f e i r b s N i ae lunwa c h t l e v e n
speci
Wildcamera’s: een zegen nieuwsbrief nummer 50 Juni 2015
In dit nummer o.a.: • Het geheim van de braakbal • De avond van een beverteller • Naar werkbare bescherming van vleermuishuizen • Op pad voor de kerkuil • Nachtelijke loopkevers in akkerranden
Het inventariseren van nachtactieve dieren is altijd lastig. Zeker als ze geen duidelijke sporen achterlaten zoals de bever wel doet. Een voorbeeld: de boommarter en de steenmarter. Beiden nemen in Flevoland in aantal toe, ze zijn ongeveer even groot en eten ongeveer hetzelfde. Aan de prooiresten of keutels is dus nauwelijks verschil te zien. Volgens kenners ruikt de stront van boommarter zoeter dan die van steenmarter, maar dat blijft wel een heel subtiel verschil. In grote lijn kun je dan nog wel werken met de locatie: in bos voorkomend zal wel boommarter zijn, sporen in steden zullen wel betrekking hebben op de steenmarter. Maar zekerheid heb je niet meer. Een wildcamera die nachtbeelden vervolg op pagina 2 van de dieren maakt is dan dus wel een uitkomst.
• Nachten in het begin van de polder
• Nachtelijk gefladder • De onzichtbare otter
natuur/landschap vervolg van pagina 1
Wildcamera’s hebben een bewegingssensor die de camera activeert. Afhankelijk van de instelling worden foto’s en/of korte filmpjes gemaakt. Films geven vaak de meeste informatie om het dier goed op naam te brengen, een dertigtal seconden is daarvoor vaak ruim voldoende. De tijd tussen de beweging en de start van de camera is cruciaal. Trage camera’s registreren vaak lege beelden of nog net het puntje van de staart. Bij de aankoop van een camera is dit dus een aandachtspunt. Om dit probleem op te lossen
Steenuil blijft een moeizame jongen Lang niet alle nacht actieve dieren verdienen de schoonheidsprijs, maar de steenuil is er eentje om door een ringetje te halen. Mocht je die eenmaal van dichtbij hebben bewonderd, dan val je onmiddellijk voor dat kopje met die o zo sprekende ogen. Deze beauty van een uil is helaas een schaarse broedvogel in Flevoland. Als je rondom Flevoland naar de verspreiding van de steenuil kijkt, dan zijn op het oude land, langs de oostrand van Flevoland volop steenuilen te vinden. Vanwaar deze moeizame overstap naar ‘s lands jongste (60 jaar) provincie? Ook hier lopen muizen en kruipen wormen in de nacht over de gazons, dus voedsel zal het probleem niet zijn. Bomen met holtes komen steeds meer voor en anders nestkasten genoeg. Een enorm open agrarisch landschap is typisch Flevolands, rommelige erven met vervallen schuurtjes niet. En het kleinste uiltje van Nederland houdt juist van rommelige erven met veel variatie: een oude 2
worden de dieren vaak voor de camera beziggehouden: een stokje gedrenkt in bijvoorbeeld valeriaanolie wordt in de grond geplaatst. Veel dieren vinden dit een interessante geur en ruiken eraan. Hiermee blijven ze voor de camera dus even stilstaan. Wil je individuele boommarters kunnen herkennen, dan helpt de vorm van de gele bef. Door het stokje met geurstof een meter boven de grond te hangen wordt de boommarter gedwongen om op zijn achterste poten te gaan staan. Met wat geluk levert dat dus een mooi beeld van de bef. Onderzoek naar kleine marterachtigen als wezel en hermelijn is wellicht nog moeilijker dan naar de grotere marterachtigen. Ook hiervoor worden wildcamera’s ingezet. De camera wordt dan in een kist geplaatst waar een buis doorheen loopt. Wezel en hermelijn speuren namelijk naar muizen en lopen allerlei gangen in de grond na. Deze kleine rovers komen dus in de kist doordat ze nieuwsgierig de buis in lopen. Binnen in de kist worden ze gefilmd of gefotografeerd.
boom met een holte of een nestkast, hoog gras onder fruitbomen, een paardenweitje, wat bosjes en overhoekjes en houtstapels. Dan heeft hij alles wat nodig is om te broeden, voedsel te vinden en te schuilen. Op zulke erven in met name de Noordoostpolder hangen dan ook diverse nestkasten, die regelmatig gecontroleerd worden. Het zou natuurlijk best kunnen dat de uilen een eigen broedplek weten te vinden en dat deze broedgevallen dus niet aan het licht komen bij onze kast-controles. Misschien dat er met de vogelatlas nog een aantal onbekende broedparen aan het licht komen.
Landschapsbeheer Flevoland gebruikt de camera’s vooral voor haar onderzoek aan otter en boommarter. Bij de otter ging het in eerste instantie om zeker te weten dat de sporen die gevonden werden ook echt otterspraints waren. Erg veel ervaring hadden de medewerkers en vrijwilligers in eerste instantie niet met het ‘lezen’ van deze sporen. Nu willen we vooral meer informatie over het geslacht van het dier (groot/klein) en of er jongen aanwezig zijn. Bij de boommarter blijft het gaan om een bevestiging van de juiste soort. Grootste winst van de camera’s is natuurlijk dat de medewerkers niet ’s nachts naar buiten hoeven om een marterachtige te spotten. Terwijl zij op één oor liggen doet de camera het werk.
Colofon Wilt u naar aanleiding van deze nieuwsbrief reageren? U kunt ons bellen, schrijven of mailen. Deze nieuwsbrief verschijnt 3 keer per jaar en is een uitgave van: Landschapsbeheer Flevoland Botter 14-03, 8232 JP Lelystad Tel. (0320) 294939
[email protected] www.landschapsbeheer.net twitter: @LBFlevoland facebook: www.facebook.com/ landschapsbeheerflevoland Samenstelling/foto's medewerkers Landschapsbeheer Flevoland Mirjam Stoffer Eindredactie Arda van der Lee Ontwerp en lay-out Ruitervorm BNO Oplage 2750 stuks Landschapsbeheer Flevoland maakt zich sterk voor behoud, beheer en ontwikkeling van natuur en landschap buiten de eigenlijke natuurgebieden. Ons werk wordt mede mogelijk gemaakt door bijdragen van de Europese Commissie, het Ministerie van Economische Zaken, de Provincie Flevoland, de Flevolandse gemeenten en de Nationale Postcode Loterij.
column
Het geheim van de braakbal Wie zijn prooi met huid en haar verslindt, moet een oplossing hebben voor de interne verwerking. Zeer sterke maagsappen is het halve werk, maar zelfs dan zijn er nog onderdelen die zich niet laten verteren. Botten en haren zijn de moeilijkste ingrediënten. Een aantal vogelsoorten heeft een adequate oplossing hiervoor gevonden: Ze persen deze delen samen tot een braakbal en spugen deze weer uit. De bekendste ballenpersers zijn uilen, maar ook onder meer roofvogels, aalscholvers, reigers, ooievaars, meeuwen en ijsvogels gebruiken dit systeem. Wie braakballen uit elkaar pluist, komt veel te weten over het menu van de maker. In het kader van deze nachtelijke nieuwsbrief nemen we het menu van de kerkuil onder de loep. Deze weinig kieskeurige nachtbraker is een dankbaar studieobject, wiens menuresten een zeer goed beeld geven van de kleine zoogdieren die in een straal van 1 km rond de vindplaats voorkomen. Na het uitpluizen van ruim 2000 Flevolandse kerkuilballen is er een goed beeld van het gemiddelde menu. Het cirkeldiagram laat dit zien:
50 keer Landschap! Ongemerkt vliegt de tijd. Sinds het bestaan van Landschapsbeheer Flevoland is dit alweer de 50ste nieuwsbrief. De 1e nieuwsbrief (april 1999) openende met de zin dat het doel van de nieuwsbrief is om onze achterban beter te informeren over natuur en landschap in Flevoland. Onderwerpen waren zoal: oeverzwaluwen in Flevoland, boer en natuur, geschiedenis in het landschap, vrijwilliger weidevogelbescherming en ringslangen. Onderwerpen die nog steeds actueel zijn. Ook de agenda, nog steeds een belangrijk onderdeel, maakte onderdeel uit van alle nieuwsbrieven. Maar dat is logisch. Landschapsbeheer doe je niet maar in 1 keer en we doen het al die jaren samen met onze groene vrijwilligers. In onze nieuwsbrief proberen we elke keer een goede mix te vinden van nieuws en informatie over natuur en landschap. Als je de tijd zou hebben om alle 50 nieuwsbrieven nog eens rustig door te lezen dan zou in ieder geval de gevarieerdheid van ons werk opvallen. Ook dat het ons steeds weer lukt om nieuwe thema’s en onderwerpen in de nieuwsbrief aan de orde te stellen. De 50ste heeft als thema ‘Nachtleven’. De meeste mensen genieten van het landschap als het licht is. Overdag zijn er veel leuke activiteiten. Maar ook ’s nachts gebeurt er van alles in het landschap. Veel dier- en plantensoorten hebben de nacht nodig om te overleven. In deze nieuwsbrief kunt u daar kennis mee maken.
In heel Flevoland worden veldmuizen en bosspitsmuizen het meest geconsumeerd. Regionaal zijn er verschillen. De Noordoostpolder is het meest soortenrijk. Dit komt doordat dit deel van Flevoland het oudst is en landschappelijk het meest gevarieerd. Meer dan acht verschillende prooidieren per locatie zijn geen uitzondering. Ook de zeer zeldzame waterspitsmuis is er in het menu gevonden. Het jongere Oostelijk Flevoland geeft minder variatie in prooidieren, gemiddeld zes soorten per locatie. Zuidelijk Flevoland, dat nog weer later ingepolderd en door muizen gekoloniseerd werd, geeft het minst soortenrijke menu te zien. Ook de landschappelijke grote schaal werkt door in de variatie van het muizenaanbod. Gemiddeld worden hier vier soorten per locatie gevonden. Zo kun je via de braakbal het landschap lezen.
Het bestuur van Landschapsbeheer Flevoland heeft inmiddels afscheid genomen van twee leden. Ik ben zeer verheugd dat we snel opvolgers hebben kunnen vinden. Met de aanstelling van Jan-Eric Geersing uit Emmeloord en Jaap Woudstra uit Lelystad is het bestuur weer volledig op sterkte. Ik wens Jan-Eric en Jaap veel plezier als bestuurslid van deze Stichting. En tot slot, bij 50 nieuwsbrieven moeten we even stilstaan, maar niet te lang, immers het belangrijke landschapswerk is nog steeds niet gedaan. Op naar de 100!
Geert Gielen directeur
3
uitgelicht
De avond van een beverteller schemer zwemmen de vissen wat hoger in het water en is het voor de ijsvogel ideaal om nog snel even te een visje te verschalken. Na twee mislukte pogingen gaat de ijsvogel al roepend verder. 22.07 uur Mmm, de zon is onder en het wordt voelbaar kouder. Er verschijnen steekmuggen en wordt het tijd voor de muggenolie. Altijd een minder momentje van de bevertelling.
Voordat de schemer valt zoekt de beverteller zijn plekje op de oever op. Tegenover de beverburcht zit hij vanaf 20.00u op wacht totdat het donker is. Hoeveel dieren zouden er uit de burcht komen? Zijn er al jongen? Na een half uur is de eerste beweging zichtbaar bij de burcht. De overhangende takken maken het zicht wat lastig, maar er zwemt iets kleins langs de oever. Dan is het hele dier zichtbaar en oogt egaal gekleurd: een bruine rat. Ook dat past in het beeld. Bruine ratten en muskusratten zwemmen vaak net iets vroeger op de avond dan de bever.
4
20.45 uur Een bellenspoor trekt vanaf de burcht richting beverteller: een bever heeft de burcht verlaten en zwemt blijkbaar meteen door naar de overzijde. Een grote kop doorbreekt de waterspiegel en kijkt om zich heen. De ogen nemen de beverteller waar en het dier probeert dit ding op de oever te peilen. Is het veilig of juist gevaarlijk? De bever blijft roerloos in het water liggen en langzaam komt ook de kont boven water. De bever kromt zijn staart zodat ook de puntje van de
staart boven water steekt. Nu zie je pas hoe groot het dier eigenlijk is! Met een klap van zijn staart op het water duikt de bever uiteindelijk onder water en verdwijnt.
Veenmollen in het compensatiegebied rugstreeppad Veenmollen zijn vreemde wezens: ze lijken op krekels met grote mollenpoten. Deze insecten leven voornamelijk ondergronds en eten veel wortels en andere insecten. Vanuit een holletje roepen de dieren ’s nachts naar elkaar en het geluid lijkt sterk op dat van de rugstreeppad. Onze muzikaal geschoolde collega Ria Heemskerk was op 7 mei in Almere Poort op zoek naar roepende rugstreeppadden, maar hoorde ook enkele afwijkende
dieren. Nader onderzoek leerde dat het geluid beide keren uit de grond kwam en dat maakte al veel duidelijk: veenmollen! Daarmee is dit de eerste officiële melding van veenmollen in Flevoland. In 2013 had Ria ook al een veenmol gehoord in Almere Poort, maar had toen geen opname gemaakt. Nu natuurlijk wel en de waarneming is bevestigd. De enige waarnemingen van veenmollen in Flevoland zijn nu afkomstig uit Almere Poort en Almere Haven.
20.55 uur Een aantal schelle kreten weerkaatsen over het water: er komt een ijsvogel aan! Een blauwe schicht raast over het water en de ijsvogel besluit links van de beverteller op een overhangende tak te gaan zitten jagen. In de
22.10 uur Bij de burcht is weer beweging. Een bever is vlakbij de burcht meteen opgedoken en kijkt vanonder de overhangende takken om zich heen. De beverteller wordt genegeerd en de bever zwemt rustig langs de oever weg. Na 200 meter kruipt hij de kant op en gaat wat zitten knagen aan een lisdodde. Het knaaggeluid is nog net hoorbaar. 22.15 uur Weer een beweging bij de burcht. Nu een veel kleiner dier: een muskusrat of hele jonge bever! Het dier ziet er egaal bruin uit en blijft ook dichtbij de burcht: een jonge bever! Het dier schuifelt wat over en rond de burcht en duikt dan weer onder. 22.43 uur Het wordt te donker om nog iets te zien. De beverteller pakt zijn telefoon en whatsappt: ‘Jeroen: bij burcht BU126 zitten twee volwassen bevers en een jong!’ en tevreden gaat de beverteller naar huis.
Veenmol
vrijwilligers
Naar een werkbare bescherming van vleermuishuizen
Als de avondschemer valt, wordt het rustiger op straat. De meeste mensen zitten thuis achter TV of PC, maar op hetzelfde moment worden de vleermuizen in het huis actief. Tijd om buiten te gaan jagen op insecten! De vleermuizen kruipen vanuit de spouw richting stootvoeg om zo de wijde wereld in te vliegen. Tientallen dieren verdringen zich bij de uitgang en kibbelen met elkaar wie er als eerste uit mag. Morgenochtend tijdens de schemer komen ze weer terug naar dit huis.
Nachtvissen Na de publicatie van de verspreidingsatlas voor de vissen is het aantal visbemonsteringen sterk gedaald bij Landschapsbeheer. Alleen als we zeker willen weten of er beschermde vissoorten in een water voorkomen, wordt het net uit de kast gehaald of komt de zaklantaarn tevoorschijn. Met name in gebieden waar veel stenen op de bodem van het water liggen, is de kans op rivierdonderpad groot. Maar daar is het gebruik van een schepnet juist onhandig. Tijd voor het gebruik van de zaklantaarn! Een windstille avond is dan wel nood-
Huizen waar vleermuizen in ‘huizen’ zijn beschermd. Verbouwen, renoveren of slopen kan alleen als er een ontheffing is van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Onderzoek naar het voorkomen van vleermuizen zal bij grote renovatieprojecten al snel leiden tot de constatering dat een ontheffing noodzakelijk is. RVO accepteert de renovatie in de meeste gevallen onder voorwaarden. Een van de voorwaarden is dat er minstens een viervoud aan potentiele verblijfplaatsen gerealiseerd moet zijn, alvorens tot beschadiging van de huidige verblijfplaats over te mogen gaan. Dat lijkt makkelijker dan het is, want waar bouw je die nieuwe verblijfplaatsen? In het te renoveren gebouw lukt niet, omdat eventuele verblijfplaatsen pas beschikbaar zijn nadat het huidige verblijf beschadigd is geraakt. Vaak wordt daarom gekozen voor tijdelijke verblijfplaatsen in combinatie met nieuwe verblijfplaatsen in het te renoveren gebouw. Een tijdelijke verblijfplaats kan bijvoorbeeld een vleermuiskast zijn. Woningbouwvereniging Mercatus in Emmeloord is zo’n partij die regelmatig een renovatie moet uitvoeren en vleermuizen in haar woningen tegenkomt. Om met name de tijdelijke compensatie
zakelijk en een zwoele avond maakt het wel zo aangenaam. De rivierdonderpad verlaat ’s nachts zijn schuilplek onder de stenen en gaat al scharrelend over de stenen op zoek naar eten, zoals muggenlarven en vlokreeftjes. Hij ‘ligt’ dus op de bodem.
te voorkomen en meteen over te gaan tot definitieve compensatie wil Mercatus bij alle renovaties meteen verblijfplaatsen voor vleermuizen realiseren. Ook als er geen vleermuizen in de te renoveren huizen gevonden zijn. Deze extra verblijfplaatsen kunnen dan (op termijn) dienst doen als tijdelijke compensatie voor een renovatie in de buurt. Deze pro-actieve manier van werken aan het beschermen van de vleermuizen wordt door tal van vleermuisonderzoekers omarmd. Het is goedkoper maar vooral ook beter voor de vleermuizen: de kwaliteit van de (tijdelijke) verblijfplaatsen gaat omhoog. Ook dat de huiseigenaar veel bewuster met de medebewonende vleermuizen om wil gaan, is een pluspunt. Juridisch ligt het wel iets gecompliceerder maar daar komen we vast wel uit.
Een vleermuiskast kan bijna onzichtbaar tegen een muur worden bevestigd of juist heel opvallend. Een voorbeeld van een opvallende kast is de vleermuiskast tegen de muur van het bezoekerscentrum Natuurpark Lelystad.
door de exotische zwartbekgrondel, Kesslergrondel of marmergrondel.
Een belangrijke plek waar deze vis gevonden wordt zijn de stuwen: hier is stromend water en zijn er stenen aangebracht om de grond vast te houden. Ook buitendijks kan de rivierdonderpad gevonden worden, al wordt zijn leefgebied daar langzaamaan ingenomen 5
agenda
Activiteiten zomer 2015 Aanmelden bij Landschapsbeheer Flevoland: (0320) 294939, via www.landschapsbeheer.net /agenda of bij de contactpersoon.
Jaar van de groene vrijwilliger In 2015, het jaar van de groene vrijwilliger, zetten we elke maand een vrijwilligersgroep in het zonnetje. Met een bericht in de media én met een leuke fotoreportage. Kijk daarvoor op onze website www.landschapsbeheer.net en klik op het zonnetje. In dit jaar van de groene vrijwilliger organiseren wij uitsluitend voor onze groene vrijwilligers een aantal activiteiten: vr. 14 augustus vleermuizenexcursie 22.00 - 23.30 uur Zeewolde za. 29 augustus “eten uit de natuur” overdag, excursie Almere tijd nog niet bekend Opgeven via onze website www.landschapsbeheer.net/agenda Ga naar de door u gewenste datum en klik aan de rechterkant op Inschrijven. Wacht niet te lang, want per excursie kan er maar een beperkt aantal personen mee.
Kleinschalig natuurbeheer Heel Flevoland
Maaikampioenschap
Op zaterdag 12 september wordt het NL kampioenschap maaien met de zeis gehouden in het Openluchtmuseum in Arnhem tijdens de Beleef Landleven dagen. Er wordt een Flevolands team samengesteld. Informatie bij Lodewijk van Kemenade (0320) 294936 of
[email protected].
Bevers tellen
Op vrijdag 24 juli in het Natuurpark Lelystad. Voor mensen die nog nooit geteld hebben een goede kans om het te leren van een ervaren teller. Start 20.00 uur op P-terrein van het Natuurpark Lelystad. Op zaterdag 25 juli zal bij burchten gepost worden in het gebied Biddinghuizen-Lelystad-Almere-Zeewolde. Wil je een burcht tellen, meld je dan aan bij Jeroen Reinhold
[email protected]
Invasieve plantensoorten bestrijden
In Flevoland groeit een aantal exotische plantensoorten die zich sterk uitbreiden ten koste van de inheemse flora en fauna. Er is een groep actief die de springbalsemien gaat bestrijden op 9 juli. Verzamelen voor de Scharrelberg, aan de Sportlaan om 13.00 uur. Meerijden vanaf het kantoor van Landschapsbeheer in Lelystad is mogelijk. Informatie en aanmelden bij Lodewijk van Kemenade (0320) 294936 of
[email protected].
Ringslangen tellen
Vrijwilligersdag 19 september: houd die datum vrij! Eens in de twee jaar organiseren wij in het najaar onze vrijwilligersdag. Een dag om ervaringen uit te wisselen, kennis op te doen en vooral om gezellig bij te praten met oude en nieuwe bekenden. We zijn weer op zoek naar een locatie met de mogelijkheid tot een zeer gevarieerd programma. We starten in de loop van de ochtend met elkaar, daarna is er weer een keuzeprogramma en ’s middags vooral een actief buitenprogramma.
Scan voor de meest recente versie van onze agenda deze QR-code:
6
Wil je leren hoe je ringslangen moet tellen, ga dan mee tijdens een monitoringsronde in het Oostvaardersveld op 25 juli, 22 aug en 4 sept. De broeihopen met uitgekomen eieren gaan we 10 oktober omzetten. Verzamelen om 14.00 uur op de Knardijk ter hoogte van de Lage Knarsluis (Lage Vaart). Opgeven bij Jeroen Reinhold 0320-294939 of
[email protected]
Noordoostpolder
Ens
Omwonenden van de hofjes De Bongerd en de Wingerd gaan op zaterdag 12 sept van 13.00 tot 16.00 uur weer aan de slag met hun hofjes. De nadruk ligt op het netjes houden van de vakken, met name langs de randen. Ook niet wenselijke begroeiing wordt in toom gehouden. Ook andere vrijwilligers zijn van harte welkom. Informatie en aanmelden bij
[email protected] of 0320-294939.
Swifterbant Dorpsbos Oostelijk Flevoland
Biddinghuizen Eiland/dorpsbos
Natuurlijk, kleinschalig beheer op het natuureiland en in het dorpsbos. Do 16 juli, 17 september en 15 oktober van 13.00- 16.00u. Verzamelen voor de Scharrelberg, aan de Sportlaan. Informatie en aanmelden bij Lodewijk van Kemenade (0320) 294936 of
[email protected]
Lelystad Bergbos
Op elke tweede maandag van de maand van 19 tot 21 uur en vanaf september elke tweede zaterdag van de maand van 13 tot 16 uur. Verzamelen op de parkeerplaats aan de Bronsweg. Informatie en aanmelden bij Jan Houtkamp 06 12476828 of
[email protected].
Lelystad Boeierbosje
Regelmatig wordt er gewerkt in het bosje en de kruidenhoeken. De werkdagen worden op korte termijn ingepland afhankelijk van groei- en weersomstandigheden. Wie er zin heeft om eens mee te doen kan informatie inwinnen over de activiteiten en zich aanmelden bij Dick Luijendijk
[email protected] of 06 30405561.
Lelystad Kwelstrook Batavia
In deze bijzondere natuurstrook wordt vanaf april gewerkt op zaterdag 4 juli, 1 aug, 5 sept, 3 oktober, 7 nov en 5 dec. van 9.00 tot 12.00 uur. Ook zijn er regelmatig inventarisatie-avonden. Verzamelen bij de fietsbrug tussen de Boeier en Bataviastad. Informatie over werkdagen/inventarisatie-avonden en aanmelden bij Dick Luijendijk
[email protected] of 06 30405561.
In het dorpsbos van Swifterbant kleinschalig natuurbeheer op ma 13 juli, 21 september en 19 oktober van 13.00 tot 16.00u. Verzamelen bij de kruising Zwanebloem-Bisontocht. Informatie en aanmelden bij Lodewijk van Kemenade (0320) 294936 of
[email protected]. Zuidelijk Flevoland
Almere
Voor de vele groepen die in Almere actief zijn kunt u terecht op: http://www.landschapsbeheer.net/projecten/dat-doen-we-samen/ project/almere-het-groene-stadsleven/13
Zeewolde Heemtuin Polderwijk
Voor aanleg en beheer van de heemtuin in de Polderwijk worden vrijwilligers gezocht met groene vingers en/of enthousiaste klussers. Zaterdagochtend 26 september en zaterdagochtend 7 november van 10.00 tot 12.30 uur kunt u meehelpen met maaien met de zeis en maaisel op broeihoop zetten. Informatie en aanmelden bij Petra Borsch: (0320) 294937 of
[email protected]
Zeewolde voormalig gronddepot
Kleinschalig natuurbeheer op zaterdag 11 juli, 5 september en 3 oktober van 13.00 tot 16.00u. Verzamelen bij ingang Gronddepot aan de Gelderse weg. Informatie en aanmelden bij Lodewijk van Kemenade (0320) 294936 of
[email protected]
Lelystad Spettertuin
Elke 2de woensdag van de maand is er een doemiddag in deze natuurspeeltuin van 13.30 tot 16.00u. De activiteiten staan maandelijks in de agenda op onze website. Informatie en aanmelden bij Petra Borsch
[email protected] of (0320) 294939.
Lelystad Oostrandpark
In het Oostrandpark heeft de werkgroep Orchideeënveld een poel met aangrenzend grasland en enkele bomen geadopteerd. Het leukste is eigenlijk dat de groep zich bezig wilde houden met beheer voor orchideeën zonder dat er orchideeën voorkwamen. Nu zijn er vele tientallen in de oeverrand. Verzamelen bij de picknickbank nabij de Lage Vaart. Data (en tijd): 15 juli (19.30), 5 september (14.00) en 7 november (14.00). Opgeven bij Ineke van Westrienen (
[email protected])
7
werkgroep
Op pad voor de kerkuil Lykele Zwanenburg en Hans Docter zetten zich met hart en ziel in voor de kerkuil in Oostelijk Flevoland. Samen controleren ze jaarlijks circa 100 kerkuilkasten. Ladder op en ladder af. Vogels ringen, nestkasten schoonmaken, voorlichting geven. Elk jaar als de kerkuil in mei/juni begint te broeden en als er jongen zijn gaan ze op pad. Lykele: "De kerkuil is een fascinerende vogel, die zich heel makkelijk laat hanteren. Eind jaren zeventig was de kerkuil bijna uitgestorven. Gelukkig gaat het nu veel beter. Een groot deel van het succes van de toename van de kerkuil is te danken aan boeren, die kerkuilkasten hebben hangen. Als stank voor dank moeten ze uitwerpselen en braakballen voor lief nemen. Daar staat tegenover dat de kerkuil in en rond de schuur grote hoeveelheden muizen opeet. Op jaarbasis eet een volwassen kerkuil tussen 1500 en 2000 muizen!"
8
controleren van de kerkuilkasten staat het welzijn van de vogels altijd voorop. We komen liever iets te laat, als de jongen al zijn uitgevlogen, dan dat we het broedsel verstoren."
"Boeren zijn vaak enorm trots op de kerkuilkasten op hun bedrijf", vult Hans aan. "Sommigen kijken vanuit hun keuken op de kast en houden dagelijks de activiteiten van de kerkuilen bij. Ze geven ons een seintje als ze denken dat er jongen in de kast zitten. Dat is voor ons het teken om op pad te gaan en dat het broedseizoen is begonnen. Bij het
"Tegenwoordig staat er soms een heel ontvangstcomité als wij de kasten komen controleren en jongen ringen. De hele familie is benieuwd naar het succes van de kasten en ook de buurtkinderen komen een kijkje nemen", lacht Lykele. "De natuur is altijd verrassend", vervolgt Lykele. "Wordt het een goed kerkuilenjaar of hebben ze het moeilijk? Vorig jaar was een goed muizenjaar en waren er veel jonge kerkuilen. In één kast waren
Zomeravondconcert In april zijn de rugstreeppadden op veel plaatsen in Flevoland weer ontwaakt. Vanuit poelen en sloten klinkt op zwoele avonden het luidruchtige gekwaak van de rugstreeppad. De rugstreeppad is vooral ’s nachts actief. Ze brengen dan een oorverdovend concert ten gehore dat op ruim een kilometer afstand nog te horen is. De rugstreeppad is een beschermde diersoort. Op Europees niveau is in Flevoland met name de Noordoostpolder een belangrijk leefgebied voor de rug-
streeppad. Hij houdt van kale terreinen en gedijt het best in een dynamische omgeving zoals spoelputten op bollenbedrijven. Een poel of folievijver op het laagst gelegen deel van een erf zijn voor rugstreeppad, salamanders en libellen een aantrekkelijk leefgebied. Gelijk een handige manier om van een afwateringsprobleem af te komen. Deelnemers van het poelenproject van de afgelopen jaren zijn zonder uitzondering enthousiast over de aanleg van een poel voor de rugstreeppad. Het is een verrijking van hun erf. Wat is er nou
maar liefst drie broedsels en zijn er 19 jongen uitgevlogen. Ik heb dat in de 35 jaar dat ik kerkuilen monitor nog niet eerder meegemaakt!" "Kerkuilkasten controleren is iedere keer weer een belevenis! Belangstellenden kunnen altijd contact met ons opnemen. En op de website www.kerkuilenwerkgroepnederland.nl is veel informatie over kerkuilen te vinden." In diverse kerkuilkasten in Flevoland hangt een webcam. Hierop is het leven in de kast te volgen. Leuk om eens te kijken via http://www.kerkuilenwerkgroep-flevoland.nl/begin.htm.
mooier dan om op een zomeravond buiten te zitten en te genieten van roepende rugstreeppadden? Maar één goede raad: leg de poel niet vlak onder je slaapkamerraam aan.
ag n a rt au ruirë/rlsa n d s c h a p
Nachtelijke loopkevers in akkerranden Loopkevers zijn erg nuttig in de bestrijding van plaaginsecten, zoals bladluizen. Zoals de naam al doet vermoeden: loopkevers zijn bodeminsecten die snel kunnen lopen, met stevige graafpoten. De meeste loopkevers zijn carnivoor en erg nuttig bij de bestrijding van ongewenste insecten op en rond de akkers. Deze soorten die op akkers ‘rondrennen’ zijn meestal niet gebonden aan een bepaalde omgeving. Ze migreren al vroeg in het seizoen vanuit hun (winter) verblijfplaatsen vanuit bermen en heggen aan de rand van de percelen naar de akkers, waar ze de plagen reeds vroeg in hun ontwikkeling kunnen hinderen. Ze leggen hierbij dagelijks afstanden af van 50 tot 150 meter, zodat het erop lijkt dat ze zich dus over het hele perceel kunnen
verspreiden. De meeste loopkevers zijn nachtdieren en houden zich overdag schuil onder de grond. Tijdens onze bezoeken aan de akkerranden zagen we ook veel loopkevers overdag schuilen onder restanten van maaisel. Nederlandse tellingen geven aan dat deze onbekende, maar nuttige kevers veelvuldig aanwezig zijn in akkerpercelen. Zo’n 20 verschillende soorten kevers worden er aangetroffen in akkers en grasland. Tarwe en gerst zijn het meest in trek, met ongeveer 85 stuks per are, in aardappelen en bieten 65 en in grasland en klaver 30 kevers per are. Met behulp van bodemvallen kan bovendien worden aangetoond dat de diversiteit aan loopkevers op de niet bewerkte akkerranden het hoogste is. De meeste soorten zijn holbewoners en leven op de bodem. Maar er zijn er ook die alleen ín de bodem leven en andere vinden we juist vaak terug op grassen en kruidachtige planten.
Gewone streeploopkever
Tijdens onze eigen inventarisatie op diverse percelen akkergrond in de Noordoostpolder en Oostelijke Flevoland werden potvallen ingegraven die vervolgens ten kantore van LBF werden gedetermineerd. De veruit talrijkste loopkever in de Flevolandse akkerranden bleek Pterostichus melanarius, een soort die een belangrijke rol speelt in de bestrijding van plaaginsecten. De overige twaalf soorten aangetroffen Carabiden kwamen in veel kleinere aantallen voor.
Poecilus cupreus
Het genietmoment van Mirjam Stoffer Het mooiste moment van de dag vind ik de avondschemer, het moment dat de dag overgaat in de nacht. De natuur lijkt dan tot leven te komen. De mooiste plek om dat moment op de dag te beleven is aan het water voor mijn huis. Aan de oever staat een reiger te wachten op zijn prooi om zijn jongen te voeden in de reigerkolonie op loopafstand van mijn huis. In de lantaarnpaal kijkt een ooievaar toe en laat zich gewillig fotograferen. Het bankje langs de waterkant lijkt op een 'leugenbankje'. Verschillende buren wachten gespannen op de bever die zich heeft gehuisvest in het aangrenzende bosje. Hun geduld wordt beloond. De bever wandelt langs de overstort en plonst in het water op weg naar de Lage Vaart. En op de echt bijzondere avonden kun je een ijsvogel over het water zien scheren. Gedroomd? Nee hoor! Het kan op de Zoom in Lelystad. Vraag maar na!
Foto: Petra Borsch
9
cultuurhistorie
Nachten in het begin van de polder
Enthousiaste vrijwilligers hebben in het kader van het Oral Historyproject van Landschapsbeheer heel veel verhalen opgetekend van ooggetuigen uit de begintijd van de Noordoostpolder en Oostelijk Flevoland. Ook verhalen over nachtelijke avonturen. Wakker liggen van het gekwaak van de kikkers
’s Avonds waren er vrijwel geen geluiden die door mensen werden veroorzaakt. Er waren bijna geen auto’s. Henk Veringa kon dan op zomeravonden wakker liggen van het geluid van de kikkers verderop in de polder. “En ’s zomers, ja dat was toentertijd, dan lag ik avonden wakker, alleen al van het gekwaak van de kikkers, terwijl die sloten toch een behoorlijk stuk bij ons verwijderd waren. Dat was echt drie blokken verder. Maar die kikkers hoorde je. ’s Nachts en ’s avonds was het rustig. Er waren twee of drie mensen in de straat die een auto hadden en ja, dan was het nog alleen maar voor de brandweer of de jachtopziener. Verder hadden heel weinig mensen een auto. Dus je werd ook niet gestoord van lawaai. Het was ontzettend rustig. Ja, dan hoorde je die kikkers en dan heb ik heel wat uurtjes wakker gelegen hoor. Ja, je had echt veel van die geluiden, dat was heel normaal”.
De eerste oogst in de polder: zeep!
Een visserman uit Lemmer wist dat er in de droogvallende polder een wrak moest liggen, geladen met groene zeep, bakfietsen en flessen wijn. Samen met de vader
Beleef de geuren van een zomernacht Tijdens een mooie, zwoele nacht valt er veel te ruiken. Maak eens een avondwandeling en laat je verrassen door de geur van bijvoorbeeld de nachtbloeiende teunisbloem. Deze plant opent 's avonds zijn grote, gele bloemen. Als je de tijd neemt, kun je de bloembladen letterlijk zien ontplooien uit de knop. De sterke geur van 10
van Jetske Muller zijn ze in de oorlog op zoek gegaan. “Toen zijn ze zich op een avond, laat, want je mocht na acht uur niet meer buiten zijn, met jutezakken over dat prikkeldraad gaan werken. Zo zijn ze dus die donkere polder ingetrokken. Want ja, ze waren bang dat ze gesnapt zouden worden, dus dat moest er allemaal heel stiekem aan toe gaan. En toen hebben ze toch, op een gegeven moment, allemaal bultjes op de grond zien liggen. En het was allemaal slik en drassig, zeg maar. En toen hadden ze een schop en die ging de grond in. Maar wat gebeurde er, die vaatjes waren min of meer doorgeroest, dus die zeep die blubberde eruit. Toen zijn ze weer teruggegaan naar huis om zakken op te halen, zeildoeken zakken van die visserman. En daar hebben ze die vaatjes in geladen, voor zover dat mogelijk was. Maar die zak werd zo zwaar, die moesten ze met z’n tweeën slepen. En zo hebben wij dus heel veel zeep binnen gehaald. Emmers en teilen vol en daarmee de boer op. Nou, toen konden we van alles krijgen: kaas en eieren en melk. Dat was toen geen probleem meer”.
Moeilijk om de hazen te ontwijken
Het nieuwe land werd al gauw bevolkt door hazen en fazanten. Zo veel hazen dat het moeite kostte ze ’s avonds te ontwijken. Wout Uijthoven vertelt erover. “Ja, er kwam veel wild voor natuurlijk. Hazen en fazanten, enorm. Voornamelijk hazen en fazanten. Reeën zag je toen nog niet zo veel. En vossen had je toen ook nog niet. Dus de natuur moest daar nog helemaal zijn intrek nemen. Hazen en fazanten zaten er van het begin af aan. Dus als we ’s avonds over de weg reden, dan viel het niet mee om zonder een haas dood te rijden terug te komen. Ondanks dat de auto’s helemaal niet hard gingen”. Op www.flevolandsgeheugen.nl kunt u als trefwoord landschapsbeheer intikken en dan vindt u alle verhalen terug die de vrijwilligers hebben verzameld. De mooiste verhalen zijn in boekvorm verschenen. “Zover je keek was er niets, ooggetuigen over de geschiedenis van het Flevolandse landschap”. Verkrijgbaar via boekhandel en internet. ISBN 978-90-821042-0-2
de bloemen trekt nachtvlinders aan, die met hun lange tong tot achterin kunnen komen om van de nectar te snoepen. Al wandelend kun je ook genieten van de weldadige geur van kamperfoelie. Deze klimmer verrast je op onverwachte plekken in sommige bossen met zijn heerlijke geur. Ook deze plant wordt graag bezocht door nachtvlinders, maar
ook andere bestuivers als hommels en zweefvliegen laten zich verleiden en komen op de nectar af. En geniet aan het begin van de zomer van de overweldigende zoete geur van lindebomen, die vooral ’s avonds extra sterk geuren. Wat bloesem plukken voor een heerlijke thee is een mooie afsluiting van de wandeling.
nieuw project
Nachtelijk gefladder kunnen kijken, hebben we veel kennis vergaard. Flevoland is een eldorado voor vlinders. Vooral in het Knarbos en Roggebotzand komen nachtvlinders veel voor. En vorig jaar werden er in het Zuigerplasbos in Lelystad maar liefst 378 verschillende soorten nachtvlinders gevonden!
"Als je alles wilt weten over nachtvlinders, zou je eigenlijk Ico Hoogendoorn, Frank Böink of Jack Windig moeten interviewen. Zij weten echt veel meer dan ik". Aan het woord is Frans van Alebeek, in het dagelijks leven onderzoeker Stad-Land Relaties bij Wageningen UR. Grote hobby van Frans zijn insecten, waaronder nachtvlinders. "Mijn fascinatie voor insecten en vlinders is ontstaan toen ik als kleine jongen in Utrecht woonde. Mijn ouders hadden een volkstuin. Mijn vader hield niet alleen van groenten kweken, maar ook veel van bloemen. In die bloemstrook wemelde het van de vlinders. Een prachtig gezicht. Ik ben toen ook vlinders gaan verzamelen om ze te determineren. De term nachtvlinders is eigenlijk wel een beetje verwarrend. Zo zijn er ook soorten die vooral overdag actief zijn. Veel mensen denken ook dat nacht-
vlinders veel saaier en grauwer zijn dan dagvlinders. Maar niks is minder waar. Nachtvlinders hebben ook een prachtige tekening." Op zijn computer toont Frans foto's van een prachtige nachtvlinders. Sommigen door hemzelf opgekweekt van rups tot vlinder. "Het belangrijkste verschil tussen dagen nachtvlinders is dat dagvlinders een sprietje hebben met aan het uiteinde een knopje. De nachtvlinder heeft ook sprietjes, maar geen knopje. Maar wil je het echt zeker weten, dan biedt genetica een uitkomst. Sinds we naar het DNA
Muizen Nu we dit jaar voor het eerste sinds tijden weer eens een ouderwetse (veld) muizenplaag beleefden, haalt “de” muis regelmatig het nieuws. Muizen betekenen voor de één een plaag, die zijn land kapot vreet en voor de ander prooi voor allerlei mooie vogelsoorten. Het zijn gouden tijden voor kerkuil, kiekendief en zelfs voor de bijna uit ons land
verdwenen velduil. Hoewel met “de” muis meestal de veldmuis of de huismuis wordt bedoeld, zijn dat lang niet de enige soorten die Flevoland bevolken. We hebben hier tien soorten muizen. Allemaal soorten die door hun voedsel en habitatvoorkeur voorkomen op uiteenlopende plaatsen. Vier behoren tot de spitsmuisfamilie. Dit zijn insecteneters. We kennen ze vooral
Insecten, waaronder vlinders, hebben het moeilijk. We missen in het Nederlandse landschap bloemrijk grasland. Boeren zouden akkerranden aan kunnen leggen met inheemse soorten, waar vlinders bij kunnen tanken. Maar ook in je eigen achtertuin kun je zorgen dat het goed toeven is voor nachtvlinders. Een vlinderstruik trekt behalve dagvlinders ook veel nachtvlinders aan. En ook kamperfoelie, koninginnenkruid , een ligusterhaag of de teunisbloem zijn aantrekkelijke planten voor nachtvlinders. Het intrigerende van nachtvlinders is dat je ze niet zomaar tegenkomt. Er worden regelmatig nachtvlindernachten georganiseerd. Ik nodig iedereen uit om eens mee te gaan en met eigen ogen te zien wat een prachtige vlinders het zijn."
Groot avondrood
in dode toestand, vaak langs fietspaden. De drie soorten woelmuizen, waartoe de veldmuis behoort, zijn echte zaadeters. Tot de familie der “ware muizen” behoren de huismuis, bosmuis en dwergmuis. Deze hebben een gevarieerd menu. Wie meer wil lezen over muizen in Flevoland kan via de link http://bit. ly/1AHJR7X terecht bij de zoogdieratlas van Flevoland. 11
De onzichtbare otter Sinds de uitzetting van otters in de Weerribben en Wieden in 2002 lopen er met enige regelmaat otters in Flevoland. Sinds 2012 is duidelijk dat de otter zich blijvend gevestigd heeft in Flevoland. Het monitoren van de otter geeft aan dat de soort in verschillende gebieden gedurende het hele monitoringsseizoen vastgesteld kan worden. Het aantal zichtwaarnemingen is echter op een hand te tellen. Foto: Petra Borsch
12
Tijdens een bezoek aan het otterverblijf van het Natuurpark Lelystad constateerde een otterdeskundige in 2012 dat buiten het hek van dit perk otterspraints (otterdrollen) lagen: er liep een otter buiten de hekken. Navraag leerde dat het Flevo-landschap geen otters miste en het moest dus een wilde otter zijn die op bezoek kwam. Nader onderzoek in de regio leerde dat er meer sporen gevonden konden worden en dat het tijd werd om Flevoland eens beter te bekijken op de aanwezigheid van de otter. Otters zijn vooral nachtactief en zeker mannetjes hebben grote territoria zodat het lastig is te voorspellen waar de kans op het treffen van een dier groot is. Het zien van een otter is dan ook lastig. Zo
heeft Jeroen Reinhold, onze otterman, zelf nog nooit een levende, wilde otter in Flevoland gezien. Via de wildcamera’s zijn er gelukkig wel de nodige beelden van otters van Flevoland. Deze hangen dan ook soms wel 2 weken te wachten op een passerend dier. Een 15-tal vrijwilligers is sindsdien in de winterperiode op zoek naar sporen van de otter om het verspreidingsbeeld in kaart te brengen. Voor de periode 2014-2015 valt op dat de Noordoostpolder alleen activiteiten geeft rondom het Voorsterbos. Ook dit seizoen zijn er geen dieren meer vastgesteld in het Kuinderbos, waar ze voorheen nog wel zaten. In Oostelijk
Het zo verkregen verspreidingsbeeld wordt weer gebruikt om eventuele knelpunten te bepalen. Het verkeer blijft in zijn algemeenheid een belangrijke doodsoorzaak. In Flevoland valt het gelukkig mee en dat willen we graag zo houden. Tijdens een landelijke bijeenkomst van de bever- en otterwerkgroep van de Zoogdiervereniging is daarom ook een otterplank onder de Larserweg aangebracht.
Avondexcursie voor vrijwilligers In het kader van het jaar van de groene vrijwilliger organiseert Landschapsbeheer Flevoland een viertal excursies voor haar vrijwilligers. Op woensdagavond 13 mei verzamelden vijfentwintig vrijwilligers zich aan de Noordermeerweg in Creil. De Rotterdamse Hoek, een gebied van het Flevo-landschap dat speciaal voor weidevogels is ingericht, was nu eindelijk eens voor hen toegankelijk. Eerst hebben we het moerasgedeelte bekeken. In de nu drie jaar oude waterpartijen zwommen kuifeenden, meer-
koeten, knobbelzwanen, bergeenden, krakeenden en slobeenden. Op de slijkige oevers van de waterpartijen liepen tureluur, kleine plevieren, scholeksters en kieviten te foerageren. Ook een stel lepelaars kwam voorbij vliegen. In het weiland naast het bosje was het nog rustig qua weidevogels, maar een kavel verder begonnen de vogels onze aanwezigheid toch minder leuk te vinden. De vele kieviten, grutto’s en tureluurs lieten zich duidelijk zien en horen. We vonden nog een kievits- en tureluursnest, waardoor we de beide nesten konden
vergelijken. Vooral het verstopte nest van de tureluur wekte veel verwondering. Alarmerende ouders maakte duidelijk dat ook de eerste kuikens aanwezig moesten zijn. Gezien hebben we ze niet, maar ze hebben dan ook een goede schutkleur.
en Zuidelijk Flevoland concentreren de sporen zich rond Oostvaardersplassen, Natuurpark Lelystad en het Drontermeer. Uitwisseling tussen de natuurterreinen via de vaarten lijkt dit jaar veel minder plaatsgevonden te hebben.