Opbrengstgericht werken aan leren leren Draaiboek - vervolgbijeenkomst 2 Procesfasering bij Leren Leren CED-Groep en Landelijk Expertise Centrum Speciaal Onderwijs LECSO
Colofon Deze uitgave maakt onderdeel uit van de publicatie ‘Opbrengstgericht werken aan Leren Leren’. Deze publicatie is voortgekomen uit een door CED-Groep en Landelijk Expertise Centrum Speciaal Onderwijs LECSO ingediend voorstel ten behoeve van de ‘Call for Proposals 2012’, uitgezet door School aan Zet. © Utrecht, 2013 Titel: Opbrengstgericht werken aan Leren Leren Auteur(s): Hanni Bijl, Katja van der Veer, Tim Micklinghoff, Robert Jacobs, Drs. Corine van Helvoirt Coördinatie: Job Christians, Gea Spaans Tekstredactie: Jenny van Rooij Vormgeving: Stephanie van Besouw (Joeri Multimedia) Fotografie: Mark Verlijsdonk (Joeri Multimedia) Deze uitgave is digitaal beschikbaar via http://cfp.schoolaanzet.nl/
DEZE UITGAVE
De publicatieserie ‘Opbrengstgericht werken aan Leren Leren’ bevat de volgende titels: Introductie Draaiboek - Startbijeenkomst Leren Leren Powerpoint - Startbijeenkomst Leren Leren Draaiboek - Vervolgbijeenkomst 1 - Taken analyseren en ontwerpen Powerpoint - Vervolgbijeenkomst 1 - Taken analyseren en ontwerpen Draaiboek - Vervolgbijeenkomst 2 - Procesfasering bij Leren Leren Powerpoint - Vervolgbijeenkomst 2 - Procesfasering bij Leren Leren Draaiboek - Vervolgbijeenkomst 3 - Feedback geven aan leerlingen tijdens Leren Leren Powerpoint - Vervolgbijeenkoms 3 - Feedback geven aan leerlingen tijdens Leren Leren
3
INHOUDSOPGAVE
De titel ‘Draaiboek - Vervolgbijeenkomst 2 Procesfasering bij Leren Leren’ bevat de volgende hoofdstukken: •
Inleiding
6.
Doelstellingen
6.
Voorbereiding
6.
Tijdsindeling
6.
Draaiboek
7.
1.
Leestekst Leren Leren in fases (trainer en deelnemers)
14.
Opdracht 1
15.
Opdracht 2
15.
Opdracht 3
16.
Opdracht 4
16.
4
INLEIDING Doelstellingen: •
De deelnemers maken kennis met de fase-indeling bij het leren van nieuwe vaardigheden.
•
De deelnemers weten welke leerkrachtvaardigheden worden ingezet om het leerstofaanbod aan te bieden in deze fases.
•
De deelnemers maken kennis met een aantal werkvormen die in de verschillende fasen van het leren kunnen worden ingezet.
Voorbereiding: •
Zorg voor hand-outs van het deelnemersmateriaal en de PowerPoint.
•
Zorg voor de geanalyseerde taak van de deelnemers naar aanleiding van de cognitieve en sociale taakkenmerken van de vorige bijeenkomst.
Tijdsindeling 0.00
Startoefening leren surfen
0.05
Terugblik en agenda
0.15
Fase-indeling
0.20
Toelichting op fase 1 en opdracht
0.40
Toelichting op fase 2 en opdracht
1.30
Toelichting op fase 3 en opdracht
1.40
Het gefaseerd aanbieden van een taak
2.00
Huiswerkopdracht
5
Draaiboek Tijd
Inhoud en organisatie
Organisatie
Materiaal
0.00
Startoefening: leren surfen
Plenair
Ppt 1 en 2
Plenair
Ppt 3
Laat de cartoon van de surfer zien. Stel vervolgens de vraag hoe je windsurfen stapsgewijs leert. Probeer de antwoorden die de deelnemers geven, te clusteren. Fase 1: Voor het eerst; de instructeur doet het voor Fase 2: De windsurfer zeilt al een stukje zelf. De instructeur stuurt bij, en leert een volgende stap aan (bijvoorbeeld overstag gaan) Fase 3: De surfer zeilt zelf Sta bij elke fase kort even stil bij wat de rol is van de instructeur en hoe die verandert in elke fase. 0.05
Terugblik In de vorige bijeenkomst is stilgestaan bij de analyse en ontwerp van taken in het kader van Leren Leren. De keuze van de juiste taken is van groot belang. In de vorige bijeenkomst lag het accent met name op de invloed van cognitieve en sociale kenmerken op de taak. In deze bijeenkomst staat centraal op welke wijze de leraar kan toewerken naar een zo groot mogelijke verantwoordelijkheid voor het Leren Leren bij de leerling zelf. Bespreek vervolgens kort de agenda.
6
0.15
In deze bijeenkomst wordt ingegaan
Plenair
Leestekst
op de opbouw van het lesaanbod
Kaart essentiële
voor Leren Leren
vaardigheden 4
Fase-indeling We onderscheiden daarin een drietal fasen: Fase 1: de te leren vaardigheid is
Ppt 4
nieuw. De leraar staat centraal en staat model. Fase 2: de te leren vaardigheid/ het doelgedrag is in ontwikkeling; leerling en leraar zijn samen verantwoordelijk. Fase 3: de leerling is zelfverantwoordelijk voor de uitvoering van de taak. 0.20
Fase 1: Leraargestuurde fase
Ppt 5
In de leraargestuurde fase staat de ‘leraar aan het stuur’. De leraar focust zich op wat nodig is voor de leerlingen om de taak goed te kunnen uitvoeren. Hij staat model voor het gewenste gedrag of neemt door welke stappen gezet moeten worden. Verder is het van belang dat de leraar ervoor zorgt dat de leerlingen nieuwsgierig worden naar de (nieuwe) taak en uitgenodigd worden ermee aan de slag te gaan. Bespreek de voorbeelden bij deze
Ppt 6
fase. 0.25
Opdracht bij fase 1
Groeps-
Opdracht 1
Op welke wijze zorg je ervoor dat
opdracht
Ppt 7
leerlingen nieuwsgierig worden naar een nieuwe taak?
7
Laat de deelnemers binnen hun groepje ideeën uitwisselen 0.35
Fase 2: Gezamenlijke fase
Ppt 8
In deze fase staat centraal dat het denkwerk en doewerk geleidelijk aan zo veel mogelijk door leerlingen wordt uitgevoerd. Denkwerk
Ppt 9
De leraar stelt (deel)vragen die leerlingen prikkelen om antwoord te geven of hun denkstappen te verwoorden. De leraar vraagt leerlingen hun antwoorden te onderbouwen en daarbij de antwoorden van andere leerlingen te betrekken. De mate van abstractie ten aanzien van het denkwerk hangt af van de mogelijkheden van de leerling (het niveau op de leerlijn dient hierbij als referentie). Doewerk
Ppt 10
De leraar kan in deze fase een deel van de taak zelf uitvoeren en een deel door de leerlingen laten uitvoeren. De balans zal hierin steeds meer verschuiven naar de leerling. In deze fase kunnen stappenplannen en/of picto’s werken als geheugensteun. Bespreek de voorbeelden op de dia. Vraag de deelnemers opdracht 2 uit te voeren.
8
Ppt 11
0.45
Met behulp van deze opdracht
Groep/
Opdracht 2
reflecteren de deelnemers met name
tweetallen
Ppt 12
Plenair
Ppt 13
op de wijze waarop ze het denk- en doewerk bij de onderliggende taken overlaten aan de leerlingen. 1.15
Bespreek de essentie van fase 3 Fase 3: Leerlingfase De leraar treedt terug, de leerling is in staat de taak zelfstandig uit te voeren. De rol van de leraar bestaat voornamelijk uit die van coach. In deze fase staat met name feedback op de zelfstandige taakuitvoering, het zorg dragen voor het naleven van klassenregels en het afspreken en de controle op het eindproduct centraal. Verder is het van belang dat de leraar de leerlingen gemotiveerd en betrokken houdt. Bespreek de voorbeelden op de dia.
1.20
Data verzamelen: Hoe ver zijn
Ppt 14 Plenair
leerlingen nu? In deze fase is het van belang om goed in te kunnen schatten wanneer en hoe je als leraar kunt vaststellen of een leerling de lesstof heeft begrepen of dat een leerling een taak of opdracht zelfstandig kan uitvoeren. Dit betekent dat data zullen moeten worden verzameld met behulp van een reflectie op het (schriftelijke) werk van leerlingen of het eindproduct.
9
Ppt 15
1.25
Vraag de deelnemers na te denken
Ppt 16
over de volgende vragen: •
Welk type activiteit kun je
In tweetallen
Opdracht 2
bedenken om te achterhalen of een leerling de lesstof heeft begrepen of een vaardigheid onder de knie heeft. •
Hoe vaak wil je een vaardigheid gezien hebben?
Bespreek kort de bevindingen na. Geef vervolgens aan dat binnen Leren Leren uitgegaan wordt van het criterium dat een leerling het doelgedrag of vaardigheid in 4 van de 5 (80%) van de voorkomende situaties moet laten zien voordat van ‘beheersing’ sprake is. Eventueel kan daarvoor de checklist bij het dataverzamelingsinstrument worden gebruikt. 1.40
Vraag de deelnemers de geanalyseerde taak uit bijeenkomst 2 voor zich te nemen. Laat de deelnemers de taken in
Kaart
tweetallen bespreken.
‘Adequaat begeleiden’
1. Hoe kun je de voorliggende taak
Ppt 17
gefaseerd inzetten? 2. Welke middelen heb je daarbij nodig en welke werkvormen zet je daarbij in? 3. Wat heb je daarbij verder nog nodig? Vraag de bevindingen plenair op.
10
Het is de bedoeling dat de deelnemers de taak daadwerkelijk gaan uitvoeren. De kaart ‘lesaanbod uitvoeren’ kan daarbij mogelijk helpen om te reflecteren op de uitvoering. In deze bijeenkomst wordt daar niet concreet op ingegaan. 1.55
In het werken aan een professionele
Ppt 18
oefencultuur lenen de planning van de procesfasering Leren Leren en het uitvoeren van concrete lessen zich in dit kader erg goed voor (collegiale) consultatie en/of intervisie. Ook hier is het maken van video-opnamen een krachtig middel om feedback te kunnen organiseren. Bespreek aansluitend de
Ppt 19
huiswerkopdracht Huiswerkopdracht: Vraag de deelnemers om voor de volgende bijeenkomst videoopnamen te maken van een les waarbij de leerlingen een nieuwe taak aangeboden krijgen. Bij de video-opname gaat het vooral om de wijze waarop de leraar de leerling tijdens de taakuitvoering ondersteunt. De video-opname (het gekozen fragment) duurt maximaal 5 minuten. In de volgende bijeenkomst wordt hierop teruggekomen.
11
12
HOOFDSTUK 1
Leestekst Leren Leren in fases (trainer en deelnemers) Een belangrijk uitgangspunt bij Leren Leren is dat leerlingen (uiteindelijk) actief betrokken zijn en een zo grote mogelijk actieve inbreng hebben tijdens de lessen. Idealiter betekent dit dat de leerlingen zoveel mogelijk zelfstandig aan een taak werken en de leraar steeds meer afstand neemt.
Fase 1 De verantwoordelijkheid ligt bij de leraar In deze fase zorgt de leraar voor structuur en zorgt er voornamelijk voor dat de leerling nieuwsgierig wordt naar de nieuwe taak. Hij zal instructie geven en voor zover het om nieuw (doel)gedrag gaat zal de leraar vooral model staan.
Fase 2 Er is sprake van een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de kennis en vaardigheden. De leerlingen zijn steeds zelfstandiger bezig met de stof, maar kunnen nog wel de hulp van de leraar inschakelen. De leraar focust op het vergroten van competentiegevoel en zelfvertrouwen.
Fase 3 De rol van de leraar is beperkt tot het aanreiken van mogelijkheden om de kennis en vaardigheden in de praktijk te gaan brengen. De leraar laat zo veel mogelijk los. Deze opbouw zal per les op deze wijze plaats vinden, maar het aanleren van de Leren Leren vaardigheid zal (veel) meer tijd nodig hebben. De periode waarin de leraar hieraan werkt, zal ook in deze fases ingedeeld worden. Het is van belang dat de leraar pas overstapt naar een volgende fase, wanneer de voorafgaande fase is afgerond. Het moment waarop dit gebeurt, kan natuurlijk per leerling verschillen, maar uitgaande van het feit dat leerlingen leerstof aangeboden krijgen die op hun niveau is afgestemd zal dit ongeveer op hetzelfde moment plaatsvinden. In fase 3 wordt het uiteindelijke doel bereikt, dat wil zeggen dat de leerling de gewenste vaardigheid laat zien.
13
Pas wanneer de leerling het gedrag meerdere malen in verschillende contexten laat zien, kan geconcludeerd worden dat de leerling zich de vaardigheid eigen heeft gemaakt. Uiteraard hangt de mate van (eind)verantwoordelijkheid van de leerling samen met diens mogelijkheden.
Opdracht 1: (deelnemers) Bespreek in tweetallen: Op welke wijze zorg je ervoor dat leerlingen nieuwsgierig worden naar een nieuwe taak?
Opdracht 2: casus (deelnemers) Tijdens de taakuitvoering ligt de verantwoordelijkheid hiervoor in de eerste fase bij de leraar. In de derde fase ligt die bij de leerling onder supervisie van de leraar. In de tweede fase betrekt de leraar de leerling actief bij de taakuitvoering en laat steeds meer van het denk- en doewerk aan de leerling over. Ze voeren in deze fase de taak samen uit. Bedenk bij de onderstaande taken hoe de leraar in fase 2 de leerling actief bij de taak kan betrekken zodat ze samen de taak uitvoeren. De leraar zorgt er op deze manier voor dat de leerling in fase 3 de taak zelfstandig uit kan voeren.
Fase 1 Kleren vouwen
Fase 2
Fase 3
De leraar doet voor hoe
De leerling vouwt
de kleren gevouwen
zelfstandig de kleren
moeten worden Breuken bij
De leraar doet voor
De leerling telt breuken
elkaar optellen
dat eerst de noemers
bij elkaar op
gelijk gemaakt moeten worden en dat dan de tellers bij elkaar opgeteld kunnen worden Samenvatting
De leraar legt de
De leerling maakt
maken
stappen uit van
zelfstandig een
het maken van een
samenvatting
samenvatting Hoeveelheden
De leraar meet een
De leerling meet
afmeten
aantal vloeistoffen af in
zelfstandig een aantal
een maatbeker
vloeistoffen af in een maatbeker
14
Opdracht 3: taakontwerp volgens de fase-indeling Gebruik de geanalyseerde taak of lessenserie van de huiswerkopdracht uit bijeenkomst 2 Bespreek in tweetallen: 1. Hoe kun je de voorliggende taak/lessenserie gefaseerd inzetten? Geef globaal aan waar je het accent legt in de verschillende fases. 2. Welke middelen heb je daarbij nodig en welke werkvormen zet je daarbij in?
Opdracht 4: data verzamelen •
Welk type activiteit kun je bedenken om te achterhalen of een leerling de lesstof heeft begrepen of een vaardigheid onder de knie heeft?
•
Hoe vaak wil je een vaardigheid gezien hebben?
15
School aan Zet Lange Voorhout 20 | 2514 EE Den Haag Postbus 556 | 2501 CN Den Haag www.schoolaanzet.nl