NIEUWE RICHTLIJNEN UNHCR AFGHANISTAN – KANS VOOR NIEUWE ASIELAANVRAGEN VOOR SPECIFIEKE RISICOGROEPEN ADVIES AAN BEGELEIDERS EN ADVOCATEN - DECEMBER 2013 INLEIDING Deze nota richt zich tot begeleiders en advocaten die (uitgeprocedeerde) Afghaanse asielzoekers bijstaan. Aanleiding hiervoor zijn de nieuwe richtlijnen voor de beoordeling van asielaanvragen van Afghanen, gepubliceerd in augustus 20131 door UNHCR, de VN-vluchtelingenorganisatie. Deze richtlijnen geven aan wie volgens UNHCR risico op vervolging loopt, maar zijn niet bindend. De Belgische asielinstanties baseren zich onder andere op deze richtlijnen voor het onderzoek van asielaanvragen. De richtlijnen van augustus 2013 vervangen de eerdere richtlijnen van december 2010. In deze vernieuwde versie heeft UNCHR de informatie over de veiligheidssituatie geactualiseerd en de risicogroepen uitgebreid. Deze informatie is van belang voor alle asielaanvragen van Afghanen. Bovendien is het mogelijk dat de situatie van een aantal uitgeprocedeerde Afghanen elementen bevat die op basis van de nieuwe richtlijnen als nieuw kunnen beschouwd worden. Met zulke ‘nieuwe elementen’ kunnen uitgeprocedeerde asielzoekers een nieuwe aanvraag indienen. In deze nota geven wij in de eerste plaats een kort overzicht van wat de richtlijnen zeggen over de specifieke profielen van vrouwen en kinderen uit Afghanistan. Volgens Vluchtelingenwerk en CIRÉ bestaat er een reële kans dat nieuwe asielaanvragen van deze groepen in overweging worden genomen. Vervolgens gaan wij kort in op het profiel van mannen en jongens die de leeftijd hebben om te strijden (‘men and boys of fighting age’). In sommige gebieden in Afghanistan lopen zij het risico om gedwongen gerekruteerd te worden. Deze groep is nieuw ten opzichte van de oude richtlijnen. Tenslotte geven wij kort uitleg over het begrip ‘intern vluchtalternatief’ en het standpunt van UNCHR erover als het over Afghanistan gaat. Let op: enkel verwijzen naar het bestaan van nieuwe UNHCR-richtlijnen is onvoldoende om te gelden als nieuw element. Bij elke nieuwe aanvraag moet u elementen uit de richtlijnen individualiseren. Asielzoekers moeten aantonen dat zij onder een bepaald profiel vallen en risico lopen op vervolging of ernstige schade bij een eventuele terugkeer naar Afghanistan. Aan de hand van deze nota kan u Afghanen die onder dit profiel passen contacteren en met hen bekijken of zij een nieuwe asielaanvraag kunnen en willen indienen. Indien u twijfelt of extra advies nodig heeft, vindt u aan het einde van deze nota de contactgegevens van de helpdesks waar u met uw vragen terecht kunt.
1
UNHCR, Eligibility Guidelines for Assessing the International Protection Needs of Asylum-Seekers from Afghanistan, 6 augustus 2013, zie http://www.refworld.org/docid/51ffdca34.html
1
AFGHAANSE VROUWEN EN MEISJES De richtlijnen van 2010 stelden dat bepaalde categorieën van vrouwen risico konden lopen ('may be at risk'). De huidige richtlijnen stellen dat ze waarschijnlijk nood hebben aan internationale bescherming ('likely to be in need of international refugee protection'). Het gaat om de volgende categorieën: - slachtoffers van en vrouwen die risico lopen op seksueel en ander geweld; - slachtoffers van en vrouwen die risico lopen op schadelijke traditionele praktijken; - vrouwen van wie aangenomen wordt dat zij de sociale normen overtreden. Verder stelt UNHCR dat, afhankelijk van geval tot geval, vrouwen die vallen onder een bepaalde sociale groep, politieke overtuiging of religie bescherming nodig kunnen hebben (‘may be in need of international protection’). UNCHR vermeldt ook expliciet dat er bezorgdheid bestaat over de impact van de terugtrekking van de troepen in 2014 op de situatie van vrouwen2. De vrees bestaat dat vrouwenrechten zullen worden opgeofferd in ruil voor stabiliteit in het kader van de vredesonderhandelingen met de Taliban. UNCHR vindt dat deze evoluties nauwkeurig moeten onderzocht worden (‘close scrutiny’) in het onderzoek van asielaanvragen van vrouwen uit Afghanistan. Verder blijkt uit de richtlijnen dat de Afghaanse regering sinds 2001 belangrijke stappen heeft ondernomen om de positie van vrouwen te verbeteren, maar hun positie blijft nog steeds problematisch. De toegenomen onveiligheid in bepaalde delen van het land zorgt er voor dat de behaalde verbeteringen weer teniet zijn gedaan. Diepgewortelde discriminatie tegenover vrouwen blijft hardnekkig en wijdverbreid geweld tegen meisjes en vrouwen zou aan het stijgen zijn. Er zijn veel obstakels voor vrouwen en meisjes om te kunnen genieten van sociale, economische en culturele rechten. Armoede, ongeletterdheid, slechte gezondheidszorg etc. raken vrouwen onevenredig hard. Wetten zijn in veel gevallen nog in het nadeel van vrouwen. In het bijzonder stipt het UNHCR deze problemen aan: -
Seksueel en gendergebaseerd geweld tegen vrouwen is nog steeds wijdverbreid. Het gaat hierbij om eermoorden, ontvoeringen, verkrachting, gedwongen abortus en huiselijk geweld. Aangezien seksuele gemeenschap buiten het huwelijk een aantasting van de eer van de familie is, lopen vrouwen die verkracht zijn het risico op gedwongen abortus, ingevangenisneming en zelfs de dood. Sociale taboes en angst voor stigmatisering weerhouden vrouwen ervan dergelijk praktijken te melden. Tegelijkertijd zijn gevallen van vrouwen die zichzelf in brand steken naar aanleiding van huiselijk geweld toegenomen.
-
Toegang tot het rechtssysteem voor vrouwen is een probleem. In veel gebieden waar het strafrechtelijk proces nog zwak is verwijzen autoriteiten naar traditionele manieren van conflictbeslechting. Vrouwen en meisjes die van huis weglopen worden verdacht van vage en ongedefinieerde ‘immorele daden’, inclusief overspel en ‘het weglopen van huis’. Dat slechts één procent van de Afghaanse politie uit vrouwen bestaat is een ander obstakel naar toegang tot het rechtssysteem voor vrouwen.
-
Straffeloosheid voor seksueel geweld zou blijven bestaan omdat daders in bepaalde delen van het land machtige bevelhebbers of leden van gewapende of criminele groeperingen zijn die banden hebben met individuen en groepen die hen beschermen tegen arrestatie en strafrechtelijke vervolging.
-
Schadelijke traditionele praktijken zijn nog steeds hardnekkig in Afghanistan, in sommige delen van het land meer dan in andere. Hieronder vallen gedwongen huwelijken, kinderhuwelijken, gedwongen isolatie in het huis en eremoorden. Onder gedwongen huwelijken vallen onder andere: -
2
huwelijken waarbij vrouwen en meisjes worden verkocht voor een som geld of in ruil voor goederen om de schuld van hun familie af te lossen;
Ibid, pg. 51
2
-
‘baad dadan’, een traditionele vorm van conflictbeslechting tussen families: de familie die iets verkeerds zou hebben gedaan schenkt een dochter aan de andere familie om het goed te maken;
-
‘baadal’, waarbij twee families dochters uitwisselen om de kosten van een huwelijk te drukken;
-
het dwingen van een weduwe tot het trouwen van een man uit de familie van haar overleden echtgenoot.
-
Economische onzekerheid zou een context zijn waarin het risico op kinderhuwelijken toeneemt, aangezien dit vaak gezien wordt als de enige manier om te overleven voor een meisje en haar familie. Er zijn wetten die dergelijke praktijken verbieden maar de implementatie daarvan is ontoereikend, langzaam en inconsistent.
-
Vrouwen die de sociale normen zouden overtreden lopen het risico gestigmatiseerd en gediscrimineerd te worden. Verder kan hun veiligheid in gevaar zijn. Een aantal van de Afghaanse sociale normen beperken de bewegingsvrijheid van vrouwen, zo mogen vrouwen niet zonder een man in publiek verschijnen. Vrouwen die niet kunnen rekenen op de steun en bescherming van een man lopen bijzonder risico’s. Dit is bijvoorbeeld het geval voor weduwen.
-
In gebieden waar de taliban aan de macht is lopen vrouwen die worden beschuldigd van immoreel gedrag risico op bestraffing door de taliban. Dit kan zich uiten in zware straffen zoals zweepslagen en dood.
-
Tussen oktober 2011 en mei 2013 zouden 50% meer vrouwen en meisjes opgesloten zijn omwille van immoreel strafbare feiten zoals het weigeren van een huwelijk, wegrennen van huis, niet-begeleid zijn en gevallen van huiselijk geweld. Het wegrennen van huis kan leiden tot verdenking van onder andere ‘zina’ (overspel of seksuele relatie buiten het huwelijk) en andere morele strafbare feiten, wat vervolgens weer kan leiden tot eremoorden. In sommige gevallen hebben autoriteiten aangegeven vrouwen op te sluiten om hen voor dergelijke praktijken te beschermen.
Aandachtspunten bij (nieuwe) aanvragen van Afghaanse vrouwen — Onder het risicoprofiel ‘vrouwen’ vallen niet enkel vrouwen en meisjes die alleen een aanvraag indienen maar ook vrouwen en meisjes die vergezeld zijn door hun man of familie. Hun specifieke situatie moet dan ook individueel onderzocht worden. — Het is erg belangrijk dat vrouwen hun eventueel risico op vrouwgerelateerde vervolging aanbrengen tijdens hun interview en/of in het verzoekschrift. Ook voor vrouwen die een aanvraag met hun man indienen. Als een vluchtreden een vrouwgerelateerde vervolging is bovenop het gemeenschappelijk verhaal met hun man, moeten zij dat zeker vermelden. Een goede voorbereiding van een eerste of verdere asielaanvraag is dan ook belangrijk. Vrouwen uit een land waar schending van vrouwenrechten wijdverspreid is, zijn zich er niet altijd van bewust dat er een grond voor internationale bescherming zit in wat zij meegemaakt hebben. Daarom raden wij aan om de asielaanvraag van de vrouw apart voor te bereiden van die van haar man. — Daarom is het ook belangrijk om de asielinstanties te wijzen op hun plicht om elementen te zoeken die het dossier kunnen staven. Zij moeten aandacht hebben voor de mogelijke vrouwgerelateerde risico’s in een land als Afghanistan, ook als vrouwen dat zelf niet expliciet als vervolgingsgrond aanbrengen. Bijvoorbeeld: Een meisje werd in Afghanistan dagelijks mishandeld en geslagen door haar familie. Misschien vindt ze dit normaal terwijl hierin een duidelijke grond voor bescherming volgens internationale richtlijnen schuilt.
KINDEREN Kinderen kunnen onder verschillende risicoprofielen uit de richtlijnen vallen. Zo kunnen meisjes dezelfde problemen ervaren als vrouwen. Verder zijn er nog verschillende vormen van
3
kindspecifieke vervolging, zoals kinderhandel, kinderarbeid, kinderprostitutie, gedwongen huwelijk van kinderen, huiselijk geweld, seksueel misbruik, … Hieronder benoemen wij enkel twee gevallen waarin de richtlijnen duidelijk een verslechtering in de situatie aangeven of nieuwe elementen aanbrengen ten opzichte van de vorige richtlijnen. Alle andere vormen van kindgerelateerde vervolging die de richtlijnen beschrijven zijn ook uiteraard relevant in het kader van een nieuwe asielaanvraag. Als de mogelijke risico’s voor kinderen in geval van terugkeer niet werden onderzocht in eerdere asielaanvragen, kunnen deze ook als nieuwe elementen aangebracht worden. Uit de richtlijnen blijkt duidelijk dat het niet evident is voor kinderen om naar school te gaan. Onderwijs is een fundamenteel mensenrecht. Over het recht op onderwijs voor kinderen in Afghanistan zegt UNHCR3: -
-
Er is sprake van een systematische ontzegging van de toegang tot onderwijs (‘systematical denial of access to education’). Dit wordt expliciet benoemd in de richtlijnen tussen de mogelijk vormen van ‘kindergerelateerde vervolging’4. In 2012 registreerde UNAMA5 74 conflictgerelateerde incidenten die directe impact hadden op toegang tot onderwijs in heel Afghanistan. De meerderheid van de aanvallen werden gepleegd door anti-regeringsgroeperingen en een deel door de taliban. Het gaat om het in brand steken van scholen, gerichte moordaanslagen, intimidatie van docenten en schoolpersoneel, raket aanvallen op schoolfaciliteiten, sluiting van scholen (voornamelijk scholen voor meisjes), zelfgeknutselde bommen (‘improvised explosive devices’) in de buurt van scholen, etc. Zowel anti- als pro-regeringsmachten gebruiken scholen om militaire redenen, waardoor scholen militaire doelwitten worden.
Verder lopen kinderen ook het risico gedwongen gerekruteerd regeringsgroeperingen. In 2012 is het aantal rekruteringen gestegen. gebruik van kinderen voor zelfmoordaanvallen. Kinderen worden smokkelen van wapens en uniformen en om bommen te plaatsen. bewakers en verkenners.
te worden door antiHetzelfde geldt voor het ook gebruikt voor het Verder fungeren zij als
Aandachtspunten bij (nieuwe) aanvragen van kinderen: — Onder het risicoprofiel ‘kinderen’ vallen niet enkel minderjarigen die alleen een aanvraag indienen maar ook kinderen die met hun ouders komen. Hun specifieke situatie moet dan ook individueel onderzocht worden, ook al zijn zij niet de hoofdaanvrager. — Volgens het Koninklijk Besluit dat de procedures bij het CGVS bepaalt6 moeten alle beslissingen rekening houden met het hoogste belang van het kind. Dat is het geval voor alle kinderen, ook voor hen die met hun gezin asiel aanvragen. — België heeft het Internationale Kinderrechtenverdrag geratificeerd. Dit verdrag bepaalt dat kinderen recht hebben op onderwijs. Recht op onderwijs is een fundamenteel recht waaraan niet mag worden geraakt. Afghaanse kinderen worden dit recht systematisch ontzegd. De Belgische asielinstanties moeten hiermee rekening houden in het onderzoek van asielaanvragen waar kinderen betrokken zijn.
MANNEN EN JONGENS DIE DE LEEFTIJD HEBBEN OM TE STRIJDEN In gebieden waar anti-regeringsgroeperingen effectief controle hebben over het grondgebied worden verschillende manieren gebruikt om mannen te rekruteren door middel van dwang. Deze groeperingen maken gebruik van intimidatie en bedreigingen. Mensen die weigeren lopen, naar verluidt, het risico te worden gezien als spionnen voor de regering en te worden gedood of gestraft. De Afghaanse lokale politie zou ook mannen en kinderen gedwongen rekruteren.
3
Ibid, pg. 21
4
Ibid, pg. 57
5
United Nations Assistance Mission in Afghanistan
11 JULI 2003. - Koninklijk besluit tot regeling van de werking van en de rechtspleging voor het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen, SB 27/01/2004 6
4
UNCHR geeft aan dat iemand die onder dit profiel valt internationale bescherming nodig zou kunnen hebben (‘may be in need of international protection’). Hetzelfde geldt voor families van mannen en jongens die onder dit profiel vallen. Aandachtspunt bij (nieuwe) aanvragen van mannen en jongens die de leeftijd hebben om te strijden — Dat UNCHR deze risicogroep heeft toegevoegd in de richtlijnen betekent niet dat alle mannen en jongens per definitie risico lopen op gedwongen rekrutering. Dit wordt onderzocht afhankelijk van de regio’s van afkomst en individuele omstandigheden. — Voor de gebieden onder controle van anti-regeringsgroeperingen en waar het conflict actief is, kent het CGVS normaal gezien al minstens de subsidiaire bescherming toe tenzij er een intern vluchtalternatief bestaat – zie verder. — Voor asielzoekers die onder deze groep vallen is het vraagstuk rond de geloofwaardigheid van de verklaringen rond hun afkomst of recent verblijf dan ook bijzonder relevant – zie verder.
INTERN VLUCHTALTERNATIEF Asielinstanties spreken van een intern vluchtalternatief als zij vinden dat een asielzoeker misschien niet naar zijn oorspronkelijke woonplaats terug kan, maar wel een veilig onderkomen kan vinden op een andere plaats in het thuisland. Wat Afghanistan betreft: volgens UNCHR kan er geen sprake zijn van intern vluchtalternatief in regio’s onder de controle van anti-regeringsgroeperingen of in regio’s waar het conflict actief is. Bovendien moet een intern vluchtalternatief redelijk zijn. Om dit laatste te bepalen, moeten de asielinstanties nagaan of de asielzoeker daar een normaal leven kan leiden. De asielinstanties moeten hiervoor rekening houden met de persoonlijke situatie en het profiel van de asielzoeker, zoals leeftijd, geslacht, gezondheid, familiebanden en etnische of culturele banden. Voor Afghanistan oordeelt UNCHR dat het niet is omdat de asielzoeker familiebanden of etnische en culturele banden heeft in een bepaald gebied, dat er daar ook een intern vluchtalternatief bestaat. Asielinstanties moeten namelijk ook nagaan of de familie of etnische groep bereid en in staat is om de asielzoeker effectief te ondersteunen. Als dat niet zo is, kan er voor UNCHR geen sprake zijn van een intern vluchtalternatief in Afghanistan. Een uitzondering zijn gezonde mannen en getrouwde koppels van werkleeftijd. Volgens UNHCR kunnen zij zich soms wel redden in stedelijke of semi-stedelijke context. Aandachtspunt bij (nieuwe) aanvragen wat betreft het interne vluchtalternatief — Het CGVS beschouwt vaak Kaboel als een intern vluchtalternatief. Het is dus belangrijk in (nieuwe) aanvragen om te motiveren waarom deze stad geen intern vluchtalternatief zou zijn.
EEN NIEUWE ASIELAANVRAAG INDIENEN Asielzoekers hebben altijd het recht om een nieuwe asielaanvraag in te dienen, ook al is hun eerste aanvraag afgewezen. De asielinstanties zullen een nieuwe aanvraag wel pas ten gronde onderzoeken als deze ‘nieuwe elementen’ bevat. Volgens de Vreemdelingenwet moeten deze nieuwe elementen de kans aanzienlijk groter maken dat de asielzoeker voor de erkenning als vluchteling of voor subsidiaire bescherming in aanmerking komt. Ook moeten asielzoekers uitleggen waarom zij deze elementen niet eerder konden aanbrengen. Sinds september 2013 bepaalt het CGVS of deze nieuwe elementen aanwezig zijn. Een nieuwe aanvraag wordt wel nog steeds bij de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) ingediend. DVZ interviewt de asielzoeker en maakt dan de aanvraag over aan het CGVS. Als het CGVS van oordeel is dat er nieuwe elementen zijn, zal het de aanvraag ten gronde onderzoeken en de asielzoeker voor een interview oproepen. Als dat niet het geval is, zal het CGVS beslissen om de aanvraag
5
niet in overweging te nemen. Tegen deze beslissing is er een annulatieberoep mogelijk bij de RvV. Wij raden aan om de asielzoekers bij te staan in het voorbereiden van een nieuwe asielaanvraag en schriftelijke verklaringen op voorhand voor te bereiden en bij de indiening van de aanvraag aan DVZ af te leveren. Hierbij radern wij aan gebruik te maken van vluchtverhaalanalyse. Zoals eerder aangegeven kunnen elementen naar voren gebracht worden als nieuw, gezien de nieuwe richtlijnen van UNHCR. Maar het blijft bij een eventuele meervoudige aanvraag evenzeer van belang aan te tonen of aannemelijk te maken dat de asielzoeker risico loopt op vervolging of ernstige schade. Aandachtspunten bij tweede asielaanvraag — Geloofwaardigheid: Vaak wijzen de asielinstanties aanvragen van Afghanen af omdat de verklaringen van de asielzoekers over hun afkomst of recente verblijfssituatie ongeloofwaardig zouden zijn. Soms vertellen asielzoekers niet hun echte verhaal tijdens hun eerste asielaanvraag. In een volgende asielaanvraag blijkt het heel moeilijk om de ‘geschonden’ geloofwaardigheid te herstellen, ook al zijn er nieuwe elementen aanwezig. Het is dus belangrijk om cliënten aan te sporen om vanaf het begin de waarheid te vertellen, in het bijzonder over hun recente verblijfssituatie. Als dit niet (volledig) is gebeurd, raden we aan om het in een nieuwe aanvraag wel te doen en ook te motiveren waarom de eerste verklaringen anders waren. — Risico op opsluiting: De wet voorziet de mogelijkheid om asielzoekers op te sluiten bij een tweede (of verdere) asielaanvraag. Dit risico bestaat voor alleenstaande Afghaanse mannen. Gezinnen met kinderen worden niet opgesloten. Zij worden eventueel naar een open terugkeerwoning gebracht. Omdat België momenteel geen gezinnen met kinderen naar Afghanistan terugstuurt, lijkt het weinig waarschijnlijk dat zij naar een terugkeerwoning zullen worden gebracht.
HELPDESKS Hier kunt u terecht voor juridisch advies in asieldossiers: — Vluchtelingenwerk Vlaanderen (Nederlands) Juridische Helpdesk T: 02 205 00 55 E:
[email protected] en
[email protected] De juridische helpdesk is telefonisch bereikbaar op maandag en vrijdag van 9u tot 12u30 en op woensdag van 13u30 tot 17u. Vragen die via de mail worden gesteld worden binnen een week beantwoord. De juridische helpdesk is gesloten van maandag 23 december 2013 tot en met vrijdag 3 januari 2013. In die periode kunt u vragen mailen naar
[email protected] — Belgisch Comité voor de Hulp aan Vluchtelingen (BHCV) (Nederlands en Frans) Dienst Asiel T: 02 537 82 20 E:
[email protected] U kunt de helpdesk van het BHCV elke werkdag bereiken van 14u tot 17u met vragen over de procedure van niet–opgesloten asielzoekers. — Coordination et Initiatives pour Réfugiés et Étrangers (CIRÉ) (Frans) T: 02 626 77 10 E:
[email protected] CIRÉ is telefonisch bereikbaar van maandag tot vrijdag van 14 tot 16u.
6