COLLEGE VAN DIJKGRAAF EN HOOGHEEMRADEN COMMISSIE BMZ ALGEMEEN BESTUUR
Agendapunt 5
Onderwerp: Discussienotitie "Social Return" (actiepunt 245)
Nummer: 816255
In D&H: In Cie:
Han Dankaart/Teo Bruno (030) 634 59 53 Managementondersteuning
In AB: Portefeuillehouder:
22-04-2014 BMZ 06-05-2014 SKK 28-05-2014 Poelmann/Beugelink
Steller: Telefoonnummer: Afdeling:
Dit onderwerp wordt geagendeerd ter kennisneming ter consultering ter advisering
Korte inhoudelijke omschrijving: Bij de behandeling van de ontwerp-Begroting 2014 in het Algemeen Bestuur van 13 november 2013 is door de PvdA-fractie opnieuw het onderwerp Social Return aangekaart. Aan het College is gevraagd voorbeelden te schetsen voor de invulling hiervan. Toegezegd is in het kader van de voorjaarsnota een discussienotitie op te stellen over het onderwerp Social Return (actiepunt nr. 245). Deze notitie geeft hieraan invulling en wordt, aan de hand van de in punt 2 van de inleiding opgenomen discussievragen, ter consultering aan de commissie BMZ voorgelegd.
816255
-1-
INLEIDING 1. Korte inhoudelijk beschouwing Social Return Wat is Social Return (hierna afgekort als SR) of SR on Investment (SROI) ? SR afspraken hebben als doel een bijdrage te leveren aan het vergroten van de arbeidsparticipatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt en wordt als onderdeel bij aanbestedingen uitgevraagd.' De Rijksoverheid neemt met ingang van 1 juli 2011 bij inkopen en aanbestedingen 'SR' als contractvoorwaarde op. Dat wil zeggen bij aanbestedingen boven de 250.000 euro neemt de rijksoverheid in het contract op dat er bij de uitvoering van de opdracht van 'diensten' en 'werken' als schoonmaak, catering, bouwkundige werken etc. ook mensen moeten worden ingezet met een grote(re) afstand tot de arbeidsmarkt. Waterschappen kunnen de concrete invulling voor SR naar eigen inzicht vormgeven. Ook de aanbestedingsdrempel kan lokaal lager dan de genoemde € 250.000,-. Praktijktoepassing die we zien bij 1 o.a. gemeenten is vanaf een aanneemsom van € 125.000 ,- c.q. € 150.000,-. Wat houdt SR concreet in? De overheid wil bij aanbestedingen dat bedrijven een vast percentage (meestal 5% van de opdrachtsom, de zogenaamde 5% regel) van de opdrachtsom aan SR besteden. Dit kan door mensen uit 'de doelgroep' een arbeidsplaats te bieden. Ook het bieden van leer-/werkplekken, trainingen of opleiding aan deze mensen behoren tot de mogelijkheden. Het beleid hiervoor is nog volop in ontwikkeling. Afhankelijk van de eigen organisatie is er meer of minder ruimte voor een eigen inbreng. Er zijn veel mogelijkheden om op een creatieve manier invulling te geven aan deze contractvoorwaarde. Om welke mensen gaat het? Wie er onder de 'SR doelgroep' vallen wisselt per waterschap en opdrachtgever. Het gaat in ieder geval om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Vaak zijn dit mensen in een uitkeringssituatie die weinig opleiding of werkervaring hebben. Het kan iedereen betreffen, van niet uitkeringsgerechtigde huismoeders die weer aan de slag willen, tot universitair geschoolde mensen die tijdelijk in de ziektewet zitten. Meestal zal dit uit de aanbesteding duidelijk worden. Belangrijkste groepen samengevat: Uitkeringsgerechtigden WWB, IOAW en IOAZ WSW-gerechtigden Uitkeringsgerechtigden UWV (Wajong, WW, WAZ, WAO/WIA) Stagiaires/jongeren tot 27 jaar zonder startkwalificatie Niet-uitkeringsgerechtigden (zgn. NUG-ers). Wat is voor een bedrijf de meerwaarde van SR? De meerwaarde voor het inzetten van SR hangt af van hoe het bedrijf er zelf mee omgaat. Hier een aantal voordelen die voor een bedrijf, in dit geval specifiek HDSR, interessant kunnen zijn: *een maatschappelijk gezicht* *Het brengt diversiteit in de organisatie en schept zodoende nieuwe inzichten* Het biedt mogelijkheden in contact te komen met een nieuw netwerk; het levert publiciteit op. Waar kan het? Het waterschap besteedt een deel van haar jaarlijkse begroting aan contracten met allerlei leveranciers. Dit is onderverdeeld in een groot aantal verschillende pakketten: van catering tot civiele werken. Voor de volgende soort werkzaamheden kan ons inziens bij het waterschap SR worden toegepast:
1
De loonsom van de opdracht dient als uitgangspunt te worden om de bijdrage aan SR vast te stellen. Denk bijvoorbeeld aan een baggerklus van rond € 1 miljoen. een groot deel van dit bedrag gaat op aan brandstof. Als er dan over het totale bedrag SR van 5 % toegepast wordt dan wordt dit wel een verhoudingsgewijs erg groot bedrag dat in geen verhouding staat tot de personele inspanning binnen het project zelf: gevolg kans op verdringing wordt groot
2
Extern/Intern: Onderhoud watergangen Groen onderhoud en –aanleg Gebouwenonderhoud Postbezorging/ repro Catering Schoonmaak Intern: Stageplaatsen Ervaringsplaatsen voor bijvoorbeeld langdurig werklozen 2. Discussievragen Voordat SR beleidsmatig wordt uitgewerkt, is het belangrijk dat het college de uitwerkingskaders vanuit uw algemeen bestuur kent. Onderstaande discussievragen en de beantwoording hiervan in uw commissie geven hieraan richting. Op basis hiervan wordt bepaald hoe het vervolg in tijd en ambitie eruit kan zien. De discussievragen zijn waar relevant voorzien van een korte cursieve toelichting en bevatten ons inziens de handvatten om tot kaders voor beleid en verdere uitvoering te komen. 1. Vinden we dat SR binnen de bestaande middelen (formatie en budgetten) gerealiseerd moet/kan worden? “Punt waarover voor en tegenstanders van SR van mening verschillen is of SR wel of niet prijsopdrijvend werkt in aanbestedingen” 2. Stellen wij ondernemingen in de gelegenheid om SR ook buiten de opdracht te realiseren? “In het kort komt het er op neer dat de onderneming ook de mogelijkheid geboden wordt / kan worden, buiten de verkregen opdracht bijvoorbeeld de 5% SR doelstelling in te vullen.” 3. Op pagina 2 zijn de belangrijkste doelgroepen genoemd, waarvoor wij SR als HDSR toepasbaar zien. Kunt u zich in de hierin vinden of heeft u hierop aanvullingen ? 4. Ziet u het als wenselijk/effectief dat SR een uitsluitingsgrond of geschiktheideis wordt bij (bepaalde) aanbestedingen? Hierin zijn beleidsmatig varianten mogelijk. Zo zien we dat bijvoorbeeld organisaties die zelf SR voorstaan ook pleiten voor het niet opnemen van SR als uitsluitingsgrond of geschiktheidseis. Opnemen als gunningcriterium is hierin een alternatief (een optie waarop in de aanbesteding “punten”behaald kunnen worden). 5. Waar willen we als HDSR, gelet op de type werkzaamheden, de grenzen leggen voor toepassing van SR? Is een opdrachtsom vanaf € 125.000 bij diensten en vanaf € 250.000 bij werken een goed 2 uitgangspunt? Is het nu veelal binnen de overheid gangbare criterium van 5% van de opdrachtsom een goed uitgangspunt? Is het wenselijk in relatie tot de opdracht een soort minimumperiode van plaatsing (bijvoorbeeld 3 maanden) te hanteren? 6. Hoe kijkt u aan tegen mogelijke verdringing op de arbeidsmarkt door toepassing van SR door ons waterschap? Zie onderzoek Volkskrant (nader bezien of en hoe we deze discussievraag willen 2
Zie voetnoot 1
3
stellen). 7. Kan het Algemeen Bestuur zich vinden in de genoemde lijn van werkzaamheden waarbij SR binnen HDSR kan worden toegepast?
3. Ter afsluiting. Alhoewel situaties zich in de praktijk zonder goede achtergrondinformatie (hoe is bijvoorbeeld concreet de aanbesteding gedaan et cetera) moeilijk laten vergelijken, zijn ons vanuit collega waterschappen de volgende voorbeelden bekend, die wellicht als best practice op termijn (afhankelijk van lopende contracten) uitvoerbaar zijn. I. Best Practices / SR bij Groenonderhoud Noorderzijlvest Groenonderhoud: intensief maaiwerk, onderhoud hekwerk, zwerfvuil ruimen e.d. Circa 200 objecten (waterzuiveringen) Meervoudig onderhandse uitvraag: 5 leveranciers Doorlooptijd 4 jaar Opdrachtwaarde: € 700.000,- totaal Toepassing SR op basis van marktconsultatie. II. Best Practices / Waterschap Noorderzijlvest, pilot Social return Social Return verplichting: € 10.000 Aanbesteding bouw Brug Pamazijl Doorlooptijd half jaar Invulling: Financieren Beroepsbegeleidende Leerweg Knol Akkrum als Erkend Leerbedrijf Instroom leerling op BBL 2 niveau Noordelijke samenwerking gemeente Heerenveen: werving en controle Wijze waarop dit bij waterschappen in wordt gevoerd is nu veelal nog in pilotvorm. Op basis van de beantwoording van de discussievragen wordt voorgesteld om te bezien of een pilot de meest wenselijk vorm als vervolg voor SR binnen HDSR is.
ARGUMENTEN De Rijksoverheid stimuleert de toepassing van SR steeds meer. Gemeenten en Provincies passen SR ook steeds meer toe waar mogelijk. In het uniforme inkoopbeleid van de waterschappen wordt ook melding gemaakt van SR.
RELATIE MET ORGANISATIEMISSIE, COLLEGEPROGRAMMA OF ANDERE BELEIDSDOCUMENTEN - MVO Beleid van het waterschap FINANCIËLE CONSEQUENTIES De eventuele financiële consequenties van SR zijn in dit stadium nog niet te benoemen. De beantwoording op de kaderstellend bedoelde discussievragen kan leiden tot financiële effecten.
KANTTEKENINGEN
Gemeenten, Provincies en de Rijksoverheid hebben een andere positie dan waterschappen op het gebied van SR. Dat komt omdat de eerste drie een veel breder assortiment aan diensten aan de markt uitvraagt, waaronder de sociale sector, dan waterschappen. Het toepassingsgebied voor SR is voor waterschappen kleiner. SR is een onderdeel van het totaal van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen.
UITVOERING niet van toepassing
4
COMMUNICATIE In dit stadium niet van toepassing Afhankelijk van de beantwoording van de discussievragen zal dit verder uitgewerkt moeten worden in een aantal documenten die SR –aanbestedingen mogelijk maken volgens de aangegeven beleidskader. Het betreft de volgende.
Documenten voor opdrachtverstrekkingen aan SW-bedrijven én private ondernemingen. Protocol voor de percelenregeling om opdrachten voor te behouden aan SW-bedrijven. Document met “ingrediënten” voor SR die mee worden genomen in een aanbesteding. Protocol voor vaststellen loonsom. Checklist bij SR aanbestedingen. Lijst van categorieën medewerkers die onder SR vallen en welk werk geschikt is.
BIJLAGE(N) nee ja, namelijk ARTIKEL VOLKSKRANT 19-03-2014
Dijkgraaf en hoogheemraden, dijkgraaf, P.J.M. Poelmann secretaris-directeur J. Goedhart
5
BIJLAGE
Aannemer belandt in werklozencarrousel en moet eigen personeel ontslaan Door: Tjerk Gualthérie van Weezel − 19/03/14, 06:48
© ANP. Aannemers worden steeds vaker door de gemeenten verplicht om met werklozen te werken, waardoor ze hun eigen personeel moeten ontslaan.
Op de bouwplaatsen van gemeenten ontstaat een steeds grotere 'werklozencarrousel'. Wanneer aannemers een klus willen binnenhalen, moeten zij van hun opdrachtgevers vaak lokale werklozen aannemen. Het eigen personeel wordt zo verdrongen.
We zijn constant bezig 12 liter vis in een emmer van 10 liter te duwen, dat past niet.
6
BIJLAGE
© anp.
Daarover klagen aannemers die in opdracht van gemeenten werken. Wetenschappers en de belangenverenigingen Bouwend Nederland en Aannemersfederatie bevestigen het mechanisme. De aannemers vrezen dat de druk op hun personeelsbestand nog groter wordt als gevolg van het Sectorplan Bouw. Dat is een nationaal stimuleringsplan dat de komende jaren ruim drieduizend jongeren, ouderen en werklozen aan gesubsidieerd werk op de bouwplaats moet helpen. Vooral weg- en waterbouwers of bedrijven die rioleringen aanleggen ervaren nu de problemen. Zij zijn voor bijna al hun werk afhankelijk van gemeenten. Bij aanbestedingen stellen die vaak de eis dat een deel van het werk wordt verricht door werklozen uit de kaartenbak van het eigen UWV. Het gaat om de zogenoemde SR of investment-regeling (SROI): lokale investeringen moeten ook de lokale gemeenschap baten. Gesubsidieerd Omdat gemeenten ingrijpend bezuinigen, hebben de meeste aannemers toch al te weinig werk om hun personeel aan de gang te houden. Maar wanneer ze ook nog eens gesubsidieerd mensen met afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk moeten helpen, zullen er alleen maar meer ontslagen vallen, vrezen ze. 'We zijn constant bezig 12 liter vis in een emmer van 10 liter te duwen, dat past niet', zegt Siem Goede van aannemerij Dekker uit Warmenhuizen, een bedrijf met 120 werknemers dat gespecialiseerd is in het bouwen van bruggen. De projecten die Dekker aanneemt, duren meestal enkele maanden.'Die periode is ook nog eens veel te kort om een vak te leren. Het is dus voor iedereen frustrerend.'
© anp.
7
BIJLAGE
Er komt geen extra weg of brug bij, dus er blijft evenveel werk te verdelen. Achteraf beboet Johan Middelkamp, directeur van De Sallandse Wegenbouw (65 medewerkers) stoort het al langer dat goede sociale aannemers niet beloond worden bij aanbestedingen. Maar dat hij nu zelfs achteraf beboet wordt wanneer hij niet tijdelijk werklozen aanneemt, stuit hem helemaal tegen de borst. 'Daardoor verliezen jongens die binnen ons bedrijf worden opgeleid hun plek aan passanten.' En dan komt er nog het Sectorplan Bouw aan van werknemers en werkgevers in de bouw, goedgekeurd door het ministerie van Sociale Zaken. Bedoeling is met gerichte subsidies de komende jaren 2.500 extra leer-werkplekken te creëren, plus 500 plaatsen voor langdurig werklozen en 250 voor werkloze jongeren. Over een paar jaar zijn die bouwvakkers hard nodig, is de voorspelling. Verdringend Bouwend Nederland en het ministerie houden vol dat er door het sectorplan extra plaatsen bijkomen en dat er geen verdringing mag plaatsvinden. Maar volgens arbeidseconoom Ronald Dekker van de Universiteit Tilburg hebben de aannemers een punt. 'Er komt geen extra weg of brug bij, dus er blijft evenveel werk te verdelen. Dan werkt het wel degelijk verdringend.'
Volg de Volkskrant op Twitter Word vriend van de Volkskrant op Facebook
8