November 2015 Jaargang 4 editie 10
Nieuwsbrief Evaluatieonderzoek Art. 36a Wet BIG Zich de wet (laten) voorschrijven Voor een goed werkend gezondheidszorgsysteem is, onder meer, een juiste mix van beroepsbeoefenaars nodig in de gezondheidszorg. De bestaande mix staat onder spanning door de toenemende en veranderende vraag naar zorg, de vergrijzing van de bevolking, alsook door de ontwikkeling van technologie in de zorg. In dit krachtenveld vinden voortdurend aanpassingen plaats. Zo ook de verdeling van taken, bevoegdheden, en verantwoordelijkheden tussen beroepsbeoefenaars. De geëvalueerde wetswijziging is slechts een instrument om aanpassin-
IN DIT NUMMER Zich de wet (laten) voorschrijven .............................. 1 Overhandiging eindrapport aan minister Schippers ...................... 3 Doel en opzet van
gen (tijdelijk) toe te staan. Beroepsbeoefenaars zelf hebben zich hier de
het onderzoek............................. 3
wet voorgeschreven door op een nieuwe wijze samen te werken en be-
Resultaten................................... 4
voegdheden te delen. Het eindrapport over het evaluatieonderzoek
Conclusies en (belangrijkste) aanbevelingen ............................ 7
naar Artikel 36a Wet BIG met betrekking tot de inzet van de Verpleeg-
Enkele reacties van de leden van de begeleidingscommissie .......... 8
kundig Specialist en de Physician Assistant laat zien dat zij hierin overwegend effectief zijn. Ook naar de ervaring van patiënten. Toch is er meer werk te verzetten. Allereerst is de Minister aan zet. Op basis van de resultaten van de evaluatie wordt aanbevolen de tijdelijke bevoegdheid tot het verrichten van voorbehouden handelingen definitief te maken. (Vervolg op pagina 2) Redactie: Uitgave:
Bert Vrijhoef, Daisy de Bruijn, Yvonne van Eijk, Monique Bessems 3 x per jaar tot en met november2015
Tenslotte en contactgegevens .... 10
Zich de wet (laten) voorschrijven (vervolg) Hiertoe dient de Wet BIG op diverse plaatsen te worden gemoderniseerd. Als de aanbevolen wijzigingen definitief zijn, zijn de veldpartijen aan zet. Zoals tijdens het evaluatieonderzoek werd geconstateerd, is voor handelen conform de wettekst meer nodig dan een (tijdelijke) wettekst. Gelukkig doet de grote betrokkenheid van belanghebbenden bij dit evaluatieonderzoek vermoeden dat met het legaliseren van het handelen men zichzelf alsook anderen de wet zal (laten) voorschrijven. Hiervoor zijn onder meer protocollen nodig en informatieverstrekking aan collega’s en patiënten. Tenslotte worden de onderzoekresultaten ter publicatie aangeboden aan nationale en internationale wetenschappelijke tijdschriften, opdat anderen lering kunnen trekken van de opgedane ervaringen. Met het verschijnen van het eindrapport komt een einde aan de reeks van nieuwsbrieven over het evaluatieonderzoek. Dank aan allen die hun medewerking hebben verleend aan de evaluatie. We zijn benieuwd naar uw reactie over het eindrapport alsook naar hoe u denkt het rapport te benutten. Wordt het ‘think big, act small’ of ‘think big, act bigger’? Laat het ons weten.
Foto: Overhandiging van het eindrapport aan minister Schippers door de onderzoekers van het MUMC+, Patiënt & Zorg en de leden van de begeleidingscommissie. V.l.n.r. W. van Unen (NAPA), H. Boven (V&VN VS), B. Vrijhoef (projectleider), minister E. Schippers, D. De Bruijn (onderzoeker), E. Albersnagel (opleiding tot MANP), D. van Meersbergen (KNMG), E. Derkx (Stichting KOH), T. Hoogeveen (VWS). Op de foto ontbreken G. van den Brink (opleiding tot MPA), Y. van Eijk (onderzoeker) , en M. Bessems (onderzoeksassistent).
2
Overhandiging eindrapport aan minister Schippers Op 11 november 2015 is het eindrapport “voorBIGhouden” aan minister Schippers overhandigd (Zie foto pagina 2). Als reactie op het rapport laat de minister de 2e Kamer weten dat de adviezen in het rapport zullen worden opgevolgd.
Doel en opzet van het onderzoek De onderzoeksvragen die in het evaluatieonderzoek centraal staan zijn: In hoeverre is het doelmatig en/of effectief om een wettelijke zelfstandige bevoegdheid toe te kennen aan VSen en PAs met betrekking tot het uitvoeren van voorbehouden handelingen? Als er sprake is van effectiviteit en doelmatigheid voor welke voorbehouden handelingen geldt dit? Omdat effectiviteit en doelmatigheid met name betekenis krijgen binnen de context waarin de zorg wordt geleverd, is deze context ook in kaart gebracht. De studie hanteert een mixed methods design, waarbij triangulatie van kwantitatieve en kwalitatieve data wordt toegepast. Bij het verzamelen van kwantitatieve data is gebruik gemaakt van vragenlijsten, die op drie meetmomenten, namelijk vóór de wetswijziging (nulmeting) en tweemaal na de wetswijziging (nametingen), zijn uitgezet bij VSen/PAs, artsen met wie VSen/PAs samenwerken en patiënten van VSen/PAs. In de vragenlijsten zijn de volgende domeinen te onderscheiden: effectiviteit van de wetswijziging, doelmatigheid van de wetswijziging en voor de context: effectiviteit van het zorgproces, inzet van beroepsbeoefenaren en patiëntgerichtheid van de zorg. Kwalitatieve data zijn gedurende de gehele 2e fase van het onderzoek verkregen via semigestructureerde interviews. Hiervoor zijn 1) expert interviews met VSen/PAs en artsen uit de dagelijkse praktijk gehouden, waarbij een evenredige verdeling heeft plaatsgevonden, wat betreft setting, medisch specialisme en locatie, alsook 2) expert interviews met diverse stakeholders, 3) regionale focusgroep interviews, en 4) patiënten interviews gehouden. 3
Resultaten
Citaat arts: “Ja, ik zie dat meer als een proces. Dat naar mate dat het steeds beter gaat en dat ze steeds een voorstel doen waarin ik me kan vinden, laat ik ze ook meer los. Niet eerder dan dat, welke wetswijziging wat dat betreft ook. Die wetswijziging maakt het natuurlijk eenvoudiger maar het moet ook verantwoord zijn.”
T0
T0
T0
4
Citaat VS: “Ik hoef niet steeds een arts te zoeken!”
79,9% van de VSen, 79,6% van de PAs, 69,3% van de artsen samenwerkend met een VS, 71,4% van de artsen samenwerkend met een PA vinden de kennis van de VS/PA voldoende om zelfstandig geneesmiddelen te kunnen voorschrijven.
Citaat arts: “ Farmacotherapie is een vak op zich. Eindverantwoordelijkheid bestrijkt soms ook kennis van andere medische vakken waar geen kennis over is.
5
Citaat arts: “ Wij hebben ook vanwege de kwaliteit van zorg ook voor de PAs gekozen. Omdat we toen al merkten dat arts-assistenten en ook zeker arts-assistenten die niet in opleiding zijn steeds minder ervaren worden. Met een patiëntengroep die steeds kwetsbaarder wordt, er worden steeds jongere, kleinere kindertjes opgevangen, 24 weken, 500, 600 gram, heb je gewoon mensen nodig die op de afdeling staan die daar gewoon heel veel ervaring in hebben, in optimaal opvangen van deze patiëntengroep. En dat kunnen geen arts-assistenten meer zijn die doen geen ervaring meer op en op het moment dat ze wat kunnen, moeten ze helaas weer weg
6
79,0 % (18,5%) van de patiënten behandeld door een VS en 75,0% (19,5%) van de patiënten behandeld door een PA gaan een volgende keer beslist (waarschijnlijk) wel terug naar hun behandelend VS/PA
Conclusies Het onderzoek maakt duidelijk dat de ingevoerde wetswijziging voor een deel van de VSen en PAs een legalisering is van werkwijzen in de dagelijkse praktijk en voor anderen perspectief heeft geboden hun functie verder te ontwikkelen. De mogelijkheden die de wetswijziging heeft geschapen om katheterisaties, heelkundige handelingen, injecties en puncties te kunnen indiceren, uitvoeren en delegeren en het voorschrijven van URgeneesmiddelen te kunnen indiceren en uitvoeren, zijn door VSen en PAs in hoge mate benut, waardoor de maatregel effectief is gebleken. Endoscopieën en electieve cardioversies/defibrillaties worden reeds in de praktijk uitgevoerd, maar nog niet in dezelfde omvang als bovengenoemde voorbehouden handelingen om op basis van dit onderzoek, mede door de geringe respons, hieraan conclusies te verbinden. Zorgprocessen met voorbehouden handelingen zijn efficiënter ingericht en de zorg wordt door de hiertoe geschikte professional uitgevoerd, hetgeen indicatoren zijn voor doelmatige zorg. Kostenbepaling in het kader van doelmatigheid is niet mogelijk, omdat ten tijde van het onderzoek de kostenregistratie en het declaratieverkeer voor VSen en PAs niet inzichtelijk waren. Uit het onderzoek is verder gebleken dat aan alle in de wet vastgelegde randvoorwaarden is voldaan en geen negatieve bijeffecten zijn opgetreden als gevolg van de wetswijziging.
Belangrijkste aanbevelingen in het eindrapport (zie voor alle aanbevelingen het eindrapport)
Creëer voor de VS een specialisme afhankelijke definitieve wettelijke zelfstandige bevoegdheid voor de voorbehouden handelingen: katheterisaties, heelkundige handelingen, injecties, puncties en het voorschrijven van URgeneesmiddelen.
Creëer voor de PA een definitieve wettelijke zelfstandige bevoegdheid voor de voorbehouden handelingen: katheterisaties, heelkundige handelingen, injecties, puncties en het voorschrijven van URgeneesmiddelen.
De Wet BIG dient primair ter bescherming van de patiënt. Het vastleggen van handelingen die onaanvaardbare risico’s met zich mee brengen bij ondeskundige uitvoering en daardoor voorbehouden zijn aan bepaalde zorgverleners is een onderdeel. De zelfstandige bevoegdheid dient toegekend te zijn aan een in de Wet BIG verankerd beroep, waardoor handhaving van veiligheid via verplichte BIG registratie en het vallen onder het complete tuchtrecht mogelijk is. Het beroep van physician assistant dient als artikel 3 beroep in de wet BIG in aanmerking te worden genomen.
7
Enkele reacties van de leden van de begeleidingscommissie "Proces taakherschikking: 'tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren'; maar de droom wordt realiteit!" “De NAPA feliciteert de onderzoekers met dit mede door de KNMG, Stichting KOH en de opleidingsinstituten tot stand gekomen rapport. Hieruit blijk dat alle beschreven Voorbehouden Handelingen veelal door PA’s worden geïndiceerd en toegepast, en hierbij geen enkele negatieve bij-effecten zijn opgetreden. Veelal is dit zelfs effectief en doelmatig gebleken. Voor cardioversie, defibrillatie en endoscopie is nader onderzoek aangewezen. De onderzoekers concluderen tevens dat er op lokaal niveau nieuwe belemmeringen optreden. Dit is in lijn met eerdere onderzoeksresultaten. Ten slotte adviseren de onderzoekers om de PA op te nemen in de Wet BIG als artikel 3 beroep, gezien de zwaarte en verantwoordelijkheden van dit beroep. Met reeds bijna 1000 praktiserende PA’s in alle segmenten van de Nederlandse geneeskundige zorgverlening is de NAPA verheugd met de beschreven conclusies, en zal aan de Minister vragen om de aanbevelingen samen uit te werken.”
J.M. Boven-Ebskamp (Hanneke) MANP
JW.H. van Unen (Wijnand) MPA
Verpleegkundig Specialist Geestelijke Gezondheidszorg Bestuurslid Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland afdeling Verpleegkundig Specialisten
Physician Assistant Voorzitter Nederlandse Associatie Physician Assistants
8
“Taakherschikking in de zorg succesvol door de experimentele fase! Verpleegkundig specialisten, de wereld ligt voor jullie open: behandel haar met zorg.”
“Dit onderzoek ondersteunt het belang van een deugdelijke wettelijke verankering van de functies VS en PA. De heldere kaders helpen bij het verder ontwikkelen van taakherschikking in de dagelijkse praktijk van de huisarts. Het leidmotief voor de praktijk is "de Drie J's" : de Juiste patiënt op het Juiste moment bij de Juiste hulpverlener". De wetswijziging bevordert de rol van de VS en PA daarbij. Het is nu aan het veld om deze kansen te benutten. Warm aanbevolen!”
“Dit onderzoek levert een belangrijke bijdrage aan de verdere positionering van de beide beroepen. De uitkomsten van dit onderzoek komen overeen met wat we al jaren vernemen over de inzet van de Verpleegkundig Specialist en Physician Assistant namelijk dat ze de zorg toegewijd en ook veilig geven. Het is aan de beide beroepen om deze verwachting ook de komende tijd vast te houden. Dit onderzoek is naast zijn uitkomst ook bijzonder ten aanzien van de totstandkoming, beide beroepsgroepen zijn intensief betrokken geweest bij de dataverzameling.”
Drs. E.W.C.C. Derckx (Emmy)
drs. E.P.L. Albersnagel-Thijssen (Els)
drs. G. van den Brink (Geert)
Raad van Bestuur Stichting Kwaliteit en Ontwikkeling Huisartsenzorg, Kenniscentrum Taakherschikking Eerste Lijn
Verpleegkundige en gezondheidswetenschapper Tot 1 januari 2012 opleidingsmanager en hogeschoolhoofddocent MANP, Hanzehogeschool Gronin-gen
Directeur Radboud Zorgacademie, opleiding MPA
9
Tenslotte Het volledige rapport en de samenvatting zijn te downloaden via de website: http://www.mumc.nl/wetswijziging-medischehandelingen-blijkt-effectief-en-doelmatig Wij zijn uiteraard bereid om de bevindingen van dit rapport in een presentatie toe te lichten. Het rapport wordt inmiddels uitgebreid in (sociale) media genoemd:
https://www.rijksoverheid.nl/actueel/ nieuws/2015/11/11/taakherschikking-in-de-zorgsuccesvol http://www.napa.nl/2015/11/rapport-evaluatieonderzoek-taakherschikking/ http://venvnvs.nl/2015/11/11/evaluatierapportartikel-36a-wet-big-2/ http://www.artsenapotheker.nl/huisarts/nieuws/ id191247-taakherschikking-in-de-zorgsuccesvol.html http://okblog.nl/taakherschikking-in-de-zorgsuccesvol/ http://www.skipr.nl/actueel/id24445taakherschikking-in-de-zorg-succesvol.html
Rest ons om iedereen die dit onderzoek mogelijk heeft gemaakt, hartelijk te bedanken! Bert Vrijhoef, Daisy De Bruijn, Yvonne van Eijk en Monique Bessems
Contactgegevens: Daisy De Bruijn, onderzoeker Maastricht UMC+, RVE Patiënt & Zorg, afdeling onderzoek Locatie: Duboisdomein 30 Postbus 5800, 6202 AZ Maastricht
[email protected] 10