Nieuwjaarsspeech van Tineke Netelenbos uitgesproken op 13 januari 2016 ter gelegenheid van de KVNR Nieuwjaarsbijeenkomst (alleen de uitgesproken tekst geldt)
1. Hartelijk welkom iedereen op onze traditionele nieuwjaarsreceptie. Ik ben verheugd dat er zoveel mensen zijn gekomen. A special welcome to mister Carl-Johan Hagman, Shipping Director of the Stena AB Group. We are very glad that you take the time to present us the strategy of Stena about alternative fuels for shipping and all the experiences Stena Line has with issues as sustainability. I will continue my presentation in Dutch, but I am sure that Pim de Lange can help you with the translation.
2. Dames en heren, de kranten staan deze dagen, aan het begin van 2016, bol van juichende berichten dat het goed gaat met de economie; dat de koopkracht toeneemt en dat nu na het zuur het zoet is ingetreden. Was het maar waar dat we dat ook voor onze sector konden zeggen. Het tegendeel is daar het geval. De Baltic Dry Index is op een historisch laag niveau. Vijf jaar gelden stond de index, die de vrachttarieven weergeeft voor het vervoer van bulkladingen, zoals erts en kolen, nog boven de 10.000. Nu staat de index onder de 500 en voor sommige deelsegmenten is dat een historisch laagterecord. De oorzaak kan worden gezocht in een combinatie van overcapaciteit en een afnemende vraag in met name China. Analisten verwachten dat herstel pas op zijn vroegst zal optreden in 2017. Ook voor de containersector weinig goed nieuws. Over heel 2016 wordt een volumedaling van 4% op de 1
China-Europese route voorspeld. Dit heeft dan weer een groot effect op de scheepstarieven. Vorige jaar stelde ik hier nog, dat gelukkig de offshore sector onze groeidiamant was. Helaas. We weten allemaal dat de dalende olieprijzen een enorm effect hebben op de offshore sector Wereldwijd zijn er al meer dan 400 offshore schepen opgelegd, waarvan alleen al 100 in Noorwegen. Ook de Nederlandse reders hebben hiermee te maken. Voorspellingen over de olieprijs blijven koffiedik kijken, maar veel analisten voorspellen dat een lage olieprijs wel eens lang kan duren.
3. De Nederlandse reders laten in algemene zin ook in 2015 geen herstel zien van tarieven ten opzichte van 2014. Dat betekent dat dit het 7e jaar op rij is waarin herstel uitbleef. Er zijn Nederlandse reders die wel middelen en durf hebben om te investeren in nieuwbouw en dat is vanuit lange termijn perspectief aantrekkelijk. Nieuwe schepen zijn energie efficiënter en op het dieptepunt van de markt zijn de prijzen laag. Maar wat beleidsmakers dan niet mogen denken is dat dit een teken is van breed herstel. Het is meer een teken van slechte markten en voor wie het kan is bestellen van schepen op het dieptepunt van de markt aantrekkelijk vanuit, zoals gezegd, lange termijn perspectief. Waar voor de offshore de lage olieprijs een groot probleem vormt, is dit voor de transportsectoren een van de weinige lichtpuntjes in het afgelopen jaar.
2
4. Zoals bekend heeft de Nederlandse overheid een maritieme strategie uitgebracht met daaraan gekoppeld actieplannen. Ook een actieplan zeevaart. Voor onze sector is het vestigingsklimaat en de werking van het register een topprioriteit. Ook voor de minister. Je zou dus mogen verwachten dat de verbetering hiervan voortvarend wordt aangepakt. Helaas moeten we constateren dat de bureaucratische reflex is, dat de ene studie na de andere op de rails wordt gezet, terwijl we allang weten waar het aan schort. De moeizame relatie tussen beleid, uitvoering en handhaving bijvoorbeeld. Het totale gebrek aan acquisitie en een dienstverlenende houding, om over het KIWA maar niet te spreken. Dit alles heeft er toe geleid, dat het bestuur van de KVNR pleit voor de oprichting van een Nationale Maritieme Autoriteit, naar Deens model. Zodat alle neuzen gericht zijn op de groei en bloei van de maritieme sector en er geen schuttersputjes meer kunnen worden betrokken. Wij willen dit gerealiseerd zien bij het aantreden van een nieuwe regering.
5. Wij zijn verheugd over het voorstel dat de regering naar de Tweede Kamer heeft gestuurd voor het beschermen van schepen onder Nederlandse vlag tegen piraterij. Eindelijk komt er ook uitzicht op het legaal regelen van het toestaan van private beveiligers aan boord van onze schepen. Samen met Nautilus International, de NVKK en wijzelf zullen we bevorderen dat we net als in België het geval was er alvast pilots mogen worden uitgevoerd, op basis van de regeringsplannen, zodat de opgedane ervaring kan helpen om de regelgeving goed op te schrijven.
3
6. 2015 was ook het jaar waarin we meer stagiaires aan boord van onze schepen hebben geplaatst dan ooit. 517 stagiaires zijn er geplaatst. Dat is 60% meer dan in 2008, het jaar waarin we begonnen met de campagne zeebenen in de klas en kort meevaren. Dit is een geweldige prestatie. Hulde voor onze leden die dit mogelijk hebben gemaakt. Dat neemt echter niet weg, dat er nog zo’n 30 studenten dit jaar geen plek hebben gevonden. En volgend jaar komen er nog weer meer stagiaires op de stagemarkt.Dat loopt dus niet vanzelf goed af. Daarom zijn wij in overleg getreden met het maritieme onderwijsveld, het ministerie en de Taskforce Arbeidsmarkt Zeevarenden. Wat wij nodig vinden is dat er geïnnoveerd wordt in het onderwijs, bijvoorbeeld met vervangende stage via simulatoren; dat er een fonds wordt opgericht waaruit de meerkosten voor reders voor een stagiaire, in vergelijk met een landstage, worden vergoed en dat we creatieve oplossingen verzinnen, zoals geen dubbele stage voor stapelaars MBO/HBO. Dit helpt allemaal nog niet voor 2016, dus, als hier reders in de zaal zijn die nog plek hebben, meld je aan, want zeker is, dat eenmaal ervaren maritieme officieren voor de hele maritieme cluster van grote waarde zijn. Er bestaat in onze sector wat dat betreft geen werkeloosheid.
7. Tot slot. De resultaten van COP-21 laten zien dat wereldwijd er serieus werk gemaakt gaat worden van het verminderen van CO2 uitstoot om de opwarming van de aarde te temporiseren. Scheepvaart en luchtvaart zijn buiten de afspraken gebleven. De KVNR betreurt dat, evenals de ECSA en de ICS. Wij vinden dat daar het verkeerde signaal vanuit gaat. Wij willen namelijk ook verantwoordelijkheid nemen. Scheepvaart is verantwoordelijk voor 4
2,2% van de CO2 uitstoot. Doordat wij niet in de afspraken zitten gaan plotseling draconische beelden de wereld rond, zoals daar zijn dat alle auto’s ter wereld net zoveel uitstoten als de 50 grootste containerschepen. Dat is grote onzin, maar dat krijg je. In IMOverband dienen afspraken te worden gemaakt en COP-21 afspraken hadden een steun in de rug kunnen zijn. Er is in IMOverband natuurlijk al het een en ander gebeurd, zoals de EEDIafspraken, maar het kan helpen wanneer de invoering van een CO-2 levy innovatie in onze sector kan helpen financieren. Want innovatie kan nog vele prestatieverbeteringen realiseren.
Ladies en gentleman, that is why I am glad that mister Carl-Johan Hagman, shipping director of the Stena AB Group can inform us about the Stena plans in relation to sustainability and fuels. Thank you for listening and the floor is to mister Carl-Johan Hagman.
Thank you very much.
5