Nelles Frères: une Nouvelle carrière Een nieuwe groeve

A c t u ali t e / A c t u e e l Skillsbelgium: Une promotion unique au profit des métiers techniques… Skillsbelgium: Unieke promotie van technische beroepen…

F U N E R A I R e / F U N E R A I R E S ECT O R L es chancres funéraires. Brève analyse pratique d’une réalité contemporaine Wantoestanden op begraafplaatsen. Beknopte praktische analyse van een hedendaagse realiteit

A c t u ali t e / A c t u e e l Batibouw… un salon durable Batibouw… een duurzame beurs

Nelles Frères: une Nouvelle carrière Een nieuwe groeve

Périodique édité par la Fédération Belge des Entrepreneurs de la Pierre Naturelle - Organe officiel de l’ASBL Pierres et Marbres de Wallonie Tijdschrift uitgegeven door de Belgische Federatie van Aannemers van Natuursteenbewerking - Officieel orgaan van de vzw Pierres et Marbres de Wallonie

AVRIL/APRIL 2008- 1

eDItORIAL / eDItORIAAL

SOMMAIRe / INHOuD

On craindrait presque d’être accusé de verser dans la banalité quand on se laisse aller à l’émerveillement en contemplant, notamment et parmi bien d’autres, des œuvres comme celles découvertes à Petra, que nous évoquons. Chapitre banalité : peu de jeunes orientent leur carrière vers nos métiers. Et tant qu’on y est dans le domaine de la redite, la Wallonie souffre d’un chômage excessif. Allez comprendre ! Un métier estimé, sinon admiré. Un chômage alarmant. Pas ou en tout cas trop peu, beaucoup trop peu, de candidats à l’acquisition et à la perpétuation de notre savoir ancestral. Bref, il y a l’offre, il y a la demande, mais elles semblent s’ignorer. Heureusement, il semblerait que nous ne sommes plus les seuls à nous en inquiéter. Après s’être chargée avec succès de notre participation au Mondial des Métiers, l’association skillsBelgium s’est vu confier le soin de mettre en valeur et promouvoir les métiers manuels, rebaptisés pour la circonstance (par diplomatie ?) métiers techniques. Serait-ce enfin l’embellie ? In dit nummer hebben we het over de in de rotsen gehouwen stad Petra. toch zou men bijna bang zijn uitbundige bewondering te koesteren voor kunstwerken zoals deze, om niet voor banaal te worden versleten. Weinige jongeren oriënteren hun carrière immers nog naar onze beroepen. En terwijl we toch bepaalde vaststellingen aan het herhalen zijn, Wallonië kent een buitensporig hoge werkloosheid. Probeer dat maar eens te begrijpen ! Een gerespecteerd en zelfs bewonderd beroep, een alarmerend werkloosheidscijfer, en geen of in elk geval veel te weinig kandidaten om de kennis van onze voorouders te verwerven en te vereeuwigen. Vraag en aanbod lijken dus van elkaars bestaan geen weet te hebben. Gelukkig zijn we blijkbaar niet meer de enigen die ons daar zorgen over maken. De vereniging SkillsBelgium, die met succes voor onze deelname aan de Beroepenmondiale heeft gezorgd, werd namelijk aangesproken om zich ook in te zetten voor de bevordering en herwaardering van manuele beroepen, die voor de gelegenheid diplomatisch ( ?) werden omgedoopt tot technische beroepen. Is er dan eindelijk verbetering op komst ? C.B.

PORtRAIt / PORtRet 04

nouvelle carrière pour nelles frères Een nieuwe groeve voor ”nelles Frères“

ActuALIte / ActueeL 08

Skillsbelgium: Une promotion unique au profit des métiers techniques… / Skillsbelgium: Unieke promotie van technische beroepen…

12

tECHnIPIERRE 2008 : La pierre naturelle plus que jamais à l’honneur ! / natuursteen staat meer dan ooit in de belangstelling !

16

Le travail de la pierre à Petra. technique et économie de la taille rupestre / De steenbewerking in Petra. techniek en economie in de bewerking van rotsen

nos annonceurs / onze adverteerders

FuNeRAIRe / FuNeRAIRe SectOR

CARRIÈRES DU HAInAUt

18

Les chancres funéraires. Brève analyse pratique d’une réalité contemporaine / Wantoestanden op begraafplaatsen. Beknopte praktische analyse van een hedendaagse realiteit

ActuALIte / ActueeL

Gedeeltelijk zicht op een aanzienlijke privé woning in Californië (VS), waarin alle witte steen, zowel binnen als buiten, werd uitgewerkt in ‘Chamesson Banc G’ van de firma SOGEPIERRE in F-21400 Nod-sur-Seine, lid van onze groep in de ‘Haute-Bourgogne’. Vue partielle d’une importante résidence privée en Californie (USA), dont toutes les pierres blanches, extérieures et intérieures, ont été exécutées en pierre de la qualité “Chamesson Banc G.” produite par la Société SOGEPIERRE à F-21400 Nod-sur-Seine, membre de notre groupe en Haute-Bourgogne. De andere producent van Franse siersteen voor toelevering van ruwe blokken, platen, tegels en alle soorten gehouwen steen. L’autre producteur de pierres ornementales françaises pour vos fournitures de blocs bruts, tranches, dallages et toutes pierres taillées.

2

PIERRE & MARBRE - StEEn & MARMER - 2008-1

Publication trimestrielle éditée par la Fédération Belge des Entrepreneurs de la Pierre Naturelle / Driemaandelijks tijdschrift uitgegeven door de Belgische Federatie van Aannemers van Natuursteenbewerking : Rue du Lombardstraat 34-42 . B-1000 Bruxelles / Brussel t +32(0)2 223 06 47 . F +32(0)2 223 05 38 [email protected] [email protected] Organe officiel de l’asbl PIERRES ET MARBRES DE WALLONIE 11, rue des Pieds d’Alouette, 5100 naninne tel : 081/ 22 76 64 Fax : 081/ 47 57 62 [email protected] Officieel orgaan van de vzw PIERRES ET MARBRES DE WALLONIE 11, rue des Pieds d’Alouette, 5100 naninne tél : 081/ 22 76 64 Fax : 081/ 74 57 62 [email protected]

Editeur responsable / Verantwoordelijke uitgever : D. De Haen, Rue du Lombardstraat 34-42, B-1000 Bruxelles / Brussel Comité directeur / Bestuurcomité D. Deelen, Présidente de la Fédération Voorzitster van de Federatie V. Brancaleoni, Président / Voorzitter P.M.W. Comité de rédaction / Redactiecomité C. Bonhomme – D. De Haen – F. tourneur – F. Dominique – n. Carpentier Coordination / Coördinatie F. Dominique, P.M.W. Mise en page / Lay out Mandragore t +32(0)2 346 33 28 Impression / Druk corelio Printing t +32(0)2 210 01 00 issn 1373 – 7007 Couverture : © www.sergebrison.com

24

Batibouw… un salon durable Batibouw… een duurzame beurs

26

Deuxième Journée Chantiers Ouverts tweede Open Wervendag

BIBLIOtHeQue / BIBLIOtHeeK 28

notre sélection Onze selectie

AGeNDA / AGeNDA 31

Foires et salons Beurzen en salons

2008-1 - PIERRE & MARBRE - StEEn & MARMER 3

P O R T R A I T / P O R T R ET

Nelles Frères : une Nouvelle carrière Een nieuwe groeve

Deze groeve, die toebehoorde aan Albert Meyer, was al enkele jaren niet meer in gebruik en beschikt nog over een enorm potentieel (160.000 ton). Ze bevindt zich in het gehucht Cahay, en de aandacht van Charles Nelles werd vooral getrokken door de bevalligheid van het aanwezige materiaal. Hij kocht het terrein in 2006 en tekende een beheerscontract met het Waalse Gewest voor de uitbating van deze groeve, die voortaan “Carrière de Vielsalm” zal heten. De ontginning van deze site werd de laatste jaren bemoeilijkt door de sterke aanwezigheid van mossen. De recente overname was ook alleen maar mogelijk in overleg met de plaatselijke milieuaanhangers, en door het eerbiedigen van het natuurlijke kader. De afzetting ligt immers in een Natura 2000 zone, waardoor de groeve een bijzonder ontginningsritme zal worden opgelegd. De vergunningen voor de heropening gingen gepaard met meerdere toegevingen, en onder de vastgelegde voorwaarden vinden we onder andere een beperking van de perioden van ontginning.

Acteur important du monde carrier depuis près de 40 ans, l’entreprise Nelles Frères était jusqu’à présent réputée pour l’importance de son entreprise de travaux publics et pour les particularités du grès schisteux de sa carrière de la Warche à la teinte rougeâtre inimitable. Ce début d’année 2008 est marqué pour l’entreprise dirigée par Charles Nelles par la concrétisation d’un projet de longue haleine : la reprise d’une exploitation de schiste dans la région de Vielsalm. “Nelles Frères” is een bedrijf dat al bijna 40 jaar een belangrijke rol speelt in de wereld van de steengroeven en was tot nu bekend om zijn belangrijke onderneming in openbare werken en zijn bijzondere schisthoudende zandsteen met de onnavolgbare rode toon uit de groeve van Warche. Begin 2008 ging het bedrijf, onder leiding van Charles Nelles, van start met een langdurig project : de overname van een leisteengroeve in de omgeving van Vielsalm.

4

PIERRE & MARBRE - steen & marmer - 2008-1

Cette carrière, qui appartenait à Albert Meyer, n’était plus en activité depuis de quelques années. Située dans le hameau de Cahay, elle possède encore un certain potentiel (160.000 tonnes) et c’est par la beauté de son matériau qu’elle a attiré l’attention de Charles Nelles. Ce dernier a acheté le terrain en 2006 et a signé un contrat de gestion avec la Région wallonne pour l’exploitation de cette carrière qui se nommera dorénavant ”Carrière de Vielsalm“. L’exploitation de ce site durant ces dernières années avait été mise en difficulté par la forte présence de mousses et de lichens. Et sa récente reprise n’a pu se faire que dans le plus grand respect du cadre naturel et avec l’accord des défenseurs de l’environnement locaux. En effet, la situation du gisement en zone Natura 2000 va contraindre la carrière à un rythme d’exploitation très particulier. Le cahier des charges pour l’autorisation de sa réouverture ne s’est pas fait sans quelques concessions. Parmi les conditions prédéfinies, on notera la limitation des périodes d’extraction. En effet, pour protéger la nidification du Grand Duc, l’extraction au rocher ne peut se faire que 7 mois par année. Ces consignes sont parfaitement respectées par l’exploitant qui a par conséquent adapté le rythme de la production à celles-ci.

Om de nestbouw van de Oehoe te beschermen, kan er slechts 7 maanden per jaar worden gedolven. De uitbater volgt deze richtlijnen strikt en heeft er vanzelfsprekend zijn hele productieritme op afgestemd. Deze steen uit het Ordovicium (Salmien) zal ”Schiste de la Salm“ worden gedoopt. De rotsen in de groeven hellen 55° naar het zuiden en de ontgonnen stenen zijn fyllieten die in kleur variëren, tussen grijsblauw, grijsgroen en paarsachtig, naargelang de afzettingslaag. Door een (hydro)geologische studie die in 2003 werd besteld bij Joseph Grogna kan bijkomende informatie worden verstrekt over de steen en de afzetting. Het avontuur begint eigenlijk nog maar net en het bedrijf wil iemand afvaardigen om de ontginning in goede banen te leiden. Het bewerken, verpakken, wegen en commercialiseren van de producten zal verder op de hoofdzetel in Xhoffraix-Malmedy gebeuren. Een oude laadmachine en een graafmachine op rupsbanden werden uit Bevercé overgebracht naar de nieuwe groeve. De mobiele zeef zal ook naar daar worden verplaatst voor het geval deze daar nodig zal zijn. De aangeboden producten zullen vergelijkbaar zijn met wat het bedrijf nu beschikbaar heeft in schisthoudende zandsteen, en zal in twee categorieën worden opgedeeld ; bouwsteen en tuinsteen.

2008-1 - PIERRE & MARBRE - steen & marmer 5

Une étude (hydro)géologique, commandée en 2003 à Joseph Grogna, permet d’apporter des renseignements complémentaires sur la pierre et le gisement. L’aventure n’en est encore qu’à ses débuts et l’entreprise prévoit de déléguer un opérateur pour l’extraction. La transformation, le reconditionnement, la pesée des marchandises, ainsi que la commercialisation des produits continuera de se faire au départ du siège de Xhoffraix-Malmedy. Un ancien chargeur de Bevercé a été déplacé dans cette nouvelle carrière ainsi qu’une pelle sur chenilles. Le crible mobile y sera également transporté en cas de demandes spécifiques. La gamme des produits disponibles sera comparable à celle que la société propose pour le grès schisteux et sera subdivisée en deux catégories à savoir la pierre de construction et la pierre de jardin. La pierre de construction sera produite sous forme de moellons de parement (profondeur de 15 à 25 cm) conditionnés dans des caissettes en bois, et sous différents produits finis tels que linteaux, seuils, têtes de moule et couvre-murs. La pierre de jardin sera principalement représentée par les dallages de sol et les dalles de murs à secs (3-7 cm de H ou de 7 à 10 cm), paillis de schiste (10/20 et 20/40), enrochement et/ou stèles décoratives.

29

De bouwsteen zal worden geleverd als afwerkingsteen (lateien, dorpels, sluitstenen en dekstenen), met een diepte van 15 à 25 cm en verpakt in houten kisten. Bij de tuinsteen behoren voornamelijk vloer- en muurtegels (3-7 cm hoogte of 7 à 10 cm), spanen van schist (10/20 et 20/40), rotssteen en decoratieve zuilen. Enkele proeven voor het gebruik van deze steen in de marmerbewerking staan op stapel, maar de n.V. nelles Frères mikt aanvankelijk op de afzet van traditionele producten voor de bouwsector. De eerste resultaten zijn in dat opzicht reeds bemoedigend : de eind 2007 geproduceerde breukstenen werden al verkocht en meerdere werven voor privé-woningen zijn in uitvoering.

ème thetis - design: nicola pedrini

La pierre d’âge Ordovicien (Salmien) sera nommée Schiste de la Salm. Dans la carrière le pendage des roches est de 55° vers le sud et les roches extraites sont des phyllades de teintes variables selon les niveaux et qui varient entre le gris-bleu, le gris-vert et le violacé.

FOIRE INTERNATIONALE MARBRES TECHNOLOGIES DESIGN

talrijke bouwmeesters van meer aanzienlijke projecten hebben hun belangstelling voor deze steen overigens al getoond. De groeve van nelles Frères heeft hiermee dus een goede start genomen en is ook begonnen met de promotie van zijn nieuwe product op het salon Batir-Bauen in Malmédy en op Batibouw.

CARRARA - ITALIE

Door haar kennis aan te wenden voor de bewerking van deze nieuwe steen, vervoegt de nieuwe groeve van Vielsalm talrijke andere actieve groeven uit de regio (Carrière Bertrand, Carrières et Scierie d'Ottré Pagani SA, Carrière Heid des forges SPRL) en zal ze samen met hen beantwoorden aan de grote actuele vraag naar gekleurde leisteen en veelgezochte toepassingsmogelijkheden. F.D.

Quelques essais sont envisagés pour l’utilisation de cette pierre en marbrerie mais la S.A. nelles Frères souhaite dans un premier temps assurer la commercialisation des produits traditionnels de la construction. Les premiers résultats sont, à ce titre, encourageants : les moellons, produits fin 2007, ont déjà trouvé acquéreur et plusieurs chantiers d’habitations privées sont en cours.

Welcome

Par ailleurs, de nombreux maîtres d’œuvre ont marqué leur intérêt pour cette pierre pour des projets plus importants. La carrière nelles Frères est donc bien engagée dans cette voie et a commencé la promotion de son nouveau produit sur les salons Batir-Bauen à Malmedy ainsi qu’au salon Batibouw.

TO THE CITY OF STONE

En adaptant son savoir-faire à la transformation de cette nouvelle pierre, la nouvelle Carrière de Vielsalm rejoint les nombreuses extractions en activité dans la région (la carrière Bertrand, les Carrières et Scierie d'Ottré Pagani SA et la Carrière Heid des forges SPRL) et contribuera sans aucun doute avec celles-ci à répondre à la forte demande actuelle de schistes aux teintes et possibilités d’application si recherchées.

Carrara MARMOTEC

Pour tout renseigneMent coMPléMentaire voor Meer inForMatie François Thunus Technico-commercial S.A. Nelles Frères rue au-dessus des trous 4 4960 Malmedy tél. : 080/ 33 06 85 Fax : 080/ 33 99 90

29 MAI / 1 JUIN 2008

PROMUE PAR: INTERNAZIONALE MARMI E MACCHINE CARRARA SpA

ORGANISÉE PAR: Business on the Move

GRUPPO BANCA CARIGE

Cassa di Risparmio di Carrara S.p.A. SOLE SPONSORING BANK

www.carraramarmotec.com

AVEC LE PARRAINAGE DE:

REGIONE TOSCANA

Italian institute for foreign trade

PROVINCIA DI MASSA CARRARA

PROVINCIA DI LUCCA

COMUNE DI CARRARA

COMUNE DI MASSA

PIETRA

N AT U R A L E

CarraraFiere Srl - Viale G. Galilei, 133 - 54036 Marina di Carrara (MS) ITALIE - Tel. +39 0585 787963 Fax +39 0585 787602 e-mail: [email protected]

[email protected]

6



ActuALIte / ActueeL

une promotion unique au proFit des métiers techniques…

Il ne s’agit pas de défaire ce qui est déjà en place ou de remplacer les actions existantes mais plutôt d’agir par une campagne globale de communication mettant en valeur le travail des différentes filières. Les premières actions de promotion transversale des métiers techniques ont déjà débuté par la médiatisation du Mondial des Métiers dans les médias : on mentionnera une couverture presse importante dans des émissions telles que ”Coûte que coûte“ d’RtL ou un reportage dans l’émission ”Au Quotidien“ de la RtBF.

Het is niet de bedoeling al wat gedaan is ongedaan te maken of bestaande acties te vervangen maar wel om een globale communicatiecampagne te voeren en het werk van verschillende actoren in de kijker te zetten. Er werden al nieuwe acties voor de transversale promotie van technische beroepen opgestart door het bekendmaken van de Mondial der Beroepen in de media : die kreeg veel aandacht in uitzendingen zoals “Coûte que coûte” van de RtL of in een reportage gebracht in de uitzending “Au Quotidien“ van de RtBF.

De plus, une importante campagne d’affichage (1300 affiches abribus et 4000 affiches à destination de centres de formation pour toute la Wallonie et Bruxelles) a été mise en place du 15 au 21 janvier 2008. Sur base d’un message clair et humain, quatre jeunes ayant participé au dernier Mondial des Métiers de 2007, rappellent les fondements et valeurs de base des métiers techniques, à savoir la tradition, la créativité, l’innovation et la chaleur. La présence d’une femme parmi les quatre jeunes choisis évoque combien la passion et l’intérêt pour les métiers techniques n’est plus une affaire de genre.

Van 15 tot 21 januari 2008 werd er een reusachtige affichecampagne gelanceerd (1300 affiches buiten en 4000 affiches in de opleidingscentra in gans Wallonië en Brussel). Gestoeld op een duidelijke en menselijke boodschap, getuigen vier jongeren over de fundamenten en basiswaarden van technische beroepen : traditie, creativiteit, innovatie en vuur. De aanwezigheid van een jonge vrouw tussen de vier deelnemers wijst er op dat de passie en belangstelling voor technische beroepen geen jongenskwestie meer is. Andere acties zullen in de komende maanden van start gaan : die zullen zich tot jongeren richten en worden opgezet rond terugkerende symbolen.

Skillsbelgium a 10 ans cette année. Anciennement nommé COBECOM, cette association orchestre la participation de la Belgique au Mondial des Métiers, organisé tous les deux ans. Aujourd’hui, le long chemin parcouru et le travail effectué portent leurs fruits, puisque skillsbelgium s’est vu doté d’une nouvelle mission d’envergure : la promotion transversale des métiers techniques à Bruxelles et en Région Wallonne.

unieke promotie van technische beroepen… Skillsbelgium bestaat dit jaar 10 jaar. Deze vereniging die vroeger BECOWAM genoemd werd, regelt de Belgische deelname aan de tweejaarlijkse Mondial der Beroepen. De lange weg die ze heeft afgelegd en haar vele werk blijkt zijn vruchten af te werpen, want skillsbelgium heeft er een nieuwe grootschalige missie bij gekregen : de transversale promotie van technische beroepen in Brussel en in het Waalse Gewest. D’autres actions concrètes verront le jour dans les prochains mois : elles s’adresseront plus particulièrement aux jeunes et seront organisées autour de symboles récurrents. A l’instar de l’impact connu par ”Bob“, skillsbelgium va créer un personnage qui soit un fil conducteur, à la fois accessible et humain.

Avec le soutien de la Région wallonne, du Forem, de l’IFAPME ainsi que de nombreux partenariats établis comme la Communauté française, skillsbelgium œuvre au sein d’un large panel des ”métiers techniques“, appellation préférée à celle de métiers manuels.

Met de steun van het Waalse Gewest, de Forem, en het IFAPME, en verder van talrijke gevestigde partners, zoals de Franse Gemeenschap, zal skillsbelgium er tegenaan gaan binnen een panel van ”technische beroepen”, om ze maar geen manuele beroepen te noemen.

Parmi ceux-ci, on retrouve non seulement les métiers de la construction mais également les métiers technologiques, ceux de bouche, des services… Comme de nombreuses études l’ont démontré, ces secteurs dégagent une image fréquemment négative quand elle n’est pas malheureusement inexistante. Combien de jeunes peuvent à l’heure actuelle définir clairement ce qu’est un gestionnaire de réseau ou un contrôleur industriel ?

Hieronder verstaat men niet alleen bouwberoepen maar ook technologische beroepen, beroepen gelinkt aan de voeding en diensten… talrijke studies hebben immers aangetoond dat deze sectoren vaak een negatief imago afstralen als het ongelukkiglijk genoeg niet onbestaande is. Hoeveel jongeren kunnen nog bepalen wat een netbeheerder of een industriële controleur is ?

Ce personnage va se retrouver associé dans les prochains mois à leurs actions événementielles lors de salons professionnels (Siep) mais également durant la Journée Chantiers ouverts, technios Days, le technorally ou des démonstrations de métiers. En outre, une animation visuelle d’une heure et demie va être créée. Séquencée en fonction du public, elle sera mise à disposition des partenaires et écoles comme outil pédagogique.

Het Waalse Gewest wou absoluut iets doen om de belangstelling voor opleidingen in deze sectoren aan te wakkeren, ongeacht welke soort, het lager onderwijs, het technisch onderwijs of het alternerend onderwijs, door hun imago op te krikken. Daarom heeft het in augustus laatstleden aan skillsbelgium deze nieuwe bijkomende opdracht voor beroepenpromotie toevertrouwd.

Un des piliers les plus importants qui sera développé est la création d’un portail internet. Lieu d’échanges attractif et interactif, skillsbelgium souhaite que celui-ci s’adresse directement aux jeunes, que ce soit par sa forme ou par son fond : plate-forme d’informations avec renvoi vers les sites partenaires, forum d’échange, jeux et concours, liens au départ de msn…

La Région wallonne avait particulièrement à cœur de relancer l’intérêt pour la formation pour ces secteurs, que ce soit dans l’enseignement inférieur, technique ou en alternance, en travaillant sur l’image de ceux-ci. C’est pourquoi, en août dernier, elle a confié à skillsbelgium cette nouvelle mission additionnelle complémentaire de promotion des métiers.

8

In navolging van de impact die de bekende ”Bob“ geniet, zal skillsbelgium een figuur creëren die tegelijk een toegankelijke en menselijke rode draad zal zijn.


Die figuur zal in de komende maanden opduiken in evenementenacties op vakbeurzen (Siep) maar ook tijdens de Open Wervendagen, technios Days, technorally of vakdemonstraties. Verder zal er een visuele animatie van anderhalf uur op touw worden gezet. naargelang de vraag van het publiek, zal ze als pedagogische werktuig ter beschikking zijn van de partners en scholen. Een van de voornaamste pijlers in voorbereiding is de creatie van een internetportaal. Als aantrekkelijke en interactieve plaats van uitwisseling, wenst skillsbelgium dat het zich rechtstreeks tot jongeren richt, zowel door de vorm als door de inhoud : informatieplatform, uitwisselingsforum met verwijzing naar de sites van partners, spelen en wedstrijden, verbindingen met sms… naast de gewone brochures en folders, wil skillsbelgium zich op vele fronten profileren door innoverende middelen aan te wenden en tevens gebruik te maken van bestaande werktuigen van opleidingsinstellingen. Wat meer bepaald de steenhouwers aangaat, is de taak niet minnetjes : de sector is miskend en sleept vele vooroordelen met zich mee.


BELGA_bil_190x273.fh11 10/1/08 08:51 P�gina 1 C

Plus que de simples brochures et dépliants, skillsbelgium veut multiplier sa présence sur plusieurs fronts et par des moyens innovants tout en exploitant les outils existants des organismes de formation. Dans le cas précis des tailleurs de pierre, l’ampleur de la tâche est conséquente : le secteur est méconnu et draine avec lui de nombreux préjugés. Outre le côté ”antiquisant“ de la profession, le grand public ignore souvent que ce secteur est porteur d’emploi et que son avenir est prometteur. Il est donc indispensable aujourd’hui de dédramatiser ces professions. En amont, skillsbelgium espère également valoriser ses contacts avec les professionnels des secteurs techniques et que la mise en valeur des métiers permettra à ceux-ci d’être plus fiers de leur profession. Car le transfert de la passion du métier ne se fera pas sans eux. C’est donc une importante campagne de communication plus puissante et efficace qui débute aujourd’hui et qui sera à terme bénéficiaire aux différents secteurs : elle permettra, en effet, de réunir les actions spécifiques et sporadiques de chaque secteur sous une même bannière unique et cohérente pour la promotion des métiers techniques.

M

Y

CM

MY

CY CMY

K

Naast de “antiekachtige” kant van het beroep, is het zo dat het grote publiek vaak niet weet dat deze sector arbeidskrachtig is en toekomstperspectieven biedt. Er moet dus snel iets gedaan worden om de dramatiek in deze beroepen te ontkrachten. Skillsbelgium hoopt nauwere contacten te kunnen leggen met vaklui uit de technische sectoren en dat het opwaarderen van de beroepen zal maken dat ze fier zijn op het uitgeoefende beroep. Want beroepspassie kan alleen maar door hen worden doorgegeven. Het is dus een grootscheepse en doelgerichte communicatiecampagne die vandaag begint en waar de verschillende sectoren op termijn baat zullen bij hebben : ze zal immers alle specifieke en sporadische acties van elke sector bijeenbrengen onder dezelfde unieke en coherente slagzin voor de promotie van technische beroepen. F.D.

VII FERIA INTERNACIONAL DE LA PIEDRA NATURAL 7 T H I N T E R N AT I O N A L N AT U R A L S TO N E FA I R

7-10 mayo/may 2008 MADRID, ESPAÑA/SPAIN www.piedra.ifema.es

2008 est l’année de toutes les nouveautés

2008 is een jaar met een resem nieuwigheden

Skillsbelgium participe à la première édition d’Euroskills, qui se tiendra du 18 au 20 septembre à Rotterdam. Il ne s’agit pas comme son nom pourrait l’induire, d’une concurrence au Mondial des Métiers.

SkillsBelgium neemt deel aan de eerste editie van Euroskills, die van 18 tot 20 september in Rotterdam wordt gehouden. Hoewel de naam er zou kunnen op wijzen, is het geen concurrentie van de Mondial der Beroepen. Euroskills is, in tegenstelling tot de Mondial der Beroepen een gevestigde instelling die zorgt voor de ploegendeelname. 26 landen zullen vertegenwoordigd zijn en in verschillende categorieën onderverdeeld worden : creatieve kunst en mode, informatie- en communicatietechnologie, productie- en engineeringtechnologie, bouw en gebouw, vervoer en logistiek, sociale diensten en ziekenhuispersoneel.

Car contrairement à ce dernier, institution bien établie depuis 1947, Euroskills privilégie la participation en équipe. 26 pays seront représentés et regroupés suivant diverses catégories : arts créatifs et mode, technologie de l’information et de la communication, technologie de la production et de l’engineering, construction et bâtiment, transport et logistique, services sociaux, personnels et hospitaliers. La Belgique compte mettre l’accent sur la haute technologie avec une dizaine de candidats représentant quatre à cinq secteurs (Office IT team, Webdesign, Infographie – Animation 3D, Soudage, Couverture). Ce programme a été présenté par skillsbelgium le 3 mars dernier aux Moulins de Beez à Namur, lors d’une séance d’information.

www.skillsbelgium.be

10


België wil het accent leggen op hoogtechnologie door een tiental kandidaten te sturen uit vier à vijf sectoren (Office IT team, Webdesign, Infografie – 3D Animatie, Laswerk, Bedekking). Dit programma werd op 3 maart 2008 door skillsbelgium uit de doeken gedaan tijdens een informatievergadering in de locatie Moulins de Beez te Namen.

en coincidencia con / in coincidence with:

LINEA IFEMA / IFEMA CALL CENTRE LLAMADAS DESDE ESPAÑA / CALLS FROM SPAIN INFOIFEMA 902 22 15 15 LLAMADAS INTERNACIONALES (34) 91 722 30 00 INTERNATIONAL CALLS

6-9 mayo/may 2008

Composici�n

FAX

(34) 91 722 57 88

IFEMA

Feria de Madrid 28042 Madrid España / Spain

[email protected]


a c t u ali t e / a c t u e e l

TECHNIPIERRE

La pierre naturelle plus que jamais à l’honneur Depuis sa première édition, en 1988, l’ambition du salon TechniPIERRE demeure de présenter l’ensemble des possibilités offertes par la pierre naturelle sous toutes ses formes et les potentialités techniques et architecturales. TechniPIERRE 2008 proposera aux visiteurs exclusivement professionnels le cycle complet de la pierre naturelle de l’extraction au produit fini en ce compris l’art funéraire. Plus que jamais TechniPIERRE constitue le centre européen de la pierre naturelle ! Principal salon dans son genre à être organisé dans le Benelux, TechniPERRE dépassera les résultats engrangés lors de sa 10ème édition.

”A cinq jours de cet authentique événement international, je dois vous avouer que tout semble extrêmement bien parti pour atteindre nos objectifs, expliquent Geoffrey Yerna et Jacques Dangez, respectivement Chef de Produit et Directeur Général de la Foire Internationale de Liège, qui organise TechniPIERRE. TechniPIERRE 2008 marque un net retour en force de la pierre naturelle, qu’elle soit de nos régions ou d’ailleurs.“

”Op vijf dagen verwijderd van dit authentiek internationaal evenement, moeten wij toegeven dat wij goed op weg zijn om onze doelstellingen te bereiken, verklaren Geoffrey Yerna en Jacques Dangez, respectievelijk Productverantwoordelijke en Algemeen Directeur van de Foire Internationale de Liège, die TechniPIERRE organiseert. TechniPIERRE 2008 toont een duidelijke terugkeer van de kracht van natuursteen, afkomstig uit zowel onze streken als elders.“

Le salon TechniPIERRE sera présenté autour de quatre axes principaux : la pierre et ses différentes variantes, la technologie (machines, petit outillage, fil diamanté… ), le funéraire et la logistique (manutention et engins de levage, télécommunications de chantiers, vêtements de travail… )

Het salon TechniPIERRE is opgebouwd rond vier hoofdthema’s : de steen en zijn verschillende varianten, de technologie (machines, klein gereedschap, diamantdraad,… ), de funeraire kunst en de logistiek (materiaalbehandeling en heftoestellen, telecommunicatie op de werf, werkkledij,… ).

Nous avons à cœur de compléter la déjà large gamme de produits et thèmes du salon. Pour ce faire, une nouvelle équipe commerciale a été mise en place avec pour objectif d’atteindre un taux de remplissage supérieur mais également d’offrir un accueil personnalisé et professionnel aux visiteurs et aux exposants.

Wij willen het reeds uitgebreide aanbod aan producten en thema’s van het salon nog verder aanvullen. Hiertoe werd een nieuw commercieel team samengesteld om een nog grotere bezettingsgraad te bereiken, maar tevens om een gepersonaliseerd en professioneel onthaal te bieden aan zowel bezoekers als exposanten.

”Il est un fait certain que la communication envers les visiteurs sera revue afin de cibler au maximum un public d’acheteurs et ce pour l’ensemble des thèmes développés lors du salon TechniPIERRE… Pour ce faire, nous devons mettre sur pied un salon complet d’une qualité supérieure, c’est sur ce point que nous travaillons sans relâche“

”Het is een vaststaand feit dat de communicatie naar de bezoekers toe zal worden herzien om zoveel mogelijk een publiek van kopers als doelgroep te bereiken en dit voor alle thema’s die aan bod komen tijdens TechniPIERRE. Om dit te verwezenlijken, moeten wij een volwaardig salon inrichten van ongeëvenaarde kwaliteit, en daaraan werken wij onophoudelijk.“

”Une grande nouveauté : “TechniPIERRE +”

”Iets totaal nieuws : “TechniPIERRE +”

”Il s’agit d’une plate-forme de 500 m² présentant les incroyables possibilités offertes par le mélange de matériaux : pierre naturelle, acier, verre, principalement, bois également.

”Het betreft een oppervlakte van 500 m² waar de ongelooflijke mogelijkheden van de samenvoeging van materialen worden voorgesteld : hoofdzakelijk natuursteen, staal, glas, maar ook hout.

Un espace surprenant qui devrait intéresser tous les professionnels (au premier rang desquels les architectes) et que nous montons en collaboration avec le groupe Arcelor-Mittal, le bureau d’architecture Dethier et le Ministère de la Région Wallonne. L’objectif étant de démontrer la possibilité de mariage des matériaux et de permettre ainsi l’ouverture d’un nouveau marché“.

Een verrassende ruimte die ongetwijfeld alle professionals zal boeien (in de eerste plaats de architecten) en die wij opzetten in samenwerking met de groep Arcelor-Mittal, het architectenbureau Dethier en het Ministerie van het Waalse Gewest. Het doel bestaat in het aantonen van de combinatiemogelijkheden van materialen en aldus de opening van een nieuwe markt mogelijk te maken“.

Le bureau d’architecture Dethier a travaillé sur un module en acier nommé HOSOMI sur lequel il est possible d’accrocher ou de faire glisser des plaques de pierres naturelles. Sur cela peut venir se greffer le verre et le bois. HOSOMI est un concept de construction modulaire.

Het architectenbureau Dethier werkte aan een stalen module genaamd HOSOMI waarop natuursteenplaten kunnen worden opgehangen of ingeschoven. Daaraan kan glas of hout worden toegevoegd. HOSOMI is een concept van modulaire opbouw.

Natuursteen staat meer dan ooit in de belangstelling ! Sinds zijn eerste editie in 1988 streeft het salon TechniPIERRE nog altijd hetzelfde na : alle mogelijkheden van natuursteen tonen in al zijn vormen en potentiële technische en architecturale uitvoeringen. TechniPIERRE 2008 stelt de uitsluitend professionele bezoekers de volledige cyclus van natuursteen voor, van de ontginning tot het eindproduct, met inbegrip van de funeraire kunst. Meer dan ooit vormt TechniPIERRE het Europees centrum van de natuursteen ! TechniPIERRE, hét salon van de natuursteen georganiseerd in de Benelux, zal ongetwijfeld de behaalde resultaten van haar 10e editie overschrijden.

12



horaires Du jeudi 10 > dimanche 13 avril, aux Halles des Foires de Liège tous les jours, de 10 à 18h organisation Foire Internationale de Liège Geoffrey Yerna, Product Manager 04/ 227 19 34 geoffrey.yerna@fil.be

Een hedendaags project op maat, snel opgebouwd, zonder onaangename verrassingen, op één lijn met de mens en diens levenswijze. Hosomi is ontstaan uit architecturale en urbanistische overwegingen.

Le bureau Dethier, suite à de nombreux projets primés ou remarqués par la critique, a voulu créer un ”matériau d'architecture“ pour répondre aux critères toujours présents dans ses propositions : une construction qui procure un maximum d'agréments pour un minimum d'énergie à la construction et à l'usage, une construction contemporaine qui s'inscrit dans une démarche urbanistique globale. Outre la nouvelle dimension que se donne le salon techniPIERRE, ce dernier veut avant tout dynamiser l’échange d’informations via de nombreuses conférences et débats avec notamment un colloque qui se tiendra le vendredi 11 avril sur la thématique du mariage des matériaux. A la clef, des exposés académiques, des ateliers de démonstration ou des réflexions urbanistiques.

Dethier wilde, naar aanleiding van talrijke projecten die werden bekroond of opgemerkt door critici, een "architecturaal materiaal" creëren om te beantwoorden aan de criteria die wij altijd terugvinden in haar voorstellen : een constructie die zoveel mogelijk voordelen biedt en zo weinig mogelijk energie vergt bij de constructie en het gebruik ervan, een hedendaagse constructie die past in het kader van een globale urbanistische aanpak. naast de nieuwe dimensie die techniPIERRE zichzelf toeëigent, beoogt dit salon vooral de stimulering van de uitwisseling van informatie via talrijke conferenties en debatten met in het bijzonder een colloquium dat plaatsvindt op vrijdag 11 april met als thema de combinatie van materialen. Met academische uiteenzettingen, demonstratieworkshops en urbanistische opvattingen in het vooruitzicht.

Mais techniPIERRE, c’est aussi la manutention, les engins de levage, les grues et l’ensemble des secteurs qui gravitent autour. Un espace extérieur sera notamment aménagé afin de présenter les dernières technologies de levage, un charroi de camions sera également présenté.

Maar techniPIERRE, dat is ook de materiaalbehandeling, heftoestellen, kranen en alle sectoren die daarvan afhankelijk zijn. Daartoe zal een buitenruimte worden ingericht waar de meest recente heftechnologieën en een vrachtwagenpark zullen worden gedemonstreerd.

Evénement on ne peut plus complet associant aussi bien la grande tradition de la pierre naturelle et son incontestable modernité, techniPIERRE 2008 jouera aussi ouvertement la carte de l’esthétique et du pratique au service de la pierre naturelle, en collaboration avec l’asbl Wallonie Design. Une édition événement, à n’en point douter.

techniPIERRE 2008 is een evenement dat niet alleen de grote traditie van natuursteen en haar ontegensprekelijke moderniteit optimaal samenvoegt, maar ook bovenal aandacht besteedt aan het esthetisch en praktisch aspect van natuursteen, in samenwerking met de vzw Wallonie Design. Zonder enige twijfel een uitzonderlijke editie.

organisatie Foire Internationale de Liège Geoffrey Yerna, Product Manager 04/ 227 19 34 geoffrey.yerna@fil.be

www.technipierre.be

XXXTJ[FDPNNVOJDBUJPODPN

Un projet contemporain sur-mesure, construit rapidement, sans mauvaise surprise, en phase avec l'homme et son mode de vie. Hosomi est issu d'une réflexion architecturale et urbanistique.

oPeningsuren Van donderdag 10 > zondag 13 april, in de Halles des Foires de Liège Alle dagen, van 10 tot 18u

AVcVijgZhZ[VdccZ#

AVE^ZggZ7aZjZYj=V^cVji[VhX^cZ#

CARRIERES DU HAINAUT

#4PJHOJFT°5nM

Une pierre si proche de vous 6OFQJFSSFTJQSPDIFEFWPVT X X X Q J F S S F C M F V F C F

Pierre&Marbre1.indd 1

14


03/03/08 15:51:06


ActuALIte / ActueeL

petra

Dans cette cité et pour des réalisations qui sont taillées à même la roche, surtout par dégagement direct de matière, les techniques employées sont très spécifiques : l’adaptation de l’art à la nature, la progression des chantiers de haut en bas, la taille de la pierre à 45° par rapport à la verticale…

le travail de la pierre à petra. technique et économie de la taille rupestre Depuis sa découverte en 1812 par Jean Louis Burckhardt, la cité troglodyte nabatéenne de Petra n’a cessé de susciter la curiosité et l’intérêt des chercheurs comme en témoigne l’importante bibliographie qui accompagne le dernier ouvrage de Jean-Claude Bessac. Si le sujet pouvait paraître épuisé, l’approche de cet auteur offre un regard différent et des réponses à de nombreuses questions en mettant sa longue expérience et le fruit de celle-ci au service de ces merveilles du monde.

de steenbewerking in petra. techniek en economie in de bewerking van rotsen Sinds haar ontdekking door Jean Louis Burckhardt in 1812 blijft de Nabatese troglodietenstad Petra menige onderzoekers boeien en nieuwsgierig maken, wat ook weerspiegeld wordt in de bibliografi e die het laatste werk van Jean-Claude Bessac vergezelt. Het onderwerp kan misschien wat afgezaagd lijken, toch krijgt men een andere kijk en antwoorden op talrijke vragen door de benadering van deze auteur die zijn lange ervaring en de vruchten daarvan ten dienste stelt van dit wereldwonder. En l’absence assez marquante de sources écrites, l’analyse des vestiges in situ par un expert des matériaux ne pouvait être qu’enrichissante. C’est donc les résultats de deux campagnes de prospection réalisées en 1999 et en 2004 en collaboration avec l’archéologue Laïla nehmé, auteur de la préface et du catalogue, qui ont offert la matière à l’étude de cet ouvrage. De la pierre au débitage et de sa taille à sa mise en œuvre, on suit, étape par étape, le parcours accompli par les matériaux pierreux. Ce sont les grès qui se taillent la part du lion, présents majoritairement à Petra dans une grande variété de teintes et de qualités. Quelques calcaires complètent le tableau, suivis de plusieurs pierres plus marginales. A partir d’analyses minutieuses, Bessac offre le relevé exhaustif des différentes tailles présentes sur le site, de leur adéquation aux matériaux ainsi que des outils qui ont été employés. C’est là que l’on ressent la profonde richesse de la confrontation minutieuse de l’observation et des acquis de l’expérience personnelle de celui qui a pratiqué la pierre naturelle durant des nombreuses années. Bessac retrace, à la lecture des pierres, les gestes des artisans qui ont fait Petra.

16


Vanwege de afwezigheid van schriftelijke bronnen was de analyse door een expert ter plekke zeer verrijkend. De resultaten van twee onderzoeken die in 1999 en 2004 werden gerealiseerd in samenwerking met de schrijfster van het voorwoord en de catalogus, archeologe Laila nehmé, dienden als studiemateriaal voor dit boek. Van de steen tot het verzagen en van het behouwen tot het plaatsen, we volgen stap voor stap het parcours dat de natuursteenmaterialen hebben afgelegd. Het overgrote deel werd gehouwen uit zandsteen, die in vele soorten kleurschakeringen en kwaliteiten in Petra is te vinden. Een paar kalkstenen vervolledigen de lijst, gevolgd door tal van andere meer marginale stenen. Aan de hand van nauwkeurige analyses, worden de verschillende op de site teruggevonden houwtechnieken, hun toepasbaarheid op de materialen, en de gebruikte werktuigen in kaart gebracht door Bessac. We voelen hier de diepe rijkdom in de confrontatie observatie en de enorme eigen ervaring van iemand die al jaren met natuursteen omgaat. Bessac traceert, bij het steen lezen, de bewegingen van de ambachtslui die Petra hebben opgetrokken.

La ”taille rupestre“ du sous-titre fait en effet allusion au fait de traiter un rocher en place, en y creusant le monument. Dans une seconde partie, c’est l’aspect économique qui est mis en avant. L’auteur pousse extrêmement loin l’analyse de l’organisation du chantier jusqu’à envisager la position des ouvriers, les implications pour les tailleurs de pierre ou l’estimation de temps de travail. Finalement, l’ouvrage se termine par un répertoire systématique des tombeaux, monuments et édifice étudiés, suivi d’un glossaire technique et d’un répertoire photographique. Ce livre peut être perçu comme un outil portant sur l’archéologie des techniques du travail de la pierre reprenant les principes essentiels de l’extraction, de la taille et de la mise en œuvre de la pierre. Ou comme le conclut Laïla nehmé ”une grille de lecture, à la fois technique et économique, qui est ainsi offerte aux archéologues, aux professionnels de la taille de la pierre et aux architectes“. Une étude consacrée à l’antique Hegra est en cours de préparation et viendra compléter le panorama de nos connaissances.

Heel specifiek zijn de gebruikte technieken in deze stad en voor de realisaties die in dezelfde rots gehouwen zijn : kunst aangepast aan de natuur, bouwwerven die van boven naar beneden vorderen, het houwwerk van de steen op 45° ten opzichte van de loodlijn... De ondertitel “taille rupestre” alludeert naar het bewerken van een bestaande rots door er het monument in uit te beitelen. In het tweede deel wordt het economische aspect behandeld. De auteur gaat zeer ver in het onderzoek van de organisatie van de werf, en bespreekt zelfs de positie van de arbeiders, de gevolgen voor de steenhouwers en schattingen van werktijden. Het boek sluit af met een lijst van de bestudeerde graven, monumenten en gebouwen, gevolgd door een technische woordenlijst en illustraties. Dit boek is een belangrijk werk over de archeologie van de technieken voor het werken met steen, en herneemt de belangrijkste principes van ontginning, bewerking en plaatsing. Of zoals Laïla nehmé besluit: “een economische en een technische invalshoek, voor archeologen, mensen uit de steensector en architecten”. Een studie gewijd aan het antieke Hegra is aan de gang en zal het panorama van onze kennis vervolledigen.

le travail de la Pierre a Petra de steenBeWerking in Petra Jean-Claude BESSAC Préface et catalogue des monuments cités par Laïla nEHME 360 pages largement illustrées en couleurs, en noir et blanc, et de dessins au trait. Editions Recherche sur les Civilisations, 2007 ISBn 978-2-86538-313-9

Voorwoord en catalogus van de monumenten geciteerd door Laïla nEHME 360 pagina’s met rijke illustraties, in kleur of zwart-wit en lijntekeningen. Uitgeverij : Editions Recherche sur les Civilisations, 2007 ISBn 978-2-86538-313-9

Diffusion : La Documentation française (www.ladocumentationfrancaise.fr)

Verspreiding : La Documentation française (www.ladocumentationfrancaise.fr)

Auteur incontournable pour la pierre naturelle, Jean-Claude Bessac a pratiqué le métier de tailleur de pierre de 1962 à 1984, principalement pour la restauration du patrimoine historique. Il a notamment œuvré à la restauration de l'église Saint-nicolas de Gand, par l'entreprise bien connue Vandekerckhove (c'est d'ailleurs à Gand qu'il a rencontré son épouse Béatrice). Il a ensuite décidé de mettre son expérience au service de la connaissance et a rejoint le CnRS en tant qu'ingénieur de recherche. Depuis lors, il multiplie les publications thématiques consacrées à la taille de la pierre et son outillage aussi bien sur le territoire français que dans le bassin méditerranéen ou au Proche-Orient, où il se livre aux pratiques devenues classiques de l'archéologie expérimentale. On citera entre autres publications : ”L’outillage traditionnel du tailleur de pierre de l’Antiquité à nos jours“, ”Les outils traditionnels du gros œuvre. Encyclopédie des Métiers, La maçonnerie et la taille de pierre“ ou ”La pierre en Gaule narbonnaise et les carrières du Bois des Lens (nîmes) : Histoire, archéologie, ethnographie et techniques“. Le présent ouvrage constitue son mémoire d'habilitation à diriger des recherches, soutenu en 2005 à l'université de Montpellier III.

Jean-Claude Bessac is een onmiskenbare auteur in de natuursteensector. Hij oefende het beroep van steenhouwer uit tussen 1962 en 1984 en werkte hoofdzakelijk voor het historisch erfgoed. Zo was hij betrokken bij de restauratie van de Sint-niklaaskerk te Gent, door de welbekende onderneming Vandekerckhove (het was overigens in Gent dat hij zijn echtgenote Béatrice leerde kennen). Daarna besloot hij zijn ervaring in dienst te stellen van de wetenschap en sloot zich aan bij het ”CnRS“ als onderzoeksingenieur. Sindsdien publiceerde hij vele thematische werken gewijd aan het steenhouwen en de werktuigen die ermee gepaard gaan, zowel in Frankrijk als in het Middellandse-Zeegebied en het nabije Oosten, waar hij zich toelegt op de klassiek geworden praktijken van experimentele archeologie. Onder zijn publicaties citeren we: “L’outillage traditionnel du tailleur de pierre de l’Antiquité à nos jours”, “Les outils traditionnels du gros œuvre. Encyclopédie des Métiers, La maçonnerie et la taille de pierre” of “La pierre en Gaule narbonnaise et les carrières du Bois des Lens (nîmes) : Histoire, archéologie, ethnographie et techniques”. Het huidige werk is zijn memorie van bekwaamheid in onderzoeksleiding, die hij in 2005 verdedigde in de universiteit van Montpellier III.


F U N E R A I R E / F U N E R A I R E S ECT O R

Ces cimetières délaissés, résultat d’un désintérêt pour des aires sorties de la gestion communale quotidienne – voire d’un oubli de la responsabilité des mêmes –, sont un des axes de la gestion des matières funéraires… Le constat est général : peu de communes ont pris en main leur sécurisation ou leur réaffectation, ou alors par des mesures souvent aberrantes ou excessives qui se soldent par leur dénaturation complète. Toujours est-il que la réalité de ces chancres sépulcraux constitue un danger latent qui se dévoile dans de retentissants échos médiatiques lorsqu’un fait divers y trouve place. La presse ne se prive jamais de livrer ce genre d’anecdote aux accents caricaturaux.

Xavier Deflorenne Coordinateur. Cellule de Gestion du Patrimoine funéraire MRW, DGATLP/ Wallonia Nostra Coördinator. Beheerscel van het Funerair Erfgoed DGATLP / Wallonia Nostra

Une observation sans équivoque : un site funéraire laissé sans entretien ni surveillance est un terrain de jeu exceptionnel. Le seul problème étant qu’il existe dans l’éventail ludique de certains individus des activités qui, si elles présentent sans doute une part non négligeable d’adrénaline et de risques réels, pêchent par leur absence de grandeur ou d’honneur. Où se situent les responsabilités dans le saccage d’un cimetière abandonné ? Les vandales passent souvent dans les mailles du filet parce qu’invisibles ou… mineurs.

Deze verwaarloosde begraafplaatsen zijn het gevolg van onverschilligheid ten overstaan van ruimten die niet meer onder het dagelijks gemeentelijk beheer vallen – of waarvoor de verantwoordelijkheid vergeten is. Ze vormen één van de aandachtspunten in het beheer van de funeraire materie. Overal wordt hetzelfde vastgesteld : ofwel houden de gemeenten zich niet bezig met hun beveiliging of herbestemming, ofwel doen ze dat dikwijls door het nemen van abnormale of buitensporige maatregelen, wat uitdraait op hun volledige onbruikbaarheid. Toch vormen deze kerkhofkankers een latent gevaar dat zich in de media onthult in opzienbarend nieuws als er een of andere gebeurtenis plaatsvindt. De pers laat dit soort verhalen met karikaturale accenten nooit liggen. Een waarneming zonder meer : een onbewaakte en niet onderhouden begraafplaats is een uitstekend speelterrein. Het enige probleem is dat sommige activiteiten uit de ludieke waaier van bepaalde individuen die weliswaar een niet te verwaarlozen hoeveelheid adrenaline en reële risico’s inhouden, zich bezondigen aan het gebrek aan stijl en eerbaarheid. Wie kan verantwoordelijk worden gesteld wanneer een verlaten begraafplaats wordt vernield ?

Les chancres funéraires

Brève analyse pratique d’une réalité contemporaine Combien de sites funéraires abandonnés, laissés sans plus aucun entretien communal, saupoudrent le paysage de Wallonie ? Aussi surprenant que cela puisse paraître, même certaines grandes villes sont frappées par la problématique. Faut-il, après avoir constaté combien les chancres industriels représentaient un handicap pour beaucoup de régions, tirer une identique sonnette d’alarme concernant des espaces que la conscience communautaire, outre dans le chef de quelques gamins, a oubliés ? Oui, sans doute. Voici qui justifie pleinement ces lignes, tout comme le fait qu’elles survolent la matière sans qu’aucune commune n’y soit nommément désignée.

Wantoestanden op begraafplaatsen Beknopte praktische analyse van een hedendaagse realiteit Xavier Deflorenne Coordinateur, Cellule du Patrimoine funéraire, Ministère de la Région wallonne, DGATLP/Wallonia Nostra Coördinator, Beheerscel van het Funerair Erfgoed, Ministerie van het Waalse Gewest, DGATLP/Wallonia Nostra

18


Talrijke verlaten begraafplaatsen worden door de gemeenten niet meer onderhouden en ontsieren zo het Waalse landschap. Vreemd genoeg worden sommige grootsteden met dezelfde problematiek geconfronteerd. Moeten we, na te hebben vastgesteld dat industriële zones een handicap zijn voor vele regio’s, ook niet aan de alarmbel trekken voor deze plaatsen die het communautaire geweten heeft vergeten ? Vast en zeker. Een goede reden dus om dit artikel te brengen met een overzicht van de feiten zonder dat er ook maar een gemeente met naam wordt vernoemd.

On pourra dire que la responsabilité incombe aux auteurs ou à leurs représentants légaux lorsqu’on les localise, pourtant, il semblerait que les faits ne soient pas aussi simples. Il faudra en prendre pour preuve cette situation marquante d’un accident survenu à des vandales lors de leur forfait : l’un s’est cassé le bras en chutant d’un monument qu’il malmenait. Est-il logique, dans ce cas, que l’état de non-entretien du lieu ait conduit la commune devant les tribunaux ? Il y aurait de quoi être étonné s’il ne s’agissait effectivement d’une de ces situations qui rendent flagrantes les lacunes de prévoyance et de sécurisation de ce type de lieux par leurs gestionnaires.

Vandalen glippen dikwijls door de mazen van het net omdat ze niet worden gevat, … of minderjarig zijn. Als ze al gelokaliseerd kunnen worden, zou men er van uit kunnen gaan dat de daders of hun wettelijke voogden aansprakelijk kunnen worden gesteld, maar dit blijkt niet zo simpel te zijn. Denken we maar aan de opmerkelijke zaak van het ongeval overkomen aan vandalen tijdens hun misdaad : een van hen brak zijn arm door een sprong van het monument dat hij aan het mishandelen was. Was het in dit geval logisch dat de gemeente voor de rechtbank werd gesleept omdat de plaats niet werd onderhouden ?

Peut-être, pour percevoir avec justesse l’ampleur de la situation, faut-il s’imaginer ce que sont devenus, par la force des choses, ces cimetières abandonnés : terrains accidentés aux fosses ouvertes, masquées par la végétation, et jonchés d’éléments contondants en métal, en verre ou d’autres détritus abandonnés par des inciviques ; des lieux sauvages, construits de promontoires branlants ou glissants, laissant apparaître des restes humains.

Men zou dat vreemd kunnen vinden, ware het niet dat deze situatie de leemten in de preventie en beveiliging van dit soort plaatsen inderdaad op een flagrante manier blootlegt. Om de omvang van het probleem juist in te schatten, moeten we ons misschien inbeelden wat er van deze verlaten begraafplaatsen door de gang van zaken is geworden : avontuurlijke terreinen met open kuilen verborgen onder de vegetatie, bezaaid met stompe voorwerpen in metaal en glas, of ander zwerfvuil van onverantwoordelijke figuren ; verwilderde plaatsen met wankele en gladde voorgebergten, waarin menselijke resten zijn terug te vinden.

En d’autres mots : des lieux communaux dont la dangerosité et l’insalubrité s’accroissent au fur et à mesure que la nature reprend ses droits sur un espace laissé sans entretien.

Met andere woorden ; gemeentelijke oorden die almaar gevaarlijker en ongezonder worden naarmate de natuur zijn gang gaat op een gebied dat niet wordt onderhouden.


Heureusement, depuis 1998, la législation s’est assouplie et permet aux gestionnaires de désaffecter de facto un cimetière dans lequel plus aucune inhumation n’a eu lieu depuis au moins dix ans. Alors, que faire de ces cimetières laissés à l’abandon ? Quels types de réaffectation peut-on envisager ? Si un ancien cimetière pose de réels problèmes quant aux possibilités de réaffectation qui peuvent y prendre place, certaines communes, ponctuellement, ont développé des solutions brillantes. Mais il n’est pas si loin le temps où l’on envisageait la désaffectation d’un cimetière comme destruction tant du patrimoine en place que de l’aire sépulcrale elle-même. L’installation de parkings est commune – même si on ne justifiera jamais de manière crédible, dans le contexte de désaffectation du culte que vit notre époque, cette manie qu’ont certains décisionnaires locaux de vouloir ceindre les églises de parkings là où se trouvait encore le cimetière ancien. Recherche de facilité sans conscience ? Manque de ”jugeote“ ?

Plusieurs cas de figure sont rencontrés dans les dossiers qu’a à traiter la Cellule de Gestion du Patrimoine funéraire. Deux types de situation peuvent être distingués d’emblée. D’une part, les anciens cimetières paroissiaux, entourant l’édifice du culte. D’autre part, certains sites communaux, créés au XIXe siècle, connaissent également cette situation de ruine avancée. Mais est-ce par l’effet d’une curieuse méprise que les anciens cimetières paroissiaux, autour du lieu de culte, dans lesquels les inhumations n’ont plus lieu depuis des années, sont les plus nombreux à connaître ce désintérêt communal ?

In de door de ”Beheerscel van het Funerair Erfgoed“ te behandelen dossiers komen zulke gevallen veel voor. Die geven meteen twee soorten situaties aan. Enerzijds de oude parochiale begraafplaatsen die het kerkgebouw omsluiten, en anderzijds sommige gemeentelijke sites uit de 19de eeuw die een gelijkaardige vergevorderde staat van verval vertonen. Is één of andere vreemde vergissing de oorzaak van het feit dat de oude parochiale kerkhoven rond de kerk, waar sinds jaren niemand meer wordt begraven, het meest getroffen zijn door de gemeentelijke onverschilligheid ?

La justification rencontrée, émanant tant de pouvoirs communaux que de certaines fabriques d’église, est double : “les terrains de ces cimetières abandonnés appartiennent aux fabriques d’église et sont donc hors de la gestion communale”. Cet argument n’est vrai que pour une part.

De uitleg van zowel de gemeentelijke besturen, als van sommige kerkfabrieken, is dubbelzinnig : ”de terreinen van deze verlaten begraafplaatsen behoren tot de kerkfabriek en vallen dus buiten het gemeentelijk beheer“, een argument dat slechts gedeeltelijk klopt.

Deux notions doivent être distinguées : la propriété du terrain et les devoirs de gestion monumentale. Si la législation relative à la propriété des sols sépulcraux, en ce qui concerne les anciens sites funéraires ceignant des lieux de culte, n’est pas précise dans ce cas, c’est essentiellement parce que la question est obsolète : depuis 1804, les droits et devoirs de gestion des espaces funéraires ont tous été intégralement transférés aux autorités communales. Ce principe, définitivement tranché dès 1880 en Belgique, conduit à une situation particulière : même les anciens cimetières paroissiaux sont soumis à l’autorité communale qui est la seule à pouvoir y exercer les devoirs de gestion.

twee zaken moeten hierin namelijk uit elkaar worden gehouden : de eigendom van het terrein en de verplichtingen betreffende het monumentale beheer. Als de wetgeving betreffende de eigendom van begraafplaatsen, meer bepaald de oude funeraire sites rond het kerkgebouw, in dit geval niet duidelijk is, dan is dat hoofdzakelijk omdat de kwestie op zich verouderd is : sinds 1804 zijn de rechten en plichten betreffende de funeraire ruimten integraal overgedragen aan het gemeentelijk bestuur. Dit principe werd in België in 1880 definitief beslist en leidt tot een bijzondere situatie : zelfs de oude parochiale kerkhoven vallen onder het gemeentelijk gezag, en deze is de enige die er werken mag uitvoeren.

La question de la propriété des sols sépulcraux n’interfère donc pas avec l’autorité d’usage et de service public des sépultures. Autrement dit, la non-propriété du terrain d’un cimetière paroissial abandonné ne décharge en rien la responsabilité communale dans son devenir : les fabriques ne disposent d’aucun pouvoir légal quant à l’avenir des structures en place. Mieux : en cas d’abandon des monuments par les ayant droits, ces éléments appartiennent à la commune, tout comme dans les sites du XIXe siècle.

Een ander probleem treft beide soorten sites : een aantal werd nooit wettelijk buiten dienst gesteld. Het bezoek op deze plaatsen is geleidelijk aan afgenomen ; eerst werd het kerkhof niet meer onderhouden en daarna werd het helemaal niet meer beheerd door de gemeente.

En effet, la loi précise qu’un cimetière qui n’a pas été désaffecté conserve sa destination sépulcrale, et même si plus aucune inhumation ou mode cinéraire ne peut y être pratiquée, aucune réaffectation de l’espace ne peut être envisagée. Voici bien comment cadenasser, par imbroglio juridique, des gestionnaires locaux dans une situation sans issue, et les sites en pâtissent.

Het hoeft niet gezegd dat deze situaties onaanvaardbaar zijn en getuigen van een gebrek aan kennis van de wettelijke verplichtingen bij de beheerders. De wetgeving bepaalt inderdaad dat een niet buiten dienst gestelde begraafplaats haar bestemming van begraafplaats behoudt en dat er bijgevolg, zelfs indien er geen enkele teraardebestelling of uitstrooiing meer wordt uitgevoerd, geen herbestemming kan worden overwogen.


Un souhait communal rencontré à de multiples reprises est plus inquiétant ; il visait à réaffecter d’anciennes aires sépulcrales en lotissements. Il ne peut être pris au sérieux sans attirer l’attention des gestionnaires communaux sur la nature des sols visés et tout entrepreneur, réfléchissant à l’ensemble des conséquences directes et indirectes du travail d’une pelleteuse dans un tel terrain, ne pourrait que “sourire jaune”. Le sous-sol de ces sites est pour le moins –le mot peut déranger– ”pollué“ (ossements, matières organiques dans des états de décomposition ou de momification variables, métaux constituant l’enveloppe interne des cercueils et leurs décorations, etc.).

Wat moet er nu gebeuren met deze verwaarloosde begraafplaatsen ? Welk type herbestemming kan er worden gegeven ? Als een oud kerkhof echt problemen stelt wat betreft de mogelijkheden tot reaffectatie, dan bedenken sommige gemeenten regelmatig wel eens briljante oplossingen. Maar nog niet zo lang geleden betekende het herbestemmen van een begraafplaats de vernieling van het bestaande erfgoed net als van de begraafplaats zelf. De aanleg van parkeerplaatsen op het terrein waar het oude kerkhof zich bevond, is courant, zelfs als deze manie van de plaatselijke instanties op geen enkele geloofwaardige manier kan worden verantwoord. Gemakzucht ten koste van verantwoordelijkheidsgevoel ? Gebrek aan gezond verstand ? We mogen vrezen van wel. Sommige initiatieven beschadigen het patrimonium al evenzeer, maar hebben wel een groter sociaal karakter. Het typische kerkhof van de 19de eeuw is gelegen op een tamelijk groot en rechthoekig afgesloten terrein en wordt soms helemaal ontdaan van zijn monumenten om er een of ander sportplein op aan te leggen (basket- en tennisveld, enz...). Sinds de gewesten deze plaatsen beheren, worden dit soort maatregelen echter makkelijker vermeden of gekanaliseerd. Zorgwekkender is de herhaaldelijk aan bod gekomen gemeentelijke wens om oude begraafplaatsen te herbestemmen en te verkavelen. Dit kan niet ernstig worden genomen, zonder de gemeentelijke beheerders te wijzen op de aard van zulke gronden, en elke aannemer die de directe en indirecte gevolgen onderkent van het werken met een graafmachine op dergelijk terrein, zou “groen lachen” bij zulke opdracht. De ondergrond van deze plekken mag op zijn minst ”vervuild“ worden genoemd (beenderen, organisch materiaal in wisselende staat van ontbinding of mummificatie, metalen aan de binnenkant van de kisten en hun decoraties, enz...)

De vraag over de eigendom van deze gronden interfereert dus niet met het gezag over het gebruik en het onderhoud van de begraafplaatsen. Anders gezegd, het feit dat een verlaten parochiaal kerkhof geen ”eigendom“ is, ontheft de gemeenten niet van hun verantwoordelijkheid : de fabrieken hebben geen enkele wettelijke macht over de toekomst van de aangelegde structuren. Beter nog ; monumenten die door hun rechthebbenden zijn verlaten, worden eigendom van de gemeente, zoals ook de sites uit de 19de eeuw.

Un autre problème touche les deux types de sites : certains ne furent jamais légalement désaffectés. Leur fréquentation s’est progressivement tarie ; dans un premier temps, l’entretien communal a disparu, puis l’ensemble cimetière n’a plus reçu aucune gestion communale. Il va sans dire que de telles situations sont inacceptables et témoignent d’un manque de connaissance des obligations légales par les gestionnaires.

20

On peut le craindre. Parfois, les initiatives, bien que tout aussi dommageables patrimonialement, se chargèrent d’une dimension plus sociale. Il faut dire que le cimetière du XIXe siècle, de plus grande surface et présentant une aire rectangulaire clôturée, le permet aisément : après évacuation complète des monuments, certains furent transformés en équipements sportifs (terrain de basket, court de tennis, etc.). On ne peut qu’être rassuré, depuis que la gestion de tutelle de ces lieux est régionale, de savoir que des mesures aussi brutales seront désormais plus facilement évitées ou canalisées.

Dus genoeg juridische verwikkelingen om plaatselijke beheerders in te sluiten in een uitzichtloze situatie, en dat is niet goed voor de sites zelf. Gelukkig werd de wetgeving sinds 1998 versoepeld en kunnen de beheerders een begraafplaats, waar minstens 10 jaar geen begrafenis meer op plaats heeft gehad, ‘de facto’ buiten dienst stellen.


Au sujet de l’appel à projets pour l’embellissement et la mise en conformité des cimetières.

Face à cet héritage issu des attitudes gestionnaires de ces quarante dernières années, les pouvoirs communaux actuels se doivent d’agir avec pertinence. Il convient de développer une politique cohérente, autant attentive aux nécessités communales, aux besoins de la population qu’aux obligations patrimoniales. Deux axes de réflexions sont d’ores et déjà appliqués en Wallonie.

Opgescheept met de erfenis van de gevolgen van de beheersgewoonten gedurende de laatste veertig jaren, is het nu aan de gemeentelijke overheid om kordaat op te treden. Er moet een samenhangende politiek worden ontwikkeld, die aandacht heeft voor zowel de gemeentelijke behoeften, als de noden van de bevolking en de patrimoniale verplichtingen. Twee principes worden in Wallonië nu al toegepast.

Le premier consiste, dans un cimetière abandonné mais non désaffecté, à réinstaurer l’usage funéraire par la réaffectation vers la pratique cinéraire : pelouse de dispersion, columbariums intégrés, zone d’inhumation des urnes. La seconde option est d’installer, dans les sites laissés à l’état d’abandon après désaffectation, un espace public (parc).

Het eerste bestaat erin op een verlaten en niet buiten dienst gestelde begraafplaats, het funeraire gebruik weer op te starten en te heroriënteren naar crematie praktijken : strooiweiden, columbaria, zone voor urnenbegraving. De tweede optie is van verlaten sites, na het buiten dienst stellen, een openbare ruimte (park) te maken.

Ces deux options présentent plusieurs avantages. Le premier est de ne pas nécessiter de “dépollution” du sous-sol, l’ensemble des travaux étant concentré sur un aménagement de surface. Les travaux sont paysagers et touchent essentiellement le déplacement et la conservation du patrimoine, l’aménagement des pelouses et des plantations, l’installation de mobilier communal (bancs, etc.).

Deze twee opties hebben veel voordelen. Ten eerste moet de ondergrond niet worden “gesaneerd” omdat alle noodzakelijke werken zich op de oppervlakte afspelen. De werken zijn landschappelijk en gaan over het verplaatsen en bewaren van het patrimonium, aanleg van grasperken en beplanting, plaatsen van gemeentelijk meubilair (banken, enz...)

De twee ideeën impliceren uiteindelijk een herstel van de natuurlijke controle. Het spreekt voor zich, zoals een onvermijdelijke politieke vanzelfsprekendheid, dat elk project gepaard moet gaan met duidelijke informatie naar de bevolking toe. Dat is een van de tegenkantingen waarop men stuit van zodra men ambtenaren tracht te overtuigen een ruimte weer in bezit te nemen. In feite past deze tegenkanting niet in een democratische dialoog.

On l’aura compris, réaffecter, aménager et rouvrir ces cimetières abandonnés à la population de chaque commune –en respect de son histoire spécifique et avec la volonté de composer un cadre de qualité– apparaît comme une attitude responsable. Elle est aussi le seul moyen de prendre à bras-le-corps les problèmes que constitue la possession d’un site funéraire laissé à l’état d’abandon. Est-il nécessaire d’ajouter que toute action communale pour l’aménagement d’un ancien cimetière est prise comme une marque d’intérêt par les électeurs ? Peut-être. Certains pensent les enjeux dérisoires ?

Men zal het begrepen hebben dat de reaffectatie, heraanleg en heropening van de verlaten begraafplaatsen, met respect voor de specifieke geschiedenis van elke plek, en met de wil om een kwaliteitsvol kader te scheppen, de meest verantwoordelijke houding is. Het is tevens de enige manier om de problemen te lijf te gaan die specifiek zijn voor een verwaarloosde funeraire site. Moet daarbij nog worden vermeld dat de gemeentelijke acties rond de heraanleg van een oud kerkhof, ook bij de kiezers goed aanslaan ? Misschien wel.

Ceux-là oublient que les conséquences liées au non entretien communal et à la fréquentation incivique de ces lieux sont toujours quelque peu “désagréables”, tant en termes juridiques que médiatiques…

22


Degene die de inzet belachelijk vinden, vergeten wel dat de gevolgen van het gebrek aan gemeentelijk onderhoud en ongewenst bezoek op deze plekken, altijd onaangenaam zijn, zowel juridisch als in de media...

Cette réunion d’information qui s’est tenue en présence d’environ 200 représentants communaux, a permis, outre d’établir un calendrier d’expertise des projets avant leur remise, de dresser un portrait plus clair des attentes régionales. En effet, les projets retenus devront être de qualité, s’intégrer heureusement dans les sites funéraires, montrer une recherche économique et présenter une implication communale dans la matière. La remise des projets est fixée au 30 avril 2008

Op deze vergadering, die werd bijgewoond door ongeveer 200 gemeentelijke vertegenwoordigers, werd een expertisekalender opgesteld van de projecten en werden de gewestelijke verwachtingen verduidelijkt. De keuze zal vallen op projecten die kwaliteitsvol zijn, zich goed in de funeraire sites integreren, financieel zijn onderzocht en een gemeentelijke betrokkenheid in de materie vertonen. De datum van inlevering van de projecten is vastgesteld op 30 april 2008.

11e EDITION / 11e EDITIE

LE SALON DE LA PIERRE NATURELLE DU BENELUX Het Salon van Natuursteen van de Benelux

10 > 13 avril april 08

De andere voordelen komen neer op een essentieel urbanistisch grondbeginsel : in elke optie krijgt de sepulcrale ruimte een nieuwe functie en betekenis, zowel voor de beheerders als voor de gebruikers.

Ces deux notions impliquent, en fin de compte, le rétablissement d’une surveillance naturelle. Il va de soi, comme une incontournable évidence politique, que chaque projet doit s’accompagner d’une information claire vers la population. C’est là une des contraintes que l’on rencontre dès qu’on désire amener les administrés à se réapproprier un espace. Au final, cette contrainte n’en est pas une dans le dialogue démocratique.

Op 14 februari werd gedurende het ”Salon des mandataires“ (Wex, Marche-en-Famenne), een informatiesessie georganiseerd door minister Philippe Courard (zie ”Een oproep tot intelligentie“, Steen & Marmer, december 2007/4).

2008

Oude grafkelders kunnen worden gedempt en indien bij de werken toevallig gebeente aan de oppervlakte komt, kan die worden bewaard in een voor de bevolking duidelijk herkenbaar ondergronds knekelhuis (ingericht in een oude grafkelder bij voorbeeld).

180 ENTREPRISES EXPOSANTES DONT 100 ÉTRANGÈRES 180 EXPOSERENDE BEDRIJVEN WAARVAN 100 UIT HET BUITENLAND 10 PAYS REPRÉSENTÉS / 15 000 M2 D’EXPOSITION 10 VERTEGENWOORDIGDE LANDEN / 15 000 M2 TENTOONSTELLINGSRUIMTE 10 000 VISITEURS PROFESSIONNELS 10 000 PROFESSIONELE BEZOEKERS

❑ Je souhaite recevoir des informations pour exposer | Ik wens informatie te ontvangen over deelname aan het salon. 3852

Les autres avantages se résument tous en une notion urbanistique essentielle : dans chacune de ces options, l’aire sépulcrale retrouve une fonction et un sens, tant pour les décisionnaires que pour les utilisateurs.

Ce jeudi 14 février s’est tenue, au Salon des mandataires (Wex, Marche-en-Famenne), la conférence d’information qu’organisait le ministre Philippe Courard dans le cadre de son appel à projets pour l’embellissement et la mise en conformité des cimetières (voir ”Un appel à l’intelligence“, Pierre & Marbre, Décembre 2007/4).

TechniPIERRE PIERRE

Simon

Les anciens caveaux peuvent être comblés, et si, d’aventure, d’éventuels ossements faisaient surface lors des travaux, ils peuvent être rassemblés dans un ossuaire souterrain clairement identifié aux yeux de la population (aménagé, par exemple, dans un ancien caveau).

Toelichting bij de oproep tot het indienen van projecten voor de verfraaiing en het in overeenstemming brengen van kerkhoven.

❑ Je souhaite recevoir .….. invitations pour visiter le salon TechniPIERRE 2008 | Ik wens ...... uitnodigingen te ontvangen voor het salon TechniPIERRE 2008 Nom ou raison sociale | Naam of handelsnaam .................................................................. Pers. contact. | Contactpersoon ............................................................ Adresse | Adres ...................................................................................................................................................................................................................................... CP | Postcode …………………….. Ville | Stad ......................................... ………………….................……………….. Pays | Land ...................................................................... Téléphone | Tel…………………………...........… ............................................................................................................ E-mail .....................................................................

Renvoyez-nous ce document par fax au +32 (0) 4 227 18 95 ou contactez-nous par mail à [email protected] Bezorg ons deze strook terug per fax op nummer +32 (0) 4 227 18 95 of per mail naar [email protected]


ActuALIte / ActueeL

batibouw un salon durable

Du 28 février au 9 mars a eu lieu au palais du Heysel la 49ème édition de BATIBOUW, le plus important salon du secteur de la construction et de la rénovation en Belgique.

een duurZame beurs Van 28 februari tot 9 maart 2008 heeft in de Heizelpaleizen te Brussel de 49ste editie plaatsgehad van BATIBOUW, de belangrijkste beurs in de bouwrenovatie- en inrichtingssector in België.

Le thème choisi cette année était la construction durable, thématique évoquée d’un point de vue économique, environnemental et social. La pierre wallonne s’inscrivait parfaitement dans le contexte de durabilité comme en témoigne notre important patrimoine bâti et les efforts récents entrepris dans ce domaine par les carrières. Plusieurs séminaires et conférences ont été organisés à l’intention tant des professionnels que du grand public en matière de ”construction/rénovation durables“. En marge du salon et pour la première fois cette année, deux événements ont été proposés aux professionnels. Le premier, le salon Built-It consacré aux logiciels et au matériel informatique utilisé dans les métiers de la construction et le second, Jobhappening destiné à inciter les jeunes à choisir un métier dans ce secteur en pénurie de main d’œuvre qualifiée. Quelque 1000 exposants étaient présents et ainsi que plusieurs centaines de milliers de visiteurs, confirmant ainsi la bonne santé de l’événement.

La pierre naturelle a comme toujours réussi à faire sa place. Outre Pierres et Marbres de Wallonie, qui exposait son stand de prestige maintenant bien connu, on retrouvait dans le palais 6 la pierre bleue de Belgique sur les stands des carrières du Hainaut et de la Pierre Bleue Belge ainsi que le grès schisteux de la Warche et le schiste de Vielsalm par la société nelles Frères. Le public a manifesté un grand intérêt pour nos matériaux locaux avec de nombreuses demandes concernant des projets concrets tant en construction qu’en rénovation. L’aménagement des jardins semble continuer sa progression et l’intérêt pour la diversité de nos matériaux dans ceux-ci ne s’est pas démenti. Ce salon continue, à l’aube de ces cinquante ans, de tenir ses promesses et témoigne toujours de sa réussite par l’importance de ses visiteurs et des contacts rendus possibles pour les exposants de qualité.

Dit jaar was het centraal thema “Duurzaam bouwen”, een thematiek bekeken vanuit een economisch, sociaal en milieubewust standpunt. De Waalse steen past perfect in het thema van duurzaamheid, dat blijkt uit ons bouwerfgoed en de inspanningen die de groeven onlangs op dat vlak hebben gedaan. Er werden diverse conferenties en lezingen gehouden over “duurzaam bouwen/renoveren” zowel voor vaklui als voor het grote publiek. Gedurende de beurs werden twee nieuwigheden, voor de eerste maal dit jaar, aan de vaklui voorgesteld. De eerste, de beurs Built-It gewijd aan soft- en hardware die in de bouwsector gebruikt worden bij de uitoefening van het werk en de tweede, de Jobhappening die jongeren wil aanzetten om een beroep te kiezen in deze sector met een tekort aan geschikte arbeidskrachten. De 1000 aanwezige exposanten en vele tienduizende bezoekers bevestigden dat dit bouw-event in goeden doen is.

De natuursteen heeft, zoals altijd, zijn plaats op de beurs weten te behouden. naast de welbekende prestigestand van de vzw Pierres et Marbres de Wallonie, kon men in paleis 6 Belgische blauwe hardsteen aantreffen op de standen van Carrières du Hainaut en Pierre Bleue Belge, evenals schisteuze zandsteen van de Warche en schiststeen van Vielsalm op de stand van de nV nelles Frères.

LA PIERRE BLEUE BELGE

authentique durable surprenante

Het publiek toonde veel belangstelling voor onze lokale materialen met talrijke aanvragen betrekking hebbend op concrete bouwen renovatieprojecten. De aanleg van tuinen blijkt nog steeds in de lift te zitten en de interesse voor de diversiteit van onze materialen is in deze niet afgezwakt. Aan de vooravond van haar vijftigjarig bestaan, blijft deze beurs de verwachtingen beant-woorden en haar invloed bewijzen door haar belangrijk bezoekersgetal en de contacten die vooraanstaande exposanten er kunnen leggen.

L’extraction de la roche ornementale demande un savoir-faire qui ne s’improvise pas. Conjuguant respect de la tradition et audace technologique, les Carrières de la Pierre Bleue Belge extraient, scient et façonnent la pierre bleue de Belgique sur leurs deux sites d’exploitation renommés, les Carrières Gauthier & Wincqz fondées en 1668 et la Carrière du Clypot fondée en 1898.

1, CHEMIN DES CARRIÈRES - B-7063 SOIGNIES +32(0)67346800 - [email protected]

Les Carrières de la Pierre Bleue Belge S.A., votre partenaire.

www.pierrebleuebelge.be

n.C. ann 190x134 FR.indd 1

24


3/11/08 11:40:38 AM


a c t u ali t e / a c t u e e l

Deuxième Journée Chantiers Ouverts Tweede Open Wervendag Le 27 avril 2008, pour la seconde fois, près de quatre-vingts chantiers ouvrent leurs portes dans toutes les provinces du royaume. Fier du succès de la dernière édition qui avait attiré près de 25 000 visiteurs, la Confédération de la Construction renouvelle cette expérience. Organisée afin de promouvoir l’image de la construction et des entreprises grandes ou petites de notre pays, cette journée ”Portes ouvertes“ s’annonce déjà comme une réussite. En effet, les différents secteurs de la construction se dévoilent au grand public ainsi qu’aux professionnels. Tous types de projets seront visitables, qu’il s’agisse de construction résidentielle et industrielle, de

rénovation et restauration, de construction durable grâce à l'application de techniques de pointe voire même artisanales, d'immeubles de bureaux, la rénovation d’une maternité et d’hôpitaux, la réalisation de stations d'épuration, de collecteurs, d’un parc à éoliennes off-shore, d’une centrale biomasse, de musées, de travaux d'infrastructure et de peinture industrielle, la reconversion d'un site industriel en un domaine résidentiel de standing, l’ouverture d’ateliers de menuiserie spécialisée… Cette journée a bien entendu un autre but car elle entend encourager également les jeunes à s'orienter davantage vers le secteur et susciter ainsi des vocations pour ceux qui seraient à la recherche d’une carrière enrichissante dans un secteur porteur.

Pour toutes les informations pratiques et liste des chantiers ouverts : www.journeechantiersouverts.be

Op 27 april 2008 heeft de tweede Open Wervendag plaats. Dan zullen bijna tachtig bouwbedrijven hun deuren openstellen in alle provincies van het land. Trots op het succes van vorige editie die 25.000 bezoekers op de been bracht, wil de Confederatie Bouw dit experiment herhalen. De bedoeling van deze Open Wervendag is het imago van de bouw en grote of kleine bouwondernemingen van het land op te krikken en hij belooft buitengewoon goed te zullen worden. De hele bouwsector opent immers zijn deuren voor het grote publiek en voor vaklui. Alle soorten projecten zullen vertegenwoordigd zijn, projecten uit de woningen industriebouw, renovatie- en restauratie, projecten waar

er duurzaam wordt gebouwd dank zij het toepassen van geavanceerde of ambachtelijke technieken, kantoorbouw, het renoveren van een kraamkliniek en ziekenhuizen, de aanleg van waterzuiveringstations, collectoren, een offshore windmolenpark, een biomassacentrale, musea, infrastructuurwerken en industrieel schilderwerk, een industriële site die tot een luxueus woonproject wordt omgebouwd, werkhuizen van gespecialiseerde schrijnwerkers, enzovoort. Met deze Open Wervendag, heeft de Confederatie natuurlijk nog een ander doel voor ogen, want ze wil jongeren aanmoedigen om meer voor bouwberoepen te kiezen en de interesse opwekken van jonge mensen die een mooie carrière zoeken in een sector met toekomstperspectieven.

Voor praktische informatie en de lijst van deelnemende bedrijven : www.openwervendag.be

Colloque de glyptographie

Colloquium over glyptografie

Le Centre international de recherches glyptographiques organise depuis longtemps, tous les deux ans, un colloque consacré aux recherches sur les marques lapidaires de toutes sortes, jusqu'aux graffiti. Le seizième du nom aura lieu pour la première fois en terre germanique, à Münsterschwabach, en Basse Franconie, à mi-distance entre Würzburg et Bamberg.

Het internationaal centrum voor glyptografisch onderzoek organiseert al sinds lang een tweejaarlijks colloquium gewijd aan het onderzoek over gehouwen opschriften, tot graffiti toe. Deze zestiende editie heeft voor de eerste maal plaats op Duitse bodem, te Münsterschwabach, in Neder-Franken tussen Würzburg en Bamberg.

Cette superbe région, de vieille tradition viticole, est très riche en monuments de toutes époques. On y trouve en particulier d'innombrables témoignages de la taille des grès (les grès franconiens présentant une belle variété de couleurs, du beige au rose), sous forme de croix, de calvaires et d'autres petits patrimoines populaires dispersés le long des chemins. Des excursions et visites guidées seront organisées entre les conférences.

Deze prachtige streek kent een oude wijntraditie en is rijk aan monumenten uit alle tijdperken. We vinden er vooral talloze zandstenen gedenktekens (Frankische zandsteen heeft een mooie variëteit aan kleuren, van beige tot roze) in de vorm van kruisen, kruiswegen, en ander folkloristisch erfgoed, verspreid langs de wegen. Tijdens de conferenties worden er uitstappen en geleide bezoeken georganiseerd.

Le Colloque aura lieu du 8 au 11 juillet 2008 à côté de la grande abbaye de Münster Schwabach. Toutes les précisions requises pour l'inscription seront bientôt disponibles sur internet et figureront dans le prochain numéro de notre revue ”Pierre & Marbre“.

Het colloquium heeft plaats tussen 8 en 11 juli 2008 naast de grote abdij van Munster Schwabach. Alle nodige informatie voor de inschrijving zal binnenkort op het internet beschikbaar zijn, en zal ook in het volgende nummer van Steen en Marmer verschijnen.

Er zijn gewone bouwverzekeringen,

...en er zijn die van Federale Verzekering

Il y a des assurances construction ordinaires,

...et il y a celles de Fédérale Assurance

www.federale.be

http ://users.skynet.be/sky98372

L’ a s s u r e u r q u i p a r t a g e t o u t a v e c v o u s , m ê m e s e s b é n é f i c e s De verzekeraar die alles met u deelt, zelfs zijn winst casque 210 x 148.5.indd 1

26


5/2/07 1:20:19 PM


BIBLIOtHeQue / BIBLIOtHeeK decorative stone. the coMPlete sourceBook. Monica T. Price

construire des FaÇades

Editions thames & Hudson, London, 2007 288 pages très illustrées en couleurs ISBn 978-0-500-51341-5

Herzog Thomas, Krippner Roland & Lang Werner Editions des Presses polytechniques et universitaires romandes, Lausanne, 2007 321 pages très richement illustrées ISBn 978-2-88074-0

Les Presses romandes (www.ppur.org) publient la traduction d'un ouvrage allemand et anglais paru en 2004 sous l'égide des éditions Detail, la célèbre revue allemande d'architecture. Ce livre a été élaboré dans le cadre de la Faculté d'architecture de l'Université technique de Munich, sous la conduite du grand architecte th. Herzog. Après une brève introduction historique sur le mur et ses ouvertures à travers l'architecture mondiale, une première partie synthétise la problématique de la façade sous tous ses aspects (structure, modularité, physique du bâtiment, etc.). Ensuite, la deuxième partie, de beaucoup la plus développée, recense les différents matériaux constitutifs des façades (brique, béton, bois, métal, verre, plastique), en commençant par celui qui fut historiquement le plus important, la pierre. En une vingtaine de pages sont précisés les aspects géologiques et techniques, et montrés de nombreux exemples de réalisations, surtout en parements minces agrafés, mais pas seulement - notons une originale paroi de moellons à sec derrière une façade de verre, dans une église scandinave (Mortensrud à Oslo, des architectes Jensen & Skodvin, 2002), qui permet une intéressante modulation de la lumière. Bref, un ouvrage d'une grande précision, source certaine d'inspiration pour nos auteurs de projets, et riche de détails techniques pour l'exécution.

Editions des Presses polytechniques et universitaires romandes, Lausanne, 2007 321 pagina’s met zeer mooie illustraties ISBn 978-2-88074-0

Bij de uitgeverij Les Presses romandes (www.ppur.org) verscheen de vertaling van een Duits- en Engelstalig werk dat in 2004 werd gepubliceerd onder de hoede van Editions Detail, het befaamd Duitstalige architectuurtijdschrift. Dat boek werd geschreven binnen de Architectuurfaculteit van de technische Universiteit van Munich onder leiding van de grote architect th. Herzog. na een beknopte historische inleiding over de muur en zijn openingen doorheen de wereldarchitectuur, is er een eerste gedeelte waarin alle aspecten van de gevelproblematiek aan bod komen (structuur, modulair aspect, bouwfysiek, enz.). In het tweede - meest gestoffeerde- gedeelte wordt een overzicht gegeven van de verschillende samenstellende gevelmaterialen (steen, beton, hout, metaal, glad, plastiek), te beginnen met het materiaal dat op historisch vlak het meest betekend heeft, de steen. Een twintigtal pagina’s zijn gewijd aan de beschrijving van alle geologische en technische aspecten en talrijke voorbeelden van realisaties, vooral van vastgemaakte dunne bekledingen, maar ook andere. Vermeldenswaard is een originele wand met droge breuksteen achter een glazen gevel, in een Scandinavische kerk (Mortensrud in Oslo, van de architecten Jensen & Skodvin, 2002), waardoor een interessante modulatie van het licht verkregen wordt. Kortom, het werk getuigt van een grote precisie, het is zeker een goede inspiratiebron voor onze projectontwikkelaars en het bevat alle technische details voor de uitvoering.

Editions thames & Hudson, London, 2007 288 pagina’s met heel veel kleurenillustraties ISBn 978-0-500-51341-5

Un beau livre séduisant d'abord, par la conservatrice du Musée d'histoire naturelle de l'Université d'Oxford. Plusieurs centaines de matériaux pierreux, marbres, granits, pierres semi-précieuses, sont inventoriés et illustrés très largement de vues rapprochées et d'innombrables réalisations très diversifiées, le tout ordonnancé selon les couleurs et les textures, schéma plutôt classique. La bonne impression première s'effrite un peu à la lecture des notices, malheureusement entachées de beaucoup d'imprécisions. Deux matériaux belges parmi les plus fameux sont repris, les marbres noirs et rouges. Sous l'intitulé “Belgian black marble” sont repris tous nos matériaux sombres (de Golzinne au noir de tournai) et une des illustrations montre le beau dallage en damier de la Queen's House de Greenwich, en “Belgian Black” et “Carrara Sicilian” (sic !)… Les “Belgian red marbles” sont expédiés en quelques lignes alors que les rouges français ont droit à plus d'honneurs - mais le péristyle célèbre du Grand trianon est figuré sous la légende de “Petit trianon”. Le genre d'erreur qui fait hélas douter de la précision de tout l'ouvrage… Een mooi bekoorlijke boek van de conservatrice van het Museum van kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Oxford. Vele honderden natuursteenmaterialen, marmer, graniet, halve edelgesteenten, worden geïnventariseerd en rijk geïllustreerd met dichtbije zichten en ontelbare uiteenlopende realisaties, dit alles keurig geschikt volgens kleuren en texturen, een vrij klassiek schema. De eerste goede indruk verzwakt een beetje bij het lezen van de notities, die spijtig genoeg bezoedeld worden door tal van onwaarheden. twee Belgische materiaalsoorten onder de meest befaamde zijn opgenomen, de zwarte en rode marmers. Onder de titel ”Belgian black marble“ staan al onze donkere materialen (van Golzinne tot Doornikse steen). Op een van de abeeldingen ziet men het mooie geruite plaveisel van de Queen's House van Greenwich, en ”Belgian Black“ en ”Carrara Sicilian“ (sic !)… De ”Belgian red marbles“ beslaan amper enkele lijnen, terwijl de Franse rode materialen veel meer eer te beurt vallen – maar de beroemde zuilengalerij van de Grand trianon wordt afgebeeld onder de verklaring ”Petit trianon“. Dit soort vergissing volstaat helaas om de juistheid van gans het boek te betwijfelen...

MonuMents Funéraires en Pays Mosan. la Pointe de givet. Kockerols Hadrien Les éditions namuroises, namur, 2007 160 pages illustrées de clichés en noir et blanc et de dessins au trait Dépôt légal D/2007/9725/3

Les éditions namuroises, namen, 2007 160 pagina’s met afbeeldingen in zwart-wit en lijntekeningen Wettelijk depot D/2007/9725/3

Avec une régularité et une ponctualité que lui envierait même le Beaujolais, le Kockerols nouveau est arrivé ! Sixième volume de cet impressionnant répertoire des monuments funéraires mosans, il suit le même schéma que les précédents, présentation chronologique des 124 éléments recensés dans ce pays de Givet. Une ample introduction développe le contexte et aborde certaines thématiques particulières - dont l'iconographie du chevalier à l'épée dégainée et des considérations sur l'héraldique funéraire. Indispensable série pour tout amateur de l'immense production lapidaire mosane ! Le Kockerols nouveau est arrivé ! Zelfs de Beaujolais zou de regelmatigheid en stiptheid van het verschijnen van zijn boeken benijden. Het is het zesde boekdeel van dit indrukwekkende repertorium van de grafmonumenten uit de Maasstreek, opgevat volgens hetzelfde schema als de vorige. 124 in het land van Givet aangetroffen elementen worden er in chronologische volgorde voorgesteld. Een lange inleiding verklaart de context en behandelt bepaalde speciale thematieken, waaronder de iconografie van de ridder met het getrokken zwaard, en levert beschouwingen over de funeraire wapenkunde. Deze boekenreeks moet elke liefhebber van de reusachtige opschriftenproductie van het Maasland in huis hebben !

28



AGeNDA 10-13/04/08 Liège (B)

techniPierre

jean engleBert

Le salon de la pierre naturelle du Bénélux / Het salon van natuursteen van de Benelux www.technipierre.be

HENRION Pierre Musée en Plein Air du Sart tilman, Liège, 2007 140 pages

Musée en Plein Air du Sart tilman, Luik, 2007 140 pagina’s

Xavier deFlorenne Coordinateur, Cellule du Patrimoine funéraire, Ministère de la Région wallonne, DGAtLP / Wallonia nostra Coördinator, Beheerscel van het Funerair Erfgoed, Ministerie van het Waalse Gewest, DGAtLP / Wallonia nostra

16-18/04/08 cheMinées. etudes de structures du Moyen Âge au Xviiie siècle.

Amay (B)

Editions du Patrimoine, Centre des Monuments nationaux, Paris, 2007 ISBn 978-2-85822-942-0

technique de “réception” des pierres techniek “oplevering” van steen www.institutdupatrimoine.be

Editions du Patrimoine, Centre des Monuments nationaux, Parijs, 2007 ISBn 978-2-85822-942-0

stage Pour ProFessionnels a la PaiX-dieu stage voor vaklui in la PaiX-dieu

18-21/04/08 Marche-en-Famenne (B)

BatiMoi Certaines monographies s’avèrent éminemment utiles. Elles attirent l’attention du public sur le travail et la réflexion de personnalités parfois méconnues et, aussi, elles rendent, pour peu que l’objet de l’ouvrage soit toujours vivant, une certaine justice à son œuvre. On est alors étonné, simple lecteur, de découvrir combien le génie, ou tout au moins l’ingéniosité, ont été le parcours de certaines vies. Cet ouvrage consacré à l’œuvre de l’ingénieur architecte liégeois Jean Englebert entre dans cette catégorie. né à Vielsalm en 1928, Jean Englebert vit la dévastation de la campagne des Ardennes en 1944 et entame, en 1949, des études d’ingénieur civil architecte sous la direction du professeur Albert Puters. On lui retiendra des influences revendiquées telles celles, par exemple, de Jean trouvé ou Le Corbusier. De ce parcours fortement résumé viennent sans doute deux traits de sa conception architecturale : l’usage de matériaux vernaculaires et sa recherche de l’économie de construction. Assistant du professeur Puters dès 1957, il conçoit les travaux pratiques du cours d’architecture civile tout en développant, au travers de divers chantiers, sa pensée relative à l’habitation civile (entre autres en collaboration avec René Greisch). On retiendra de lui des volumes simples, intégrés, usant largement de matériaux traditionnels tels l’ardoise ou la pierre locale.

Sommige monografieën blijken bijzonder nuttig te zijn, daar ze de aandacht van het publiek vestigen op het werk en de ideeën van bepaalde miskende figuren en omdat ze het ergens tot zijn recht laten komen, als het onderwerp nog actueel is natuurlijk. Een gewone lezer is dan verbaasd te ontdekken hoe groot het talent, en zeker de vindingrijkheid, was waarmee het pad van sommige levens bezaaid was. Dit boek, gewijd aan het œuvre van de Luikse ingenieurarchitect Jean Englebert, behoort tot deze categorie. Hij werd in 1928 geboren in Vielsalm, maakte de verwoesting mee van het Ardense platteland in 1944, en begon in 1949 zijn studies burgerlijk ingenieurarchitect onder leiding van professor Albert Puters. Hij werd sterk geïnspireerd door mensen zoals Jean trouvé en Le Corbusier. Uit dit beknopte parcours kunnen zonder twijfel twee kenmerken van zijn architecturale conceptie worden afgeleid: het gebruik van inheemse materialen en zijn onderzoek naar economisch bouwen. Als assistent van professor Puters vanaf 1957, bedacht hij de praktische werken van de lessen burgerlijke architectuur, en in de loop van verschillende werven ontwikkelde hij zijn ideeën rond burgerlijke huisvesting (in samenwerking met onder andere René Greisch). We onthouden zijn eenvoudige geïntegreerde vormen, en het rijkelijke gebruik van traditionele materialen zoals leisteen en plaatselijke natuursteen.

Dès 1967, il se consacre à la recherche pure par la fondation du Centre de Recherches d’Architecture et d’Urbanisme (GRAU), visant ”soit à mettre au point des méthodologies applicables à l’architecture et/ou à l’urbanisme, soit à élaborer des techniques et des systèmes de construction original à l’aide des matériaux traditionnels ou nouveaux“ (p. 8).

Vanaf 1967 doet hij met het ”Centre de Recherches d’Architecture et d’Urbanisme (GRAU)“ zuiver onderzoek naar “ de ontwikkeling van toepasbare methodologieën in de architectuur en/of het urbanisme of de uitwerking van originele bouwtechnieken en -systemen met behulp van traditionele of nieuwe materialen“ (p.8).

Ingénieur et architecte marqué par la reconstruction de l’après-guerre, il axera sa recherche sur l’industrialisation de l’habitat (et donc la réduction des coûts) et mettra au point une structure de modules ”à habiter“ fabriqués industriellement et respectueux de leur environnement : le système SIB-GRAU dont des prototypes sont réalisés dès 1972. Fasciné par les recherches architecturales japonaises depuis les années soixante, Jean Englebert fonde, en 1991, le Centre d’Etudes Japonaises de l’Université de Liège (CEJUL), une asbl qui a pour objet l’enseignement et la recherche sur le Japon.

Getekend door de naoorlogse wederopbouw, is dit onderzoek toegespitst op de industrialisatie van de woning (en dus de verlaging van de kosten) en resulteert het in de ontwikkeling van structurele woonmodules die industrieel worden vervaardigd met respect voor de omgeving: het SIB-GRAU systeem, waarvan de prototypes werden gerealiseerd in 1972. Jean Englebert raakt in de jaren zestig gefascineerd door het Japanse architecturale onderzoek, en sticht in 1991 het ”Centre d’Etudes Japonaises de l’Université de Liège (CEJUL)“, een vzw voor onderwijs en onderzoek rond Japan.

Analysant méthodiquement le parcours et les réalisations d’un homme qui s’impliqua profondément dans son époque, l’ouvrage se devait d’aborder un sujet qui tient à cœur l’architecte dès ses débuts : le cimetière et le patrimoine funéraire. Jean Englebert, homme multiple, doté d’une belle finesse, laisse quelques belles réalisations sépulcrales en pierre, réalisées pour des proches, prouvant que la création d’un patrimoine funéraire contemporain de qualité en pierre du pays est aussi réalisable que nécessaire.

Het boek analyseert op een methodische manier het traject en de realisaties van een man die diep meevoelde met zijn tijd. Het gaat dus over een onderwerp dat de architect van bij het begin koestert : de begraafplaats en het funeraire patrimonium. Jean Englebert, een veelzijdige man met een gave voor verfijning, realiseerde enkele mooie grafstedelijke monumenten in natuursteen voor nabestaanden, en toont daardoor aan dat een kwalitatief hoogstaand hedendaags funerair patrimonium in natuursteen realiseerbaar en noodzakelijk is.

30


Les beaux albums présentés “à l'italienne” (format horizontal) publiés par le Centre de recherche sur les monuments historiques sont bien connus depuis longtemps. Ils présentent des anthologies de relevés graphiques d'une grande précision sur toutes sortes de familles d'objets architecturaux ou décoratifs, tant urbains que ruraux charpentes, faîtages, grilles, portes, escaliers, lambris, menuiseries, rien ne leur a échappé. Malheureusement, la plupart des volumes anciens sont épuisés ou difficilement trouvables. Le présent livre, fort de 300 pages, recense des dizaines de modèles de cheminées, des temps médiévaux à l'aube du XIXe siècle. Ces dessins, souvent d'une grande beauté plastique, donnent tous les détails de la construction (jusqu'aux conduits et évacuations), de l'appareillage, des moulures et de la décoration de ces cheminées de marbre ou plus souvent de pierre. Des textes brefs mais denses introduisent les chapitres, retraçant l'historique et les principales étapes de l'évolution de cet objet central dans une maison - ne dit-on pas un ”foyer“ pour la demeure elle-même ? La présentation est sobre, toutes les photographies en noir et blanc, mais la maquette de l'ouvrage a été actualisée par rapport aux volumes précédents. Bref, un ouvrage hautement recommandable à tout qui s'intéresse au travail des matériaux pierreux, amateur ou praticien !

De mooie albums die ”op Italiaanse wijze“ (horizontaal formaat) worden gepresenteerd en door het centrum voor het opsporen van historische monumenten worden gepubliceerd zijn al lang bekend.

Salon de la maison en Wallonie Salon gewijd aan het huis in Wallonië www.wex.be

Ze bevatten uiterst nauwkeurige bloemlezingen over grafische optekeningen van allerlei soorten architectuur- of decoratievoorwerpen, zowel stedelijke als landelijke : timmerwerk, nokken, traliewerk, deuren, trappen, lambriseringen, houtwerk, niets is ze ontgaan. Spijtig genoeg zijn de meeste oude boekdelen niet meer voorradig of onvindbaar.

journee chantiers ouverts oPen Wervendag

Dit sterke werk van 300 pagina’s geeft duiding bij tientallen schoorsteenmodellen uit middeleeuwse tijden tot de vroege 19de eeuw. Deze vaak heel mooie plastische tekeningen, geven alle details weer van de bouw (tot leidingen en afvoer toe), de inrichting, het lijstwerk en de decoraties van deze marmeren of in grotere mate stenen schouwen.

27/04/08 Belgique - België

www.journeechantiersouverts.be www.openwervendag.be

7-11/05/08 Madrid (E)

Piedra Feria Internacional de la piedra natural www.piedra.ifema.es

27/05-01/06/08 Carrara (I)

carraraMarMotec Fiera internazionale marmi, macchine e servizi www.carraramarmotec.com

25/06/08

De hoofdstukken worden ingeleid door korte maar dichte teksten die de historiek belichten en een beeld ophangen van de voornaamste etappes in de evolutie van dit centrale bouwsel in het huis.

Braine-le-Comte (B)

Wordt de naam ”foyer“ ook niet gebruikt voor het verblijf zelf ? Het werk is sober voorgesteld, alle foto’s in zwart – wit, doch de maquette van het werk is nieuwer in vergelijking met vorige boekdelen. Kortom, een absolute aanrader aan elke geïnteresseerde in natuursteenmaterialen, amateurs of uitvoerders !

5-27/07/08

journee Portes ouvertes au centre iFaPMe Démonstrations, visites et présentation des formations Open deur dag in het IFAPME www.centrembc.be

Comblain-au-Pont (B)

viie syMPosiuM de sculPtures MonuMentales syMPosiuM van MonuMentale BeeldhouWWerken www.comblainaupont.be Présence du stand – Met stand van : Pierres et Marbres de Wallonie


>Ê«ÀjVÃÊ>ÕÊÃiÀÛViÊÊ ìÊ>Ê«À`ÕVÌÛÌj° >>ÌÊ >ÀÌÊiÃÌÊÕiÊ>À µÕiÊµÕÊì«ÕÃÊ«ÀmÃÊìÊÇäÊ>ÃÊ iÃÌÊÃÞÞiÊ`½i}>}iiÌÊiÌÊ ìÊÃiÀÛViÊ>ÊÃiÃÊViÌÃ° ÕÕÀ`½Õ]ÊÕÃÊ«À`ÕÃÃÊ ÕiÊ}>iÊV«mÌiÊ`½ÕÌÃÊìÊ «ÀjVÃÊ«ÕÀÊ½`ÕÃÌÀiÊìÊ>Ê «iÀÀi]ÊìÊ>ÊVÕ«iÊ>ÕÊ«ÃÃ>}i°ÊÊ Ê >>ÌÊ >ÀÌÊ`Ã«ÃiÊ`½ÕÊ «iÀÃiÊÌiVµÕiÊ>ÕÌiiÌÊ µÕ>vjÊiÌÊiÝ«jÀiÌjÊµÕÊ iÃÌÊiÊiÃÕÀiÊìÊvÀÕiÀÊìÃÊ ÀiV>`>ÌÃÊµÕÊ«Ì> ÃiÌÊ>ÊÛiÊìÃÊÕÌÃÊiÌÊÛÕÃÊ ìÌÊ>Ê«ÃÃLÌjÊ`½>ÌÌi `ÀiÊìÃÊLiVÌvÃÊìÊ«À`ÕVÌÛÌjÊ ÌÀmÃÊjiÛjÃ°

$"?0IERREMARBRE???&2INDD

ÕÃÊiÊÃiÃÊÃ>ÌÃv>ÌÊµÕiÊ ÀÃµÕiÊ>ÊV«jÌÌÛÌjÊiÌÊ>Ê «ÀvÌ>LÌjÊìÊÃÊViÌÃÊÊ>Õ} iÌiÌ°Ê ÃÊÊViÌÀiÃÊìÊ«À `ÕVÌÊÃ½ivvÀViÌÊìÊÛÕÃÊvvÀÀÊ ìÃÊÕÌÃÊÛ>ÌÃ°Ê>ÊµÕ>Ìj]Ê ½iÝ«jÀiVi]ÊiÊ«ÀviÃÃ> ÃiÊiÌÊiÊÃiÀÛViÊ >>ÌÊ >ÀÌÊ ÃiÊVVÀjÌÃiÌÊ«>ÀÊ½>jÀ> ÌÊVÌÕiÊìÊÌÀiÊ}>iÊ ìÊ«À`ÕÌÃÊiÌÊÛÕÃÊ«iÀiÌÊìÊ VÃÀÊiÃÊÕÌÃÊ>`>«ÌjÃÊDÊÌÕÌiÃÊ ÛÃÊiÝ}iViÃ° *>ÀViÊµÕiÊÕÃÊÊÃ>ÛÃÊµÕiÊ «ÕÀÊÛÕÃÊÌÕÌÊViViÊ>ÛiVÊ ìÃÊÕÌÃÊv>LiÃÊiÌÊivvV>ViÃ]ÊÊ ÃÊÕÌÃo°°

/Ê ",/ ÛiÕiÊìÃÊÀÌÃ>Ã]ÊxäÊÊ<°°ÊÓÊ ÇnÓÓÊÃi}iÊÌ® /jÊ\Ê³ÎÓÊä®ÊÈnÊÓxÊ£ÓÊÎÊ >ÝÊ\Ê³ÎÓÊä®ÊÈnÊÓxÊ£{Ê£Ó ÜÜÜ°`>>ÌL>ÀÌ°V

Nelles Frères: une Nouvelle carrière Een nieuwe groeve

Recommend Documents