke typen verlichting zijn er, hoeveel verlichting is wenselijk, welke kleuren kunnen het beste toegepast worden, en hoe maak ik het geheel dimbaar. Dan is daar de filtering, mechanisch of biologisch. Welke typen pompen en filtermaterialen kunnen gebruikt worden, en hoe groot moet de filtercapaciteit zijn. En wanneer kan deze geintegreerd worden met een verwarmingsthermostaat of is er een voorkeur voor toepassen van een los verwarmingselement. Tevens is er de laatste jaren een enorme toeloop van CO2-toevoersystemen en pH-regelapparatuur. Wat is de rol van pH en CO2, waarom CO2 toevoegen, en op welke manieren is het zoal toe te voegen. Han van Veen neemt u uitgebreid mee in de wereld van aquariumtechniek. En als u al volop bekend bent met de vele facetten van aquariumtechniek, kunt u mooi uw ervaringen delen met de overige aanwezigen op deze avond! Tot 12 februari Marlenè Reeuwijk
9
Aquariumplanten en –onderhoud Op deze verenigingsavond geeft de heer Henk Bretveld de presentatie ‘Aquariumplanten en -onderhoud’. Deze avond is tevens de vierde en laatste avond van de cursus Aquariumhouden. Nadat een aquarium is aangeschaft, de techniek uitgezocht en in gedachte een eerste keuze is gemaakt voor welke vissen u graag in uw aquarium zou willen houden, zijn er een tweetal zaken nog niet aan bod gekomen. De eerste is aquariumplanten. Ze zijn er in vele soorten en maten en in allerlei verschillende bladvormen en kleuren. Welke planten zijn eenvoudig te houden in een aquarium, en welke hebben speciale eisen aan bijvoorbeeld watersamenstelling. Hoeveel licht vereist welke plant, en op welke positie in het aquarium gedijt deze het beste. Wat is het verschil tussen een moerasplant en een waterplant, wat is een solitair, en wat is het fenomeen “straatje” in het aquarium. Hoe worden planten gekweekt en wat betekenen de termen emers en submers. En hoe zijn aquariumplanten te vermeerderen. Het laatste onderdeel van de cursus is het onderhoud aan het aquarium. Onderhoud is een wekelijks terugkerend verschijnsel. Water verversen, vuil afhevelen, planten inkorten, stekken of toppen, voorruit en dekruiten schoonmaken, waterwaardes meten, plantenvoeding toevoegen, en zo nu en dan het filter uitspoelen. Om een en ander toe te lichten en te verduidelijken zal Henk Bretveld ter plekke het onderhoud verrichten aan het gezelschapsaquarium dat onderhouden wordt door Paluzee. Dus aquariumonderhoud met tips en trucs in de praktijk! Tot 26 februari Marlenè Reeuwijk
10
We maken een houten aquarium Hier volgt een korte beschrijving van hoe we dit doen. Wij hebben een aquarium gemaakt met de afmetingen 122 x 60 x 70 cm (L x B x H), dikte van het hout 18 mm (d), dit is een aquarium met een ingebouwde lichtkap van 10 cm. Velen zullen zich afvragen waarom in godsnaam een aquarium met een afmeting van 122 cm. Dit hebben we gedaan om zo’n groot mogelijke oppervlakte van de houtplaat te benutten zodat we zo min mogelijk afval hadden. De afmetingen van de platen was 122 X 244 cm. Voor het maken van dit aquarium hebben we watervaste platen (Bruynzeelplaten) van minstens 18 mm dikte van een goede kwaliteit nodig. Goede kwaliteit wil zeggen met fijne lagen. Dit is 12 à 15 lagen. We laten deze op maat zagen, volgens de volgende formule: afmetingen in cm achterkant L x H 122 x 70 1x bodem L-2d) x (B-2d) 118,4 x 56,4 1x zijkant (B-2d) x H 56,4 x 70 2x voorkant onder L x 5 122 x 5 1x boven L x 15 122 x 15 1x zijkanten (H-5-15) x 5 50 x 5 2x strippen lengtestrip voor & achter (L-2d) x 5 118,4 x 5 2x zijstrippen (B-2d) x 5 56,4 x 5 2x middenstrip (B-2d) x 10 56,4 x 10 1x Zij- en middenstrippen zijn niet nodig bij bakken tot een lengte (L) van 125 cm of een breedte (B) van 60 cm. Zijstrippen zijn wel gemakkelijk omdat we hierop onze TL-lampen kunnen leggen. Wat hebben we verder nog nodig? - watervaste polyurethaan (pu) lijm of silicone TEC 7 - houtschroeven 4,5 x 50 - silicone om glas te plakken 11
- voorruit 8 mm of 10 mm Hoe te werk gaan 1. Alle vlakken die gelijmd en geschroefd moeten worden, schuren we eerst af zodat de lijm goed pakt. Met afschuren bedoelen we de laklaag breken. 2. Vervolgens gaan we de bak in elkaar schroeven: - de plaat die we tegen de andere schroeven, gaan we eerst voorboren met een boor van 4 mm, eventueel uitfrezen. - eventueel de vlakken nog eens ontvetten - silicone aanbrengen De vlakken tegen elkaar brengen en vastschroeven. Om de ± 10cm een schroef. De te volgen volgorde speelt geen rol. Het gemakkelijkst is eerst de 2 zijkanten, dan achterkant en dan voorkant. Als we juist te werk gegaan zijn, zouden we nu een bak moeten hebben met aan de voorkant een gat. 3. Inlijmen van glas Hiervoor gebruiken we een glasplaat van 8 à 10 mm De afmetingen nemen we zo dat we langs alle zijden enkele mm’s speling hebben. Het aanbrengen van deze glasplaat kan op verschillende manie-ren. De gemakkelijkste is echter deze: We leggen de bak op de voorkant, brengen een laag silicone (om glas te plakken) aan rond het gat. We zetten de bak terug recht. Nu kunnen we het glas in de bak brengen en aandrukken tegen de voorkant. Eventueel leggen we de bak terug op de voorzijde zodat we gemakkelijker kunnen aandrukken. De naden aan de binnenzijde spuiten we af met silicone. De voor- en achterzijde kunnen we naderhand nog verstevigen met treklatten (de lengtestrippen). Indien we een aquarium gaan maken met grotere afmetingen bv. breder of langer is het aan te raden ook dwarsstrippen te gebruiken. Waar speciaal op letten? - voorboren om barsten van de plaat te voorkomen - de te lijmen vlakken afschuren (ook de voorkant) en ontvetten (ook 12
de glasplaat) zodat we een goede hechting krijgen van de siliconen - bij plaatsing de bodem volledig ondersteunen - in de plaat van TEC 7 kunnen we ook een watervaste ‘p.u.-lijm gebruiken. Wel oppassen voor de handen: deze is moeilijker van onze handen te verwijderen. Waarom een houten aquarium? - gemakkelijker door iedereen (?) te maken - gemakkelijk te hanteren (weegt lichter dan een glazen aquarium) - is goedkoper voor grotere aquaria prijs van de plaat is ± € 25,00 per m2). Het aquarium dat wij gemaakt hebben, kostte ongeveer € 1000,00 - een groot pluspunt is echter dat men vele accessoires kan aanbrengen. Gaten kunnen geboord worden met een klokboor. Slangen kunnen aangebracht worden door schroeven in het hout te draaien. Wel oppassen voor lekken wanneer we onder het waterpeil boren! Buitenkant kan gemakkelijker afgewerkt worden met fineer, planchetten e.d. Men kan stenen op de bodem plaatsen zonder dat men zich zorgen hoeven te maken om krassen te maken. Dus is Isomo onder de stenen niet nodig. - Men heeft reeds een donkere achterwand wat een voordeel is bij het inrichten van het aquarium. En indien je ooit moet stoppen met aquarium houden (wat wij natuurlijk niet hopen) neem je de glasplaat eruit, vervangt deze door gaas en dan kan je er nog steeds konijnen in houden. Ben je de konijnen moe, dan kan je deze bak nog altijd opstoken. L. De Boeck Aquariumclub Gracilis Westerlo
13
De Bijlzalm De meeste door ons gehouden zalmen treffen we aan in de middelste waterlagen. Willen we ons aquarium gelijkmatig met vissoorten bevolken, dienen we ook de bovenste zone te stofferen. Een visje dat zich hiertoe uitstekend leent is de bijlzalm. Als je voor deze elegante vis opteert, kun je kiezen voor de grotere, zilverkleurige van het geslacht Gasteropelecus en Thoracocharax of voor de kleinere, gemarmerde van het geslacht Carnegiella. Bijlzalmen leven niet alleen in het Amazonegebied en Guyana, maar ook in Suriname en Peru. Ze bevolken er zowel moerassen, ondergelopen gebieden, sloten en beken, als kleine en grote langzaam stromende rivieren. Daar leven ze net onder de waterspiegel.
Carnegiella strigata strigata
Carnegiella strigata fasciata De zilveren exemplaren worden gevangen in open water, waar ze door hun vorm en kleur van bovenaf weinig opvallen. De gemarmerde daarentegen verschuilen zich bij voorkeur tussen moeras- en waterplanten. Bijlzalmen hebben zoals je op de foto's kunt zien een merkwaardig uitgegroeide buik, die de vorm heeft van een bijl en die naar onderen toe messcherp versmalt. Mede door dit scherpe profiel en door de fors ontwikkelde en lang uitgegroeide borstvinnen kunnen zij glijvluchten van meerdere meters over het 14
water maken. Zo kunnen ze niet alleen ontsnappen aan eventuele belagers, maar kunnen ze ook zelf jacht maken op over het water scherende insecten. Het spreekt vanzelf dat een aquarium, waarin je deze visjes huisvest, volledig moet afgedicht worden met dekruiten of met een raam bespannen met vliegengaas. Als je dit niet doet zal je ze, vroeg of laat, als mummietjes achter je bak of in je lichtkap terugvinden. De gewone bijlzalm (Gasteropelecus sternicla) is vrij groot, robuust en sterk. Hij meet om en bij de 7cm. Zijn rug is olijfgroen. Een grijs-zwart lijntje vertrekt van iets achter de kieuwen en loopt door tot in de staartwortel. De buik is staal blank en vanaf de aarsvin afgeboord met een flauw zwart biesje. Het grote zwarte oog is omgeven door een flonkerend gele iris. De mondopening is bovenstandig en stelt hem in staat om insecten aan het wateroppervlak te verschalken. Het is duidelijk dat je een groepje van deze visjes in een ruim aquarium onderbrengt, waarin ze hun zwemkunsten naar hartenlust kunnen botvieren. De Gasteropelecus sternicla bewoont open water en is door zijn onopvallende kleur dan ook uitstekend aangepast aan een biotoop met weinig of geen planten. Bij een temperatuur van 25ºC en een pH van 7 zal hij goed gedijen. Zoals reeds eerder gezegd zijn deze vissen verzot op insecten. Een fruitvliegenkweekje is dus aangewezen, maar ook bladluizen en mieren worden door hen ten zeerste op prijs gesteld. Ook drooggevroren Artemia behoort tot hun favoriete voedsel. In perioden van schaarste eten ze zelfs droogvoer, zij het dan met minder enthousiasme. Voedsel dat naar de bodem zinkt, is voor deze bijlzalm, met zijn bovenstandige mond, ongrijpbaar. Andere af en toe geïmporteerde soorten zijn Gasteropelecus levis (6 cm), die een donkere dwarsband heeft op de staartwortel, en Gasteropelecus maculatus, die voorkomt van WestColumbia tot Panama. 15
Hij wordt 9 cm groot en onderscheidt zich van de vorige soorten door donkere vlekken op het lichaam, die min of meer als dwarsbanden zijn gerangschikt. Voor de rest gelijken ze, inzake lichaamsbouw en kleur, zeer sterk op Gasteropelecus sternicla. Zeer zelden worden bijlzalmen uit het geslacht Thoracocharax in de handel gebracht. Ook zij stammen uit het stroomgebied van de Amazone en bewonen dezelfde biotopen als de eerder genoemde Gasteropelecussoorten. De Thoracocharax securis diamantbijlzalm rechts) wordt 9 cm groot. Bij hem is de lengtestreep blauw iriserend en verbreedt zij zich naar het midden toe. De Thoracocharax stellatus (discusbijlzalm) bereikt een lengte van 7cm en heeft iets minder sterk ontwikkelde borstvinnen. Deze beide soorten zijn zeer schuw en schrikachtig en dienen dus, zeker in den beginne, met de nodige voorzichtigheid behandeld te worden. Ze kunnen alleen in gezelschap van rustige vissen gehouden worden, die de onderste waterlagen bevolken. De gemarmerde bijlzalm Carnegiella strigata strigata) is een stuk kleiner dan zijn zilveren neefjes en wordt slechts 5 cm groot. Hij komt uit de woudkreekjes van het benedengedeelte van het Amazonestroomgebied en werd al in 1912 in Europa ingevoerd. Hij verlangt een aquarium met veel fijnbladerige planten, kristalhelder water, een donkere bodem en een temperatuur, die mag oplopen tot 30° C. Bij een matige belichting legt hij zijn aangeboren schuwheid vrij vlug af. In tegenstelling tot de gewone bijlzalm houdt de gemarmerde zich meer tussen de planten op en is hij niet zo een uitgesproken oppervlaktevis. Dit fenomeen vertaalt zich ook in het voederen. De C. strigata eet naast watervlooien ook muggenlarven en enchytraeën, die hij desgevallend, 16
spijts de moeilijkheden die hij daarbij door zijn lichaamsbouw ondervindt, op de bodem gaat oppikken. Ook droogvoer wordt vlot gegeten. Hij verkiest wel een iets zachter water en een pH van 6 is dan ook aangewezen. De Camegiella strigata is een sierlijke verschijning. Zijn grondkleur is bruin- tot goudachtig. De rug is olijfgroen en bedekt met zwarte stippen van ongelijke grootte. De flanken vertonen een roodbruine tot lila-achtige vlekkentekening. Iets achter het kieuwdeksel vertrekt er een donker streepje tot in de staartwortel. Daarboven en evenwijdig ermee loopt een gouden lijntje, dat eventjes in de staartlobben doorspat. Vanuit de bijlachtige buik vertrekken enkele onregelmatige, bruinzwarte vegen richting staart en rug. De vinnen hebben een groenachtige schijn. Deze soort zou, in tegenstelling tot de vorige, reeds nagekweekt zijn. Een betrouwbaar kweekverslag heb ik hieromtrent nog nooit onder ogen gekregen. Tussen wat denkelijk mannetjes zijn worden er, naar het schijnt, wel eens spiegelgevechten waargenomen, maar deze monden nooit uit in verwondingen. Zowel de zilveren als de gemarmerde bijlzalmen zijn alleen al door hun bizarre vorm uitermate decoratief. Dit is waarschijnlijk ook de reden van hun blijvende populariteit. Wanneer je ze samenhoudt met andere rustige vissen, die de resterende waterlagen bevolken, zul je aan deze vissen veel plezier beleven en zullen ze aan je aquarium een eigengereide plastische dimensie geven. Let er vooral op dat de temperatuur niet te laag wordt, want dan bestaat de kans dat de visjes belaagd worden door witte stip, die deze plastische dimensie weliswaar nog vergroot, maar die dan uit medisch oogpunt weer enige mate van strakke doortastendheid vereist, als je voelt, wat ik bedoel. Gelezen in Hugo Aqua Nieuws
17
Slakken in het aquarium. Bij veel aquarianen zijn het geen geziene gasten. Het zijn vieze beesten, hoort men wel, ze vreten aan de planten, de vissen kunnen er ziek van worden etc. Als men slootvoer voert, krijgt men gegarandeerd slakken in de bak. Maar welk soort kan het in het aquarium uithouden? In onze Hollandse wateren komend ongeveer 35 soorten, slakken voor. De grootste is de moerasslak, welke in drie varianten voorkomt. Ze hebben een gewonden huis, waarvan de opening, welke op het achterlijf van de slak vastzit, met een deksel kan worden afgesloten. Ze worden ongeveer 4 cm groot. Vroeger haalde ik ze wel uit de Voert, een duin-riviertje in de Bergermeer te Bergen. Tijdelijk konden ze we eens gehouden worden in een iets te warme bak. Zij zijn zogenaamd levendbarend, dat wil zeggen dat de jonge slakjes, enkele millimeters groot, met een huisje en al uit moedershuis komen kruipen. Ik heb er enkele jaren geleden nog naar gezocht, maar ze waren er niet meer. De groep poelslakken, in vele soorten voorkomend, zijn er tegenwoordig ook niet meer zoveel. Het heet dat ze giftig zijn voor vissen. ik heb ze meerdere keren in een bak gebruikt, maar nooit schade ondervonden. Ze houden het in een verwarmd aquarium niet lang uit. Een grote groep vormen de zogenaamde posthoornslakken. Enkele soorten kunnen zich in de bak handhaven. Typisch is echter, dat als men een paar grote posthoornslakken in de bak doet, deze zich wel voortplanten maar dat de nakomelingen veel kleiner blijven. Ze kunnen zich massaal manifesteren. Ze zijn nuttig daar ze alle zieke en rottende stoffen opruimen. Het heet dat ze veel algen zouden eten. Dat is echter maar matig. Gezonde planten worden niet aangevreten. Wordt het aantal slakken te veel naar uw zin, voer uw vissen dan een paar dagen niet. Plaats een jampotje met wat droogvoer, aardappel of aardappelschillen in de bak. Daar komen de slakken op af en men kan 18
ze gemakkelijk verwijderen. Ik zou met grote letters willen schrijven: GEBRUIK NOOIT VERDELGINGS MIDDELEN!! Dit kan tot een grote troep leiden in uw bak. ( o.a. door de massale sterfte komen veel afvalstoffen vrij red.) Het veel voor komende puntslakje, Melanoides tuberculats, houdt zich meestal op in de bodem. Ze zijn zeer nuttig omdat ze de bovenste lagen los houden en verontreinigingen opruimen. Soms kan men ze 's morgens massaal aan de ruiten zien hangen om zodra het licht aangaat, weer naar beneden te gaan. Komen ze overdag naar boven, dan moet u oppassen. Dat is een teken dat de bodem weinig zuurstof bevat. Zo kan zich veel nitriet vormen. Ook hier weer een paar dagen niet voeren, het filter of de doorluchting aanzetten en oppervlakte planten, die het licht tegenhouden, verwijderen. De in onze aquaria veel gehouden appelslak, Ampullaria gigas of A. scataris, komen in vrijwel alle tropische gebieden veelvuldig voor. Voornamelijk in moerasgebieden. Ze hebben een kieuw en een tongzak. Ze kunnen het lange tijd onder water uithouden als ze rust houden, maar als ze aktief zijn moeten ze af en toe lucht boven water halen. Hiervoor hebben ze een uittrekbare buis, die ongeveer 5 cm lang is. Daarmee kunnen ze lucht aanzuigen en in een reservoir opslaan. Daarna kunnen ze onder water met de longzak zuurstof uit dit reservoir halen. Ook kunnen ze lang boven water blijven, wat bij droog gevallen moerassen wel eens nodig is. Ze hebben een grote zool waarmee ze overal tegen op kunnen kruipen. Hun mondopening is voorzien van een rasp, de zogenaamde radula, waarmee ze zachte laagjes rottende stoffen etc. kunnen afraspen. Ze zijn als zoveel slakkesoorten tweeslachtig. Dat wil zeggen dat ze man en vrouw tegelijk zijn. Dus bij een vrijage kunnen 19
20
Bij gunstige omstandigheden komen uit dat trosje de jonge slakjes, met huisje en al eruit gekropen. Ook deze slakken zijn zeer nuttig door het opruimen van dode vis, overtollig voer en zieke en rottende plantedelen. Ik gebruik in al mijn bakken altijd slakken van alle mogelijke soorten en ik heb hiervan nooit schade ondervonden. Dus vindt u ze vies en onooglijk, bedenk dan wel dat ze behoren tot de reinigingsdienst van moeder natuur. Bron. Hugo aqua. door A.C. v.d,. Burg
Rotala rotundifolia De familie van de kattestaartachtigen (Lythraceae) is in de wereld van aquariumplanten al lange tijd vertegenwoordigd door een opgaande stengelplant, die algemeen wordt aangeduid met de naam: Rotala indica. Deze oorspronkelijke moerasplant uit het zuidoostelijke deel van Azië, met name Birma, kan zo'n 60 cm lang worden. Rondom de enigszins rood-bruin gekleurde stengel staan paarsgewijs en kruiselings de smalle, tot 15 cm lange blaadjes. De lijnvormige, soms lange elliptische blaadjes zijn aan de bovenzijde afhankelijk van de hoeveelheid licht die zij ontvangen, groen tot lichtbruin. De onderkant kan zelfs een licht roodkleuring te zien geven. Het voorgaande is dan een simpele beschrijving van de plant zoals wij die kennen in de submerse aquarium cultuur. Wanneer we hem echter de gelegenheid geven om boven de waterspiegel verder te groeien, toont de emerse vorm een heel ander beeld. Boven de waterspiegel zijn de blaadjes groter, dikker en bijna rond. Onder deze omstandigheden krijgen we vaak ook de bloeiwijze te zien: vertakte aren, dicht bezet met kleine bloempjes. Onze Rotala rotundifolia is niet direct een moeilijke plant. Aan temperaturen tussen de 20 en de 28 °C past hij zich vrij vlot aan. Ook aan de watersamenstelling worden geen bijzondere eisen gesteld. Een hardheid tussen de 6 en 10 DH in combinatie met een pH rondom 7 blijken aan de eisen die de plant op deze punten stelt, te voldoen. 21
Een onderbodem van grof, vuil zand blijkt voor een redelijke groei voldoende te zijn - mits de gehele plant ruim belicht wordt. Als we de plantengroep niet regelmatig uitdunnen wordt de 'bos' in korte tijd zo dicht, dat alleen de toppen nog licht kunnen ontvangen. De ondereinden zullen dan hard groen worden, terwijl bovendien de verstikking van jonge planten nog bevorderd wordt door de soms grote hoeveelheid vuil dat zich verzameld in de vele fijne wortels die dicht boven de bodem uit de bladknoppen ontstaan. Een veel mooier effect geeft de plant wanneer we ze in een kleine groep kort achter de voorruit plaatsen in een veldje betrekkelijk laag blijvende groene planten. Soms wordt wel eens aangeraden deze plant een plaats te geven in het kleine assortiment voorgrondplanten. Daar de plant zich onder andere door toppen gemakkelijk laat vermeerderen, zou dit natuurlijk mogelijk zijn. Zeker voor de gemakzuchtige aquariaan echter zal een groot aantal van deze topjes vlak achter de voorruit na enige tijd wel problemen geven. Men zal het er dan voor over moeten hebben om zeer regelmatig deze toppen weer tot de afmetingen van de voorgrondplantjes terug te brengen. Ook de oudere planten zullen van tijd tot tijd verwijderd moeten worden om de weinig attractieve vervuiling boven de bodem binnen de perken te houden. Voor u gelezen in Ons Genoegen uit Tilburg
22
Wodka in een zeeaquarium? Last van een te hoge nitraatwaarde in het zeeaquarium? Groeien de algen de pan uit? Kleuren de koralen minder mooi? Staan de koraalpoliepen niet meer uit? Wodka is dan de oplossing Wodka is een alcoholische drank, die bestaat uit waterstof, koolwaterstof en zuurstof. Verder bevat het geen extra toevoegingen als smaak- of kleurstoffen. Wodka is dus een zeer pure vorm van alcohol. Door deze zuiverheid is het zeer geschikt voor onze toepassingen in het aquarium. Bij een te hoge nitraatwaarde, gebruiken we wodka. Nitraat is het afbraakproduct van voedselresten en uitwerpselen van de vissen. De bacteriën in het levend steen breken nitraat af. Ze zetten het om naar zuurstof, wat ze zelf weer gebruiken, en stikstof, wat als gas het aquarium verlaat. Als de nitraatwaarde te hoog is, dan is de opname van nitraat door (kalk-)algen en koralen) en de productie ervan niet in balans. Dit geeft ongewenste alggroei. Ook kunnen koralen minder mooi kleuren, of zelfs doodgaan. De aanwezige bacteriën gebruiken koolwaterstof als hun voedingsbron. Deze kunnen zich hierdoor vermenigvuldigen en daarmee de balans in de goede richting laten doorslaan. Hoe meer bacteriën, hoe minder nitraat. Wanneer de nitraatwaarde tot een nulpunt is gezakt door een groei in het bacteriënbestand sterven deze niet direct, maar voeden ze zich met het aanwezige fosfaat. Doseringen Met het toevoegen van wodka moet voorzichtig begonnen worden. Het beste resultaat wordt gehaald als er begonnen wordt met 1 ml wodka op 100 liter zeewater. Dit wordt de eerste week elke dag gedoseerd. Daarna kan er verhoogd worden met 0,1 ml wodka op 100 liter zeewater. Elke daarop volgende dag kan er met een gelijke hoeveelheid verhoogd worden. Het is belangrijk om elke dag het nitraat en fosfaat te blijven meten. 23
Na een week zal er al een verschuiving ontstaan, het nitraat zal afnemen. Zodra het nitraat op nul staat, dient de dosering gehalveerd te worden. Nu wordt het wat lastiger. Blijf het nitraat goed meten. Stijgt deze iets, dan dient er meer wodka gedoseerd te worden. Blijft deze op nul, dan kan deze dosering aangehouden worden.
Conclusie Om de prijs van de aanschaf van wodka te drukken, is het ook mogelijk een combinatie te maken van wodka en keukenazijn. Let er wel op dat de azijn pure, heldere azijn is, geschikt voor menselijke consumptie. Azijn is namelijk een afbraakproduct van alcohol. Er zitten echter nog genoeg koolwaterstoffen in voor de bacteriën te voeden. Neem op een deel wodka, twee delen azijn. Met de dosering moet wat worden geëxperimenteerd, de azijn is minder krachtig dan de wodka. Er is dus iets meer nodig. Wodka toevoeging is een veilige methode om het nitraat omlaag te krijgen. De oorzaak van het nitraat blijft echter wel. De oorzaak hiervoor ligt vaak bij een te kleine afschuimer, foute filtering, te weinig stroming of te veel voer. Wodka kan geen kwaad voor het aquarium, maar houdt de doseringen in de gaten. Overdosering kan wel het einde betekenen van de vissen. Door een overdosis wodka groeien de bacteriën zo snel, dat deze alle zuurstof opnemen en de vissen hierdoor stikken, Hugo Aqua Nieuws 24
De debutant: Sphaerichthys vaillanti Een mooie, nieuwe labyrintvis uit het zuidwesten van Borneo, waar ze voorkomen in zachtzuur water: een pH van 5,3 en een temperatuur van 29 °C. werd ter plaatse gemeten. De kleurtekening heeft veel weg van Colisa-soorten: met blauwe en rode tekening. De mannetjes worden 7 centimeter groot, de vrouwtjes blijven ietsjes kleiner. De bouw van de vrouwtjes is ook wat anders dan van de mannetjes. Zij zijn wat korter en hoger van vorm, en fletser van kleur. De verzorging in het aquarium is te vergelijken met de bekendere Chocoladegoerami, Sphaerichthys osphromenoides: ze zijn wat gevoelig voor ziektes en niet de makkelijkste eters. Sphaerichthys vaillanti is in het aquarium goed houdbaar en zeer vreedzaam, maar een speciaal aquarium met niet te grote en rustige medebewoners zou beter zijn. Deze soort is een muilbroedende labyrintvis, waarbij het vrouwtje de paring initieert, maar het mannetje de eieren ‘uitbroedt’. Na twee tot drie weken komen de eieren uit. Daarna zijn de jongen direct op zichzelf aangewezen. Door Arnoud Hinfelaar.
25
26
“Waterwaardes voor het aquarium in de praktijk” Als we de literatuur napluizen over ons aquarium water dan leren we al snel dat ons leidingwater niet erg aquariumvriendelijk is. Tja en dan begin je als beginnend aquariaan even met de wenkbrauwen te fronzen. Want juist dat leidingwater is toch de basis waar mee gestart wordt om een gezond biologisch evenwicht in het aquarium te creëren. Omdat ons oppervlakte water niet deugt door de milieu vervuiling zijn het de waterzuiveringsbedrijven die er voor zorgdragen dat het voor de consument goed bruikbaar is. Maar voor het aquarium belangrijke stoffen zoals koolzuur ijzer en mangaan gaan door deze zuiveringsmethode verloren. Ook de pH (zuurtegraad) heeft vaak een alkalische waarde die ver boven de 8 pH zit. Natuurlijk zal de kwaliteit van het leidingwater per gemeente kunnen verschillen. Gezuiverd oppervlaktewater van bijvoorbeeld Rijn en Maas en het duinwater smaakt verschillend. Tevens heeft bronwater totaal andere waardes. Voor het gebruik in ons aquarium zullen we toch echt een paar trukendozen moeten openen om het geschikt te maken voor onze vissen en planten. Een van die trucs is het gebruik van osmose water, water wat verkregen wordt door het onder druk door een osmose membraan te persen. Gedistilleerd of gedemiraliseerd water wordt ook wel toegepast. Toch blijft het een beetje puzzelen hoeveel men hiervan toepast. Om de juiste parameters te bepalen en daarmee de beste waterwaardes is toch vaak een huzarenstukje van menig aquariaan. Vroeger zaten er nog meer bruikbare stoffen in ons drinkwater zoals nitraat en fosfaat en wat spoorelementen, Deze zijn er nog wel, maar in veel mindere mate. In een ruim ingericht aquarium met een weelderige plantengroei zullen we het tegenwoordig zelf aan ons aquarium moeten toevoegen. Ook gloor (bacteriën dodend) was vroeger in het leidingwater aanwezig maar dat kon door flink door te luchten worden verwijderd. Om het water te kunnen meten zijn de technieken sterk verbeterd, 27
28
29
enkele merken testsets mogen als redelijk betrouwbaar worden geacht. Waterwaardes zoals fosfaat (PO4) nitraat (KNO3) KH (carbonaat hardheid) en de pH waarde zijn de belangrijkste parameters. De pH waarde geeft aan in welke verhouding zuren en logen in het water aanwezig zijn. Om invloed te hebben (en te houden) op de pH waarde is het toevoegen van koolzuur door middel van een CO2 installatie met of zonder pH controller een ideaal hulpmiddel. Het filteren over turf kan een gunstig affect hebben net als het gebruik van eikenextract maar voorzichtigheid is geboden, een plotseling veranderde zuurtegraad kan ook een negatief affect hebben op de gezondheid van vissen en planten. Tevens zal de licht intensiviteit afnemen door het gebruik van turf (bruin water) De totale hardheid (GH) is ook van belang net als de geleidbaarheid (microsiemens) De aanwezigheid van Calcium (Ca) en Magnesium (Mg) (de belangrijkste voedingsbronnen voor onze planten en dieren ) bepalen de hardheid van het water. 0 tot 4 GH kunnen we beschouwen als zeer zacht, 4-8 zacht, 8-12 middelhard en 12-30 hard. Gemiddeld wordt door de waterleidingsbedrijven ongeveer 125 ms/m aangeboden bij 20 graden Celsius. (niet in Zoetermeer) 1 GH is ongeveer 45 microsiemens. Ook het ijzergehalte (FE) wordt wel gemeten, als de koppen van de planten zichtbaar gelig worden is een gebrek aan ijzer vaak de oorzaak. Een sterk verhoogde nitriet gehalte (NO2) in een pas opgestart aquarium is vaak de oorzaak van problemen, mede omdat er nog geen nitificerende bacteriën (nitrosomonas) aanwezig zijn om dit om te zetten in nitraat. Een te snel aangeschaft visbestand kan dit alleen maar verergeren. De bak opstarten met een gedeelte osmosewater is een prima optie, 30
zeker in combinatie met een filter (of inhoud) uit een gezonde bak wordt het bijna een succes. Het toevoegen van het product Bacterial is dan niet handig omdat deze de nitrosomonas wil vervangen. Het eiwitdeel ammonium (NH4+) wat door de vissen wordt afgegeven wordt weer gebruikt als plantenmest. Bij een te hoge PH waarde van boven de 8 PH kan dit ammonium overgaan in ammoniak wat giftig is voor de vissen (bij constatering water verversen ) Let op dat een ook nitrietwaarde van 1.0 mg/l al dodelijk is voor de vissen. De nitraatwaarde (NO3) houd ik zelf rond de 10 mg/l, maar tot uiterlijk 40 mg/l is nog net toelaatbaar daarna moeten we toch echt water gaan verversen. Een fosfaat (PO4) waarde van 0,25 mg/l vind ik zelf een veilig streven voor mijn bak. Door het voeren van diepvriesvoer en ander visvoer wordt dit redelijk op pijl gehouden. Mocht deze waarde te laag worden door een intensive waterverversing wordt er wat K2HPO4 (kaliumfosfaat) toegevoegd. Een van de belangrijkst oorzaken van het falen van het biologische evenwicht in een aquarium zijn de wijzigingen die door de liefhebber (of het biologische evenwicht zelf) zijn veroorzaakt. Met wijzigingen bedoel ik veranderingen van lichtbron, verhoogd of verminderd visbestand, watersamenstelling, voergewoontes, temperatuur, zuurstofgebrek (door vermindering plantenbestand), verandering van filterinhoud en gebruik van chemicaliën het wel of geen gebruik van CO2 is ook van belang. Een mogelijke verstoring kan ook veroorzaakt worden door de aanwezigheid van koper. Koper (CU2+) afkomstig door het gebruik van medicamenten tegen visziekten of via transport door koperen waterleidingen. Bij zacht en zuur water kan koper giftig zijn. Willem van Wezel 31
REDACTIE/LAY-OUT:
FOTOGRAFIE: LEDENADMINISTRATIE:
CONTACTPERSOON SPREKERS:
J.T.M. van Veen L.H.J. van Egmond S. Post Harold van Hulst Rijnstroom 20 Zoetermeer Marlène Reeuwijk
CONTRIBUTIEBELEID
De contributie dient bij vooruitbetaling te worden voldaan en bedraagt voor het verenigingsjaar van 1 juli 2012 tot en met 30 juni 2013 voor: Leden standaard lidmaatschap Donateurs Inschrijfgeld
€30,00 €15,00 €4,50
•
Lidmaatschap en donateurschap is inclusief de digitale versie van het verenigingsblad en zal per e-mail worden toegestuurd.
•
Voor nieuwe leden woonachtig buiten Zoetermeer die het verenigingsblad per post willen ontvangen geldt een bijdrage in de verzendkosten van €7,00.
•
De contributie dient bij vooruitbetaling te worden voldaan.
Het verenigingsjaar loopt van 1 juli tot 30 juni. Beëindigen van het lidmaatschap kan per 1 juli van het eerstvolgende verenigingsjaar. De opzegging, uitsluitend schriftelijk, dient uiterlijk 28 maart van het lopende verenigingsjaar door de ledenadministrateur te zijn ontvangen. Restitutie van contributie is niet mogelijk. AANMELDINGEN EN ADRESWIJZIGINGEN Ook aanmeldingen en adreswijzigingen dienen uitsluitend aan het adres van de ledenadministratie te zijn gericht. Mocht U het maandblad niet hebben ontvangen, dan is dit met een berichtje aan het zelfde adres te verhelpen. CONTACTAVONDEN: De contactavonden vinden plaats in de Wilhelmzaal van verzorgingshuis Buytenhaghe, Bergmanstrook 45, 2726 RR ZOETERMEER, Telefoon 079-3465700. De zaal is open van 19.30 uur. BANKREKENING: Postrekening 3371313 t.n.v. Aquariumvereniging Paluzee te Zoetermeer.
32