Aandrijving
Nieuwe turbodiesels als top van het motorgamma • Vanaf lancering: uitgebreid gamma van 7 Euro 5-compatibele motoren • Nieuwe 2.0 l dieselmotoren: laag brandstofverbruik en rijbereik van 1.200 km • Benzinemotoren: drukgevoede en atmosferische vier- en zescilinders
De nieuwe Opel Insignia is de eerste auto met een uitzonderlijk uitgebreid gamma van zeven motoren die allemaal aan de Euro 5-norm voldoen. De vier benzinemotoren bieden vermogens van 115 tot 260 pk en drie nieuwe tweeliter turbodieselmotoren leveren 110, 130 en 160 pk. De komende maanden zal het motorgamma nog worden uitgebreid met twee nieuwe motoren: een kleinere benzineturbomotor en een nieuwe turbodiesel. Later volgend jaar wordt de reeks uitgebreid met een ecoFLEX-versie met een uitzonderlijk lage CO2-uitstoot, die niets aan prestaties inboet. In elk van hun respectieve vermogenklassen behoren deze motoren tot de meest milieuvriendelijke, met een laag brandstofverbruik en een lage CO2-uitstoot. De drie diesel- en vier benzinemotoren hebben elk vier kleppen per cilinder en zijn allemaal aan een manuele zesversnellingsbak gekoppeld. De twee krachtigste diesel- en benzinemotoren zijn ook verkrijgbaar met een zestrapsautomaat. De 2.0 Turbo en 2.8 V6 Turbo zijn naar keuze leverbaar met vierwielaandrijving (zie hoofdstuk Chassis). Dat zal later ook het geval zijn voor de krachtigere dieselmotoren. Alle benzinemotoren hebben een variabele nokkenastiming, aan in- en uitlaatzijde voor de viercilinders en aan inlaatzijde voor de V6. De variabele kleppentiming verhoogt het koppel bij lage toerentallen en is in grote mate verantwoordelijk voor het lagere verbruik en het feit dat de motoren aan de Euro 5-norm voldoen.
General Motors Belgium N.V.
http://media.opel.be
General Motors Corporation
-2-
Dieselmotoren: tot 160 pk en 350 Nm; gemiddeld brandstofverbruik van 5,8 l/100 km De nieuwe generatie dieselmotoren van de Insignia levert een hoog vermogen en koppel bij een lager verbruik. De drie motoren worden standaard gekoppeld aan een zesversnellingsbak en hebben een gemiddeld verbruik van 5,8 liter per 100 km overeenkomstig MVEG (7,6 liter in de stad, 4,8 buiten de stad). Dit geeft een gemiddelde CO2-emissie van 154 g/km. De Insignia verschijnt op de markt met drie versies van de 2.0 CDTI motor. Met de basismotor van 110 pk snelt de Insignia in slechts 12,1 seconden van 0 naar 100 km/u en haalt hij een topsnelheid van 190 km/u. De variant van 130 pk versnelt de Insignia in slechts 11,1 seconden van 0 naar 100 km/u en geeft hem een topsnelheid van 205 km/u. De krachtigste motor heeft een vermogen van 118 kW/160 pk, een koppel van 350 Nm, legt de sprint van 0 tot 100 km/u af in 9,5 seconden en haalt een top van 218 km/u. Alle versies zijn standaard uitgerust met een onderhoudsvrije dieselpartikelfilter. Dankzij de 70 liter grote tank kunnen de dieselversies met een volle tank een rijbereik van meer dan 1.200 km halen. De motoren hebben twee bovenliggende nokkenassen, vier kleppen per cilinder, een meervoudige common-rail injectie en een turbocompressor met variabele geometrie voor een snelle gasrespons bij lage toerentallen. Een vliegwiel met dubbele massa beperkt trillingen tot een minimum en het lichte inlaatspruitstuk is van gegoten aluminium gemaakt. De elektronisch gestuurde uitlaatgasrecirculatie dient ook voor koeling. Elektropneumatisch bediende omloopkleppen worden door het motormanagementsysteem gestuurd om te garanderen dat de gerecirculeerde uitlaatgassen de optimale temperatuur voor verbranding bereiken.
-3-
Overzicht van dieselmotoren:
Motoren
2.0 CDTI
2.0 CDTI
2.0 CDTI
Aantal cilinders
4
4
4
Cilinderinhoud (cm3)
1956
1956
1956
Vermogen (kW/pk bij t/min)
81/110 bij 4.000
96/130 bij 4.000
118/160 bij 4.000
Maximumkoppel (Nm bij t/min)
260 bij 1.750 – 2.500
300 bij 1.750 – 2.500
350 bij 1.750 – 2.500
Acceleratie: 0-100 km/u (s)*
12,1
11,1 (11,2)
9,5 (9,6)
Topsnelheid (km/u)*
190
205 (204)
218 (215)
MVEG-verbruik gemengde cyclus (l/100 km)*
5,8
5,8 (4D: 6,7; 5D: 6,8)
5,8 (4D: 6,7; 5D: 6,8)
CO2-uitstoot (g/km)
154
154 (4D:177; 5D: 179)
154 (4D:177; 5D: 179)
* manuele zesversnellingsbak (zestrapsautomaat) 4D = 4-deurs; 5D = 5-deurs
Basis-benzinemotoren: twee motoren met continu variabele nokkenastiming De basismotoren van de Insignia zijn nauw verwant. Deze gewichtsbesparende 1.6 en 1.8 ECOTEC-motoren leveren respectievelijk een vermogen van 85 kW/115 pk bij 6.000 t/min en 103 kW/140 pk bij 6.300 t/min, en een maximumkoppel van 155 Nm bij 4.000 t/min en 175 Nm bij 3.800 t/min. De technische blikvangers van deze motoren met vier kleppen per cilinder zijn de continu variabele nokkenastiming om te laadcyclus te optimaliseren, een tweefasige inlaatcontroleleiding met een rolklep in plaats van een omschakelklep voor een betere kanaalvorming en een nieuwe magnetische krukassensor. Deze nieuwe krukassensor is een van de vele voorbeelden van intelligente lichte constructie. De ingenieurs zijn erin geslaagd het gewicht van de motoren te verlagen en ze een grotere stijfheid en structurele stevigheid te geven door uitgebreide versterking in de cilinderkop en
-4-
het blok. In totaal wegen de motoren slechts 118 kg overeenkomstig DIN 70020. Het motorblok alleen al weegt 20 procent minder dan zijn voorganger. Inclusief het lagerdeksel weegt het gietijzeren motorblok slechts 27 kg. In tegenstelling tot gewone motoren, waarin de krukas en de nokkenas via een getande riem of een ketting mechanisch met elkaar in verbinding staan, kan de nokkenas bij variabele kleppentiming ten opzichte van de krukas draaien. Dit gebeurt ononderbroken met behulp van een heel compact, licht elektrohydraulisch vleugelmechanisme. Het instelbereik aan de inlaatzijde is 60° krukhoek en 45° krukhoek aan de uitlaatzijde. Dubbele nokkenastiming maakt variabele klepregeltijden mogelijk, waardoor de motor zich aan verschillende toerentallen en cilindervullingen kan aanpassen. De voordelen zijn een hoog vermogen, een beter koppel over een breed toerentalbereik, een lagere emissie dankzij de hoge snelheid van de uitlaatgasrecirculatie, een lager brandstofverbruik en minder motorlawaai. Pure hightech: lichtmetalen 2,0-liter turbomotor met directe injectie Beschikbaar met een zesversnellingsbak of automatische versnellingsbak en de Adaptive 4x4-aandrijving is de 2,0-liter turbomotor een nieuwkomer in de middenklasse van Opel. Het rendement van deze viercilindermotor wijst op de evolutie van GM naar een kleinere cilinderinhoud. Hij kan in vermogen gemakkelijk wedijveren met de vijf- en zescilindermotoren van de concurrentie, maar verbruikt minder brandstof en heeft een lagere emissie. Deze 220 pk sterke, rechtstreeks ingespoten benzinemotor is nauw verwant met de krachtbron van de Opel GT. Hoogtechnologische voorzieningen zoals de directe benzine-injectie, een ‘twin-scroll’ turbocompressor met interkoeler, dubbele nokkenastiming en twee balansassen verlenen deze 1.998 cm³ grote viercilinder indrukwekkende prestatiecijfers. Het maximumvermogen van 162 kW/220 pk bij 5.300 t/min en het brede koppelbereik van 350 Nm tussen 2.000 en 4.000 t/min zorgen in alle omstandigheden voor opmerkelijke prestaties. Met deze motor snelt de Insignia in slechts 7,6 seconden van 0 naar 100 km/u en haalt hij een topsnelheid van 242 km/u. Het gemiddelde verbruik met manuele versnellingsbak is 8,9 liter superbenzine voor 100 kilometer (MVEG).
-5-
In vergelijking met een injectiesysteem met inlaatleiding zorgt directe benzine-injectie voor een veel volledigere verbranding van het brandstof/luchtmengsel. Een door de nokkenas aangedreven hogedrukpomp verhoogt de druk van de door een elektrische pomp uit de tank aangezogen brandstof tot 155 bar – in vrijloop is de injectiedruk 50 bar. De meergatsverstuivers bevinden zich onder de inlaatopeningen en de speciale vorm van de zuigerbodem zorgt ervoor dat het mengsel rond de centraal geplaatste bougie wervelt. Door het gecontroleerde en volledige verbrandingsproces kon een compressieverhouding van 9,3:1 worden gekozen. Dit is voor een krachtige turbomotor bijzonder hoog en heeft in het deellastbereik een gunstige invloed op het verbruik. De turbo van de viercilindermotor werkt op basis van het ’twin-scroll’-principe. In het uitlaatspruitstuk en de turbocompressor zijn de cilinderkanalen van de eerste en vierde cilinder – enerzijds – en van de tweede en derde cilinder – anderzijds – van elkaar gescheiden. De pulserende gasstromen worden via spiralen ('krullen') geleid en net voor de turbine samengebracht. Door de scheiding van de uitlaatgasstromen kan hun dynamiek optimaal worden benut. De druk wordt al vanaf ongeveer 1.400 t/min opgebouwd; een druk op het gaspedaal resulteert in een onmiddellijke en krachtige voortstuwing. De maximale laaddruk bedraagt 1,38 bar. Andere belangrijke kenmerken van deze uiterst compacte turbocompressor zijn de pneumatische overdrukklep en een turbinewiel met geoptimaliseerd rendement. Bij een bepaald vacuüm wordt een klep geopend, die de lucht terug naar de compressorinlaat leidt. Dit houdt de snelheid van de turbolader hoog. Wanneer het gaspedaal weer wordt ingedrukt, is de laaddruk onmiddellijk beschikbaar. Om de laadefficiëntie in de verbrandingskamer te verhogen, wordt de vooraf gecomprimeerde lucht met zowat 100 graden Celsius in een interkoeler gekoeld voor hij de verbrandingskamers ingaat. De hoge hittebestendigheid van de motor wordt bevorderd door een waterkoelmantel tot aan de cilinderbodem en olieverstuivers aan de onderkant van de zuigers. De zuigers van gegoten aluminium brengen het vermogen via gesmede drijfstangen over naar de gesmede krukas. De beide nokkenassen van de viercilinder kunnen via een elektrohydraulische nokkenastimer worden aangepast om de openingstijden van de kleppen via de motorregeleenheid
-6-
op de belasting af te stemmen. Met een grotere overlapping bij lagere toerentallen garandeert de continu variabele nokkenastiming ook een snellere respons van de turbocompressor. De uitlaatkleppen zijn met natrium gevuld en alle kleppen worden bediend door roltuimelaars met beperkte wrijving. De motor beschikt ook over twee tegengesteld draaiende balansassen, een onderhoudsarme kettingaandrijving voor de nokkenassen en een gegoten oliefilterbehuizing die gemakkelijk toegankelijk is langs de bovenzijde. Wanneer de olie moet worden ververst, wat op de onderhoudsindicator wordt aangegeven, moet gewoon het patroon worden vervangen. Sensoren meten de slijtage van de volkomen synthetische smeerolie aan de hand van parameters zoals het aantal koudstarts en het aantal ontstekingsvonken van de bougies. De bougies moeten pas om de 160.000 km worden vervangen, de koelvloeistof pas na 240.000 kilometer. Top-benzinemotor: de 2.8 V6 Turbo van 260 pk Helemaal bovenaan in het benzinegamma staat de 2.8 V6 Turbo, die een overvloedig vermogen van191 kW/260 pk en een koppel van 350 Nm tussen 1.900 en 4.500 t/min ontwikkelt. Hij beschikt over een groot aantal geavanceerde eigenschappen: een klassieke cilinderhoek van 60 graden en bovenliggende nokkenassen aangedreven door dubbele kettingen; variabele klepregeling en een viermaal gelagerde krukas van gesmeed microlegeringsstaal – een materiaal dat algemeen in racewagens wordt gebruikt. De geavanceerde constructie van de V6 blijkt ook uit details zoals de wrijvingsverlagende, beklede zuigers. Die zijn voorzien van hard-geanodiseerde ringgroeven voor een langere levensduur, lopen in een gietijzeren cilindermantel en worden met olieverstuiving gekoeld. Het uiterst geavanceerde ontwerp blijkt ook uit de gesinterd-gesmede stalen zuigerstangen, de met natrium gevulde uitlaatkleppen voor een betere koeling en het oliecarter dat voor extra stevigheid van gegoten aluminium is gemaakt. De motor werkt met een compressieverhouding van 9,5:1 en heeft een enkele 'twin-scroll'turbocompressor. De motor met interkoeler, die centraal boven de versnellingsbak is geplaatst, heeft een geïntegreerde regelklep voor de laadlucht en levert de motor een turbodruk tot 0,6 bar. Het turbinewiel is van een speciale stalen legering van hoge kwaliteit gemaakt. Door het ‘twin-scroll’-concept wordt de turbine gelijkmatig door de beide cilinderrijen gevoed. Afzonderlijke kanalen – een voor elke cilinderrij – scheiden de
-7-
uitlaatgasimpulsen. Dit houdt de energieverliezen van de turbocompressor laag en verbetert de stroom van de uitlaatgassen en het bedrijfsrendement. De continu variabele, elektronisch gestuurde en hydraulisch geactiveerde timing van de inlaatnokkenassen zorgt voor een snelle reactie van het gaspedaal en een hoog koppel, zelfs bij lage toerentallen. De inlaatnokkenassen kunnen ten opzichte van de krukas binnen een bereik van 50 graden worden gedraaid om de klepregeltijden en dus de laadcyclus aan de belasting en het toerental van de motor aan te passen. Zowel de ingaande als de uitgaande assen zijn van ultrastevig aluminium gemaakt, waardoor ze bijzonder licht, hittebestendig en duurzaam zijn. Behalve aan de snelle reactie van de turbocompressor is de snelle maar soepele opbouw van het motorvermogen hoofdzakelijk te danken aan het 32-bit motormanagementsysteem van Bosch-Motronic. De software van deze regeleenheid werd speciaal op de Insignia afgestemd en regelt alle belangrijke functies zoals de timing van de ontsteking, de brandstofinjectie, de turbolaaddruk, de meting van luchtstroom en de stand van de smoorklep. De uitlaatspruitstukken hebben dubbele wanden, waarvan de binnenste van hydrogevormd roestvrij staal zijn gemaakt. Dit vermindert de uitstoot na een koudstart omdat het spruitstuk minder warmte absorbeert. Ook wordt lucht tot 30 seconden na een koudstart in het spruitstuk geblazen, zodat de stroomopwaarts gelegen katalysator sneller reageert. Het vermogen van de motor is al even indrukwekkend als zijn technische eigenschappen. 90 procent van het maximumkoppel van 350 Nm wordt al geleverd bij slechts 1.500 t/min en de piekwaarde is beschikbaar over een breed toerentalbereik van 1.900 tot 4.500 t/min. De krachtbron van 2,8 liter is verkrijgbaar met een manuele of een automatische zesversnellingsbak, en met de Adaptive 4x4-vierwielaandrijving.
-8-
Overzicht van benzinemotoren:
1.6 ECOTEC
1.8 ECOTEC
2.0 Turbo ECOTEC
2.8 V6 Turbo
Aantal cilinders
4
4
4
6
Cilinderinhoud (cm3)
1.598
1.796
1.998
2.792
Vermogen (kW/pk bij t/min)
85/115 bij 6.000
103/140 bij 6.300
162/220 bij 5.300
191/260 bij 5.500
Maximumkoppel (Nm bij t/min)
155 bij 4.000
175 bij 3.800
350 bij 2.000 – 4.000
350 bij 1900 – 4.500
Acceleratie: 0-100 km/u (s)*
12,9
11,5
7,6 (7,8)
6,9 (7,1)
Topsnelheid (km/u)*
192
207
242 (240)
250** (250**)
MVEG-verbruik gemengde cyclus (l/100 km)*
7,6
7,8
8,9 (9,6)
10,9 (11,6)
184
FWD: 4D: 208; 5D: 209 (225) / AWD: 215 (229)
256 (272)
Motoren
CO2-uitstoot (g/km)
179
* manuele zesversnellingsbak (zestrapsautomaat) ** begrensd 4D = 4-deurs; 5D = 5-deurs FWD = voorwielaandrijving; AWD = vierwielaandrijving: