www.researchportal.be - 14 Dec 2015 12:50:11
Onderzoeksprojecten (3780 - 3800 van 6686) Zoekfilter: Classificaties: SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Het Europese academische en industrieel netwerk voor innovatieve maritieme opleidingen, onderwijs en R&D (KNOWME). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • ITMMA
Onderzoekers: • Theo Notteboom
Wetenschappelijke ondersteuning bij Collaborative Decision Making. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project heeft tot doel een generiek overlegmechanisme tussen afdelingen te ontwikkelen met een "collaborative supply chain management" als resultaat. Door een dynamische interactie te voorzien tussen de verschillende partijen in het netwerk van de supply chain moet een betere overall planning worden behaald. De software van PearlChain.net is reeds op generieke wijze opgebouwd volgens het "model-based" principe (departementen, resources, capaciteiten, capabilities, etc.). De systematiek om op generieke wijze overleg tussen departementen, klanten en leveranciers toe te laten moet evenwel nog ontwikkeld worden. In dit innovatieproject zal een innovatieve methode ontwikkeld worden om verschillende afdelingsspecifieke productieplanningen binnen een supply chain op elkaar af te stemmen, echter zonder dat er een "globale" actor die de gehele planning overziet, gecreëerd wordt. Het afstemmen van een afdelingsspecifieke productieplanning, zal integendeel bereikt worden door communicatie/overleg toe te laten tussen de verschillende afdelingen. De interactie moet leiden tot een verlaagde stock opbouw en verkorte doorlooptijden. Het doel is om de efficiëntie en effectiviteit van het productie proces (van de Supply Chain) tussen verschillende partijen te verhogen. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Kenneth Sörensen
Tweede netwerk voor de analyse van EU-SILC (NET-SILC2). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds CEPS/INSTEAD. UA levert aan CEPS/INSTEAD de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Bea Cantillon
Doc. Onderzoek Sharon Vandousselaere: ?Het managen van klantenloyaliteit in servitizerende bedrijven: een studie van de automobielindustrie" Universiteit Gent Abstract: Productiebedrijven zoeken steeds meer toegevoegde waarde in diensten. Ze evolueren tijdens een organizationeel veranderingsproces, genaamd ?servitizatie?, waarin ze zich heroriënteren naar diensten en klantgerichtheid en meer en betere diensten gaan ontwikkelen met als doelstelling klantentevredenheid, competitieve voordelen en bedrijfsprestatie. Deze studie gaat de impact van dit proces na op service klimaat van hoofdkantoor en distributeurs en op klantenbeleving en klantenloyaliteit. Organisaties: • Vakgroep Management, Innovatie en Ondernemerschap
Onderzoekers: • Bart Larivière
Het Lerende familiebedrijf - Deel II Universiteit Hasselt Abstract: Het project " Het Lerende familiebedrijf" heeft aangetoond dat 'organisationeel leren' een noodzakelijke voorwaarde is om continu te verbeteren en vernieuwen. Investeren in continue innovatie is voor familiebedrijven essentieel om competitief voordeel te houden. Hun succes is, zoals in elk ander bedrijf, sterk afhankelijk van hoe goed men is in zowel product-, process- als organisatie-innovatie. Organisationeel leren blijkt dan vooral vervat te zitten in het weefsel van gesprekken en relaties die de leden van het familiebedrijf opbouwen met elkaar en de buitenwereld (klanten, leveranciers, andere stakeholders). De kwaliteit van deze gesprekken en relaties bepaalt in grote mate de effectiviteit en het lerend vermogen van het familiebedrijf. Echter, goed zijn in continue vernieuwing - en hiervoor het lerend vermogen ontwikkeld hebben - wil niet zeggen dat het familiebedrijf ook de capaciteit heeft om zich flexibel aan te passen aan onvoorspelbare combinaties van radicaal veranderende markten, technologieën en andere elementen, bijvoorbeeld naar aanleiding van de crisis of de trend naar duurzaamheid. Sommige familiebedrijven passen zich flexibel aan en komen met geheel nieuwe product-markt combinaties, geheel nieuwe producten/diensten en maken geheel nieuwe koppelingen met spelers uit de omgeving. Hierdoor verwerven zij competitief voordeel. Anderen slagen hier niet in en ondervinden dat de organisatiewijsheid die ze opgebouwd hebben om continu te verbeteren onder meer stabiele condities zelfs barrières worden om op een effectieve wijze radicale veranderingen te managen. Gezien bovenstaande problematiek, wil dit onderzoek een antwoord bieden op de volgende vraag: " Wat maakt dat familiebedrijven zich flexibel kunnen aanpassen aan onvoorspelbare combinaties van radicaal veranderende markten, technologieën en andere elementen (bijv. naar aanleiding van de crisis, de trend naar duurzaamheid) door te komen met geheel nieuwe product-markt combinaties, geheel nieuwe producten/diensten,...? Organisaties: • Governance • Kenniscentrum voor Ondernemerschap en Innovatie
Onderzoekers: • Wim VOORDECKERS • Frank LAMBRECHTS • Jolien HUYBRECHTS
Overeenkomst : " Onderzoek naar een vormingsaanbod ter bevordering van een socialere Vlaamse economie". Universiteit Hasselt Abstract: Op basis van kwantitatieve, kwalitatieve en documentaire gegevens formuleert het project: 1) een vormingsaanbod dat tegemoetkomt aan de behoeftes van de Vlaamse sociale economie: professionalisering, kwaliteit, expertisedeling en sociale innovatie; en 2) een vormingsaanbod dat tegemoetkomt aan de behoeftes van de Vlaamse profit-sector om een maatschappelijk verantwoord, sociaal duurzaam (personeels)beleid te voeren. Organisaties: • Diversiteit • Identity, Diversity & Inequality Research
Onderzoekers: • Patrizia ZANONI
SAFECYCLE - ICT applicaties voor veilig fietsen in Europa Universiteit Hasselt Abstract: Het SAFECYCLE project zal complementair zijn aan het Intelligent Car Initiative. Het hoofddoel is: Het identificeren van e-veiligheidsapplicaties die de veiligheid van fietsers in Europa zal bevorderen. Het creëren van kennis en van een bewustzijn met betrekking tot e-veiligheidsapplicaties voor het fietsen. Het versnellen van de opnamen van e-veiligheidsapplicaties voor het fietsen. Dit zal gerealiseerd worden via: Een state-of-the-art overzicht van e-veiligheidsapplicaties voor het fietsen. De identificatie van bruikbare e-veiligheidsapplicaties/diensten, gebaseerd op een SWOT analyse en een impact bepaling. Het creëren van een platform als een middel om te communiceren over resultaten, om bewustmaking te realiseren en om relevante partijen te koppelen (industrie, Intelligent Car Initiative, autoriteiten, dienstverleners, enz.) Oftewel door het versterken van de veiligheid voor fietsers en het attractiever maken van het fietsen. Organisaties: • Verkeersveiligheid • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Tom BRIJS
Review of the EU-legal framework for privacy and data protection Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Centre for European Policy Studies (CEPS)' hebben voor het project ' Services Agreement - Multiple Research Framework Contract on Justice and Home Affairs - "Review of the EU legal framework for data protection and privacy"' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Recht Wetenschap Technologie en Samenleving • Metajuridica
Onderzoekers: • Gloria GONZALEZ FUSTER • SERGE GUTWIRTH
Externe reviewer en specialist kwaliteitszorg voor het CDKN Zimbabwe Engagement Project. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IEST. UA levert aan IEST de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract Organisaties: • Impact van globalisatie
Onderzoekers: • Martin Prowse
Evaluatie MDGSPOT.be (Millenniumdoelstellingen) Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Wereldmediatheek vzw' hebben voor het project ' Evaluatie MDGSPOT.be (Millenniumdoelstellingen)' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • Leo VAN AUDENHOVE
ECRP Master Class "The Politics of Attention": West-Europese politiek in tijden van verandering. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds ESF. UA levert aan ESF de resultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Media, middenveld en politiek (M2P)
Onderzoekers: • Stefaan Walgrave
Dataverwerking algemeen diversiteitsbeleid en aanmoedigingsfonds. KU Leuven Abstract: Aanmoedigingsfonds m.b.t. dataverwerking in het kader van het algemeen diversiteitsbeleid van de K.U.Leuven en in het kader van het Aanmoedigingsfonds. Organisaties: • Afd. Toeg. Mechanica & Energieconversie
Onderzoekers: • Martine Baelmans
Multiniveausynthese van single-case experimentale data: verdere ontwikkeling en empirische validatie. KU Leuven Abstract: In single-case of single-subject designs (SSED) worden individuele gevallen meermaals gemeten onder verschillende condities, met als bedoeling het effect van de conditie na te gaan. Recentelijk werd het gebruik van multiniveaumodellen voorgesteld om data van dergelijke studies te combineren, waardoor meer generaliseerbare en genuanceerde conclusies kunnen worden getrokken. De doelstelling van het onderzoek is om deze multiniveaubenadering empirisch te onderzoeken, zowel aan de hand van reële data als aan de hand van simulatiestudies. Het onderzoek omvat verschillende studies die de belangrijkste complicaties bij het combineren van SSED data verder zullen bekijken. Een eerste set richt zich op het samenvatten van data gemeten op een zelfde schaal. Na een studie van het basis drieniveaumodel zullen verschillende uitbreidingen en complicaties verder worden onderzocht: autocorrelatie, telgegevens, designs met meerdere responsvariabelen en/of settings, modellen voor nietlineaire groeitraje Organisaties: • Faculteit PPW Kulak
Onderzoekers: • Wim Van Den Noortgate
Van 'Theory of Mind' naar plaatsvervangende waarneming Universiteit Antwerpen Abstract: Ik betoog dat in de studie van sociale cognitie de nadruk moet verlegd worden van 'theory of mind' naar een eenvoudig perceptueel proces: de waarneming van een objecten als dat wat bepaalde handelingen toelaat voor een andere organisme. Dit perceptueel proces, dat ik "plaatsvervangende waarneming' noem, is verschillend van, en veel eenvoudiger, dan 'theory of mind', vermits het niet vereist dat de mentale (of perceptuele) toestanden van een ander organisme begrepen (of gerepresenteerd) worden. Ik argumenteer dat de meest overtuigende experimenten die zogezegd bewijzen dat niet-menselijke primaten een 'theory of mind' hebben, eigenlijk aantonen dat ze in staat zijn tot plaatsvervangende waarneming. Hetzelfde geldt voor de experimenten over 'theory of mind' in kinderen onder de twaalf maand. Organisaties: • Centrum voor Filosofische Psychologie
Onderzoekers: • Bence Nanay
De functie en betekenis van muziek in de vorming en evolutie van een holebisubcultuur in de stad Antwerpen (1960-2010) Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project wil tot een beter begrip komen van de functie van muziek in processen van subculturele identificatie, met bijzondere aandacht voor de holebigemeenschap in Antwerpen. Het is bekend dat muziek een belangrijke rol speelt in de vorming en zelfdefinitie van minderheden en subculturen, maar haar rol in de holebigemeenschap is nog niet grondig bestudeerd. Bovendien werden de Vlaamse holebicultuur en haar geschiedenis nog nauwelijks academisch bestudeerd. Het is onze bedoeling om ten eerste in kaart te brengen welk muzikaal repertoire en welke muzikale functies gedeeld werden in de holebiscene van het grootste stedelijke centrum in Vlaanderen, Antwerpen, tussen 1960 (de start van de Antwerpse holebibeweging) en 2010. Ten tweede zullen we analyseren hoe dit repertoire en het gebruik ervan fungeren als subcultureel kapitaal en zo bijdragen tot de vorming van een of meerdere holebisubculturen. Er wordt gebruik gemaakt van een combinatie van kwalitatieve methoden (archiefonderzoek, documentanalyse, diepte-interviews met informanten en participanten in de holebicultuur) om een holistisch zicht te krijgen op historische processen en evoluties in deze muzikale culturen. Dit project brengt inzichten samen uit de mediastudies, holebi-/queer studies en geschiedenis, met als doel de afstand tussen deze disciplines te overbruggen binnen een specifieke case-study. Organisaties: • Media, beleid en cultuur (MPC)
Onderzoekers: • Henk de Smaele • Bart Eeckhout • Alexander Dhoest
De schoolinspectie doorgelicht: Beschrijven en verklaren van (on)bedoelde effecten Universiteit Antwerpen Abstract: De effecten van externe inspecties van onderwijsinstellingen zijn onderwerp van veel discussie, hoewel ze slechts zelden het onderwerp zijn geweest van uitgebreid en fundamenteel onderzoek. Er is bijzonder weinig empirische evidentie over de vraag welke kwaliteitsaspecten van belang zijn om de effecten van schoolinspecties te evalueren, noch over de vraag wat de verwachtingen van stakeholders zijn over de effecten van schoolinspecties. Hetzelfde geldt voor de veronderstellingen waarop de rationale van schoolinspecties is gebouwd. Bovendien is het bestaande onderzoek niet consistent in zijn bevindingen. Tenslotte ontbreekt het momenteel ook aan een conceptueel kader dat de meting van de effecten van scholen mogelijk maakt. Het voorliggende onderzoeksvoorstel heeft tot doel om deze kenniskloof te dichten door de broodnodige theoretische kennisbasis te ontwikkelen. Dit onderzoek zal de effecten van schoolinspecties verkennen, hypotheses poneren en testen in de context van het Vlaamse onderwijssysteem. Het onderzoek zal (1) nagaan wat de verwachtingen van verschillende stakeholders zijn omtrent de effecten van schoolinspecties; (2) indicatoren bepalen die de evaluatie van het effect van schoolinspecties mogelijk maken; (3) nagaan in welke mate de schoolinspecties een effect hebben op scholen, en welke neveneffecten kunnen onderscheiden worden; en tenslotte, (4) de verschillen tussen scholen inzake effecten van de schoolinspecties verklaren. Verklaringsgronden worden gezocht in de reacties van scholen, die bepaald worden door aspecten van de inspectie enerzijds, en aspecten van de scholen anderzijds. Gezien de complexiteit van het terrein van schoolinspecties en het feit dat dit onderzoeksdomein nog amper in kaart gebracht is, zal wordt een
goed overdachte en gevarieerde set aan onderzoeksmethoden en – activiteiten ingezet. Deze multi-methode benadering bestaat uit literatuuranalyse, een Delphi studie, vragenlijstonderzoek en gevalsstudies. Het onderzoek is onderverdeeld in een verkennende, een theoretische en een empirische onderzoeksfase. Organisaties: • EduBROn
Onderzoekers: • Jan Vanhoof
Een studie naar het verband tussen stotterernst en het zelfbeeld bij adolescenten via mediërende interne processen, de positie in de klasgroep en de relatie met de leraar. Op weg naar meer begrip van een complexe spraakstoornis. Universiteit Antwerpen Abstract: Probleemstelling: Ondanks dat meer dan 100 000 Belgen leven met een stotterprobleem, wordt deze complexe spraakstoornis in ons land weinig bestudeerd op academisch niveau. Stotteren kent echter een nefaste invloed op verschillende aspecten van het leven en kan leiden tot functionele problemen in communicatie, een verminderd vermogen om doelen te bereiken in het leven en een lagere levenskwaliteit. Bovendien richten de meeste internationale studies naar behandelingsresultaten zich op veranderingen in de waarneembare kenmerken van stotteren en worden er beduidend minder studies uitgevoerd naar de bredere gevolgen van het stotteren. Deze waarneembare stottergedragingen zijn echter slechts het topje van de ijsberg. De interne stottergedragingen, zoals angstgevoelens en denkstoornissen, maken iemand tot een stotteraar. Kortom, een niche binnen het onderzoeksveld dat dringend meer aandacht vraagt. Onderzoeksvragen: Binnen dit onderzoek willen we de complexe wisselwerking tussen interne en externe beïnvloedende factoren ontrafelen. Onze primaire focus is daarbij de relatie tussen stotteren en het zelfbeeld. De adolescentie wordt gekenmerkt door een sterk zelfbewustzijn en is daarom bij uitstek de interessantste periode om deze relatie te onderzoeken. Een longitudinale onderzoeksopzet zal ten eerste meer duidelijkheid brengen in het verband tussen de evolutie in stotterernst en het zelfbeeld van adolescenten. Als interne mediërende factoren van de relatie tussen stotterernst en zelfbeeld bestuderen we vervolgens de negatieve communicatieattitudes, maladaptief perfectionisme en temperament. Als externe mediërende factoren brengen we de relatie met de leerkracht en de positie die een stotterende leerling inneemt in de klas in rekening. De adolescentieperiode gaat immers gepaard met een toenemende afhankelijkheid van peers en een corresponderende toenemend streven naar onafhankelijkheid ten aanzien van volwassenen. We houden daarbij ook rekening met de invloed van eventuele negatieve attitudes van leraren ten aanzien van stotteren. Innovatief onderzoek: Dit onderzoek bouwt voort op een eerdere innovatieve, exploratieve studie uitgevoerd door één van de leden van het onderzoeksteam. Deze studie voegt daar echter nog diverse nieuwe elementen aan toe. Tot op heden werd het verband tussen de evolutie in stotterernst en zelfbeeld als multi-dimensioneel concept nog niet bestudeerd (longitudinale data). Ook de rol van temperamentkenmerken en de beïnvloedende sociale factoren binnen het mediatieproces werden tot op heden niet onderzocht. Het bestuderen van de relatie die een stotterende adolescent ontwikkelt met zijn klasgenoten en zijn leerkrachten en de impact hiervan op het zelfbeeld van de adolescent is uniek en zal interessante inzichten opleveren vanuit diverse oogpunten. Meerwaarde/opbrengst onderzoek: Om deze verschillende onderzoeksvragen te beantwoorden is een multidisciplinaire samenwerking tussen NKO artsen binnen de Faculteit van Geneeskunde en de onderwijsdeskundigen en schoolpsychologen van het Instituut voor Onderwijs- en Informatie¬wetenschappen onontbeerlijk. De unieke samenwerking zal niet alleen belangrijke inzichten opleveren voor de theorievorming rond stotteren, maar zal ongetwijfeld ook nieuwe aangrijpingspunten aanbieden voor de behandeling van stotteren. Voor de onderwijspraktijk zal deze samenwerking concrete richtlijnen opleveren voor het ontwikkelen van een zorgbeleid op maat van individuele leerlingen, binnen de hedendaagse onderwijskundige context waarin leraren als primaire zorgverleners beschouwd worden. Organisaties: • EduBROn
Onderzoekers: • Paul Van de Heyning • Elke Struyf
Het circuleren en transformeren van globale klimaatverandering in het publieke discours. Een onderzoek naar de beeldvorming door maatschappelijke actoren, de nieuwsmedia en het publiek Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van dit onderzoeksvoorstel is de analyse van het circuleren en transformeren van de betekenis(sen) van globale klimaatverandering in lokale publieke discours, door te focussen op het reflexieve circuit tussen de beeldvorming door maatschappelijke actoren, de nieuwsmedia en het publiek. Dit onderzoeksopzet maakt het mogelijk om conclusies te trekken niet alleen over de bijdrage van nieuwsmedia tot het stimuleren van democratisch debat en democratisch burgerschap met betrekking tot de kwestie klimaatverandering, maar eveneens over hoe over deze kwestie effectiever kan gecommuniceerd worden vanuit het perspectief van democratische politiek. Organisaties: • Media, beleid en cultuur (MPC)
Onderzoekers: • Ilse Loots • Pieter Maeseele
De rol van oxytocine en de moderende invloed van sociale context en persoonlijkheid op het affiliatiegedrag van mensen. Universiteit Antwerpen Abstract: De neuropeptide oxytocine (OT) heeft een belangrijke rol in het tot stand brengen van vertrouwen en samenwerking omdat het enerzijds angst remt, en anderzijds de affectieve banden tussen mensen versterkt. Recente onderzoeksbevindingen suggereren dat individuele verschillen in OT metabolisme samengaan met persoonsverschillen in een aantal aspecten van sociaal gedrag (waaronder empathie, stressreactiviteit, en een verhoogde kans op autisme), en dat verder het effect van OT op vertrouwen en sociale hechting afhangt van contextuele en persoonsfactoren. Het doel van de studie is daarom drievoudig. Ten eerste onderzoeken we de modererende invloed van de sociale context en van persoonlijkheidseigenschappen op de gedragsimplicaties (vertrouwen en sociale hechting) van OT in een gedragsstudie waarbij OT of een placebo intra-nasaal worden toegediend. Ten tweede onderzoeken we met fMRI en DTI het onderliggende neuraal mechanisme waarbij OT vertrouwen induceert en hechting tussen mensen mogelijk maakt. We pogen daarbij de functionele en anatomische connectiviteit tussen de neurale correlaten van angstremming (amygdala) en sociale motivatie (nucleus accumbens) in kaart te brengen. Ten derde onderzoeken we of er mogelijk een relatie bestaat tussen afwijkingen in OT plasma-gehalte en/of OT werking enerzijds, en sociaal delinquent gedrag anderzijds. Inzicht in de relatie tussen een hormoon dat sociale angst en affiliatie reguleert, de sociale omgeving, en delinquent gedrag, kan nuttig zijn in het ontwikkelen van gepaste klinische- en gedragstherapieën voor jongeren die moeite hebben met maatschappelijke integratie. Organisaties: • Management
Onderzoekers: • Carolyn Declerck • Paul Parizel • Christophe Boone
Onderzoek in het domein van de internationale migratie en integratie van migrantengemeenschappen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht toegekend door de Universiteit Antwerpen. De promotor levert de Universiteit Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd door de universiteit. Organisaties: • Centrum voor Migratie en Interculturele Studies (CeMIS)
Onderzoekers: • Christiane Timmerman