www.researchportal.be - 27 Jan 2016 14:20:11
Onderzoeksprojecten (500 - 1000 van 11514) Zoekfilter: Classificaties: Ademhaling, Classificaties: BIOMEDISCHE WETENSCHAPPEN (B)
Bacteriofaag Biosystemen: moleculaire exploratie en exploitative. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Gentechnologie
Onderzoekers: • Johan Robben • Marc De Maeyer • Rob Lavigne • Abram Aertsen
Baekelandmandaat Niels DE MEIRLEIR: Versnelde & gecontroleerde kristallisatie in microprocessoren Vrije Universiteit Brussel Abstract: Met Baekeland-mandaten wil het IWT individuele onderzoekers de kans bieden een doctoraat uit te voeren in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven. We voorzien in cofinanciering van de personeels- en werkingskosten die gepaard gaan met de projectuitvoering. Bij het Baekeland-mandaat is enerzijds een Vlaams bedrijf betrokken; dit bepaalt de strategische oriëntatie van het project en zorgt voor cofinanciering. Anderzijds staat een Vlaamse universiteit in voor de begeleiding naar en de toekenning van een doctoraat volgens de gangbare kwaliteitsnormen. Ook andere kennisinstellingen - strategische onderzoekscentra, onderzoeksinstituten, hogescholen, enz. - kunnen optreden als gastinstelling voor de doctorandus, indien zij samenwerken met een promotor verbonden aan een Vlaamse universiteit. Het bedrijf - dat een samenwerkingsovereenkomst afsluit met de kennisinstelling - treedt op als de hoofdaanvrager naar het IWT. Na goedkeuring wordt aan het bedrijf projectmatige steun toegekend. De werkzaamheden kunnen plaatsgrijpen bij zowel de kennisinstelling als het bedrijf. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • Wim DE MALSCHE • GERT DESMET
BAHA en spraakverstaan. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de UZA. UA levert aan de UZA de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Translationele Neurowetenschappen (TNW)
Onderzoekers: • Paul Van de Heyning • Jolien Desmet
BAMI. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Cardiologie
Onderzoekers: • Stefan Janssens
BAMMBO ? Biologisch actieve metabolieten van mariene oorsprong Universiteit Gent Abstract: BAMMBO is gericht op de ontwikkeling van duurzame kweektechnologieën voor nieuwe mariene organismen samen met bioprospecting, zuivering en analyse om strategieën te ontwikkelen voor grootschalige industriële productie en commercialisatie van nieuwe bioproducten uit het mariene ecosysteem op een verantwoorde en duurzame manier. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Wim Vyverman
Bang van koud water? Dispersiebarrières en speciatie van tropische soorten in de NW Indische Oceaan Universiteit Gent Abstract: De NW Indische Oceaan bestaat uit een aantal warmwaterbassins gescheiden door een koudwaterbarrière. Men kan verwachten dat deze situatie aanleiding geeft tot populatiedifferentiatie en, op langere termijn, speciatie van mariene organismen met een nood aan tropische temperaturen. Deze hypothese wordt getest met behulp van fylogeografische analyse van DNA sequentiegegevens. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Eric Coppejans
B-arrestin regulatie van G proteine-gekoppelde receptor (GPCR) functie inde ziekte van Alzeimer KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Neurodegeneratieve Ziektes
Onderzoekers: • Bart De Strooper • Amantha Thathiah • Elisabeth Rossaert
Barrière eigenschappen van littekenweefsel bij fysiotherapie. Universiteit Antwerpen Abstract: Ondanks het feit dat fysische applicaties binnen de fysiotherapie toegepast wordt schiet de evidence based practice tekort. De huid is een belangrijke barrière voor deze applicaties. Bij littekens, vaak voorkomend bij patiënten in behandeling bij de kinesitherapeut, zijn er bovendien veranderingen in de histologie van de huid. Dit project heeft als doel doorlaatbaarheid van littekenweefsel te onderzoeken voor vaso-actieve topicale applicaties. Organisaties: • Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie (REVAKI)
Onderzoekers: • Ulrike Van Daele
Barriere genen en intestinale permeabiliteit bij inflammatoire darmziekten KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Séverine Vermeire • Kristin Verbeke • N. N. • Isabelle Cleynen
Basale en gereguleerde transcriptie-initiatie bij hyperthermofiele archaea: fysiologie en moleculair mechanisme van Lrpachtige transcriptieregulators en van pyrimidine-specifieke regulatie bij Sulfolobus. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Archaea zijn echte prokaryoten, maar verschillen toch zodanig sterk van de Bacteria, dat zij een apart domein van het leven vormen. De informatieverwerkende machineries (replicatie, transcriptie, translatie) van de archaea zijn zelf nauwer verwant met de eukaryotische dan met bacteriële homologen. Wat transcriptie betreft vertonen de archaea een intrigerende mozaïek-structuur. Het basaal transcriptieapparaat is duidelijk van het eukaryotische type, aar de meeste potentiële transcriptieregulators die in silico kunnen opgespoord worden in genoomsequenties zijn van het bacteriële type, met een helix-turn-helix DNA-bindend motief. De analyse van archaeale transcriptieregulatie staat nog in de kinderschoenen. Toch is hat van fundamenteel belang om op moleculair vlak de wisselwerkingen tussen deze componenten van heterologe samenstelling te ontrafelen om de fysiologie en de evolutie van de archaea beter te begrijpen. In dit project bestuderen wij drie potentiële transcriptieregulators van de hyperthermoacidofiele crenarchaeota Sulfolobus solfataricus en S. Acidocaldarius ie behoren tot de familie van de Lrp-achtigen (Leucine responsive Regulatory Protein). Daarnaast bestuderen we eveneens de pyrimidine-specifieke regulatie van het pyrimidine gencluster. We spitsen ons toe op de onrafeling van het werkingsmechanisme en de fysiologie van deze systemen. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • DANIEL CHARLIER
Basale en gereguleerde transcriptie-initiatie by hyperthermofiele Archaea : fysiologie en moleculair mechanisme van Lrpachtige transcriptieregulators en van pyrimidine-specifieke regulatie by Sulfolobus. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Archaea zijn echte prokaryoten, maar verschillen toch zodanig sterk van de Bacteria, dat zij een apart domein van het leven vormen. De informatieverwerkende machineries (replicatie, transcriptie, translatie) van de archaea zijn zelf nauwer verwant met de eukaryotische dan met bacteriële homologen. Wat transcriptie betreft vertonen de archaea een intrigerende mozaïek-structuur. Het basaal transcriptieapparaat is duidelijk van het eukaryotische type, aar de meeste potentiële transcriptieregulators die in silico kunnen opgespoord worden in genoomsequenties zijn van het bacteriële type, met een helix-turn-helix DNA-bindend motief. De analyse van archaeale transcriptieregulatie staat nog in de kinderschoenen. Toch is hat van fundamenteel belang om op moleculair vlak de wisselwerkingen tussen deze componenten van heterologe samenstelling te ontrafelen om de fysiologie en de evolutie van de archaea beter te begrijpen. In dit project bestuderen wij drie potentiële transcriptieregulators van de hyperthermoacidofiele crenarchaeota Sulfolobus solfataricus en S. Acidocaldarius ie behoren tot de familie van de Lrp-achtigen (Leucine responsive Regulatory Protein). Daarnaast bestuderen we eveneens de pyrimidine-specifieke regulatie van het pyrimidine gencluster. We spitsen ons toe op de onrafeling van het werkingsmechanisme en de fysiologie van deze systemen. Organisaties: • Biologie • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • DANIEL CHARLIER • DOMINIQUE MAES
Basisondersteuning voor het recent opgerichte interfacultair onderzoeksforum StatUA. Universiteit Antwerpen Abstract: Het interfacultair forum voor (toegepast) onderzoek in de statistiek, StatUA, beoogt multidisciplinaire samenwerkingen te realiseren en communicatie te bevorderen tussen onderzoekers aan de AUHA die (toegepaste) statistiek in hun onderzoek aanwenden. Door organisatie van verschillende wetenschappelijke activiteiten wil StatUA de knowhow meer zichtbaar maken op de Universiteit Antwerpen en daarbuiten. Zo creëert StatUA ook een aanspreekpunt voor onderzoekers over de verschillende faculteiten heen. Organisaties: • Wiskunde, statistiek en actuariaat
Onderzoekers: • Sabine Verboven
Basisuitrusting: aanvraag van een CNS element-analysetoestel Universiteit Gent Abstract: Met dit voorstel wordt een aanvraag gedaan tot financiering van een CNS element-analysetoestel voor de analyse van koolstof (C), stikstof (N) en zwavel (S) op bodem- en plantstalen aan het Labo Bos & Natuur. Er wordt een omschrijving gegevens van het gevraagde toestel,
alsook een argumentatie waarom dit toestel essentieel is voor het huidige en toekomstige onderzoek aan het Labo Bos & Natuur. Organisaties: • Vakgroep Bos- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Kris Verheyen
Basisuitrusting: BD LSRFortessa TM flowcytometer Universiteit Gent Abstract: De research van zowel het 'Laboratory for Translational Research in Obstructive Pulmonary Disease' als het 'Tumor Immunology Lab' betekent o.i. een kritische massa aan activiteiten die de installatie verantwoordt van een nieuwe, hoog-performante flowcytometer binnen onze rechtstreeks researchomgeving. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Guy Joos • Guy Brusselle • Kurt Tournoy • Karim Vermaelen
Basisuitrusting: Ion Personal Genome Machine TM (PGM TM) Sequencer en Ion Proton TM Sequencer Universiteit Gent Abstract: De Ion Torrent TM semiconductor chip technology maakt het mogelijk om op een schaalbare en snelle manier miljoenen sequenties te genereren. Kleine chips kunnen gebruikt worden om specifieke gene te resequeneren terwijl de grotere chips gebruikt kunnen worden om een volledige exoom of genoom te sequeneren. De Personal Genome Machine TM (PGM TM) Sequencer wordt gebruikt om de kleinere chips te runnen, terwijl de Ion Proton TM Sequencer gebruikt wordt om de grotere chips te runnen.De technologie is baanbrekend omdat deze het mogelijk maakt om een volledig humaan genoom te resequeneren in 1 werkdag, voor minder dan 1000 euro. Dit is op zijn minst 10x sneller en 10x goedkoper dan wat mogelijk is met de huidige technologieën zoals het state-of-the-art Illumina HiSeq2000 platform. Daarboven komt het feit dat de Ion Personal Genome Machine TM (PGM TM) Sequencer en Ion Proton TM Sequencer een relatief lage aanschafprijs hebben in vergelijking met de huidige toestellen. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Dieter Deforce • Wim Van Criekinge • Filip Van Nieuwerburgh
Basisuitrusting voor studie van darmepitheelprocessen Universiteit Gent Abstract: Het project heeft als doel een budget voor basisapparatuur aan te vragen dat kan gebruikt worden in onderzoek van darmepitheelprocessen en dient ter ondersteuning van de uitbouw van het onderzoeks- en technologieplatform rond studie van dierlijke cellen ter hoogte van de microbe-gastheer interface. Dit initiatief gaat uit van een aantal leden van de CWO-onderzoekscluster "Host-Microbe Interactions" binnen de faculteit Bio-ingenieurswetenschappen. Organisaties: • Vakgroep Gewasbescherming
Onderzoekers: • Guy Smagghe • Bruno De Meulenaer • Tom Van de Wiele • Johan Van Camp
Basophil activering - Nieuwe toepassingen voor voedselallergieën (banaan) - Flow cytometry: een nieuw instrument voor het beheer van voedselallergie. Universiteit Antwerpen Abstract: Basophil activering - Nieuwe toepassingen voor voedselallergieën (banaan) - Flow cytometry: een nieuw instrument voor het beheer van voedselallergie. Organisaties: • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Didier Ebo • Willem Stevens • Margo Hagendorens
Bayesian methods for structural Equation Modelling with Application in Nursing Research KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • L-BioStat
Onderzoekers: • Emmanuel Lesaffre • Walter Sermeus
BCCM "Biological Resource Centre (BRC) - LMBP - C4/02/029 - budget 2014 Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert
BCCM ERP/LIMS project Universiteit Gent Abstract: Implementation of an Enterprise Resource Planning/Laboratory Information Management System (ERP/LIMS) supporting the Belgian ?Biological Resource Centre? (BRC) and integration of it into a Knowledge-Based Belgian Biological Resource Engine (BBRE). Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Peter Dawyndt
BCCM ERP/LIMS project: enterprise resource planning / laboratorium informatie management systeem - budgetjaar 2013 Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Biochemie en Microbiologie
Onderzoekers: • Paul De Vos
BCCM ERP/LIMS project: enterprise resource planning / laboratory information management system Universiteit Gent Abstract: Implementatie van een Laboratory Information Management System (LIMS) ten behoeve van de Belgian Co-ordinated Collections of Micro-organisms (BELSPO/BCCM). Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Peter Dawyndt
BCCM/LMBP Plasmideverzameling Universiteit Gent Abstract: BCCM/LMBP staat voornamelijk in voor de lange-termijn-bewaring van authentieke, moleculair-biologisch gekarakteriseerde (datasheet, circulaire map, nucleotide sequentie) plasmiden. De functionele en structurele gegevens worden ingevoerd in een gestandaardiseerde databank met zoekmogelijkheden naar vectoren met specifieke eigenschappen. Via de BCCM-actie kan de collectie haar patrimonium toegankelijk maken voor de (inter)nationale academische en industriële, wetenschappelijke gemeenschap en haar know-how valoriseren d.m.v. een wetenschappelijke dienstverlening aan derden. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert
BCCM/LMG Consolidatie en beheer van het BCCM-consortium als Belgisch Biological Resource Centre (BRC) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Biochemie en Microbiologie
Onderzoekers: • Paul De Vos
"BD FACS Verse" Flow Cytometer. KU Leuven Abstract: We zullen werken met een nieuwe generatie flow cytometer, de FACS VERSE. Met dit toestel willen we de cellen identificeren en karakteriseren die verantwoordelijk zijn voor het ontstaan van immuunziekten, inzonderheid multiepele sclerose, inflammatoire darmziekten (Crohn) en astma; voor het afstoten van getransplanteerde organen; en voor het onderdrukken vande respons tegen kankercellen. Een flow cytometer analyseert oppervlakte kenmerken en fluorescentie emissie van cellen in een suspensie. Deze nieuw ontwikkelde en gesofistikeerde FACS Verse kan tegelijk 10 parameters op één cel analyseren. Dit is een zeer krachtige methode om individuele cellen van het immuun systeem te karakteriseren, omdat celcomponenten kunnen gekleurd worden met via fluorescentie detecteerbare antistoffen. Ook intracellulaire molecules zoals transcriptiefactoren, of cytokines kunnen op die manier in individuele cellen herkend worden. Dit toestel opent ongeziene mogelijkheden voor functionele analyse van het immuu Organisaties: • Laboratorium Klinische Immunologie
Onderzoekers: • Gert Van Assche • Mark Waer • Peter Hellings • Stefaan Van Gool • Dominique Bullens • Benoit Nemery de Bellevaux • Jan Ceuppens • Isabelle Meyts • Steven De Vleeschouwer
Beckman Coulter Gallios flowcytometer. KU Leuven Abstract: Binnen het onderzoek van de beta-cel en het immuunsysteem is het essentieel van flowcytometrie technologie gebruik te kunnen maken. Dit situeert zich op verschillende niveaus. Eerst en vooral is er nood aan translatie van bevindingen uit het RNA en zelfs proteomics gebied, waarin algemene richtinggevende bevindingen de weg wijzen. De flowcytometrie apparatuur laat toe om op eiwit niveau bevindingen te bevestigen of te weerleggen. Het biedt bovendien de grote meerwaarde dat men op cellulair niveau de bevindingen kan lokaliseren binnen een heterogene celpopulatie, een hindernis die door de meer high-throughput technieken niet vlot kan genomen worden. Men kan op single-cell niveau simultaan een celtype identificeren en haar status na gaan m.b.t. viabiliteit (apoptosis/necrosis),cel-cyclus (rust/proliferatie), activatie (cel-specifieke activatiemerkers) en functie (cel-specifieke proteine-expressie zoals cytokinen, chemokinen). Dit biedt niet alleen meerwaarde binnen het diabetes onderzoek
Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Annemieke Verstuyf • Mark Waer • Chantal Mathieu • Roger Bouillon • Frans Schuit
Bedrijfsgerichte opvolging en analyse van risico in land- en tuinbouw Universiteit Hasselt Abstract: De opdracht situeert zich binnen de onderzoekslijn 'environmental economics' van de vakgroep 'economics' van de faculteit Bedrijfseconomische Wetenschappen van de Universiteit Hasselt en binnen het Centrum voor Milieukunde. Risico als beslissingsfactor in een duurzame bedrijfsvoering is meer dan ooit actueel. Daarom zal binnen dit project in samenwerking met het Instituut voor Landbouw en Visserijonderzoek (ILVO) een opvolgings- en analysesysteem voor risico ontwikkeld worden. Dit wetenschappelijk onderbouwd systeem op bedrijfsniveau dient de duurzaamheid van bedrijven te ondersteunen en concreet toepasbaar te zijn. Inhoud: Als gevolg van volatiele prijzen en toenemende kosten neemt het risico toe en de winstmarges af. Wat is het gevolg van de wijzigende marktomstandigheden op het bedrijfsrisico? Hoe wegen de nieuwe milieu-en diervriendelijke productiemethoden op rendement en risico? Hoe zit het met het financieel risico van het landbouwbedrijf? Een instrument om daadwerkelijk inzichten te verwerven in het veranderende risico ontbreekt echter. Zo'n instrument is noodzakelijk voor de diagnose van risico op landbouwbedrijven en de ondersteuning van bedrijfsbeslissingen naar meer duurzaamheid. Het moet rekening houden met de bedrijfseigen situatie en vlot toepasbaar zijn. De doelgroep zijn de land-en tuinbouwers, ongeacht de productierichting. Ook de sector van de dienstverlening en bedrijfsadvisering is belanghebbende partij, evenals de actoren van het extern risicomanagement. Organisaties: • Econometrie • Milieueconomie • Economie en beleidsmanagement • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Steven VAN PASSEL • Mark VANCAUTEREN
Bedrijfsspecifieke strategieën voor de reductie van berengeur Universiteit Gent Abstract: Reductie berengeur Bedrijfsspecifieke strategieën voor de reductie van berengeur IWT Landbouw 120767 Organisaties: • Vakgroep Veterinaire volksgezondheid en voedselveiligheid
Onderzoekers: • Lynn Vanhaecke
Beeldgebaseerde kwantificatie van stralingsschade KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Labo Experimentele Radiotherapie
Onderzoekers: • Dirk De Ruysscher • Frank Van den Heuvel • Gilles Defraene
Beeldgeleid operatie's van borstkanker gebruik makend van infrarood fluoriscerend-geconjugeerde nanobodies Vrije Universiteit Brussel Abstract: Beeldgeleid operatie's van borstkanker gebruik makend van infrarood fluoriscerend-geconjugeerde nanobodies Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • Tony LAHOUTTE • Sophie HERNOT
Beeldreconstructie voor in situ Computer Tomografie Universiteit Antwerpen Abstract: Computer Tomografie (CT) is een krachtige, niet-destructieve techniek voor het genereren van 2-D en 3-D beelden van een object, op basis van X-stralenbeelden. Conventionele CT vereist dat het object ingebracht wordt in een CT scanner en dat veel X-stralenbeelden worden opgenomen voorafgaand aan de reconstructie van het 3D beeld. Er zijn echter veel situaties waarbij deze vereisten niet voldaan zijn: als het object een vast onderdeel is van een ander, groter object dat niet in de scanner past; als het bewegen van het object gevaarlijk is (explosieven); als beweging van het object de omgeving zou verstoren/bevuilen (plaats van misdaad); als het object niet makkelijk kan verplaatst worden (paard met een gebroken bot); of als het object te waardevol is om te verplaatsen (cultureel erfgoed). In dergelijke situaties is in situ X-stralenbeeldvorming vereist. Draagbare X-stralentoestellen, zoals een hand-X-stralencamera of een robotsysteem, zijn beschikbaar op de markt, maar deze kunnen slechts enkele of een serie van afzonderlijke X-stralenbeelden genereren. Het is momenteel niet mogelijk om een 3D beeld te reconstrueren uitgaande van dergelijke sets van X-stralenbeelden. Immers: 1.In tegenstelling tot conventionele CT-scanners is de exacte positie en oriëntatie van het X-stralenbron/detector systeem ten opzichte van het object niet gekend.
2.Indien een hand-X-stralencamera of een robotsysteem wordt gebruikt is het scanproces tijdrovend, wat het aantal voor tomografie op te nemen Xstralenbeelden beperkt. De huidige CT reconstructiealgoritmen vereisen een groot aantal X-stralenbeelden om tot accurate resultaten te komen. 3.Het opnemen van X-stralenbeelden vanuit alle mogelijke hoeken is vaak niet mogelijk. Zowel 2 als 3 zal resulteren in een sterk onderbepaald invers probleem. Dit project is gericht op de ontwikkeling van robuuste en efficiënte reconstructiemethoden voor in situ X-tomografie. Deze methoden zullen geen a priori kennis over de opnamegeometrie nodig hebben en zullen gericht zijn op maximale reconstructiekwaliteit bij opname van een beperkt aantal X-stralenbeelden. Om dit doel te bereiken zullen de volgende strategieën gecombineerd worden: 1.Automatische parameterschatting gebaseerd op het maximaliseren van de consistentie van gesimuleerde t.o.v. gemeten X-stralenbeelden zal toelaten een reconstructiemethode te ontwikkelen die geen of slechts weinig voorkennis nodig heeft van de geometrische parameters van de Xstralenbeelden. 2.Nieuwe algoritmen zullen ontwikkeld worden voor efficiënte optimalisatie van de hoog-dimensionale zoekruimte (onbekend object + onbekende geometrische parameters) door de lineariteit uit te buiten van bepaalde reconstructie-algoritmen en multi-resolutionele aanpak te gebruiken voor graduele verfijning van de parameterschattingen. 3.Compressive sensing en discrete tomografie zullen geïncorporeerd worden in het parameterschattingsraamwerk om accurate beeldreconstructie toe te laten vanuit een klein aantal projecties en om effectief om te gaan met een beperkt hoekbereik. 4.State-of-the-art GPU computing technieken zullen aangewend worden om de massieve computationele berekeningen efficiënt uit te voeren. Een succesvol project zal de deur openen naar tal van toepassingen in diverse domeinen zoals veiligheid, niet-destructieve controle, dentale beeldvorming, diergeneeskunde, of de culturele erfgoed sector. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Jan Sijbers
Beeldvormingsgeleide stereotactische radiotherapie voor dosis escalatie in inoperabel stadium I/II niet-kleincellig longcarcinoom met selectieve toepassing van ademhalings-synchronisatie met audiovisuele feedback. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onze hypothese luidt dat een verdere verbetering van de lokale controle in stadium I/II inoperabel NSCLC kan bekomen worden door een verdere dosisescalatie zonder een verhoging van het toxiciteitsprofiel mits de selectieve toepassing van ademhalingssynchronisatie geoptimaliseerd met audiovisuele feedback. Doelstellingen: 1. Verhoging van de actuariële lokale controle in stadium I/II NSCLC door verdere dosisescalatie van de BED in een prospectieve studie. 2. De haalbaarheid nagaan van ademhalingssynchronisatie met audiovisuele feedback in stereotactische radiotherapie. 3. Handhaven van het toxiciteitsprofiel door toepassing van gepersonaliseerde PTV marges en continue intrafractionele analyse van het ademhalingsprofiel. Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • GUY STORME • Dirk VERELLEN • Johan DE MEY • Hendrik EVERAERT
Beeldvorming van de lymfoedemateuze arm ten gevolge van axillaire uitruiming na borstkanker door middel van MRI en Ultrageluid en vergelijking met weefselbiopties. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ultrageluid beeldvorming is een frequent gebruikte techniek om het stadium van lymfoedeem te bepalen. Toch is de consistentie van oedeem nauwelijks gekend. Voorgaande studies hebben aangetoond dat de echogeniciteit van ultrageluidbeelden gerelateerd is aan de evolutie van het lymfe oedeem. In de literatuur vindt men echter verschillende verklaringen terug wat betreft de weefselveranderingen, gestaafd op de veranderingen die te zien zijn met ultrageluidbeeldvorming. Het doel van de huidige studie is de beelden verkregen door ultrageluid te vergelijken met magnetische resonantie enerzijds en microscopische preparaten van de huid en onderliggend weefsel anderzijds, om een idee te krijgen over de samenstelling van het oedeem. Een eerste deel van het onderzoek is verricht op kadavers met unilaterale bortsamutatie en axillaire uitruiming. Verder onderzoek is gefocused op patiënten met een stadiumIII lymfoedeem, die een lymfosuctie moeten ondergaan. Organisaties: • Motorische Revalidatie en Kinesitherapie
Onderzoekers: • PIERRE LIEVENS
Beeldvorming van neuroinflammatie bij neurodegeneratieve aandoeningen (INMIND). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Bio-imaging
Onderzoekers: • Anne Marie Van Der Linden
Beenmerg afgeleide celsignalisering kan de betacel massa regenereren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Beurs JDRF: beenmerg-afgeleide cellen signalering kan de bèta cel massa regenereren. Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • Henry HEIMBERG
Beenmerg disfunctie en reversibiliteit in patienten met ischemische cardiomyopathie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Viviane Conraads • Christiaan Vrints • Inez Rodrigus • Vicky Hoymans • Nathalie Cools • Emeline Van Craenenbroeck
Beenmergdisfunctie en – reversibiliteit in patiënten met ischemische cardiomyopathie. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project zal het eerste zijn dat de uitgebreidheid en de mechanismen van beenmergdisfunctie systematisch onderzoekt bij patiënten met verschillende graden van CHF, en dit in een uniek translationeel design. Het huidige project richt zich in eerste instantie op de ongeselecteerde BM-mononucleaire celfractie (BM-MNC), vermits de resultaten van klinische trials met deze celpopulatie werden gegenereerd. Organisaties: • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Emeline Van Craenenbroeck
Beenmergdisfunctie en reversibiliteit in patiënten met ischemische cardiomyopathie Universiteit Antwerpen Abstract: Het project zal het eerste zijn dat de mechanismen en uitgebreidheid van beenmergdisfunctie systematisch onderzoekt bij patiënten met verschillende graden van CHF, en dit in een uniek translationeel design. CHF is een systeemaandoening waarbij verschillende perifere organen worden aangetast door een geactiveerd neurohormonaal systeem alsook door de vrijstelling van inflammatoire cytokines. De vraag stelt zich of ook het beenmerg hierdoor nadelig wordt beïnvloed. Organisaties: • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Viviane Conraads • Christiaan Vrints • Emeline Van Craenenbroeck • Evelien Nollet
BEETOX Universiteit Gent Abstract: Het BEETOX project speelt in op een verzoek van de bijenteelt sector dat in 2009-2010, geconfronteerd werdt met veel verliezen van honingbij kolonies. Uit latere analyses blijkt dat deze kolonies een invertsuikersiroop bieten met een hoge concentratie van HMF werden gevoed tijdens de winter. Gegevens uit de literatuur zijn beperkt, maar verschillende auteurs bevestigen het schadelijke effect van HMF op de gezondheid van bijen. Op dit moment betekent het gebrek aan toxicologische referentiegegevens dit het niet toelat een limiet te maken voor definitieve maatregelen die het probleem zouden tegen gaan. Organisaties: • Vakgroep Fysiologie • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Dirk de Graaf • Bruno De Meulenaer
Begrijpen, optimaliseren en wijzigen van proteïne-ligand interactie en specificiteit : een benadering door middel van multivariaat analyse. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen abstract beschikbaar Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • SERGE MUYLDERMANS • LODE WYNS • REMY LORIS
Begrijpen van de biomechanica van het trommelvlies door middel van geavanceerde eindige elementen modellering en een nieuw ontwikkelde techniek voor stroboscopische digitale holografie. Universiteit Antwerpen Abstract: Het trommelvlies (TV) vangt de energie van invallende geluidsgolven op en zet die om naar vibratie-energie van de gehoorsbeentjes. Een van de meest opvallende eigenschappen van het TV is dat deze geluidsenergie zeer efficiënt worden overgedragen, ongeacht de frequentie en zonder scherpe resonantiepieken. Het belang van mogelijke lopende golven op het trommelvlies werd reeds door verschillende auteurs gesuggereerd, maar fundamenteel inzicht in hoe energie wordt getransporteerd ontbreekt nog. Deze vraagstukken kunnen enkel worden beantwoord door een multidisciplinaire aanpak met een combinatie van optische meettechnieken en computermodellering. Het doel van dit project is om de mechanische eigenschappen van het TV te bestuderen door een eindige elementen model van het middenoor te construeren dat de realiteit beter beschrijft dan voorgaande modellen. Dit zal bereikt worden door een aantal experimentele methoden en een nieuw elasticiteitsmodel. Ik zal data van OCT, CT en histologie gebruiken om de geometrie van bestaande modelen te verbeteren en een nieuwe techniek, gebaseerd op stroboscopische holografie, om de materiaalparameters te bepalen. De analytische ingenieurstechniek power flow zal worden aangepast en uitgebreid om toegepast te kunnen worden op het TV, wat nog nooit eerder gebeurd is. Dit zal resulteren in unieke informatie over hoe en waar de energie wordt getransporteerd over het TV. Deze analyse zal worden toegepast op vibratiedata van zowel de holografische experimenten als het model en zal mij in staat stellen om een aantal fundamentele vragen
over de mechanica en de fysiologie van het middenoor te beantwoorden. Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Joris Dirckx • Daniël De Greef
Begrijpen van de rol van cycline-afhankelijke kinase inhibitoren bij wortelmutsmaturatie Universiteit Gent Abstract: We identificeerde het Arabidopsis SMR5 gen als een nieuwe celcycluscheckpunt regulator die reageert op DNA schade. Via een gist onehybrid (Y1H) analyse werden drie SMR5-bindende transcriptiefactoren geïdentificeerd die voorheen werden gelinkt met wortelmutsmaturatie. In het project zal de rol van SMR5 bij wortelmutsmaturatie in detail worden bestudeerd, zowel onder kontrole condities als bij DNA stress. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Lieven De Veylder
Begroten van de regionale spanningsverdeling in de hartspierwand door koppeling van medische beeldvorming en strucuurmechanische modellering Universiteit Gent Abstract: Doel is om de (regionale verdeling van) spanningen in de hartspier te begroten door combinatie van numerieke modellering en MR en/of ultrageluid beeldinformatie. De ontwikkelde methodieken zullen worden toegepast voor de studie van de evolutie van de hartfunctie en van de ventriculaire wandspanning in een chronisch dierenmodel van mitraalklepinsufficiëntie (degeneratieve hermodellering) en in patiënten behandeld voor hartfalen (positieve progressie hermodellering) Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Pascal Verdonck • Patrick Segers
Begroting van nutriëntenstromen in Vlaanderen Universiteit Gent Abstract: Deze studie heeft als doel de nutriëntenstromen binnen het Vlaams Gewest te kwantificeren en analyseren. Hiermee wordt de functie van de milieurapportering (MIRA) (Vlaamse Milieumaatschappij) ondersteund, waarin de toestand van het milieu beschreven, geanalyseerd en geëvalueerd wordt en eveneens getoetst wordt aan het huidige milieubeleid. Meer specifiek biedt deze studie ondersteunende data voor de milieu - indicatoren rond het thema vermesting, door de fluxen, hot spots en de druk op het milieu per deelsector van de Vlaamse economie te inventariseren. Organisaties: • Vakgroep Landbouweconomie
Onderzoekers: • Jeroen Buysse
Behandelingsstudie ' Expand' Universiteit Hasselt Abstract: Deze klinische studie kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds het onderzoeksinstituut Biomed(UHasselt) en anderzijds Novartis Pharma. Het onderzoeksinstituut Biomed levert aan Novartis Pharma de onderzoeksresultaten naar " Behandelingsstudie 'Expand' " onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Bart VAN WIJMEERSCH
Behandeling van angst, stress en slaapstoornissebn in de eerste lijn en de plaats van benzodiazepines hierbinnen. Universiteit Gent Abstract: Benzodiazepines zijn slaap-en kalmeringsmiddelen die in België op zeer grote schaal worden voorgeschreven. Het doel van het project is huisartsen te vormen in de niet-medicamenteuse benadering van angst-, slaap- en stressklachten om het opstarten van benzodiazepines te voorkomen. Hiervoor worden navormingsmodules voorzien waarbij door een duo arts-psycholoog op CGT-gebaseerde interactieve opleidingen worden gegeven aan huisartsen; ook werd een interactieve e-learning lijn ontwikkeld met hetzelfde doel. Organisaties: • Vakgroep Huisartsgeneeskunde en eerstelijnsgezondheidszorg
Onderzoekers: • Thierry Christiaens
Behandeling van Chronische Lymfocytaire Leukemie (CLL) met gen-therapie: identificatie met behulp van massa spectrometrie van het antigeen-peptide verantwoordelijk voor de B-CLL-celherkenning door specifieke T-lymfocyten. Universiteit Gent Abstract: Het doel van het project is het identificeren van CLL specifieke antigenen. Daartoe zullen enerzijds de peptiden gepresenteerd in de MHC klasse I en II complexen van CLL cellen met behulp van massa spectrometrie geïdentificeerd worden. Anderzijds zullen de genen die tot overexpressie komen bij CLL geïdentificeerd worden via de constructie van een subtractie hybridisatie cDNA bibliotheek. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers:
• Dieter Deforce
Behandeling van experimentele colitis door lokale toediening van kameel antilichaam fragmenten Universiteit Gent Abstract: In dit project willen we neutraliserend kameel antilichaam fragmenten gericht tegen TNF-alfa en IFN-gamma, die door de Lactococcus Lactis tot expressie gebracht worden, testen voor gebruik als potentieel therapeuticum bij de ziekte van Crohn. Hiervoor zullen we gebruik maken van diermodellen voor inflammatoir darmlijden. Organisaties: • Vakgroep Pathologische anatomie
Onderzoekers: • Erik Remaut • Claude Cuvelier
Behandeling van het fragiele X syndroom via de GABA-A receptor. Universiteit Antwerpen Abstract: Het fragiele X syndroom is de meest voorkomende vorm van mentale retardatie. Behalve aan een mentale achterstand leiden de patiënten ook aan gedragsproblemen, zoals hyperactiviteit en contactstoornissen, epilepsie en een verhoogde prikkelbaarheid. De gedragsproblemen kunnen in de praktijk even belastend voor de patiënt en zijn directe omgeving zijn als de mentale achterstand. Wij hebben in fragiele X diermodellen een onderexpressie van het GABA systeem ontdekt. GABA receptoren zijn de belangrijkste inhiberende receptoren in het brein, en een gebrek daaraan is volledig in lijn met de symptomen waargenomen bij patiënten. Interessant is dat de farmacologie van de GABA receptor uitvoerig bestudeerd is: er zijn een groot aantal drugs in de handel die inwerken op het GABA systeem. Doel van dit onderzoek is op diermodellen te testen of de GABA receptor een geschikte target is de gedragsproblemen en de epilepsie geassocieerd met het fragiele X syndroom te behandelen. Organisaties: • Cognitieve Genetica (COGNET)
Onderzoekers: • Frank Kooy
Behandeling van longkanker bij rokers. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium vr Translationele Genetica
Onderzoekers: • Diether Lambrechts
Behandeling van multipel myeloom in de muis door RNA interferentie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is het ontwikkelen van specifieke nanobodies die myeloma cellen kunnen targeten. Dit zal in eerste instantie in vitro getest worden, gevolgd door bio-imaging in vivo en ten slotte, wanneer specificteit bewezen, kunnen deze gekoppeld worden aan vb. siRNA. Hiermee zal getracht worden de systemische toxische effecten van bepaalde behandelingen te verminderen. Organisaties: • Hematologie • Toegepaste Biologische Wetenschappen • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • Tony LAHOUTTE • SERGE MUYLDERMANS • Karin VANDERKERKEN • VICKY CAVELIERS • PETER KRONENBERGER • Isabelle VANDE BROEK
Beheer, biodiversiteit en voorspellingsmodel voor hypereutrofe watergebieden met blauwalgenbloei. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Blauwalgengroei, de snelle en massale ontwikkeling van cyanobacterië, aan het wateroppervlak van ondiepe watergebieden, zijn een terugkerend en toenemend fenomeen in zoetwatergebieden tijdens de laatste decennia. In België (ook Brussel) werd aangetoond dat bloeien van toxische cyanobacte¨riën frequent voorkomen in zomer en herfst. Tachtig % van de blauwalgen bloeien bevatten toxische soorten met het genetisch potentieel om microcystine te produceren. Deze vorming van blauwalgengroei is sterk gerelateerd aan de eutrofiëring en de beheersmaatregelen van watergebieden. In dit project over het beheer en biodiversiteit van hypereutrofe ondiepe meren, gevoelig voor blauwalgengroei, zullen we stads- en parkvijvers in Brussel onderzoeken. Na gebruik van gestandariseerde meetmethoden voor inzameling, fysico-chemische- en biologische analyse, zullen we in dit project nieuwe expertise opbouwen voor de ontwikkeling van een statisch voorspellingspodel voor een geselecteerde reeks van vijvers. Beheersscenario's zullen ontwikkeld worden op basis van omgevingsfactoren die een sterk negatief effect vertonen op de vorming van blauwalgengroei tijdens de periode van monitoring en in functie van biomanipulatie tussenkomsten. Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • LUDWIG TRIEST
Beheersen van de gevolgen van de diepzee- exploitatie van hulpbronnen Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Ann Vanreusel
Beheersing van bacteriële pathogenen bij de opkweek van kolen en prei
KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Gentechnologie
Onderzoekers: • Maurice De Proft • Rob Lavigne • Sofie Rombouts
Beheersing van de geneesmiddelenkosten in België: welke overheidsmaatregelen zijn effectief en waarom (niet)? Universiteit Antwerpen Abstract: De stijgende kosten voor geneesmiddelen vormen een bedreiging voor het financiële evenwicht van het sociale zekerheidssysteem in België. Aan de hand van een kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeksmethode zal worden nagegaan welke overheidsmaatregelen om geneesmiddelenkosten te beheersen, effectief zijn. Organisaties: • Epidemiologie en sociale geneeskunde (ESOC)
Onderzoekers: • Guido Van Hal
Beheersing van de productie van vrije en gebonden aldehyden in de ketenvan gerst tot bier KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. Levensmidd.- & Microb. Technol.
Onderzoekers: • Jan Delcour • Guido Aerts • Jeroen Baert
Beheersing van Fusarium verwelking bij banaan geïnspireerd door agroforestry Universiteit Gent Abstract: We willen onderzoeken hoe ?Maçã?, een economisch belangrijk bananenras, kan overleven in bodems van agroforestry systemen die besmet zijn met Fusarium oxysporum f.sp. cubense (Foc). De volgende hypotheses zullen getest worden: er worden plekken van weerbare bodems tegen Foc gecreëerd; afbraak van ligninerijke gewasresten in de bodem beïnvloeden negatief de overleving van chlamydosporen; en gereduceerde abiotische stress kan resistentie tegen Foc induceren. Organisaties: • Vakgroep Gewasbescherming
Onderzoekers: • Monica Höfte
Beheersing van Rhizoctonia solani bij bladgewassen door het bevorderen van de bodemweerbaarheid Universiteit Gent Abstract: De bedoeling van dit Project is om duurzame methoden te ontwikkelen om de bodemweerbaarheid van gronden ten opzicht van bodempathogenen zoals R. solani te verbeteren. Uit voorgaand onderzoek is gebleken dat bodems sterk kunnen verschillen in hun ziekteonderdrukkend vermogen ten opzichtvan R. solani. Onderzoek aan het labo Fytopathologie heeft bovendien aangetoond dat R. solani scleroten geparasiteerd en afgedood worden na het inwerken in de bodem van zuiver lignine of ligninerijke nevenproducten. Het werkingsmechanisme steunt op de stimulering van specifieke microbiële populaties in de grond en is afhankelijk van het bodemtype. Inzicht in abiotische en biotische bodemfactoren die bepalend zijn voor de bodemweerbaarheid tegen R. solani in natuurlijke gronden en na toediening van ligninehoudend materiaal is noodzakelijk om adequate bestrijdingsstrategieën te kunnen ontwikkelen. Organisaties: • Vakgroep Gewasbescherming
Onderzoekers: • Monica Höfte
Beheersing van Tuta absoluta in de Vlaamse tomatenteelt Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt het ontwikkelen van een duurzame beheersstrategie van de recent opgedoken tomatenmineermot Tuta absoluta in de Vlaamse tomatenteelt. Chemische bestrijding moet beperkt worden (o.a. omwille van de nieuwe Europese richtlijn 2009/128/EC). Daarom worden de huidig ingezette biologische bestrijdingsmiddelen geoptimaliseerd en wordt het potentieel van mogelijke nieuwe natuurlijke vijanden geëvalueerd. Dit gebeurt zowel op labo- als semi-praktijkniveau. Organisaties: • Vakgroep Gewasbescherming
Onderzoekers: • Patrick De Clercq
Beheersovereenkomst Steunpunt O&O Indicatoren 2007-2011 Universiteit Hasselt Abstract: De missie van het "Steunpunt O&O Indicatoren" bestaat erin een performant systeem van O&O- en innovatie-indicatoren te ontwikkelen en te onderhouden dat de Vlaamse overheid moet voorzien van geactualiseerde en relevante statistische data met betrekking tot de O&O- en innovatie-performantie van de Vlaamse regio. Tevens ontwikkelt het Steunpunt een portefeuille van relevante wetenschappelijke onderzoeksactiviteiten ter ondersteuning van deze missie. Daartoe: (1) voert het Steunpunt O&O een reeks gerichte langetermijn opdrachten en takenpakketten uit die het Vlaams O&O- en innovatiepotentieel in kaart brengen, kwantificeren en analyseren, (2) dient het erover te waken dat de Vlaamse overheid over een geschikte databeheersstructuur kan beschikken betreffende bibliometrische gegevens, technometrische data en innovatiegegevens, (3) bouwt het een gekwalificeerde staf uit, (4) bouwt het de nodige originele IT-infrastructuur uit, en (5) verzorgt het 'ad hoc' opdrachten en projecten op aanvraag voor de Vlaamse overheid. Het Steunpunt voldoet daarmee aan de behoeften van de Vlaamse overheid om: 1. een coherent en recurrent systeem van O&O- en innovatie-indicatoren te ontwikkelen; 2. de daartoe nodige, recurrent bruikbare IT-infrastructuur en databanken te ontwikkelen en te onderhouden; 3. relevant en actueel onderzoek te doen naar de verdere ontwikkeling van O&O-indicatorenstelsels;
4. de nodige indicatoren en statistieken aan te leveren aan de Vlaamse overheid ter ondersteuning van haar O&O- en innovatiebeleid; 5. een gedefinieerde portefeuille aan beleidsrelevante studies en projecten uit te voeren in opdracht van de Vlaamse overheid; 6. telkens wanneer nodig 'ad hoc' vragen van de Vlaamse overheid betreffende O&O- en innovatie-indicatoren te beantwoorden; 7. de tweejaarlijkse edities van het Vlaams Indicatorenboek O&O en Innovatie te coördineren en af te leveren. Organisaties: • Niet onderzoeksgroep gebonden projecten • Centrum voor Statistiek
Onderzoekers: • Paul JANSSEN • Luc DE SCHEPPER
beheersovereenkomst voor de subsidiëring en erkenning van het Vlaams Expertisecentrum Suïcidepreventie als partnerorganisatie voor de preventie van zelfdoding. Universiteit Gent Abstract: Vlaams Expertisecentrum Suïcidepreventie beheersovereenkomst voor de subsidiëring en erkenning van het Vlaams Expertisecentrum Suïcidepreventie als partnerorganisatie voor de preventie van zelfdoding Vlaamse Gemeenschap Organisaties: • Vakgroep Psychiatrie en medische psychologie
Onderzoekers: • Cornelis Van Heeringen
Beheerstrategie Amerikaanse vogelkers Universiteit Gent Abstract: Wetenschappelijke ondersteuning bij het opstellen van een afwegingskader voor een meer rationeel beheer van Amerikaanse vogelkers in Nederland en omliggende regio's Organisaties: • Vakgroep Bos- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Kris Verheyen
Beheer van antimicrobiële resistentie in het ziekenhuis en de verspreiding in de gemeenschap. (MOSAR) Universiteit Antwerpen Abstract: MOSAR is een vijf jaar durend (2007-2012), geïntegreerd Europees project dat deel uitmaakt van het Zesde Kaderprogramma. Tijdens dit project wordt vooral aandacht besteed aan de voornaamste multiresistente pathogenen voorkomend in Europese ziekenhuizen. De voornaamste doelstellingen van dit project is kennis te vergaren betreffende de transmissie van multiresistente bacteriën en strategiën te ontwikkelen om het ontstaan en de verspreiding van deze multiresistente pathogenen tegen te gaan. Om deze doelstellingen te verwezenlijken werden klinische studies gepland in diverse risicovolle ziekenhuis settings (intensieve zorgen, operatiekwartieren en rehabilitatie centra) in meer dan 30 ziekenhuizen/rehabilitatie centra in minstens 15 Europese lidstaten en Israël. Tijdens deze klinische studies zal de impact van snelle detectie van methicillin-resistant Staphylococcus aureus (MRSA), vancomycin-resistant enterococci (VRE) en Enterobacteriaceae producing extended spectrum beta-lactamases (ESBL) onderzocht worden als strategie om antibiotica-resistantie in te dijken. Aan de Universiteit van Antwerpen (UA) zullen commercieel beschikbare chromogene media en moleculaire methoden voor de detectie van MRSA, VRE en ESBLs uitvoerig gevalideerd worden, waarna de meest geschikte methoden geïmplementeerd zullen worden tijdens drie klinische studies uitgevoerd binnen MOSAR. Daarnaast zullen nieuwe, innovatieve moleculaire methoden ontwikkeld en gevalideerd worden in samenwerking met enkele kleine en middelgrote ondernemingen. Deze methoden zullen, na preklinische optimalisatie en validatie, gevalideerd worden in een klinische omgeving. Stammen ontvangen van de geïnculdeerde ziekenhuizen zullen gecollecteerd worden aan de UA en van deze stammen zal een databank gecreëerd worden. Alle deze stammen zullen gekarakteriseerd worden in samenwerking met de MOSAR partners en de epidemiciteit van MRSA en VRE zal bepaald worden. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Herman Goossens
Beheer van Visserijen voor het behoud van de bodemvis en de diversiteit van benthale invertebrate soorten - MAFCONS Universiteit Gent Abstract: Begrijpen van ruimtelijke en tijdelijke patronen van verstoring, of verstoring van het ecosysteem veroorzaakt door vissen. Beheer van Visserijen voor het behoud van de bodemvis en de diversiteit van benthale invertebrate soorten - MAFCONS Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Magda Vincx
Behoefte aan een dagcentrum voor pubers en adolescenten met een complexe problematiek van zowel een psychologische of psychiatrische aard in Brussel en Brusselse westrand Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg - Brussel' hebben voor het project ' Behoefte aan een dagcentrum voor pubers en adolescenten met een complexe problematiek van zowel een psychologische of psychiatrische aard in Brussel en Brusselse westrand' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Organisatie, beleid en sociale ongelijkheden in gezondheidszorg
Onderzoekers: • MARCUS LEYS
Behoud van microalgen in BCCM collecties Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Wim Vyverman
Beïnvloedingsbesef van kinderen met ADHD en hun ouders in de ouder-kind relatie: een analyse vanuit het Sociale Realties Model Universiteit Gent Abstract: In deze studie wordt het beïnvloedingsbesef van kinderen met ADHD en hun ouders onderzocht. Via het Social Relations Model (SRM) wordt nagegaan in welke mate het beïnvloedingsproces van kinderen met ADHD en hun ouders in de ouder-kindrelatie te maken heeft met kenmerken van (a) de kinderen, (b) de ouders, © de ouder-kind relatie. Drie studies worden opgezet, gebruik makend van vignettes, vragenlijsten, en een observatie-instrument. Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Herbert Roeyers • Ann Buysse
Bekwaamheid voor dierentransport KU Leuven Abstract: De Europese wetgeving 2005/1 stelt dat vervoerders en drijvers van dieren in een commerciële omgeving moeten beschikken over een bekwaamheidsattest. Dit project zal uitgaande van de wetenschappelijke kennis in dat domein, testen voor het behalen van een bekwaamheidsattest ontwikkelen envalideren. Dit is een opdracht van de FOD - Dienst Dierenwelzijn, en wordt gefinancierd door de sector zelf. Organisaties: • Afdeling Dier-voeding-kwaliteit
Onderzoekers: • Rony Geers
BEL-42 Wereld Gezondheidsorganizatie (WHO) Partner voor het monitoren van de efficiëntie van geneesmiddelen tegen geohelminthen Universiteit Gent Abstract: Op vraag van de WHO werd het Laboratorium van Parasitologie (Faculteit Dierengeneeskunde, Universiteit Ghent) gevraagd om de WHO te adviseren in hoe de efficiëntie van geneesmiddelen tegen Ascaris lumbricoides, Trichuris trichiura and haakwormen (geohelminthen) te monitoren. Dit 4-jarig mandaat starte in 2009. Dit project geeft financiële ondersteuning aan het Laboratorium of Parasitologie om dit mandaat uit te oefennen. Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie
Onderzoekers: • Jozef Vercruysse
BelAir: Belgische precisielandbouw in vogelvlucht Universiteit Hasselt Abstract: In dit project willen we de nodige informatie verzamelen om zeer gedetailleerd (spectraal en spatiaal) gewasgroei te monitoren. Extra aandacht wordt hierbij besteed aan het detecteren van nutriëntenstress in fruitgewas. Eveneens wordt getracht om verschillende soorten erwten en aardappelen te onderscheiden op basis van hyperspectrale APEX en temporele UAV gegevens. Organisaties: • Moleculaire en Fysische Plantenfysiologie
Onderzoekers: • Roland VALCKE
Belang en interactie van allergie , infecties en milieu-risico's voor ademhalingsproblemen in chronische lage & bovenste luchtwegaandoeningen ( AIReWAY II consortium ) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Guy Joos
BELANG EN INTERATIE VAN ALLERGIE, INFECTIEUZE EN ANDERE RESPIRATOIRE OMGEVINGSBLOOTSTELLING IN CHRONISCHE ONDERSTE & BOVENSTE LUCHTWEG AANDOENINGEN(AIREWAY II consortium) Universiteit Gent Abstract: Het AIREWAY II consortium beoogt het verder ontrafelen van de invloed van allergenen, omgevingsvervuiling en microbiële agentia op de initiatie en verdere ziekteverloop van bovenste en onderste luchtwegaandoeningen. Hierbij hypothiseren we dat Transient Receptor Potential (TRP)-channels, damage associated molecular patterns, Pattern Recognition Receptors en epigentische wijzigingen ?samen met omgevingsgebonden stimuli- een belangrijke rol spelen in de ontwikkeling van deze luchtwegaandoeningen. Organisaties: • Vakgroep Neus-, Keel-, Oorheelkunde en Logopedische-audiologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Claus Bachert
Belang van eiwit-koolhydraat-interacties in de ontwikkeling en bescherming van planten Universiteit Gent Abstract: Momenteel is weinig geweten rond eiwit-koolhydraatinteracties in plantencellen, en hun rol in de ontwikkeling en bescherming van planten. Ons onderzoek zal zich concentreren op drie topics, nl. (1) fysiologische rol van nucleocytoplasmatische lectinen, (2) studie van eiwit-
koolhydraat-herkenningsprocessen in de interactie tussen planten en insecten,(3) glycobiologie van planten en insecten. Organisaties: • Vakgroep Moleculaire biotechnologie
Onderzoekers: • Guy Smagghe • Elke Van Damme
Belang van lectine-koolhydraat-interacties voor de tolerantie van rijst tegen abiotische stress Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt een studie van het belang van stress induceerbare lectines in de abiotische stress responsen in rijst. Rekening houdend met de biologische activiteit van deze lectinen en hun vermogen om selectief bepaalde suikereenheden te herkennen en te binden zal nagegaan worden of deze eiwitten een rol spelen in eiwit-koolhydraat interacties als onderdeel van een signaaltransductiemechanisme in respons op omgevingsveranderingen. Organisaties: • Vakgroep Moleculaire biotechnologie
Onderzoekers: • Els Van Damme
Belang van low-fluid shear in de interactie van darm micro-organismen met de gastheer Universiteit Gent Abstract: Mucosale bacteriën in de darm maken nauw contact met de gastheer en hebben een groot potentieel om de gezondheid te beïnvloeden. In de mucosale omgeving heersen specifieke laminaire stromingsprofielen en lage schuifkrachten die leiden tot gewijzigde genexpressie bij zowel bacterie als gastheer. Aangepaste in vitro technologie maakt het mogelijk deze omstandigheden na te bootsen en te onderzoeken. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Tom Van de Wiele
Belang van niet-pathogene virusen in de efficaciteit van RNAi in de hommel bombus terrestris Universiteit Gent Abstract: Belang van niet-pathogene virusen in de efficaciteit van RNAi in de hommel bombus terrestris Organisaties: • Vakgroep Gewasbescherming
Onderzoekers: • Guy Smagghe
BELDIVA/BELISA 2e fase: Belgisch Onderzoek naar de microbiële diversiteit in de regio van het Princess Elisabeth Station, Antarctica Universiteit Gent Abstract: Doel van dit project is verdere gegevensverzameling en staalname in representatieve habitats die (mogelijk) microörganismen bevatten in een gebied van 50 km rond het Belgische Princess Elisabeth Station (PES), Oost-Antarctica. Onbekende microorganismen die reeds eerder werden geïsoleerd uit stalen genomen tijdens fase 1, worden onderzocht met moleculaire technieken om hun identificatie te vervolledigen en ze als nieuwe soorten te beschrijven. Organisaties: • Vakgroep Biochemie en Microbiologie
Onderzoekers: • Wim Vyverman • Anne Willems
BELDIVA/BELISA 2e fase: Belgisch Onderzoek naar de microbiële diversiteit in de regio van het Princess Elisabeth Station, Antarctica Universiteit Gent Abstract: BELDIVA heeft tot doel (i) de biodiversiteit nabij het Belgische Princess Elisabeth onderzoeksstation in Antarctica te bestuderen, (ii) ecosystemen in open-top-chambers te monitoren om het effect van toekomstige klimaatopwarming experimenteel na te gaan, (iii) het belang van exotische propagules op de diversiteit te bestuderen, en (iv) adaptaties en genen gerelateerd aan stress in deze extreme habitats te onderzoeken. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Wim Vyverman • Anne Willems
Beleidsgegevens over psychiatrische diensten en instellingen: permanente registratie van klinische en sociale variabelen. Overeenkomst inzake de ondersteuning van registratiesysteem: "Minimale Psychiatrische Gegevens" Universiteit Hasselt Abstract: Op intiatief van de Federale Overheid wordt in alle Belgische residentiële psychiatrische instellingen een uniforme set van patiëntgegevens verzameld: de Minimale Psychiatrische Gegevens (MPG). Deze nationale databank moet beleidsondersteunend onderzoek toelaten. Censtat is verantwoordelijk voor de ondersteuning van de instellingen in het uitvoeren van de dataverzameling. Organisaties: • Centrum voor Statistiek • Centrum voor Statistiek
Onderzoekers: • Marc AERTS • Herbert THIJS
Beleidsgegevens over psychiatrische diensten en instellingen: permanente registratie van klinische en sociale variabelen. Overeenkomst inzake de ondersteuning van registratiesysteem: "Minimale Psychiatrische Gegevens" Universiteit Hasselt Abstract: Op intiatief van de Federale Overheid wordt in alle Belgische residentiële psychiatrische instellingen een uniforme set van patiëntgegevens verzameld: de Minimale Psychiatrische Gegevens (MPG). Deze nationale databank moet beleidsondersteunend onderzoek toelaten. Censtat is verantwoordelijk voor de ondersteuning van de instellingen in het uitvoeren van de dataverzameling.
Organisaties: • Centrum voor Statistiek • Centrum voor Statistiek
Onderzoekers: • Marc AERTS • Herbert THIJS
Beleid voor lichamelijke opvoeding in het basisonderwijs: trajecten totlevenslang leren KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Sport- & Bewegingsbeleid
Onderzoekers: • Jan Seghers • Pascal Delheye • Evelien De Buck
Beleving van lichamelijkheid in de zorg voor vrouwelijke moslimpatiënten van Turkse en Marokkaanse afkomst: een multiperspective kwalitatieve studie in de acute zorgsetting van algemene ziekenhuizen in Vlaanderen, België KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Interfac. Centr. Biomed. Ethiek & Recht
Onderzoekers: • Chris Gastmans • Bernadette Dierckx de Casterlé • Yvonne Denier • Liesbet Degrie
Beleving van lichamelijkheid in de zorg voor vrouwelijke Moslimpatiënten van Turkse en Marokkaanse afkomst: een multiperspective kwalitatieve studie in de acute zorgsetting van algemene ziekenhuizen in Vlaanderen, België. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Interfac. Centr. Biomed. Ethiek & Recht
Onderzoekers: • Bernadette Dierckx de Casterlé • Yvonne Denier
Belgian Cystic Fibrosis registry(BMR-RBM) 2002-2004 Vrije Universiteit Brussel Abstract: Verdere uitbouw en ontwikkeling van het Belgisch Cystic Fibrosis register Organisaties: • Maatschappelijke Gezondheidszorg
Onderzoekers: • CLAUDE SEVENS • ANNE-MARIE DEPOORTER
Belgian Medical Genomics Initiative. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Gert Matthijs
Belgian Medical Genomics Initiative (BeMGI) Universiteit Gent Abstract: Het doel van het BeMGI project is om: (i) inzicht in de biologie van de ziekte te verwerven door de meest geavanceerde genomische hulpmiddelen. (ii) het voorspellen van de klinische uitkomst van genomische informatie en genomische informatie integreren in de klinische zorg in België. (iii) de voorbereiding van de volgende generatie genomics onderzoekers, het informeren van artsen en publiek. Organisaties: • Vakgroep Pediatrie en genetica
Onderzoekers: • Anne De Paepe
Belgisch Centrum voor Evidence-Based Medicine, Belgische tak van de Cochrane Collaboration. KU Leuven Abstract: Doelstelling: (1) stimuleren van de bekendheid en het toepassen van EBMin belgië; (2) het stimuleren van Cochrane aktiviteiten (systematische reviews); (3) opleiden tot de ontwikkeling van richtlijnen, validatie richtlijnen; (4) uitbouw en testen van een virtuele bibliotheek gezondheids- zorg. Organisaties: • Acad. Centr. voor Huisartsgeneeskunde
Onderzoekers: • Bert Aertgeerts • Frank Buntinx
Belgisch diabetes register : bijdrage tot een optimale behandeling van diabetespatiënten en informatie te leveren voor een preventief beleid inzake diabetes.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • DANIEL PIPELEERS
Belgische ecosysteemdiensten: een nieuwe visie voor de interacties maatschappij-natuur (BEES). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de federale overheid. UA levert aan de federale overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
Belgische precisielandbouw vanuit vogelperspectief (BELAIR HESBANIA). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de federale overheid. UA levert aan de federale overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Paul Scheunders
Belgisch medisch genomica initiatief (BeMGI). Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van het BeMGI project is een actief en ondernemend network op te starten om werk te maken van 'medical genomics'. Het network bestaat uit een aantal Belgische onderzoekers en onderzoeksgroepen die actief zijn in het domein van de menselijke genetica, en die o.a. de volgende objectieven nastreven: (i) Individuele en collaboratieve onderzoeksactiviteiten rond genetica en de pathogenese van erfelijke ziekten ondersteunen met alle mogelijke middelen die de laatste genomische technologie biedt. (ii) Een aanpak ontwikkelen die het mogelijk maakt het klinisch effect en nut van genomische informative over te brengen, door middel van het opzetten van een piloot project voor de integratie van genomica in de geneeskundige zorg in België. (iii) Zorgen dat er generatie jonge 'genomische' onderzoekers wordt opgeleid, die kunnen omgaan met deze technologie en de informatica die er bijhoort, en tegelijk zorgen dat de huidige generatie artsen en zorgverleners – en het publiek – uitleg krijgt over de mogelijkheden en beperkingen van de genomische geneeskunde. Organisaties: • Menselijke moleculaire genetica
Onderzoekers: • Wim Van Hul • Guido Van Camp
Belgisch multidisciplinair HIV onderzoek. Universiteit Antwerpen Abstract: Een gecoördineerde Belgische vertegenwoordiging van het vele HIV onderzoek op internationale congressen en andere fora blijkt niet te bestaan. Dit in tegenstelling tot naburige landen zoals Nederland. Om hieraan te remediëren zal de bestaande Klinische AIDS Research (KAR) groep, die actueel fungeert als een overleg forum tussen de Vlaamse AIDS referentiecentra, ombuigen naar een Belgisch AIDS Research Consortium (BARC). Het HIV onderzoek dat gebeurt door clinici, immunologen, moleculaire en klinische virologen, epidemiologen en sociale wetenschappers in België, zal hiermee beter in kaart worden gebracht. Het BARC zal fungeren als catalysator voor informatie naar buiten toe en zal op internationaal vlak een aanspreekpunt vormen. Op deze manier kan een kader gecreërd worden om een tweede doelstelling, namelijk het faciliteren van interacties tussen de verschillende onderzoeksgroepen, mogelijk te maken. Als derde doelstelling zullen de wetenschappelijke activiteiten op Europees niveau geoptimaliseerd worden. In 2011 worden de verschillende grote HIV patiënten cohorten (Eurosida, Euroresist, ...) samengebracht in één grote databank: eurocoord. Het BARC zal waken over de kwaliteit van de gegevens die aangereikt worden aan het Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid. Het gebruik van de gegevens dient geoptimaliseerd te worden in overleg met de afzonderlijke partners, waarbij elke partner in functie van zijn/haar expertise in een deelgebied verder onderzoek kan verrichten. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Zwi Berneman
Belgisch netwerk voor DNA barcoding. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Evolutionaire ecologie (EVECO)
Onderzoekers: • Thierry Backeljau
Belgisch netwerk voor DNA barcoding. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers:
• Ronny Blust
Belgisch onderzoek naar de microbiële diversiteit in de regio van het Princess Elisabeth Station, Antarctica Universiteit Gent Abstract: Binnen dit project zullen staalnamecampagnes georganiseerd worden met als tot doel representatieve habitats te bemonsteren die potentieel microorganismen bevatten in een straal van 200 km rond de Belgische Princess Elisabeth basis, Dronning Maud Land, Antarctica. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Wim Vyverman • Anne Willems
BELLA - Belgische cluster rond onderzoek naar lacustriene systemen in het kader van de global change problematiek Universiteit Gent Abstract: BELLA heeft tot doel een Belgisch netwerk uit te bouwen met expertise in de limnologie, en paleolinologie, rond projecten gefinancierd door het Belgisch Federaal Wetenschapsbeleid in het kader van lacustriene paleoklimaat- en milieustudies. Bovendien zal BELLA onzekerheden identificeren en onderzoeksprioriteiten vastleggen binnen de nationale en internationale onderzoeksagenda's en het onderzoek naar meren aanschouwelijker maken voor het brede publiek. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Wim Vyverman
Bemonsteren bodemmonsters vegetatieronde 2014. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van het beschrijven van de chemische toestand van bodem en vegetatie samen met de soortensamenstelling van de spontaine vegetatie is het vastleggen van de huidige situatie. Hierdoor is het mogelijk om in de toekkomst de effectivitieit van gericht beleid van het vlak van de zogenaamde "ver"-thema's (verdroging, verzuring, vermesting) te evalueren. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Rudy van Diggelen
Benadering van de oudere patiënt met kanker KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Experimentele Oncologie
Onderzoekers: • N. N. • Hans Wildiers
Bench Fee promotorschap doctoraatsstudent Tran Hong Hanh. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Following the Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) report (2007) and Nicholls's Estimation (2006), Vietnam is one of the most endangered regions in the world under the effects of climate change such as ocean warming, sea level rise, typhoons, storm surges, and others. Ca Mau province is located in the Mekong Delta of southern Vietnam where the poverty rates are estimated at 30-40% (MRC, September 2007). Ca Mau is the only province in Vietnam regulated by two conflicting tidal regimes namely the East Sea which is a large amplitude semidiurnal tide and the West Sea which is a diurnal tide of smaller amplitude. The complex saline-freshwater interaction coupled with the flat terrain and local geology open the region to the extremes (Vietnam Southern Institute for Water Resources Planning report - April 2008) as following: * Flood season with heavy rains and high tide result in flooded cultivated land and strong winds, cyclones and lightning during heavy rains, lasting from May to December. * Shortage of fresh water and devastating salinity intrusion in the dry season from the East Sea and West Sea. * Acid sulphate soils (ASS) exist in some areas of the province, which can generate highly acidic waters in the first flushes of the rainy season. * The province is susceptible to droughts and extreme dry periods, typically from December to April. Effects of droughts + more sunshine + higher temperatures + lack of fresh water + salinity intrusion + acid water generation cause forest fires which are made by dried trees and the carelessness of local people. * Tropical low-pressure systems and storms often occur from the East Sea concomitant with heavy rain, and whirlwinds from May to December. During October to December, flooding, tidal waves and extreme downpours, can also inundate some dike routes, residential areas, escalate bank erosion in coastal protective forests, and pollute drainage. * Cyclone and strong winds can cause huge waves detrimental to lives and properties in coastal areas. All these phonomena will cause the land use vulnerability in Ca Mau province. The general aim is to document, analyse and assess the vulnerability of land use/land cover in the coastal area under the context of climate change and accounting as well for other socio-economic and demographic pressure using Remote Sensing, Geographic Information System and models understanding such vulnerability essential to support the socio-economic development and contribute to sustainable environment protection. The specific objectives includes determining the relationship between the changes in space and time of human activities (land cover / land use, agriculture, forest cover, etc), of natural hazards (erosion, sedimentation, floods, droughts, etc) and of climatic parameters (temperature, humidity, evaporation, etc) in the past. Based on analysis of trend and how they ... to climate change as well as on existing climate projections, models will be developed to analyse future land use trend. Proposing the appropriate solutions of diversity land use types of the study area in order to reduce or prevent the vulnerability under the context of climate change. Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • Matthieu KERVYN DE MEERENDRE
Benchmarken van dissimilatorische nitraatreductie: focus op nitraatverdeling en productie en distikstofoxide in Firmicutes. Universiteit Gent Abstract: Twee stammen uit voorgaand onderzoek zijnin staat om te denitrificeren als dissimilatorisch nitraat te reduceren tot ammonium (DNRA). Dit project zal deze u nieke stammen gebruiken om (i) de fysico-chemische sleutelparameters voor nitraatverdeling over beide processen te identificeren (ii) uit te klaren welke pathways gebruiken worden om distikstofoxide te produceren en (iii) enkele valable hypotheses rond de ecologie van deze processen te formuleren en te testen. Organisaties: • Vakgroep Biochemie en Microbiologie
Onderzoekers: • Paul De Vos • Kim Heylen
benchmarking Nutriënten en Europese conferentie Universiteit Gent Abstract: Internationale benchmark van nutiëntenregelgeving en van innovatieve cultiveringstechnieken voor tuinbouw met betrekking tot waterbescherming met het oog op de waterkwaliteitsdoelstellingen van het Actieprogramma 2011-2014 (MAP4) en organiseren van een Europses conferentie over de nutriëntenproblematiek en de beste praktijken in de tuinbouw met betrekking tot waterbescherming. Organisaties: • Vakgroep Bodembeheer
Onderzoekers: • Stefaan De Neve
Bench top flow cytometer Universiteit Gent Abstract: In dit project maken we gebruik van flow cytometrie voor high through-put screening van interacties tussen microparticulaire vaccins and cellen van het immuunsysteem. Microparticulaire vaccin formulatie wordt aanzien als een beloftevolle formulatie strategie om brede cellulaire zowel als humorale immuunresponsen op te wekken tegen laag-immunogene recombinante antigenen. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Jean Remon • Chris Vervaet • Bruno De Geest
Benchtop microSPECT beeldvorming Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt een prototype van een Single Photon Emission Computed Tomography (SPECT) systeem voor pre-klinische beeldvorming gebouwd. UItgaande van theoretisch bewezen concepten zal een camera gebouwd worden die aan een lagere kost een verbeterde beeldkwaliteit kan opleveren. De uitkomst van dit project zal de valorisatie van dit onderzoek bespoedigen. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Stefaan Vandenberghe • Ewout Vansteenkiste • Roel Van Holen
Beneficiaire Lactobacillus interacties ter hoogte van het nasofaryngeale epitheel. Universiteit Antwerpen Abstract: Het menselijk lichaam wordt gekoloniseerd door een grote hoeveelheid micro-organismen, die collectief microbiota genoemd worden. Zij komen voor op de huid, in de oronasofaryngeale holte, in het genitaal kanaal en in de darm. Op al deze plaatsen dragen ze in belangrijke mate bij tot de gezondheid van de gastheer, door bijvoorbeeld de kolonisatie van pathogenen te verhinderen, immuunresponsen te stimuleren of de educatie van het immuunsysteem te reguleren. De interesse in de functies van de microbiota is de laatste jaren sterk toegenomen dankzij belangrijke doorbraken in 'next generation sequencing' technologieën die leidden tot de zogenaamde 'metagenoom' studies. In dit relatief nieuwe onderzoeksdomein van de microbiota, is er nog maar weinig onderzoek gedaan naar nasale en faryngeale probiotica in tegenstelling tot probiotica voor het maagdarmkanaal. Nochtans hebben zij een enorm potentieel omdat (i) momenteel infecties van de bovenste luchtwegen één van de belangrijkste redenen vormen voor antibioticavoorschriften bij kinderen en (ii) de bovenste luchtwegen beter toegankelijk zijn en bevolkt worden door een minder complexe en minder dense microbiota dan de darm. In dit doctoraatsproject zal een stapsgewijze in vitro studie uitgevoerd worden van beneficiaire Lactobacillus interacties relevant voor de bovenste luchtwegen. Hierbij zullen de volgende onderzoeksvragen behandeld worden: (i) worden lactobacillen getolereerd door cellen van de bovenste luchtwegen, (ii) kunnen we lactobacillen selecteren met inhibitorische activiteit tegen typische respiratoire pathogenen, (iii) hebben deze lactobacillen ook gunstige effecten tegen de toxische effecten van luchtvervuiling, en (iv) wat zijn de onderliggende werkingsmechanismen? Om potentiele werkingsmechanismen te onderzoeken zullen we knock-out mutanten aanmaken van lactobacillen in mogelijke probiotische factoren en deze uitgebreid fenotypisch analyseren. Deze in vitro experimenten moeten de basis vormen voor latere in vivo studies in diermodellen en klinische studies. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Sarah Lebeer • Marianne van den Broek
bentazon in grondwater Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Kristine Walraevens
Benthos, nekton en plankton van de Noordzee en hert Deltagebied. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het uiteindelijk doel van het projekt is bij te dragen tot een beter begrip van materie- en energiefluxen doorheen de verschillende kompartimenten van een ecosysteem, en meer in het bijzonder de wisselwerkingen tussen het benthos, plankton en nekton, m.i.v. de parasietengemeenschappen die in de meeste ecologische studies over het hoofd gezien worden. De aandacht zal in hoofdzaak uitgaan naar de Westerschelde hoewel observaties en metingen in de Noordzzee worden verdergezet. Een element 'systematiek' is eveneens voorzien. Organisaties: • Biologie • Hydrologie en Waterbouwkunde • Rechtsontwikkeling - Rechtsvergelijking - Europees Recht
Onderzoekers: • FRANS OLLEVIER • MAGGY VINCK • MARIE-HERMANDE DARO
Beoordeling en behandeling van longschade na hersendood KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Experimentele Thoraxheelkunde
Onderzoekers: • Geert Verleden • Dirk Van Raemdonck • Jana Somers
Beoordeling en behandeling van longschade na hersendood in muismodel. KU Leuven Abstract: Longtransplantatie is een levensreddende behandeling voor een patiënt die lijdt aan een onomkeerbare en niet met medicatie te behandelen aandoening, zoals emfyseem, plumonaire fibrose, mucoviscidose en pulmonale hypertensie. Echter, deze levensreddende behandeling wordt belemmerd door een tekort aan geschikte donororganen. Vandaag de dag zijn hersendode donoren nog altijd de grootste donorbron voor longtransplantatie. Hersendood is het gevolg van schade aan de hersenen wat leidt tot een verhoogde intracraniale druk en inklemming van de hersenstam met onomkeerbaar verlies van hersenactiviteit. Naast schadelijke effecten van hersendood op verschillende vitale organen waaronder de long, kan deze ook leiden tot een veranderende allogeniciteit van het donororgaan en een verhoging van de immuunrespons van de recipiënt. Het inflammatoire profiel na hersendood wordt gekarakteriseerd door een stijging van cytokines, chemokines en adhesie moleculen. Het doel van dit project is het bestuderen van Organisaties: • Experimentele Thoraxheelkunde
Onderzoekers: • Geert Verleden • Dirk Van Raemdonck
Beoordeling en optimalisatie van medicamenteuze therapie bij ouderen in het ziekenhuis (SENATOR studie) Universiteit Gent Abstract: In dit project willen we nagaan of we bijwerkingen van geneesmiddelen bij oudere patiënten die in het ziekenhuis opgenomen worden sneller en eenvoudiger kunnen opsporen met behulp van een door het onderzoeksteam ontwikkelde software. Daarnaast willen we criteria voor oordeelkundig voorschrijven bij ouderen toepassen om zo geneesmiddelenbijwerkingen en de gevolgen daarvan te verminderen. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Mirko Petrovic
Beoordeling van de betrokkenheid van een genetische component in the klinische expressie van de psoroptic schurft bij de belgische witblauw Universiteit Gent Abstract: Het project PSOROVIS speelt in op een verlangen van de sector van belgische witblauw geconfronteerd met een toegenomen probleem van de schurft. Het is waarschijnlijk dat het probleem een multifactoriële oorsprong heeft oa. genetisch en de omgeving zijn waarschijnlijk betrokken. een volledig epidemiologisch onderzoek zal worden uitgevoerd op bedrijfsniveau, dat het bestaan of niet-bestaan van de ziekte in kuddes zal bestuderen. Nu door verbeterde immunologische en klinische istrumenten zijn ontwikkeld om verschillende fenotypes van het dier erg gevoelig te definiëren. zullen een minimum van 1000 dieren gemonitord worden. Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie
Onderzoekers: • Edwin Claerebout
Beoordeling van het effect van een antenne op een terrein van Natura 2000 in de Brusselse regio. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds WIV . UA levert aan WIV de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Lieven Bervoets
Bepalende factoren van invasie door exotische plantensoorten in gebergte-regio's. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoeksproject heeft als doel het bepalen van factoren die de invasie van exotische plantensoorten beïnvloeden in gebergteregio's, met name in de subarctische regio rond het Zweedse veldonderzoeksstation in Abisko. Via experimentele weg zal de rol onderzocht worden van o.a. temperatuur, verstoring, en beschikbaarheid van propagulen. Het project wordt gefinancierd door het EU programma INTERACT, dat toegang faciliteert tot onderzoeksstations in de Arctis.
Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Ivan Nijs
Bepalen en voorspellen van de impact van belangrijke milieustressoren op de functies en biodiversiteit van zoetwaterecosystemen Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Erasmus Mundus - CONNEC. UA levert aan Erasmus Mundus - CONNEC de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire • Eric de Deckere
Bepalen van biologische merkers voor het selecteren van vrouwen met verhoogd risico op prematuriteit te wijten aan Ureaplasma infectie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Prematuriteit is de belangrijkste oorzaak van neonatale morbiditeit en mortaliteit. Meestal is de reden van prematuriteit niet gekend, en de huidige therapie is nog steeds gebaseerd op de reductie van fysische activiteit en het gebruik van weeënremmende middelen. Geen enkele behandeling ter preventie van vroeggeboorte is tot op heden efficiënt gebleken. Het percentage vroeggeboortes in de Westerse wereld is de voorbije 20 jaar niet afgenomen. Een betere kennis van de etiologie van prematuriteit kan leiden tot betere therapeutische schema's ter preventie van deze aandoening. Infecties uitgaande van de endogene flora van de vrouw kunnen aan de basis liggen van preterme arbeid. Ureaplasma spp. is het micro-organisme dat het frequenst voorkomt ter hoogte van de vruchtvliezenin geval van vroeggeboorte < 32 weken. Echter meer dan 40% van de zwangeren zijn gekoloniseerd t.h.v. de lagere genitale tractus. Preventieve strategieën die enkel gebaseerd zijn op een cervix kweek voor Ureaplasma zijn dus niet aangewezen. Een betere test voor predictie van prematuriteit te wijten aan infectie met dit micro-organisme zou moeten worden ontwikkeld. De bedoeling van dit project is dan ook het ontwikkelen van een serologische test voor U. spp. antilichamen en het gebruik van deze test bij zwangere vrouwen om zijn nut als een laboratorium marker voor prematuriteit te evalueren. Naast deze serologische test zal een qPCR ontwikkeld worden voor detectie en differentiatie van Ureaplasma species in de lagere genitale tractus. In een klinische evaluatie zullen we nagaan of er een correlatie is tussen het resultaat van de serologie, kweek, qPCR en zwangerschapsuitkomst. Organisaties: • Immunologie en Microbiologie
Onderzoekers: • ANNE NAESSENS
Bepalen van de maximaal en het goed ecologisch potentieel, alsook de huidige toestand voor de zeventien Vlaamse (gewestelijke) waterlichamen die vergelijkbaar zijn met de categorie meren - partim Galgenweel. Universiteit Antwerpen Abstract: Bepalen van de maximaal en het goed ecologisch potentieel, alsook de huidige toestand voor de zeventien Vlaamse (gewestelijke) waterlichamen die vergelijkbaar zijn met de categorie meren - partim Galgenweel. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
Bepalen van de onderlinge samenhang van vasculaire dysfunctie in de hersenen en het voorkomen van cerebrale amyloid neerslag gebruik makend van nieuwe onderzoeksmiddelen in Alzheimer. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is om het verloop van neurodegenerative processen in AD te bestuderen met relatie tot de optredende defecten in autoregulatie (CBF), het verlies van de cholinerg actieve neuronen en de accumulatie van Aß plakkes in verschillende muismodellen gebruik makend van in vivo beeldvorming (MRI). Tijdens deze studie zal een longitudinale opzet van experimenten het mogelijk maken om in vivo biomerkers voor detectie van een vroeg stadium van AD te ontdekken en te valideren. Deze aanpak de eerste poging zijn om op dergelijk uitgebreide wijze MR detecteerbare veranderingen longitudinaal in een grote groep muismodellen voor AD op te volgen. Organisaties: • Bio-imaging
Onderzoekers: • Greetje Vanhoutte
Bepalen van een gedetailleerde epidemologie van acute nierinsufficiënte bij intensieve zorg patiënten en evaluatie van een protocol van Early Goal Directed Therapy voor acute nierinsufficiëntie. Universiteit Gent Abstract: De eerste studie heeft als doel om een gedetailleerde epidemiologie te beschrijven van ANI bij intensieve zorg (IZ) patiënten. de 2de studie evalueert de effecten van EGDT bij IZ patiënten. Ze zal toestaan de effecten van Early en Goal Directed Therapy te differentiëren. Tevens worden de effecten op de inflammatoire repsons gemeten. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Johan Decruyenaere
Bepalen van PGRN serum waarden in Belgische frontotemporale dementie patiënten. Universiteit Antwerpen Abstract: Recent toonden we aan dat mutaties in PGRN een significant aandeel van de genetische etiologie van frontotemporale dementie (FTLD) verklaren en verder onderzoek leidde tot de identificatie van serum PGRN als potentiële biomarker voor FTLD met onderliggende PGRN pathologie. In dit project willen we deze initiële bevindingen uitbreiden en versterken door PGRN serum waarden te bepalen via ELISA in een grote groep Belgische FTLD patiënten. Organisaties:
• VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Julie van der Zee
Bepalen van regionale grondwaterstroming naar een aantal kwelgebieden in het landinrichtingsproject Grote-Netegebied Vrije Universiteit Brussel Abstract: Eén van de uitgangsdoelstellingen voor het landinrichtingsproject Grote-Netegebied betreft de ondersteuning van het integraal waterbeheer, in het bijzonder het vrijwaren van de infiltratiekwelsystemen en brongebieden. Teneinde de randvoorwaarden voor inrichtingsplannen te kunnen formuleren is de kennis van de stroombaden tussen een aantal infiltratie- en kwelgebieden noodzakelijk. Deze studie heeft tot doel om onafhankelijk in de huidige toestand op het terrein, de potenties van het gebied na te gaan m.b.t. de ontwikkeling van kwelgevoelige vegetaties en de kwelgebieden en hun ruimtelijke situering in het landschap te identificeren. Organisaties: • Hydrologie en Waterbouwkunde
Onderzoekers: • FLORIMOND DE SMEDT
Bepaling en berekening van grondwater polluent fluxen in het kader van risicobeoordeling. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds VITO. UA levert aan VITO de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Departement Biologie - overige • Duurzame energie en luchtzuivering: DUeL
Onderzoekers: • Ludo Diels • Goedele Verreydt
Bepaling en exploitatie van de microbiële diversiteit en ecologie in de Middellandse Zee voor de remediatie van polluenten Universiteit Gent Abstract: Het doel van ULIXES is om de microbiële diversiteit in de Middellandse Zee te ontrafelen, catalogeren, exploiteren en managen om remediatie van gecontamineerde mariene sites te bekomen. In dit project wil men komen tot een verzameling van pure of gemengde microbiële culturen, enzymen, biosurfactantia en andere microbiële producten die kunnen gebruikt worden voor intense bioremediatie. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Nico Boon
Bepaling en modulatie van de stamcelmigratie naar hersen- en ruggenmergletsels in een experimenteel autoimmuun encephalomyelitis muismodel. Universiteit Antwerpen Abstract: Hoewel verschillende studies functioneel herstel van letsels in het centraal zenuwstelsel (CZS) toeschrijven aan stamceltransplantatie, is er momenteel zeer weinig geweten over de eigenlijke fysiologie van getransplanteerde stamcellen. Verdere studie naar het in vivo migratiepotentieel van verschillende stamceltypes is bijgevolg noodzakelijk om stamceltherapieën te valideren en/of te verbeteren. Bijgevolg willen we in dit onderzoeksproject in eerste instantie onderzoek verrichten naar de in vivo migratiecapaciteit van BMSC en NSPC naar hersen- en ruggenmergletsels in een muismodel voor EAE, gebruikmakende van in vivo bioluminescentie- en magnetische resonantie beeldvorming en post-mortem histologische analyse. Als positieve controle voor celmigratie naar EAE letsels in het CZS zullen dezelfde beeldvormingstechnieken gebruikt worden ter opvolging van "myelin oligodendrocyte glycoprotein" (MOG)-specifieke T-cellen. Tevens zal het expressieprofiel van verschillende chemokinereceptoren en adhesiemoleculen op deze drie celtypes bepaald worden om onderliggende verschillen in migratiecapaciteit te kunnen verklaren. Als werkhypothese stellen we dat transiënte genetische modificatie van BMSC en NSPC met mRNA, coderend voor chemokinereceptoren en/of adhesiemoleculen, de migratiecapaciteit van deze cellen naar EAE letsels in het CZS kan verhogen. Organisaties: • Bio-imaging
Onderzoekers: • Anne Marie Van Der Linden • Peter Ponsaerts • Nathalie De Vocht
Bepaling PFOS, PFOA en PFNA in paling - 60 stalen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen het onderzoeksinstituut Universiteit Antwerpen enerzijds, en INBO anderzijds. UAntwerpen levert aan INBO de onderzoeksresultaten naar "Bepaling PFOS, PFOA en PFNA in paling - 60 stalen" onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Lieven Bervoets
Bepaling van actieve biomechanische eigenschappen van middenoorspieren Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is het integreren van de biomechanische activiteit van de middenoorspieren in een eindige elementenmodel van het menselijke middenoor, wat verwaarloosd werd in modellen tot op heden. De middenoorspieren hebben een belangrijke functie in de bescherming van het binnenoor tegen de blootstelling aan hoge geluidsdrukken. Om de middenoorspieren te modelleren is het zeer belangrijk om hun exacte (visco)elastische parameters te kennen en de krachten die ze kunnen produceren. Een uiterst gevoelige meetopstelling is noodzakelijk om deze parameters te verkrijgen. Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers:
• Johan Aerts
Bepaling van de biologische controle op de vrijstelling van Si in bovenstroomse ecosystemen. Universiteit Antwerpen Abstract: Antropogene wijzigingen in landgebruik haddengedurende de laatste millenia een sterke invloed hadden op het voorkomen van biota en op bodemvorming. Wijzigingen in landgebruik kunnen een sterk effect hebben op de export van koolstof, stikstof en verweringsproducten. De schrale kennis van de biologische component in de Si biogeochemie genereert een uitdaging om het effect van dit gewijzigde landgebruik op de Si cyclus te voorspellen. Doel van het project is om dit fundamenteel kennishiaat op te vullen. We willen meer inzicht krijgen in hoe de siliciumcyclus wordt beïnvloed door menselijk ingrijpen in een rivierbekken met een gematigd klimaat. Dit willen we bereiken via een gedetailleerde en geïntegreerde analyse van siliciumvoorraden, 'pathways', fluxen en omzettingen, met gebruik van geavanceerde analysetechnieken. In deze context is het scheldebekken extra interessant omdat het hogere Dsi concentraties heeft dan andere systemen wereldwijd, en dit is potentieel gelinkt aan menselijke invloed. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire • Eric Struyf
Bepaling van de doelgroepen die prioriteit moeten krijgen voor seizoensgebonden influenza vaccinatie - deel I. Universiteit Antwerpen Abstract: Bepaling van de doelgroepen die prioriteit moeten krijgen voor seizoensgebonden influenza vaccinatie - deel I. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Philippe Beutels
Bepaling van de genoomsequentie van de azijnzuurbacterie Acetobacter pasteurianus 368B afkomstig van het cacaoboonfermentatieproces. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Artisanaal gefermenteerde levensmiddelen kennen de laatste jaren een verhoogde interesse, zowel vanuit het kamp van de consument als vanuit de wetenschap. Deze interesse houdt verband met de grote verscheidenheid aan smaak en aroma, textuur en verlengde houdbaarheid van dergelijke levensmiddelen. Deze eigenschappen zijn vooral toe te schrijven aan de aanwezigheid van melkzuurbacteriën (MZB) en azijnzuurbacteriën (AZB). Recent onderzoek naar de biodiversiteit van het cacaoboonfermentatieproces toont aan dat slechts enkele species in belangrijke mate een bijdrage leveren aan de fermentatie, waaronder de MZB Lactobacillus plantarum en Lactobacillus fermentum en de AZB Acetobacter pasteurianus. Dit project heeft tot doel om de eerste genoomsequentie van het genus Acetobacter te bapelen, meer bepaald van A. pasteurianus 386B, een eigen, natuurlijk isolaat afkomstig van een spontaan cacaoboonfermentatieproces in Ghana. Hiertoe zal gebruik gemaakt worden van een combinatie van een innovatieve sequentiemethode ontwikkeld door 454 Life Sciences en de klassieke Sanger-sequentiemethode. De genoomsequentie biedt een unieke opportuniteit om het genetisch potentieel te ontrafelen en zo een beter beeld te krijgen van de functionaliteit en competitiviteit van A. pasteurianus in complexe ecosystemen. Op basis van de genoomsequentie zal een AZB-microrooster ontwikkeld worden, wat een uniek en waardevol onderzoeksinstrument zal zijn om de genexpressie te bestuderen in complexe AZB-ecosystemen. Hierdoor zullen we een beter beeld krijgen van de biodiversiteit, het metabolisme en de ecologie van AZB in artisanaal gefermenteerde levensmiddelen, de productie van fijnchemicaliën en voedselbederf. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • STEFAN WECKX
Bepaling van de genoomsequentie van de azijnzuurbacterie Acetobacter pasteurianus 386B als basis voor het ontrafelen van de functionele rol van azijnzuurbacteriën tijdens het cacaoboonfermentatieproces Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project heeft tot doel om één van de eerste genoomsequenties te bepalen binnen het genus Acetobacter, meer bepaald van A. pasteurianus 386B, een eigen natuurlijk isolaat afkomstig van een spontaan cacaoboonhoopfermentatieproces in Ghana. Hierbij zal een combinatie van twee sequentiemethoden toegepast worden: een innovatieve methode ontwikkeld door 454 Life Sciences/Roche (Margulies et al., 2005; http://www.454.com), die gebaseerd is op pyrosequenering, en de klassieke Sanger-sequentiemethode. De uiteindelijke doelstelling is immers de functionaliteit van AZB in complexe ecosystemen te ontrafelen door middel van genoomanalyse en microroosters te ontwikkelen als hulpmiddel om de genexpressie te bestuderen. De genoomsequentie vormt de basis voor annotatie door middel van een vergelijking ten opzichte van publiek beschikbare data en door toepassing van predictiealgoritmen. Op deze manier zal het genetisch potentieel van de bacterie nagegaan worden, wat belangrijk is bij eventuele toepassing in industriële processen. Met deze informatie zal het metabolisme in kaart gebracht worden en kunnen specifieke pathways aangetoond worden, bijvoorbeeld welke mechanismen aan de basis liggen van de competitiviteit van A. pasteurianus in het spontane cacaoboonfermentatieproces. Voorts kan op basis hiervan het gebruik van substraten voorspeld worden, alsook de mogelijkheid om negatieve eigenschappen te vertonen, zoals antibioticumresistentie en de aanmaak van virulentiefactoren. De eiwitproducerende genen zullen de basis vormen voor de in-silico ontwikkeling van oligonucleotiden, die na een grondige validatie gebruikt kunnen worden om het eerste AZBmicrorooster te maken, dat zal gebruikt worden om de genexpressie van AZB in complexe ecosystemen te bestuderen. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • STEFAN WECKX • Luc DE VUYST
Bepaling van de reproduceerbaarheid van verschillende testen voor evaluatie van het glomerulair filtererend vermogen bij de gezonde kat Universiteit Gent Abstract: Bij jong volwassenen en oude katten met een normale nierfunctie wordt de reproduceerbaarheid nagegaan van de plasma creatinineiohexol clearance test en van renale scintigrafie met gebruik van Technetium--99m gelabeled 2,3-dimercapto-succinicacid (DMSA). Organisaties: • Vakgroep Geneeskunde en klinische biologie van de kleine huisdieren
Onderzoekers: • Sylvie Daminet
Bepaling van de subunit samenstelling en architectuur van supramoleculaire en biologische complexen met massaspectrometrie gekoppeld aan ion-mobiliteit spectroscopie en aanverwante technieken. Universiteit Antwerpen Abstract: Voor de karakterisatie van intacte supramoleculaire systemen, in het bijzonder niet-covalente complexen van biomoleculen (proteïnen, DNA/RNA en liganden), ontwikkelen en gebruiken wij nieuwe methoden gebaseerd op zachte ionisatie technieken zoals electrospray en laser desorptie, gekoppeld aan massaspectrometrie en ion-mobiliteit spectrometrie. Intensieve samenwerking met collega's in Biochemie chemie staan in het vooruitzicht. Organisaties: • Biomolecular & Analytical Mass Spectrometry (BAMS)
Onderzoekers: • Frank Sobott
Bepaling van de veiligheid en het kolonisatiepotentieel van goed-gekarakteriseerde probiotische stammen in ZuidAfrikaanse vrouwen met een gezonde en verstoorde vaginale microflora Universiteit Gent Abstract: Veranderingen in het vaginale microbioom dragen bij tot het risico op vroeggeboorte, tot een verhoogde transmissie van seksueel overdraagbare aandoeningen en tot een verhoogde overdracht van het AIDS-virus van moeder naar kind. Toediening van probiotische vaginale bacteriën zal in de toekomst mogelijk leiden tot belangrijke interventie strategieën. In dit project zal door middel van moleculaire technieken nagegaan worden hoe probiotische kiemen de vaginale ecologie kunnen beïnvloeden. Organisaties: • Vakgroep Klinische biologie, microbiologie en immunologie
Onderzoekers: • Marleen Temmerman
Bepaling van internal loading van het water van de vijvers met nutriënten vanuit de sedimenten. Caractérisation du relarguage de nutriments (azote et phosphore) dans l'eau des étangs par les vases. VERLENGING: mise enplace d'un outil intégré de monit... Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bepaling van internal loading van het water van de vijvers met nutriënten vanuit de sedimenten. Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • LUDWIG TRIEST
Bepaling van multicomponent synergetische effecten in microporeuze kristallijne katalysatoren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tijdens vorig werk op synzymes (o.a.cytochroom P450 mimic in zeoliet y ingebouwd) werd aangetoond dat adsorptieeffecten in sterke mate de kinetiek van omzettingen bepalen. Meer nog, lnspectie van een aantal systemen toont dat multicomponent reacties vaak totaal andere selectiviteiten vertonen dan verwacht uit proeven met afzonderlijke reagentia. Een aantal type systemen wordt onderzocht door: - batch en continue reacties - adsorptiemetingen - moleculaire modellering. Er zal een methode worden ontwikkeld om het gedrag van de sysbemen te voorspellen met zo weinig mogelijk metingen van adsorptie en reactie. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • GINO BARON • GERT DESMET
Bepaling van objectieve welzijnsindicatoren voor reptielen en amfibieën in gevangenschap. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project zal worden nagegaan aan de hand van welke objectieve criteria de stress-toestand van amfibieën en reptielen in gevangenschap en op het terrein kan bepaald worden. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Raoul Van Damme
Bepaling van onzekerheden in modelprojecties van het klimaat en het zeeniveau op lange termijn (Assessment of modelling uncertainties in long-term climate and sea level change projections.(ASTER) (Fase I) en (Fase II) Vrije Universiteit Brussel Abstract: It is crucial for policymakers to take into account the full range of potential future climate and sea level changes. Nevertheless, they are usually faced with different scenarios without a clear understanding of the reasons for discrepancies among them and without knowing if surprises, which are not accounted for in the available projections, are possible or very unlikely. Here, we propose to assess in a clear and objective way the range of climate and sea level change projections over the next few millennia associated with both model and forcing uncertainties using LOVECLIM, a global three-dimensional Earth system model of intermediate complexity. This project, named ASTER, gathers three Belgian teams that have expertise in atmosphere, ocean and sea ice modelling (UCL-ASTR), ice sheet and glacier modelling (VUB-DGGF), and carbon cycle modelling (ULg-LPAP). The research activities of these teams are well embedded in European and international research programmes or networks. One of the strengths of this consortium is the perfect complementarity between and integration of the three partners, thanks to common work carried out in successful previous projects. In ASTER, the three groups will have to perform simulations with the fully coupled model, each one focusing on a different time period. On the other hand, each group will be deeply involved in the analysis of all simulations, providing its own expertise. This should allow a better understanding of the large-scale physical and biogeochemical processes and feedbacks acting within the Earth's climate system. First, LOVECLIM will be upgraded and two new components will be added: a three-dimensional thermomechanical model of the ice sheets that were present in the Northern Hemisphere during the early Holocene and a model of diagenetic processes in deep-sea sediments. Then, some key parameters of the coupled model will be varied in order to construct about 30 model versions leading to very different climate, sea level and atmospheric CO2 concentration responses to changes in forcing. For each version, a long control simulation and idealised perturbation experiments will be conducted in order to get precise information on the model behaviour. This will allow, in particular, understanding why the different model versions respond differently to forcing changes. These ~30 model versions will then be utilised to carry out transient simulations over the whole Holocene (i.e., the last 10,000 years), the period around 8.2 kyr before present (BP), which was characterized by an abrupt climate change, and the last millennium. For assessing the likelihood of
future abrupt climate change, the 8.2 kyr cold event is potentially one of the most relevant episodes in paleoclimate so far analysed. It therefore constitutes an excellent test case for models. On the other hand, the last millennium is the time period for which we have the best estimates of forcing (although large uncertainties still exist) and the best climate reconstructions. The results of all these simulations will be thoroughly compared with the available observational and proxy data to check if the different model versions are able to reproduce the independently reconstructed variability and changes. The versions that successfully pass this test will be employed to perform simulations of the long-term (millennial scale) evolution of climate and sea level in response to various future CO2 emission scenarios. All those projections could be considered as reasonable as the model versions, which will have produced them, will have been able to reproduce the past evolution of climate at the same time-scale. A comprehensive analysis of the model results will get some insight into the factors responsible for the different model behaviours. The major outcome of ASTER will thus be a full range of possible long-term scenarios of climate and sea level changes, and an assessment of their likelihood. A particular attention will be paid to the possibility of abrupt or irreversible climate changes involving the North Atlantic meridional overturning circulation, the Greenland and/or Antarctic ice sheets and the carbon cycle. Furthermore, the simulations carried out over the last 10,000 years will provide some very useful information that will help us to answer some of the key scientific questions regarding the past evolution of the climate system. Throughout the project, our analysis will mainly focus on the North Atlantic, European and polar areas. Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • PHILIPPE HUYBRECHTS
Bereiding en biologische evaluatie van metalloproteinase en urokinase inhibitoren als potentiële inhibitoren van het angiogenese- en metastase proces. Universiteit Antwerpen Abstract: Angiogenese is een fundamenteel proces in reproductie en wondheling. Onder deze omstandigheden is neovascularisatie strict gereguleerd. Ongecontroleerde angiogenese is echter verantwoordelijk voor vaste tumorgroei en metastase. Daarom beschouwt men de inhibitie van angiogenese als één van de meest belovende strategieën voor de ontwikkeling van nieuwe antitumorale geneesmiddelen. Er werden gedurende de laatste 20 jaar verschillende angiogenese factoren geïdentificeerd. De meeste van hen zijn echter weinig specifiek. Daarentegen zijn urokinase-type plasminogeen activator en enkele leden van de matrix metalloprotease (MMP) familie wel selectieve angiogenese inducers en dus excellente doelwitten voor het ontwerp van nieuwe geneesmiddelen. Urokinase is een serine protease. Verbindingen met een difenyl aminofosfonaat tripeptide structuur zijn potentiële inhibitoren. Deze verbindingen worden gekenmerkt door een guanidine of amidine groep. Een reeks van verbindingen zal gesynthetiseerd worden, waarbij gezocht zal worden naar de optimale guanidine-amidine structuur binnen de reeks van de difenyl aminofosfonaat tripeptiden. MMP's zijn zink proteasen, en de meeste inhibitoren bevatten een hydroxamaat groep als zink binder. Wij zullen de ?-ketofosfonaat groep gebruiken als potentieel inhiberende functie. De pseudopeptide structuur zal afgeleid worden van de bekende hydroxamaat inhibitoren die selectief zijn voor MMP2 en MMP9 en die beide betrokken zijn in het angiogenese proces. Er zullen ook verschillende cyclopeptiden gesynthetiseerd worden als inhibitoren voor MMP2 en MMP9. Organisaties: • Medicinale chemie (UAMC)
Onderzoekers: • Achiel Haemers • Koen Augustyns • Jurgen Joossens
Bereiding van water-oplosbare organotinverbindingen en studie van hun interactie met mono- en oligonucleotiden. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het project stelt zich tot doel om 2D NMR-technieken en verre FTIR spectroscopie te combineren om een beter inzicht te verwerven zowel in de structuur van water oplosbare organotinverbindingen - onontbeerlijk voor een realistische ontwikkeling in potentiële anti-tumor drug in klinische toepassingen - als in de aard van de interacties die deze verbindingen aangaan met doelmoleculen in het biologisch midden. Derhalve omvat dit project twee luiken: 1) de bereiding en karakterisering van verschillende reeksen water-oplosbare organotinverbindingen. 2) de studie van hun interactie met mono- en oligonucleotiden. Organisaties: • Hoge Resolutie NMR Centrum
Onderzoekers: • MARCEL GIELEN
Berekening en ontwikkeling van indicatoren voor Biociden Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is het nagaan van de precisie en accuraatheid van bestaande methoden (vb. Nys' algorithme voor type-18 biociden) en het ontwikkelen van nieuwe methoden (vb. risico-indicatoren voor type 8 en 18 biociden) om op die manier een inschatting te kunnen maken van de impact van het gebruik van biociden op mens en milieu. Organisaties: • Vakgroep Gewasbescherming
Onderzoekers: • Walter Steurbaut
Beschermende effecten van Zuid-Afrikaanse planten op mycotoxine-geïnduceerde mutageniciteit en toxiciteit. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds VLIR. UA levert aan VLIR de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)
Onderzoekers: • Luc Pieters • Sandra Apers
Beschermend effect van het extracellulaire matrix eiwit 1 (ECM1) tegen beschadiging van de basale membraan van de huid: proof of concept. Universiteit Antwerpen Abstract: Het extracellulaire matrix eiwit 1 (ECM1) werd voor het eerst in het laboratorium voor Moleculaire Biotechnologie (UA) geïdentificeerd in 1994. Experimenteel werk van onze onderzoeksgroep en andere heeft aangetoond dat ECM1 betrokken is bij intrinsieke en extrinsieke veroudering van de huid. Het doel van dit project is om het beschermende effect van ECM1 op huidveroudering, fotoveroudering en littekenvorming (na
verwonding) na te gaan gebruik makend van een in vitro model en transgene muizen (Ecm1 +/- heterozygoten en Ecm1 overexpresserende muizen). Organisaties: • Moleculaire biotechnologie
Onderzoekers: • Joseph Merregaert
Beschermende gastro-intestinale effecten van melkvetglobulemembraan (MVGM)-glycoproteïnen Universiteit Gent Abstract: Melkvetglobulemembraan(MVGM)-glycoproteïnen zijn gekend om hun beschermende effecten tegen de binding van ziekteverwekkende bacteriën aan de mucosa van het maag-darm kanaal. In deze studie werden fracties van MVGM-glycoproteïnen geïsoleerd en deze werden getest op hun capaciteit om adhesie van bacteriën aan een mucuslaag te voorkomen. Daarnaast werden de effecten van de fracties op de microbiële gemeenschap in het colon getest. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • John Van Camp
Beschermende gastro-intestinale effecten van melkvetglobulemembraan (MVGM)-glycoproteïnen. Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van dit project is het bekomen van een reeks goed gekarakteriseerde fracties, aangerijkt met MVGM-glycoproteïnen, die potentieel kunnen gebruikt worden tegen H. pylori omwille van hun anti-adhesie en/of antimicrobiële effecten. Hierbij aansluitend zullen deze fracties eveneens gekarakteriseerd worden met betrekking tot hun resistentie tegen gastro-intestinale vertering en, in het geval van een lage verteerbaarheid, met betrekking tot mogelijke effecten op de samenstelling en bioactiviteit van de microbiota in de dikke darm. Organisaties: • Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)
Onderzoekers: • Louis Maes • Paul F R C M Cos
Beschermingsduur na hepatitis B vaccinatie: uitgebreide statistische modellering van lange-termijn opvolggegevens, mogelijke beïnvloedende factoren en het verband tussen humoraal en cellulair immuunantwoord. Universiteit Antwerpen Abstract: Beschermingsduur na hepatitis B vaccinatie: uitgebreide statistische modellering van lange-termijn opvolggegevens, mogelijke beïnvloedende factoren en het verband tussen humoraal en cellulair immuunantwoord. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Pierre Van Damme • Koen Van Herck
Bescherming tegen influenza A en modulering van antigenpresentatie door matrix eiwit 2 ectodomein-specifieke antistoffen. Universiteit Gent Abstract: Matrix eiwit 2 ectodomein-specifieke antistoffen beschermen tegen ziekte veroorzaakt door influenza A virus infectie. Deze bescherming dempt de virureplicatie significant maar verhindert ze niet. In dit project zal worden onderzocht in welke mate en op welke manier deze immuniteit de antigenpresentatie en het adaptieve immuunantwoord volgend op een virale infectie, wijzigt. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Xavier Saelens
Bescherming van de Europese bevolking tegen aneugene chemicaliën Vrije Universiteit Brussel Abstract: effecten en gezondheidsproblemen ten gevolge van blootstelling aan chemische aneugenen. Gedetailleerde dosis-respons curves zullen bekomen worden voor een geselecteerde waaier aneugene chemicaliën in modelsystemen gaande van in vitro celkulturen, knaagdier beenmerg, periferale bloedcellen, en darmepitheelcellen tot mannelijke en vrouwelijke germinale cellen van knaagdieren. Deze responscurves zullen gebruikt worden om kwantitatieve en kwalitatieve relaties te bepalen tussen de niveaus van de testsystemen om criteria te bepalen voor de verificatie van aan- of afwezigheid van drempelwaarden van activiteit. Modifiërende factoren zullen worden geëvalueerd en biomerkers van aneugenblootstelling in de menselijke populatie zullen worden ontwikkeld. Het project heeft tot doel: - de relatie te bepalen tussen de activiteit van aneugene chemicaliën in vitro en in vivo in somatische en germinale cellen, - het evalueren van de aan- of afwezigheid van drempelwaarden voor de activiteit van aneugene chemicaliënen de factoren die de activiteit van aneugene chemicaliën zouden kunnen beïnvloeden, - het bepalen van de gevoeligheid van individuele menselijke chromosomen voor aneugenblootstelling en het ontwikkelen van gepaste biomerkers van blootstelling, - het gebruik van de gegevens gegenereerd in dit project om aanbevelingen te ontwikkelen alsook een model om aneugene chemicaliën te evalueren en te classificeren. Het praktisch werk houdt in: - de generatie van dosis-respons curves voor een geselecteerde waaier aneugene chemicaliën gebruik makend van in vitro modellen van somatische cellen (beenmerg, perifeer bloed, darmepitheel) en van mannelijke en vrouwelijke germinale cellen van knaagdieren, - bepaling van de invloed van modifiërende factoren, door de analyse van de invloed van de celcyclus-checkpoint-genen, knaagdier-metabolisme en chemische distributie, en apoptotische en necrotische respons ten gevolge van aneugenblootstelling, - bepaling van vergelijkende gevoeligheden van individuele menselijke chromosomen voor aneugenblootstelling in celkulturen en vergelijking met aneuploidie in weefselstalen van menselijke populaties blootgesteld aan aneugenen. Deze informatie zal gebruikt worden om het gebruik van specifieke chromosomen als biomerkers van blootstelling te bepalen, - ontwikkeling van analytische methoden om geïnduceerde aneuploidie te bestuderen, alsook om de aan- of afwezigheid van drempelwaarden voor activiteit te bepalen, en om de relatieve sigificantie te evalueren van de gegevens die in vitro en in vivo werden gegenereerd.
Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • MICHELINE VOLDERS
Bescherming van de Europese populatie tegen aneugene chemicaliën. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het project betreft basisonderzoek, potentieel medische effecten en gezondheidsproblemen ten gevolge van blootstelling aan chemische aneugenen. Gedetailleerde dosis-respons curves zullen bekomen worden voor een geselecteerde waaier aneugene chemicaliën in modelsystemen gaande van in vitro celkulturen, knaagdier beenmerg, periferale bloedcellen, en darmepitheelcellen tot mannelijke en vrouwelijke germinale cellen van knaagdieren. Deze responscurves zullen gebruikt worden om kwantitatieve en kwalitatieve relaties te bepalen tussen de niveaus van de testsystemen om criteria te bepalen voor de verificatie van aan- of afwezigheid van drempelwaarden van activiteit. Modifiërende factoren zullen worden geëvalueerd en biomerkers van aneugenblootstelling in de menselijke populatie zullen worden ontwikkeld. Het project heeft tot doel: - de relatie te bepalen tussen de activiteit van aneugene chemicaliën in vitro en in vivo in somatische en germinale cellen, - het evalueren van de aan- of afwezigheid van drempelwaarden voor de activiteit van aneugene chemicaliënen de factoren die de activiteit van aneugene chemicaliën zouden kunnen beïnvloeden, - het bepalen van de gevoeligheid van individuele menselijke chromosomen voor aneugenblootstelling en het ontwikkelen van gepaste biomerkers van blootstelling, - het gebruik van de gegevens gegenereerd in dit project om aanbevelingen te ontwikkelen alsook een model om aneugene chemicaliën te evalueren en te classificeren. Het praktisch werk houdt in: - de generatie van dosis-respons curves voor een geselecteerde waaier aneugene chemicaliën gebruik makend van in vitro modellen van somatische cellen (beenmerg, perifeer bloed, darmepitheel) en van mannelijke en vrouwelijke germinale cellen van knaagdieren, - bepaling van de invloed van modifiërende factoren, door de analyse van de invloed van de celcyclus-checkpoint-genen, knaagdier-metabolisme en chemische distributie, en apoptotische en necrotische respons ten gevolge van aneugenblootstelling, - bepaling van vergelijkende gevoeligheden van individuele menselijke chromosomen voor aneugenblootstelling in celkulturen en vergelijking met aneuploidie in weefselstalen van menselijke populaties blootgesteld aan aneugenen. Deze informatie zal gebruikt worden om het gebruik van specifieke chromosomen als biomerkers van blootstelling te bepalen, - ontwikkeling van analytische methoden om geïnduceerde aneuploidie te bestuderen, alsook om de aan- of afwezigheid van drempelwaarden voor activiteit te bepalen, en om de relatieve sigificantie te evalueren van de gegevens die in vitro en in vivo werden gegenereerd. Organisaties: • Cellulaire Genetica
Onderzoekers: • MICHELINE VOLDERS
Bescherming van vleeskuikens tegen een breed spectrum van Salmonella serotypes door toepassing van kolonisatieinhibitie met gedefinieerde levend verzwakte stammen. Universiteit Gent Abstract: Het doel van het project is om levende verzwakte Salmonella stammen aan te maken, die na orale toediening vleeskippen beschermen tegen kolonisatie met Salmonella. De aanmaak van deze kolonisatie-inhibitie (CI) stammen gebeurt door mutaties in het genoom te introduceren waardoor deze stammen niet langer kunnen persisteren in de vleeskippen, terwijl bescherming tegen kolonisatie behouden blijft. Organisaties: • Vakgroep Pathologie, bacteriologie en pluimveeziekten
Onderzoekers: • Filip Van Immerseel
Beschrijving van modellen van medebeheer van buurt- en wijkgroen i.e. Nieuwe handleiding op de handleiding "Het park met iedereen. Ideeënboek voor particiaptie in groen". Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het plannen, inrichten en beheren van openbaar groen wordt steeds meer een sociaal gebeuren, waarbij een brede waaier van parkbezoekers, omwonenden, lokale verenigingen,... actief worden betrokken. Centraal in deze aanpak staan het luisteren naar mensen, het uitwisselen met hen van kennis en ervaringen, het samen denken en werken in het groen. Anderzijds zien we dat ook het groen meer divers wordt. Naast de traditionele parken en plantsoenen, zijn er nu buurttuinen, kinderboerderijen, educatieve schooltuinen,... Deze nieuwe diversiteit in (semi)openbaar groen houdt nieuwe kansen in voor een veelheid aan vormen van publieke betrokkenheid. Allerlei creatieve ideeën kunnen ontstaan, vaardigheden worden benut en vrouw- en mankracht worden ingezet om zorg te dragen voor dit groen en om de weldoende effecten ervan te optimaliseren. Het is vanuit onze ervaring met de praktijk dat wij hebben getracht om van het Ideeënboek een houvast en inspiratiebron te maken voor een aanpak van publieke betrokkenheid waar zowel de gebruiker als het groen zelf wel bij varen. Dit Ideeënboek kadert binnen de visie 'Harmonisch Park- en Groenbeheer', ontwikkeld door de afdeling Bos & Groen van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Als dusdanig zal het Ideeënboek deel uitmaken van het 'Vademecum Beheerplanning' dat wordt voorbereid en dat in het najaar 2003 ter beschikking van de park- en groenbeheerder zal worden gesteld. Dat Vademecum zal een belangrijke stap voorwaarts betekenen om de theoretische principes van het Harmonisch Park- en Groenbeheer effectief toe te passen op het terrein. Het Ideeënboek begint met een kort beschouwend deel waarin wordt stilgestaan bij het 'waarom' van participatie, waarna wordt geconcentreerd op een aantal vragen rond organisatie en inhoud. Het zijn vragen over 'wie', 'waar', 'wanneer' en 'wat', die dus slaan op een aantal algemene ideeën voor aanpak en hun consequenties in de praktijk. De volgende onderdelen van het Ideeënboek zijn volledig praktisch opgevat en bestaan uit een beschrijving van een aantal uitgeteste scenario's, methoden en technieken. Ze kunnen elk apart een inspiratiebron zijn voor hen die direct aan de slag willen. Door ze op een creatieve manier met elkaar te combineren in een participatieve aanpak op de lange termijn, wordt het Harmonisch Park- en Groenbeheer een leerproces tezamen met alle betrokkenen. Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • David PROOT • LUC HENS • ANN VAN HERZELE
Beslissingen tot beperking van therapie op ziekenhuisniveau Universiteit Gent Abstract: De toenemende technische mogelijkheden om het leven te verlengen, confronteren patiënt en hulpverleners met de zinvolheid van bepaalde therapieën. Dit project wil het aantal therapiebeperkende beslissingen evenals de factoren die een rol spelen in het tot stand komen ervan, in kaart brengen. Specifieke aandacht zal gaan naar deze factoren die hulpverleners ervan weerhouden om tijdig therapiebeperkende handelingen af te spreken. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Nele Van Den Noortgate
Beslissingen van artsen rond het levenseinde bij pasgeborenen en zuigelingen. Een empirisch onderzoek aan de hand van een bevraging van artsen in Vlaanderen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dt onderzoek dient na te gaan welke medische besluitvorming voorafgaat aan het overlijden van pasgeboren en zuigelingen tijdens het eerste levensjaar. Tevens worden een aantal bio-ethische 'zorgvuldigheidscriteria' van deze besluitvorming onderzocht : intentie van de behandelende arts, overleg met de ouders, consultatie van collega's, enz,.. Volgende onderzoeksvragen staan daarbij centraal: 1.Wat is de frequentie van de verschillende medische beslissingen rond het levenseinde bij pasgeborenen en zuigelingen ? 2. Met welke zorgvuldigheid worden medische beslissingen rond het levenseinde bij pasgeborenen en zuigelingen genomen ? 3.Sociologisch profiel van de betrokken actoren ? Methode : de gegevens worden verzameld via twee methodes. Enerzijds een schriftelijke enquête onder de artsen die in Vlaanderen in een periode van 1 jaar een overlijdensattest van een -1 jarige hebben ondertekend. Anderzijds zullen aanvullende gegevens worden verzameld via mondelinge interviews bij een representatieve steekproef van de betrokken artsen. Voor het sterfgevallenonderzoek werd reeds in het kader van het FWO-onderzoek een positief advies van de Orde der Geneesheren en de samenwerking van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap bekomen. Organisaties: • Zorg rond het levenseinde • Pediatrie
Onderzoekers: • YVAN VANDENPLAS • LUC DELIENS • VEERLE PROVOOST
Beslissingen van patiënten over de bestemming van hun ingevroren embryo's. Universiteit Gent Abstract: Onderzoek naar de beslissingen van patiënten over hun ingevroren embryo's (vernietiging, donatie aan derden, donatie aan de wetenschap), bestaande uit een kwalitatieve studie op basis van diepte-interviews met patiënten, een postenquête bij patiënten voor wie minimum gedurende twee jaar embryo's werden bewaard, en een registratiestudie van de beslissingen van patiënten in het Departement Reproductieve Geneeskunde, UZ Gent. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Guido Pennings
Besluitvorming in kritische medische situaties in het ziekenhuis binnen de context van een toenemende multiculturele (patienten/naasten en hulpverleners) populatie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Zorgverleners worden vaak geconfronteerd met kritische medische beslissingen waarbij beslissingen moeten genomen worden over leven en dood. Dit vindt meer en meer plaats in een multiculturele omgeving. Tot nu toe is hier nauwelijks onderzoek naar gedaan. Het doel van deze studie is om te beschrijven om welke manier dergelijke beslissingen genomen worden. Deze studie wordt uitgevoerd in een setting met patienten met chronische aandoening en met acute aandoening. Data worden verzameld dmv een etnografisch onderzoek. Organisaties: • Kritische Zorgen • Maatschappelijke Gezondheidszorg • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • LUC HUYGHENS • JOHAN BILSEN • REGINALD DESCHEPPER • WILLEM DISTELMANS
Beste landbouwpraktijken van teelten in combinatie met nateelten/vanggewassen Universiteit Gent Abstract: Het gebruik van vanggewassen is een agromilieumaatregel die tot doel heeft de verliezen van stikstof na een bepaalde teelt (in casu graangewassen) te verminderen in vergelijking met een teelt die niet door een vangewas wordt gevolgd. Bij toediening van een bijkomende bemesting op de graanstoppel moet het dus zo zijn dat de N-verliezen door uitspoeling kleiner zijn dan bij een (onbemeste) graanstoppel die niet gevolgd wordt door een vanggewas. Bovendien mogen de verliezen niet significant groter zijn dan bij een graanstoppel gevolgd door een nietbemest vanggewas. De onderzoeksvraag vanuit VLM is dus in eerste instantie of een bemesting op de graanstoppel, gevolgd door een vanggewas, mogelijk is binnen deze randvoorwaarden, en hoe groot deze bemesting dan kan zijn. Aangezien deze bemesting op de stoppel momenteel begrepen is in de totale bemestingsnorm voor het graangewas is het noodzakelijk een globale evaluatie van de bemestingsnorm uit te voeren. Bijkomend moet nagegaan worden wat de effecten zijn van het inbrengen van het vanggewas, met bijkomende bemesting, op de opbouw van organische (kool)stof in de bodem. Binnen de steeds strenger wordende bemestingsnormen in Vlaanderen is het behoud of de opbouw van bodem
organische stof (BOS) immers een zeer grote bezorgdheid. Het doel van het voorliggende onderzoeksproject is om via een combinatie van een literatuurstudie, vroegere proefveldgegevens, gerichte veldproeven, incubatieproeven en modellering binnen een strikt tijdskader een onderbouwd antwoord te geven op deze vragen. Een expliciet doel is het dusdanig opzetten van de proeven en modelsimulaties dat publicatie van (minstens een deel van) de resultaten in internationale peer-review tijdschriften mogelijk is tegen eind 2013. De toetsing van dit onderzoek aan internationale wetenschappelijke expertkennis via dergelijke publicaties zal immers één van de sterkste argumenten zijn om de DG Environment van de EC te overtuigen van de degelijkheid van het gevoerde onderzoek. Eventueel kunnen leden van het consortium de resultaten van dit onderzoek mee gaan verdedigen bij de DG Environment; op dergelijk moment kan de wetenschappelijke expertise van het consortium doorslaggevend zijn. Organisaties: • Vakgroep Bodembeheer
Onderzoekers: • Stefaan De Neve
Bestelbrief: Review editor voor hoofdstuk 4 : Observations - Cryopshere. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ondersteuning voor de aanstelling tot Review Editor voor hoofdstuk 4 (Observations: Cryosphere) van het Vijfde Assessment Report van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC AR5). Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • PHILIPPE HUYBRECHTS
Bestrijden van bederf door beheersing van de specifieke microbiota van verpakte kwaliteitskookham door middel van bioprotectieve culturen, combinaties van alternatieve natuurlijke bewaarmiddelen en een geoptimaliseerde thermische processing. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De hoofddoelstelling van het project is om te komen tot een verbeterde bewaarbaarheid van versneden kwaliteitskookham, verpakt onder gemodificeerde atmosfeer en bewaard in de koelketen, via een betere beheersing van de hammicrobiota. Gebaseerd op de eerder bepaalde aard, oorsprong en populatiedynamica van de bederfmicrobiota en de contaminatiepunten in de productieketen, zal - gebruik makend van simulatiemedia, modelsystemen en pilootschaalproeven- de toepassing van bioprotectieve culturen en natuurlijke bewaarmiddelen onderzocht worden, al dan niet in combinatie. In het bijzonder zal gekeken worden naar de inhibitorische activiteit op Brochothrix thermosphacta. Ook de effecten van de processing, meer bepaald de thermische behandeling (pasteurisatie en postpasteurisatie), op de afdodingskarakteristieken van de bederfmicrobiota zullen bekeken worden. Steeds zal de invloed van de bewaringsstrategie op de aard en populatiedynamica van de bederfmicrobiota gevolgd worden aan de hand van de cultuurafhankelijke (rep-PCR) en -onafhankelijke methoden (PCR-DGGE). Fingerprints van de bederfmicrobiota (genomische fingerprint) en (bederfveroorzakende) metabolieten (chemische fingerprint) zullen opgesteld worden met aandacht voor de variabiliteit in de tijd. Experimenten op pilootschaal zullen worden uitgevoerd om de nieuw ontwikkelde strategieën te valideren. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Luc DE VUYST
Bestrijding bacterievuur bloei infecties met biologische controle organismen (BCO's) toegepast via hommels bij appel en peer. KU Leuven Abstract: Het bloemstadium is het gevoeligst voor bacterievuur infectie. het beschermen van de bloeiwijzen bij appel en peer kan een belangrijk onderdeelzijn van de strategie om het risico op bacterievuur infecties te beperken. Organisaties: • Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud
Onderzoekers: • Olivier Honnay • Johan Keulemans
Bestrijding van bacteriële resistentie in Europa (COMBACTE). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Herman Goossens
Bestrijding van Campylobacter jejuni kolonizatie en uitscheiding bij vleeskippen door middel van organische zuren en antibacteriële componenten geproduceerd door melkzuurbacteriën. Universiteit Gent Abstract: Met Campylobacter jejuni besmet pluimveevlees is de belangrijkste bron van campylobacteriose bij de mens. Tijdens dit project zal getracht worden de kolonizatiegraad en uitscheiding bij pluimvee tijdens de primaire productie te reduceren door in te grijpen op het kolonizatiemechanisme van de kiem via organische zuren en antibacteriële componenten geproduceerd door melkzuurbacteriën. Organisaties: • Vakgroep Pathologie, bacteriologie en pluimveeziekten
Onderzoekers: • Frank Pasmans
Bestrijding van cefalosporine resistentie overdracht met behulp van plasmiden. Universiteit Gent Abstract: Antimicrobiële resistentie is een alsmaar groeiend probleem en wordt vaak veroorzaakt door resistentiegenen gelegen op mobiele genetische elementen zoals plasmiden. In dit project willen we nagaan welke plasmiden afkomstig van Escherichia coli ons kunnen helpen om de
verspreiding van cefalosporine resistentiegenen onder controle te houden Organisaties: • Vakgroep Pathologie, bacteriologie en pluimveeziekten
Onderzoekers: • Freddy Haesebrouck • Patrick Butaye • An Martel
Bestrijding van leeftijdsafhankelijke tekorten in synaptische plasticiteit en cognitie door het voorkomen van cholesterol verlies in de neuronale plasmamembraan. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Labo voor Biologische Psychologie
Onderzoekers: • Carlos Dotti • Detlef Balschun
Bestrijding van Mycobacterium tuberculosis-infectie met celwanddegraderende enzymen Universiteit Gent Abstract: IWT/SB-lichting 2014 IWT/SB/van Schie Loes/131545 Bestrijding van Mycobacterium tuberculosis-infectie met celwanddegraderende enzymen Organisaties: • Vakgroep Biochemie en Microbiologie
Onderzoekers: • Nico Callewaert
Bestuderen van het effect van de LEDGF/p75-IN wisselwerking op HIV integratie en latentie. KU Leuven Abstract: Net zoals andere virussen gebruikt HIV zijn gastheer ter voltooiing vanzijn replicatiecyclus. LEDGF/p75 werd in ons labo geïdentificeerd als een essentiële endogene co-factor voor HIV integratie. HIV integratie is een niet-random proces waarbij integratie plaatsvindt nabij specifieke loci in het genoom. In de nucleus vindt integratie hoofdzakelijk plaats in de nucleaire periferie. Tijdens HIV infectie fungeert LEDGF/p75 als een loods die het virus escorteert naar het chromatine en integratie richtnaar actieve genen. Voorheen hebben we aangetoond dat wanneer we het chromatine-bindend domein van LEDGF/p75 vervangen met een ander domain, integratie kan gestuurd worden naar loci in het genoom gebonden door deze domeinen. In dit project zet ik de studie verder van het lentiviraal integratie mechanisme en de rol val LEDGF/p75 daarin. LEDGF/p75 zal worden gebruikt om de relatie tussen integratieplaats selectie, chromatinestructuur en subnucleaire positionering beter te begrijpen. HIV afgeleid Organisaties: • Moleculaire Virologie en Gentherapie
Onderzoekers: • Zeger Debyser • Rik Gijsbers • Lenard Vranckx
Bestudering van het in vitro effect van bioactieve moleculen op de expressie van GLP-1 in endocriene cellen en van nNOS en HO-2 in het enterische zenuwstelsel. Universiteit Antwerpen Abstract: Bestudering van het in vitro effect van bioactieve moleculen op de expressie van GLP-1 in endocriene cellen en van nNOS en HO-2 in het enterische zenuwstelsel. Organisaties: • ANATOMIE, EMBRYOLOGIE EN PATHOLOGISCHE ANATOMIE VAN DE HUISDIEREN • Toegepaste diergeneeskundige morfologie
Onderzoekers: • Christa Van Ginneken
Bèta-adrenergische stimulatie om angiogenese te bevorderen voor ruggenmerg regeneratie na trauma Universiteit Hasselt Abstract: Ruggenmergschade is een ernstige aandoening, die leidt tot verlies of vermindering van motorische, sensorische en autonome functies. Schade aan de vasculatuur en de bloed-hersen-barrière zijn universele gevolgen van ruggenmergschade in patiënten en proefdieren. Endogene revascularizatie is onvoldoende, aangezien nieuwe bloedvaten morfologische en functionele abnormaliteiten vertonen. Dit resulteert in oedeemvorming en neurale celdood. Preliminaire data van ons laboratorium tonen ook aan dat na een ruggenmergletsel een dramatische verandering van weefselperfusie en diffusie aanwezig is. Dit is veroorzaakt door een sterke daling van de lokale bloedvoorziening en door resulterende cytotoxische oedeem-vorming, proximaal en distaal van het letsel. B2-adrenoceptors (bèta2-AR) spelen een belangrijke rol in de regeling van vasculaire tonus en neo-angiogenese. Tot nu toe is hun rol voor regeneratie na centraal-zenuwstelsel (CZS)-letsels niet onderzocht. Hun functie impliceert dat de bèta2-AR agonisten veelbelovende farmacologische agentia zijn om angiogenese na CZS-schade te bevorderen. Het hoofddoel van deze studie is dan ook te onderzoeken of transplantatie van vasculair weefsel, in combinatie met ß2-AR agonisten, een complex en functioneel vasculair netwerk vestigt in het beschadigde ruggenmerg. Dit kan op zijn beurt leiden tot een verbeterd functioneel herstel. We verwachten dat de resultaten van dit onderzoek, de functionele rol van ß2-AR agonisten in het complexe proces van revascularisatie na ruggenmergschade zullen verhullen, om het onderzoek naar nieuwe en efficiënte therapie te stimuleren. Organisaties: • Morfologie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Sven HENDRIX • Nathalie GEURTS • Stefanie LEMMENS
Betacel destructie in type 1 diabetes mellitus: analyse van het destructie proces en preventie in diermodellen.
KU Leuven Abstract: In de NOD muis, een diermodel van type 1 diabetes, wordt de rol van defecten in apoptose van de immuuncellen in de pathogenese van de ziekte onderzocht. Via RT-PCR worden de mediatoren van apoptose nagekeken na verschillende apoptose-inducerende signalen. Verder zal het werkingsmechanisme van 1,25(OH)2D3 in preventie van type 1 diabetes dieper worden onderzocht: 1,25(OH)2D3 voorkomt de ziekte en herstelt defecten in apoptose- gevoeligheid. Hierbij zal breder gebruik worden gemaakt van VDR-knockout muizen. Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Chantal Mathieu
Bèta cel differentiatie van volwassen alvleesklier acinuscellen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het opwekken van acinuscel aan bèta cel transdifferentiatie in vitro te beginnen met menselijke exocrine cellen verkregen uit dode foetussen orgaandonoren (islet transplantatie programma). Organisaties: • Pathologische Anatomie
Onderzoekers: • LUC BOUWENS
Betacelfunctie in (pre)type 1 diabetes. Universiteit Antwerpen Abstract: Deze studie wil biologische criteria bepalen die verlies van betacelmassa op korte tijd weergeven en dus een versnelde evolutie naar type 1 diabetes. Deze criteria helpen bij de keuze van het tijdstip en het type van preventie, vergemakkelijken de samenstelling van meer homogene groepen studiepersonen (op basis van residuele betacelmassa, homogeen risico op betaceldestructie tijdens interventieduur) en leiden tot herkennen van functionele merkers die als "surrogate endpoints" kunnen worden gebruikt. Op deze manier wordt de omvang van de studiegroepen verminderd evenals de opvolgingstijd die nodig is om significante effecten van een testsubstantie te onderzoeken. Organisaties: • Laboratorium Experimentele geneeskunde en Pediatrie (LEMP)
Onderzoekers: • Luc Van Gaal
Betacelfunctie in (pre)type 1 diabetes. Vrije Universiteit Brussel Abstract: INLEIDING Type 1 diabetes is een belangrijke (>1.5% levenslang risico in West-Europa) en vooralsnog ongeneeslijke ziekte die ongeveer de helft van de invaliderende verwikkelingen van alle diabetespatiënten veroorzaakt (1-5). Het ziekteproces wordt geïnitieerd en verder gedreven door een samenspel van (multipele en onvolledig gekende) genetische en omgevingsfactoren (1,6-12). Op een nog niet te detecteren ogenblik veroorzaakt dit proces een daling in het aantal betacellen, die vermoedelijk maanden tot jaren asymptomatisch kan bestaan, maar zich progressief doorzet tot de betacelmassa niet meer in staat is om de hyperglycemie te vermijden, hetgeen dan zal leiden tot de diagnose "diabetes". Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • FRANS GORUS • BART KEYMEULEN
Betacelfunctie in pretype 1 diabetes. Vrije Universiteit Brussel Abstract: INLEIDING Type 1 diabetes is een belangrijke (>1.5% levenslang risico in West-Europa) en vooralsnog ongeneeslijke ziekte die ongeveer de helft van de invaliderende verwikkelingen van alle diabetespatiënten veroorzaakt (1-5). Het ziekteproces wordt geïnitieerd en verder gedreven door een samenspel van (multipele en onvolledig gekende) genetische en omgevingsfactoren (1,6-12). Op een nog niet te detecteren ogenblik veroorzaakt dit proces een daling in het aantal betacellen, die vermoedelijk maanden tot jaren asymptomatisch kan bestaan, maar zich progressief doorzet tot de betacelmassa niet meer in staat is om de hyperglycemie te vermijden, hetgeen dan zal leiden tot de diagnose "diabetes". Het verlies aan betacellen wordt toegeschreven aan een lokaal chronisch inflammatoir proces met immunologische tekenen van autoreactiviteit (9-14). Na diagnose wordt een insuline substitutietherapie ingesteld die de metabole behoeften aan glucose kan dekken maar die er wel niet in slaagt om de glucosespiegels continu binnen de normale grenzen te houden waardoor op termijn chronische diabetescomplicaties kunnen optreden. Het is dus duidelijk dat nieuwe therapieën - gericht op de betacellen en/of het immuun systeem - dienen ontwikkeld om het (verder) verlies aan betacellen te vermijden (3,5,15-17), zowel voor als na de klinische diagnose (10,11). Totnogtoe waren noch het profylactisch toedienen van insuline injecties noch de orale inname van nicotinamide in risicogroepen zoals antilichaampositieve eerstegraadsverwanten succesvol in de preventie van type 1 diabetes (18,19). Een korte IV behandeling met gehumaniseerde monoklonale anti-CD3-antilichamen daarentegen kon de betacelmassa wel significant bewaren in pas-ontdekte patiënten (20,21). De grootste placebo-gecontroleerde en gerandomiseerde studie (n=80 patiënten) werd gecoördineerd door het BDR en mede gefinancierd binnen een voorafgaande FWO project (FWO G.0319.01). Door gebruik te maken van reproduceerbare hyperglycemische clamp testen (21,22) kon deze studie aantonen dat een kortdurende CD3-antilichaam behandeling de betacelfunctie voor ten minste 18 maand efficiënt kon bewaren, maar dit enkel in patiënten met ?25% residuele functionele betacelmassa bij klinische diagnose in vergelijking met de mediaan van gezonde leeftijdsgecontroleerde controlepersonen. Nieuwe protocollen zouden nu moeten uitgewerkt worden om deze therapeutische strategie verder te ontwikkelen, maar eerst en vooral moeten proefpersonen kunnen geïdentificeerd worden die het meest gebaat zouden zijn met de geplande immuno-interventies, aangezien observaties in de Belgische CD3-studie en in proefdiermodellen (23) suggereren dat deze interventies eveneens efficiënt kunnen zijn in de late preklinische fase wat betere perspectieven opent. WERKHYPOTHESE Klinische studies ter preventie van betaceldestructie bij antilichaam(Ab)-positieve verwanten (2aire preventie) en pas-ontdekte diabetespatiënten (3aire preventie) vereisen kennis van de relatie tussen 1. circulerende Abs. waarvan is geweten dat ze een risico uitdrukken voor type 1 diabetes, elk met hun eigen specificiteit: Abs. tegen insuline - IAA; tegen glutamaatdecarboxylase - GADA; tegen IA-2 eiwit - IA-2A en/of tegen eilandjescel cytoplasma - ICA (7- 12,24,25). 2. en merkers van veranderde betacelfunctie, zoals verhoogde proinsulinespiegels (PI), verlaagde insuline (INS) of C-peptide (CP)- spiegels en verhoogde PI/CP ratio's, basaal en tijdens clamp testen (10,26-30). Op dit ogenblik gebeurt de rekrutering van diabetespatiënten en hun eerstegraadsverwanten, en de bepaling van autoantilichamen, genetische merkers en een beperkt aantal clamp testen binnen het lopend FWO-project G.0517.04. Het gelijktijdig bepalen van merkers voor de functionele betacelmassa en de immune status laat toe patiënten te stratifiëren volgens het stadium in het pathogenetisch proces. Dit is nuttig voor het selecteren van testgroepen voor interventies en het interpreteren van resultaten (11,31). DOELSTELLING Deze studie wil biologische criteria bepalen die verlies van betacelmassa op korte tijd weergeven en dus een versnelde evolutie naar type 1 diabetes. Deze criteria helpen bij de keuze van het tijdstip en het type van preventie, vergemakkelijken de samenstelling van meer homogene groepen studiepersonen (op basis van residuele betacelmassa, homogeen risico op betaceldestructie) en leiden tot herkennen van functionele merkers die als "surrogate endpoints" kunnen worden gebruikt. Op deze manier wordt de omvang van de studiegroepen verminderd evenals de opvolgingstijd die nodig is om significante effecten van een testsubstantie te onderzoeken (11).
Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • FRANS GORUS
Beta-cell ER stress als drijvende kracht voor de immuun activatie tijdens type 1 diabetes KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Groep Biomedische Wetenschappen
Onderzoekers: • Chantal Mathieu • Gudrun Marijsse
Beta-cell ER stress as driver for immune activation in early T1D. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Chantal Mathieu
BETACELLTHERAPIE Beta cell programmering voor behandeling van diabetes Vrije Universiteit Brussel Abstract: Biologie - Diabetes Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • DANIEL PIPELEERS
BetaCellTherapy. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Chantal Mathieu
Betacel voorlopers in de adulte pancreas. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onze onderzoeksgroep ontdekte recent voorlopercellen van betacellen in de pancreas van volwassen muizen (Xu et al, 2008). Deze cellen activeren genexpressie van Neurogenine 3 (Ngn3), een transcriptiefactor die de vorming van betacellen tijdens de embryogenese controleert, en differentiëren verder tot insuline-positieve cellen. De Ngn3+ cellen delen echter niet. Om bij te dragen tot een nieuwe therapie voor diabetes hebben we delende stam- of voorlopercellen nodig aangezien we grote hoeveelheden betacellen moeten genereren. Daarom willen een celtype identificeren dat aanleiding geeft tot Ngn3+ cellen en nog in staat is te delen. Een goede kandidaat is de Pdx1-positieve cel die tijdens de ontwikkeling de Ngn3+ cel voorafgaat en een grote delingscapaciteit bezit. Doel 1 van deze aanvraag is daarom "Identificatie, isolatie en karakterizatie van volwassen, ongedifferentieerde Pdx1+ cellen" en Doel 2 "Expansie en differentiatie van de geïsoleerde volwassen, ongedifferentieerde Pdx1+ cellen". Bovendien willen we de factoren zoeken die verantwoordelijk zijn om de stam- of voorlopercellen tot activiteit te rekruteren. We zullen ons daarvoor concentreren op de rol van macrofagen omdat die in grote mate aanwezig zijn in de pancreas met stamcelactiviteit en omdat die reeds in andere systemen werden aangetoond als centrale spelers bij weefselherstel. Doel 3 van dit project is "Identificatie van de signalen die de betacel voorlopers activeren: de rol van macrofagen". Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • Henry HEIMBERG
BetaImage: Gebruik van innovatieve strategieën voor bèta cel imaging in diabetes mellitus Vrije Universiteit Brussel Abstract: De EU gezondheidsstrategie beoogt het beschermen en verbeteren van de gezondheid van zijn burgers. Een van de belangrijkste doelen is het reduceren van ziekten zoals diabetes, obesitas. Organisaties: • Pathologische Anatomie • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • Tony LAHOUTTE • Cindy PELEMAN • VICKY CAVELIERS • LUC BOUWENS • NICK DEVOOGDT
Betaling van salaris voor de medewerker van het Belgisch Nationaal Mucoviscidoseregister (2004-2005) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Aanwerving van een wetenschappelijk medewerker voor het bijhouden van het Belgisch Nationaal Mucoviscidoseregister Organisaties: • Maatschappelijke Gezondheidszorg
Onderzoekers: • ANNE-MARIE DEPOORTER
BetaSave. KU Leuven Abstract: Translational approaches to disease modifying therapy of Type 1 Diabetes Mellitus (T1DM). Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Chantal Mathieu
BetaSCREEN: platform for drug screening in diabetes Vrije Universiteit Brussel Abstract: BETA-CELL is een particulier eigendom biofarmaceutisch bedrijf dat nieuwe celtherapie en andere producten in verband met Diabetes ontwikkelt. Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • DANIEL PIPELEERS
BETA TRAIN. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Biomedische MRI
Onderzoekers: • Uwe Himmelreich
Betrokkenheid van ascorbaat in groei van plantencellen en bescherming tegen stress. Universiteit Antwerpen Abstract: Ascorbaat (vitamine C) speelt een essentiële rol in het wegvangen van schadelijke radicalen. Deze functie wordt in detail bestudeerd in plantencellen, waarbij het accent gelegd wordt op aspecten zoals transport van ascorbaat over de plasmamembraan, het effect op de groei van celculturen en de bescherming tegen verschillende stressfactoren (e.g. zware metalen, biotische stressfactoren). Organisaties: • Plantenfysiologie • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Roland Caubergs • Nele Horemans
Betrokkenheid van functionele variaties in hersen-geexpresseerde miRNA genen in de etiologie van bipolaire stoornis en schizofrenie Universiteit Antwerpen Abstract: Ondanks de hoge heritabiliteit van BP en SZ kent de zoektocht naar risicogenen voor deze aandoeningen weinig succes. Dit doet vermoeden dat de complexiteit van BP en SZ het gevolg is van genetische heterogeniteit en verstoring van de transcriptie van risicogenen door mutaties in regulatorische moleculen zoals miRNAs. Het doel van dit project is onderzoeken in hoeverre genetische variatie in miRNAs betrokken zijn bij de etiologie van BP en SZ. Organisaties: • VIB DMG - Toegepaste Moleculaire Genomica
Onderzoekers: • Karlijn Van der Ven
Beursattest voor Daniel Hadraba aangeboden door de Vlaamse Overheid in het kader van bilaterale culturele samenwerking met Tsjechië. Universiteit Hasselt Abstract: Dhr. Daniel Hadraba van de Tsjechische nationaliteit krijgt gedurende drie maanden een studiebeurs aangeboden door de Vlaamse Overheid (afdeling Hoger Onderwijs en Volwassenenonderwijs van het Departement Onderwijs en Vorming) in het kader van het bilateraal cultureel samenwerkingsprogramma tussen de Vlaamse Overheid en de Tsjechische Republiek. Organisaties: • Fysiologie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Daniel HADRABA
Beurs Berber De Jong Universiteit Gent Abstract: In deze studie worden korte- en lange-termijn effecten van testosteron op het reproductief gedrag en succes, oxidatieve stress en immuunsysteem van vrouwelijke vogels bestudeerd, met de koolmees (Parus major) als ecologisch modelsysteem. Hiertoe worden individuen experimenteel geïmplanteerd met testosteron, flutamide of een controle implantaat. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Luc Lens
Beurs Filip Pattyn - Identificatie en signaalweganalyse van directe en miRNA-gereguleerde MYCN-doelwitgenen in neuroblastoom Universiteit Gent Abstract: Neuroblastoom is de meest voorkomende extracraniale vaste tumor bij kinderen. Ondanks multimodale behandeling blijft de prognose voor de meeste patiënten zeer ongunstig. Een subgroep van agressieve neuroblastoomtumoren wordt gekenmerkt door amplificatie van de MYCN transcriptiefactor. De identificatie van nieuwe MYCN-doelwitgenen kan resulteren in betere behandelingsstrategieën.
Organisaties: • Vakgroep Pediatrie en genetica
Onderzoekers: • Franki Speleman
beurs Francis Santens: Biofarmaceutische eiwitten: glyco-engineeringtechnologie voor de productie van verbeterde, homogene glycovormen. Universiteit Gent Abstract: Glycoengineering van HEK 293 cellen om recombinante eiwiten met een minimale glycosylatie te produceren. Dit zal gebeuren door endoT,, een endoglycosydase, in deze cellen tot expressie te brengen. Deze engineering zal getest worden aan de hand van 2 testeiwiten: etanercept en Hemagglutinine van influenza. Organisaties: • Vakgroep Biochemie en Microbiologie
Onderzoekers: • Nico Callewaert
beurs Glenn Pollefeyt, Synthese van nieuwe buffermaterialen via chemische depositie voor de opbouw van ?coated conductors? Universiteit Gent Abstract: De ontwikkeling van eenvoudige bufferstructuren voor de depositie van supergeleidende dunne lagen. Nieuwe waterige methoden gebaseerd op coordinatiechemie en depositietechnieken zoals ink jet printing zullen aangewend worden voor de depositie van SrTiO3 en gedopeerd CeO2. Organisaties: • Vakgroep Anorganische en fysische chemie
Onderzoekers: • Isabel Van Driessche
beurs Lien Bruynsteen Universiteit Gent Abstract: Overgewicht en obesitats vormen ook bij paarden een steeds groter probleem. Dit kan gepaard gaan met verschillende aandoeningen, waaronder een verhoogde kans op het ontwikkelen van hoefbevangenheid. Doel van het onderzoek is nagaan welke mechanismen verantwoordelijk zijn voor het ontwikkelen van deze obesitat-gerelateerde aandoeningen. Organisaties: • Vakgroep Voeding, Genetica en Ethologie
Onderzoekers: • Myriam Hesta
Beurs Lien Bruynsteen Universiteit Gent Abstract: Overgewicht en obesitas vormen ook bij paarden een steeds groter probleem. Dit kan gepaard gaan met verschillende aandoeningen, waaronder een verhoogde kan op het ontwikkelen van hoefbevangenheid. Doel van het onderzoek is nagaan welke mechanismen verantwoordelijk zijn voor het ontwikkelen van deze obesitas-gerelateerde aandoeningen. Organisaties: • Vakgroep Voeding, Genetica en Ethologie
Onderzoekers: • Myriam Hesta
Beurs voor doctorandus Mevr. Ann. Meulemans. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Mitochondria zijn essentieel voor het leven. Hun voornaamste taak is het produceren van energie voor het lichaam en zelfs het geringste defect in de vorming van energie kan een brede scala aan ziekten en zelfs de dood tot gevolg hebben. Dit project geeft een overzicht beginnende met de werking van de mitochondriale energie factoren, hun samenstelling en hoe ze ziektes kunnen voortbrengen. Het belangrijkste voor een patiënt is de oorzaak van zijn ziekte te kennen, of zijn kinderen er al dan niet drager van zijn, en het identificeren van de onderliggende moleculaire defect is cruciaal. Het mitochondriaal genoom is kleiner dan de nucleaire genoom, en kan nu gescreend worden voor mutaties. Spijtig genoeg heeft slechts een minderheid van de patiënten een moleculair defect in zijn mitochondriaal DNA. De meeste mutaties bevinden zich in de nucleaire geëncodeerde genen die een belangrijke rol spelen bij the biogenese en het onderhoud van de oxidatieve fosforylatie systeem. Een andere uitdaging is het aantonen van de pathogenische natuur van nucleotide alteraties die nog niet gerapporteerd zijn. Eens dat de pathogenische mutatie geïdentificeerd is, is het natuurlijk interessant om het functioneel effect op moleculair niveau te karakteriseren. Het laatste deel van dit werk focust op de eerste stappen in het proces om een correcte diagnose te stellen. Organisaties: • Embryologie en Menselijke Genetica • Pediatrie
Onderzoekers: • WILLY LISSENS • SARA SENECA • LINDA DE MEIRLEIR
Beurs voor doctorandus : "Opvoeding van jonge dove kinderen met een Cochleaire inplant (CI). Vrije Universiteit Brussel Abstract: Beurs voor doctorandus : "Opvoeding van jonge dove kinderen met een Cochleaire inplant (CI). Organisaties: • Orthopsychologie
Onderzoekers: • GERRIT LOOTS
Bevestigen van de efficiëntie van en uitbouwen van een patiëntvriendelijke behandeling met capsaïcine neusspray bij patiënten met idiopatische rhinitis. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Klinische Immunologie
Onderzoekers: • Peter Hellings • N. N.
Bevolkingsonderzoek naar de prognose geassocieerd met linkerventrikel disfunctie. KU Leuven Abstract: Vijftien millioen Europeanen lijden aan hartfalen (HF). EPLORE zal voorde eerste maal op het niveau van de bevolking de incidentie van subklinisch HF documenteren evenals de progressie hiervan tot klinisch manifestHF en de associatie van subklinisch HF met de incidentie van cardiovasculaire verwikkelingen.nbsp;EPLORE zal een set van urinaire peptiden identificeren, die het risico op HF meer nauwkeurig voorspellen dan de huidig beschikbare biomerkers.nbsp;EPLORE omvat ook een "proof-of-concept" gerandomiseerde klinische studie, die tot doel heeft de resultaten te vertalen naar de klinische praktijk en als grondslag te dienenvoor nieuwe richtlijnen.nbsp;EPLORE zal bijdragen tot het welzijn vam de circa 20% Europeanen, die op dit ogenblik lijden aan subklinische linkerventrikel disfunctie en die hierdoor een groot risico hebben symptomatisch HF te ontwikkelen. Organisaties: • Hypertensie & Cardiovasc. Epidemiologie
Onderzoekers: • Jan Staessen
Bevorderen van de angiogenese bij allogene tracheatransplantatie d.m.v. tissue-engineering KU Leuven Abstract: Een defect dat meer dan de helft van de lengte van de trachea omvat, kan niet primair hersteld worden. Er is ook geen lichaamseigen weefsel beschikbaar om de specifieke structuur van de luchtpijp te reconstrueren, m.n. een elastisch kraakbenig skelet, intern bekleed met respiratoire mucosa. Zowel experimenteel als recent klinisch onderzoek toont aan dat allotransplantatie van de trachea een belangrijke vooruitgang kan betekenen. Directe anastomose van de greffe aan de halsvaten is onmogelijk, gezien de trachea geen welomschreven vaatsteel heeft. Een veilig herstel van de bloedvoorziening kunnen we wel bekomen d.m.v. indirecte revascularisatie of prefabricatie. Hierbij wordt de donorgreffe gewikkeld in heterotoop weefsel van de ontvanger, gesteeld op een bloedvat. Tijdens dit onderzoek zullen we een standaard konijnenmodel opstellen voor orthotope transplantatie, na initieel een periode van heterotope revascularisatie van het segment in de laterale thoracale fascia. In tegenstelling tot Organisaties: • Orgaansystemen
Onderzoekers: • Aernout Luttun • Pierre Delaere • Bart Vanaudenaerde • Jan Jeroen Vranckx • Margot Den Hondt
Beweeg je fit! Een beweeginterventie gericht op de promotie van fysiekeactiviteit in gezinsverband. KU Leuven Abstract: In dit project staat de ontwikkeling en evaluatie van een gezinsgerichtbeweegprogramma centraal. Dit beweegprogramma richt zich specifiek naarhet promoten van fysieke activiteit bij (jonge) kinderen en hun (groot)ouders en wordt als bewegingsluik toegevoegd aan de bestaande ontbijt je fit methodiek van de Gezinsbond vzw. Aanvullend op de conceptontwikkeling en evaluatie van het beweegprogramma, worden specifieke vormingen georganiseerd voor lokale bewegingscoaches in functie een bredere implementatie van het bewegingsluik. Organisaties: • Fysieke Activiteit, Sport & Gezondheid
Onderzoekers: • Johan Lefevre • Christophe Delecluse • Filip Boen • Jan Seghers
Bewegen met artrose: een effectieve en duurzame fysiotherapeutische behandeling voor patiënten met artrose. KU Leuven Abstract: De behandeling van de kinesitherapeut heeft tot doel het bewegend functioneren te verbeteren, het in stand houden ervan en het voorkomen van nieuwe klachten. Bewegen staat dus centraal in de kinesitherapeutische behandeling van patiënten met knieartrose. Bewegen is goed voor de patiënt met knieartrose: niet alleen wordt het kraakbeen erdoor gestimuleerd hetverstevigt ook de structuren rond het gewricht. Wetenschappelijk onderzoek aangetoond dat bepaalde patiënten met knieartrose bewegen met een tehoge belasting wat nadelige gevolgen kan hebben voor het ziekteverloop.Op dit moment is de enige manier om de kniebelasting te bepalen een driedimensionale bewegingsregistratie gecombineerd met data verkregen middels een krachtenplatform. Deze apparatuur is duur en niet overal beschikbaar.Het ontbreekt de kinesitherapeut dus aan een methode om de kniebelasting te bepalen bij de individuele patiënt hoewel dit de kinesitherapeutische behandeling zou kunnen ondersteunen bij het beoordelen van de Organisaties: • Inspanningsfysiologie
Onderzoekers: • Johan Lefevre • Benedicte Vanwanseele
Bewegingscorrectie in borst tomosynthesis; toepassing op long nodulereconstructie. Universiteit Antwerpen Abstract: Het innovatiedoel van dit project is de ontwikkeling van tomografische reconstructiealgoritmes om bewegingsgerelateerde artefacten te compenseren in thorax tomosynthese bij de reconstructie van longnodules.
Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Jan Sijbers
Bewegingscorrectie voor hersenbeeldvorming met PET/CT KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Nucleaire Geneesk. & Molec. Beeldvorming
Onderzoekers: • Johan Nuyts • Tao Sun
Bewegingsinterventies ter preventie en behandeling van sarcopenie. KU Leuven Abstract: De algemene voortschrijdende trend van vergrijzing leidt tot een zorgwekkende toename van het aantal ouderen dat fysiek niet langer in staat blijkt om dagdagelijkse taken onafhankelijk te verrichten. Deze functionele achteruitgang is geassocieerd met sarcopenie, wat voor het eerst gedefinieerd werd door dr. I.H. Rosenberg als de leeftijdsgebonden daling in spiermassa. Effectieve interventies zijn noodzakelijk om sarcopenie en functionele achteruitgang tegen te gaan.Het eerste hoofdstuk van dezedoctoraatsthesis focust op het verwerven van inzicht in de relatie tussen krachtsnelheidskarakteristieken, spiermassa en functionele beperkingen bij ouderen. Dit hoofdstuk beklemtoont het belang van spierfunctie, meer nog dat van spiermassa, voor het ontwikkelen van trainingsinterventies bij ouderen.Het tweede hoofdstuk van deze doctoraatsthesis onderzoekt de haalbaarheid en de effecten van krachttrainingsinterventies aan verschillende weerstanden op spiermassa, spierfunctie en functionaliteit.De Organisaties: • Inspanningsfysiologie
Onderzoekers: • Christophe Delecluse • Evelien Van Roie
Bewijs voor een Nieuwe Efflux Pomp die Telithromycine-Resistentie in Macrolide-Resistente Streptococcus pyogenes medieert. Universiteit Antwerpen Abstract: Telithromycine (Tel) is een nieuw macrolide dat ontwikkeld werd om macrolide-resistente pathogenen te bestrijden. Tel resistentie (Tel-R) is echter verschenen in enkele S. pyogenes die het erm(B) methylase bevatten. We hebben Tel efflux, gemedieerd door een reserpine-gevoelige pomp, aangetoond bij S. pyogenes met hoog niveau Tel-R die ook erm(B) bevatten. Gen-expressie studies zullen de bijdrage van deze efflux pomp tot Tel-R vaststellen. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Surbhi Malhotra
Bewustworden van fouten en ADHD: De rol van de insula Universiteit Gent Abstract: Er is een groeiende evidentie dat een verminderd bewustworden van fouten een rol speelt bij de zelf-regulatie problematiek bij personen met ADHD. Onderzoek heeft laten zien dat de insula, welke onderdeel uitmaakt van het salience netwerk, een cruciale rol speelt bij deze bewustwording. In dit project wordt de rol van de insula onderzocht bij de verstoorde bewustwording van fouten bij ADHD. Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Jan Wiersema
Bewustzijn creëren over de gevolgen van de verdichting van de ondergrond Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Bodembeheer
Onderzoekers: • Wim Cornelis
BFM B4 alarm interventiestudie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de UZA. UA levert aan de UZA de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Antwerps chirurgisch training, anatomie en onderzoekscentrum (ASTARC)
Onderzoekers: • Koenraad Monsieurs • Peter Van Bogaert • Koen De Meester
Biacore T100 systeem. KU Leuven Abstract: De Biacore T100/Hercules Consortium is een gezamenlijk initiatief van 4K. U. Leuven groepen plus I.M.E.C. Hun motivatie is om de capaciteit, het bereik (chemische resistentie) en de verfijning (high-throughput, thermodynamica, vriendelijke software) van Biacore (SPR) technologie inLeuven te vergroten en om nieuwe producten en technologieën te ontwikkelen. Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers:
• Carmen Bartic • Ann Gils • Jan Cools • Guido David • Pascale Zimmermann
Bicuspide-gerelateerde aortopathie, een krachtige verkenning (BRAVE). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Medische Genetica (MEDGEN)
Onderzoekers: • Bart Loeys
Bi-CYCLE. Universiteit Antwerpen Abstract: Door de introductie en promotie van biobrandstoffen dreigen zowel de energievoorziening als de voedselvoorziening in competitie te treden. In de literatuur wordt het gebruik van olie, gemaakt door ééncellige micro-organismen, waaronder micro-algen en gisten, als mogelijke oplossing beschreven. Het Bi-CYCLE project beoogt een bijdrage te leveren aan de implementatie van de winning en valorisatie van olie uit ééncellige micro-organismen, meer bepaald uit minstens één der twee organismen: gisten (dit project) en algen (ERA-SME). Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Johan Robbens
Bidirectionele communicatie tussen het enterisch zenuwstelsel en elementen van het immuunsysteem bij inflammatoire gastrointestinale aandoeningen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit TOP-BOF-project bestond erin de bidirectionele communicatie tussen het enterisch zenuwstelsel (EZS) en het immuunstelsel te bestuderen in intestinale inflammatoire modellen, nl. acute intestinale schistosomiasis, TNBS-geinduceerde ileïtis en bij uitbreiding acuut en chronisch alcohol-misbruik. deze interactie blijkt een belangrijke rol te spelen in de inflammatoire respons en kan mogelijks een beter inzicht bieden in de onderliggende mechanismen van de waargenomen hyperexciteerbaarheid van afferente zenuwbanen binnen het enterisch zenuwstelsel tijdens gastrointestinale inflammatie. Speciale aandacht zal in dit project uitgaan naar cortistatinen en urcortinen alsook naar Masrelated gene receptoren. Organisaties: • Laboratorium voor celbiologie en histologie
Onderzoekers: • Jean-Pierre Timmermans • Dirk Adriaensen
Bidirectionele link tussen tumor angiogenesis en immuniteit in melanoom hersens metastase: potentiële synergie tussen anti-angiogenesis en immunotherapie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Studie rond de potentiële synergie tussen anti-angiogenesis en immunotherapie Organisaties: • Fysiologie
Onderzoekers: • Joeri AERTS
Bijbelse stilering in de Griekse en Latijnse Acta Martyrum en Passiones van de Late Oudheid (vierde tot de zesde eeuw) Universiteit Gent Abstract: Een corups van ongeveer 250 laatantieke Acta Martyrum é Passiones wordt geanalyseerd op hun Bijbelse stilering: gaande van expliciete citaten tot impliciete allusies. Daarbij wordt nagegaan hoe deze stilering bijdraagt tot een (hagiografisch discours' dat aantoont hoe de Bijbelse wetmatigheden ook in een post-Bijbelse wereld geldig blijven, en hoe de ideale christenheid eruit ziet. Organisaties: • Vakgroep Latijn en Grieks
Onderzoekers: • Kristoffel Demoen
Bijdragen tot een functionele annotatie van het humane genoom. KU Leuven Abstract: Chromosoomafwijkingen die gepaard gaan met een specifieke mal- formatievormen een unieke wijze om de genen verantwoordelijk voor deze malformaties te identificeren. In deze studie focussen we op chromosoom 8p en hartafwijkingen, evenals op 10p en nierafwijkingen. Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Jean-Pierre Frijns • Koenraad Devriendt
Bijdragen ven Genotype en Milieu aan de duurzaamheid van de melkkoe productie systemen door middel van de optimale integratie van genomic selection en nieuwe beheersprotocollen gebaseerd op de ontwikkeling Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Verloskunde, voortplanting en bedrijfsdiergeneeskunde
Onderzoekers:
• Geert Opsomer
Bijdrage tot de ontwikkeling van een nieuwe methode van spectroscopische elektrische impedantietomografie met toepassing in de detectie van verborgen caries. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Abstract enkel in het Engels beschikbaar. Organisaties: • Elektronica en Informatica • Conserverende en Prothetische Tandheelkunde
Onderzoekers: • PETER BOTTENBERG • JAN CORNELIS
Bijdrage tot een geïntegreerd bestrijdingssysteem van <em>Phytophthora infestans in aardappel Hogeschool Gent Abstract: In de praktijk wordt vastgesteld dat gedurende de laatste groeiseizoenen de beheersing van Phytophthora infestans steeds moeilijker verloopt. De schimmel is steeds vroeger in het groeiseizoen aanwezig en gedraagt zich agressiever. Dit leidt tot een aanzienlijke toename van het ziekteverwekkend vermogen bij de opéénvolging van de ziektecycli tijdens het groeiseizoen. Dit leidt tot een verhoogde fungicide input waardoor de rendabiliteit van de aardappelteelt in het gedrang komt en de teelt ecologisch nog meer onder druk komt te staan. Het project wil bijdragen aan de uitbouw van een duurzaam geïntegreerd bestrijdingssysteem voor P. infestans in aardappel. Om dit te realiseren wil het project het waarschuwingsen adviessysteem van het P.C.A. (thans in gebruik op 1/3 van het aardeappelareaal in Vlaanderen) optimaliseren door rekening te houden met de recente wijzigingen binnen de P. infestans populatie., het resistentieniveau van van de aardappelrassen en het aanbod van nieuwe fungiciden. Dit moet op termijn leiden tot een exactere vaststelling van het behandelingstijdstip zodat overbodige bespuitingen vermeden worden en de vervanging van oudere fungiciden met slechte toxicologische en ecotoxicologische eigenschappen door nieuwe middelen met een veel gunstiger toxicologisch en milieutechnisch profiel.Via bepaling van paringstype, metalaxylresistentie en eiwit- en DNA-merkers worden de diverse isolaten gekarakteriseerd. Van de meest voorkomende isolaten worden enkele belangrijke epidemiologische parameters bepaald. Via computersimulatie kunnen de epidemiologische data in diverse ziektemodellen gestopt worden om na te gaan of het huidig aangewende model kan bijgeschaafd worden.Van diverse nieuwe fungiciden worden kenmerken die essentieel zijn voor advisering binnen het waarschuwingssysteem onder gestandaardiseerde en veldomstandigheden nagegaan. Buiten de klassiek werkende middelen met een direct effect op de schimmel worden ook kaliumfosfiet en een natuurlijk middel (bruikbaar in de biologische landbouw) betrokken bij het onderzoek. Kaliumfosfiet werkt resistentie inducerend wat interessante perspectieven opent op een duurzaam bestrijdingssysteem. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Plantaardige Productie
Onderzoekers: • Betty Heremans • Geert Haesaert
Bijdrage update evaluatiemethodiek t.b.v. waterkwaliteit en ecologisch functioneren. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Deltares. UA levert aan Deltares de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
Bijdrage van C afkomstig van ondergrondse biomassa tot stabiel bodem organische stof Universiteit Gent Abstract: Binnen dit project onderzoeken we de bijdrage van ondergrondse t.o.v. bovengrondse biomassa tot bodem C pools. Dit is nochtans een mogelijk bepalende factor voor de bestemming van C uit plantenmateriaal hetzij als CO2 of als stabiele C. De invloed van een beperkte P beschikbaarheid op wortelgroei en de bodem C balans wordt daarbij bekeken. Organisaties: • Vakgroep Bodembeheer
Onderzoekers: • Steven Sleutel
bijdrage van duurzame landbouw voor voedselzekerheid in het noordoosten Congobekken Universiteit Gent Abstract: VlIR-UOS project met de Universiteit van Kisangani, Faculteit Wetenschappen en Faculteit Landbouwwetenschappen. Dit project omvat 3 luiken: (1) bodemvruchtbaarheid (G. Baert), (2) gewasbescherming (G. Haesaert) en (3) bananenteelt (R. Swennen). Drie laboratoria worden ingericht (bodem, gewasbescherming en in-vitro) voor ondersteuning van het onderzoek. Verschillende Masters en doctoraten zullen ondersteund worden. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste biowetenschappen
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
Bijdrage van functionele magnetische resonantie imaging tot de vroede diagnose van de ziekte van Alzhaimer Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit onderzoeksvoorstel is het ontwikkelen van een fMRI protocol dat een klinische bijdrage levert tot de vroege diagnose van de ziekte van Alzheimer. Naast functionele, gedragsmatige informatie inherent aan het uitvoeren van het cognitieve protocol levert fMRI een directe kijk op de mate en spreiding van het door de cognitieve taken geactiveerde neurale substraat. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Guy Vingerhoets • Patrick Santens • Eric Achten
Bijdrage van fysieke activiteit en fysieke fitheid aan de geinterrelateerde hippocampale structuur-functie abnormaliteiten bij patiënten in een vroege fase van schizofrenie: een tweejarige follow-up studie KU Leuven Abstract: Individuen met een verhoogd risico op een psychose (ARMS) en 1ste episode schizofrenie patiënten (FE) zijn een belangrijke onderzoeks focus geworden met het oog op het ontdekken van vroege markers en klinische behandeling van schizofrenie. Recente ontwikkelingen in hersen en neuropsychologisch onderzoek wijzen op de sleutelrol van de hippocampus in de pathofysiologie van schizofrenie. Geassocieerde structuur-functie abnormaliteiten in de hippocampus zijn aanwezig vanaf de vroege stadia van schizofrenie en men vermoedt dat deze de transitie naar psychose onset co-mediëren. De identificatie van correlaten van hippocampale pathologie in de vroege stadia van schizofrenie kan een belangrijk inzicht geven in de neurobiologische aard van hippocampaledeterioratie en ziekte progressie. Studies bij ouderen tonen aan dat hogere levels van fysieke activiteit en fysieke fitheid geassocieerd zijn met een conservatie van hippocampaal volume en betere geheugen functies. De huidige studie wil de bijdr Organisaties: • Adapt. Phys. Act. & Psychom. Revalidatie
Onderzoekers: • Michel Probst • Lucien Vanhees • Marc De Hert • Amber De Herdt
Bijen als modelsysteem in de studie van epigenetische adaptaties. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud
Onderzoekers: • Tom Wenseleers • Peter Verleyen
Bijen in Europa en de teloorgang van de honingbijkolonies Universiteit Gent Abstract: BEEDOC zal empirisch en experimenteel bijdragen tot kennisverbreding in honingbijziekten en ?bedreigingen, inclusief de verdwijnziekte. Eveneens zal de impact van de interactie tussen parasieten, pathogenen en pesticiden op de honingbij-mortalitet bestudeerd worden. De interactie van twee model parasieten (Nosema, Varroa), drie virussen (DWV, BQCV, IAPV) en twee pesticiden (thiacloprid, t-fluvalinate) op individuele bijen en kolonies. Organisaties: • Vakgroep Fysiologie
Onderzoekers: • Dirk de Graaf
BIJKOMEND bij VLW106 : Steunpunt Welzijn, volksgezondheid en gezin (SWVG): adhoc onderzoek : Ontwikkeling instrumentarium zorgintensiteit. Vrije Universiteit Brussel Abstract: zie ID Fiche VLW106 Organisaties: • Klinische- en Levenslooppsychologie
Onderzoekers: • JOHAN VANDERFAEILLIE
Bijkomende toekenning (zie ook OZR1020) voor uitbetaling beurs Dr. Benedicte MEYNS : de plasmine cascade aktivatoren in de epidermis bij zoogdieren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: not available Organisaties: • Inwendige Geneeskundige Specialiteiten
Onderzoekers: • DIANE ROSEEUW
Bijstand aan de afronding van de bodemkaart van Burundi Universiteit Gent Abstract: Om de informatie op deze kaarten te verbeteren en te integreren in informatie systemen, geografisch ontwikkeld in het kader van onderzoek/ontwikkeling van de landbouw. stellen we voor, een uit te voeren werk van de digitalisering van de 42 platen op 1/50000ste. De bodemkaart is een instrument dat deel uitmaakt van een breder management perspectief. Organisaties: • Vakgroep Bodembeheer
Onderzoekers: • Ann Verdoodt
Bijzondere verdienste inzake maatschappelijke valorisatie - oproep 2012 Vrije Universiteit Brussel Abstract: Valorisatie of "technologie transfer" is de terbeschikkingstelling van (intellectuele) eigendomsrechten op universitaire kennis door verkoop of het verlenen van de toestemming tot het gebruik ervan, aan derden (waaronder overheid en bedrijven). Op die manier wordt aan die derden toegestaan deze kennis verder te ontwikkelen tot een product (in de meest brede zin van de betekenis) dat vervolgens wordt gecommercialiseerd, al dan niet door dezelfde partner Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • WILLEM DISTELMANS
Bilateral Alliance for Translational Science in ADHD (BATSA) Universiteit Gent Abstract: Een onderzoekssamenwerking tussen de Universiteit van Southampton en de Universiteit Gent op het gebied van Aandachtstekort/hyperaciviteitsstoornis (ADHD), met een focus op 3 gerelateerde onderzoeksprogramma's. Genetische en omgevingsdeterminanten van ADHD electrofysiologische studies van aandachtsmechanismen bij ADHD en verwerking van beloning en uitstel bij ADHD: experimentele en beeldvormingsbenaderingen. Organisaties: • Vakgroep Experimenteel-klinische en gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Herbert Roeyers
Bilaterale acties: W&T samenwerking met Vietnam : Impact of Global climate change and desertification on the environment and society in Southern Central Vietnam-Case Study in Binh Thuan Province. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Studie over de impact van klimaatsveranderingen en verwoestijning op het milieu en de maatschappij in Zuidcentraal Vietnam - meer bepaald in de Binh Thuan Provincie Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • David PROOT • LUC HENS
Bilaterale acties : W&T samenwerking met Vietnam. Integrated and strategic environmental impact assessment of port developments in the HCMC VUNG TAU area of South Vietnam. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De steden Ho Ci Minh, Bien Hoa en Vung Tau (Zuid-Vietnam) zijn gesitueerd in een van de snelst groeiende gebieden van het land, maar zijn tevens gelegen bij een van de grootst natuurlijke rivieren en mangrove systemen. De ontwikkelingen betreffen voornamelijk haven en industrie gebieden. Voor elk van deze ontwikkelingen zijn er afzonderlijke milieu effect rapportages (EIA) uitgevoerd, maar er is nog geen geïntegreerd raamwerk van alle havenontwikkelingen uitgevoerd. Deze studie doet dit in de vorm van een strategische milieu effect rapportage waarin de cumulatieve effecten geëvaleerd worden. Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • David PROOT • LUC HENS
Bilaterale samenwerking in he kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBULB_Mohamed Omar Said Mohamed. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bilaterale samenwerking in he kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB_Mohamed Omar Said Mohamed. Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • Mohamed OMAR SAID • NICO KOEDAM
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB- Aarhus University - Denmark, Liesbeth Bieghs Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD overeenkomst voor Liesbeth Bieghs Organisaties: • Immunologie en Microbiologie
Onderzoekers: • Karin VANDERKERKEN
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBKatholieke Universiteit Leuven_Maarten Moens Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD overeenkomst voor Maarten Moens Organisaties: • Kritische Zorgen
Onderzoekers: • Jan POELAERT
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBKULeuven, Doaa Ahmed Shehata Abouelmagd Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD voor Dooa Ahmed Shehata Abouelmagd Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • ERIC CORIJN
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBKULeuven_Mommaerts Jean-Luc Vrije Universiteit Brussel
Abstract: Joint PhD overeenkomst voor Jean-Luc Mommaerts Organisaties: • Huisartsen en zorg rond het levenseinde
Onderzoekers: • DIRK DEVROEY
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-KUL, Evelien Mertens Vrije Universiteit Brussel Abstract: Prospectieve studie van sedentariteit, fysieke (in)activiteit, fysieke fitheid en gezondheidsgerelateerde parameters bij Vlaamse volwassenen. Organisaties: • Biometrie en Biomechanica
Onderzoekers: • PETER CLARYS
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-KUL, Evelien Van Roie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek: Sarcopenie tegengaan door middel van oefening Organisaties: • Gerontologie
Onderzoekers: • Ivan BAUTMANS
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-KUL, Greet De Baets Vrije Universiteit Brussel Abstract: Een analyse van structurele en evolutionaire mechanismen tegen aggregatie van eiwitten Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Nico VAN NULAND
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-KUL, Mariana Loperfido Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkeling van stamcel gebaseerde gentherapie voor Duchenne spierdystrofie Organisaties: • Celbiologie en Histologie
Onderzoekers: • Marinee CHUAH
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-KUL, Mario Di Matteo Vrije Universiteit Brussel Abstract: Rol van microRNA in het controleren van de lever carcinogenese: in vivo validatie, mechanismen en therapeutische implicaties Organisaties: • Celbiologie en Histologie
Onderzoekers: • Thierry VANDENDRIESSCHE
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-KUL, Melvin Yesid Rincon Acelas Vrije Universiteit Brussel Abstract: Ontwikkeling van nieuwe therapeutische benaderingen voor hart-en vaatziekten door cel-en gentherapie Organisaties: • Celbiologie en Histologie
Onderzoekers: • Thierry VANDENDRIESSCHE
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-KUL, Mokarram Abbas Lubada Vrije Universiteit Brussel Abstract: Heroverweging van de ruimtelijkheid van Arabische vrouwen in openbare ruimtes, het geval van Nablus, Palestina. Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • Bas VAN HEUR
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB- KUL, Roelants Mathieu Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD overeenkomst voor Mathieu Roelants Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • ROLAND HAUSPIE
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-Radboud Universiteit Nijmegen, Jan (Johannes) Andries Vrije Universiteit Brussel Abstract: Voorspellende eigenschap gerangschikt variabele reductie met definitieve complexiteit aangepast modellen in PLS gebaseerd modellering Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUA,Daenen Liesbeth Vrije Universiteit Brussel Abstract: Een prospectieve studie naar de invloed van sensorimotorische incongruentie op de transitie van acute naar chronische whiplashgeassocieerde aandoeningen. Organisaties: • Menselijke Fysiologie
Onderzoekers: • JO NIJS
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench Fee i.h.k. van Joint PhD VUB-UA, Hendrica Karin Janssen Van Doorn Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD overeenkomst voor Hendrica Karin Jannsen van Doorn Organisaties: • Kritische Zorgen
Onderzoekers: • HERBERT SPAPEN
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB- UGent, Aktar Mosammat Salma Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit onderzoeksproject is het identificeren van het proteoom van sulfenylated cysteïne residuen, ook wel sulfenome genoemd. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Joris MESSENS
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-UGent, Ariane Ghekiere Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-UGent, Ariane Ghekiere Organisaties: • Biometrie en Biomechanica
Onderzoekers: • PETER CLARYS
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-UGent, Dorien Simons Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-UGent, Dorien Simons Organisaties: • Biometrie en Biomechanica
Onderzoekers: • PETER CLARYS
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-UGent, Evelyn Pauwels Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD overeenkomst voor Evelyn Pauwels Organisaties: • Cognitieve en Biologische Psychologie
Onderzoekers: • Elke VAN HOOF
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUGent_Gorissen Lara Vrije Universiteit Brussel Abstract: De interesse van consumenten in gezondere voedingsproducten, zoals vetarme producten, is enorm toegenomen gedurende de afgelopen jaren, omwille van het algemeen besef dat een te hoge inname van vetten bijdraagt tot chronische aandoeningen, zoals obesitas, arteriosclerose en hart- en vaatziekten. Het is echter belangrijk in te zien dat niet alle vetten dezelfde effecten veroorzaken. Veel aandacht in het vetgerelateerd onderzoek wordt besteed aan geconjugeerde vetzuren, zoals geconjugeerde linolzuur (CLA) en geconjugeerde linoleenzuur (CLNA), omwille van hun mogelijke isomeerspecifieke effecten op de gezondheid. Verschillende CLA- en CLNA-isomeren komen van nature voor in weefsels en producten van herkauwers als gevolg van het specifiek vetmetabolisme van de micro-organismen in de pens. Tijdens de biohydrogenatie in de pens worden linolzuur (LA) en ?-linoleenzuur (LNA) in de pens omgezet tot respectievelijk c9t11-CLA en c9t11c15-CLNA door het linoleaatisomerase (linoleate isomerase, LAI) van bacteriën. Het c9t11-CLA-isomeer kan ook gevormd worden door de introductie van een dubbele binding in t11-C18:1, een intermediair van de biohydrogenatie, door het ?9-desaturase dat aanwezig is in verschillende dierlijke weefsels, zoals het uierweefsel. De concentraties van CLA en CLNA blijven evenwel te laag in voedselproducten afkomstig van herkauwers om hun biologische functie te kunnen uitoefenen. Het verhogen van de CLA- en CLNA-concentraties in voedingsmiddelen kan mogelijk bereikt worden door
het gebruik van voedseleigen bacteriën die LAI- of desaturase-activiteit vertonen tijdens levensmiddelenproductie. De specifieke doelstellingen van het huidige proefschrift waren: [1] om mogelijke LAI- en ?9-desaturase-activiteiten in bifidobacteriën en melkzuurbacteriën aan te tonen, [2] om een gedetailleerde identificatie van de geproduceerde CLA- en CLNA-isomeren te bieden, [3] om de kinetiek van CLA- en CLNA-vorming door deze bacteriën te bestuderen, [4] om een moleculaire karakterisering van de bacteriële isomerase- en desaturasegenen te geven, en [5] om de CLA- en CLNA-productie door bifidobacteriën en melkzuurbacteriën in gefermenteerde voedingsmiddelen, zoals gefermenteerde melk en vlees, in te schatten. Hoofdstuk 1 geeft een overzicht van de microbiële aspecten van CLA- en CLNA-productie. Het omvat de productie, de gezondheidsaspecten en de aanwezigheid van CLA- en CLNA-isomeren in levensmiddelen. Het vermogen van verschillende bacteriën om LA en LNA om te zetten naar verschillende CLA- en CLNA-isomeren, zowel in groeimedium als in zuivelproducten, werd behandeld. De mogelijkheid van verschillende Bifidobacterium-stammen tot het produceren van CLA- en CLNA-isomeren uit vrij LA en LNA werd onderzocht (Hoofdstuk 2). De stammen werden opgegroeid in de Man-Rogosa-Sharpe (MRS) medium, waaraan LA of LNA (0,50 mg ml-1) werd toegevoegd na 7 h groei. De culturen werden vervolgens geïncubeerd bij 37°C gedurende 72 h. Van de 36 geteste bifidobacteriën waren slechts vier Bifidobacterium breve-stammen, een Bifidobacterium bifidum-stam en een Bifidobacterium pseudolongum subsp. pseudolongum-stam in staat om twee verschillende CLA-isomeren en twee verschillende CLNA-isomeren te produceren. Omzettingspercentages tussen de verschillende stammen varieerden van 19,5% tot 53,5% voor CLA-productie en van 55,6% tot 78,4% voor de productie van CLNA-isomeren. De geproduceerde CLAisomeren werden verder geïdentificeerd met Ag+-HPLC als c9t11-CLA en t9t11-CLA. De CLNA-isomeren werden geïdentificeerd door middel van GC-MS als c9t11c15-CLNA en t9t11c15-CLNA. De kinetiek van de productie van CLA-isomeren (c9t11-CLA en t9t11-CLA) en CLNA-isomeren (c9t11c15-CLNA en t9t11c15-CLNA), uit respectievelijk LA en LNA, door bifidobacteriën (B. bifidum LMG 10645, B. breve LMG 11040, B. breve LMG 11084, B. breve LMG 11613, B. breve LMG 13194 en B. pseudolongum subsp. pseudolongum LMG 11595) werd beoordeeld in laboratoriumfermentaties in MRS-medium waaraan 0,50 mg ml-1 LA of LNA was toegevoegd (Hoofdstuk 2B). Omzetting van LA en LNA naar respectievelijk CLA- en CLNA-isomeren, begon onmiddellijk na toevoeging van de precursor vetzuren. De isomeren die eerst werden gevormd waren c9t11-CLA en c9t11c15-CLNA in respectievelijke hoeveelheden tot 0,16 mg ml-1 en 0,34 mg ml-1. Ze werden gevormd tijdens de actieve groeifase van de bifidobacteriën en hun productie stopte wanneer de cellen aan de stationaire groeifase begonnen. Een tweede reeks isomeren, namelijk t9t11-CLA en t9t11c15-CLNA, verschenen na de productie van de c9t11-isomeren en werden in kleinere hoeveelheden gevonden (respectievelijke hoeveelheden tot 0,09 mg ml-1 en 0,05 mg ml-1). In de stationaire groeifase werd een lichte daling in c9t11-isomeren en een toename van t9t11-isomeren waargenomen, wat de vorming van deze t9t11-isomeren uit de c9t11-isomeren suggereerde. Modellering van de groei- en metabolietdata toonde verschillen in productiekinetiek aan tussen de verschillende Bifidobacterium-stammen. Sommige stammen vertoonden een hoge specifieke omzetting van LA of LNA ondanks hun slechte groei, terwijl andere stammen goed groeiden maar een lagere omzetting vertoonden. Net als voor de bifidobacteriën werd een screening van 48 verschillende melkzuurbacteriën uitgevoerd om hun vermogen tot omzetting van LA en LNA naar verschillende CLA- en CLNA-isomeren aan te tonen (Hoofdstuk 3A). Een Lactobacillus curvatus-, vijf Lactobacillus plantarum- en vier Lactobacillus sakei-stammen vertoonden LAI-activiteit. Grote verschillen in CLNA-omzettingspercentages (van 0,9% tot 60,1%) werden waargenomen tussen de stammen. De omzetting van LA naar CLA was veel lager (van 1,6% tot 4,6%) en werd slechts waargenomen bij drie stammen. De sequenties van de potentiële LAI-genen van de CLA- en CLNA-producerende melkzuurbacteriestammen werden geamplificeerd met PCR en gesequeneerd. De bekomen sequenties waren voor 75% tot 99% identiek met een gekende sequentie van een LAI-gen van een Lb. plantarum-stam. Vervolgens werd de invloed van pH en temperatuur op CLA- en CLNA-productie door Lb. sakei LMG 13558 beoordeeld in laboratoriumfermentaties in MRS-medium gesupplementeerd met 0,50 mg ml-1 LA of LNA (Hoofdstuk 3B). De CLA-isomeren gevormd uit LA waren c9t11-en t9t11-CLA. LNA werd omgezet tot c9t11c15- en t9t11c15-CLNA. De optimale condities voor CLA- en CLNA-productie uit respectievelijk LA en LNA door Lb. sakei LMG 13558 werden bekomen bij 30°C en pH 6,2. Fermentaties uitgevoerd bij een lagere pH (5,5) bij 30°C en een hogere temperatuur (37°C) bij pH 6,2 zorgden dat geen conversie van LA naar CLA-isomeren plaats vond en slechts een beperkte conversie van LNA naar CLNA-isomeren werd waargenomen. Fermentaties uitgevoerd bij lagere temperaturen (20 en 25°C) bij pH 6,2 hadden een licht verminderde LAI-activiteit van Lb. sakei LMG 13558 als gevolg. In een volgende stap werden bifidobacteriën en melkzuurbacteriën met LAI-activiteit gebruikt als functionele starterculturen, met als doel de productie van CLA- en CLNA-isomeren in gefermenteerde levensmiddelen te verhogen (Hoofdstuk 4). Melkfermentaties werden uitgevoerd na toevoeging van CLA- en CLNA-producerende bifidobacteriestammen, terwijl voor de vleesfermentaties een CLA- en CLNA-producerende Lb. sakeistam (LMG 13558) werd gebruikt. Beide soorten levensmiddelen werden bereid zonder toevoeging van externe bronnen van LA of LNA. Helaas werd geen toename in CLA- en CLNA-hoeveelheden gevonden in de gefermenteerde eindproducten. De concentraties van LA en LNA in zowel melk als vlees waren gelijkaardig aan of hoger dan de concentraties van deze vetzuren die gebruikt werden tijdens de screening van bifidobacteriën en melkzuurbacteriën in MRS-medium gesupplementeerd met vrij LA en LNA. In melk was echter niet genoeg LA en LNA aanwezig in de vrije vorm. In de vleesfermentaties waren de temperatuur en pH waarschijnlijk de beperkende factor voor omzetting van LA en LNA naar de respectievelijke CLA- en CLNA-isomeren. Hoofdstuk 5 geeft de resultaten weer van de screening voor ?9-desaturase-activiteit in bifidobacteriën en melkzuurbacteriën. In eerste instantie werd de aanwezigheid van ?9-desaturase-activiteit onderzocht door middel van een genotypische screening. Primers werden ontwikkeld gebaseerd op geconserveerde regio's in de eiwitsequenties van ?9-desaturase-enzymen. Door de hoge graad van degeneratie van de primers bleef de beoogde PCR zonder succes. Ten tweede werden geen gelijkaardige ?9-desaturasesequenties gevonden in de beschikbare genoomsequenties van melkzuurbacteriën en bifidobacteriën. Ten derde werd C18:0 aan het groeimedium toegevoegd voor een fenotypische screening. Na 72 h incubatie werd geen transformatie van C18:0 tot c9-C18:1 waargenomen met behulp van gaschromatografie. Uit deze resultaten kon geconcludeerd worden dat noch de bifidobacterie- noch melkzuurbacteriestammen ?9-desaturase-activiteit bezaten. Tot slot werd in een algemene discussie gezocht naar een verband tussen de bekomen resultaten. Hieruit bleek dat bifidobacteriën efficiënter waren dan melkzuurbacteriën in het omzetten van LA en LNA naar respectievelijk CLA- en CLNA-isomeren. De selectie van een geschikte Bifidobacterium-stam, in combinatie met aangepaste procescondities voor groei en bijhorend vetzuurmetabolisme, kan leiden tot de productie van een gewenste isomeer. Het gebruik van bifidobacterie- en melkzuurbacteriestammen als functionele starterculturen in de productie van gefermenteerde levensmiddelen met verhoogde concentraties aan CLA en CLNA kent echter vele beperkingen. Aandacht moet besteed worden aan de concentraties van vrij beschikbaar LA en LNA in deze levensmiddelen, alsook aan de intrinsieke en omgevingsfactoren van hun fermentatieproces. Verdere studies blijven noodzakelijk om de relevantie van de productie van CLA en CLNA door micro-organismen in levensmiddelen te onderzoeken. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • FREDERIC LEROY
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB- UGent, Jelle Elseviers Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD overeenkomst voor Jelle Elseviers Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • HENRI DE GREVE
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-UGent, Mérédis Favreau Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-UGent, Mérédis Favreau Organisaties: • Immunologie en Microbiologie
Onderzoekers: • Karin VANDERKERKEN
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Arimatéa De Carvalho Ximenes Vrije Universiteit Brussel Abstract: Titel: Distributiepatronen van soorten in mangroven als projectie van hun fundamentele niche. Doel: Inzicht in de ecologische werking van het mangrove ecosysteem te krijgen door de emergente eigenschappen die vanuit het component biota voortkomen. Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • NICO KOEDAM
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Dennis De Ryck Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD voor Dennis De Ryck Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • LUDWIG TRIEST
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Elisha Jenoh Vrije Universiteit Brussel Abstract: Schade door insecten aan Sonneratia alba bomen in Keniaanse mangroven heeft gevolgen voor het mangrove ecosysteem werking en ecosysteem diensten Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • NICO KOEDAM
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Fleur Van Nedervelde Vrije Universiteit Brussel Abstract: Biologie Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • NICO KOEDAM
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Francisco Javier Benitez Capistros Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Francisco Javier Benitez Capistros Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • NICO KOEDAM
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Jean Hugé Vrije Universiteit Brussel Abstract: Are we doing the right things the right way? Sustainability assessment in North and South - a learning perspective Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • NICO KOEDAM
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Judith Auma Ochieng
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Mangrove houtformatie als basis voor duurzaam houtproductie in de huidige klimaatcontext Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • NICO KOEDAM
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Maarten Van Opstal Vrije Universiteit Brussel Abstract: Als centrale onderzoeksdoelstelling, wil dit onderzoeksproject een analyse maken van het potentieel van het concept culturele diversiteit voor de implementatie van duurzame ontwikkeling (DO) op een lokaal niveau, met respect voor het creëren van op 'veerkracht' gebaseerde socioecologische systemen. De overkoepelende onderzoeksvraag is 'Hoe kan culturele diversiteit en integratie van vergelijkend culturele inzichten bijdragen aan duurzame ontwikkeling, duurzaamheidsbeoordeling en biodiversiteitsbecherming?' Het project concentreert zich op de volgende drie onderzoeksvragen. 1] Is de degradatie of transformering van culturele en biologische dversiteit verbonden op het lokale niveau? Deze eerste onderzoeksvraag zal worden benaderd door gebruik te maken van Participatory Rural Appraisal (PRA) methodes, vertrekkend van drie casestudies. Gebaseerd op deze drie cases op het lokale niveau, zullen beleids- en managementadviezen worden geformuleerd in de vorm van beleidsondersteunende strategieën ter ondersteuning van lokale 'actie-genererende' beleidsmaatregelen. 2] Gebaseerd op deze casestudies, zullen gangbare duurzaamheidsinstrumenten en beoordelingsinstrumenten en de manier waarop ze culturele diversiteit incorporeren worden geëvalueerd. Door het beantwoorden van de tweede onderzoeksvraag - Hoe integreerd duurzame ontwikkeling culturele aspecten en diversiteit in haar implementerings- en beoordelingsinstrumenten? - zullen aanbevelingen worden geformuleerd voor het verbeteren van deze instrumenten vanuit een lokaal 'bottom-up' (bio)cultureel perspectief. Eveneens zullen mogelijke indicatoren voor (bio)culturele diversiteit worden gecreëerd, met als resultaat een praktische toolbox gedragen door de lokale gemeenschap. 3] Vraag drie - Functioneert culturele diversiteit als één van de constitutieve elementen van duurzame ontwikkeling? - beoogt een analyse te bewerkstelligen van de recente trends in culturele benaderingen van duurzame ontwikkeling, gebaseerd op de gangbare wetencshappelijke praktijk en beleidsstrategieën vanuit een ruimer academisch perspectief. Daarbij zullen mogelijke verbanden tussen culturele en biologische diversiteit als constitutieve of complementaire elemeneten van DO worden geïdentificeerd en de wenselijkheid van het amalgameren van lokale traditionele kennis en wetenschappelijke kennis in duurzaamheidsmanagement en -beleid onder de loep worden genomen. Dit zal resulteren in meer algemene conclusies, gebaseerd op een bredere analyse van het voorgestelde concept culturele diversiteit in het kader van DO en veerkrachtige socioecologische systemen. Het overkoepelende onderzoeksopzet is het genereren van beleids- en managementadvieven die gedragen worden door lokale gemeenschappen en gebruikt kunnen worden voor lokaal actie-genererend beleid. Organisaties: • Kritische Zorgen
Onderzoekers: • REGINALD DESCHEPPER
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Mukherjee_Nibedita Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD overeenkomst voor Mukherjee Nibedita Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • Farid DAHDOUH-GUEBAS
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Thi Van Tran Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen NL abstract Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • NICO KOEDAM
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-ULB, Tom Van Der Stocken Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD voor Tom Van Der Stocken Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • NICO KOEDAM
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUniversité Amar Telidji Laghouat Algerije, Ziyad Ben Ahmed Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-Université Amar Telidji Laghouat Algerije, Ziyad Ben Ahmed Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUniversité Bordeaux 3_Berzin Marion Vrije Universiteit Brussel
Abstract: Joint PhD overeenkomst voor Berzin Marion Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • ERIC CORIJN
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUniversité de Monastir, Assia Hamdi Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-Université de Monastir, Assia Hamdi Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUniversiteit Antwerpen, An De Meulenaere Vrije Universiteit Brussel Abstract: Joint PhD overeenkomst voor An De Meulenaere Organisaties: • Gerontologie
Onderzoekers: • Ivan BAUTMANS
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUniversiteit Gent, Freek Spitaels. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Zure bieren van spontane gisting, ook lambiekbieren genoemd, zijn typische traditonele gefermenteerde producten. Deze lambiekbieren, zoals gueuze (verkregen door hergisting van lambiek op de fles), zijn unieke streekproducten voor België. Toch is vandaag vrij weinig geweten over de micro-organismen die de eigenheid van deze fermentaties bepalen. De kwaliteitscontrole bestaat vandaag nog steeds uit het opvolgen van de verschillende vaten door organoleptische beoordeling door de brouwer: kijken, ruiken en proeven. Op het einde van dit proces worden de vaten opnieuw versneden om uiteindelijk een homogeen product met min of meer dezelfde eigenschappen en dus een min of meer constante kwaliteit te verkrijgen. Het is duidelijk dat deze organoleptische beoordeling zeer subjectief is, geen gecontroleerd microbiologisch management toelaat en slechts laattijdig bericht over de evolutie van een vat. Daarom is er nood aan betaalbare, wetenschappelijk objectieve data die gecorreleerd kunnen worden aan de eigenschappen van een vat. De complexiteit van de lambiekfermentatie vereist tevens een snelle technologie die in staat is tot realtime controle van de totale microbiële populatie zodat afwijkende eigenschappen of effecten van ingrepen in het productieproces gecorreleerd kunnen worden aan de microbiële samenstelling, wat op zijn beurt bijsturing van het productieproces mogelijk maakt. Het voorliggend project komt hieraan tegemoet door de ontwikkeling en validering van een high-throughput massaspectrometrische identificatietechnologie. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Luc DE VUYST
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUniversiteit Twente, Ellen Hubin Vrije Universiteit Brussel Abstract: Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUB-Universiteit Twente, Ellen Hubin Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Nico VAN NULAND
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUniversity of Ljubljana, San Hadzi Vrije Universiteit Brussel Abstract: Structurele en thermodynamische basis van transcriptie regulatie of the higBA TA module van Vibrio Cholerae Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • REMY LORIS
Bilaterale samenwerking in het kader van gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. van Joint PhD VUBUniversity of Valencia, Lluch Girbes Enrique Vrije Universiteit Brussel Abstract: studie rond het effect van neurologische studies bij patienten met chronische kniepijn gerelateerd aan osteoarthritis Organisaties: • Menselijke Fysiologie
Onderzoekers: • JO NIJS
Billijkheid in de eerstelinsgezondheidszorg in Europa Universiteit Gent Abstract: Het doel van deze studie is 1) het ontwikkelen van een theoretisch framework dat het concept "equity" in de setting van eerstelijnsgezondheidszorg in Europa weergeeft 2) het opstellen van indicatoren om equity te meten 3) het in kaart brengen van de equity dimensie in eerstelijnsgezondheidszorgsystemen in Europa 4) het bestuderen van de relatie tussen equity en de andere dimensies van kwaliteit van zorg (kosteneffectiviteit, ...)
Organisaties: • Vakgroep Huisartsgeneeskunde en eerstelijnsgezondheidszorg
Onderzoekers: • Sara Willems
Bimanuele coördinatie: functionele en structurele hersenbeeldvorming bijgezonde jongvolwassenen en patiënten met een traumatisch hersenletsel KU Leuven Abstract: SamenvattingHet is duidelijk dat het uitvoeren van talrijke dagelijkse actviteiten, zoals het strikken van je veters of het openen van een jampot, een optimale samenwerking tussen beide handen vereist. Dergelijke bimanuele controle wordt ondermeer mogelijk gemaakt door het corpuscallosum (CC), dat een optimale communicatie tussen beide hersenhelftenmogelijk maakt. Daarom werd in het eerste deel van dit proefschrift de specifieke rol van het CC tijdens het uitvoeren van bimanuele taken bestudeerd bij gezonde jongvolwassenen. Vervolgens werd de bimanuele vaardigheid bij patiënten met een traumatisch hersenletsel onder de loep genomen, met speciale aandacht voor onderliggende veranderingen in (sub)corticale motorische gebieden. In eerste instantie werd in deel één eenuitgebreide literatuurstudie opgenomen betreffende de rol van het CC tijdens bimanuele controle. Hieruit was af te leiden dat het CC een belangrijke rol inneemt tijdens de uitvoering van bimanuele taken, en het liettoe om tot Organisaties: • Bewegingscontrole & Neuroplasticiteit
Onderzoekers: • Stephan Swinnen • Jolien Gooijers
Binauraal horen bij kinderen met twee cochleaire implantaten. Universiteit Antwerpen Abstract: Binauraal horen bij kinderen met twee cochleaire implantaten. Organisaties: • Translationele Neurowetenschappen (TNW)
Onderzoekers: • Paul Van de Heyning
Binnendijkse slik- en schorontwikkeling dankzij een gereduceerd getij. Universiteit Antwerpen Abstract: Intergetijdengebieden zoals slikken en schorren maken van estuaria waardevolle gebieden met hoogproductieve levensgemeenschappen. Slikken en schorren vormen een belangrijk habitat binnen estuariene ecosystemen en spelen een essentiële rol in de nutriëntencyclering. De voorbije eeuw is door antropogene ingrepen zoals havenuitbreiding, inpoldering of dijkwerken de totaliteit van slikken en schorren in de Zeeschelde echter sterk afgenomen, zowel in oppervlakte als in kwaliteit. Schorherstel is daarom nodig. In gecontroleerde overstromingsgebieden, gepland als onderdeel van het Sigmaplan ter beveiliging van het Zeescheldebekken tegen overstromingen, kan veiligheid gecombineerd worden met natuurontwikkeling. Door middel van een gecontroleerd overstromingsgebied met gereduceerd getij (GGG), kunnen deze gebieden onder invloed van het Scheldetij gesteld worden. Het is echter nauwelijks geweten of deze nieuwe intergetijdengebieden dezelfde ecologische functies en structuren kunnen ontwikkelen als de buitendijkse slikken en schorren. Om een antwoord te bieden op deze vraag zal het principe van een GOG-GGG getest worden in het 10 ha grote testgebied Lippenbroek. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire • Tom Maris
Binnenhuis risicofactoren voor respiratoire aandoeningen bij kinderen: ontwikkeling en toepassing van niet-invasieve biomarkers. (ANIMO) Universiteit Antwerpen Abstract: Respiratoire aandoeningen bij kinderen behoren tot de onderzoeksprioriteiten in milieu en gezondheidsprogramma's. Biomonitoring in kinderen stelt een aantal specifieke problemen zoals verzamelen van biologische stalen, onderzoek van blootstelling en gezondheidseffecten en ethische aspecten. Het doel van dit project is de ontwikkeling van niet-invasieve biomerkers die toegepast kunnen worden in kinderen en die toelaten om schadelijke effecten aan de luchtwegen in een vroege fase op te sporen zodat preventieve maatregelen kunnen worden genomen vooraleer er een duidelijk ziektebeeld ontstaat. Organisaties: • Laboratorium Experimentele geneeskunde en Pediatrie (LEMP)
Onderzoekers: • Kristine Desager
Binnenhuis risicofactoren voor respiratoire aandoeningen bij kinderen: ontwikkeling en toepassing van niet-invasieve biomarkers. (ANIMO - tweede fase) Universiteit Antwerpen Abstract: Respiratoire aandoeningen bij kinderen behoren tot de onderzoeksprioriteiten in milieu en gezondheidsprogramma's. Biomonitoring in kinderen stelt een aantal specifieke problemen zoals verzamelen van biologische stalen, onderzoek van blootstelling en gezondheidseffecten en ethische aspecten. Het doel van dit project is de ontwikkeling van niet-invasieve biomerkers die toegepast kunnen worden in kinderen en die toelaten om schadelijke effecten aan de luchtwegen in een vroege fase op te sporen zodat preventieve maatregelen kunnen worden genomen vooraleer er een duidelijk ziektebeeld ontstaat. Organisaties: • Laboratorium Experimentele geneeskunde en Pediatrie (LEMP)
Onderzoekers: • Kristine Desager
Bioactieve componenten in moedermelk. Universiteit Antwerpen Abstract: De invloed van vaccinatie tijdens de zwangerschap op bioactieve componenten in moedermelk (specifieke antistoffen tegen kinkhoest en influenza, de totale hoeveelheid SIgA en zijn subclasses en lactoferrine) zal in een eerste luik onderzocht worden. Daarenboven bestuderen we het effect van de bewaaromstandigheden op de bioactieve componenten. Verschillen tussen moedermelk van preterm en at term bevallen moeders zal
geanalyseerd worden in samenwerking met de dienst Neonatologie van UZA. Organisaties: • Medische biochemie
Onderzoekers: • Ingrid De Meester • Pierre Van Damme • Sara De Schutter
Bioactiviteit van histidine-bevattende dipeptiden: van voedingsbehoeften naar functioneel vlees Universiteit Gent Abstract: Verscheidene bioactieve componenten in voeding van plantaardige en dierlijke oorsprong hebben fysiologische en gezondheidsbevorderende functies. The focus van het huidige project is gerelateerd aan histidine-bevattende dipeptiden (HCD), waaronder carnosine en de gemethyleerde analogen ervan. Het concept van het project houdt in dat de inname van HCD de oxidatieve en glycatiestress kan onderdrukken en in rekening moet worden gebracht bij voedingsrichtlijnen. Organisaties: • Vakgroep Bewegings- en sportwetenschappen
Onderzoekers: • Wim Derave
Bioafbreekbare en bioerodeerbare oculaire artsenijvormen met gereguleerde afgifte. Universiteit Antwerpen Abstract: Om de beschikbaarheid van oculaire geneesmiddelen te verhogen zullen biocompatibele en bioafbreekbare of bioerodeerbare colloïdale dragers met reguleerde afgifte ontwikkeld en vergeleken worden met bioadhesive minitabletten. De formulatie van PLGA nano- of micropartikels zal geoptimaliseerd worden door gebruik te maken van factorial design met als doel inzicht te verwerven in de verschillende parameters die de fysische eigenschappen van de bereide deeltjes beïnvloeden. De deeltjesgrootte en zetapotentiaal van de partikels, alsook de geneesmiddelconcentratie in de deeltjes en de afgiftesnelheid zullen bepaald worden voor en na vriesdrogen en sterilisatie van de bereiding. Bovendien zullen de uitwendige en inwendige structuur van de drager worden bestudeerd. Vervolgens zal de muco- of bioadhesie van de PLGA partikels worden verbeterd door omhullen met verschillende (kationogene) polymeren om aldus de precorneale verblijftijd te verlengen. Ten slotte zullen van de meest beloftevolle bereidingen de in vivo verdraagbaarheid en geneesmiddel- afgifte uit (omhulde) PLGA partikels en bioadhesive minitabletten worden onderzocht. Organisaties: • Galenische, industriele farmacie, biofarmacie • Laboratorium voor Farmaceutische Technologie en Biofarmacie
Onderzoekers: • Annick Ludwig • Kathleen Dillen
Bioafbreekbare en bioerodeerbare oculaire artsenijvormen met gereguleerde afgifte. Universiteit Antwerpen Abstract: Om de beschikbaarheid van oculaire geneesmiddelen te verhogen zullen biocompatibele en bioafbreekbare of bioerodeerbare colloïdale dragers met reguleerde afgifte ontwikkeld en vergeleken worden met bioadhesive minitabletten. De formulatie van PLGA nano- of micropartikels zal geoptimaliseerd worden door gebruik te maken van factorial design met als doel inzicht te verwerven in de verschillende parameters die de fysische eigenschappen van de bereide deeltjes beïnvloeden. De deeltjesgrootte en zetapotentiaal van de partikels, alsook de geneesmiddelconcentratie in de deeltjes en de afgiftesnelheid zullen bepaald worden voor en na vriesdrogen en sterilisatie van de bereiding. Bovendien zullen de uitwendige en inwendige structuur van de drager worden bestudeerd. Vervolgens zal de muco- of bioadhesie van de PLGA partikels worden verbeterd door omhullen met verschillende (kationogene) polymeren om aldus de precorneale verblijftijd te verlengen. Ten slotte zullen van de meest beloftevolle bereidingen de in vivo verdraagbaarheid en geneesmiddel- afgifte uit (omhulde) PLGA partikels en bioadhesive minitabletten worden onderzocht. Organisaties: • Laboratorium voor Farmaceutische Technologie en Biofarmacie
Onderzoekers: • Annick Ludwig • Kathleen Dillen
Biobanking en dementie mib van alzheimer en glaucoma. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds MRFA. UA levert aan MRFA de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Peter De Deyn
Biobeschikbaarheid en transformatie van arseen uit levensmiddelen: rol van voedselbereiding, -bewaring en ?vertering Universiteit Gent Abstract: Arseen (As) is een frequent voorkomende contaminant in tal van voedingsmiddelen. Het BIOTRAs-project beoogt: i) na te gaan wat het effect is van voedselbewaring, voedselbereiding en gastro-intestinale voedselvertering op de speciatie van arseen in levensmiddelen; ii) de biobeschikbaarheid en toxiciteit van deze As-species te evalueren; iii) te komen tot een meer accurate blootstellingsevaluatie. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie • Vakgroep Toegepaste analytische en fysische chemie
Onderzoekers: • Tom Van de Wiele • Gijs Du Laing
Biobeschikbaarheid van fyto-oestrogeen uit soja en hop Universiteit Gent
Abstract: Soja-isoflavonen en hop-prenylflavonoïden zijn fyto-oestrogenen en kunnen daarom een rol spelen in de preventie of behandeling van hormoonafhankelijke aandoeningen. Na consumptie worden deze componenten ofwel onmiddellijk opgenomen in de bloedbaan ofwel eerst gemetaboliseerd door de colon microbiota. De opname, het metabolisme en de distributie in borstweefsel van deze fyto-oestrogenen en hun metabolieten zullen in vivo bestudeerd worden. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Denis De Keukeleire • Willy Verstraete
Biobeschikbaarheid van fyto-oestrogenen uit soja en hop Universiteit Gent Abstract: Soja-isoflavonen en hop-prenylflavonoïden zijn fyto-oestrogenen en kunnen daarom een rol spelen in de preventie of behandeling van hormoonafhankelijke aandoeningen. Na consumptie worden deze componenten ofwel onmiddellijk opgenomen in de bloedbaan ofwel eerst gemetaboliseerd door de colon microbiota. De opname, het metabolisme en de distributie in borstweefsel van deze fyto-oestrogenen en hun metabolieten zullen in vivo bestudeerd worden. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Denis De Keukeleire • Willy Verstraete
Biobeschikbaarheid van koper in overgangswateren : een nieuwe fysiologische benadering Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Toegepaste ecologie en milieubiologie
Onderzoekers: • Colin Janssen
biochemical and biophysical characterization of small heat shock proteins KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Biokristallografie
Onderzoekers: • Sergei Strelkov • Michelle Heirbaut
Biochemische, elektrofysiologische en ultrastructurele analyse van neurotoxische APP klievingsproducten in transgene muismodellen voor amyloïdosis. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Debby Van Dam • Peter De Deyn
Biochemische en klinische karakterisatie van TDP-43 als diagnostische marker voor FTLD met TDP-43 pathologie. Universiteit Antwerpen Abstract: Frontotemporale lobaire degeneratie (FTLD) is de tweede meest voorkomende vorm van dementie met jonge aanvaangsleeftijd, na de ziekte van Alzheimer (AD). Aangezien FTLD vooral mensen van middelbare leeftijd treft, heeft deze invaliderende ziekte een dramatisch effect op het persoonlijke en professionele leven van patiënten. De differentiële diagnose van dementie is gebaseerd op de klinische diagnose die zelfs met behulp van bestaande AD biomarkers in cerebrospinaal vocht suboptimaal is. Er bestaan immers geen goed gekarakteriseerde en gevalideerde diagnostische markers voor FTLD. Door de ontdekking van het TAR DNA-binding proteïne van 43 kDa (TDP-43) als belangrijkste eiwit in de pathogenese van 50-60% van de FTLD patiënten, werd meteen ook een potentiële diagnostische marker voor FTLD-TDP geïdentificeerd. Het huidige project heeft als doelstellingen: (1) het genereren van nieuwe TDP-43 antilichamen en de karakterisatie van TDP-43; (2) het ontwikkelen van een immunoassay om TDP-43 te kwantificeren in biologische stalen; (3) het testen van het diagnostische potentieel van TDP-43 waarvoor stalen van bevestigde FTLD-TDP en AD patiënten gebruikt zullen worden. Indien dit project succesvol is, dan zal dit project leiden tot nieuwe diagnostische instrumenten (goed gekarakteriseerde TDP-43 antilichamen en een immunoassay) voor onderzoekers om de TDP-43 pathogenese verder te bestuderen wat tot nieuwe onderzoekshypothesen kan leiden en eventueel ook nieuwe farmacologische behandelopties. Door de TDP-43 immunoassay te gebruiken als diagnostisch instrument om FTLD-TDP patiënten te identificeren, hopen we de (differentiële) dementiediagnostiek te verbeteren en een bijdrage te leveren aan het domein van andere TDP pathologieën. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Sebastiaan Engelborghs • Julie van der Zee • Joery Goossens
Biochemische en moleculair biologische karakterisatie van de peroxidase isoenzymen die UV-tolerantie bepalen middels hun effect op plant architectuur en phenol metabolisme in Arabidopsis. Universiteit Antwerpen Abstract: Een essentiële eigenschap van planten is hun vermogen stresssituaties te kunnen antwoorden. Planten die opgegroeid worden bij natuurlijk zonlicht zijn aangepast aan de heersende UV-B intensiteiten. Hierbij is er een biologisch antwoord waardoor de schade, veroorzaakt door de UV-reacties, vermeden wordt. Het doel van dit project is de hypothese te testen in hoeverre de expressieniveaus van een klein aantal peroxidase enzymen niet alleen de UV-bescherming controleren maar daarenboven invloed hebben op de UV-B geïnduceerde morfogenese via auxinehomeostase. We zullen de UV-gereguleerde peroxidase isoënzymen identificeren d.m.v. proteoomanalyse alsook de UV-bescherming en het
fytohormoonmetabolisme bestuderen in Arabidopsis thaliana waarin deze isoënzymen tot overexpressie gebracht worden. Organisaties: • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Yves Guisez
Biochemische en moleculaire karakterisatie van het transporteiwit betrokken in de opname van dehydroascorbaat doorheen de plant plasmamembraan. Universiteit Antwerpen Abstract: Biochemische en moleculaire karakterisatie van het transporteiwit betrokken in de opname van dehydroascorbaat doorheen de plant plasmamembraan. Organisaties: • Plantenfysiologie • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Nele Horemans • Yves Guisez
Biochemische, fysiologische en biologisch-moleculaire studie van nieuwe ribosoom-inactivatie proteïnen van verschillende plantensoorten . Vrije Universiteit Brussel Abstract: De hoofdinteresse van de Vlaamse groepen gaat uit naar het bestuderen van de fysiologische functie van de ribosoom-inactiverende proteïen en meer bepaald de rol die ze spelen in de verdediging van de plant . Daaraan gekoppeld wordt de mogelijkheid onderzocht om de genen van enkele geselecteerde RIPs te gebruiken om cultuurplanten resistentie te verschaffen tegen ziekten en plagen . Losstaand daarvan is er ook een interesse om nieuwe RIPs te isoleren die kunnen gebruikt worden om immunotoxinen te maken met een verhoogde specifiteit en een verminderde bijwerking . Uiteraard vergt dit onderzoek naar de functie en de eventuele exploitatie van de RIPs ook een grondige studie van hun enzymatische en cytotoxische eigenschappen en van hun driedimensionale structuur . Dit laatste aspect is van cruciaal belang wanneer zal overgegaan worden om door middel van proteinengeneering RIP's met verbeterde eigenschappen te creëren . Een ander belangrijk aspect betreft de mogelijkheid om toegang te verkrijgen tot plantenmateriaal uit China . Recente ontwikkellingen in het domein van de RIPs doen immersvermoeden dat er nog heel wat nieuwe RIPs meet interessante eigenschappen kunnen ontdekt worden in plantensoorten dir tot nog toe niet getest werden op de mogelijke aanwezigheid van deze eiwitten . Uitgaande van deze overwegingen menen we dat het voorgestelde project perfect past binnen de onderzoeksstrategie van beide Vlaamse groepen . Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • JEAN-PIERRE HERNALSTEENS
Biochemische markers voor een verbeterd diagnostisch onderscheid tussen de ziekte van Alzheimer en dementie met Lewy lichaampjes. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel: Neurodegeneratieve dementies worden gekenmerkt door veranderingen in de hersenen die bestaan uit aggregatie en afzetting van eiwitten. Biochemische markers (biomarkers) in het cerebrospinale vocht (CSV) kunnen deze neuropathologische veranderingen detecteren en hebben een potentiële diagnostische waarde. Van bepaalde biomarkers is reeds bewezen dat ze bijdragen aan de diagnostische accuraatheid en in staat zijn om de ziekte van Alzheimer (AD) te onderscheiden van gezonde controles en patiënten met een depressie of andere psychiatrische stoornissen. Echter, gezien de overlap in klinische symptomen, pathologie en pathofysiologie, blijft de discriminatie tussen AD en dementie met Lewy bodies (DLB) een klinisch relevante, maar niet opgeloste vraag. Dit onderzoek zal zich richten op biomarkers in CSV die de neuropathologie van AD en van DLB weerspiegelen. De combinatie van verschillende biomarkers in goed gekarakteriseerde patiëntengroepen maakt dit onderzoek waardevol en klinisch relevant. Waarschijnlijk zal alleen een combinatie van markers toelaten om DLB te onderscheiden van AD. Dit onderzoek zal ook nieuwe inzichten bieden in de pathofysiologie van dementie. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Sebastiaan Engelborghs
Biochemisch en neurofarmacologisch onderzoek in een dier model voor cerebrale ischemie: een in vivo microdialyse studie / Neurochemische en neurofarmacologische studies in diermodellen van de ziekte van Parkinson en .... Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt de neurobiochemische en neurofarmacologische studie van een aantal neurologische aandoeningen. Er wordt hierbij gebruik gemaakt van dierexperimentele modellen van de ziektes. Met behulp van in vivo intracerebrale rnicrodialyse, gekoppeld aan HPLC-ECD, wordt in de extracellulaire ruimte van verschillende hersendelen bij de rat de neurotransmitters dopamine, serotonine , GABA, glutamaat en ook acetylcholine bepaald na farmacologische manipulatie. Zo werd in het hemi-parkinson model bij de rat de bictransformatie van L-DOPA naar dopamine bestudeerd in het striatum. In dit project willen we verder de biochemische achtergrond achterhalen van de klassieke combinatietherapie L-DOPA en muscarine antagonisten. We willen eveneens de biotransformatie van L-DOPA bestuderen in de substantia nigra en in de hippocampus en in hersenkernen met lage dopaminerge innervatie nl. cerebellum, hersenschors.In een ratmodel van focale limbische epilepsie, ontwikkeld en gekarakteriseerd in het laboratorium, willen we het biochemisch werkingsmechanisme van nieuwe antiepileptica bestuderen door monitoring van glutamaat, GABA en dopamine in de hippocampus en het cerebellum van de rat en dit met simultane opname van het EEG. We willen in hetzelfde model het antiepilepti sch effect nagaan van NMDA- en AMPA-antagoni sten, alsook van Caantagonisten. Organisaties: • Farmaceutische Chemie, Analyse van Geneesmiddelen en Geneesmiddelenkennis • Inwendige Geneeskundige Specialiteiten
Onderzoekers: • GUY EBINGER • YVETTE MICHOTTE • SOPHIE SARRE
Biochemisch en neurofarmacologisch onderzoek van experimentele convulsies bij de rat, door middel van microdialyse. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Doelstelling Psychomotorische epilepsiecrisissen, meestal van temporale oorsprong, zijn moeilijk te behandelen en betekenen een ernstige aantasting van de levenskwaliteit. Er gaat dan ook veel aandacht naar ontwikkeling van nieuwe anti-epileptica. Hierbij worden nieuwe molecules gescreened op hun anticonvulsieve werking via diermodellen van epilepsie. Dergelijke diermodellen kunnen elektrofysiologisch zijn zoals 'minimale electroshock drempel' of chemisch. In ons project willen we een origineel chemisch dierfarmacologisch model uitwerken voor psychomotorische epilepsie, waarbij we in de hippocampus en aanverwante strukturen epileptogene moleculen toedienen. Om het effect van deze moleculen te karakteriseren zullen we via microdialyse tegelijkertijd aminozuurtransmitters (GABA, glutamaat, asparaat) en monoamines (dopamine, noradrenaline, serotonine) meten. Na deze karakterisatie en selectie van het beste model willen we het model aanwenden om biochemische effecten van anti-epileptica en hun werkingsmechanismen te bestuderen. Resultaten Systemische toediening van de niet-selectieve muscarine receptor agonist pilocarpine wordt sinds enkele jaren gebruikt als diermodel voor complex partiële aanvallen (Turski et al., 1989). In het onthaallaboratorium werd het systemisch pilocarpinemodel getransformeerd tot een model waarbij 10 mM pilocarpine locaal in de hippocampus van de vrij bewegende rat wordt toegediend gedurende 40 min via de microdialyseprobe aan een debiet van 2 ml/min. Op deze manier worden focaal geïnduceerde epileptische aanvallen beter gesimuleerd. Neurotransmitterveranderingen werden opgevolgd door het collecteren van dialysaten van zowel hippocampus als cerebellum (Smolders et al., 1997a). De effectiviteit van een aantal antiepileptica in dit model werd uitgetest (Smolders et al., 1997a; 1997c). Bovendien werd dit pilocarpinemodel gekarakteriseerd wat betreft zijn aangrijpingspunten en de oorsprong van de geobserveerde neurotransmittervrijgave (Smolders et al., 1997b). Referenties I. Smolders, K. Van Belle, G. Ebinger and Y. Michotte. Hippocampal and cerebellar extracellular amino acid levels during pilocarpine-induced seizures in freely moving rats as measured by microdialysis. Eur. J. Pharmacol. 319 (1997a) 21-29. I. Smolders, G.M. Khan, J. Manil, G. Ebinger and Y. Michotte. NMDA receptor-mediated pilocarpine-induced seizures: characterization in freely moving rats using microdialysis. Br. J. Pharmacol. 121 (1997b) 1171-1179. I. Smolders, G.M. Khan, H. Lindekens, S. Prikken, J. Manil, G. Ebinger and Y. Michotte. Effectiveness of vigabatrin against focally evoked pilocarpine-induced seizures and concomitant changes in extracellular hippocampal and cerebellar glutamate, GABA and dopamine levels, a microdialysis-electrocorticography study in freely moving rats. J. Pharmacol. Exp. Ther. 283 (1997c) 1239-1248. L. Turski, I. Ikonomidou, W. A. Tursli, Z.A. Bortolotto and E.A. Cavalheiro. Review: Cholinergic mechanisms and epileptogenesis. The seizures induced by pilocarpine. Synapse 3 (1989) 154-171. Organisaties: • Farmaceutische Chemie, Analyse van Geneesmiddelen en Geneesmiddelenkennis • Inwendige Geneeskundige Specialiteiten
Onderzoekers: • GUY EBINGER • YVETTE MICHOTTE
Biocidengebruik op varkens- en pluimveebedrijven en relatie tot de antimicrobiële resistentieproblematiek Universiteit Gent Abstract: Momenteel is er veel onduidelijkheid betreffende het mogelijke verband tussen het gebruik van biociden in de primaire dierlijke productie en de ontwikkeling van antimicrobiële resistentie. Dit onderzoeksproject is gericht op het beantwoorden val volgende onderzoeksvragen: 1. Welke biociden worden er gebruikt en wat is de toepassingswijze en concentratie van de gebruikte middelen in de braadkippenhouderij en de varkenshouderij in Belgie? 2. wat is het effect van het gebruik van biociden in de bestudeerde sectoren voor biociden -en antibioticaresistentie selectie? 3. Hebben praktijkisolaten afkomstig uit de braadkippen- en varkenshouderij overdraagbare resistenties tegen biociden en antibiotica? 4. In welke mate beïnvloedt behandeling met biociden transfer van resistentiegenen? 5. In welke mate beïnvloedt adaptatie van bacteriën aan biociden de viabiliteit van de bacteriën en de resistentie tegen antimicrobiële middelen? Organisaties: • Vakgroep Farmacologie, Toxicologie en Biochemie • Vakgroep Verloskunde, voortplanting en bedrijfsdiergeneeskunde
Onderzoekers: • Evelyne Meyer • Jeroen Dewulf
Biocompatibiliteit en cariogeniciteit van kunstharsgebaseerde tandvulmaterialen.nbsp; KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Biomaterialen - BIOMAT
Onderzoekers: • Lode Godderis • Bartholomeus Van Meerbeek • Marleen Peumans • Kirsten Van Landuyt
Biocompatibiliteit van koolstof nanotubes in chronische multielectrode implantaten in het centrale zenuwstelsel van de rat. Universiteit Antwerpen Abstract: Multielectrode hersenimplantaten vertegenwoordigen een boeiende verwezenlijking van neuroengineering. Chronische toepassing wordt beperkt door de vreemd lichaam afweerreactie van hersenweefsel. Koolstof nanotubes (CNTs) zijn interessante nieuwe nanomaterialen gebruikt om een interface te vormen tussen de elektroden en de hersenen. Het doel van dit project is het verhelderen van lange-termijn weefsel reacties op CNTs-gecoate multielektroden. Organisaties: • Theoretische neurobiologie en neuroengineering
Onderzoekers: • Emanuele Cilia
Biocompatibiliteit van kunstharsgebaseerde tandheelkundige materialen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract
Organisaties: • Biomaterialen - BIOMAT
Onderzoekers: • Bartholomeus Van Meerbeek • Kirsten Van Landuyt • Stevan Cokic
Bioconversie van dierlijke mest door eiwit- en vetrijke vliegenlarven: procesoptimalisatie- en sturing Universiteit Gent Abstract: Het projectdoel is het (verder) optimaliseren en automatiseren van het productieproces van eiwit- en vetrijke larven van de zwarte soldatenvlieg door bioconversie van mest. Dit project beoogt simultaan de productie van nieuwe hoogwaardige grondstoffen en de in situ reductie van mest, op een kostenefficiënte, energie-efficiënte, maatschappelijk en ecologisch verantwoorde manier. Organisaties: • Vakgroep Biosysteemtechniek
Onderzoekers: • Jan Pieters
Biodegradatie van organische contaminanten door endofytische bacteriën in zoutminnende planten Universiteit Hasselt Abstract: Het succes van fytoremediatie op bodems verontreinigd met organische contaminanten wordt mede bepaald door de fytotoxiciteit die de gastheer ondervindt ten gevolge van de verontreiniging. Het gebruiken van endofytische bacteriën ter verbetering van fytoremediatie wordt steeds vaker onderzocht omdat endofyten (a) de plantengroei kunnen bevorderen, (b) kunnen bijdragen tot detoxificatie op het niveau van de plant en (c) vaak meer positieve effecten uitoefen op hun gastheer in vergelijking met rhizosfeer bacteriën. Endofytische bacteriën worden gedefinieerd als bacteriën die leven in interne plantenweefsels zonder enig negatief effect te veroorzaken. Endofyten werden reeds geïsoleerd uit talloze plantensoorten. De vermeende endocriene disruptor, bisfenol A (BPA, 2,2-Bis(4hydroxyfenyl)propaan), werd geselecteerd als organische polluent omdat zijn jaarlijkse productie en gebruik sterk gestegen zijn en BPA niet enkel in milieu-gerelateerde stalen werd teruggevonden, maar ook in humane weefsels. Bovendien kan het toxiciteit veroorzaken bij de reproductie, cellulaire responsen stimuleren en cel functies wijzigen, zelfs in zeer lage concentraties.
Het uiteindelijke doel van dit project is het genereren van gezonde planten in symbiose met endofytische bacteriën die in staat zijn om met BPA vervuilde bodems en grondwater te zuiveren en die kunnen geïmplementeerd worden bij fytoremediatie toepassingen op vervuilde locaties. Om deze doelstelling te bereiken, wordt de diversiteit van de cultiveerbare endofytische populatie geassocieerd met twee verschillende halofytische plantensoorten (Tamarix parviflora and Juncus acutus) die groeien op een met BPA verontreinigde bodem en grondwater, onderzocht. Vervolgens zullen endofytische bacteriën die in staat zijn BPA af te breken en tegelijkertijd de plantengroei te bevorderen, geïdentificeerd worden. Verder wordt het effect van de meest belovende geïsoleerde endofytische bacterie, en van een gekende BPA afbrekende bacterie (geïsoleerd uit een afvalwaterzuiveringsinstallatie) geanalyseerd. Concreet worden deze bacteriën geïnoculeerd in de halofytische planten en wordt enerzijds het potentieel om hun gastheer te koloniseren onderzocht en anderzijds wordt hun verdeling in de verschillende plantencompartimenten opgevolgd. Tot slot wordt nagegaan of na inoculatie een daling in de BPA concentraties in bodem en grondwater en een verbeterde plantengroei kan bekomen worden. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Jaak VANGRONSVELD
Biodegradeerbare fluïdica microsystemen voor celculturen en tissue engineering. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Stamcelbiologie en Embryologie
Onderzoekers: • Catherine Verfaillie
Biodepositie en biologische kalkmortels voor de (restauratie-) bouwpraktijk: proof of principle en opschaling (type 3) Universiteit Gent Abstract: De eerste onderzoekslijn van dit project heeft betrekking tot de bescherming van kalksteen met behulp van een microbiologisch geproduceerde calciumcarbonaatlaag. Dit project beoogt de ontwikkeling van een kant-en-klaar product en methode. De tweede onderzoekslijn heeft betrekking tot de versnelde verharding van kalkmortels m.b.v. microbiologisch geproduceerd CO2, nl. een verdere onderbouwing van het proof-of-concept evenals de ontwikkeling van een demonstratieproduct. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Nele De Belie
biodiversiteit en ecosysteemdiensten van kleine bosfragmenten in de Europese landschappen . Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Bos- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Kris Verheyen
Biodiversiteit en functionaliteit van zoöplankton: test van een potentiële indicator van waterkwaliteit (BIOFOZI). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds La Région Nord-Pas de Calais. UA levert aan La Région Nord-Pas de Calais de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
Biodiversiteit en fylogenie van de Typhloplanidae Graff, 1905 (Rhabdocoela: Dalytyphloplanida) Universiteit Hasselt Abstract: Met ongeveer 300 gekende soorten vormen de Typhloplanidae één van de soortenrijkste families binnen de vrijlevende platwormen. Het is echter niet de grote hoeveelheid aan soorten die deze groep zo interessant maakt, maar wel het feit dat zij een grote verscheidenheid vertoont voor wat betreft de morfologie en de ecologie van de verschillende soorten. De meeste soorten komen uitsluitend in het zoetwater voor, terwijl andere enkel in het mariene milieu worden teruggevonden. Interessanter is echter dat er heel wat soorten zijn die zich aangepast hebben aan een leven in semi-terrestrische habitats, wat zeer uitzonderlijk is voor vrijlevende platwormen. Verschillende soorten hebben ook een permanent samenlevingsverband opgebouwd met ééncellige groenwieren, die intern in het lichaam van het dier leven (endosymbiose). Tenslotte komt de groep over de hele wereld verspreid voor, wat vragen oproept omtrent het ontstaan van deze wereldwijde verspreiding, vermits de dieren niet in staat zijn om zich over verre afstand te verplaatsen. Meerdere groepen binnen de Typhloplanidae staan ook bekend om het feit dat soorten op basis van morfologische kenmerken haast onmogelijk te onderscheiden zijn. Dit hindert in grote mate een grondige studie van deze interessante dieren, zowel voor wat betreft ecologie als biodiversiteit. Een grondige moleculair gebaseerde studie dringt zich op. Een laatste interessant punt is dat verschillende soorten blijkbaar een zeer grote verspreiding kennen, en op verscheidene continenten worden teruggevonden. Vermoedelijk handelt het hier niet om één soort, maar om meerdere, morfologische niet te onderscheiden soorten (zogenaamde cryptische biodiversiteit), wat de groep bijzonder interessant maakt voor de evaluatie van DNA-barcoding, een hot-topic binnen het moderne biodiversiteitsonderzoek. In dit project worden drie doelstellingen nagestreefd: 1. Door middel van fylogenetische analyses het evolutief ontstaan nagaan van de wereldwijde verspreiding, de verschillende habitatkeuzes en het ontstaan van de endosymbiose met groenwieren binnen de Typhloplanidae. 2. Een kader opstellen, gebaseerd op moleculaire merkers en morfologie, om soorten binnen problematische groepen te herkennen. 3. Door middel van de studie van een aantal kosmopoliete soorten nagaan of er inderdaad sprake is van cryptische biodiversiteit, en een evaluatie maken van de bruikbaarheid van DNA-barcoding bij platwormen. Om tot bevredigende resultaten te komen zullen de analyses gebeuren op een zo groot mogelijk aantal soorten, die op verschillende plaatsen dienen verzameld te worden. Dit zal ongetwijfeld leiden tot de ontdekking van heel wat nieuwe soorten, die in meerdere publicaties beschreven zullen worden. De analyses zullen bovendien gebeuren in een gecombineerd morfologisch-moleculaire benadering, waarbij meerdere genen gebruikt zullen worden. Het moleculair fylogenetisch onderzoek, gekoppeld aan een ecologische vraagstelling zoals boven weergegeven, en het DNA-barcoding luik, zijn momenteel hot-topics in het modern fylogenetisch onderzoek, en kunnen ongetwijfeld leiden tot meerdere publicaties in toptijdschriften. Een kwantitatief zowel als kwalitatief hoogstaande output is dan ook verzekerd. Organisaties: • Dierkunde: Biodiversiteit en Toxicologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Tom ARTOIS
Biodiversiteit in een arctisch ecosysteem: rol van dispersia, kolonisatie en resistentie aan klimaatextremen. Universiteit Antwerpen Abstract: Biodiversiteit in een arctisch ecosysteem: rol van dispersia, kolonisatie en resistentie aan klimaatextremen. Organisaties: • Polaire Ecologie, Limnologie en Paleobiologie • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Lodewijk Beyens
Biodiversiteit in een arctisch ecosysteem : rol van dispersie, kolonisatie en resistentie aan klimaatsextremen. Universiteit Antwerpen Abstract: Global Warming en zeespiegelstijging worden doorgaans in één adem vernoemd, waarbij de Groenlandse ijskap één der focuspunten is. Modellen leren immers dat wanneer de opwarming meer bedraagt dan 2.7°C, deze ijskap vermoedelijk zal verdwijnen (Pearce 2000). Haast alle prognoses voorspellen dat Groenland nog meer zal opwarmen. Naast de zeespiegelstijging zijn er evenwel nog andere ingrijpende fenomenen: primo bij het afsmelten op deze hogere breedtegraden komt er land vrij dat door biota gekoloniseerd kan worden, en secundo de zuidelijke grens van het noordpoolgebied schuift naar het noorden op. M.a.w. het poolgebied zal enerzijds inkrimpen, anderzijds kan er een nieuw ecosysteem ontstaan op het vrijgekomen land. Waarom nieuw? Omdat de condities i.v.m. dispersie en brongebieden van biota veranderd zullen zijn. In concreto betekent dit dat de diversiteit om diverse redenen zal veranderen. Dit project wil dit procesmatig benaderen door aspecten van biodiversiteit te bestuderen in een gebied met overgangskenmerken, namelijk de toendra op Disko eiland (West-Groenland). Door dit eiland lopen twee klimatologisch bepaalde grenszones: de overgang van discontinue naar continue permafrost, en de overgang van de Lage Arctis naar de Hoge Arctis. Het is een gebied met een vrij hoge diversiteit, dat bij opwarming als brongebied kan fungeren voor kolonisatieprocessen richting noord en oost. Om dit proces modelmatig te kunnen benaderen moet evenwel de vraag gesteld worden naar de oorsprong van de huidige diversiteit. Onze aandacht gaat hierbij naar processen die een rol spelen bij het tot stand komen van deze huidige diversiteit, namelijk dispersie (I) en kolonisatie (II). Daarnaast speelt ook de stabiliteit (III) van de aanwezige populaties (locale extincties t.g.v. verstoring, i.h.b. klimatologische) een rol in de het behoud en de regulering van diversiteit. Als toetssteen voor recente en verwachte toekomstige diversiteitstrends worden paleofluctuaties (IV) van diversiteit onderzocht in veenlagen. Organisaties: • Planten- en vegetatie ecologie • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Ivan Nijs
Biodiversiteit in het Congo basin. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds VLIR. UA levert aan VLIR de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Evolutionaire ecologie (EVECO)
Onderzoekers: • Erik Verheyen
Biodiversiteitsstudies van zeewieren en stekelhuidigen in de transitiezone tussen gematigd zuidelijk Afrika en de tropische westelijke Indische Oceaan. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De fylogenetische relaties tussen de levende klassen echinodermen (Holothuroidea, Asteroidea, Echinoidea, Crinoidea en Ophiuroidea) zijn voor evolutionaire biologen nog steeds grotendeels enigmatisch. De fylogenie van de Asteroidea, Crinoidea Ophiuroidea en Echinoidea werden door middel van vergelijkend morfologisch en moleculair onderzoek grotendeels opgelost. De fylogenie en de evolutie van de zeekomkommers daaerentegen berust nof steeds grotendeels op vergelijkend morfologisch onderzoek en heeft tot op heden geen consensus opgeleverd. Door middel van sequentievergelijking van mitochondriale en nucleaire eiwit-coderende genen zal dit onderzoek ten eerste de evolutie en fylogenie van de Holothuroidea binnen de Echinodermata en ten tweede de evolutie en fylogenie van de Aspidochirotida binnen de Holothuroidea ophelderen. Deze data zullen ons derhalve in staat stellen om de huidige systematische relaties binnen de Echinodermata en de Holothuroidea in het bijzonder te herzien. deze informatie is essentieel bij het opstellen va beheersplannen voor deze overgeëxploiteerde fauna. Zo zal als onmiddelijke toepassing van deze moleculaire systematiek de herkenning van echinodermenlarves mogelijk worden, waardoor reële populatiestructuren beter ingeschat zullen kunnen wordne. Het studiemateriaal zale reeds bestaande collecties uit Oostelijk-Africa omvatten, naast aangevraagde collecties uit Zuid-Africa Indonesië en Ecuador. Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • MARIE-HERMANDE DARO • Yves SAMIJN
Biodiversiteitsstudie van zeewieren en echinodermen (incl. opstellen van een veldgids) van KwaZulu-Natal, met biogeografische studie in de overgangszone tussen de warm gematigde en tropische zuid afrikaanse kust Universiteit Gent Abstract: Enerzijds zal een geïllustreerde veldgids van zeewieren en van echinodermen van de kust van KwaZulu-Natal opgesteld worden. Anderzijds zullen de wiergemeenschappen met geassocieerde stekelhuidigen van het ondiep infralitoraal gekenmerkt worden. Tenslotte zal de biogeografie van de soorten behorend tot deze groepen van organismen bestudeerd worden, in deze overgangszone tussen warm gematigd en tropisch Zuid-Afrika. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Eric Coppejans
Biodiversiteit van drie groepen representatief voor het Antarctisch Zoobenthos (BIANZO): vergelijkende structuur, verspreiding en functie Universiteit Gent Abstract: Studie van vrijlevende mariene nematoden in termen van biodiversiteit, verspreiding en functionaliteit in relatie tot verschillende ecologische en geografische gradienten in the Antarctische weddell sea en aanliggende gebieden. Nematoden gemeenschappen worden morfologisch en moleculair gekarakteriseerd en een databank wordt verder ontwikkeld. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Ann Vanreusel
Biodiversiteit van Nematoda: een belangrijke maar vaak vergeten component van het mariene benthos Universiteit Gent Abstract: Dit project bestudeert de populatiegenetische structuur en cryptische diversiteit van enkele mariene nematodenmorfospecies, alsook autecologische verschillen tussen nauw verwante nematodensoorten door middel van labo-experimenten. Nieuwe soorten zullen worden beschreven, en een uitgebreide dataset van sequenties van diverse loci zal worden opgebouwd en als referentiedatabase gebruikt voor 'next generation sequencing'-methodes voor de analyse van de gemeenschapsstructuur en diversiteit van mariene nematoden. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Tom Moens
Bio-elektromagnetisch software-platform voor computerondersteunde transcraniële magentische stimulatie en conductiviteitsbepaling Universiteit Gent Abstract: We bestuderen nauwkeurige methoden voor het numeriek oplossen van bio-elektromagnetische problemen die daarna gekoppeld kunnen worden aan TMS en MRI. Meer concreet ontwikkelen we een software-platform om (1)de impact van huidige TMS stimulatoren op het neurologisch systeem te berekenen; (2)optimalere TMS spoelconfiguraties te ontwerpen; (3)de patiëntspecifieke conductiviteitswaarden van de verschillende hersenweefsels te schatten met behulp van een MR-gebaseerde techniek IC-MREIT. Organisaties: • Vakgroep Elektrische energie, systemen en automatisering
Onderzoekers: • Luc Dupré
Bioengineering measurements on the human skin and dermato-cosmetic topical products for human skin and more particularly to the efficacy testing in vivo on human skin using clinical evaluations and non invasive bioengineering methods. Vrije Universiteit Brussel Abstract: The consultancy relates generally to the field of bioengineering measurements on the human skin and dermato-cosmetic topical products for human skin and more particulary to the efficacy testing in vivo on human skin using clinical evaluations and non invasive bioengineering methods Organisaties: • Biometrie en Biomechanica
Onderzoekers: • PETER CLARYS
Bioethanol Production from Lignocellulosic Biomass KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. Microbiële en Plantengenetica
Onderzoekers: • Kevin Verstrepen • Kristiaan Willems • Vaskar Mukherjee
Biofarmaceutische producten uit natuurlijke bronnen voor biotechnologische ontwikkeling. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds VLIR. UA levert aan VLIR de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)
Onderzoekers: • Paul F R C M Cos
Bioframe, een bio-informatica framework voor top down systeembiologie Universiteit Gent Abstract: Systeembiologie kan gedefinieerd worden als de studie van biologische systemen als complexe systemen die voortkomen uit interacties tussen hun veelvuldige componenten. The Bioframe project streeft naar het creeëren van een algoritmisch platform voor de integratie van gekoppelde of interactie datasets, pragmatisch en nuttig ovor de bioloog, uitermate integreerbaar en flexibel. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Yves Van de Peer
Biofysische en structurele karakterisatie van een subgroep van prokaryotische voltage-gereguleerde ionenkanalen KU Leuven Abstract: Het onderzoeksdomein van structurele biologie en elektrofysiologie op ionenkanalen vertegenwoordigt een prominente rol inhet hedendaags biomedische onderzoek. Deze studies hebben als doel het verder ontrafelen van de relatie tussen de structuur van deze ionenkanalen en bepaalde fysiologische en pathologische verschijnselen. Zulke inzichten kunnen helpen bij een verdere optimalisatie van de huidige therapeutische aanpak voor ziektes gerelateerd met ionenkanalen maar kunnen bovendien ook nuttig zijn bij het ontwikkelen van nieuwe molecules in het kader van rationele geneesmiddelen ontwikkeling. X-stralen kristallografie is een veel gebruikte techniek voor het verwerven van atomair inzicht in proteïnen via het generen van 3-dimensionele afbeeldingen van deze proteïnen. Deze hoge resolutie 3-dimensionele afbeeldingen kunnen pathologische structuurafwijkingen in kaart brengen en bieden bovendien inzicht over de hechte interacties die geneesmiddelen ondergaan met hun bindingsplaats in deze p Organisaties: • Laboratorium Structurele Neurobiologie
Onderzoekers: • Thomas Voets • Jan Tytgat • Chris Ulens • Divya Kesters
Biofysische karakterisering van Multi-Domein Heemeiwitten. Universiteit Antwerpen Abstract: In sommige van de globine-achtige eiwitten kan men naast het globinedomein ook nog een ander domein herkennen. In dit onderzoeksproject staat de biofysische analyse van twee dergelijke klassen van multidomein heemeiwitten centraal: (a) globine-gekoppelde sensoren en (b) flavohemoglobines. Inzicht in de moleculaire werking van globine-gekoppelde sensoren en van flavohemoglobines impliceert een gedetailleerde kennis van de structurele, dynamische en elektronische eigenschappen van deze biomoleculen. In het onderzoeksproject zal deze kennis verworven worden aan de hand van verschillende karakterisatietechnieken: absorptie en resonante Raman spectroscopie, flitsfotolyse en CW en gepulste elektronen paramagnetische resonantie technieken Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Sabine Van Doorslaer • Filip Desmet
Bio-fysische karaktersisering van Indicatoren voor Stabiliteit Slikgebieden dmv remote sensing (KISS) Universiteit Gent Abstract: Ontwikkeling van modellen zodat bio- en geofysische kenmerken van oppervlaktesedimenten in slikke-gebieden kwantitatief kunnen worden bepaald op basis van de onderliggende bio-fysische processen. Bio-fysische karaktersisering van Indicatoren voor Stabiliteit Slikgebieden dmv remote sensing (KISS). Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Magda Vincx
Biogene invloeden op oxidanten en secundair organisch aërosol: theoretisch, laboratorium- en modellerings-onderzoek (BIOSOA). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Belspo. UA levert aan Belspo de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Departement Farmacie - overige • Bio-organische massaspectrometrie
Onderzoekers: • Magda Claeys-Maenhaut • Willy Maenhaut
Biogene mariene carbonaatskeletten als archieven van klimaatsveranderingen op wereldschaal. Universiteit Antwerpen Abstract: Biogene mariene carbonaatskeletten als archieven van klimaatsveranderingen op wereldschaal. Organisaties: • ECOFYSIOLOGIE EN BIOCHEMIE • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust
Biogeochemie van Riviersystemen: Inzichten vanuit (Sub)Tropische Rivierbekkens in Afrika KU Leuven Abstract: De opwaartse trend in atmosferische concentraties van verschillende broeikasgassen (GHG: greenhouse gases) sinds het begin van het Industriële Tijdperk (~1750) wordt stilaan unaniem toegeschreven aan antropogene verstoringen van source-sink interacties tussen de verschillende koolstof (C) reservoirs van het systeem Aarde (atmosfeer, oceaan, land, lithosfeer). Het is dus van belang om robuuste schattingen te ontwikkelen van de uitwisseling van elementen tussen deze reservoirs, en een geïntegreerd begrip van de natuurlijke cycli van elementen binnen elk van deze reservoirs. Zoetwaterecosystemen vormen in deze context één van de componenten waaraan traditioneel slechts weinig aandacht werd geschonken; ondertussen wordt echter onderkend dat zoetwaterecosystemen niet enkel belangrijke hoeveelheden terrestrisch materiaal transporteren naar de kustzone;doordat deze systemen doorgaans heterotroof zijn, vertonen ze ook een belangrijke efflux van koolstofdioxide (CO2) (en andere broeikasgassen) Organisaties: • Afdeling Bodem- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Steven Bouillon • Trent Richard Marwick
Biogeografie en Biodiversiteit van de Zee - BBSea Integratie van ecologische en evolutieve patronen en processen Universiteit Gent Abstract: Analyse van patronen in species turnover voor representatieve modeltaxa met het oog op het begrijpen van de historische, fylogenetische en omgevingsfactoren die aan de basis liggen van de biogeografische patronen van biodiversiteit. Bepalen van de relatie tussen biodiversiteit en functionele kenmerken van mariene modelsystemen. Ontwikkelen van indices en modellen om de effecten van antropogene activiteiten op de mariene biodiversiteit te kwantificeren. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Magda Vincx • Wim Vyverman • Ann Vanreusel • Koen Sabbe
Bio-indicatoren voor het evalueren van de effecten van landbouwbeheer op bodemkwaliteit in landbouwecosystemen van Santa Clara, Cuba Universiteit Gent Abstract: In dit onderzoek zal de bodemkwaliteit in uiteenlopende landbouwecosystemen worden bepaald langs vooral fysische (bodemstructuur) en biologische weg (met nadruk op mesofauna). De impact van uiteenlopend landbouwbeheer op bodemkwaliteit zal worden gelinkt met verschillen in bodemfuncties (opbrengst, N mineralisatie, ziektewerendheid) om de duurzaamheid van de Cubaanse landbouw te verbeteren en de voedselszekerheid te verhogen. Organisaties: • Vakgroep Bodembeheer
Onderzoekers: • Stefaan De Neve
Bio informatica en modellering: van genoom tot netwerk Universiteit Gent Abstract: De biologie heeft recent een technologische revolutie ondergaan met de ontwikkeling van high-throughput methodes. De integratie van genome, transcriptome en proteome data in dynamische modellen vertegenwoordigt 1 van de voornaamste uitdagingen van de huidige bioinformatica/ het doel van dit project is het bijeenbrengen van expertise gaande van high-throughput data analyse en reverse engineering en dynamisch modelleren als enabler voor systeem biologie Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Yves Van de Peer
Bioinformatica : van nucleotiden tot netwerken ( N2N ) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Peter Dawyndt
Bioinformatica : van nucleotiden tot netwerken ( N2N ) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Wiskunde, Biometrie en Procesregeling
Onderzoekers: • Alexander Panfilov
Bioinformatica : van nucleotiden tot netwerken ( N2N ) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Dieter Deforce
Bioinformatica : van nucleotiden tot netwerken ( N2N ) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Martine De Cock
Bioinformatica : van nucleotiden tot netwerken ( N2N ) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Lennart Martens
Bioinformatica : van nucleotiden tot netwerken ( N2N ) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Jo Vandesompele
Bioinformatica : van nucleotiden tot netwerken ( N2N ) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Elektrische energie, systemen en automatisering
Onderzoekers: • Bernard De Baets
Bioinformatica : van nucleotiden tot netwerken ( N2N ) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Kathleen Marchal
Bioinformatica : van nucleotiden tot netwerken ( N2N ) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Jan Fostier
Bioinformatica : van nucleotiden tot netwerken (N2N) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Wiskunde, Biometrie en Procesregeling
Onderzoekers: • Olivier Thas
Bioinformatica : van nucleotiden tot netwerken (N2N) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Elektrische energie, systemen en automatisering
Onderzoekers: • Gert De Cooman
Bioinformatica: van nucleotiden tot netwerken ( N2N ) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar
Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Wiskunde, Biometrie en Procesregeling
Onderzoekers: • Tim De Meyer
Bioinformatica voor toekomstige precisiegeneeskunde in de behandeling van kanker Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Pediatrie en genetica
Onderzoekers: • Katleen De Preter
Bioinformatics: from nucleotiden to networks (N2N) Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Toegepaste wiskunde en informatica
Onderzoekers: • Lieven Clement
Bioinformatics: from nucleotids to networks (N2N) Universiteit Gent Abstract: The platform From Nucleotides to Networks (N2N) aims at setting up pipelines for the processing of the increasing flow of molecular data and the development of techniques for the integration of this data into further bio-informatics research. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Yves Van de Peer
Bioinformatics of microRNA regulation in Alzheimer's disease KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Bart De Strooper
Bioinformatics tools to study intermediate filament study KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Biokristallografie
Onderzoekers: • Sergei Strelkov • Dmytro Guzenko
Bio-katalytische processen op beschadigde beton- en morteloppervlakken - bescherming tegen biodeterioratie Universiteit Gent Abstract: Deel 1 gaat voornamelijk over de curatieve behandeling van beschadigde beton- en morteloppervlakken, met nadruk op bio-katalytische processen. Enerzijds wordt een procedure onderzocht voor het reinigen van betonoppervlakken met levende bacteriënculturen. Anderzijds wordt een biomineralisatieproces ontwikkeld voor herstel en bescherming van beschadigde oppervlakken. In deel 2 wordt gezocht naar nieuwe betonsamenstellingen met een verhoogde resistentie tegen biodeterioratie. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Willy Verstraete • Nele De Belie
Biokompatibiliteit van biomaterialen voor mond- en tandheelkundig gebruik. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Tandheelkundige materialen ondergaan een aantal veranderingen door fysische, chemische en/of biologische afbraakprocessen. Deze kunnen enerzijds de lange termijnstabiliteit in het gedrang brengen en anderzijds ongewenste nevenwerkingen op orale weefsels en op het organisme uitoefenen. In dit onderzoeksproject zal de invloed van corrosie en afbraakproducten van tandheelkundige materialen en de onderlinge wisselwerking met het mondmilieu worden bestudeerd. De fysische karakteristieken van de vrijgekomen deeltjes (grootte, vorm, samenstelling) en de oppervlakte-eigenschappen (vorming van biofilmen, fysische en chemische eigenschappen) zullen worden gerelateerd aan biologische variabelen van cellen in cultuur (profileratiecurves, aanwezigheid van biochemische en genetische markers) met het doel celkulturen tot een doeltreffend instrument in materiaalonderzoek te maken. Organisaties: • Conserverende en Prothetische Tandheelkunde
Onderzoekers: • PETER BOTTENBERG
Bio-LCA: Introductie van biodiversiteit in levenscyclusanalyse (LCA). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties:
• Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Reinhart Ceulemans • Ricardo Filipe de Melo Teixeira
Biological Resource Centre (BRC) Universiteit Gent Abstract: De Belgische Gecoördineerde Verzamelingen van Micro-organismen (BCCM) zijn een consortium van gedecentraliseerde collecties van biologische hulpbronnen (?Biological Resource Centres, BRCs?), welke momenteel belangrijke verzamelingen bevatten van bacteriën (BCCM/LMG), agro-industriële schimmels en gisten (BCCM/MUCL), bio-medische schimmels en gisten (BCCM/IHEM), plasmiden en DNA bibliotheken (BCCM/LMBP). Deze collecties biologisch materiaal, gerelateerde informatie en wetenschappelijke ?know how? staan publiek beschikbaar voor de wetenschappelijke gemeenschap. Met het onderhavige project beogen de projectpartners het patrimonium en het domein van de BCCM te vergroten door het aanhechten van bijkomende verzamelingen interessante organismen welke aanwezig zijn in Belgische Onderzoeksinstellingen. Van de vele onderzoekscollecties, werden drie collecties geselecteerd op basis van de grootte van hun verzameling, hun uniekheid, en het niveau van de hiermee gepaard gaande wetenschappelijke expertise: de Diatomeeën collectie van de Universiteit Gent, de collectie van Polaire Cyanobacteriën van de Universiteit Luik, en de collectie van Mycobacteriën van het Instituut voor Tropische Geneeskunde in Antwerpen. Deze drie collecties bestaan uit biologische bronnen die momenteel erg ondervertegenwoordigd zijn in cultuur collecties wereldwijd, ondanks hun interesse voor wetenschappelijke, industriële en milieu en medische R&D toepassingen. Organisaties: • Vakgroep Biochemie en Microbiologie
Onderzoekers: • Paul De Vos
Biological Resource Centre (BRC) BCCM/LMBP Universiteit Gent Abstract: BCCM/LMBP staat voornamelijk in voor de lange-termijn-bewaring van recombinante plasmiden, microbiële gastheerstammen en DNA/shRNA/siRNA banken. Via de BCCM-actie kan de collectie haar patrimonium en de gerelateerde gegevens toegankelijk maken voor de (inter)nationale academische en industriële, wetenschappelijke gemeenschap en haar know-how valoriseren d.m.v. een wetenschappelijke dienstverlening aan derden. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert
Biologie en controle van vector-overdraagbare infecties in Europa (EDENext) Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Evolutionaire ecologie (EVECO)
Onderzoekers: • Herwig Leirs
Biologie en ecologie van bacteriële en fungale biofilmen bij de mens. KU Leuven Abstract: De algemene doelstelling van deze onderzoeksgemeenschap is om het ontstaan en de structuur van bacteriële en fungale biofilmen bij de mens beter te begrijpen zodat er op termijn doeltreffende kan tegen opgetreden worden. De vorming van een biofilm gebeurt in verschillende stappen waarbij eerst cellen zich vasthechten op een substraat. Naast adhesie aan het substraat zijn ook cel-cel interacties (in het geval van polymicrobiële biofilmen is dit tussen cellen van verschillende microbiële species) belangrijk voor de ontwikkeling, structuur en de activiteit van een biofilm. Naast celwand gerelateerde componenten is microbiële communicatie (quorum sensing) hierbij essentieel. Een belangrijk onderzoekstopic zal dan ook het bestuderen van cel-cel interacties in biofilmen zijn. Een ander belangrijk onderzoekstopic in het netwerk behandelt de vraag naar de onderliggende mechanismen van de sterk verhoogde resistentie van cellen aanwezig in een biofilm tegenover antimicrobiële producten. De vraag Organisaties: • Afd. Molec. Microbiol. & Biotechnologie
Onderzoekers: • Patrick Van Dijck
Biologie en ecologie van bacteriële en fungale biofilmen bij de mens. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)
Onderzoekers: • Paul F R C M Cos
Biologie en immunomodulatie met dendritische cellen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dendritische cellen zijn de voornaamste spelers in het immuun systeem. De B- en T-cellen worden gestuurd door de dendritische cellen die fungeren als iniators en regelaars van het immuun systeem. Nu deze cellen in voldoende aantallen beschibaar zijn, kan de fysiologie van deze cellen bestudeerd worden in verschillende biologische omstandigheden onder meer in gevallen van kanker, allergieën en transplantatie. Organisaties: • Hematologie en bloedtransfusie • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Zwi Berneman
Biologie en pathobiologie van de progenitorcelniche in de lever. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Veel volwassen zoogdierweefsel bevatten adulte somatische progenitorcellen (ASPCs) in gespecialiseerde micro-omgevingen (lokale adulte progenitorcelniches [³,4]), bestaande uit verschillende celtypes (ASPCs, 'transit amplifying cells" (TACs), niet-stam nichecellen) en axtracellullaire matrix [1,2]. In de lever functioneren de kanalen van Hering (KvH) die aansluiten op de terminale galwegen (TWG) als microscopische progenitorcelniches [5,8]. Beide ontstaan in het embryo uit de endodermale cellaag van de ductale platen [9,10], die aan beide zijden mesenchymale cellen [11,12] bevatten. Sommige van deze endodermale en mesenchymale cellenbehouden tijden de embryonale en postnatale ontwikkeling hun progenitorceleigenschappen. In gevorderde menselijke leverziekten en in veel experimentele proefdiermodellen van leverlijden, zijn hepacyten in een toestand van replicatieve secescentie [13,14]. De progenitorcellen trachten hiervoor te compenseren door te delen en nieuwe hepacyten te genereren[15]. Deze verhoogde en langdurige stimulering van de leverprogenitorcellen verhoogt de kans op maligniteit [16]. Inzicht in het leverprogenitorcel-compartiment zal ons beter de pathogenese van vele leverziekten en de ontogenese van leverkankers doen begrijpen. Op therapeutisch vlak kan dit leiden tot autologe of allogene celtransplantatie, en tot behandeling van chronische leverziekten via tijdelijke stimulering van de proliferatie van locale progenitorcellen. Organisaties: • Celbiologie en Histologie
Onderzoekers: • ALBERT GEERTS • Leonardus VAN GRUNSVEN
Biologie en pathobiologie van de progenitorcelniche in de lever. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Veel volwassen zoogdierweefsel bevatten adulte somatische progenitorcellen (ASPCs) in gespecialiseerde micro-omgevingen (lokale adulte progenitorcelniches [³,4]), bestaande uit verschillende celtypes (ASPCs, 'transit amplifying cells" (TACs), niet-stam nichecellen) en axtracellullaire matrix [1,2]. In de lever functioneren de kanalen van Hering (KvH) die aansluiten op de terminale galwegen (TWG) als microscopische progenitorcelniches [5,8]. Beide ontstaan in het embryo uit de endodermale cellaag van de ductale platen [9,10], die aan beide zijden mesenchymale cellen [11,12] bevatten. Sommige van deze endodermale en mesenchymale cellenbehouden tijden de embryonale en postnatale ontwikkeling hun progenitorceleigenschappen. In gevorderde menselijke leverziekten en in veel experimentele proefdiermodellen van leverlijden, zijn hepacyten in een toestand van replicatieve secescentie [13,14]. De progenitorcellen trachten hiervoor te compenseren door te delen en nieuwe hepacyten te genereren[15]. Deze verhoogde en langdurige stimulering van de leverprogenitorcellen verhoogt de kans op maligniteit [16]. Inzicht in het leverprogenitorcel-compartiment zal ons beter de pathogenese van vele leverziekten en de ontogenese van leverkankers doen begrijpen. Op therapeutisch vlak kan dit leiden tot autologe of allogene celtransplantatie, en tot behandeling van chronische leverziekten via tijdelijke stimulering van de proliferatie van locale progenitorcellen. Organisaties: • Celbiologie en Histologie
Onderzoekers: • ALBERT GEERTS • Leonardus VAN GRUNSVEN
Biologische basis voor B cel transplantatie bij diabetes. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar de biologische basis voor B cel transplantatie bij diabetes. Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • DANIEL PIPELEERS • MARNIX VAN DE WINKEL • ZHIDONG LING
Biologische Basis voor Beta-Cel Transplantatie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In 1990 hebben we een multicenterprogramma gestart waarin humane Beta-cellen worden geïsoleerd in een centrale eenheid en ter beschikking gesteld voor, eenerzijds, een klinische trial over Beta-celtransplantatiebij diabetici en anderzijds, een basis research project dat de mogelijke oorzaken van entfalen onderzoekt en strategieën ontwikkeld om ze te vermijden. Klinische en basisresearch met humane Beta-cellen wordt echter sterk gehinderd door het tekort aan donorweefsel en door de hoge kost van de celbereiding. Twee zijprojecten werden daarom gestart om in de toekomst te kunnen beschikken over grotere en goedkopere bronnen; in het eerste wordt gezocht naar Beta-cel precursors in de humane pancreas, in het tweede worden foetale big Beta-cellen geïsoleerd en bestudeerd als mogelijk model voor diabetesonderzoek en therapie. De verlenging van het FWO-programma G.3057.94 wordt nu gevraagd voor 2 jaar, maar antwoorden zoeken op de gestelde vragen zal zeker een langere tijd vergen. Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • DANIEL PIPELEERS • BART KEYMEULEN • ZHIDONG LING
Biologische beeldvormingsgestuurde intesiteitsgemoduleerde radiotherapie (BG-IMRT) Universiteit Gent Abstract: Het project omvat 3 klinische studies om volgende vragen te onderzoeken: 1) of PET beeldvorming met verschillende speurstoffen zoals FLT (proliferatie), EF3 en/of FMISO (hypoxie) in hoofd en hals kanker en in colorectale kanker haalbaar is voor BG-IMRT toepassingen 2) of lokale controle in hoofd en hals kanker kan verbeterd worden met FDG-PET gebaseerde BG-IMRT (gerandomizeerde propespectieve phase II studie) 3) of de incidentie van negative circumferentiële resectie marges (CRM) in patiënten met lokaal gevorderde rectale kankers kan verhoogd worden (phase II studie). Organisaties: • Vakgroep Radiotherapie en Experimenteel Kankeronderzoek
Onderzoekers: • Wilfried De Neve
Biologische beeldvormingsgestuurde optimalisatie van IMRT voor hoofd- en halsumoren en van IMAT voor rectumtumoren Universiteit Gent Abstract: In hoofd- en hals- of rectumcarcinoma kunnen IMRT en IMAT bijwerkingen reduceren doch de meeste locoregionale relapsen ontstaan in de hoge- dosiszones. Om de zones van relapse met gefocuseerde dosisescalatie te behandelen worden in collaboratie tussen KUL, UCL en Ugent, IMRT en IMAT technieken ontwikkeld die signaalintensiteit van PET tracers gebruiken in de optimalisatie naar dosisfocusering. Organisaties: • Vakgroep Radiotherapie en Experimenteel Kankeronderzoek
Onderzoekers: • Wilfried De Neve
Biologische bestrijding van Verticilium verwelking door de inheemse endofytische schimmel Verticilium tricorpus. Universiteit Gent Abstract: De hoofddoelstelling van dit project is om bij te dragen tot een duurzame beheersingsstrategie voor Verticillium verwelkingsziekte door het ontwikkelen van een biologische bestrijding op basis van de inheemse endofytische schimmel Verticillium tricorpus. In het project wordt bloemkool als modelsysteem gebruikt, maar het potentieel van Verticillium tricorpus is niet gelimiteerd tot bloemkool. Daarom zal eveneens de interactie tussen Verticillium tricorpus en aardbei worden bestudeerd en zal nagegaan worden of Verticillium tricorpus kan .. Daar Verticillium verwelking kan optreden in een groot aantal gewassen kunnen de resultaten van de project potentieel van nut zijn voor een brede groep van telers consumenten en de agro-industrie. in eerste instantie zullen de resultaten rechtstreeks bruikbaar zijn voor bloemkooltelers. De tweede groep die baat heeft bij dit project is de aardbeiproductieketen. Organisaties: • Vakgroep Gewasbescherming
Onderzoekers: • Monica Höfte
Biologische controle van wortelgalnematodeninfecties in rijst en tomaat door gebruik te maken van endofyt schimmels Universiteit Gent Abstract: In dit project wordt de plantenrespons in tomaat en rijst na nematoden-infectie en inoculatie met endofyten of beide bestudeerd op moleculair vlak met behulp van Q-PCR. Bepaalde endofyten zoals endomycorhizae blijken de plantenafweer te stimuleren. Er zal gefocuseerd worden op de plantenafweer- en hormoonpathways om aldus de respons beter te begrijpen. Organisaties: • Vakgroep Moleculaire biotechnologie
Onderzoekers: • Godelieve Gheysen
Biologische evaluatie van vernieuwende epibatidine analoga, toegepast in pijnbestrijding Universiteit Gent Abstract: Epibatidine is een alkaloïde geisoleerd uit de huid van de pijlgifkikker Epipedobates tricolor and is 200 maal krachtiger dan morfine in pijbestrijding. Analogen werden reeds aangemaakt en financiele steun werd aangevraagd om de verdere ontwikkeling als geneesmiddel te ondersteunen met: bijkomende enzyme bindingsstudies; evaluatie van toxiciteit; opschaling van de synthese en het voorzien van een in vivo proofof-concept voor pijbestrijding. Organisaties: • Vakgroep Duurzame Organische Chemie en Technologie
Onderzoekers: • Christian Stevens • Dominic De Groote
Biologische factoren voor regeneratie van de betacelmassa in diabetes. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het project is bedoeld om andere biologische verbindingen met regeneratief vermogen die, alleen of in combinatie met VEGF bloot te leggen en de slagingspercentage te verhogen, en zo de besturing van beta cel regeneratie door transplantatie van geactiveerde macrofagen te controleren. Organisaties: • Medische Biochemie
Onderzoekers: • Henry HEIMBERG
Biologische karakterisatie van de facultatief dierparasitaire nematode Halicephalobus gingivalis en de fylogenetische oorsprong van parasitisme Universiteit Gent Abstract: Halicephalobus gingivalis iss een facultative poarasiet van paarden en heeft tot op heden reeds 3 mensen gedood. Mortaliteit van 100 procent. De verspreiding ervan in België zal worden nagegaan. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Gaetan Borgonie
Biologische merkers voor dementie (BIODEM). Universiteit Antwerpen Abstract: Op basis van de CSV biomerkers -amyloïd1-42 proteïne (A1-42), totaal tau proteïne (T-tau) en tau gefosforyleerd op threonine 181 (Ptau181P) werden diagnostische modellen ontwikkeld. Na het bepalen van de toegevoegde diagnostische waarde, zullen deze biomerkermodellen klinisch gevalideerd worden. Om op accuratere wijze het onderscheid te maken dus een ziekte van Alzheimer (AD) en non-AD dementies, zullen nieuwe CSV biomerkers getest worden (A1-40, TDP-43, -synucleïne). Ook de diagnostische waarde van nieuwe beeldvormingtechnieken (MRI, PET met specifieke liganden) zal getest worden. Door hersenveranderingen van verscheidene neurochemische merkers (biogene amines, A1-42, T-tau, P-tau181P) te correleren met neuropathologische en klinische variabelen, vergroot het inzicht in de pathofysiologie van dementie.
Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Sebastiaan Engelborghs
Biologische statusbepaling van Vlaamse polderwaterlopen: uitwerken van biologische beoordelingsmethodes op basis van gericht onderzoek. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de opdrachtgever. UA levert aan de opdrachtgever de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Stefan Van Damme
Biologisch-geïnspireerde coördinatie en sturing in grootschalige dynamische systemen (BioCo3). KU Leuven Abstract: This interdisciplinary project (involving computer science, biology, operations research and logistics expertise) studies decentralized approaches for controlling large-scale, dynamic systems - e.g. for controlling a large number of vehicles that need to accomplish transporttasks for clients (package delivery service). Achieving efficient and effective collective behavior is known to be quite a challenge, esp. if the systems are large in scale and submitted to changing operating conditions.Complex collective behaviour occurs in many socio-biological systems. Social insects, e.g., are able to find the shortest path to food sourceswithout any central control, or can build enormously complex nests withbuilt-in ventilation systems, or divide the work such that the chances of survival are optimal.Some socio-biological mechanisms for collective behavior have already been studied in the context of computing (e.g. stigmergy and digital pheromones, or in discrete optimization techniques, such a Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Tom Wenseleers • Tom Holvoet • Wouter Joosen • Paul Valckenaers • Alexander Helleboogh • Daniel Weyns • Greet Vanden Berghe
Biologisch-geïnspireerd evolutionair ontwerp van modulaire collectieve gedragingen in robot zwermen. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud
Onderzoekers: • Tom Wenseleers • Eliseo Ferrante
Biologisch platform voor Beta cel therapie in Diabetes Vrije Universiteit Brussel Abstract: Biologisch platform voor Beta cel therapie in Diabetes Organisaties: • Pathologische Biochemie en Fysiologie
Onderzoekers: • DANIEL PIPELEERS
Bioluminescentie beeldvorming in de hersenen: van alfa-synucleïne oligomerisatie tot adulte neurogenese. KU Leuven Abstract: Wereldwijd worden ongeveer een miljard mensen getroffen door een aandoening van het zenuwstelsel. De ontwikkeling van nieuwe technologieën is onmisbaar om onze kennis over de basisprocessen die plaatsvinden in de hersenen, van zowel gezonde personen als patiënten met een neurologische aandoening, verder uit te breiden.Bioluminescentie beeldvorming (BLI) is een techniek gebaseerd op het eiwit luciferase, dat verantwoordelijk is voor de lichtproductie in vuurvliegjes. Door het luciferase in te brengen in proefdierhersenen, zal het lichtsignaal ons uiteindelijk meer info geven over een welbepaald moleculair proces dat plaatsvindt in de hersenen. BLI is een niet-invasieve beeldvormingstechniek, wat betekent dat we in staat zijn om elk dier over een lange tijdsperiode op te volgen. Het grote voordeel is dat dit uiteindelijk tot een vermindering vanhet aantal proefdieren leidt, aangezien er niet op elk gewenst tijdstipeen groep dieren moet worden gedood. In dit doctoraatsonderzoek hebben we Organisaties: • Onderzoeksgr_Neurobio_en Gentherapie
Onderzoekers: • Zeger Debyser • Veerle Baekelandt • Sarah-Ann Aelvoet
Biomacromoleculaire interacties van polyadhesinen bij de fimbriële biogenese aan het buitenmembraam van Escherichia coli, in biofilms en met hun eukaryote receptoren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Inleiding Adhesie is een eerste en kritische stap in de kolonizatie van zoogdierepithelium door commensale en pathogene bacteriën. Bacteriën maken hiervoor op hun celoppervlak lange, harige polymere organellen aan, bestaande uit een aanéénschakeling van proteïnesubeenheden met een immunoglobuline(Ig)-vouwing. Deze pili of fimbriae zijn primaire aanhechtingswerktuigen van de bacteriën die ook aanleiding kunnen geven tot bacteriële invasie, afhankelijk van de receptoren herkend op het geïnfecteerde weefsel [1]. Fimbriae spelen ook een belangrijke rol in homotypische interacties zoals in biofilms, zowel buiten [2] als binnenin de geïnfecteerde cellen [3], en vormen aldus een belangrijk onderdeel van de pathogene cyclus die de bacteriën doorlopen. Er bestaat een grote verscheidenheid in het voorkomen van fimbriae en pili, alsook in de aard van de receptoren die ze herkennen. Type 1 en P pili zijn rigide staafjes van ongeveer 1 ?m lang die gevormd worden door een rechtsdraaiende helix met zo'n 3.2 Ig-subeenheden per draai. Op het fibrillair uiteinde van deze pili bevindt zich een bacterieel adhesine dat
specifieke glycoproteïnen en/of -lipiden herkent. Deze tip adhesinen hebben twee domeinen (two-domain adhesin, TDA), een suikerbindend- en een pilinedomein. Daarnaast hebben pili en fimbriae een affiniteit voor componenten van de extracellulaire matrix (ECM, bvb collageen) of lumen (bvb Tamm-Horsfall glycoproteïne, THP, in urine) op een manier die meer dan alleen het adhesine aan de tip omhelst. Fimbriae zijn flexibeler en verschillende ?ms-lang en blijken beter geschikt om aan te hechten aan onregelmatige celoppervlakken zoals microvilli in de darm. Sommige fimbriae zijn zo fijn dat ze oorspronkelijk waargenomen werden als kapsules (bvb. K88, de oude benaming voor F4) of sheets (het F1 antigen van Yersinia pestis). Bacteriële adhesie van enterotoxigene Escherichia coli (ETEC) stammen door fimbriae (bvb F4, F5, F6, F17, F18 en F41) veroorzaakt diarrhea in pasgeboren kalfjes, lammetjes en geitjes (F17) of pasgespeende varkentjes (F4), terwijl bvb de relatie tussen F18 fimbriae en het Shiga-toxine Stx2e tot de gevaarlijke slingerziekte bij varkens kan leiden. F4 en F5 fimbriae zijn polyadhesinen, wat wil zeggen dat het hoofdpiline (= SDA, single domain adhesin) de adhesieve eigenshap draagt. De kristalstructuur van het F4 polyadhesine toont een lineaire suikerbindingssite die zich als een gordel rond de molecule slingert [4]. Dit komt goed overeen met de voorkeur voor de Glc(?1-4 of - 6)Glc disaccharide-eenheden van natuurlijke polysacchariden, zoals bepaald op een glycaan microarray. In de biogenese van pili en fimbriae in Gramnegative bacteriën is enerzijds genexpressie sterk gereguleerd, anderzijds zijn er helperproteïnen onder de vorm van periplasmatische chaperons en een buitenmembraan portier, genaamd usher, voorzien binnen het pilus operon. De grote gemeenschappelijke factor van pili en fimbriae is het missen van de 7de, C-terminale ?-streng in de Ig-vouwing van hun structurele eiwitten, de pilinen. De sterische chaperon voorkomt dat het piline misvouwt ten gevolge van het gebrek aan de C-terminale ?-streng. Het stabiliseert het piline door het verlenen van een donorstreng en presenteert het piline assemblage-competent aan de usher, klaar voor donorstrenguitwisseling van de chaperon donorstreng met de N-terminale donorstreng van het piline afkomstig van een volgend inkomend chaperon-piline complex aan de usher. De finale, vervolledigde Ig-vouwing van de pilinen bepaalt meteen ook de stabiliteit van de fimbriae. Pili worden verder gestabilizeerd door quaternaire interacties tussen de subeenheden. Een recombinant, donorstreng-gecomplementeerd piline kan wel op zichzelf vouwen, zonder de hulp van een chaperon [5]. Recente tot heet-van-denaald structuren van celadhesieproteïnen, die stabiele interacties of signaaltransductie bemiddelen tussen zoogdiercellen, laten ons verbazingwekkende gelijkenissen zien met fimbriae, zoals het belang voor adhesie van het aantal Ig-modules en inter-Ig-domein interacties in deze fibrillaire structuren [6-8]. Het belang van het aantal Ig-modules in cel-cel contacten wordt stilaan ook duidelijker met kristalstructuren zoals deze van het receptorproteïne tyrosine phosphatase ? (RPTP?). RPTP? ageert als een spacer-clamp in celadhesie met een afstand tussen de cellen die bepaald wordt door het aantal Ig-modulen in zijn ectodomein [6]. Zo ook wordt de lengte van fimbriae gecontroleerd door minor pilinen, zoals FedE en FedF voor F18 [9], maar de relatie van fimbriële lengte met celadhesie is niet bestudeerd. De defosfatase activiteit van het cytoplasmatische gedeelte van RPTP? stabilizeert de celadhesie, in tegenstelling tot fosforylatie dat typisch celsignalizatie triggert. Bacteriën maken handig gebruik van gastheercelreceptoren die betrokken zijn in signalizatie en celadhesie. Recent werd ontdekt dat het FimH 2 - 2 - tipadhesine op een glycaanafhankelijke manier aan ?3?1 integrinen bindt, wat invasie van blaascellen door uropathogene E. coli vergemakkelijkt [1]. ?3?1 integrinen komen universeel op het blaasepithelium voor. Integrinen zijn heterodimere, integrale membraanproteïnen die de ECM linken aan het cytoskeleton via een transmembranaire helix. Ze interageren met intercellulaire celadhesiemoleculen (ICAMs), fibronectine of laminine, die een geconserveerd glutamaat dragen voor de interactie met het ? metaalion afhankelijk domain (MIDAS), alsook een RGD motief (ArgGlyAsp) voor de interactie met het ? MIDAS domein. Voor een aantal fimbriae is geweten dat ze glycaan-afhankelijk interageren met fibronectine of laminine, wat onrechtstreeks hun interacties met integrinen zou kunnen bemiddelen. Algemene vraagstellingen 1) Wat is de structurele rol van proteïne-koolhydraat interacties en van de glycosylatie van de celreceptoren van de gastheer in de specificiteit en affiniteit van fimbriae van enterotoxigene E. coli (ETEC) en in E. coli biofilms? 2) Welke zijn de macromoleculaire, structurele aspecten van de interacties gemaakt tussen de fimbriële, multi-Igmodulaire polyadhesinen en hun receptoren en van de homotypische interacties in biofilms? 3) Hoe richt de fimbriële biogenese machinerie met de donorstreng complementatie en -uitwisseling zich naar celadhesie en -signalizatie? In hoeverre zijn er parallellen te trekken met eukaryote celadhesie en in welke mate maken pathogene bacteriën van dezelfde celadhesie en -signalizatie mechanismen en -toegangspoorten gebruik? Studieonderwerpen en uitvoering in functie van de algemene vraagstellingen en de voorziene technieken ETEC fimbriae die darminfecties veroorzaken bij dieren vormen het studieonderwerp om twee hoofdredenen. Langs de kant van de bacterie wordt er met ETEC fimbriële systemen al meteen een grote voorsprong gemaakt door het bestaan van de bijzondere polyadhesinen (F4, F5), waarvan de hoofdpilinen (SDAs) de adhesieve eigenschappen dragen. Een aantal ETEC fimbriae (F4, F5, F6, F17 en F18) zijn reeds onder studie in het laboratorium. Tevens bestaat er de mogelijkheid om polyadhesinen aan te maken via het aaneenrijgen van TDA suikerbindende domainen (F17, F18). Periplasmatische chaperons, de usher, en de adhesinen zullen deel uitmaken van deze doctorale studie. Het aanwenden van meerdere fimbriële systemen verhoogt de slagingskansen op voldoende expressie van deze moeilijke constructies. Er is evenwel een focus op F4 (fae, Fig. 1) en F6 (fas, Fig. 2) fimbriae. F6 fimbriae hebben het FasG TDA, waarvan het stabiele suikerbindingsdomein aangemaakt kan worden. F4 fimbriae lenen zich tot het construeren van multimodulaire polyadhesinen van donorstreng-gecomplementeerde SDAs. Langs de kant van de gastheer wordt de keuze voor fimbriae van dierlijke enterotoxigene E. coli gemotiveerd door de toegang tot intestinale microvilli van receptor-positieve biggetjes en enterocytculturen [10]. Zowel monolagen van enterocyten als het intestinaal epithelium gedifferentiëerd met microvilli zullen gebruikt worden voor het testen van de interacties met de ETEC stammen. Dat is belangrijk voor de studie van bacteriële adhesie, invasie en signaaltransductie in hun celbiologische context. 1) Rol van glycosylatie van receptoren voor de fimbriae in ETEC adhesie. Asparagine-gebonden glycanen worden geëxtraheerd vanaf de relevante intestinale microvilli, gezuiverd met behulp van HPLC en gekoppeld op microarrays, in samenwerking met Dr. Manfred Wuhrer aan het Leids Universitair Medisch Centrum [11]. Met deze unieke glycaan arrays zal er gezocht worden naar de natuurlijke koolhydraatreceptoren voor de fimbriae. Simultaan wordt voorkomen dat de meest specifieke glycaanreceptoren gemist worden, wat een probleem is met synthetische glycaan arrays. Eerst wordt er met de microvilli zowel bacteriële adhesie als inhibitie daarvan getest. Hemagglutinatie, Western blots en ELISAoverleganalyses laten toe dieper in te gaan op de opgepikte of eerder geïdentificeerde receptoren. Eén van de reeds beschreven glycoproteïnereceptors voor F4 fimbriae is het lactadherine, aanwezig in zeugenmelk [12]. Het draagt het RGD motief voor integrinen dat onrechtstreeks celadhesie zou kunnen bemiddelen. Surface plasmon resonance (SPR), dual polarization interferometrie (DPI) en isothermische titratie calorimetrie (ITC) zullen gebruikt worden om de thermodynamische en kinetische parameters van de interacties tussen de adhesinen en hun suikerreceptor en hun conformationele veranderingen, volgend op de binding, te meten. 2) Multi-Ig-domeinen van het F4 SDA. De Ig-vouwing, die typisch is voor adhesiemoleculen van eukaryoten [13], werd veelvuldig geadopteerd in virulentiefactoren van de bacteriële celenvelope. Fimbriae of pili zijn opgebouwd uit Ig-modules en zijn ondanks hun niet-covalente natuur uiterst stabiel. Het mechanisme van donorstreng complementatie geeft hen bovendien bijkomende voordelen, zoals de flexibiliteit om via inter-Ig-domein interacties 3 - 3 - structurele veranderingen te dirigeren die een invloed hebben op de affiniteit voor hun receptoren [7]. Fimbriae associëren immers graag met gelijkaardige, lineaire assemblages van eukaryote celadhesie en/of -signaalmoleculen, zoals CD55, een Dr fimbriae receptor op humane uroepitheliale cellen, of CD48 herkend door type 1 pili. We vermoeden dat er ook zo'n associatiegedrag bestaat tussen fimbriae in biofilms [2]. Het is momenteel absoluut onduidelijk welke rol glycanen spelen in deze interacties en waarom ze deze interacties inhiberen. Een combinatie van de benaderingen op de algemene vraagstellingen kunnen ongetwijfeld bijdragen tot meer inzicht. Er zal getracht worden om multi-Ig-adhesinen van het F4 SDA met een gecontroleerde lengte aan te maken. Het obstakel van het donorstreng mechanisme kan daarbij overkomen worden door de juiste donorstreng complementatie te kennen zowel in het chaperon-SDA complex als in de finale, veranderde conformatie van het SDA in de fimbria. Een recente grote doorbraak in het laboratorium was het zuiveren van een covalent donorstrenggecomplementeerd F4 SDA, dat zal gebruikt worden als bouwsteen voor de multimodulaire, lineaire associaties. Er zal nagegaan worden hoe de F4 multi-Ig-domein genproducten interacties bewerkstelligen met hun receptoren door middel van de SPR, DPI en ITC technieken. Mogelijk bemiddelen polyadhesinen hogere ordes van oligomerizatie met de (geglycosyleerde) receptorproteïnen (trans) of in biofilms (cis), waardoor er een dimensie aan de specificiteit kan worden toegevoegd zoals modulatie van intracellulaire [13] of immunologische reacties [14]. Tussen type 1 pili en het 1-2 ?m-lange fibervormende THP vinden hoogstwaarschijnlijk zulke interacties plaats [15]. Structurele karakterizatie van dit alles zal gebeuren enerzijds door kristalstructuren van de Ig-modulen en anderzijds door de combinatie van technieken die toelaten om de grootte, vorm, conformationele veranderingen en interactiedomeinen in grote, macromoleculaire complexen te bestuderen. Instrumentatie en expertise daartoe voorhanden zijn gelfiltratie, multihoek statische lichtscattering, dynamische lichtscattering, ultracentrifugatie, kleine-hoek X-stralen verstrooïng in oplossing aan de synchrotron, electronenmicroscopie en atomische krachtmicroscopie. 3) Fimbriële biogenese. De bedoeling is om ook de invloed van reeds covalent aaneengeschakelde F4 SDAs op de fimbriële biogenese te gaan bekijken. Het is waarschijnlijk dat reeds gecomplementeerde SDAs de usher permanent blokkeren en dus geen openen en sluiten van de usher
meer toelaten (na te gaan met de black lipid membrane (BLM) technologie) wegens het wegvallen van de donorstrenguitwisseling. In onze opinie heeft dat als voordeel dat het gevormde, geblokkeerde complex mogelijk beter gekristalliseerd kan worden dan de usher op zich, en bovendien een eerste beeld kan geven van de doorgang van pilinen doorheen een usher. F6 fimbriae (fas, Fig. 2) zijn een mooi studieonderwerp voor fimbriële biogenese met nog twee extra, kleine chaperons naast het klassieke chaperon FasB. FasC is een adhesine-specifiek chaperon, terwijl FasE zorgt voor de optimale export van FasG doorheen de usher [16]. Adhesine-specifieke chaperons zijn uniek voor fas en CS (humane ETEC) fimbriële operons. De interacties van FasC en FasE met FasG zullen bepaald worden onder andere in kristalstructuren Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • HENRI DE GREVE
Biomargin. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Nefrologie
Onderzoekers: • Maarten Naesens
Biomarker based adaptive development in Alzheimer disease - BioAdaptAD. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium voor Cognitieve Neurologie
Onderzoekers: • Rik Vandenberghe • Jos Tournoy
Biomarker based anti-EGFR/HER2neu treatment of lung cancer and overcoming resistance to anti-EGFR therapies. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In subgroepen van longkanker worden nu genomische biomerkers ontdekt die toelaten om de efficientie van specifieke antikanker behandelingen te voorspellen. In dit project worden de Human Epidermal Growth factor (HER) familie genen onderzocht in tumormateriaal en indien een activerende mutatie wordt gevonden worden de patienten behandeld met specifieke tyrosinekinase inhibitoren in het kader van prospectieve klinische studies met EGFR en HER2-neu inhibitoren. Wanneer resistentie optreedt worden nieuwe biopten genomen om onderzoek te verrichten naar de mechanismen van resistentie. Door de beperktheid van klinische biopten is het vandaag niet mogelijk om die cruciale merker te bepalen in 25% van de patienten wat hen een belangrijke behandelingsmogelijkheid ontzegt. Daarom wordt in dit project onderzocht of circulerend DNA (met mutatiespecifieke opsporingsmethoden) en circulerende tumorcellen (met generische opsporingsmethode) kunnen gebruikt worden om te streven naar een mutatiebepaling in 100% van de patienten. Aan deze studie werken 17 klinische centra mee. Het translationele werk wordt verricht in het Laboratorium moleculaire oncologie (Oncologisch Centrum) en voor de circulerende tumorcellen is er samenwerking met prof Isabelle Vande Broek, MD, PhD, hematologie. Door analyse van andere kankergenen kan dit project ook leiden tot identificatie van bijkomende mogelijke therapeutische doelwitten (wat in het eerst deel van het project al gebeurde door het ontdekken van mutaties in HER3 (voorheen onbekend). Organisaties: • Immunologie en Microbiologie
Onderzoekers: • JACQUES DE GREVE
Biomarker ontwikkeling voor analgetica KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische Farmacologie & Farmacotherapie
Onderzoekers: • Jan de Hoon • Bart Morlion • Linde Buntinx
Biomarkers and their value in the diagnosis and treatment of acute exacerbation of chronic obstructive pulmonary disease (COPD). Universiteit Antwerpen Abstract: Biomarkers and their value in the diagnosis and treatment of acute exacerbation of chronic obstructive pulmonary disease (COPD). Organisaties: • Laboratorium Experimentele geneeskunde en Pediatrie (LEMP)
Onderzoekers: • Wilfried De Backer
Biomarkers voor endometriose in de mens en bij primaten KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Orgaansystemen
Onderzoekers: • Thomas D'Hooghe • Arne Vanhie
Biomarkers voor synaps- en neurodegeneratie in de vroege stadia van de ziekte van Alzheimer. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de opdrachtgever. UA levert aan de opdrachtgever de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.
Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Sebastiaan Engelborghs
Biomassa omzetting tot gecomprimeerd H2 en CO2 bij omgevingstemperatuur in een bio-elektrochemisch systeem voor productie van chemicaliën Universiteit Gent Abstract: Dit project firlsty ontwikkelen een gesloten systeem bioelektrische (BES) organisch afval omzetten druk CO2 en H2 bij kamertemperatuur en vervolgens verder omzetten in specifieke chemicaliën (bijv. acetaat, formiaat en methanol) in een fermentor en /of katalytische reactor. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Korneel Rabaey
Biomechanica Universiteit Gent Abstract: In de AOG Biomechanica wordt experimenteel en numeriek onderzoek verricht naar (1) stroming van biovloeistoffen in het cardiovasculair systeem, het ademhalingstelsel en in kunstmatige organen, (2) mechanica van structuren (bv. musculoskeletaal systeem of opblazen van stent in bloedvat), en (3) mechanische interactie tussen vloeistof en structuren (bv. werking van een mechanische hartklep). Met dit onderzoek wenst de AOG diagnosetechnieken en therapieën te verbeteren, dit ten voordele van het welzijn van mensen. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Pascal Verdonck
Biomechanical and functional study of the vagina and continence mechanisms after simulated birth injury ina rodent model KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Orgaansystemen
Onderzoekers: • Jan Deprest • Marina Monteiro Carvalho Mori Da Cunha
Biomechanical aspects of intra-operative soft tissue manipulation KU Leuven Abstract: Het operatiekwartier evolueert steeds verder naar een hoogtechnologische cockpit. De drijfveren van deze technologische vooruitgang zijn drie pijlers, namelijk het verbeteren, vergemakkelijken en veiliger maken van de chirurgische procedure. Met de komst van robotchirurgie, met als voornaamste voorbeeld de Da Vinci robot, is al sterk ingezet op de eerste twee pijlers. Verbetering wordt bereikt door de toegenomen nauwkeurigheid via het schalen van de handelingen van de chirurg en het wegfilteren vantremor. De toegenomen ergonomie wanneer de chirurg kan plaatsnemen in de comfortabele masterconsole is dan weer een voorbeeld van het vergemakkelijken van de procedure. Echter bij het aspect veiligheid hinkt robotchirurgie nog achterop, voornamelijk door het gebrek aan haptische (kracht- en tactiele) terugkoppeling, wat verhoogde risico's op weefseloverbelasting met zich meebrengt. Dit doctoraatsproject wil daarom sterk inzetten op de pijler veiligheid, met als concrete doel hetbeperken van i Organisaties: • Afdeling Biomechanica
Onderzoekers: • Jozef Vander Sloten • Nele Famaey • Heleen Fehervary
Biomechanical determinants and patterns associated to the pathophysiological cascade of ankle arthropathy in children with haemophilia KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Musculoskeletale Revalidatie
Onderzoekers: • Filip Staes • Kathelijne Peerlinck • Kevin Deschamps
Biomechanica van de vaattoegang voor hemodialyse Universiteit Gent Abstract: Wanneer nierfalen optreedt, is hemodialyse een mogelijke niervervangende therapie. Hiervoor is een vaattoegang noodzakelijk bijvoorbeeld d.m.v. een greffe aangebracht tussen arterie en vene brachialis. Het belangrijkste probleem hierbij is vernauwen en klonteren van deze greffe en vene. Aan de hand van een in vitro opstelling en numerieke stromingsmechanica wordt de invloed van de hemodynamica op het vernauwingsproces bestudeerd. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Pascal Verdonck
Biomechanica van het patello-femoraal gewricht Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties:
• Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Mechanica
Onderzoekers:
Biomechanica van het voet-enkel complex voor en na totale enkelarthroplastie: een in vivo en in vitro analyse. KU Leuven Abstract: Alhoewel we het vaak hebben over de voet, is dit lichaamsdeel een uitermate complexe structuur die bestaat uit verschillende botstructuren. De beweging van deze botstructuren wordt gestuurd door een combinatie vanspieren en ligamenten die elk hun eigen invloed hebben op de botbeweging. Door de implantatie van een totale enkelprothese (TEP) worden de gewrichtsoppervlakken van de enkel, het gewricht tussen onderbeen en voet, vervangen. Dit kan leiden tot veranderingen in de beweeglijkheid van het enkelgewricht zelf, maar kan ook gevolgen hebben voor de beweging van deandere voetgewrichten. Deze gewijzigde functionaliteit kan eveneens eennadelige invloed hebben op de TEP. De klinische resultaten na een TEP werden al eerder onderzocht, maar de kennis over de enkel- en voetbiomechanica na het plaatsen van een TEP is nog steeds beperkt.Het huidige onderzoek gebruikt in vivo (in patiënten) en in vitro (in kadavervoeten) meettechnieken om een beter inzicht te krijgen in de enkel- en voetbiom Organisaties: • Afdeling Biomechanica
Onderzoekers: • Jozef Vander Sloten • Greta Dereymaeker • Ilse Jonkers • Josefien Burg
Biomechanica van locomotie in complexe omgevingen: armslingeren bij gibbons (Hylobatidae) Universiteit Antwerpen Abstract: In dit onderzoek wordt nagegaan wat de impact is van de complexiteit en onvoorspelbaarheid van de omgeving op de coördinatie en bewegingscontrole van dieren. Het armslingeren (brachiatie) van gibbons (siamangs) in hun habituele arboreale habitat wordt gekozen als model. Als uitgangspunt wordt gesteld dat gibbons geadapteerd zijn aan, en zich dus energetisch efficiënt voortbewegen in, hun complexe omgeving. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Peter Aerts • Fana Michilsens
Biomechanica van locomotie in complexe omgevingen: armslingeren bij gibbons (Hylobatidae). Universiteit Antwerpen Abstract: In dit onderzoek wordt nagegaan wat de impact is van de complexiteit en onvoorspelbaarheid van de omgeving op de coördinatie en bewegingscontrole van dieren. Het armslingeren (brachiatie) van gibbons (siamangs) in hun habituele arboreale habitat wordt gekozen als model. Als uitgangspunt wordt gesteld dat gibbons geadapteerd zijn aan, en zich dus energetisch efficiënt voortbewegen in, hun complexe omgeving. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Kristiaan D'Aout • Peter Aerts • Evie E Vereecke • Fana Michilsens
Biomechanische analyse van de arboreale locomotie van de bonobo (Pan paniscus). Universiteit Antwerpen Abstract: Biomechanische analyse van de arboreale locomotie van de bonobo (Pan paniscus). Organisaties: • Functionele morfologie • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Peter Aerts • Kirsten Schoonaert
Biomechanische analyse van de motorische ontwikkeling van stappen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het BAMOS project wil diepgaand inzicht verwerven in de motorische ontwikkeling bij jonge kinderen aan de hand van geavanceerde biomechanische analyse. Er wordt gefocusseerd op de ontogenie van stappen bij peuters aangezien het verwerven van deze vaardigheid sterke eisen stelt met betrekking tot musculo-skeletale (evenwichts-)controle en coördinatie. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Peter Aerts
Biomechanische analyse van de ontwikkeling van stappen bij peuters met vertraagde motorische ontwikkeling. Universiteit Antwerpen Abstract: Het voorgestelde onderzoeksproject wil inzicht geven in de ontwikkeling van stappen door het stappatroon van kinderen die de normale ontwikkelingslijn volgen, te vergelijken met stappatroon van kinderen die enkel op motorisch gebied een vertraging kennen. Inzicht in motoriek wordt verworven door het bestuderen van voetfunctie, kinematische en kinetische profielen. Deze technieken zijn zeer arbeidsintensief en een correcte analyse en interpretatie van de resultaten vraagt een gedegen voorkennis. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Peter Aerts
Biomechanische analyse van de voetfunctie bij habitueel blootsvoets stappende mensen. Universiteit Antwerpen
Abstract: De huidige kennis van de menselijke voetfunctie is gebaseerd op Westerse subjecten, alhoewel er zeer sterke indicaties zijn dat de voetanatomie en waarschijnlijk de functie hierbij sterk beïnvloed worden door het habitueel dragen van schoenen. Het voorgestelde project zal via pedobarografische metingen de voetfunctie nagaan in een habitueel blootsvoetse populatie. De resultaten zullen in eerste instantie gekaderd worden in een paleo-antropologische context. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Kristiaan D'Aout
Biomechanische analyse van hedendaagse Perissodactyli soorten: inzage in de evolutie van de morfologie van de poot van paardachtigen. Universiteit Antwerpen Abstract: Een van de meest bekende evolutielijnen is deze van de paardachtigen. Deze wordt dikwijls voorgesteld als een opeenvolging van overgangsfossielen van een viertenig dier ter grootte van een hond tot het huidige gedomesticeerde paard. Echter, deze reeks van overgangsfossielen zit verspreid over de fylogenetische boom. De huidige hypothese is dat de reductie van het aantal tenen voordelig is voor een cursoriale (lopend) levenswijze. De verlenging van de distale pootsegmenten en het lopen op de tip van de tenen zorgen voor grotere staplengtes met grotere loopsnelheden tot gevolg. Om de langere poten lichter te maken zodat ze gemakkelijker naar voren kunnen worden gebracht, werd het aantal tenen gereduceerd. De middelste teen werd versterkt om stabiliteit te behouden. Nadelen van het lopen op de middelste teen is een afname in behendigheid en in de mogelijk tot het lopen over zachte substraten. Dit project stelt voor om het beschreven scenario te doorgronden via een gedetailleerde vergelijkende studie op paarden en hun nog levende verwanten. Door de anatomie en bewegingen van ezels, zebra's, paarden en de verwante tapirs en neushoorns te bestuderen krijgen we inzicht in de mechanismen verantwoordelijk voor de reductie in het aantal tenen. De pootbewegingen zullen worden geregistreerd met behulp van twee hoge snelheidscameras. Tegelijkertijd worden de krachten en de drukken onder de hoeven gemeten. Deze informatie kan dan vervolgens gecombineerd worden met massadistributie-data in een zogenaamde inverse dynamische analyse. Dit geeft voor elk gewricht het verloop van het netto moment en vermogen in de tijd, een indicatie voor de motor controle verantwoordelijk voor de beweging. Deze patronen kunnen we dan vergelijken tussen de soorten waarna we een link tussen de anatomie en de motor controle leggen. De experimenten op de levende dieren zullen gebeuren in samenwerking met Europese zoos. Een ander luik is de anatomie van de poot. Gedetailleerde informatie over gewrichtsoppervlakken en rotatieassen zullen worden geëxtraheerd uit 3D scans van de botten van de poten van de soorten waarvan we ook bewegingsanalyses hebben. De experimenten op de osteologische specimens zullen gebeuren in samenwerking met Europese musea. Evolutionare modellen zullen worden gebruikt om na te gaan hoe pootanatomie en motor controle binnen de Perissodactyli zijn gelinkt. Dit werk zal een basis vormen voor toekomstig werk op de fossiele voorouders van het genus Equus. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Peter Aerts • Sandra Nauwelaerts • Jamie Maclaren
Biomechanische analyse van het gangpatroon in afwezigheid van visuele informatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Met betrekking tot doelgerichte locomotie steunt de mens grotendeels op het zicht. Indien tegenstrijdige informatie wordt aangeboden door de verschillende sensorische systemen, zal het visuele systeem het resulterende bewegingspatroon domineren (Desphande & Patla, 2006). Visus blijkt predominant te zijn in het bewaren van het evenwicht (Juodzbaliene et al., 2006).Personen met een visuele handicap vormen een populatie waarbij visuele prikkels langdurig zijn uitgeschakeld. Dit laat toe om het effect van deprivatie van visuele informatie op de motorische controle na te gaan. Het doel van dit onderzoek is om de efficientie van de gang na te gaan bij personen met een visuele belemmering teneinde meer inzicht te krijgen in de controle van de gang.We hebben er om verschillende redenen voor gekozen om de aandacht te vestigen op de controle van de gang. Enerzijds is de bipedale gang de geprefereerde bewegingsvorm van de mens, wat hem uniek maakt in het dierenrijk. Efficiente locomotie is essentieel voor overleving. Ook voor de hedendaagse mens zal een gebrekkige locomotie een belemmering vormen tijdens het dagelijks leven. Anderzijds is het normale gangpatroon reeds goed in kaart gebracht, zowel voor kinderen als voor volwassenen. Het onderzoek is gericht op drie doelgroepen. Om de posturale controle en de efficiëntie van het gangpatroon bij personen met een visuele handicap te evalueren, willen we bij een groep congenitaal blinde volwassenen posturografische testen en een biomechanische ganganalyse uitvoeren.Daarnaast zal ook gekeken worden naar de kwaliteit van de posturale controle en de efficiëntie van het gangpatroon bij congenitaal blinde kinderen tussen de 3 en 10 jaar oud in vergelijking met de gang van gezonde leeftijdsgenootjes.Een derde doelgroep bestaat uit een steekproef van kinderen tussen de 3 en 10 jaar oud, met een ernstige visuele belemmering maar echter geen volledige blindheid. De visuele handicap dient een belemmering te vormen in het dagelijks leven. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Ann Hallemans
Biomechanische determinanten van de ontwikkeling van bipedaal stappen bij de mens. Universiteit Antwerpen Abstract: Op een paar maanden tijd ontwikkelt een peuter de coördinatie die vereist is voor een stabiele habituele gang. Deze ontwikkeling kan vanuit 2 verschillende standpunten benaderd worden. Het fenomenologisch model (dynalical systems approach) herleidt het complexe systeem tot een aantal basisvariabelen die beschouwd worden als collectief resultaat van het dynamisch gedrag van alle componenten van het systeem. Variabiliteitsanalyse van het cyclisch gedrag van deze basisparameters levert inzicht in de ontwikkelingsprocessen (Thelen & Smith, 1994; Clark, 1997). Vertrekkende van een zorgvuldige analyse van structuur en biomechanica van het locomotorsysteem tracht men bij de mechanistische of structurele aanpak inzicht te verwerven in de oorzaken onderliggend aan het cyclisch gedrag. De fenomenologiscge en mechanistische modellen moeten niet beschouwd worden als alternatieven maar als complementaire zienswijzen die het probleem van motorische ontwikkelling op een tegengestelde manier benaderen. Op een aantal uitzonderingen na (Sutherland et al.,1980; Grimshaw et al.,1998) werd bij longitudinale studies handelend over de vroege ontwikkeling van stappen de voorkeur gegeven aan de fenomenologische aanpak (Clark & Phillips, 1993; Ledebt & Bril, 2000). Ons project wil trachten inzicht te krijgen in de biomechanische oorzaken van de geobserveerde veranderingen. Zoals vaak vermeld in literatuur behelst de ontwikkeling van zelfstandig stappen de combinatie van het behoud van evenwicht en het genereren van een voorwaartse beweging. We wensen te achterhalen hoe deze uitdaging gerealiseerd wordt door een peuter, waarvan het morfologisch bouwplan aanzienlijk verschillend is van de volwassen morfologie. Hiertoe worden gedetailleerde 3D-kinematische analysen uitgevoerd, gekoppeld aan metingen van 3Dgrondreactiekrachten, het verloop van drukken onder de voet (met een hoge spatiële en temporele resolutie) en eventueel een electromyografische registratie van spieractiviteiten. Aandacht wordt hierbij geschonken aan de dynamica van het zwaartepunt en verschillende lichaamssegmenten. Vast lichaam en segmentele kinetica en energetica leren ons hoeveel energie het kost om de beweging uit te voeren. Uit de netto-
gewrichtsmomenten wordt afgeleid in welke gewrichten energie geleverd wordt en waar energie verdwijnt. Eveneens wordt gekeken naar het verloop van kracht- en drukprofielen onder de voet en naar het verloop van het drukmiddelpunt onder de voet. Deze informatie, in combinatie met de grondreactiekrachten is belangrijk voor het achterhalen van de stabiliteit in de gewrichten. Ook moet aandacht besteed worden aan de occasionele pogingen waarbij het kindje faalt. Welke parameter wijkt af er en zorgt ervoor dat het kind zijn evenwicht verliest? We weten dat er bij kinderen die net leren stappen een zeer grote variabiliteit is in het bewegingspatroon. Ons doel is dan ook niet om een gemiddeld patroon op te stellen van 'de nieuwe loper', we verwachten eerder een aantal algemene trends te kunnen vaststellen. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Peter Aerts • Ann Hallemans
Biomechanische en hydrodynamische consequenties van variatie in kopmorfologie voor de zuigvoeding bij vissen. Universiteit Antwerpen Abstract: Vissen zijn ongetwijfeld één van de meest diverse groepen binnen de gewervelde dieren, en de kopmorfologie wijkt bij talrijke soorten dan ook sterk af van het gegeneraliseerde "vis-bouwplan". Een treffend voorbeeld hiervan zijn de zeenaalden en zeepaarden (familie Syngnathidae), een groep van sterk gespecialiseerde zuigvoeders met een kleine mondopening aan het einde van een buisvormige snuit. Voor vissen met zulke afwijkende morfologie voldoen de bestaande biofysische modellen niet langer. De vraag naar nieuwe analysetechnieken dringt zich dan ook op. Deze diergroep vormt aldus een uiterst geschikte modelgroep om de functie en limitaties van extreem gespecialiseerde zuigvoedingsapparaten te bestuderen. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Peter Aerts • Sam Van Wassenbergh
Biomechanisch gebaseerde analyse van slaap KU Leuven Abstract: Het feit dat een derde van een mensenleven zich afspeelt in bed wijst op het essentiële karakter van slaap. Hoewel sommigen vrijwillig kiezen voor slaaptekort, krijgen anderen niet eens de keuze. Hun gezond slaappatroon is verstoord door slaapstoornissen zoals slaapapneu, insomnie en rusteloze benen syndroom. De meeste klinische diagnoses worden gesteld rond klachten van overmatige vermoeidheid gedurende de dag. Mensen wachten echter meestal vrij lang vooraleer beroep te doen op professionele hulp,en doen dit mogelijk pas wanneer hun klachten zijn verergerd van miniemtot ernstig. Het valt natuurlijk te beargumenteren dat mensen met minieme klachten een verwaarloosbare belangstelling en gebruik zullen vertonen ten opzichte van vrij ingrijpende behandelingen, en dat deze mensen ook niet noodzakelijk moeten behandeld worden met medicatie. Cognitieve gedragstherapie heeft echter in verschillende domeinen zijn effectiviteit bewezen bij klinisch gediagnosticeerde patiënten, en zou mogelijk e Organisaties: • Afdeling Biomechanica
Onderzoekers: • Jozef Vander Sloten • Bart Haex • Tim Willemen
Biomechanisch gedrag van pathologische knieën verkregen via Rapid Prototyping Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen • Vakgroep Mechanica
Onderzoekers: • Marc Wouters • Tom Claessens • Annemieke Van Haver
Biomedische Ingenieurstechnieken voor een Verbeterde Diagnose en Patiënt-specifieke Behandeling van Aorta Aneurysma (AA) en Dissectie Universiteit Gent Abstract: - inschatting risico op ruptuur AA en gedissecteerde aorta via geïntegreerde en patiënt-specifieke analyse van de biologische (moleculaire beeldvorming) en biomechanische actoren- simulatie-gebaseerde pre-operatieve planning van behandelingsstrategie- fundamenteel onderzoek naar (moleculair) biologische en biomechanische actoren en hun interactie bij het ontstaan en progressie van AA/dissectie- verbeterd, patiëntspecifiek ontwerp van prothesen en onderzoek naar nieuwe en/of verbeterde biomaterialen Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Patrick Segers
Biomedische microscopische beeldvorming: ondersteuning kernfaciliteiten. Universiteit Antwerpen Abstract: De core faciliteit "Microscopische Biomedische Beeldvorming" zal kunnen voorzien in materiaal, kennis en vaardigheden aangaande verschillende soorten microscopische toepassingen, en zal histologisch en beeldvorminggerelateerde ondersteuning kunnen verlenen aan onderzoekers en studenten verbonden aan de Universiteit Antwerpen en daarbuiten. Organisaties: • Laboratorium voor celbiologie en histologie
Onderzoekers: • Jean-Pierre Timmermans
Biomerkeranalyse voor astma en luchtwegallergieën in niet-invasieve matrices Universiteit Antwerpen Abstract: Astma is een chronische luchtwegaandoening waarvan de eerste symptomen vaak op jonge leeftijd optreden. Momenteel is het nog niet mogelijk om de diagnose van astma te stellen bij kinderen jonger dan 6 jaar. Dit onderzoek richt zich op het zoeken naar nieuwe biomerkers voor
deze aandoening die gemeten kunnen worden door middel van niet-invasieve staalname. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de differentiële analyse van proteïnen in speeksel, nasale lavage matrix en uitgeademende lucht condensaat bij astmapatiënten en gezonde controlepersonen. Door het niet-invasieve karakter van de staalname, is een diagnostische test gebaseerd op deze biomerkers zowel voor kleine kinderen als volwassenen mogelijk en ethisch meer verantwoord. Organisaties: • Departement Biomedische Wetenschappen - overige
Onderzoekers: • Greta Schoeters • Mieke Goris
Biomerkers en nieuwe therapeutische doelwitten in HTLV-1 infectie KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische & Epidemiologische Virologie
Onderzoekers: • Anne-Mieke Vandamme • Johan Van Weyenbergh • Soraya Maria Menezes
Biomerkers van (cellulaire) veroudering in borstkanker patiënten. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Experimentele Oncologie
Onderzoekers: • Hans Wildiers
Biomerkers van humane blootstelling aan verkeergerelateerde luchtverontreiniging KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Arb_verzek_g
Onderzoekers: • Benoit Nemery de Bellevaux • Yang Bai
Biomerkers voor differentiële diagnose van dementie. Universiteit Antwerpen Abstract: Tot nu toe werd een diagnose van ziekte van Alzheimer gesteld door andere ziekten uit te sluiten. Deze diagnostische criteria leiden in amper 70% van de patiënten tot een correcte dementiediagnose en laten slechts een diagnose toe als een patiënt het dementiestadium heeft bereikt. Op dat moment heeft de patiënt al enkele jaren van progressieve cognitieve aftakeling achter de rug. De hersenveranderingen die bij de ziekte van Alzheimer optreden, ontwikkelen zich immers vele jaren voor het ontstaan van de eerste symptomen. De laatste jaren werd veel onderzoek verricht naar biochemische veranderingen in hersenvocht bij de ziekte van Alzheimer. Dit onderzoek heeft een aantal betrouwbare biomarkers opgeleverd die de eiwitneerslagen in de hersenen bij de ziekte van Alzheimer weerspiegelen. Deze biomarkers kunnen al opgespoord worden bij de eerste ziektesymptomen. Recent werden er dan ook nieuwe diagnostische criteria gepubliceerd waarin biomarkers een centrale plaats krijgen. Van alle bestudeerde biomarkers in het hersenvocht zijn A1-42, T-tau en P-tau181P het beste gevalideerd. Deze drie biomarkers weerspiegelen de vorming van seniele plaques, van neurofibrillaire kluwens en van neurodegeneratie bij de ziekte van Alzheimer. Vermits sommige andere neurodegeneratieve hersenziekten die tot dementie kunnen leiden, ook gepaard gaan met de vorming van bv. seniele plaques en veranderingen in biomarkerconcentraties, laten deze biomarkers niet altijd even goed toe een ziekte van Alzheimer te onderscheiden van andere hersenziekten. Dit onderzoeksproject heeft geleid tot de karakterisatie van A1-40 en -synucleïne als biomarkers voor een verbeterde differentiële dementie diagnose. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Sebastiaan Engelborghs
Biomerkers voor een effectief en kosteneffectief gebruik van anti-EGFR biotherapeutica voor de behandeling van hoofdhalskanker. Universiteit Antwerpen Abstract: Head and neck squamous cell carcinoma (HNSCC) is de zesde meest voorkomende vorm van kanker wereldwijd. In 80-90% van HNSCC wordt de epidermale groei factor receptor (EGFR) tot overexpressie gebracht. Toch hebben anti-EGFR biotherapeutica heden slechts een beperkte klinische relevantie. In dit project wordt onderzoek verricht naar biomerkers welke respons op anti-EGFR therapie in HNSCC voorspellen. Gevoelige en resistente cellijnen worden vergeleken en potentiële biomerkers worden gevalideerd in retrospectief en prospectief verkregen patiëntenmateriaal. Organisaties: • Moleculaire beeldvorming, Pathologie, Radiotherapie & Oncologie (MIPRO)
Onderzoekers: • Filip Lardon • Carolien Boeckx
Biomerkers voor inschatting van de gezondheidsimpact van luchtverontreiniging tijdens de perinatale periode. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project bestudeert de biomerkers in uitgeademde lucht voor inschatting van de langetermijnimpact van luchtpolluenten op de respiratoire gezondheid en allergieën. Organisaties: • Departement Biomedische Wetenschappen - overige
Onderzoekers: • Greta Schoeters
Biometals 15 juli - 19 juli 2012 Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het samenbrengen van wetenschappers uit de hele wereld die gespecialiseerd zijn in de rol van metalen in de biologie. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • PIERRE CORNELIS
BioMeTIOm : Bio-Medical Applications of Incremental Forming KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Frank Van Calenbergh • Jozef Vander Sloten • Joost Duflou • Stefaan Nijs
BioMiMedics : Nieuwe biologisch afbreekbare biomedische materialen voor klinische toepassingen. Integratie 'engineering biomaterialen' met 'Fiber-en Textile Technology' ter ontwikkeling van beter wondverband en platform voor regeneratieve geneeskunde. Universiteit Hasselt Abstract: BioMiMedics is een consortium van zes academische instituten uit de regio's Aken, Luik, Maastricht en Hasselt. Het Biomedisch Onderzoeksinstituut (BIOMED) en het Instituut voor Materiaalonderzoek (imo-imomec) van Universiteit Hasselt benutten binnen BioMiMedics hun expertise op het gebied van polymere materialen en moleculaire herkenning in de domeinen van biodegradeerbare materialen en regeneratieve geneeskunde. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Organische en Bio-polymere Chemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Wanda GUEDENS • Luc MICHIELS • Thomas CLEIJ • Thomas JUNKERS
Biomimetic remineralization of caries-affected dentin and dentin-bridge repair of exposed pulp tissueprof KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Biomaterialen - BIOMAT
Onderzoekers: • Bartholomeus Van Meerbeek • N. N.
Biomimetische remineralisatie van carieus dentine KU Leuven Abstract: The project envisions a new approach to treat cariousdentin and therefore belongs to the medical field Organisaties: • klinische assistenten Tandheelkunde
Onderzoekers: • Bartholomeus Van Meerbeek • Jan De Munck
BIOMINA Universiteit Antwerpen Abstract: Biomina (Biomedical Informatics Expertise Centre Antwerpen) is een interdisciplinaire onderzoekssamenwerking tussen UA en UZA. Het project heeft tot doel innovatieve technieken te ontwikkelen voor de analyse en interpretatie van heterogene biomedische gegevens. Biomina situeert zich op het integratiepunt van klinische data en 'omics gegevens (genoom, transcriptoom, proteoom, …). Het structureren, integreren en analyseren van deze data vormt de kernactiviteit. Als centraal expertisecentrum en onderzoeksplatform, maakt het systeem biologie en translationele systeem geneeskunde onderzoek mogelijk. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Bart Goethals
BIOMINA. Universiteit Antwerpen Abstract: Biomina (Biomedical Informatics Expertise Centre Antwerpen) is een interdisciplinaire onderzoekssamenwerking tussen UA en UZA. Het project heeft tot doel innovatieve technieken te ontwikkelen voor de analyse en interpretatie van heterogene biomedische gegevens. Biomina situeert zich op het integratiepunt van klinische data en 'omics gegevens (genoom, transcriptoom, proteoom, …). Het structureren, integreren en analyseren van deze data vormt de kernactiviteit. Als centraal expertisecentrum en onderzoeksplatform, maakt het systeem biologie en translationele systeem geneeskunde onderzoek mogelijk. Organisaties: • Algebra, meetkunde en ISLAB
Onderzoekers: • Alain Verschoren
Biomoleculaire herkenning - het structurele luik. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Proteïnevouwing is een kernvraagstuk zowel fundamenteel als biotechnologisch: 3 topics worden in dit voorstel bestudeerd - Oxidatieve vouwing: voor eiwitten met een reeks disulfide bruggen. Ontwikkeling van een in vitro vouwingstechnologie. - Lipase-Lipase foldase: studie van structuur en mechanisme van dit "sterisch chaperone" - Mechanismen van vorming van Amyloide fibers: gebruik van één-domein antistoffen als inhibitoren van ontvouwing en als werktuigen voor studie van amyloide fiber vorming. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • LODE WYNS
Biomoleculaire Herkenning - Het strukturele luik. Biomolecular Recognition - The structural approach. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Aanvraag van een X-straal generator en image-plate detector centraal voor de waaier van projekten binnen de groep. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • LODE WYNS
Biomoleculen van de zee voor het herstel van het milieu en de gezondheidszorg Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Organische chemie (WE)
Onderzoekers: • Peter Dubruel
Biomonitoring van beroepsblootgestelden: cytogenetische analyse Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het Laboratorium voor Cellulaire Genetica heeft de leiding over meerdere projecten waarin de biomonitoring van beroepsblootgestelden centraal staat (zie ook op de CRIOS website: http://www.crios.be). Zo worden populaties met een beroepsblootstelling aan styreen, ioniserende straling en carcinogenen afkomstig van de ontmanteling van chemische wapens opgevolgd. Het gaat hierbij om het opsporen van genotoxiciteitsbiomerkers in lymfocyten en/of nasale cellen die zowel een indicatie geven van recente blootstelling (DNA-breuken en uitwisselingen tussen zusterchromatiden van chromosomen) als merkers met een meer predictieve waarde voor het uiteindelijk kankerrisico (micronuclei en structurele chromosoomaberraties). Het zijn voornamelijk de opsporing van uitwisselingen tussen zusterchromatiden van chromosomen (SCE-test) en structurele chromosoomaberraties (CA-test) die een uitgebreide en moeilijke microscopische analyse vergen. De evaluatie van micronuclei (MNtest) is iets minder zwaar, maar de discriminatie tussen chromosoomverlies en chromosoombreuk met behulp van fluorescence in situ hybridisatie (FISH) vraagt een bijkomende inspanning. Voor alle drie de technieken, SCE-, CA- en MN-test, dienen lymfocyten in cultuur gebracht te worden door ze tot deling te stimuleren met een antigen. Respectievelijk na 64, 48 en 72 uur cultivatie worden de cellen gefixeerd en gespreid. Voor SCEen CA-test worden ze eerst in het metafase-stadium van de celcyclus geblokkeerd. Voor de MN-test worden de cellen op 44 uur cultuur blootgesteld aan cytochalasine B dat de kerndeling toelaat maar de cytokinese blokkeert. Na specifieke kleuring worden de drie eindpunten microscopisch gedetecteerd. Per staal moeten er 200 metafasen bestudeerd worden voor de CA-test en 80 voor de SCE-test. Voor de MN-test dienen 2000 tweekernige lymfocyten geteld te worden. De analyse kan accurater en vesneld worden door een adequaat beeldanalysesysteem te koppelen aan de microscoop. Een dergelijk systeem laat toe om op geautomatiseerde wijze op een microscoopglaasje metafasen te zoeken en te selecteren die nadien terug opgezocht kunnen worden om mogelijke aberraties te identificeren. Het biedt eveneens de mogelijkheid om beelden op te slaan voor later gebruik (onderwijs, opleiden van nieuwe onderzoekers, archivering). De aankoop van een modern, Windows gestuurd, bleek onafwendbaar, vooral gezien de hoeveelheid stalen die verwerkt dienen te worden de volgende jaren. Een metafase finder van Applied Imaging werd aangekocht. Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • MICHELINE VOLDERS
Biomonitoring van de luchtkwaliteit aan de hand van plantkarakteristieken. Universiteit Antwerpen Abstract: Biomonitoring van de luchtkwaliteit aan de hand van plantkarakteristieken. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Roeland Samson • Tatiana Wuytack
Biomonitoring van de luchtkwaliteit aan de hand van plantkarakteristieken. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IWT. UA levert aan IWT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Roeland Samson • Tatiana Wuytack
Biomonitoring van de stedelijke habitatkwaliteit aan de hand van hyperspectrale vliegtuigwaarnemingen. Universiteit Hasselt Abstract: De huidige meetstations voor het monitoren van luchtvervuiling leveren tot op heden slechts ruwe informatie omtrent de expositie aan polluenten. In dit kader is er een groeiende interesse naar methoden met hogere resolutie om de stedelijke luchtvervuiling te monitoren en te modelleren. Een van deze mogelijkheden is de biomonitoring van stedelijke vegetatie. Naast depositie, retentie en zelfs aanreiking van sporenelementen zoals zware metalen zijn de bladeren ook geëxposeerd aan gasvormige polluenten zoals stikstofoxiden (NOx), koolstofmonoxide (CO), koolstofdioxide (CO2) en zwaveldioxide (SO2) die allen een impact hebben op het fysiologische gedrag van de plant. Chlorofylfluorescentie technieken hebben tot op heden hun nut bewezen in het vroege detectie van stress zoals veroorzaakt door stikstoftekort of overmaat, verhoogde CO2 en ozon. Biomonitoring van natuurlijke vegetatie laat de acquisitie toe goed gedefinieerde stalen aan een aanvaardbare kostprijs en laat tevens toe de luchtvervuiling in functie van de tijd te bepalen. Dit reflecteert namelijk lange termijn veranderingen in de kwaliteit van de omgeving vermits planten pollutie accumuleren over meerdere maanden of zelfs jaren bij altijd groene planten. In het BIOHYPE project wordt de biomonitoring georganiseerd op drie structurele niveau's: (i) subblad- en (ii) het bladniveau en (iii) op het niveau van de boomkruin. Afhankelijk van het structurele niveau worden de volgende elementen uitgevoerd: (i) het schatten van de spatiale verdeling van de luchtpollutie door middel van passieve samplers en magnetische eigenschappen van het blad; (ii) op subblad- en bladniveau en op kroonniveau het onderzoeken van de spatiale distributie van chlorofylinhoud ,chlorofylfluorescentie parameters, bladreflectantie, stikstofinhoud, stomatale eigenschappen; (iii) het vergelijken en valideren van hyperspectrale metingen vanuit de lucht en vanop de grond en (vi) het beschrijven en optimalissren van een protocol voor het inschatten van de stedelijke habitakwaliteit met een hoge spatiale resolutie. Organisaties: • Moleculaire en Fysische Plantenfysiologie
Onderzoekers: • Roland VALCKE
Biomonitoring van stadsvegetatie: onderzoek naar het potentieel van hyperspectrale aardobservatie Universiteit Antwerpen Abstract: Vegetatie en in het bijzonder groene en volgroeide bomen zijn extreem belangrijk voor stedelijke gebieden, ondermeer voor hun heilzaam effect op de reductie van luchtverontreiniging. Steden vormen echter geen ideale omgeving voor deze bomen en hun gezondheidstoestand moet daarom zorvuldig worden opgevolgd. Biomonitoring van stedelijke vegetatie op grote schaal kan echter niet manueel worden uitgevoerd, en aardobservatie en hyperspectrale beeldvorming in het bijzonder dienen zich aan als een perfecte kandidaat zijn voor een geautomatiseerde procedure. Het doel van dit project is om een kader te ontwikkelen voor de biomonitoring van stadsvegetatie door middel van de spectrale reflectie van boomkruinen, omdat dit de informatie is die kan verkregen worden met behulp van hyperspectrale aardobservatie. Er wordt een data-gedreven benadering ontwikkeld door de constructie van een hyperspectrale reflectantie databank van spectrale reflectanties op blad- en kruinniveau. Met behulp van deze databank zullen we (i) de relatie bestuderen tussen de spectrale reflectantie op bladniveau en op kruinniveau; (ii) het spectrale onderscheid bestuderen tussen gezonde en ongezonde bomen, en (iii) het spectrale onderscheid bestuderen tussen bomen die groeien bij verschillende blootstellingsniveaus aan luchtverontreiniging. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Paul Scheunders • Roeland Samson
Biomonitoring van water- en luchtstalen m.b.v. genotoxiciteitstests en het uitwerken van een beleidsondersteunende strategie. Doctoraatsmandaat (beurs) tbv Juffr. Ethel BRITS Vrije Universiteit Brussel Abstract: Industriële en huishoudelijke emissies, landbouw, uitlaatgassen e.d. dragen bij tot het voortbrengen van polluenten die worden afgegeven aan de omgeving. Mensen worden veelal blootgesteld aan complexe mengsels van chemicaliën, eerder dan aan zuivere stoffen. Waar het voor zuivere stoffen al niet evident is om het risico voor de gezondheid in te schatten, wordt dit probleem enkel groter naarmate complexe mengsels toe. Deze zijn veel moeilijker te karakteriseren en te kwantificeren, potentiële effecten kunnen optreden op verschillende eindpunten. Van de mogelijke eindpunten worden in dit onderzoek voor diegenen bestudeerd met betrekking tot genetische toxicologie. Tot genetische toxiciteit rekent men elk toxisch effect dat geassocieerd is met het erfelijk materiaal (DNA). Nadelige gezondheidseffecten resulterende uit genetische schade omvatten o.a. kanker, teratogene effecten en premature veroudering. Het duiden van een genetisch risico is dus uitermate belangrijk om de gezondheid te beschermen, hierbij niet enkel het risico voor de mens in acht genomen, maar het risico voor alle levende organismen. In dit werk wordt de nadruk gelegd op het gebruik van biotesten bij de monitoring van ten eerste oppervlaktewater en industriële effluenten, ten tweede fijn stof in buitenlucht, en ten derde een humane populatie. Voor genotoxiciteitsanalyse is het gebruik van biotesten een onmisbare aanvulling op de gebruikelijke chemische bepalingen. Op deze manier kunnen effecten worden gemeten van complexe milieustalen die niet of onvoldoende nauwkeurig bepaald kunnen worden door de huidige chemische analysemethodes. Biotesten geven direct de biobeschikbaarheid weer van eventuele polluenten aanwezig in een te onderzoeken staal of regio en schetsen aldus een globaler beeld van een mogelijke verontreiniging. Organisaties: • Cellulaire Genetica
Onderzoekers: • MICHELINE VOLDERS
Bio Party Hogeschool Gent Abstract: Doelstelling van het project is leerlingen laten kennismaken met de technologische processen achter en het wetenschappelijk onderzoek over voedingsmiddelen, verspreid over verschillende wetenschappelijke domeinen en op interactieve wijze. De kern van het project is een interactieve en educatieve website rond voeding aangevuld met reële en concrete workshops en bedrijfsbezoeken. Het project is flexibel opgesteld zodat leerkrachten zelf kunnen kiezen aan welke workshops of bedrijfsbezoeken ze deelnemen. Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie
Onderzoekers:
• Mia Eeckhout
Biophysical and socio-economic potential for alternative biofuel crops. KU Leuven Abstract: Heden is er grote interesse in het ontwikkelen van alternatieve biobrandstofsystemen en de uitbreiding van biobrandstofproductie in ontwikkelingslanden. Alternatieve productie van biobrandstoffen, door het gebruik van multifunctionele gewassen en marginale gronden, is een veelbelovende strategie voor duurzame plattelandsontwikkeling, welvaartsverbetering, en vermindering van voedselonzekerheid en armoede in ontwikkelingslanden.Het vereist echter het vinden van geschikte gewassen voor de specifiekelocatie, alsook de ontwikkeling van de waardeketen voor deze gewassen, hetgeen refereert naar veredeling, cultivatie, oogst- en verwerkingstechnologieën, infrastructuur en vermarkting.Het doel van dit doctoraatsonderzoek is een analyse van de biobrandstof-waardeketen, zowel vanuit een biofysisch als socio-economisch perspectief, en dit voor een bepaalde set van gewassen. Vanuit biofysisch oogpunt zullen er experimenteledesigns worden gebruikt voor identificatie van biobrandstofproductiesysteme Organisaties: • Afdeling Bos, Natuur en Landschap
Onderzoekers: • Bart Muys • Miet Maertens • Floris Dalemans
BIOREACTOR : Netwerk biologie van stress reacties en cel flocculatie van Saccharomyces cerevisiae gekweekt in een continue bioreactor in gewichtloze omstandigheden Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Biochemie en Microbiologie
Onderzoekers: • Bart Devreese
Biosensoren en high-throughput engineering voor de productie van secundaire plantmetabolieten met flavonen als proofof-concept-productklasse in E.coli Universiteit Gent Abstract: IWT/SB-lichting 2014 IWT/SB/De Paepe Brecht/131736 Biosensoren en high-throughput engineering voor de productie van secundaire plantmetabolieten met flavonen als proof-of-concept-productklasse in E.coli Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Marjan De Mey
BIOSERF: Duurzaamheid van een tropisch bosecosysteem in biodiversiteit en in ecosysteemdiensten onder toenemende druk van klimaat en mens Universiteit Gent Abstract: De algemene doelstelling van het BIOSERF project is het verkennen van het sociaal-ecologisch systeem, met nadruk op ecosysteemdiensten en de duurzaamheid hiervan in een tropische context (Democratische Republiek Congo) en dit onder toenemende antropologische druk. Deze studie omvat het begrijpen van de fysische en biologische processen die de natuurlijke regeneratie van het bosecosysteem regelen; het identificeren en evalueren van een aantal sleutel-ecosysteemdiensten binnen de huidige socio-economische situatie en het verkennen van mogelijke toekomstscenario?s met behulp van een DVM-ABM model. Het studiegebied bevindt zich in het WWF Lac Télé ? Lac Tumba landschap, het grootste moeras - en overstromingsbos van Afrika. Binnen het BIOSERF project is de UGent verantwoordelijk voor WP1, de socio-economische analyse. Organisaties: • Vakgroep Plantaardige productie
Onderzoekers: • Patrick Van Damme
Biosurfing: New-to-nature biosurfactants door metabolic engineering: productie en toepassing Universiteit Gent Abstract: Het project beoogt de biotechnologische productie van new-to-nature en tailor-made glycolipide biosurfactantia. Het project wil tegen de achtergrond van een groeiende ecologische bewustwording het aanbod van interessante biologische surfactantia verbreden, verder modificeren en aanpassen aan de noden van de markt zodanig dat het toepassingsdomein van deze interessante moleculen verder uitgebreid kan worden. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Wim Soetaert • Bart Devreese
Biosynthese van aromatische cytokininen en de ontwikkeling van toepassingen in land- en tuinbouw. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit projectvoorstel beoogt de ontwikkeling van 'rationele weefselkweek': een soortspecifieke hormoonbehandeling 'op plantenmaat', gebaseerd op de kennis van het soortspecifiek natief auxine- en cytokininemetabolisme bij planten en de identificatie van plant-eigen cytokininen. Teneinde de endogene aromatische cytokinine inhoud (en dus cytokininesynthese en -metabolisme) te sturen wordt de rol van precursoren en antagonisten bestudeerd. De focus zal hierbij liggen op salicylzuur en aanvenvante stoffen voor wat precursoren betreft en methyljasmonaat voor wat antagonisten bekeft. Er wordt tevens nagegaan hoe soortspecifiek het spectrum aan aromatische cytokininemetaholieten is voor diverse monocotylen en dicotylen. Het aldus verkregen inzicht in de hormonale huishouding bij diverse planten leg de basis voor andere toepassinge,&i.$k de land- en tuinbouw, te weten gereduceerde senescentie (verlengde houdhaarheid) van planten, kansport van planten en snijbloemen, en op langere termijn regulatie van vruchtzetting en juveniliteit bij fruit en (sier)bomen. Organisaties:
• Plantengroei en -ontwikkeling
Onderzoekers: • Els Prinsen
Biosynthese van tocotriënolen in Brassica napus L. Universiteit Antwerpen Abstract: Tocotriënolen vormen een belangrijk en potentieel nieuw antioxidans met een breed toepassingsgebied. Deze moleculen zijn verwant aan de tocoferolen (vitamine E) en spelen een rol in de verwijdering van schadelijke zuurstofradicalen. De biosynthese van tocotriënolen in hogere planten zal worden bestudeerd, met name de enzymen verantwoordelijk voor de synthese en de subcellulaire lokalisatie. Organisaties: • Fysiologie van de planten, ecosysteemonderzoek en paleobiologie • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Roland Caubergs • György Horvath
Biotechnological Production Platform for new Tailor-made Glycolipid Biosurfactants Universiteit Gent Abstract: Het project beoogt de biotechnologische productie van new-to-nature en tailor-made glycolipide biosurfactantia. Het project wil tegen de achtergrond van een groeiende ecologische bewustwording het aanbod van interessante biologische surfactantia verbreden, verder modificeren en aanpassen aan de noden van de markt zodanig dat het toepassingsdomein van deze interessante moleculen verder uitgebreid kan worden. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Wim Soetaert • Bart Devreese • Yves Van de Peer
Biotische interacties in turbiede estuariene systemen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het huidig projectvoorstel beoogt, via een vergelijkend onderzoek van biotische interacties in het plankton en het benthos van de Zeeschelde (zoetwater-oligohalien), de Westerschelde (meso- tot euhalien) en de nabije kustzone, een bijdrage te leveren tot een beter begrip van de structuur en de functie van estuariene voedselwebben langsheen het continuum rivier-estuarium-zee. De volgende onderzoeksthemas zullen bestudeerd worden: (1) De studie van biotische interacties in het planktonische voedselweb, met bijzondere aandacht voor het relatief belang van primaire productie, bacteriele productie en detrius als voedingsbron. (2) De studie van biotische interacties in het micro- en meiobenthische voedselweb. (3) De studie van de voedingsecologie van hogere trofische niveaus (vissen, macrocrustacea en vogels), met aandacht voor hun impact op de structuur van onderliggende trofische niveaus. Organisaties: • Biologie • Scheikunde
Onderzoekers: • FRANK DEHAIRS • MARIE-HERMANDE DARO
Biotransformatie van oraal opgenomen voedings- en milieucontaminanten door intestinale micro-organismen en interactieprocessen in de interface tussen het darmlumen en menselijk colonepitheel Universiteit Gent Abstract: Intestinale micro-organismen spelen een fundementele rol in de algemene gezondheidstoestand van de mens. In dit onderzoek zal worden nagegaan in welke mate intestinale bacteriën in staat zijn voedings- en milieucontaminanten om te zetten. Incubatieproeven met intestinale bacteriën zullen worden uitgevoerd in combinatie met bioassays en cellijnen om de activiteit, respectievelijk interactie van microbiële metabolieten met het colonepitheel na te gaan. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Willy Verstraete
Biotreatment of drinking water resources polluted by pesticides, pharmaceuticals and other micropollutants. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Bodem- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Dirk Springael
Bio Utilisation for Taxi Flight Universiteit Gent Abstract: Het project bestaat erin de groei van E. coli ATCC4157 te bestuderen in micro-graviteit. Naast de standaard microbiele analyse die worden uitgevoerd, wordt ook gekeken naar genexpressie door middel van de microarray-technologie. Bio Utilisation for Taxi Flight. Organisaties: • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Willy Verstraete
BIOVACSAFE ? Biomerkers voor verbeterde vaccinveiligheid Universiteit Gent Abstract: BioVacSafe zal klinische studies uitvoeren om de veiligheid van vaccins te evalueren en biomerkers te ontdekken die moeten toelaten om op een betere en snellere wijze dan vandaag de veiligheid van vaccins te definiëren en mogelijke bijwerkingen te voorspellen of zeer vroegtijdig op te sporen. Organisaties:
• Vakgroep Klinische biologie, microbiologie en immunologie
Onderzoekers: • Geert Leroux-Roels
Bioveilig cholera toxine als afleveringsysteem voor CTL peptide epitopen Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is om chimere recombinante eiwitten bestaande uit een Chlorea toxine-CTL epitoop te produceren en karakteriseren. De mogelijkheid om door immunisatie met dergelijke eiwitten CTL-epitoop een epitoop-specifiek en effectief cellulair immuunantwoord op te wekken, zal worden nagegaan. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert
Bioveiligheidskast ? incubator voor het houden en manipuleren van kiemvrije/gnotobiotische aquatische proefdieren Universiteit Gent Abstract: Deze basisuitrusting omvat een handschoenenkast voor het houden en manipuleren van kiemvrije/gnotobiotische aquatische proefdieren die een unieke combinatie vormt tussen een klassieke bioveiligheidskast type II en een incubator. Dergelijke handschoenenkast is een onmisbare tool om de interacties tussen de micro-organismen (zowel goedaardig (probiotica) als pathogeen van aard) en hun aquatische gastheer op gestandaardiseerde en betrouwbare wijze te onderzoeken. Organisaties: • Vakgroep Morfologie
Onderzoekers: • Annemie Decostere
Bipotentiële progenitorcellen om de degeneratie van hart- en skeletspieren te behandelen in een groot diermodel van Duchenne spierdistrofie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Stamcelbiologie en Embryologie
Onderzoekers: • Maurilio Sampaolesi
BIP-Upy. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Orgaansystemen
Onderzoekers: • Jan Deprest
Bitter chemosensorische signalen in het maagdarmstelsel reguleren beloningsgevoeligheid en voedselinname. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Inge Depoortere • Lukas Van Oudenhove
Black skin dermatology online : contribution to teledermatology. Universiteit Antwerpen Abstract: Black skin dermatology online : contribution to teledermatology. Organisaties: • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Julien Lambert
BlackSkin Dermatology Online: contribution to teledermatology - Tweede fase. Universiteit Antwerpen Abstract: BlackSkin Dermatology Online: contribution to teledermatology - Tweede fase. Organisaties: • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Julien Lambert
Bladontwikkeling in Arabidopsis: bouw van een beschrijvend model, en ontwikkeling van methodologie voor identificatie van regulatorische componenten en hun interacties Universiteit Gent Abstract: Het modelleren van groei en ontwikkeling gebeurt momenteel vooral beschrijvend, hoewel deze processen uiteindelijk op moleculair niveau gereguleerd worden. In dit onderzoek wordt kinematische data gecombineerd met transcriptoomanalyses om een aantal moleculaire kandidaten op te sporen. Daarnaast wordt een software-gecentraliseerde methodologie ontwikkeld om genetisch regulatorische netwerkaanwijzingen te identificeren en te integreren met fenotypische parameters. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Yves Van de Peer
Bladoppervlakeigenschappen als dynamische sleutelfactoren in fijnstof-bladinteractie en microbiële gemeenschappen in de fyllosfeer van bomen Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project vormt de eerste stap in het ontrafelen van de complexe driehoeksverhouding tussen bladoppervlakeigenschappen, microbiële gemeenschappen in de fyllosfeer en fijn stof. Na een exploratieve scan van de variabiliteit van bladoppervlakeigenschappen in een stedelijk milieu, wordt de invloed van bladoppervlakeigenschappen op depositie, incapsulatie en afspoeling van fijn stof en de microbiële samenstelling in de fyllosfeer bestudeerd. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Karen Wuyts
Bloeddrukniveau vs. variabiliteit en centrale vs. perifere bloeddruk als voorspellers van cardiovasculaire verwikkelingen in een Vlaamse en Chinese bevolking KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Hypertensie & Cardiovasc. Epidemiologie
Onderzoekers: • Peter Verhamme • Jan Staessen • N. N.
Bloedplaatjesconcentraten in parodontale chirurgie KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Parodontologie
Onderzoekers: • Marc Quirynen • Ana Belen Castro Sarda
Bloedvatvorming en vaatwandbiologie in pathologie en geneeskunde Universiteit Gent Abstract: Achterhalen van genetische, moleculaire en cellulaire mechanismen bij angiogenese in pathologische omstandigheden, vaatwandpathologieën, endotheliale, endocriene en cardiovasculaire dysfuncties gerelateerd aan metabool syndroom en interacties tussen bloedvatvorming en metabool syndroom en interacties tussen bloedvatvorming en metabool syndroom en zijn consequenties en de wederzijdse modulerende effecten. Organisaties: • Vakgroep Fysiologie en fysiopathologie
Onderzoekers: • Johan Van de Voorde
Blood endothelium progenitor cells and dendritic cells as novel predictive biomarkers of in-stent restenosis after percutaneous coronary intervention. Universiteit Antwerpen Abstract: Blood endothelium progenitor cells and dendritic cells as novel predictive biomarkers of in-stent restenosis after percutaneous coronary intervention. Organisaties: • Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)
Onderzoekers: • Christiaan Vrints • Hidde Bult • Diana De Graeve
Blootstelling aan gezondheidsschadende agentia in Vlaanderen/België : overzicht van de bestaande gegevens. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project is drieledig : (1) Nagaan welke instanties over gegevens beschikken inzake de aanwezigheid van polluenten in lucht, bodem, oppervlaktewater, drinkwater en etenswaren . (2) Gegevens verzamelen over de aanwezigheid van de belangrijkste gezonsheidsbedreigende agentia, vermeld in het rapport van de werkgroep 'Gezondheid en Milieu', in lucht, bodem, oppervlaktewater, drinkwater en etenswaren . (3) Identificeren van de administratieven, wettelijke en juridische hindernissen die het verzamelen van de voorgenoemde gegevens bemoeilijken. Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • David PROOT • LUC HENS
Blootstelling aan ultrafijne deeltjes van verkeer: ontwikkeling van een methode van blootstellingsbepaling in omgevingslucht. Universiteit Antwerpen Abstract: Blootstelling aan ultrafijne deeltjes van verkeer: ontwikkeling van een methode van blootstellingsbepaling in omgevingslucht. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Jean Kretzschmar • Vinit Kumar Mishra
Blootstelling en metabolisme van nieuwe gebromeerde vlamvertragers. Universiteit Antwerpen Abstract: Gebromeerde vlamvertragers (BFRs), waaronder enkele nieuwe verbindingen (nBFRs) komen voor in allerlei industriële en huishoudelijke producten. Omdat er slechts weinig bekend is over het voorkomen, de overdracht in de voedselketen, het metabolisme en de toxicologie van nBFRs is er een verantwoorde noodzaak aan bijkomend en systematisch onderzoek. Het huidige voorstel steunt op de grondige expertise en op de verworven en uitgebreide samenwerkingsnetwerken met andere onderzoeksgroepen die BFRs onderzoeken. Een eerste doelstelling is de validatie van geschikte analysetechnieken voor de detectie van nBFRs, die meestal slechts in zeer lage concentraties aanwezig zijn in biologische en omgevingsstalen. Tevens omvat het projectvoorstel de systematische opvolging van de verschillende blootstellingsroutes, het potentieel tot biomagnificatie en mogelijke metabolisatie in representatieve aquatische en terrestrische voedselketens. Dit voorstel zal ook de graad van humane blootstelling, de mogelijke routes die hiervoor verantwoordelijk zijn en de daaropvolgende metabolisatie inschatten. Tenslotte zal ook de metabolisatie van enkele belangrijke nBFRs in verscheidene soorten geëvalueerd worden. Dit project zal daardoor leiden tot een beter begrip van de blootstelling, accumulatie en metabolisatie van nBFRs. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Philippe Jorens • Ronny Blust • Hugo Neels • Adrian Covaci
Blootstellingsroutes en toxicokinetiek van milieuschadelijke stoffen met verschillende werkingsmechanismen in de zebravis, Danio rerio: een moleculaire biologische en fysiologische analyse. Universiteit Antwerpen Abstract: Deze studie onderzoekt het belang van water en voedsel als blootstellingsbronnen voor drie modelcontaminanten met verschillende werkingsmechanismen bij de zebravis. Er wordt nagegaan in hoeverre opname via water of voedsel resulteert in verschillende reacties en toxische effecten. De reacties en effecten worden bestudeerd op het moleculair, cellulair en organismaal niveau, gebruikmakende van genomics, proteomics en fysiologische technieken. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Wim De Coen
Blootstellingstudie van de Belgische bevolking aan mycotoxines via biomerkers Universiteit Gent Abstract: Dit project zal de blootstelling aan mycotoxines in België in kaart brengen via de directe meting van blootstellingsbiomerkers in ochtendurine van een representatieve steekproef van de Belgische bevolking met behulp van een gevalideerde LC-MS/MS methode. Verbanden tussen de gemeten biomerkers en de gerapporteerde consumptie van verschillende voedinsgmiddelengroepen zowel de dag voor de urinecollectie als de vorige maand, zullen onderzocht worden. Organisaties: • Vakgroep Bioanalyse • Vakgroep Maatschappelijke gezondheidkunde
Onderzoekers: • Stefaan De Henauw • Sarah De Saeger
Blootstellingstudie van de Belgische bevolking aan mycotoxines via biomerkers Universiteit Gent Abstract: Dit project zal de blootstelling aan mycotoxines in België in kaart brengen via de directe meting van blootstellingsbiomerkers in ochtendurine van een representatieve steekproef van de Belgische bevolking met behulp van een gevalideerde LC-MS/MS methode. Verbanden tussen de gemeten biomerkers en de gerapporteerde consumptie van verschillende voedinsgmiddelengroepen zowel de dag voor de urinecollectie als de vorige maand, zullen onderzocht worden. Organisaties: • Vakgroep Bioanalyse
Onderzoekers: • Sarah De Saeger
Blootstelling, transfer doorheen de voedselketen en metabolisme van gebromeerde vlamvertragers. Universiteit Antwerpen Abstract: Doelstelling van de studie : Alhoewel HBCD bestaat uit diastereoisomeren en enantiomeren met mogelijk verschillende chemische en toxicologische eigenschappen, zijn gegevens van HBCD die gebaseerd zijn op gas chromatografie-massaspectrometrie (GC-MS) beperkt tot totale HBCD (Covaci et al., 2003) Het voorgestelde project heeft daarom als eerste doelstelling de bestaande analytische technieken voor BFR's te verfijnen en te verbeteren. Een analysemethode voor HBCD-isomeren en TBBP-A, gebaseerd op vloeistofchromatografie-massaspectrometrie (LCMS) zal worden geoptimaliseerd en gevalideerd. Bijkomend zal een methode voor HO-BDE en MeO-BDE metabolieten worden ontwikkeld. Deze methoden, samen met de reeds gevalideerde methoden voor PBDE's, zullen dienen als analytisch instrument voor de realisatie van het project. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Philippe Jorens • Ronny Blust • Paul Schepens • Adrian Covaci
Blootstelling, transfer doorheen de voedselketen en metabolisme van gebromeerde vlamvertragers.
Universiteit Antwerpen Abstract: Doelstelling van de studie : Alhoewel HBCD bestaat uit diastereoisomeren en enantiomeren met mogelijk verschillende chemische en toxicologische eigenschappen, zijn gegevens van HBCD die gebaseerd zijn op gas chromatografie-massaspectrometrie (GC-MS) beperkt tot totale HBCD (Covaci et al., 2003) Het voorgestelde project heeft daarom als eerste doelstelling de bestaande analytische technieken voor BFR's te verfijnen en te verbeteren. Een analysemethode voor HBCD-isomeren en TBBP-A, gebaseerd op vloeistofchromatografie-massaspectrometrie (LCMS) zal worden geoptimaliseerd en gevalideerd. Bijkomend zal een methode voor HO-BDE en MeO-BDE metabolieten worden ontwikkeld. Deze methoden, samen met de reeds gevalideerde methoden voor PBDE's, zullen dienen als analytisch instrument voor de realisatie van het project. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Philippe Jorens • Ronny Blust • Hugo Neels • Adrian Covaci
BMP-SMAD en Notch gemedieerde signaalwegen in hart homeostase KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Labo Signaaltransductie in Ontw.biologie
Onderzoekers: • An Clementine Zwijsen • Godelieve Umans • Nathan Criem
BMP-SMAD mediated regulation of lymphangiogenesis in mice KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Labo Signaaltransductie in Ontw.biologie
Onderzoekers: • An Clementine Zwijsen • Michael Staring
BMP-technologie een Cel Gebaseerde Implants: Een Dream Team voor Bot Regeneratie. KU Leuven Abstract: Weefselregeneratie is een interdisciplinair veld dat zowel ingenieursprincipes als de principes van life sciences toepast met als doel de ontwikkeling van intermediaire weefsels welke de functie van het natuurlijk weefsel herstellen, behouden of verbeteren. In dit kader worden groeifactoren gebruikt waarvan bekend is dat ze biologische processen zoals botvorming en botherstel kunnen stimuleren. Een belangrijke familie van zulkegroeifactoren zijn de Bone Morphogenetic Proteins. BMPs worden gebruikt in een klinische setting om het helingsproces van kritische botdefecten te verbeteren. Hun succes is helaas nog steeds beperkt aangezien neveneffecten zoals steriliteit en kanker recentelijk werden gerapporteerd en gerelateerd aan de hoge toegediende dosissen. Om deze problemen te vermijden is er meer basisonderzoek in BMP technologie nodig waarbij het potentieel van vertaalbare preklinische modellen onderzocht dienente worden. In dit PhD-project zal daarom het effect van BMPs op humane en ko Organisaties: • Skeletale Biologie en Engineering
Onderzoekers: • Frank Luyten • Jan Schrooten • Johanna Bolander
BOARVAL: Impact van inmenging varkensvlees met berengeur op perceptie van vlees en vleesproducten in Vlaanderen Universiteit Gent Abstract: BOARVAL Impact van inmenging varkensvlees met berengeur op perceptie van vlees en vleesproducten in Vlaanderen IWT + Flanders Food VIS 130502 Met dit project willen we via de valorisatie van met berenvlees ingewerkte vleesproducten inspelen op de commerciële opportuniteit van het afmesten van intacte beren en op deze manier de vlaamse varkenssector en zijn internationale concurrentiepositie verstevigen. Organisaties: • Vakgroep Veterinaire volksgezondheid en voedselveiligheid
Onderzoekers: • Lynn Vanhaecke
Bodemgebruiksveranderingen als gevolg van de socio-economische ontwikkelingen en hun invloed op de ecosysteemdiensten in Viernam. KU Leuven Abstract: De doelstellingen van dit bilateraal samenwerkingsproject zijn:- Het ontwikkelen en toepassen van nieuwe technieken om bodemgebruiksveranderingen ten gevolge van socio-economische ontwikkelingen te bestuderen.- De impact van bodemgebruiksveranderingen op ecosysteemdiensten en oplokale en globale klimaatsomstandigheden te evalueren.- De capaciteit van Vietnam National University m.b.t. onderzoek inzake bodemgebruiksveranderingen en klimaatsimpact te verbeteren.- De samenwerking tussen Vietnam en België m.b.t. onderwijs en onderzoek voor duurzame ontwikkeling te stimuleren. Organisaties: • Afdeling Geografie
Onderzoekers:
• Gerard Govers • Anton Van Rompaey
Bodemmeetnet in de bossen van het Vlaamse gewest Universiteit Gent Abstract: Deze onderzoeksopdracht kadert in het project tot operationalisering van het bodemmeetnet in de bossen van het Vlaamse gewest, overeenkomstig de richtlijnen gegeven door "Internationaal Cooperative Programme on Assesment and Monitoring of Air Pollution Effects on Forests in the ECE-Region" (UNEP-UN/ECE). Analyse van water uit lysimeters, doorvalwater, stamafvloeiwater en vrije veldwater. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Eric Van Ranst
Bodemmeetnet in de bossen van het Vlaamse Gewest Universiteit Gent Abstract: Deze onderzoeksopdracht kadert in het project tot operationalisering van het bodemmeetnet in de bossen van het Vlaamse gewets, overeenkomstig de richtlijnen gegeven door "Internationaal Cooperative Programme on Assessment and Monitoring of Air Pollution Effects on Forests in the ECE-Region" (UNEP-UN/ECE). Analyse van water uit lysi-meters, doorvalwater, stamafvloeiwater en vrije veldwater. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Eric Van Ranst
Bodemmeetnet in de bossen van het Vlaamse Gewest Universiteit Gent Abstract: Deze onderzoeksopdracht kadert in het project tot operationalisering van het bodemmeetnet in de bossen van het Vlaamse Gewest, overeenkomstig de richtlijnen gegeven door "Internationaal Cooperative Programme on Assesment and Monitoring of Air Pollution Effects on Forests in the ECE-Region" (UNEP-UN/ECE). Analyse van water uit lysimeters, doorvalwater, stamafvloeiwater en vrije veldwater. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Eric Van Ranst
Bodemmonstername in de provincie Drenthe. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van het beschrijven van de bodemchemisch toestand samen met de samenstelling van de spontane vegetatie is het vastleggen van de huidige situatie. Hierdoor is het mogelijk om in de toekomst de effectiviteit van gericht beleid op het vlak van de zogenaamde "ver"-thema's (verdroging, verzuring, vermesting) te evalueren. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Rudy van Diggelen
Bodemsanering van gepollueerde sites in combinatie met productie van bio-energie : mogelijkheden van snelgroeiende hakhoutsystemen in de Rupelstreek. Universiteit Antwerpen Abstract: Het beplanten van verontreinigde sites met vegetaties kan gebruikt worden voor het renoveren en saneren van vervuilde bodems door fytoremediatie. In dit project zalonderzocht worden of een intensieve hakhoutcultuur v;an,wiIge.n en populieren gebruikt kan worden voor fytosanering en fyto-extractie van een oude stortplaats in Boom (Rupelstreek) die verontreinigd is met meerdere zware metalen. Daarbij zullen volgende aspecten onderzocht worden: verschillen tussen diverse genotypen, interacties tussen genotype en bodemtype, productie aan biomassa en bio-energie, en fyto-extractiecapaciteit. Organisaties: • Planten- en vegetatie ecologie • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Reinhart Ceulemans
Bodemvariabiliteit in de Meetjeslandse polders Universiteit Gent Abstract: De bodem van de Meetjeslandse polders is zeer heterogeen van samenstelling, ook binnenin percelen. Met GPS-gelinkte mobiele bodemsensoren kan deze variabiliteit nauwkeurig in kaart gebracht en geëvalueerd worden. In dit project zullen verschillende percelen ingescand worden in de Meetjeslandse polders. Op basis van de uitgevoerde metingen zullen binnen-in deze percelen zones afgebakend worden die best op een gedifferentieerde manier beheerd worden. Aan de telers zal een advies verstrekt worden hoe ze op de opgemeten bodemvariatie kunnen inspelen, waarbij het doel is om zowel de gewasproductie te optimaliseren als de milieubelasting te minimaliseren. Organisaties: • Vakgroep Bodembeheer
Onderzoekers: • Marc Van Meirvenne
Bodemvruchtbaarheid, voedselzekerheid en gender in Centraal-Afrika. KU Leuven Abstract: Er is een algemene consensus over de nood aan duurzame landbouwintensificatie in Sub-Sahara Afrika (SSA), en de cruciale rol die verbeterde technologieën daarin spelen. Het is echter minder duidelijk hoe dit bereiktkan worden. Enerzijds bestaan er verschillende, soms tegengestelde, visies op en paradigmas over welke landbouwpraktijken wel/niet duurzaam zijn. Anderzijds is adoptie vaak heel laag, desondanks goede resultaten inproefopstellingen. In deze doctoraatsthesis maak ik gebruik van twee gevalstudies in een landbouwkundig onderzoeks- en ontwikkelingsproject rond geïntegreerd bodemvruchtbaarheidsbeheer (ISFM) in Burundi en Oost-Congo. Het is reeds bewezen dat geïntegreerd bodemvruchtbaarheidbeheer (ISFM) de bodemvruchtbaarheid en gewasproductie kan verhogen op kleine landbouwbedrijven in ontwikkelingslanden. Toch wordt ISFM relatief weinig toegepast. De bedoeling van het doctoraat is om beter inzicht te verwerven in de factoren die de adoptie van ISFM bepalen.Het ISFM paradigma er
Organisaties: • Afdeling Bio-economie
Onderzoekers: • Roeland Merckx • Miet Maertens • Isabel Lambrecht
BOF 2008 - BONUS: Mandaat Bart Tessens: Fylogenetische, fylogeografische en polulatiegenetische analyse van het Gyratrix hermaphroditus soortencomplex (Rhaboecoela Kalyptorhynchia) Universiteit Hasselt Abstract: Indien de UHasselt bursaal het jaar na de toekenning een extern mandaat verwerft, vloeien de vrijgekomen middelen terug het doctoraatsfonds van het BOF, zodat de middelen conform de principes van dit initiatief opnieuw kunnen ingezet worden voor extra mandaten. Indien de bursaal een extern mandaat verwerft worden éénmalig een bedrag van 10.000 EURO (als extra werkingsmiddelen) toegekend aan de onderzoeksgroep waarin de bursaal actief is. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Pieter STINISSEN
BOF 2011: Kort verblijf: Proteoomanalyse van Cd-blootgestelde Arabidopsis thalianan Universiteit Hasselt Abstract: De Onderzoeksraad heeft op xx oktober 2010 het verblijf van Sacha Böhler van de Gabriel Lippmann Institute, Luxemburg goedgekeurd. Gedurende dit verblijf zal. Sacha Böhler onderzoek uitvoeren in samenwerking met prof. Ann Cuypers(onderzoeksgroep milieubiologie). Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Jaak VANGRONSVELD • Ann CUYPERS
BOF/IWT-opvangmandaat. Universiteit Antwerpen Abstract: BOF/IWT-opvangmandaat. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • Tine Vandenbrouck
BOF/IWT-opvangmandaat. Universiteit Antwerpen Abstract: BOF/IWT-opvangmandaat. Organisaties: • Functionele morfologie
Onderzoekers: • Raoul Van Damme • Jonathan Brecko
BOF/IWT-opvangmandaat. Universiteit Antwerpen Abstract: BOF/IWT-opvangmandaat. Organisaties: • Ethologie
Onderzoekers: • Marcel Eens • Evelien Maerten
BOF/IWT-opvangmandaat (Bart Aelterman) Universiteit Antwerpen Abstract: Dit doctoraatsproject heeft als doel het ontwikkelen van methode(n) voor de systematische hoge doorvoer screening van het transcriptoom. De methode zal een combinatie zijn van bio-informatica en nieuwe experimentel technieken en zal uit drie opeenvolgende stappen bestaan. In de eerste stap worden alle mogelijke transcripten in een genomische regio voorspeld. Hiervoor zal bestaande en nieuwe software gecombineerd worden tot een sensitieve predictie pipeline. De tweede stap bestaat uit de hoge doorvoer experimentele detectie van de transcripten met behulp van het massief parallelle sequencing GS FLX platform (Roche). De transcriptsequenties gegenereerd door dit platform worden in de derde stap geanalyseerd met hiervoor ontwikkelde software. Deze methode laat toe om een veel beter inzicht te krijgen in het transcriptoom van bepaalde genomische regio's. Organisaties: • VIB DMG - Toegepaste Moleculaire Genomica
Onderzoekers: • Jurgen Del-Favero • Bart Aelterman
BOF/IWT-opvangmandaat (Jorina Baerts). Universiteit Antwerpen Abstract: De algemene doelstelling van dit project is te onderzoeken wat de effecten zijn van micro polluenten op waterjufferlarven. Deze larven nemen met hun rol als prooi én predator een intermediaire plaats in, in zoetwaterecosystemen. Hun levenswijze, voorkomen en gevoeligheid maakt hen tot een goed modelorganisme voor ecotoxicologisch onderzoek. Meer specifiek wordt geëvalueerd of gedragswijzigingen optreden als gevolg van pollutiestress.
Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Lieven Bervoets • Jorina Baets
BOF/IWT-opvangmandaat (Kristien Ledeganck). Universiteit Antwerpen Abstract: BOF/IWT-opvangmandaat (Kristien Ledeganck). Organisaties: • Laboratorium Experimentele geneeskunde en Pediatrie (LEMP)
Onderzoekers: • Gert Verpooten • Kristien Ledeganck
BOF/IWT-opvangmandaat (Leen Janssen). Universiteit Antwerpen Abstract: BOF/IWT-opvangmandaat (Leen Janssen). Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Peter De Deyn • Leen Janssen
BOF/IWT-opvangmandaat (Melanie Verlinden). Universiteit Antwerpen Abstract: BOF/IWT-opvangmandaat (Melanie Verlinden). Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Reinhart Ceulemans • Melanie Verlinden
BOF/IWT-opvangmandaat (Nathalie Deckx). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht toegekend door de Universiteit Antwerpen. De promotor levert de Universiteit Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd door de universiteit. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Vigor F I Van Tendeloo • Nathalie Deckx
BOF/IWT research fellowship. Universiteit Antwerpen Abstract: BOF/IWT research fellowship. Organisaties: • Dierenecologie
Onderzoekers: • Erik Matthysen • Kassandra Driezen
BOF Kort verblijf: Optische metingen en eigenschappen van Nanodiamant Universiteit Hasselt Abstract: De voorzitter van de Onderzoeksraad heeft het verblijf van dr. Jana Poltierova Vejpravova van Faculty of Mathematics and Physics of Charles University, Prague, Tsjechië goedgekeurd. Gedurende dit verblijf zal. dr. Jana Poltierova Vejpravova onderzoek uitvoeren in samenwerking met prof. Milos Nesladek (onderzoeksinstituut IMO). Organisaties: • Materiaalfysica • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Milos NESLADEK
Bomen en watertekort: de vasculaire aspecten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Hoe is het watervervoersysteem in de boom aangepast aan het overlevingsproces tijdens droogte? In een eerste benadering, zal ik de binnenkant structuur van bomen bestuderen. Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • NICO KOEDAM • Elisabeth ROBERT
Boom- en houtkwaliteitsonderzoek voor de Vlaamse Bos-Houtkolom Universiteit Gent Abstract: Dit project omvat 5 verschillende deelaspecten: karakterisatie van de houtstructuur, bepaling van de houtkwaliteit, technologie, interne en externe invloedsfactoren en beleidsondersteuning.In het eerste onderzoeksjaar wordt de nadruk gelegd op de karakterisatie van de houtstructuur. Deze data moeten de basis vormen voor de andere peilers binnen het onderzoeksprogramma. Daarnaast wordt verder ingegaan op de bepaling van de houtkwaliteit in relatie met de houtstructuur en de mogelijke interne of externe invloeden die deze parameters kunnen beïnvloeden.
Organisaties: • Vakgroep Bos- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Marc Stevens
Boomgrensdynamiek in Subarchia Universiteit Gent Abstract: Logischerwijs zou de huidige aardopwarming moeten resulteren in een noordwaartse opschuiving van de boomgrens. Toch is de situatie complexer dan dit. In delen van Siberië lijkt de boomgrens zich terug te trekken. Boomgrensdynamiek in Subarchia. Organisaties: • Vakgroep Slavistiek en Oost-Europakunde
Onderzoekers: • Morgan De Dapper
Boomsoorten van de onder- en de bovenétages van heterogene en meerlagige bossen: biometrie, architectuur en waterrelaties van bomen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit gezamelijk onderzoeksproject bestudeert de verschillen tussen boomsoorten van de onder- en de bovenétages van een gemengd, heterogeen gematigd bos, en in het bijzonder de waterhuishouding en het aandeel van deze soorten in de het totale waterverbruik van het bos. Specifieke werkpakketten van dit onderzoeksproject zijn devolgende: (1) beschrijving van de algemene boomstructuur, met inbegrip van de verdeling van bladeren/naalden, van levende cellen, van stikstof en van de structurele elementen; (2) metingen van de sapstroomsnelheid, met inbegrip van de spatiale variatie binnen de stam op basis van kleurtechnieken, van de sapstroomsnelheid gedurende het jaar, vergelijking van de soorten uit de bovenétage (grove den) met deze uit de onderétage (Rhododendron en vogelkers); en (3) opschaling naar het volledige waterverbruik van het bestand. Het eindproduct van dit project zal het relatieve belang van onderétage-soorten (als Rhododendron en vogelkers) aantonen voor de uitwisselingen van energie en massa van een meerlagig of gemengd bos in relatie tot deze van de boomsoorten uit de bovenétage. Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Reinhart Ceulemans
"Born to ageing parents" - integratie van pre- en postnatale parentale effecten Universiteit Gent Abstract: Studie van transgenerationele effecten van veroudering in Kleine mantelmeeuwen via het kwantificeren van leeftijdseffecten van ouders op hun nakomelingen. Er wordt voorspeld dat dergelijke effecten zowel werken via maternale pathways (bv. via veranderingen in de omgeving waaraan ontwikkelende embryos zijn blootgesteld) als paternale pathways (bv. via veranderingen in spermakwaliteit). Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Luc Lens • Liesbeth De Neve
"Born to ageing parents" - integratie van pre- en postnatale parentale effecten. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Ethologie
Onderzoekers: • Wendt Müller
Borrelia infecties bij zangvogels en gespecialiseerde vogelteken Universiteit Antwerpen Abstract: Interacties tussen zangvogels en Ixodes teken worden geacht humane infectierisico's voor teekoverdraagbare ziekten te beïnvloeden. Gebruikmakend van diagnostische testen, trachten we nieuwe informatie te bekomen over de bijdrage van zangvogels en vogelteken in de terrestrische cycli van Borrelia burgdorferi s.l.. We spitsen ons toe op de infectierisico's bij vogels en de capaciteit bij vogelteken om Borrelia bacteriën over te dragen. Organisaties: • Evolutionaire ecologie (EVECO)
Onderzoekers: • Dieter Heylen
Borstkanker in de Democratische Republiek Congo.Sensibilisering, diagnose en behandeling in een laag-inkomensland. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Radiologie
Onderzoekers: • Guy Marchal • Erik Van Limbergen • Gertrude Luyeye
Borstkankeropsporing. Universiteit Antwerpen Abstract: Om de te lage participatiegraad aan het Vlaams programma voor borstkankeropsporing op te krikken, moeten vernieuwende, vaak niet dure, methoden getest en ontwikkeld worden. Voor dit project is bij meer dan 10.000 vrouwen nagegaan hoe zij het onderzoek van de mammografie bij de radioloog ervoeren. De mammografische eenheid (ME) waar het onderzoek wordt uitgevoerd, lijkt namelijk een belangrijke impact te hebben op de participatietrouw van de vrouwen. In de enquête die naar de vrouwen werd gestuurd, werden een aantal facetten bevraagd die ons kunnen toelaten het bezoek aan de ME voor de vrouw aangenamer te maken, zodat de participatietrouw zal stijgen.
Organisaties: • Epidemiologie en sociale geneeskunde (ESOC)
Onderzoekers: • Guido Van Hal
Borstkanker tijdnes de zwangerschap - stadiëring, behandeling en maternale prognose KU Leuven Abstract: SamenvattingKanker tijdens de zwangerschap komt voor in ongeveer1 op 1000 tot 2000 zwangerschappen, waarvan borstkanker het meest voorkomende type is. 10% van alle vrouwen die een borstkanker diagnose onder de leeftijd van 40 jaar krijgen, worden gediagnosticeerd tijdens de zwangerschap. In België schatten we dat er per jaar circa 50 zwangere vrouwen een borstkanker diagnose te horen krijgen. Exacte cijfers zijn echter niet gekend omdat er geen centrale registratie bestaat. Een zwangere vrouw met borstkanker behandelen wordt bemoeilijkt door de aanwezigheid vanhet ongeboren kind. Bij elke behandeling die tijdens de zwangerschap wordt gestart, moet nagedacht worden wat de consequenties zouden zijn voorde foetus. Artsen zijn vaak bang voor de zwangerschap, en overschatten de theoretische nadelige gevolgen, waardoor een noodzakelijke en soms ook levensreddende behandeling voor de zwangere vrouw niet op tijd wordt gestart. De kern van dit doctoraat is de overtuiging dat ook de zwangere vro Organisaties: • Gynaecologische Oncologie
Onderzoekers: • Frédéric Amant • Sileny Han
Botanische waarden in de Zegge. Universiteit Antwerpen Abstract: Botanische waarden in de Zegge. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
BOVIDI: Impact van horizontale Boviene Virale Diarree (BVD) virustransmissie op de haalbaarheid van een algemeen bestrijdingsplan op bedrijfsniveau Universiteit Gent Abstract: Behalve via persistent geïnfecteerde runderen zou BVDV door horizontale transmissie en persistentie na infectie verspreiden. Indien op BVDV-vrije bedrijven seroconversie vastgesteld wordt, vindt virologisch en epidemiologisch onderzoek plaats om de bron van infectie te achterhalen. Virusverspreiding wordt ook experimenteel onderzocht door infectie van kalveren in aanwezigheid van naïeve dieren. Ten slotte wordt diagnostiek op punt gesteld om transiënt geïnfecteerde dieren en persistentie te detecteren. Organisaties: • Vakgroep Verloskunde, voortplanting en bedrijfsdiergeneeskunde
Onderzoekers: • Jeroen Dewulf
Bowel. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Kristin Verbeke
Brain-computer interfaces met machinaal leren Universiteit Gent Abstract: Brain-computer interfaces worden gebruikt om te communiceren via hersengolven, gecreëerd als respons op aangelegde stimuli. De gebruiksvriendelijkheid van deze systemen is sterk afhankelijk van de snelheid en nood tot kalibratie. Het gebruik van machinaal leren technieken wordt onderzocht om de kalibratie te vermijden, alsook de combinatie van deze technieken met het aanlegpatroon van de stimuli om de snelheid te verhogen. Organisaties: • Vakgroep Elektronica en informatiesystemen
Onderzoekers: • Benjamin Schrauwen
Brain Computer Interfacing gebaseerd op de Detectie van EEG Responses in het Tijdsdomein gecombineerd met Beamforming. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Lab voor Neuro- en Psychofysiologie
Onderzoekers: • Marc Van Hulle • Benjamin Wittevrongel
Brain-gut interactions in the regulation of visceral pain and food intake: a functional brain imaging approach KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Jan Tack • Lukas Van Oudenhove • Dongxing Zhao
Brain machine interface voor functioneel herstel in hersenletsels. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Experimentele Neurochirurgie & -anatomie
Onderzoekers: • Jean-Marie Aerts • Robert Puers • Bart Nuttin • Kris van Kuyck
Brains (Back) to Brussels 2009 - verankering: systeemniveau analyse van de menselijke micriobiome in gezondheid en ziekte Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar de werking van menselijke microbiale flora. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Jeroen RAES • PIERRE CORNELIS
Brains (back) to Brussels 2010 - Verankering : Combining experiment and informatics to study biopolymer dynamics and interactions. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Door me de kans te geven om te werken in Brussel kan ik een groep samenstellen die een betekenisvolle bijdrage kan leveren aan het onderzoek rond Bioinformatics. Gezien de commerciële waarde van medicatieproductie, hebben vernieuwende instrumenten in dit veld veel potentieel mbt industriële samenwerkingen en om aan fondswerving te doen. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Nico VAN NULAND
BRANDING: Cereal BRAN based DIspersioNs for Gut health Universiteit Gent Abstract: Dit Project beoogt de ontwikkeling van een nieuwe strategie om een darmmicrobioom dat een optimale darmgeondhed ondersteunt, te installeren en te onderhouden. Terwijl de conventionele aanpak gericht is op het veranderen van specifieke microbiële stammen of groepen met gezondheidsbevorderend potentieel, is de aanpak hier gebaseerd op het versterken van volledige microbiële teams. Dit zal bereikt worden door zemelgebaseerde materialen te gebruiken die in de darm voedingsplatformen kunnen vormen. Hierdoor wordt een fysisch contactoppervlak gevormd waarop micro-organismen kunnen vasthechten, groeien en metabolisch interageren. Organisaties: • Vakgroep Pathologie, bacteriologie en pluimveeziekten • Vakgroep Biochemische en microbiele technologie
Onderzoekers: • Filip Van Immerseel • Tom Van de Wiele