Onthaal nieuwe personeelsleden basisonderwijs TA Aan welke voorwaarden moet je voldoen om als tijdelijk personeelslid aangesteld te worden in het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap? Om als tijdelijk personeelslid te kunnen worden aangesteld, moet je op het ogenblik van de aanstelling voldoen aan volgende voorwaarden : - onderdaan zijn van een lidstaat van de Europese Unie of van de Europese Vrijhandelsassociatie, behoudens door de Vlaamse regering te verlenen vrijstelling - de burgerlijke en politieke rechten genieten, behoudens een door de Vlaamse regering te verlenen vrijstelling - houder zijn van een bekwaamheidsbewijs - voldoen aan de bepalingen van de taalwetten terzake - van onberispelijk gedrag zijn - voldoen aan de dienstplichtwetten - zich kandidaat hebben gesteld op een wijze bepaald door de het college van directeurs Bij de indiensttreding moet je ook: - een medisch attest voorleggen, dat niet langer dan één jaar tevoren werd afgegeven en waaruit blijkt dat hij in een zodanige gezondheidstoestand verkeert, dat hij geen ziekten of gebreken heeft die een gevaar vormen voor de gezondheidstoestand van de leerlingen - het pedagogisch project, de gehechtheids- en de neutraliteitsverklaring van het gemeenschapsonderwijs ondertekenen Wat is een VE en VO bekwaamheidsbewijs? De bekwaamheidsbewijzen in het onderwijs worden ingedeeld in drie categorieën: -
vereiste bekwaamheidsbewijzen (VE) voldoend geachte bekwaamheidsbewijzen (VO) andere bekwaamheidsbewijzen (AND)
Je beschikt over een vereist bekwaamheidsbewijs voor een bepaald ambt of vak, als je een specifieke opleiding gevolgd hebt in functie van dat te onderwijzen ambt of vak. Met een voldoend geacht bekwaamheidsbewijs heb je een basisdiploma van hetzelfde niveau als het vereiste bekwaamheidsbewijs, maar niet in die specialiteit. Je beschikt over een bewijs van pedagogische bekwaamheid (cf. lerarenopleiding). Een vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs is één van de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een vaste benoeming. Met deze bekwaamheidsbewijzen wordt u uitbetaald volgens de normale barema’s. De inrichtende macht kan vrij kiezen tussen kandidaten met een vereist of voldoend geacht bekwaamheidsbewijs. Een ander bekwaamheidsbewijs is een basisdiploma van een bepaald (minimum)niveau. Een aanstelling op basis van een ander bekwaamheidsbewijs is maar mogelijk bij uitzondering: Met een ander bekwaamheidsbewijs is je aanstelling beperkt in de tijd. Je kunt niet vastbenoemd worden en ontvangt een lagere wedde.
Welke formaliteiten moet je vervullen om op een geldige wijze je kandidatuur te stellen voor een
tijdelijke aanstelling in het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap? Elke school en instelling van het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap maakt deel uit van een scholengroep. In totaal zijn er 28 scholengroepen verspreid over heel Vlaanderen. Elke scholengroep is bevoegd voor personeelsaangelegenheden en bepaalt dus ook hoe men dient te kandideren om er in aanmerking te komen voor een tijdelijke aanstelling. Een kandidatuur geldt steeds voor alle scholen en instellingen die deel uitmaken van de scholengroep. Men kan kandideren voor meerdere scholengroepen. Alle scholengroepen hebben geopteerd voor eenzelfde procedure. Wie in aanmerking wenst te komen voor een tijdelijke aanstelling moet elektronisch kandideren via de website www.go-jobs.be. De kandidatuur moet vóór 15 juni van het voorafgaande schooljaar worden ingediend. Wanneer en op welke wijze kan ik zelf een tewerkstelling stopzetten? Een tijdelijk aangesteld personeelslid kan zijn ambt neerleggen met inachtneming van een opzeggingstermijn van zeven kalenderdagen. Het instellingshoofd kan met een kortere termijn instemmen. Die instemming blijkt uit een geschrift. Kan ik zomaar een opdracht in school X stopzetten om in school Y een andere opdracht op te
nemen? Mits een opzeggingstermijn van 7 kalenderdagen kan een tijdelijk personeelslid zijn opdracht stopzetten om elders een opdracht te aanvaarden. Het instellingshoofd kan met een kortere termijn instemmen. Wat zijn mijn plichten als personeelslid van het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap? De plichten voor de personeelsleden van ons net zijn opgesomd in het Decreet Rechtspositie Personeelsleden, het ‘personeelsstatuut’: een personeelslid moet het belang van het net behartigen en van de instellingen waarin hij of zij is tewerkgesteld. Daarenboven behartigt hij/zij het belang van leerlingen en cursisten. De opgedragen taken worden persoonlijk en nauwgezet vervuld, met inachtneming van wettelijke of decretale verplichtingen en/of opgelegd bij dienstorder. Een personeelslid dient zich in de dienstbetrekkingen en omgang met leerlingen, ouders en publiek op correcte wijze te gedragen. Men moet ook alles vermijden dat het vertrouwen van het publiek kan schaden of afbreuk kan doen aan de eer of waardigheid van de functie in het onderwijs. Het is een personeelslid verboden rechtstreeks of door een tussenpersoon giften, geschenken, beloningen of enig ander voordeel aan te nemen, zelfs buiten hun ambt doch ook omwille ervan. In de uitoefening van het ambt dient een personeelslid de neutraliteit acht te nemen en het pedagogisch project van het net gestalte te geven. Zijn of haar gezag mag niet aangewend worden voor politieke of commerciële doeleinden. Behoudens overmacht mag een personeelslid de uitoefening van zijn of haar ambt niet onderbreken zonder voorafgaande toestemming van de rechtstreekse hiërarchische overheid. Een personeelslid is er toe gehouden het ambtsgeheim te bewaren.
TADD Wat zijn de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur, om aldus het statuut van TADD’er te bekomen? Om het recht op TADD te kunnen inroepen, moet het personeelslid aan volgende voorwaarde voldoen: - per ambt een dienstanciënniteit hebben van tenminste 720 dagen gespreid over ten minste drie schooljaren. Van deze 720 dagen moeten er 600 effectief gepresteerd zijn.
Volstaat een gewone kandidatuurstelling om het TADD-statuut te bekomen of moet ik bijkomende
documenten invullen? Wie aan de voorwaarden voldoet tot het bekomen van het recht op een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur (TADD) en gebruik wil maken van dit voorrangsrecht, moet hiervoor een aanvraag indienen bij de scholengroep waar men het recht heeft verworven en wil laten gelden. Dit kan enkel aan de hand van het standaardformulier Aanvraag tot het bekomen van het recht op een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur. Als je je in meerdere scholengroepen op het recht op een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur (TADD) kan beroepen, vul je per scholengroep een afzonderlijk aanvraagformulier in. Het formulier Aanvraag tot het bekomen van het recht op een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur moet vóór 15 juni van het voorafgaande schooljaar aangetekend worden opgestuurd naar het adres van de raad van bestuur van de scholengroep. Op welke wijze wordt mijn anciënniteit voor het verwerven van het recht op TADD berekend? Om in aanmerking te komen voor een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur in een bepaald ambt moet je beschikken over een dienstanciënniteit van 720 dagen in dat ambt, gespreid over drie schooljaren. Van deze 720 dagen moeten er 600 effectief gepresteerd zijn. De diensten die werden gepresteerd in verschillende ambten kunnen nooit worden samengeteld. Voor de specifieke berekening is de omzendbrief over TADD met referentie PERS/2003/05 op de website van het Agentschap voor Onderwijsdiensten een goede hulp (Edulex): http://www.ond.vlaanderen.be/edulex/database/document/document.asp?docid=13385 Kort samengevat: 720 dagen dienstanciënniteit Het aantal dagen wordt niet vermenigvuldigd met 1,2. Halftijdse prestaties worden voltijds geteld. Prestaties die minder bedragen dan een halftijdse opdracht tellen maar voor de helft mee. De diensten moeten gepresteerd zijn in hoofdambt. 600 dagen effectief gepresteerd Enkel de effectieve prestaties worden samengeteld. Effectieve prestaties zijn: alle kalenderdagen met inbegrip van zaterdagen, zondagen, wettelijke verlofdagen en schoolvakanties die binnen de periode van de aanstelling vallen. -Ziekteverlof, omstandigheidverlof,... mogen dus niet meegeteld worden voor de berekening van de effectieve prestaties. -Om het recht op TADD te bepalen, mogen de volgende periodes wel meegerekend worden bij de effectieve prestaties tot een maximum van 210 dagen als ze binnen de aanstellingsperiode vallen: - het bevallingsverlof - de periode van verwijdering uit een risico in het kader van de bedreiging door een beroepsziekte - de periode van moederschapsbescherming Personeelsleden die aangesteld zijn in de periode 1 september - 30 juni kunnen maximaal 303 dagen (of 304 in een schrikkeljaar) dienstanciënniteit per schooljaar verwerven. Tijdelijke personeelsleden die aangesteld zijn tot 31 augustus (bijvoorbeeld administratieve medewerkers) kunnen maximaal 360 dagen dienstanciënniteit verwerven. Ben ik als TADD’er in scholengroep X ook TADD’er in andere scholengroepen? Het recht op TADD geldt enkel binnen de scholengroep waar het personeelslid zijn anciënniteit heeft verworven. TADD-recht wordt opgebouwd per scholengroep en is niet geldig voor meerdere scholengroepen. Heb ik als onderwijzer TADD voorrang op een regent TADD voor een aanstelling als
onderwijzer?
De inrichtende macht kan vrij kiezen tussen een personeelslid met een vereist en een personeelslid met een voldoend geacht bekwaamheidsbewijs binnen de groep van TADD’ers. In de groep van personeelsleden die recht hebben op een TADD, komen enkel personeelsleden die gedeeltelijk vastbenoemd zijn, prioritair in aanmerking voor een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur ten opzichte van personeelsleden die nog geen vaste benoeming hebben.
Ziekte/verlofstelsels Wat moet ik doen bij ziekte of bij een ongeval? Hoe zit het dan met mijn anciënniteit? Bij afwezigheid wegens ziekte verwittig je de directeur tijdens het eerste uur van de afwezigheid of het eerste schooluur. - de melding kan gebeuren door iemand anders, maar jijzelf blijft verantwoordelijk. - Als je personeelslid in verschillende instellingen werkt, moeten alle directies verwittigd worden. - Als je niet in je woonplaats verblijft, moet je je verblijfplaats meedelen aan de directeur, zodat deze een controle kan aanvragen. Je stuurt een afwezigheidattest naar de directie(s) en een medisch attest naar het controleorgaan. Indien nodig vermeld je de verblijfplaats i.p.v. de woonplaats. - Elke verandering van verblijfplaats tijdens de afwezigheid moet vooraf aan het controleorgaan gemeld worden. - Bij ziekte voor één dag zijn een afwezigheidattest en een medisch attest niet nodig. - Bij verlenging van het ziekteverlof verwittig je de directeur en stuur je een afwezigheidattest en een medisch attest op. - Hospitalisatie wordt, met vermelding van de vermoedelijke duur, ook aan het controleorgaan gemeld met een medisch attest. Je mag de woon- of verblijfplaats de eerste 24 uur van de afwezigheid alleen verlaten om medische redenen (bezoek aan dokter, ziekenhuis, apotheek). Deze afwezigheid moet, zo nodig, achteraf bewezen worden. Het werk aanvatten en nadien verlaten wegens ziekte, geldt niet als een afwezigheid wegens ziekte en valt niet onder de controlebepalingen. De directeur moet dan ook geen controle aanvragen. Van welke verlofstelsels kan ik als tijdelijke gebruik maken? Het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap kent diverse verlofstelsels. Sommigen zijn voorbehouden voor personeelsleden die reeds vast benoemd zijn; een aantal andere verloven kunnen ook opgenomen worden door tijdelijke personeelsleden als ze aan een aantal voorwaarden voldoen. Hierna volgt een overzicht van verlofstelsels waarvan (ook) tijdelijke personeelsleden kunnen genieten. Belangrijke opmerking: tijdelijke personeelsleden kunnen slecht van een verlof genieten als dit verlof binnen de periode van aanstelling ligt.
* Verloven die gelden voor alle vastbenoemde en tijdelijke personeelsleden 1. jaarlijks vakantieverlof (op de wettelijk vastgelegde data) - Kerstvakantie; - Paasvakantie; - Zomervakantie. 2. omstandigheidsverlof naar aanleiding van een gebeurtenis -overlijden van de echtgenoot of samenwonende partner, van een bloed- of aanverwant in de eerste graad van het personeelslid of van de samenwonende partner: 4 werkdagen
-overlijden van een bloed- of aanverwant ongeacht de graad van het personeelslid of van de samenwonende partner, die onder hetzelfde dak woont als het personeelslid: 2 werkdagen -overlijden van een bloed- of aanverwant in de tweede graad van het personeelslid of van de samenwonende partner, die niet onder hetzelfde dak woont als het personeelslid: 1 werkdag: -huwelijk van het personeelslid en het afleggen van een verklaring van wettelijke samenwoning door het personeelslid: 1 werkdag (Uitzondering: De leden van het administratief personeel, de administratief medewerker van het beleids- en ondersteunend personeel, de administratief medewerker van het ondersteunend personeel en de vastbenoemde leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel: 4 werkdagen) -huwelijk van een kind van het personeelslid, van de echtgenoot of van de samenwonende partner: 2 werkdagen -huwelijk van een bloed- of aanverwant in de eerste graad, die geen kind is, of in de tweede graad, van het personeelslid, van de echtgenoot of van de samenwonende partner: dag van het huwelijk -bevalling van de echtgenote of samenwonende partner: 10 werkdagen (verplicht te nemen binnen een periode van vier maanden vanaf de bevalling) 3. omstandigheidsverlof voor het vervullen van staatsburgerlijke verplichtingen of van burgerlijke opdrachten -bijwonen van een bijeenkomst van een familieraad, bijeengeroepen door de vrederechter: 1 werkdag -oproeping als getuige voor een rechtscollege of persoonlijke verschijning op aanmaning van een rechtscollege: de nodige duur -de uitoefening van het ambt van voorzitter, van bijzitter of van secretaris van een stembureau of een stemopnemingsbureau : de nodige duur -om deel uit te maken van de jury van het hof van assisen: de duur van de zitting Het uitoefenen van: -het ambt van voorzitter of bijzitter in een hoofdstembureau of enig stembureau bij de parlements-, provincieraads- en gemeenteraadsverkiezingen -het ambt van voorzitter of bijzitter in een hoofdbureau voor stemopneming bij de parlements-, provincieraads- en gemeenteraadsverkiezingen worden als staatsburgerlijke verplichtingen of burgerlijke opdrachten beschouwd. 4. verlof wegens overmacht (niet meer dan 4 werkdagen per burgerlijk jaar) -gevolg van een ziekte of een ongeval van één van de volgende personen, die onder hetzelfde dak woont als het personeelslid: de echtgenoot, de samenwonende partner, een bloed- of aanverwant van het personeelslid of van de samenwonende partner, een persoon, opgenomen met het oog op zijn adoptie of de uitoefening van een pleegvoogdij -aanwezigheid thuis is niet vereist 5. verlof met het oog op adoptie en pleegvoogdij (maximaal 4 tot 6 weken afhankelijk van de leeftijd van het kind) - om een kind beneden 10 jaar op te nemen in het gezin met het oog op adoptie of pleegvoogdij. 6. volledige of gedeeltelijke loopbaanonderbreking voor palliatieve zorgen (duur = 1 maand, 1 keer verlengbaar voor 1 maand) - bij gedeeltelijke LBO: exact halftijds blijven presteren; e - aanvangsdatum is 1 dag van een week; - attest geneesheer; - absoluut recht 7. volledige of gedeeltelijke loopbaanonderbreking voor medische bijstand (duur = minimaal 1 en maximaal 3 maanden) - totale duur van de onderbreking: maximumperiode van 12 (gedeeltelijke LBO) of 24 (voltijdse LBO) maanden per patiënt; - voor het verlenen van bijstand of verzorging aan een gezinslid of familielid tot de 2e graad; - bij gedeeltelijke LBO: exact halftijds blijven presteren - attest arts; - absoluut recht
8. ouderschapsverlof (duur = maximaal 3 maanden voltijds of 6 maanden deeltijds) - in 1 keer te nemen vanaf de geboorte tot het kind 12 jaar wordt; - geen vaste begindatum; - bij gedeeltelijke LBO: exact halftijds blijven presteren - absoluut recht 9. onbezoldigd ouderschapsverlof (maximaal drie maanden) - voltijds, voor een ononderbroken periode - voor volledige opdracht in alle onderwijsinstellingen - aanvang binnen het jaar na de geboorte van het kind, bij adoptie: binnen jaar na inschrijving in register - voor m/v 10. tbs wegens persoonlijke aangelegenheden (geen minimumduur/maximumduur 5 jaar) -enkel mits toestemming van de inrichtende macht -voor alle prestaties of een deel ervan -blijft titularis van de betrekking -geen vaste begin- of einddatum -geen recht op salaris
* Verloven die ook gelden voor tijdelijke personeelsleden mits voldaan is aan beide volgende voorwaarden: - aangesteld zijn in een vacante of niet-vacante betrekking voor een volledig schooljaar (van 1 september tot en met 30 juni); - reaffectatievrij zijn (dit betekent 720 dagen dienstanciënniteit tellen, gespreid over minstens 3 schooljaren).
1. Verlof voor verminderde prestaties wegens sociale of familiale redenen (minimum 1 dag, maximaal 5 jaar over de ganse loopbaan voor alle verloven verm. prest.) - enkel indien aangesteld in hoofdambt voor een volledig schooljaar in één of meer betrekkingen die in hun geheel niet vatbaar zijn voor reaffectatie of wedertewerkstelling; - wekelijks prestaties blijven verrichten die minimaal 1 prestatie-eenheid bedragen; - niet te combineren met winstgevende activiteit. 2. Verlof voor verminderde prestaties wegens sociale of familiale redenen wegens bereiken leeftijd 50 jaar of 2 kinderen niet ouder dan 14 jaar ( maximaal 5 jaar over de ganse loopbaan voor alle verloven verm. prest.) - enkel indien aangesteld in hoofdambt voor een volledig schooljaar in één of meer betrekkingen die in hun geheel niet vatbaar zijn voor reaffectatie of wedertewerkstelling; - aan de specifieke voorwaarde voldoen (50 jaar of 2 kinderen minder dan 14 jaar); - wekelijks prestaties blijven verrichten die minimaal 1 prestatie-eenheid bedragen; - niet te combineren met winstgevende activiteit; - vaste ingangsdata: 1 september, 1 oktober, 1 januari, 1 april. 3. Volledige of gedeeltelijke loopbaanonderbreking (maximale duur: 6 jaar volledig + 6 jaar gedeeltelijk = 12 jaar totaal) - enkel indien aangesteld in hoofdambt voor een volledig schooljaar in een betrekking die geheel vrij is van reaffectatie; - bij gedeeltelijke LBO: exact halftijds blijven presteren; - aanvangsdatum is 1 september of 1 oktober; - geconditioneerd recht. 4. Volledige of gedeeltelijke loopbaanonderbreking om beroepsopleiding te volgen (duur = duur opleiding) - enkel indien aangesteld in hoofdambt voor een volledig schooljaar in een betrekking die geheel vrij
is van reaffectatie; - bij gedeeltelijke LBO: exact halftijds blijven presteren; - attest noodzakelijk; - geconditioneerd recht.
Evaluatie/Functiebeschrijving Wie begeleidt mij en evalueert mij tijdens mijn tewerkstelling? Je kan begeleid worden door je directeur, een mentor of collega’s. De evaluatie gebeurt door de directeur: elk personeelslid dat een aanstelling heeft van minstens 104 kalenderdagen krijgt een functiebeschrijving. Als je voor kortere duur aangesteld bent, kan je een functiebeschrijving krijgen. Personeelsleden met een functiebeschrijving moeten minstens eens om de 4 schooljaren geëvalueerd worden. Waar kan ik de functiebeschrijvingen raadplegen? Voor elk personeelslid dat een opdracht heeft van minstens 104 dagen wordt een functiebeschrijving vastgelegd. Als je minimum 104 dagen in dienst bent, krijg je dus sowieso een functiebeschrijving. Om functiebeschrijvingen van andere ambten te raadplegen, neem je best contact op met de scholengemeenschap of scholengroep.
Vacantverklaring / nieuwe affectatie-mutatie-vaste benoeming Welke betrekkingen komen in aanmerking voor vacantverklaring met het oog op mutatie of benoeming? In principe komen alle vacante betrekkingen die bestaan in een instelling op 15 april – en die stabiel zijn naar volgend schooljaar toe – in aanmerking voor vacantverklaring met het oog op mutatie of benoeming op 1 januari van het volgende kalenderjaar. Deze vacatures worden aangevuld met betrekkingen die ingevolge pensioen of TBS voorafgaand aan het rustpensioen vacant worden na 15 april tot en met uiterlijk 1 september van het desbetreffende jaar. De lijst van vacant verklaarde betrekkingen wordt voor 15 mei openbaar gemaakt. Wat zijn de voorwaarden waaraan men moet voldoen voor een vaste benoeming? Een personeelslid kan in vast verband worden benoemd als hij – op het ogenblik van de vaste benoeming: lees 1 januari - voldoet aan volgende voorwaarden: - op 30 juni (ev. 31 augustus voor bepaalde ambten) voorafgaand aan de datum van vaste benoeming 720 dagen dienstanciënniteit tellen, waarvan 360 dagen in het betrokken ambt (ev. betrokken vak); - zich kandidaat hebben gesteld in de vorm en binnen de termijn vermeld in de oproep; - beschikken over een vereist of ene voldoende geacht bekwaamheidsbewijs voor het betrokken ambt; - op 31 december voorafgaand aan de vaste benoeming aangesteld zijn voor doorlopende duur in het ambt waarvoor men kandidaat is in één van de instellingen van de scholengemeenschap; - als laatste evaluatie of beoordeling geen “onvoldoende” hebben gekregen; - de betrekking in hoofdambt uitoefenen. Heeft uitbreiding van benoeming altijd voorrang op een gewone benoeming of mutatie? Een personeelslid dat reeds gedeeltelijk benoemd is en uitbreiding van benoeming in hetzelfde ambt vraagt kan binnen de scholengroep voorrang laten gelden ten overstaan van personeelsleden die een eerste benoeming in dit ambt vragen. Ten overstaan van personeelsleden die een mutatie vragen geldt deze voorrang niet. Beide kandidaten dienen gelijkwaardig getoetst aan de voor deze betrekking door de scholengroep opgestelde criteria.
Heeft een reaffectatie voorrang op een benoeming? Decretaal kan een vacant verklaarde betrekking in een wervingsambt slechts door benoeming worden toegewezen indien de betrekking niet door reaffectatie of wedertewerkstelling moet worden toegewezen aan een wegens ontstentenis van betrekking ter beschikking gesteld personeelslid. Een reaffectatie heeft dus voorrang op een vaste benoeming.
TBS/OB-reaffectatie-wedertewerkstelling Wat betekent terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking? De opdrachten worden bij het begin van het schooljaar verdeeld over de personeelsleden op basis van het lestijdenpakket waarop de instelling recht heeft. Het lestijdenpakket is in principe afhankelijk van het leerlingenaantal. Bij een vermindering van het lestijdenpakket kan niet altijd aan elk vastbenoemd personeelslid een betrekking toegekend worden. In dat geval wordt het vastbenoemd personeelslid zonder opdracht boventallig in het ambt waarvoor er onvoldoende lestijden beschikbaar zijn. Het personeelslid wordt op 1 september terbeschikkinggesteld wegens ontstentenis van betrekking. Het is het personeelslid met de kleinste dienstanciënniteit van de vastbenoemde personeelsleden binnen een bepaald ambt, dat terbeschikkinggesteld wordt wegens ontstentenis van betrekking Wat is een reaffectatie en een wedertewerkstelling? Een boventallig personeelslid verliest zijn vaste benoeming niet, ook al heeft hij geen opdracht meer. Hij behoudt dus de voordelen verbonden aan die vaste benoeming, zoals werkzekerheid en recht op bezoldiging. Een boventallig personeelslid blijft zijn wedde of een wachtgeld ontvangen onder een aantal voorwaarden. Hij is namelijk verplicht op het aanbod van een andere betrekking in te gaan. De inrichtende macht is verplicht het boventallige personeelslid een andere betrekking toe te wijzen, voordat zij een tijdelijk personeelslid in dienst kan nemen. Het doel van deze regeling is het boventallige personeelslid weer een volwaardige opdracht te geven. Het tekort aan uren moet zo snel mogelijk aangevuld worden, want het personeelslid wordt doorbetaald. De toewijzingen gebeuren volgens strikte regels: de boventallige is in eerste instantie verplicht een reaffectatie -een toewijzing binnen hetzelfde ambt van vaste benoeming- te aanvaarden. Anderzijds kan het die uren ook opeisen. Als een reaffectatie niet mogelijk is, moet het personeelslid in bepaalde gevallen een wedertewerkstelling aanvaarden. Dit is een toewijzing in een ander ambt dan waarin het personeelslid vastbenoemd is. Dit kan ook een ambt met een ander prestatiestelsel zijn.
Anciënniteit Wat is het verschil tussen ambts- en dienstanciënniteit? Dienstanciënniteit is gebaseerd op het aantal jaren dat je in dienst bent. De diensten gepresteerd in verschillende ambten vormen samen de dienstanciënniteit. Voor de berekening van de dienstanciënniteit worden de perioden die gelijkgesteld zijn met dienstactiviteit, beschouwd als gefinancierde of gesubsidieerde diensten. Tijdelijke of vastbenoemde opdrachten en volledige of onvolledige opdrachten, worden verschillend in rekening gebracht. Diensten die ten minste een halftijdse opdracht uitmaken, tellen volledig mee. Diensten die minder dan een halftijdse opdracht uitmaken, tellen maar voor de helft mee. Bepaalde verloven zijn gelijk gesteld met dienstanciënniteit, andere dan weer niet. Ambtsanciënniteit is de dienstanciënniteit verworven in een bepaald ambt. Geldelijke of weddeanciënniteit: deze anciënniteit is gebaseerd op het aantal jaren dat je reeds gepresteerd hebt binnen het onderwijs. Daarnaast kunnen ook voltijdse diensten meetellen die je voordien gepresteerd hebt bij openbare besturen en de Staat. Ook diensten die erkend zijn als nuttige ervaring kunnen meetellen voor jouw geldelijke anciënniteit.
Orde-tucht Wanneer kan men tegen mij een tuchtmaatregel, alsook een maatregel van orde, uitspreken? Kan
ik daartegen beroep aantekenen? Tuchtmaatregelen zijn decretaal enkel voorzien voor benoemde en TADD-gerechtigde personeelsleden. Ordemaatregelen zijn van toepassing op vastbenoemde personeelsleden, uitgezonderd de ordemaatregel ‘preventieve schorsing’ die ook toegepast kan worden bij TADDgerechtigde personeelsleden. Bij disfunctioneren van tijdelijke personeelsleden van bepaalde duur voorziet het decreet volgende twee mogelijkheden: - het betrokken personeelslid kan een evaluatie ‘onvoldoende’ krijgen. - het betrokken personeelslid kan ontslagen worden om dringende redenen. Onder dringende redenen wordt verstaan een ‘ernstige tekortkoming die het voortduren van de tijdelijke aanstelling onmiddellijk en definitief onmogelijk maakt’. Tegen voorgestelde tuchtmaatregelen, tegen de ordemaatregel ‘preventieve schorsing’ en tegen een ontslag om dringende redenen kan beroep aangetekend worden bij de Kamer van Beroep.