Open en eerlijk bestuur - Wat wil D66 van de provincie? D66 gelooft in een kleine maar actieve en slagvaardige overheid. Dat is nodig om vrijheid, gelijkheid van kansen en sociale rechtvaardigheid voor nu en in de toekomst mogelijk te maken. Op dit moment zijn de diverse bestuurslagen en democratische controle op het bestuur te ingewikkeld georganiseerd. Als het aan ons ligt, maken we de overheid zo simpel mogelijk. En bij een slagvaardige en aanspreekbare overheid spelen volgens D66 de gemeenten een belangrijke rol. Gemeenten gaan over de zaken die u als burger direct aangaan. Bovendien worden gemeenten gecontroleerd door de lokale democratie. De overheid daarboven moet vooral niet te omslachtig zijn. De rol die de provincie heeft, is in onze optiek een verbindende. De provincie bevordert en faciliteert samenwerking tussen de gemeenten. De provincie focust zich op haar kerntaken Een stem op D66 is een stem op een provincie die zich beperkt tot datgene waar ze goed in is: regie op de ruimte, de economische – en culturele infrastructuur, welzijn en leefbaarheid. Wat ons betreft concentreert de provincie zich dan ook op de volgende taken: − Regionale kenniseconomie; − Regionale aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt; − Het stimuleren van initiatieven die sociale verbinding bevorderen; − Afstemmen van plannen voor winkelcentra, bedrijventerreinen en woonwijken tussen gemeenten; − Ontwikkeling van de randvoorwaarden voor de toepassing van duurzame energie; − Natuur - inclusief randvoorwaarden voor een schone bodem, schoon water en een schoon milieu; − Bereikbaarheid per auto, openbaar vervoer én fiets; − Bevorderen van Euregionale samenwerking met partners in onze buurlanden; − Cultuurhistorie (erfgoed), bibliotheken en archieven; − Bestuur binnen de provincie, met name (financieel) toezicht op gemeenten; − Het bevorderen van sterkere gemeenten. De provincie wordt nog efficiënter D66 vindt dat overheidstaken op sociaal gebied het beste door het de gemeenten en het Rijk kunnen worden uitgevoerd. Wel willen wij uiteraard dat de provincie Limburg haar kerntaken op een sociale manier uitvoert. Dat kan door bijvoorbeeld een social return te eisen van aannemers die werk voor de provincie uitvoeren. De provincie heeft een beperkt ambtenarenapparaat nodig Wat ons betreft worden de activiteiten van de provincie teruggebracht tot voornamelijk regietaken. Daarmee verdwijnt de noodzaak van grote uitvoeringsorganisaties. De provincie stelt kaders, verdeelt budgetten en ziet toe op doelmatige uitvoering door overheidsinstellingen, bedrijven, gemeenten of inwoners zelf. Niets meer, maar ook niets minder. De provincie is een aanjager van slagvaardige gemeenten en waterschappen D66 wil een provincie die niet aarzelt om in te grijpen bij gemeenten als dat in het belang van de inwoners van die gemeente of de regio is. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn als gemeenten hun taken niet goed uitvoeren of beloften niet nakomen, maar ook als gemeenten door onderlinge concurrentie dreigen het belang van de inwoners uit het oog te verliezen. We willen een provincie die gemeenten uitdaagt over de gemeentegrenzen heen te kijken bij het maken van bouwplannen. Daarnaast wil D66 dat de provincie streng toezicht houdt op de financiën van de gemeenten als de gemeenteraad die controletaak niet of onvoldoende uitvoert. De provincie moet bovendien elke vorm van democratische samenwerking tussen gemeenten aanmoedigen.
Regionale economie & innovatie ‘Smart economy, better living’ De Limburgse economie: een stevige basis in permanente staat van innovatie In 2025 zal de wereld er zeker heel anders uitzien. D66 vindt dat de provincie de taak heeft om ons goed voor te bereiden op deze nieuwe werkelijkheid. Veel bedrijven hebben zich in Limburg gevestigd vanwege de centrale ligging in Noordwest-Europa. De goede ontsluiting, de nabijheid van Duitsland en België, de stabiele arbeidsmarkt en de gemotiveerde arbeidspopulatie maken het plaatje compleet. D66 wil verder bouwen aan een stevige basis voor de Limburgse economie, waarin iedereen de kans krijgt om zijn of haar kwaliteiten optimaal te ontplooien. Dat is niet alleen belangrijk voor de eigen ontwikkeling van mensen, maar voor de ontwikkeling van het grotere geheel. D66 vertrouwt hiertoe op de eigen kracht van mensen en wil deze niet aan banden leggen met onnodige regelgeving. Creativiteit en innovatie zijn immers juist de kracht van de Nederlandse economie! D66 kiest voor: ● Een krachtig Limburgs economisch beleid vanuit de Brightland Campussen, met de focus op het MKB als (banen)motor van de economie. ● Het stimuleren van de productie van diervriendelijke, voedselveilige en ecologisch verantwoorde, bij voorkeur regionaal geproduceerde, producten. ● Een toeristische sector die zich in alle regio’s blijft vernieuwen om te kunnen blijven concurreren met het buitenland. VVV’s, kennisinstellingen en Industriebank LIOF moeten hiertoe de handen ineen slaan. ● Steden die als ‘talentmagneten’ een centrale rol spelen in de nieuwe economische ontwikkeling. Aanwezig talent ontwikkelen en talent van buiten aantrekken en binden, dat is volgens ons de taak van de stad. ● Een groen buitengebied en goed onderhouden cultureel erfgoed. Ons doel is Limburg aantrekkelijk te houden voor mensen en bedrijven, zodat iedereen hier graag blijft wonen, werken en recreëren. ● Meer Limburgse banen in alle onderdelen van de arbeidsmarkt, waarbij ook gekeken wordt naar het vereenvoudigen van werken de Duitse en Belgische grensregio’s. ● Eén loket voor Euregionale vraagstukken waar particulieren en ondernemers terecht kunnen. ● Een betere afstemming van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Overleg tussen onderwijs en werkgevers moet door de provincie gefaciliteerd en gestimuleerd worden. ● Het stimuleren van de buurtalen Frans en Duits op scholen. ● Een eenduidige diplomawaardering voor de Euregio. Wij pleiten in dat kader voor de ontwikkeling van een ‘Euregio-competentie’ en geautoriseerde diplomabeschrijvingen. ● Kwalitatief goed onderwijs in Limburg, zodat iedereen kan beschikken over een passende startkwalificatie voor zijn of haar verdere loopbaan. ● Toekomstbestendige en voor iedereen bereikbare scholen in de context van demografische krimp. ● Een platform waarop gemeenten kennis en goede ervaringen rondom het omgaan met krimp en 'verzilvering van kansen' kunnen uitwisselen. ● Een provincie-brede spreiding (en waar nodig concentratie) van techniekonderwijs.
Ruimtelijke ordening De provincie heeft wat D66 betreft als de gebiedsregisseur belangrijke taken als het gaat om ruimtelijke ordening. Dat betekent voor ons: ruimte vrijlaten voor natuurontwikkeling, duurzame energie als wind en zon en compacte steden, zodat we het landschap sparen. Behoud van de historische kenmerken van dit landschap en flexibel, duurzaam en multifunctioneel ruimtegebruik staan hierbij voorop. Als er toch gebouwd moet worden in het groen omdat er binnenstedelijk geen ruimte meer is, dan willen we dat daar elders ter compensatie natuur of ruimte voor recreatie voor terugkomt. D66 geeft ruimte aan: ●
●
●
●
Uitgangspunten bij het ruimtelijke beleid: - bestaande infrastructuur optimaal benutten; - compact bouwen rondom bestaande infrastructuur; - behoud en versteviging van grote natuurgebieden; - het integreren van de verschillende bestemmingen: natuur, landbouw en woonkernen; - meebewegen met de krimp. Van de krimp een kans maken door voorzieningen te laten fuseren en specialiseren; - boeren de ruimte geven om alternatieve activiteiten te ontplooien in het kader van duurzame energie. Binnenstedelijk bouwen: - de provincie moet de regie nemen over de regionale woningbouw; - de provincie moet kunnen ingrijpen bij elke vorm van bouw waar geen behoefte aan is; - er moet volgens D66 alleen nog gebouwd worden binnen bestaande bebouwde omgeving, maar niet voordat er gekeken is naar herbestemming van leegstaande woningen, kantoren en andere gebouwen; - hetzelfde geldt voor de aanleg van nieuwe bedrijventerreinen: eerst moet er gekeken worden naar bestaande (leegstaande) terreinen en bedrijfspanden. Aanpak leegstand: - eenvoudigere regels voor herbestemming van leegstaande panden; - bestaande panden omvormen c.q. benutten voordat er nieuw gebouwd wordt; - het slopen van leegstaande panden is onvermijdelijk. Niet voor ieder leegstaand pand zal een goede herbestemming gevonden kunnen worden; - sloop betekent niet automatisch nieuwbouw voor D66. Nieuwbouw vindt wat ons betreft alleen plaats in bebouwde kernen of aan de rand daarvan; - alternatieven van mensen voor herbestemming met name in de buitengebieden moeten meer ruimte krijgen; - de provincie moet samen met gemeenten bekijken of er bouwplannen geschrapt kunnen worden; - bedrijventerreinen net buiten de stad kunnen gebruikt worden als overslagplaats voor het goederenvervoer. Regionale afstemming ruimtelijke ordening: - de provincie is hierin de regievoerder naar gemeenten toe en kijkt ook over de eigen provinciegrenzen en zelfs landsgrenzen heen; - de provincie moet samenwerking tussen gemeenten stimuleren en daarbij gebruik maken van het Provinciaal Omgevingsplan Limburg; - op het dreigend tekort aan seniorenwoningen is provinciale nieuwbouw niet meteen het antwoord. In samenspraak met betrokkenen moet eerst het probleem per regio inzichtelijk gemaakt worden alvorens er een plan ontworpen kan worden;
Energiebesparing en duurzame energie Energie vinden we overal om ons heen: in de wind, de zon, het water en zelfs in ons afval. Om ook toekomstige generaties te verzekeren van voldoende energie is de transitie naar duurzame energie noodzakelijk. In Limburg hebben we wat dat betreft de afgelopen vier jaar achteruitgang geboekt. De Willem Alexandercentrale met zijn bijstook van biomassa werd door Nuon stilgelegd. Daar kwamen geen andere grote bronnen voor duurzame energie voor in de plaats. Dat is voor D66 onacceptabel. We willen in Limburg zoveel mogelijk energie besparen en in 2020 14% van de energie duurzaam opwekken. Uiteindelijk wil D66 naar een volledige duurzame energievoorziening in 2050. Ook willen we minder afhankelijk worden van fossiele brandstoffen uit instabiele landen als Rusland en het Midden-Oosten. Daar moet nog veel voor gebeuren. D66 vindt dat Limburg voorop moet lopen op die terreinen waar Limburg bij uitstek sterk in is: energiebesparing in bestaande woningen, bij sportverenigingen en op kantoren, benutting van industriële restwarmte en het gebruik van mest en andere biomassa voor energieopwekking.
Energiebesparing: - levert werk op, maar ook een directe besparing op de vaste lasten; - moet door de provincie gestimuleerd worden in de vorm van leningen tegen zeer gunstige voorwaarden. Bestaande regelingen op dit gebied moeten gebruikersvriendelijker worden gemaakt zowel voor particulieren als voor bedrijven en instellingen - moet ook door de provincie zelf doorgevoerd worden in de vorm van energiezuinige overheidsgebouwen en een schoon, elektrisch wagenpark. Biomassa en biovergisting: - het doel is het opwekken van duurzame energie en het verminderen van het mestprobleem, zonder de omgeving al te veel overlast te bezorgen; - de regelgeving vanuit het Rijk ten aanzien van biomassa als afval, moet versoepeld worden; - ons ideaal is het laten rijden van alle streekbussen in Noord-Limburg op biogas. Restwarmte, geothermie en warmte/koude opslag: Groene Net en Mijnwater: - restwarmte van Chemelotbedrijven kan goedkoop aangeboden worden aan woningen en bedrijven; - Parkstad kan slim gebruikmaken van de hoge temperatuur van het mijnwater: - benutting van warmte/koude opslag door glastuinders en anderen moet gestimuleerd en financieel ondersteund worden; - onttrekking van grondwater voor energie moet vrijgesteld worden van leges en grondwaterbelasting. Zonne-energie: - initiatiefnemers op het gebied van zonne-energie moeten actief ondersteund worden; - toepassing van innovaties moeten aangemoedigd worden; - de Limburgse Energiesubsidie moet (nog) meer gestimuleerd worden, zowel bij particulieren als bij verenigingen. Windenergie: - bij het plaatsen van de geplande 23 grote en kleine windmolens dient rekening te worden gehouden met het cultuurhistorisch aspect van de ruimte, alsmede de woonomgeving; - D66 ziet liever een clustering (bijvoorbeeld door lijnopstellingen langs kanalen en op bedrijventerreinen) dan een versnippering; - de provincie moet investeren in het vergroten van kennis en het verkrijgen van draagvlak onder de bevolking; - kleine initiatieven dienen waar dat kan, zoveel mogelijk de ruimte te krijgen. Energie-opslag: - de provincie moeten de randvoorwaarden scheppen waarbinnen initiatiefnemers duurzame energie kunnen transporteren en opslaan; - technische innovaties moeten daarom van harte gestimuleerd worden. Hierbij is een expliciete rol weggelegd voor Enexis, waarin provincie en gemeenten aandeelhouder zijn. Schaliegas: - de provincie dient alleen mee te werken aan nader onderzoek naar proefboringen als vooraf helder is dat dat geen nadelige effecten heeft op milieu en veiligheid van mensen. Vooralsnog is D66 geen voorstander van schaliegas.
Natuur en landelijk gebied D66 heeft natuurkwaliteit hoog in het vaandel staan. Natuurkwaliteit draagt bij aan schone lucht, schoon water en vruchtbare grond. Het levert op die manier niet alleen een bijdrage aan de voedselproductie, maar ook aan mogelijkheden voor recreatie en ontspanning. D66 wil investeren in het behoud en de versterking van de natuur. D66 vindt in dat kader dat agrarische activiteiten moeten passen bij het gebied waarin ze plaatsvinden. Dat betekent dus bijvoorbeeld geen nieuwe stallen voor intensieve veehouderij in natuurgebieden. Wat wil D66 wel? Landschap: de provincie moet de mogelijkheid krijgen om ‘Provinciale Landschappen’ aan te wijzen als beschermde gebieden in de strijd tegen verstedelijking en ‘verrommeling’.
Intensieve (melk)veehouderij: - geen nieuwe megastallen, tenzij deze een bestaande stal vervangen; - daarbij moeten volksgezondheid, dierenwelzijn en milieu op een dergelijke stal vooruit gaan; - grootschalige, intensieve veehouderij alleen op agro-businessparken; - in andere regio’s alleen kleinschalige landbouw met hoogwaardige producten. Omgaan met bevolkingskrimp: - de provincie moet de afnemende regionale voorzieningen coördineren – niet de kwantiteit maar de kwaliteit moet daarbij leidend zijn; - de provincie moet de regie voeren als het gaat om afspraken over detailhandellocaties; - grootschalige detailhandel moet geconcentreerd blijven in en rond steden; - ondernemers in landelijke gebieden moeten de ruimte krijgen voor allerlei alternatieve activiteiten; - krimpgebieden moeten middels innovatieve vervoersoplossingen en vervoer op maat verbonden worden (en blijven) met vitale groeigebieden. Natuurbescherming: - de provincie moet het Nationaal Natuurnetwerk (N3) en de Natura2000-gebieden realiseren volgens de afspraken met het Rijk en Europa; - de provincie dient actieve samenwerking tussen boeren en natuurorganisaties te ondersteunen; - zoveel mogelijk natuurgebieden moeten, mits ecologisch verantwoord, toegankelijk worden gemaakt en op verantwoorde wijze worden gebruikt voor recreatie. Ontgrondingen: - de ENCI groeve moet volgens planning dicht in 2018; - bestaande klei-, zand- en grindwinningen moeten door de provincie goed worden gecontroleerd; - achterblijvende plassen moeten zich kunnen ontwikkelen tot rijke meren en natuurvriendelijke oevers. Graetheide en de Lexhy: - uitgangspunt is de bestaande groene en agrarische bestemming voor dit gebied; - de bestemming ‘heroverwegingsgebied bedrijventerreinen’ dient geschrapt te worden; - de Chemelot Campus dient alleen binnen de huidige Chemelot Campus uitgebreid te worden. Ecologische verbindingen en natuurbeheer: - de prioriteit ligt bij het verwerven van ontbrekende schakels tussen natuurgebieden en dat is maatwerk. De jacht: -de provincie moet zorgen voor een gebiedsplan dat samen met boeren, jagers, waterschappen en natuurorganisaties opgesteld wordt en waarin jaarlijks wordt bepaald hoeveel en waar gejaagd mag worden.
Water, Geluid en Lucht Een hoge mate van kwaliteit ten aanzien van de leefbaarheid in de provincie kan alleen dan worden gerealiseerd als er sprake is van schoon water, waterveiligheid, schone lucht en minimale geluidsoverlast. Voor D66 zijn deze zaken van dermate groot belang, dat wij deze met alle beschikbare middelen willen bevorderen. De provincie heeft in dat kader de wettelijke taak om samen met de waterschappen de waterkwaliteit, -kwantiteit en -veiligheid te waarborgen. Welke speerpunten heeft D66 in dit dossier?
Regionale waterveiligheid: - het ophogen of aanleggen van (nieuwe) dijken is niet de oplossing. De Maas en andere waterwegen moeten volgens ons meer ruimte krijgen; - bestaande plannen die de kans op een overstroming verkleinen tot 1:250 per jaar moeten daadkrachtig tot uitvoer worden gebracht. Drinkwaterwinning: - D66 zet in op nog meer waterbesparing; - als aandeelhouder in de WML moet de provincie dit bedrijf aansporen meer voorlichting te geven over zuinig met water omgaan; - de provincie moet het goede voorbeeld geven en uitsluitend kraanwater gebruiken in haar bedrijfsvoering. Verdrogingsbestrijding en grondwaterbeheer: - de provincie moet samen met de waterschappen hoge eisen stellen aan de onttrekking van grondwater, ongeacht voor welk doel het water gebruikt wordt. Luchtkwaliteit: - D66 zet hoog in op elektrisch rijden. De provincie moet dit stimuleren door te zorgen voor voldoende oplaadpunten op toegankelijke locaties; - busbedrijven moeten aangespoord worden tot het nemen van innovatieve maatregelen die vervuilende uitstoot drastisch verminderen. Geluid: - D66 is voorstander van het investeren in het verminderen van geluidsoverlast bij wegen die langs of door woonkernen gaan; - de provincie moet de geluidskaart die zij heeft, toetsen door middel van metingen. Wijken die metingen af van de berekeningen waar de kaart op is gebaseerd, dan moet het geluidsbeleid wat ons betreft herzien worden.
Mobiliteit en verkeer Bijna iedereen zit dagelijks wel op de fiets, in de auto of in het openbaar vervoer. Doordeweeks vaak naar school of werk, in het weekend niet zelden om te genieten van het landschap en het groen in onze mooie provincie. D66 vindt dat met betrekking tot mobiliteit en verkeer, de toegevoegde waarde van de provincie zich bevindt in het overzicht dat men heeft over de regionale verkeers- en vervoerssituatie. Het provinciale wegennet is in principe af, maar dat laat onverlet dat op sommige plekken nog te vaak files ontstaan. D66 wil daarom andere maatregelen meer benutten, bijvoorbeeld door woon- en werklocaties beter op elkaar af te stemmen, voordat de provincie nieuwe wegen aanlegt of bestaande wegen verbreedt. We geloven namelijk dat er nog een wereld aan mobiliteit te winnen is. Daarom kiest D66 voor: ● ● ● ●
●
De fiets als volwaardig alternatief voor de auto. Snelle fietsverbindingen tussen kernen. Veilige fietsverbindingen, ook voor het toenemend aantal e-bikes. Beter openbaar vervoer: - Vervoer op maat - Grensoverschrijdend OV - Schone bussen - Voorzieningen in en bij OV-knooppunten - De fiets betrekken in het verdelen van infrastructuur en OV-geld Goede en veilige wegen: - Een veilig en adequaat regionaal wegennet - Het betrekken van inwoners bij plannen voor nieuwe wegen - Een betere bereikbaarheid van grote steden
Goederenvervoer De provincie kan helpen goederenvervoer nog efficiënter te maken, waarbij de leefbaarheid in de omgeving centraal moet staan. D66 kiest voor: Overslagplaatsen buiten de steden, waarmee goederen meer gebundeld vervoerd kunnen worden. Vervoer over water en via spoorverbindingen om het wegennet zoveel mogelijk te ontlasten. Veilige vrachtautoparkeerplaatsen: in overleg met betrokkenen moet de provincie zorgen voor veilige plekken voor de chauffeurs buiten de woonkernen.
Cultuur en Welzijn D66 vindt dat iedereen recht heeft op toegang tot informatie, kennis en cultuur. Daarbij wordt cultuur breed geïnterpreteerd: zowel kunst, volkskunst als ‘high culture’ behoren ertoe. Daarnaast is regionaal erfgoed er onderdeel van en in toenemende mate zal er ruimte moeten zijn voor (inter)nationale invloeden. Dit vanuit onze overtuiging dat beeldende kunst, theater, literatuur, film en bouwkunst een schakel vormen met onze geschiedenis, lokale waarden en identiteit. Maar ze zijn ook een link naar onze toekomst, die – wil ze succesvol zijn – meer naar buiten gericht zal moeten zijn. De speerpunten van D66 zijn: het leggen van prioriteit bij het in stand houden van monumenten en kenmerkende landschapselementen. Op verantwoorde wijze en binnen de mogelijkheden moeten oplossingen worden gezocht waarbij door herbestemming of een combinatie met commerciële activiteiten, bijzondere elementen toch behouden blijven. het ondersteunen van gemeenten bij het op een moderne manier optimaal toegankelijk maken van bibliotheken en archieven. de instandhouding van de Limburgse streektaal in al haar lokale varianten. het versterken van de positie en de eigen zeggenschap van mensen. het ondersteunen van activiteiten van instellingen en maatschappelijke organisaties die op provinciale schaal opereren. Het stimuleren van cultureel ondernemerschap, waarbij nieuwe vormen van financiering en exploitatie moeten daarbij verkend en benut worden.
Een transparante en democratische provincie D66 wil de democratie, slagkracht en transparantie van provincie en gemeenten versterken. Voor ons betekent dit dat overheidstaken gecontroleerd worden door een direct gekozen volksvertegenwoordiging: Provinciale Staten en de gemeenteraad. De overheid moet aanspreekbaar zijn en verantwoording afleggen. Nu is dat te vaak niet het geval. D66 wil daarom een overheid die bestaat uit vier lagen met vier volksvertegenwoordigingen: de EU, het Rijk, het landsdeel en de gemeenten. Alle overige tussenlagen en tussenvormen doen af aan democratie en slagkracht en zijn daarmee ongewenst in onze optiek. In het uitzonderlijke geval dat dergelijke instituten wel een toegevoegde waarde hebben, dan is voor D66 de eis dat ze van tijdelijke aard zijn en dat ze om de twee à drie jaar aan een ‘democratietoets’ vanuit de provincie onderworpen worden om zeker te stellen dat de democratische verantwoording goed geregeld is. De waterschappen wil D66 laten opgaan in de provincie als uitvoeringsorganisaties, omdat ook waterschappen een tussenlaag zijn. Daarbij wil D66 wel het geld voor waterbeheer wettelijk vastleggen, zodat dit geen punt van politieke besluitvorming meer vormt. De provincie Limburg moet intensief samenwerken met de Brainport-regio Eindhoven, de stadsregio Arnhem-Nijmegen en de Euregionale buren in België en Duitsland. Dat is noodzakelijk om te komen tot een slagvaardiger uitvoering van de kerntaken van de provincie. De provincie heeft veel taken in onze leefomgeving: als je op de fiets door het bos naar je werk op een bedrijventerrein gaat, kom je al op veel plekken in aanraking met de provincie. Daarbij heb je vast ook ideeën over die drukke weg die je over moet steken of over hoe we het bos aantrekkelijker kunnen maken of over de ligging van het bedrijventerrein. D66 wil die ideeën graag benutten, want samen weten we meer. Kortgezegd, D66 wil een transparante provincie met ruimte voor ideeën van inwoners. Daarom kiest D66 voor: − − − − − − −
Betrokkenheid van inwoners bij plannen en beleid Open data (open spending) Open financiële data Transparantie over besluiten van de provincie (Provinciale Staten) Open dataportalen Een transparante en interactieve bestuurscultuur Toezicht op en samenwerking met de waterschappen
Europese samenwerking Wat over de provinciegrens besloten wordt, kan van groot belang zijn voor de eigen provincie. Zaken als economie, vervoer en milieuverontreiniging houden namelijk niet op bij de provincie- of zelfs bij de landsgrenzen. Daarnaast heeft de provincie te maken met Europees beleid, zoals de onder Europese wetgeving beschermde natuurgebieden ‘Natura2000’, de Europese landbouwsubsidies en de Europese regels voor lucht- en waterkwaliteit. Meer dan de helft van de EU-wetgeving komt terecht bij lokale en regionale overheden, die de wetgeving moeten uitvoeren.
Limburg en Europa D66 is voorstander van Europese samenwerking op bovenstaande gebieden. Samen sta je sterker en weet je meer dan alleen. De provincie wil samenwerken met andere regio’s in Europa die met dezelfde problemen kampen. D66 wil de krachten zowel in Den Haag (via het IPO) als in Brussel (via het Huis der Nederlandse Provincies) bundelen om samen op te komen voor de belangen van de inwoners over onder meer: − strengere regels voor lucht- en geluidskwaliteit; − strengere uitstootnormen voor auto’s en het voorschrijven van stillere autobanden; − strengere normen voor uitstoot door industrie en landbouw; − meer geld voor grensoverschrijdende bus-, water- en vooral ook railverbindingen; − vergroening van het Europese landbouwbeleid met meer geld voor verduurzaming en innovatie van de landbouw en minder inkomstensubsidies.
Meer aandacht voor grensoverschrijdend perspectief De provincie Limburg heeft een unieke positie door de geografische ligging, grenzend aan de buurlanden België en Duitsland. Limburg zou daar gebruik van kunnen en moeten maken door allerlei ontwikkelingen samen met de buren vorm te geven. Voorbeelden hiervan zijn de afstemming van economische ontwikkelingen, een Euregionale arbeidsmarkt, grensoverschrijdende OV-verbindingen, afstemming van de woningmarkt, grensoverschrijdend toerisme. Ondanks de open binnengrenzen is er echter nog steeds sprake van barrières die een goede grensoverschrijdende samenwerking belemmeren. Daarbij valt te denken aan nationale wet- en regelgeving, erkenning van diploma’s en taal- en cultuurbarrières. D66 vindt dat het provinciebestuur samen met de Limburgse gemeenten en het bedrijfsleven bij de Rijksoverheid moet aandringen op meer experimenteerruimte voor grensoverschrijdende ontwikkelingen. Daarnaast moet blijvend naar nieuwe ontwikkelingen en kansen over de grens worden gekeken en moeten voor de projectmatige samenwerking de daarvoor bestemde EU-subsidiefondsen zoals Interreg optimaal worden benut. In het rapport “Grensoverschrijdend Perspectief Zuid-Limburg”, de “Atlas van Kansen” en de publicatie “Groeien aan de Grens” wordt duidelijk aangetoond dat Limburg de kansen van grensoverschrijdende samenwerking (o.a. agglomeratievoordelen) optimaal kan benutten als de bestaande barrières worden geslecht. EGTS De provincie Limburg zet zich in voor de oprichting van een Europese Groepering voor Territoriale Samenwerking. Deze Europese rechtspersoonlijkheid biedt de beste mogelijkheden voor grensoverschrijdende samenwerking met onze Euregionale partners. Hierbij wordt niet uitgegaan van onmogelijkheden, maar worden kansen benut. De provincie streeft naar oprichting van een EGTS met die Euregionale partners waarmee dat realiseerbaar is.
Financiën: Investeren in de kracht van Limburg Dankzij de verkoop van Essent is de provincie Limburg rijk. D66 wil dat de provincie verstandig met publieke middelen omgaat. De uitdaging voor de komende periode is het kapitaal van Limburg zo goed mogelijk te laten renderen. Limburg heeft een nieuwe economische motor nodig zodat jonge mensen hun loopbaan in Limburg kunnen starten en voortzetten. De Essentgelden moeten daarvoor ingezet gaan worden. Bovendien stelt de invoering van de decentralisaties hoge eisen aan de gemeenten. Op het financiële vlak zal dan ook de vinger wat dat betreft aan de pols gehouden moeten worden en dient de provincie in het kader van het bestaande financiële toezicht hier extra aandacht aan te besteden.
D66 hanteert een aantal principes rondom de provinciale financiën: o
o o
o o
o
o o
o
De Essentgelden worden met name ingezet voor revolverende investeringen. Hierdoor worden deze middelen voor langere termijn zeker gesteld als vliegwiel voor verdere ontwikkeling van onze provincie. Subsidiegelden worden primair betaald uit de lopende begroting. Alleen in uitzonderlijke gevallen kunnen de Essentgelden hiervoor worden ingezet. Investeringen van de provincie moeten ten dienste staan van de hele Limburgse samenleving. De afgelopen jaren is met onze volledige instemming veel geld naar de campussen gegaan, maar D66 vindt dat ook kleinere bedrijven en instellingen van de Limburgse investeringen moeten profiteren. Als de keuze gemaakt moet worden tussen snel investeren en verstandig investeren, kiest D66 voor het laatste. De provincie moet de blik op de lange termijn gericht houden. Voorbeelden van investeringen die Limburg sterker en duurzamer maken: nieuwe spoorverbindingen, fietspaden voor de lange afstand, groene netwerken voor de benutting van industriële restwarmte. De provincie moet de eigen taken efficiënter uitvoeren en geen taken op zich nemen die beter door burgers en bedrijven zelf kunnen worden uitgevoerd of waarvoor het Rijk of de Gemeenten verantwoordelijk zijn. Hierdoor is het de komende periode niet nodig om de provinciale opcenten op de motorrijtuigenbelasting te verhogen. De provincie kan bovendien afzien van het heffen van bouwleges. Een nultarief voor bouwleges stimuleert de bouw, zorgt voor nieuwe werkgelegenheid en vermindert de regeldruk. De invoering van de decentralisaties stelt hoge eisen aan de gemeenten. Ook op het financiële vlak zal de vinger aan de pols gehouden moeten worden. De provincie zal in het kader van het bestaande financiële toezicht hier extra aandacht aan besteden.
De vijf sociaal-liberale richtingwijzers D66 heeft haar uitgangspunten en ideeën vertaald in vijf ‘richtingwijzers’. Een gekozen D66vertegenwoordiger zal deze altijd hanteren bij het nader invullen van toekomstige politieke keuzes: Vertrouw op de eigen kracht van mensen Wij vertrouwen op de eigen kracht en ontwikkeling van mensen. Daarom zien we de toekomst met optimisme tegemoet. Mensen zijn zo creatief dat ze steeds opnieuw zelf oplossingen vinden. Wij willen dat de overheid deze kracht, vindingrijkheid en creativiteit van mensen ondersteunt en ruimte geeft. De sleutel voor verandering ligt bij mensen zelf en wij willen dat de overheid daarbij aansluit. Wat mensen voor zichzelf en anderen kunnen doen is veel belangrijker en effectiever dan wat de overheid kan doen. Streef naar een harmonieuze en duurzame samenleving Wij willen de wereld om ons heen tegemoet treden met respect en mededogen. Dat geldt voor de mensen om ons heen en voor onze omgeving. De aarde is niet van ons en dus geen gebruiksartikel. We willen stoppen met het uitputten en vervuilen van onze leefomgeving. We willen dat in de discussie over natuur en milieu niet het behoud, maar de aantasting van natuur en milieu beargumenteerd wordt. Beloon prestatie en deel de welvaart Mensen zijn niet gelijk, wél gelijkwaardig. Mensen zijn verschillend en wij willen dat de overheid ruimte laat voor die verschillen. Wij streven naar economische zelfstandigheid voor zoveel mogelijk mensen en vinden dat mensen die uitmuntend presteren daarvoor een beloning verdienen. Wij willen een dynamische, open samenleving waarin iedereen de ruimte krijgt om zijn eigen beslissingen te nemen en iedereen zich op zijn eigen manier kan ontwikkelen. Wij vinden het vanzelfsprekend om welvaart met elkaar te delen. We willen dat zoveel mogelijk mensen meedoen in het maatschappelijk en economisch proces, want daar worden we allemaal beter van. Voor mensen die zichzelf niet kunnen redden, dragen we een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Denk en handel internationaal Samenlevingen zijn op steeds meer verschillende manieren met elkaar verbonden. Wij staan open voor de gehele wereld en sluiten niemand uit. Bij alles wat we doen, vragen we ons steeds af welke effecten dat heeft op anderen in deze wereld Wij onderkennen dat Europa steeds meer ons binnenland wordt. Internationale samenwerking en economische vooruitgang zijn de sleutels naar een wereld met minder oorlog en conflicten. Daarbij handelen wij steeds pragmatisch, nuchter en op basis van feiten. Koester de grondrechten en gedeelde waarden De fundamentele waarden van onze samenleving zijn vrijheid voor en gelijkwaardigheid van ieder mens, ongeacht opvattingen, geloof, seksuele geaardheid, gerichtheid of herkomst. Lichamelijke integriteit, geweldloze oplossing van belangenconflicten en een respectvol gehanteerde vrijheid van meningsvorming en -uiting, inclusief respect voor onze democratische rechtsstaat, zijn voor ons centrale waarden. Die waarden zijn universeel en prevaleren zonder meer boven alles. Wij beschermen de grondrechten van onszelf en anderen.