Operatie wegens een vernauwing of afsluiting van één of meerdere beenslagaders
OPERATIE WEGENS EEN VERNAUWING OF AFSLUITING VAN ÉÉN OF MEERDERE BEENSLAGADERS (FEMORO-POPLITEALE/-CRURALE BYPASS) Deze folder informeert u over de procedure rond een operatie wegens een vernauwing of afsluiting van één of meerdere beenslagaders. U moet zich wel realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan zoals hier beschreven. Arterieel vaatlijden Bij u is een ernstige vernauwing of een afsluiting van één of meerdere beenslagaders vastgesteld. Een slagadervernauwing veroorzaakt pas verschijnselen van ‘etalageziekte’ (claudicatio intermittens) als deze 50% of meer van de doorsnede van het bloedvat beslaat. Dan neemt de bloedstroom achter de vernauwing duidelijk af. Behalve de ernst van de vernauwing is ook de lengte van het vernauwde deel van belang. Vaak komt het voor dat er verscheidene vernauwingen na elkaar in een bloedvattraject zijn. Een bekend voorbeeld is de combinatie van een vernauwing in een bekkenslagader met daaronder een vernauwing in de bovenbeenslagader van hetzelfde been. Deze vernauwing of afsluiting is het gevolg van cholesterolafzetting en verkalking in de slagader en heet atherosclerose. Verschillende factoren spelen een rol bij het ontstaan van atherosclerose. De belangrijkste oorzaken zijn: roken, hoge bloeddruk, suikerziekte, overgewicht en een te hoog cholesterolgehalte in het bloed. Waarom een operatie? Door de genoemde vernauwingen of afsluitingen stroomt er minder bloed in het been. Het kan zijn dat u daardoor, na een klein stukje lopen pijn in uw been krijgt, die na korte tijd rust weer verdwijnt. In eerste instantie zal geprobeerd worden u zonder operatie te behandelen (dat wil zeggen conservatief). In dat geval zal u onder meer worden geadviseerd om dagelijks zo veel mogelijk te lopen (looptraining) en in het geheel niet te roken. Hierbij hebben 3 op de 4 patienten een goed 1
resultaat. Indien de klachten zodanig zijn dat niet met goede leefregels kan worden volstaan of dat de klachten niet reageren op een conservatieve behandeling, zal de specialist de mogelijkheden van een meer ingrijpende behandeling met u bespreken. Voor de behandeling is het van groot belang dat alle afwijkingen duidelijk in kaart worden gebracht. De hoogst gelegen vernauwing dient als regel het eerst te worden behandeld. Om hierover een beslissing te kunnen nemen, is vaak röntgenonderzoek van de bloedvaten nodig (Duplex- of MRA-onderzoek en/of angiografie). In principe wordt nagegaan of het dotteren (oprekken) van een vernauwing mogelijk is of dat een operatie de enige keus is; soms moet bij meerdere afwijkingen én gedotterd én geopereerd worden. Het kan ook zijn dat er zo weinig bloed in het been stroomt dat u zelfs in rust, of ‘s nachts in bed pijn heeft. Soms ontstaan er wonden die niet genezen of is er sprake van afsterving van één of meer tenen. We spreken dan van kritieke ischemie, in die gevallen is een ingreep (dotteren en/of operatie) noodzakelijk om de doorstroming van bloed in het been te verbeteren. Zonder ingreep is een amputatie van het betreffende been dikwijls niet te vermijden. De bypassoperatie (bloedvatoverbruggingsoperatie) Bij een bypass-operatie wordt een overbrugging (bypass) aangelegd voor de afgesloten of ernstig vernauwde dijbeenslagader.
De bovenste aansluiting van de bypass zal ter hoogte van de lies op de liesslagader worden gemaakt. De onderste aansluiting wordt boven de knie (suprage2
nuale bypass), onder de knie (infragenuale bypass) of op het onderbeen (crurale bypass) gemaakt. De operatie kan plaatsvinden onder algehele verdoving (narcose) of onder zogenaamde regionale verdoving (via een ruggeprik) wordt alleen het onderste gedeelte van het lichaam gevoelloos gemaakt. Of de bypass op de lange termijn doorgankelijk blijft, hangt af van de lengte (hoe korter, hoe beter), de diameter en de kwaliteit van de bypass. Er zijn verschillende soorten bypasses: - een bypass waarvoor een eigen ader van de patiënt wordt gebruikt; - een bypass van kunststof. Bij de bypass boven de knie maakt het geen groot verschil voor de doorgankelijkheid op lange termijn of uw eigen ader of kunststof materialen worden gebruikt. Bij de bypass onder de knie of op het onderbeen wordt bij voorkeur een lichaamseigen ader gebruikt, mits deze van goede kwaliteit is. De ader die gebruikt wordt voor de overbrugging ligt ook in het bovenbeen en dient voor het terugvoeren van bloed uit het been naar het hart. Deze ader kunt u missen aangezien dieper in het been de hoofdaders liggen, die verreweg het belangrijkst zijn voor het terugvoeren van bloed. Deze ader wordt bijvoorbeeld ook bij een operatie wegens spataders verwijderd. Heeft u in het verleden een spataderoperatie ondergaan, of is deze ader te dun of verstopt door een vroegere aderontsteking, dan kan het zijn dat u geen bruikbare ader meer heeft voor een overbruggingsoperatie. Dit kan een reden zijn om een kunststof bypass te gebruiken. Na de operatie Na de operatie wordt een aantal zaken frequent gecontroleerd, zowel op de uitslaapkamer als op de verpleegafdeling: - het kloppen van de slagaders op de voet; - lekkage van de wond; - de temperatuur van de benen en armen; - de bloeddruk. Na de operatie moet u zo snel mogelijk weer gaan lopen en krijgt u een bloedverdunner toegediend. Dit 3
kan via het infuus, via tabletten of via onderhuidse injecties. Mogelijke complicaties tijdens en na de operatie Vanwege de kans op complicaties wordt in de meeste gevallen pas tot een operatieve behandeling besloten als de klachten dermate ernstig zijn dat dit een operatie rechtvaardigen. Geen enkele ingreep is zonder risico’s. Zo kunnen ook bij deze operatie complicaties optreden, zoals een wondinfectie, een bloeding, trombose en longembolie, een longontsteking, een blaasontsteking of een hartinfarct. Uiteraard wordt geprobeerd de risico’s zo klein mogelijk te houden. Daarom wordt u voor de operatie veelal door de internist, de cardioloog en/of de longarts volledig onderzocht en worden vele voorzorgsmaatregelen genomen. Het is onvermijdelijk dat bij een operatie gevoelszenuwen in de huid doorgesneden worden. Dit kan een doof gevoel geven in de huid bij het operatielitteken. Meestal is het gevoel na enkele maanden weer normaal. Bij operaties aan een slagader kunnen de volgende specifieke complicaties optrden: - een nabloeding; - een afsluiting van de vaatprothese of de gebruikte ader (trombose). Bij het optreden van een dergelijke complicatie moet u vaak opnieuw geopereerd worden. De kans is altijd aanwezig dat na de operatie de bypass afgesloten raakt. Sommige oorzaken hiervan kunnen door een nieuwe operatie worden verholpen. Het komt echter ook voor dat de eigen slagaderen zo ernstig door atherosclerose zijn aangetast dat hierdoor een bypass niet kan functioneren. Bij het gebruik van kunststof is er altijd een risico van een infectie, waardoor de kunststofbypass verwijderd moet worden. Een normaal verschijnsel na deze operatie is dat het geopereerde been dikker wordt. Dit kan geruime tijd zo blijven. Na het ontslag Na het ontslag uit het ziekenhuis zult u merken dat u niet meteen helemaal fit bent. Het herstel kan langer 4
duren dan u denkt. U bent nog snel vermoeid maar langzamerhand wordt dit beter. U moet ervoor zorgen dat u niet te lang met de benen gebogen zit, bijvoorbeeld tijdens een lange autorit, want dit kan verstopping van de bypass veroorzaken. Om dezelfde reden moet u niet met de benen over elkaar zitten. U krijgt een afspraak mee voor een poliklinische controle. Na de operatie zult u medicijnen moeten blijven gebruiken om het bloed dunner te houden. Indien u middelen als fenprocoumon (= marcoumar) of acenocoumarol (= sintrom) krijgt voorgeschreven, moet het bloed regelmatig worden gecontroleerd door de trombosedienst. Bij carbasalaatcalcium (= ascal) hoeft dat niet. Een gezonde levenswijze is heel belangrijk, dat wil zeggen absoluut niet roken, een goede lichaamsbeweging en geen overgewicht. Suikerziekte, een te hoge bloeddruk of een te hoog cholesterolgehalte moeten, indien aanwezig, goed onder controle zijn. Verder zijn er voor u geen beperkingen. Vragen Heeft u nog vragen, stelt u die dan ze gerust aan uw behandelend arts. Bij dringende vragen of problemen vóór uw behandeling kunt u zich het best wenden tot de afdeling waar de behandeling moet plaatsvinden. Als zich na de operatie thuis problemen voordoen, neem dan contact op met het ziekenhuis. Patiëntenvereniging De Vereniging van Vaatpatiënten behartigt ook de belangen van patiënten met arterieel vaatlijden. Vereniging van Vaatpatiënten Postbus 123 3980 CC Bunnik telefoon (030) 659 4651 Informatiebron Voorlichtingsfolder van de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde. De informatie is aangepast aan het beleid van het KG. 5
www.kg.nl
Locatie noord Vondelweg 999 Haarlem Locatie zuid Boerhaavelaan 22 Haarlem Postadres Postbus 417 2000 AK Haarlem Telefoon: (023) 545 35 45 e-mail:
[email protected]
1070778-05-2007