www.researchportal.be - 23 Nov 2015 17:24:13
Onderzoeksprojecten (1850 - 1900 van 6686) Zoekfilter: Classificaties: SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Dynamo Project/typologie/2010-2011/nr. 2 - verfijning onderzoek naar typologieën van sportclubs Universiteit Gent Abstract: Bijkomend onderzoek in het kade van onderzoek rond typologieën van sportclubs. Het Dynamo Project heeft een basismodel ontwikkeld om 5 types van sportclubs te identificeren. Hiervoor is een vragenlijst ontwikkeld. De doelstelling van deze opdracht omhelst twee factoren: - Inkorten van de huidige vragenlijst - Afname van de vragenlijst bij een representatief sample van Vlaamse sportclubs Organisaties: • Vakgroep Bewegings- en sportwetenschappen
Onderzoekers: • Annick Willem
Dynamo project/typologie fase 1 (2009-2010) en 2 (2011) Universiteit Gent Abstract: Er werd een meetinstrument ontwikkeld voor het indelen van sportclubs in vier types naargelang hun mogelijkheden en intenties inzake professioneel management. In fase één van het onderzoek werd het meetinstrument ontwikkeld en getest. In een tweede fase werd het uitgebreid meetinstrument verkort tot een versie geschikt voor recurrent gebruik en werd de verkorte versie afgenomen bij meer dan 1000 sportclubs. Organisaties: • Vakgroep Bewegings- en sportwetenschappen
Onderzoekers: • Dirk De Clercq
Dyslexie als auditief temporeel informatieverwerkingsprobleem: een longitudinale studie. KU Leuven Abstract: Developmental dyslexia is a learning disorder that affects around 5 to 10% of children and adults. It is characterised by severe reading and spelling difficulties that are persistent and resistant to usual teaching methods and remedial efforts (Gersons-Wolfensberger Ruijssenaars,1997). The predominant aetiological view postulates that dyslexia results from a phonological deficit (Snowling, 2000). Research in the underlying neuro(psycho)logical dysfunction of dyslexia suggests that the phonological processing problems as such may result from a more fundamental deficit in the basic perceptual mechanisms that are responsible for auditory temporal information processing. Dyslexics tend to have difficultiesprocessing linguistic and non-linguistic stimuli that are short and enter the nervous system in rapid succession (for a review see Farmer Klein, 1995). Recent studies in this context focus more specifically on an impaired perception of dynamic aspects in the auditory signal itself, like a Organisaties: • Onderzoeksgroep Psychiatrie
Onderzoekers: • Johan Wagemans • Stefan Sunaert • Bart Boets • Jean Steyaert • Ilse Noens
DYSL-X A game-based tool for early risk detection of dyslexia in preschoolers KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Gezins- en Orthopedagogiek
Onderzoekers: • Pol Ghesquière • Jan Wouters • Véronique Celis
EADTU : European association of distance teaching universities. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Faculteit Wetenschappen
Onderzoekers: • Wim Van Petegem
Early mediators of number sense KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Faculteit PPW Kulak
Onderzoekers: • Bert De Smedt • Bert Reynvoet • Tarini Rao Challa
Early predictors/mediators of number sense. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Faculteit PPW Kulak
Onderzoekers: • Bert Reynvoet • Delphine Sasanguie • Belde Mutaf
Early stage assessment van hoogtechnologische productinnovaties in het kader van de succesvolle opzet van een private corporate venturing faciliteit en dienst voor de Vlaamse industrie en ondernemers. Universiteit Antwerpen Abstract: Early stage assessment van hoogtechnologische productinnovaties in het kader van de succesvolle opzet van een private corporate venturing faciliteit en dienst voor de Vlaamse industrie en ondernemers. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Johan Braet
EC-ChiNa onderzoeksnetwerk rond geïntegreerde container productieketens (ENRICH). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • ITMMA
Onderzoekers: • Theo Notteboom
Echtscheiding bij vrouwen van middelbare leetijd: een analyse van het aanpassingsproces als dynamisch en transactioneel beoordelingsproces. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In een eerder verricht (doctoraats)onderzoek werd een theoretisch-analytisch schema ontwikkeld (zie intra) waarbinnen het aanpassingsproces aan levensgeteurtenissen kan beschre~en en geanalyseerd worden. Een volgende fase binnen onze kennisontwikheling terzake betrett het onderzoek naar de toepassingsmcgelijkheden van dit schema m.b.t. bepaalde levensgeteurtenissen. Via dit onderzoek willen we inzicht verkrijgen in de verscheidenheid van het aanpassingsproces van de echtscheiding bij vrouwen van middelbare leeltijd. Er wordt ingegaan op de irhoudelijke duiding en descriptie van dit aanpassingsproces, hetgeen aansluit bij het pleidooi binnen de gerontologie voor een inductieve kennisverwerving. Bovendien zal ook worden ingegaan op de empirische onderbouw van dit aanpassingsproces. Hierbij komen vragen aan bod als: met welke factoren hangt het slagen van dit proces samen? en welke veranderingen doen zich voor tijdens dit proces ? Organisaties: • Agogiek
Onderzoekers: • CHRISTEL GEERTS
Echtscheiding en kansenongelijkheid in het onderwijs. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Jongerenwelzijn. UA levert aan Jongerenwelzijn de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)
Onderzoekers: • Dimitry Mortelmans
Echtscheiding en scheiding in Vlaanderen. Een analyse vanrisico en bevorderende factoren, gevolgen en beleidsimplicaties Universiteit Gent Abstract: Het project ?Scheiding in Vlaanderen? onderzoekt de risicofactoren en gevolgen van echtscheiding en scheiding overheen verschillende domeinen van het dagelijkse leven, zoals partnerschap, ouderschap, kinderen, sociale netwerken, inkomen, huisvesting, welzijn en zorggebruik. Data werd verzameld bij zowel gehuwde als gescheiden koppels. Beide partners werden bevraagd, alsook een gemeenschappelijk kind, een ouder van elke partner en de eventuele nieuwe partners. Daarnaast werd ook een prospectieve, vergelijkende sample van pasgehuwden en recent samenwonenden bevraagd teneinde nog meer inzicht te krijgen in risico- en succesfactoren inzake relaties. Organisaties: • Vakgroep Sociologie
Onderzoekers: • Piet Bracke
Echtscheiding en scheiding in Vlaanderen. Risicofactoren en gevolgen voor het beleid. Universiteit Antwerpen Abstract: Het Scheiding-In-Vlaanderen-project (SIV) heeft als doel: het verhogen van de levenskwaliteit van diegenen die direct of indirect betroken zijn bij een echtscheiding het verbeteren van de kwaliteit van dienstverlening voor diegenen die direct of indirect betroken zijn bij een echtscheiding het ondersteunen van het beleid ten aanzien van echtscheiding en de personen die direct of indirect betroken zijn bij een echtscheiding Om onze doelstellingen te realiseren zal het SiV-project: 1. Een longitudinaal gegevensbestand opbouwen met betrekking tot relatievorming en relatieontbinding gebaseerd op een Vlaamse steekproef (vanaf 1971) die representatief is voor de populatie van getrouwde en ooit-gescheiden personen dat vertrekt vanuit een multi-actorperspectief waarbij niet alleen de (ex-)partners worden bevraagd, maar ook hun kinderen en ouders waarbij informatie wordt verzameld over de oorzaken, het verloop en de gevolgen van relatieontbinding waarin gebruik wordt gemaakt van een multidisciplinair denkkader van sociologische, demografische, sociaal-psychologische, sociaalepidemiologische, economische en juridische paradigma's 2. Kennis van de echtscheidingsproblematiek verhogen onder de verschillende maatschappelijke actoren in functie van beleidsvoorbereidend en ¿toetsend onderzoek
door het gratis ter beschikking te stellen van de data aan universitaire onderzoekscentra en andere wetenschappelijke instituten door middel van een doorgedreven pro-actieve verspreiding van de informatie 3. Bijdragen tot een effectgericht preventief en curatief welzijnsbeleid ter mediëring van de diverse problemen waarmee betrokken partijen geconfronteerd worden door middel van aandacht voor maatschappelijk relevante thema's gebruik makend van een doorgedreven proactieve data-utilisatie strategie Organisaties: • Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)
Onderzoekers: • Dimitry Mortelmans
Echtscheiding en scheiding in Vlaanderen. Risicofactoren, gevolgen en beleidsimplicaties Vrije Universiteit Brussel Abstract: De analyse van de risicofactoren van familiebreuken is een cruciale eerste stap. Deze factoren verwijzen naar de aspecten van het partnerschap, het ouderschap, de socioculturele en sociaal netwerk, het welzijn en de geestelijke gezondheid, de socio-economische context, en tenslotte, de ouderlijke risicofactoren. Een basisstrategie is het vergelijken van koppels in hun eerste huwelijk met gescheiden koppels. De data voor dit project wordt verzameld vanuit een multi-actoren perspectief. Om een idee te krijgen van wat de risicofactoren kunnen zijn, analyseren we de beschermende factoren van stabiele huwelijken. Kinderen die nog thuis wonen worden geïnterviewd. Een ander belangrijk deel van het netwerk zijn de ouders van de echtgenoten. Organisaties: • Sociaal Onderzoek
Onderzoekers: • Jan VAN BAVEL
ECO2: Slimme duurzame logistiek Universiteit Gent Abstract: Het verwerven van inzichten in het samenspel van de factoren die het energieverbruik van een geautomatiseerd magazijn bepalen, alsook het vertalen van deze kennis in methodieken, intelligente algoritmes en tools die het mogelijk maken om een totaaloplossing voor slimme duurzame magazijnen aan te bieden van bij de ontwerpfase tot en met de operationele fase. Een energiebesparing tot 25% in vergelijking met een klassiek magazijn wordt beoogd. Organisaties: • Vakgroep Technische bedrijfsvoering • Vakgroep Industrieel Systeem- en Productontwerp
Onderzoekers: • Hendrik Van Landeghem • Kurt Stockman
Ecologische Benadering van Developmental Coordination Disorder: Een studie van Beperkingen in hun Context KU Leuven Abstract: Kinderen met Developmental Coordination Disorder (DCD) hebben een stoornis in de ontwikkeling van de motorische coördinatie en hebben ook moeite met het aanleren van nieuwe motorische taken, zoals schrijven, touwtjespringen of mee- doen met tikspelletjes op de speelplaats. Deze problemen geven een verhoogd risico op een slechtere lichamelijke conditie en/of schoolprestaties. Bovendien beperken ze de mogelijkheden van het kind om deel te nemen aan lichamelijke activiteiten, sport en spel. Het doel van dit proefschrift was enerzijds om beter te begrijpen waarom kinderen met DCD zoveel problemen hebben met bepaalde vormen coördinatie en anderzijds om te zien of verschillende interventies de prestatie van de kinderen kan verbeteren. Het bijzondere van de studies in dit proefschrift is dat zij plaats vonden op basisscholen gelegen in een gebiedmet zeer lage sociaal economische omstandigheden, namelijk in townships in Kaapstad, Zuid-Afrika. Onze belangrijkste bevindingen waren dat kinderen Organisaties: • Bewegingscontrole & Neuroplasticiteit
Onderzoekers: • Stephan Swinnen • Bouwien Engelsman • Gillian Delene Ferguson
Econometrische evaluatie van O&O-beleidsinstrumenten in EU lidstaten. KU Leuven Abstract: O&O-investeringen in de bedrijfswereld zijn onderworpen aan marktfalingen. Ten eerste, bedrijven kunnen zich niet alle opbrengsten van hun O&O-investeringen toeëigenen, vermits de kans op spill-overs van kennis naarde concurrentie reëel is. Ten tweede, bedrijven kunnen financiële beperkingen ondervinden wat betreft hun O&O-investeringen doordat er asymmetrische informatie bestaat tussen de onderneming en externe investeerders,zoals banken. Ondernemingen kunnen dus voldoende onderpand ontberen dienodig is om hun O&O-activiteiten te financieren via leningen.Geïndustrialiseerde landen subsidiëren O&O in de bedrijfswereld meestal om marktfalingen te corrigeren. In de huidige Europese beleidspraktijken is het populair om innovaties te subsidiëren, vooral door, aan de ene kant, samenwerking op het vlak van onderzoek tussen bedrijven te stimuleren, enaan de andere kant, tussen bedrijven en publieke onderzoeksinstellingen.Bovendien raadt de Europese Commissie aan om hogere Organisaties: • Onderzoekseenheid MSI Leuven
Onderzoekers: • Dirk Czarnitzki • Mila Köhler
Economic analysis of sustainability and food security. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Ontwikkelingseconomie Leuven
Onderzoekers: • Johan Swinnen • Elena Briones Alonso
Economic analysis of the common agricultural policy. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Ontwikkelingseconomie Leuven
Onderzoekers: • Johan Swinnen • Maria Garrone
Economic and Financial databases for top quantitative research in finance, business and economics. KU Leuven Abstract: Economische onderzoeksgroepen kunnen enkel excellent empirisch onderzoek verrichten wanneer ze kunnen beschikken over excellente databases. De aangevraagde infrastructuur omvat de beste financiële en economische databases, evenals een gebruiksvriendelijk platform om deze data te ontsluiten. De verwerving hiervan betekent een gevoelige uitbreiding en verbetering van de thans beschikbare databases voor de onderzoekers die in dit project betrokken zijn. Ze zijn daarmee ook de eersten in België, wat een belangrijke inhaalbeweging betekent tegenover onze buurlanden, waar zewel al beschikbaar zijn aan verschillende instellingen.De projectgroep omvat alle onderzoeksgebieden aan de Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen van de KULeuven, Lessius Hogeschool en de Hogeschool-Universiteit Brussel. De Vlerick Leuven Gent Management School steunt als derde-gebruiker de applicatie. De onderzoekers van al deze instellingen delen dezelfde bekommernis om excellent economisch en financieel onderzoek Organisaties: • OG Accountancy Leuven
Onderzoekers: • Bart Baesens • Hans Degryse • Marleen Willekens • Jan Dhaene • Jozef Konings • Luc Sels • Rene Belderbos • Frank Smets
Economic governance in de Europese Unie en de rol van het recht op collectief onderhandelen KU Leuven Abstract: line-height:150%;font-family:'Calibri','sans-serif';mso-ascii-theme-font:minor-latin;mso-hansi-theme-font:minor-latin;mso-bidi-fontfamily:Arial;mso-ansi-language:NL-BE">Dit onderzoek focust op EU economic governance en de relatie ervan methet recht op collectief onderhandelen. Met de introductie van een strikteeconomische en budgettaire coördinatie via een Europees semester, dat landenrichtlijnen oplegt door middel van afdwingbare mechanismen, kwam een nieuwebeleidsmethode in de EU op de voorgrond. Deze nieuwe methode, die economicgovernance wordt genoemd, dwingt lidstaten om hervormingen door te voeren in materieszoals het loonbeleid ende arbeidsmarkt. Deze materies zijn evenwel ook vanbelang voor deagendas van nationale platformen voor collectief overleg10.0pt;line-height:150%;fontfamily:'Calibri','sans-serif';mso-ascii-theme-font:minor-latin;mso-hansi-theme-font:minor-latin;mso-bidi-font-family:Arial;mso-ansi-language:NL-BE"> en handelen over domeinen waarin de betrokkenhei Organisaties: • Instituut voor Arbeidsrecht
Onderzoekers: • Frank Hendrickx • Pieter Pecinovsky
Economic reform and development in South Africa: the tension between equity and economic efficiency - the case of agriculture and agri-business. Universiteit Antwerpen Abstract: Economic reform and development in South Africa: the tension between equity and economic efficiency - the case of agriculture and agribusiness. Organisaties: • BEDRIJFSBELEID • Management
Onderzoekers: • Luc D'Haese • Frankie Bostyn
Economic Valuation of Landslide Damage and the Development of Policy Measures to Minimize the Welfare Losses caused by Landslides KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Bio-economie
Onderzoekers: • Liesbet Vranken • Pieter Van Turnhout
Economie, bedrijfseconomie of bedrijfskunde. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht toegekend door de Universiteit Antwerpen. De promotor levert de Universiteit Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd door de universiteit. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Kenneth Sörensen
Economisch beleid
Universiteit Gent Abstract: De associatieonderzoeksgroep "Economisch beleid" beoogt de bestaande onderzoekssamenwerking aangaande het ontwerp en de economische effecten van overheidsbeleid in diverse domeinen (arbeidsmarkt, macro-economie, internationale economie, publieke economie, ?) tussen de onderzoeksgroep SHERPPA van de UGent, het Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde (HABE) van de HoGent en het Departement Bedrijfsmanagement Mercator (BMER) van de HoGent te ondersteunen en visualiseren en verder te versterken. Organisaties: • Vakgroep Sociale economie
Onderzoekers: • Gerdie Everaert
Economische activiteiten in de Europese stad: hebben de randgemeenten de stadscentra nodig? Universiteit Antwerpen Abstract: De primaire doelstelling van het project is de beschijving en verklaring van de stedelijke ruimtelijke structuur en de evolutie daarvan aan de hand van de lokalisatie van werkgelegenheid en bedrijven. Aan de hand van lokale en globale autocorrelaties indices, 3D-cartografie en nieuwe visualisatietechnieken binnen het kader van een GIS, zullen we het bestaan en de lokalisatie van secundaire werkgelegenheidscentra binnen de stedelijke agglomeratie wetenschappelijk testen. De hypothesen zijn: - Er bestaan centrifugale krachten die bedrijven en werkgelegenheid uit de stad wegleiden naar de randstad; dit proces is niet homogeen in de ruimte en leidt tot nieuwe suburbane werkgelegenheidscentra. - De intensiteit van deze krachten varieert naargelang het type van activiteit en verandert met de tijd. Beide hypothesen zullen getest worden aan de hand van volkstellingsgegevens per statistische sector en per activiteitstype. Organisaties: • VAKGROEP TRANSPORT EN RUIMTELIJKE ECONOMIE • Transport en ruimtelijke economie
Onderzoekers: • Ann Verhetsel
Economische analyse van het milieubeleid in de Europese automarkt. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Algemene economie
Onderzoekers: • Bruno De Borger • Mathias Reynaert
Economische analyse van milieubeleid in de Europese automarkt. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Algemene economie
Onderzoekers: • Bruno De Borger • Mathias Reynaert
Economische analyse van overheidssteun.MNM European Integration and Development. Vrije Universiteit Brussel Abstract: We bestuderen de impact van overheidssteun op concurrentieposities. eerst wordt overheidssteun gedefinieerd alsook een overzicht gegeven van wetten, procedures en recente evoluties binnen de Europese Unie. ten tweede maken we een inventaris van bestaande economische literatuur over de concurrentiële impact van overheidssteun. Deze is tot op heden nog zeer beperkt. Belangrijke bijdragen werden onder andere geleverd door Garcia en Neven (2005), Katsoulacos (2005) en Möllgaard (2005). Vervolgens wordt er met behulp van een multinomial logit gezocht naar de belangrijkste determinanten die Europese Commissie beïnvloeden in het al dan niet goedkeuren van een voorgestelde steunmaatregel. Deze resultaten worden dan vergeleken met de doelen van het hervormingsplan aangaande overheidssteun dat door de Europese Commissie werd opgesteld voor de periode van 2005 tot 2009. Daarna maken we twee gevallenstudies. Een eerste behandelt de gvolgen van steun aan de Antwerpse Haven. In een tweede zullen we de subsidies voor onderzoek en ontwikkeling aan bevindingen van bovengenoemde auterus en een model van Jegers en Buts (2008) om te omen tot een theoretische analyse over de impact van overheidssteun op concurrentieposities, die we dan in het laatste stadium verder uitwerken tot een flexibel werkinstrument. Organisaties: • Micro-economie voor Profit en Non-Profit Sector
Onderzoekers: • MARC JEGERS
Economische barometer Provincie Antwerpen. Universiteit Antwerpen Abstract: Met een economische barometer wil de dienst Economie en Internationale Samenwerking relevante sociaaleconomische en ruimtelijk economische kerncijfers ik kaart brengen. Tevens wil DEIS samen met de Universiteit Antwerpen de economische evolutie in de provincie blijvend kunnen meten. Ook een benchmarking met relevante regio's hoort bij deze oefening. Organisaties: • Transport en ruimtelijke economie
Onderzoekers: • Thierry Vanelslander • Ann Verhetsel
Economische en duurzaamheidsanalyse van nieuwe generatie zonnetechnologie Universiteit Hasselt Abstract: Economische activiteiten gaan steeds gepaard met negatieve externe kosten zoals de uitstoot van broeikasgassen of afvalproductie. Om de druk op onze leefomgeving te verminderen en te minimaliseren, is de ontwikkeling en toepassing van propere technologieën (Cleantech) noodzakelijk. Immers, onze energieconsumptie blijkt toenemen terwijl duurzame energieproductie nog steeds maar slechts een klein onderdeel vormt van de totale energieproductie. Om CO2-emissies te beperken, is de ontwikkeling van innovatieve technologieën voor hernieuwbare energieproductie dan ook van belang. In deze context kunnen nanotechnologie, en meer specifiek organische halfgeleidende materialen, een
belangrijke rol spelen. Organische zonnecellen blijken verschillende voordelen te bevatten ten opzichte van klassieke fotovoltaïsche zonnecellen van kristallijn silicium, maar een gedetailleerde en diepgaande analyse is raadzaam om de verdere technologische ontwikkeling te versterken. In andere woorden, naast de wetenschappelijke ontwikkeling van nieuwe generatie zonnetechnologie, is er ook nood aan economische en duurzaamheidsanalyses. Deze kennis kan wetenschappers leiden naar nieuwe winstgevende toepassingen en beleidsmakers naar effectieve ondersteuningsmaatregelen. Daarom is de doelstelling van dit onderzoeksvoorstel om een methodologisch kader te ontwikkeling en toe te passen voor een integrale beoordeling van nieuw generatie zonnetechnologie, rekening houdende met zowel economische als milieu aspecten. Meer specifiek, zal er in een eerste stap een gedetailleerde marktanalyse uitgevoerd worden om te leren van historische ontwikkelingen, dit in combinatie met een verkenning van nieuwe generatie zonnetechnologie. In een tweede stap zal er een economisch analyse-model gebouwd worden om de sleutel determinanten te identificeren voor succesvolle (nieuwe) toepassingen. In een derde stap, zal er een duurzaamheidsanalyse-model ontwikkeld worden voor een integrale beoordeling van economische en ecologische prestaties van organische zonnecellen. In een laatste stap, zullen op basis van de marktanalyse en de marktvoorspellingen, scenarios opgebouwd worden om de prestaties (economische en ecologische) in te schatten en toekomstige valorisatie van organische zonnecellen te stimuleren. Organisaties: • Milieueconomie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Theo THEWYS • Steven VAN PASSEL
Economische en ruimtelijke analyse van de O&O bedrijven in Oost-Vlaanderen Universiteit Gent Abstract: Deze economische en ruimtelijke analyse onderzoekt de werkgelegenheid in en de vestigingspolitiek van O&O-bedrijven in de provincie Oost-Vlaanderen op basis van bedrijfseconomische en geografische kenmerken, met behulp van onder meer clusteranalyse en bereikbaarheidsanalyse. Het onderzoek reikt concrete instrumenten aan om mogelijkheden voor duurzame werkgelegenheid en het bestendigen van de aanwezigheid van een O&O kenniscluster beter te benutten. Organisaties: • Vakgroep Geografie
Onderzoekers: • Frank Witlox
Economische Groei, Armoede en Milieudegradatie in Ethiopië. Een Analyse van de Effecten van Economisch Beleid met Behulp van een Village Computable General Equilibrium (VCGE) Model. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project onderzoekt de relaties tussen economische groei, armoede en milieudegradatie in een dorpseconomie van noord Ethiopië. Een village social accounting matrix (VSAM) en een village computable general equilibrium (VCGE) zullen worden geconstrueerd met het oog op uitvoeren van microsimulaties. De analyse zal helpen om te identificeren welke strategieën gepast zijn om te evolueren in de richting van duurzame ontwikkeling. Organisaties: • Algemene economie
Onderzoekers: • Guido Erreygers
Economisch en sociaal profiel van personen in onwettig verblijf, voor en na de regularisatieoperatie ingesteld door de wet van 22 december 1999. Universiteit Antwerpen Abstract: Hoofdobject van het onderzoeksproject is een zicht te krijgen op maatschappelijke en sociaal-economische positie van geregulariseerde migranten, op het traject dat mensen sedert hun migratie hebben doorlopen - inclusief gedurende de periode van illegaliteit. Tegelijkertijd zal er gepeild worden naar de impact van initiatieven om de bestaanszekerheid en integratie van deze groepen te bewerkstelligen. Organisaties: • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Ive Marx • Gerlinde Verbist
Economische redenen als grond voor de wijziging, de schorsing en de beëndiging van de arbeidsovereenkomst vanuit rechtsvergelijkend perspectief (België, Duitsland, Frankrijk, Nederland) Universiteit Gent Abstract: Doel van het doctoraatsproject is te onderzoeken en vergelijken in welke mate de wetgever en de rechters in Duitsland, Frankrijk, België en Nederland de bescherming van de werknemer tegen ontslag of eenzijdige wijzigingen van de arbeidsvoorwaarden aanpassen aan de economische situatie van de onderneming, de sector of het land waar hij of zij tewerkgesteld is. Organisaties: • Vakgroep Sociaal recht
Onderzoekers: • Willy Van Eeckhoutte
Economische verandering, levenskwaliteit en sociale cohesie (EQUALSOC). Universiteit Antwerpen Abstract: Equalsoc is een netwerk gefinancierd door de Europese Commissie onder het 6de Kaderprogramma. Het netwerk bestaat uit 13 Europese onderzoekscentra waarvan de Commissie heeft geoordeeld heeft dat ze bijzonder niveau van academische expertise op vlak van sociale ongelijkheid en cohesie hebben opgebouwd. Het netwerk wil vergelijkend onderzoek stimuleren op vlakken zoals tewerkstelling en arbeidsmarkt, inkomensverdeling en mobiliteit, onderwijs en sociale mobiliteit, gezin en sociale netwerken, culturele differentiatie en sociaal kapitaal. Organisaties: • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Joris Ghysels • Ive Marx • Gerlinde Verbist • Bea Cantillon • Godelieve De Lathouwer
• Cornelius Van den Bosch
Economisch nut van de Dender. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Aan de hand van een multi-criteria analyse werden 5 mogelijke locaties van een intermodale terminal langs de Dender geanalyseerd. De multi-criteria analyse hield rekening met al de betrokken actoren, zijnde de gebruikers, de investeerders/operators, de overheid en de lokale bevolking. Er werd zowel rekening gehouden met economische, sociale als ecologische criteria. Uit de analyse komt duidelijk de Victor Bocquéstraat locatie als meest interessante optie. Het terrein van Honda komt op de tweede plaats. Grootste knelpunt voor deze locatie zijn de onderhandelingen met Honda. Het terrein zelf biedt meer uitbreidingsmogelijkheden dan de Victor Bocquéstraat. Het is daarom aanbevelingswaardig om de gesprekken met Honda verder te zetten en deze piste niet uit te sluiten. Organisaties: • Bedrijfseconomie en Strategisch Beleid
Onderzoekers: • CATHY MACHARIS
Ecowijken. Definitie, inventarisatie en omschrijving van de randvoorwaarden Universiteit Gent Abstract: Onder invloed van de milieu- en klimaatproblematiek groeit de noodzaak tot duurzame stedenbouw, compact bouwen, verdichten én tegelijkertijd vergroenen. Ecowijken zijn één mogelijk antwoord op deze uitdaging. Opvallend vaak is de beschrijving van ecowijken vandaag beperkt op energiezuinig bouwen, waterbesparende maatregelen, andere vormen van mobiliteit en de rol van participatie. Deze studie kiest nadrukkelijk voor een extra invalshoek; de potenties van groen en de inrichting van publieke ruimte in ecowijken. De finaliteit van de studie bestaat uit een rapport waarin de randvoorwaarden van ecowijken worden omschreven (deel A) en een brede waaier van inspirerende voorbeelden van ecowijken uit het binnen- en buitenland (deel B). Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Georges Allaert
ECRP Master Class "The Politics of Attention": West-Europese politiek in tijden van verandering. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds ESF. UA levert aan ESF de resultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Media, middenveld en politiek (M2P)
Onderzoekers: • Stefaan Walgrave
Edison II. Universiteit Antwerpen Abstract: Edison II is een vervolg op Project Edison. Uit 94 aanvragen bij de Vlaamse Gemeenschap werden 18 projecten weerhouden: vervolgproject Edison II werd hierbij geselecteerd omwille van het grote succes van Project Edison, dat o.a. in een rapport voor de Europese Commissie geselecteerd werd als voorbeeld van "best practice'" voor popularisatie van wetenschapsstudies bij jongeren. In dit project laten we jongeren kennis maken met een vaak vergeten aspect van wetenschappen: wetenschappelijk onderzoek bedrijven om te komen tot een product, wetenschap studeren als voorbereiding op een toekomst als ondernemer en industrieel. Via een trapsgewijze wedstrijd leiden we jongeren eerst langs de grote voorbeelden, om als eindpunt een eigen wetenschapsproject met economische finaliteit uit te werken. We sturen hen in een zelfstandige zoektocht, waarin ze de wetenschappers achter s'werelds grootste bedrijven ontdekken (Bayer, Solvay, Kodak, Microsoft). Hiervoor bieden we een quiz aan, waarin vragen over bedrijven moeten beantwoord worden, uiteraard bedrijven die wij van tevoren uitzoeken omdat ze door wetenschappers gesticht zijn. Wie met succes deze eerste stap door komt, gaat naar fase twee: een voorstel indienen van een wetenschappelijk onderzoek dat leidt tot een (denkbeeldig) nieuw product. Om ideeën te verzamelen gaan de deelnemers daarvoor op studiereis naar wetenschaps-en industriemuseum La Vilette in Parijs, waar ze als echte ondernemers op seminarie samen met de projectleider brainstormen over hun voorstel. Uit de ingediende voorstellen wordt een selectie gemaakt voor de laatste fase: volledige (theoretische) uitwerking van alle fasen van het wetenschappelijk onderzoek dat nodig is om te komen tot het product, tot en met een commerciële voorstelling voor een jury van potentiële investeerders. Uiteindelijk volgen de laureaten in verschillende groepen: het meest inventieve product, grootste wetenschappelijke uitdaging, beste commercieel perspectief'. In alle fases van de wedstrijd worden de deelnemers begeleid door de projectmedewerker, die hen in contact brengt met de bedrijven die de know-how hebben om hun idee kunnen uit te werken, en die dus de nodige technische informatie kunnen verschaffen. Het project zit zo in de multidisciplinaire context tussen wetenschap, economie en management. De jongeren worden begeleid in hun zoektocht naar experts uit de industrie. De informatie in de startfase vinden ze via een gestuurde zoektocht op het internet. De wetenschappelijke onderbouwing van hun voorstel wordt opgevolgd door de projectmedewerker, en door de onderzoekslabo's waarmee ze in contact komen. Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Joris Dirckx
Education and Technology KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Educatie en Samenleving
Onderzoekers: • Stefan Ramaekers • Jan Masschelein • N. N.
Education in emergencies: a mixed-method study of the role of schoolingin individual and community posttrauma reconstruction KU Leuven
Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Educatie, Cultuur en Samenleving
Onderzoekers: • Lucia De Haene • Indra Versmesse
EEG correlates of information accumulation in sequential eye movements KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Labo voor Experimentele Psychologie
Onderzoekers: • Cornelis Cyrinus van Leeuwen • Radha Nila Meghanathan
Een aangepast vervolgtraject voor de ex-OKAN'er. Een onderzoek naar behoefte, ontwikkelingsproces en effect van een tweede jaar OKAN. Universiteit Antwerpen Abstract: Vastgesteld wordt dat er in steden een steeds groeiende groep leerlingen is met taalachterstand en met schoolse achterstand, vooral bij de groep ex-OKAN'ers. Vanuit het veld klinkt de overtuiging dat één jaar OKAN onvoldoende is om de leerlingen voor te bereiden op een succesvolle doorstroming naar het regulier secundair onderwijs. Het hier voorgestelde onderzoek heeft een drieledig doel: (1) kengetallen verzamelen over de doorstroming van OKAN-leerlingen naar het regulier secundair onderwijs; (2) een implementatieproces van een tweede jaar OKAN beschrijven en (3) nagaan of leerlingen na een tweede jaar OKAN beter voorbereid zijn om door te stromen naar het regulier secundair onderwijs. Om deze drie doelstellingen te realiseren, wordt (1) een descriptief onderzoek opgezet om de OKAN-problematiek in Vlaanderen in kaart te brengen; (2) een construerend onderzoek uitgevoerd bij twee Antwerpse proeftuinen die experimenteren met een tweede jaar OKAN; (3) een effectonderzoek opgezet om na te gaan of deze proeftuinen succesvol zijn. Organisaties: • Didactica
Onderzoekers: • Rita Rymenans • Peter Van Petegem • Sven De Maeyer
Een activiteitengebaseerde aanpak voor het onderzoeken en modelleren van verplaatsingsgedrag Universiteit Hasselt Abstract: P04-06Uit het rapport van diverse internationale organisaties blijkt dat het belang van vervoer en transport steeds toeneemt. Dit is ondermeer te wijten aan de verstedelijking en de globalisering, waardoor de wereldhandel en het personenvervoer stijgen. Om deze stijging in kaart te brengen, maar ook omdat regeringen het zich niet kunnen veroorloven dat de beperkingen van het transport een negatieve impact hebben op de toekomstige competitiviteit van hun producten, zijn lange-termijn investeringen noodzakelijk. Om betere lange-termijn beslissingen te realiseren, kan gebruik gemaakt worden van verkeers- en vervoersmodellen. Op internationaal niveau zijn de activiteitengebaseerde verplaatsingsmodellen de standaard voor het modelleren van verplaatsingsgedrag. Het belangrijkste kenmerk van deze modellen is dat het verplaatsingsgedrag van personen of families wordt afgeleid van de activiteiten die zij willen of moeten doen. Verplaatsingen worden dus niet langer als een geïsoleerd gegeven beschouwd in deze modellen. Dit is een groot voordeel in vergelijking met de klassieke modellen. Ondanks de verschillende evoluties zijn activiteitengebaseerde modellen nog niet doorgedrongen tot de praktijk. De jongste 2 à 3 jaren heeft men echter ingezien dat activiteitengebaseerde verplaatsingsmodellen leiden tot meer realistische en beleidsverantwoorde voorspellingen. De voordelen van deze modellen zijn namelijk enerzijds dat men het verplaatsingsgedrag van personen realistischer kan beschrijven en anderzijds dat men het verplaatsingsgedrag van personen beter kan begrijpen. Omwille van deze voordelen schakelden onderzoekers en beleidsverantwoordelijken in de Verenigde Staten reeds over van het gebruik van conventionele modellen naar activiteitengebaseerde modellen. We zien dit bijvoorbeeld in Portland, San-Francisco en New York. Alhoewel deze trend het meest zichtbaar is in de Verenigde Staten, merken we deze evolutie ook op in Europa. In de lijn van deze ontwikkelingen is het doel van het project om een activiteiten-gebaseerd verplaatsingsmodel te ontwikkelen voor Vlaanderen. Nieuw aan dit model is dat het verzamelen van de data over verplaatsingsgedrag op een computergestuurde manier zal gebeuren. De ondervraagde personen zullen namelijk hun activiteiten en verplaatsingen ingeven in een GPS-toestel en zullen met behulp van de computer bevraagd worden. Het voordeel hiervan is dat men problemen zoals een lage respons of de hoge kosten voor het verzamelen van data kan vermijden. Daarbij komt nog dat dit model dynamisch wordt opgebouwd. Dit geeft als voordeel dat men gemakkelijker kan inspelen op nieuwe wendingen of veranderingen in activiteiten. Dit nieuwe activiteitengebaseerde verplaatsingsmodel biedt heel wat mogelijkheden voor beleidsmakers en beleidsondersteunende administraties en transport- en vervoersbedrijven. Het stelt hen in staat om betere beslissingen te nemen zodat de stijging van het vervoer en transport niet noodzakelijk een probleem moet betekenen voor de economie of het sociaal leven. Op basis van de verzamelde gegevens kan men namelijk afleiden wie, wanneer verplaatsingen maakt en waarom. Dit biedt de mogelijkheid om betere beleidsmaatregelen te nemen. Wanneer men bijvoorbeeld kan bepalen wanneer mensen gebruik maken van het openbaar vervoer, kan dit leiden tot efficiëntere maatregelen om het openbaar vervoer te stimuleren (bv. verschillende prijsbepalingen op dal- en piekmomenten). Vooral de gegevens op de vraag waarom en wanneer mensen zich verplaatsen is belangrijk, zeker voor het economisch leven. Organisaties: • Verplaatsingsgedrag • Data-analyse en Modellering • Instituut voor Mobiliteit
Onderzoekers: • Gerhard WETS • Davy JANSSENS
Een activiteitengebaseerde benadering voor het modelleren van verplaatsingsgedrag ten gevolge van rekeningrijden. Universiteit Hasselt Abstract: Het doel van het onderzoeksproject is om een vollediger beeld te krijgen van het aanpassingsgedrag van mensen ten gevolge van rekeningrijden. Concreet dienen hiervoor complexe afhankelijkheden tussen de verschillende dimensies van een transportbeslissing en relaties met dagelijkse activiteiten mee te worden opgenomen. Door de koppeling met activiteiten kan niet alleen een juistere inschatting worden gemaakt maar wordt tevens een conceptueel kader gecreëerd dat beter beantwoord aan de dagelijkse socio-economische realiteit. Op die manier wordt het bvb. mogelijk om te beschrijven waar, met wie, wanneer en voor hoe lang mensen een bepaalde activiteit uitvoeren en welk transportmiddel ze hebben gebruikt om tot op hun bestemming te geraken. Organisaties:
• Data-analyse en Modellering
Onderzoekers: • Gerhard WETS • Davy JANSSENS
Een alternatief voor armoedeonderzoek en -beleid in Rwanda : implicaties voor armoedebestrijdingsstrategieën (PRSP) Universiteit Antwerpen Abstract: Een alternatief voor armoedeonderzoek en -beleid in Rwanda : implicaties voor armoedebestrijdingsstrategieën (PRSP) Organisaties: • Instituut voor Ontwikkelingsbeleid en -beheer - overige
Onderzoekers: • Stefaan Marysse
Een alternatieve kijk op evaluatie - professionaliseringstraject voor leerkrachten. Universiteit Antwerpen Abstract: De ontwikkeling van eindtermen en ontwikkelingsdoelen (ET/OD) heeft een belangrijke impuls gegeven om op een ruime wijze naar het presteren van leerlingen te kijken. Deze ET/OD omvatten immers naast doelstellingen van kennis en inzichten ook vaardigheden en attitudes. De aard van deze doelstellingen is mee bepalend voor de evaluatiemethode. Nieuwe evaluatievormen (om te peilen naar vaardigheden en attitudes) worden echter niet vanzelfsprekend geïmplementeerd. Op basis van deze overwegingen werd door de Minister van Onderwijs een onderzoek (OBPWO- Project 99.11) opgezet met onder andere als doel het zoeken naar alternatieve evaluatievormen die de leerkrachten in hun praktijk kunnen ondersteunen bij het evalueren van de eindtermen en de ontwikkelingsdoelen. Het nascholingsproject waarvan hier sprake bouwt verder op de output van dit onderzoek. Deels fysiek (provinciale studiedagen, afsluitend symposium), deels in afstandmodus (printpublicatie, e-platform ondersteund werkboek) krijgen scholen suggesties aangereikt om zelf aan de slag te gaan met alternatieve evaluatievormen. Organisaties: • Edubron • EduBROn
Onderzoekers: • Peter Van Petegem
Een analyse over de relatie tussen gewelddadig conflict, politieke participatie van vrouwen en economische ontwikkeling. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Ontwikkeling: processen, actoren en beleid
Onderzoekers: • Marijke Verpoorten
Een analyse van de relatie tussen burgerparticipatie, overheidsbeleid en tevredenheid. Vrije Universiteit Brussel Abstract: -Het onderzoeksproject sluit aan bij de kloof tussen politici en burgers en de tanende tevredenheid van het publiek met de overheid en richt zich hierbij op het lokale niveau. Het thema over deze kloof wordt uitgewerkt op basis van drie onderzoeksvragen. Als eerste wordt het verband nagegaan tussen de objectieve kwaliteit van het overheidsbeleid en de subjectieve tevredenheid van de burgers positief is. Ten tweede wordt het effect van de (politieke) participatie van de burgers op het beleid en hun evaluatie van het beleid onderzocht. Ook hier wordt een positief verband verwacht tussen participatie en de kwaliteit van het gevoerde beleid en de perceptie ervan. Als derde wordt er aandacht besteed aan de verklaringen van de ongelijke participatie. Hierbij wordt er zowel aandacht besteed aan de maatschappelijke verklaringsgronden, als aan de sociaal-economische kenmerken van de burgers. Het beantwoorden van deze drie onderzoeksvragen zal gebeuren aan de hand van kwantitatieve analyses, waarbij gebruik wordt gemaakt van data uit bestaande onderzoeken en gegevenbestanden. Organisaties: • Politieke Wetenschappen
Onderzoekers: • CHRISTIAN DESCHOUWER