Nader Akoestisch onderzoek Toepassing grondwal Sanering Railverkeerslawaai Haren - Glimmen
In opdracht van: Uitvoering door: Versie:
Gemeente Haren Adviesbureau WMA 1 juli 2012
Verantwoording
Titel
:
“Nader akoestisch onderzoek toepassing grondwal te Haren sanering railverkeerslawaai Haren-Glimmen”
Datum versie:
1 juli 2012
Uitvoering:
adviesbureau WMA De Vijzel 2, 9621 BG Slochteren T 0598 – 421 240 M 06 – 499 344 34 E
[email protected] I www.westramilieu.nl
In opdracht van:
Gemeente Haren Raadhuisplein 10 9750 AA Haren Contactpersoon: Mr. E.M. van Koldam
-
Nader akoestisch onderzoek toepassing grondwal langs spoor in Haren – Versie: 1 juli 2012
Pagina 2 van 7
INHOUD
1.
INLEIDING ........................................................................................................................ 4
2.
TECHNISCHE RANDVOORWAARDEN .......................................................................... 5
3.
ONDERZOEKSMETHODE ............................................................................................... 6
4.
RESULTATEN .................................................................................................................. 6
5.
BIJLAGEN ........................................................................................................................ 7 1. 2. 3. 4. 5.
-
Kaart met ligging van de grondwal Detailkaarten afstanden en ligging grondwal Effect grondwal 1,5 m BS Effect scherm t.o.v. grondwal van dezelfde hoogte Kaart met rekenpunten
Nader akoestisch onderzoek toepassing grondwal langs spoor in Haren – Versie: 1 juli 2012
Pagina 3 van 7
1.
Inleiding In opdracht van de gemeente Haren is een nader akoestisch onderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden en effectiviteit van een grondwal om de geluidsbelasting te verminderen langs het spoor in Haren. Dit in verband met de opstelling van het saneringsprogramma ter reductie van de geluidshinder. Het gaat om de afscherming van de woningen aan de oostkant van het spoor tussen de Oude Middelhorst en de Waterhuizerweg in Haren. Zie hiervoor de onderstaande luchtfoto. Vanuit stedenbouwkundige en landschappelijke overwegingen is het gewenst om daar een grondwal als afscherming toe te passen en geen scherm.
Figuur 1: Situatieoverzicht Met een grondlichaam of een soort dijk naast een spoor kan de geluidshinder tevens worden beperkt. Net zoals voor een geluidsscherm het geval is, hangt de geluidsreductie van een wal af van de hoogte ervan. Omdat geluidsstralen makkelijk om de brede en glooiende bovenkant van een wal heen buigen, is een geluidswal wel minder effectief dan een geluidsscherm. Dit effect wordt nog versterkt doordat de top van de geluidswal wat verder van de geluidsbron af ligt dan de top van een mogelijk even hoog geluidsscherm. Alleen als de tophoek van de grondwal maximaal 70 graden is, is de bovenkant als akoestisch scherp aan te merken. Anders is de bovenkant als “stomp” aan te merken en wordt de schermwerking 2 dB minder. Om de helling van een grondwal steiler te maken dan 45 graden zijn bekleding en inwendige versterkingen nodig. Dit werkt kostenverhogend en bovendien gaat de geluidswal dan meer lijken op een scherm. Ander punt dat van belang is, is de benodigde ruimte langs het spoor. Vanwege het langzaam oplopende talud vergt een grondwal aan de basis de nodige ruimte. Naast het spoor dient hiertoe voldoende ruimte te zijn. Dit akoestisch onderzoek is een aanvulling op het akoestisch onderzoek sanering railverkeerslawaai Haren - Glimmen d.d. 12 januari 2012 van WMA. Voor de uitgangspunten, de rekenmethode, de wetgeving en het beoordelingskader wordt daarom verwezen naar dat rapport.
-
Nader akoestisch onderzoek toepassing grondwal langs spoor in Haren – Versie: 1 juli 2012
Pagina 4 van 7
2.
Technische randvoorwaarden In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de randvoorwaarden voor toepassing. Deze komen voort uit het Ontwerpvoorschrift geluidsbeperkende constructies bij spoorwegen OV00058 van Prorail. Hierin staan bijvoorbeeld minimaal benodigde afstanden van afschermingen langs het spoor en maximale hoogten van geluidsschermen rondom overwegen. Onderstaand volgt een samenvatting. Afstanden tot het spoor Bij een schermhoogte van => 1,5 meter moet de afstand minimaal 4,5 meter zijn tot aan het hart van het buitenste spoor (of 4,75 m bij een kabelgoot). Bij toepassing van een kabelgoot tussen spoor en scherm wordt een afstand van 4,75 meter aangehouden tot aan het hart van het buitenste spoor. Bij een lage schermhoogte (hoogte ≤ 1,50 m + BS) is de afstand minimaal 2,50 meter. Onder bepaalde voorwaarden kan deze afstand verkleind worden tot 2,50 meter. Er moet rekening worden gehouden met een inspectiepad van zeker 1 meter. Voldoende zicht bij overwegen Bij overwegen moeten weggebruikers en machinisten voldoende zicht op elkaar hebben in verband met de veiligheid. Om uitzichtbeperking te voorkomen worden bij overwegen zogenaamde uitzichtlijnen gehanteerd. Binnen deze uitzichtlijnen mogen geen uitzicht belemmerende obstakels worden opgericht. Veiligheid Geluidafschermende maatregelen beperken de mogelijkheden voor het verlaten en bereiken van de spoorbaan: in het geval van calamiteiten kunnen geluidafschermende maatregelen een hindernis vormen voor vluchtende treinreizigers en voor de hulpverlening van buiten af; de toegankelijkheid van de spoorbaan voor instandhoudingswerkzaamheden kan worden beperkt. Hoogte Daarnaast legt de toepassing van bepaald instandhoudingsmaterieel een beperking op aan de hoogte van schermen die binnen 4,50 m uit hart spoor worden geplaatst. Zo moet een graafkraan bij spoorvernieuwingswerkzaamheden namelijk over het scherm kunnen draaien als dit binnen deze 4,50 m geplaatst is. Dat is alleen mogelijk als het scherm niet hoger is dan 1,50 m + BS. Overleg met Prorail Omdat een grondwal een oplopend talud heeft, is over de uitleg van de voorschriften overleg gevoerd met Prorail. Daaruit is naar voren gekomen dat: Bij een grondwal rekening gehouden moet worden met een inspectiepad; bij een laag scherm kan dit erachter liggen, er is immers zicht op de baan. Bij een geluidwal (ook als deze 1,5 m hoog zou zijn) is er onvoldoende zicht op de baan als dit inspectiepad achter de geluidwal ligt. De minimale afstand voor de teen van het talud is dan de "veilige afstand in verband met drukgolven" + "breedte inspectiepad". Dit is afhankelijk van de snelheid 2,25-2,75 + 1,0 m = 3,25-3,75 m (OVS 00056-4.2). Voor Haren-Glimmen, met een baansnelheid van 130 km/h, is de minimale afstand voor de teen van het talud 2,25 + 1,00 m = 3,25 m; de voet van de grondwal hoeft hierdoor niet pas te beginnen op 4,75 meter afstand. Als de teen van het grondtalud begint op 3,25 m van het hart van het buitenste spoor komt de top van de grondwal, uitgaande van een hoogte van 1,5 BS ≈ brutohoogte 2 m en een talud van 1:1 = 45°, op 5,25 meter afstand van het hart van het buitenste spoor. Dit voldoet aan de voorwaarde van de afstand van 4,75 m.
-
Nader akoestisch onderzoek toepassing grondwal langs spoor in Haren – Versie: 1 juli 2012
Pagina 5 van 7
Uitgaande van: een grondwal van 1,5 m hoogte BS (brutohoogte is dan ≈ 2 meter); een talud van 1:1 = 45°; een top van 1 meter breed; een grondwal van 5 meter breed aan de basis; een begin (de teen) van de grondwal op een afstand van 3,25 meter van het hart van het buitenste spoor; is een minimale ruimte langs het spoor nodig van 8,25 meter. Een grondwal met een hoogte van 2,0 m BS (brutohoogte is dan ≈ 2,5 meter) heeft een ruimtebeslag van 9,25 meter ten opzichte van het hart van het buitenste spoor. Reflectie en absorptie Een schuin oplopende grondwal heeft een zeer goed absorberend vermogen.
3.
Onderzoeksmethode Aan de hand van een gedetailleerde luchtfoto van de situatie is geïnventariseerd welke ruimte er tussen het spoor en de insteek van de bestaande sloot nodig is. Zie hiervoor de kaarten in bijlage 2. Vervolgens is een grondwal modelmatig ontworpen van 1,5 m BS en een brutohoogte van 2 meter. Zie hiervoor ook bijlage 2. Vervolgens is de geluidsreductie berekend. Om een vergelijking te maken met een scherm is een scherm op 4,75 m van het hart van het buitenste spoor geplaatst en opnieuw doorgerekend.
4.
Resultaten Uit het onderzoek is gebleken dat er minimaal een ruimte nodig is van 8,25 meter vanaf het hart van het buitenste spoor om een grondwal aan te leggen met een hoogte van 1,5 meter BS. De ruimte langs het spoor tot aan de insteek van de bestaande sloot is aan de kant van de Waterhuizerweg 8,5 meter en aan de kant van de Oude Middelhorst 12 meter. In de huidige situatie is er ruimte om een grondwal van 1,5 meter BS aan te leggen. De grondwal zou richting het noorden qua hoogte kunnen oplopen omdat daar meer ruimte langs het spoor is maar het is de vraag of dat qua beeld vanuit de trein en stedenbouwkundig gezien gewenst is. Uit het onderzoek is gebleken dat de grondwal van 1,5 m BS een geluidsrectie geeft van circa 10 dB op begane grond hoogte en 5-6 dB reductie op slaapkamerhoogte. Zie hiervoor bijlage 3. De geluidsreductie nabij de spoorwegovergangen is vanzelfsprekend wat minder. Globaal gesproken kan de geluidsbelasting op de begane grond van 64 dB → 54 dB verlaagd worden en op slaapkamerhoogte van 66 → 61 dB. Een scherm van dezelfde hoogte geeft een ruim 2 dB betere geluidsreductie dan een grondwal. Zie hiervoor de rekentabel in bijlage 4.
-
Nader akoestisch onderzoek toepassing grondwal langs spoor in Haren – Versie: 1 juli 2012
Pagina 6 van 7
5.
Bijlagen 1. Kaart met ligging van de grondwal 2. Detailkaarten afstanden en ligging grondwal 3. Effect grondwal 1,5 m BS 4. Effect scherm t.o.v. grondwal van dezelfde hoogte 5. Kaart met rekenpunten
-
Nader akoestisch onderzoek toepassing grondwal langs spoor in Haren – Versie: 1 juli 2012
Pagina 7 van 7