SAMENVATTING RAADSVOORSTEL CASENUMMER
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
10G201714 389922 / 389922
A. Akman
PF
Ke
ONDERWERP
AGENDANUMMER
Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011
BELEIDSPROGRAMMA/BELEIDSLIJN
10 - Middelen
REDEN VAN AANBIEDING
Initiatief voorstel verordening De huidige Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden 2002 dient geactualiseerd te worden. De huidige verordening maakt plaats voor een nieuwe Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011. SAMENVATTING VAN HET RAADSVOORSTEL EN HET VERVOLGTRAJECT
Bij actualisering van de verordening dient de raad een aantal keuzes te maken over de inhoud van de verordening. In de voorliggende verordening zijn keuzes gemaakt, waar de raad van kan afwijken. Ter vergadering kan dus een andere keuze worden gemaakt. Belangrijke wijzigingen, keuzemogelijkheden en gemaakte keuzes worden bij de ‘overwegingen’ toegelicht. De keuzemogelijkheden liggen op het gebied van: - cafetariamodel - aanvullende vergoeding voor bijzondere raadscommissies; - ziektekostenvoorziening voor raadsleden; - collectieve verzekeringen en uitkeringsvoorziening raadsleden; - vergoeding voor werkzaamheden raadslid; - vaste onkostenvergoeding raadsleden en wethouders; - tijdelijk ontslag wegens zwangerschap en bevalling of ziekte; - salderingsregeling reiskosten wethouders; - uitvoeringsregeling verblijfkosten; - kosten cursussen e.d. wethouders en raadsleden; - vergoeding aanleg- en abonnementskosten internetverbinding wethouders en raadsleden; - verlaging raadsvergoeding bij arbeidongeschiktheid; - compensatie korting werkloosheidsuitkering raadslid; - reis-, pension- en verhuiskosten wethouder; - inwerkingtreding verordening. Na vaststelling van de verordening zal deze worden geïmplementeerd door de afdeling P&O, in samenspraak met de andere betrokken afdelingen. PLAATSGEVONDEN COMMUNICATIE, DE RESULTATEN DAARVAN EN HET COMMUNICATIEPLAN VOOR HET VERVOLGTRAJECT
x
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: vast te stellen de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011.
OPSOMMING VAN BIJLAGEN
-
concept Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011 concept toelichting op Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011
RAADSVOORSTEL REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
10G201714
A. Akman
PF
Ke
ONDERWERP
Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011
AANLEIDING EN DOEL
De huidige Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden 2002 dient geactualiseerd te worden. De huidige verordening maakt plaats voor een nieuwe Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011. De nieuwe verordening gaat gepaard met een toelichting. Bij actualisering dient de raad een aantal keuzes te maken. Deze worden hieronder toegelicht. OVERWEGINGEN
1. Inleiding Voor u ligt de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011 met een toelichting daarop. Deze verordening treedt in de plaats van de Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden 2002. Bij de totstandkoming van de verordening is de voorbeeldverordening van de VNG als uitgangspunt genomen. De voorbeeldverordening is aan gemeenten toegezonden als bijlage bij de VNGledenbrief van 29 maart 2007 (kenmerk ECCVA/U200700476). NB: de verordening heeft geen invloed op het amendement betreffende korting van de fractievergoeding met 15% (€ 20.000), welk amendement op 9 november 2010 door de raad is aangenomen.
2. Achtergrond verordening De rechtspositie van raads- en commissieleden is neergelegd in de Gemeentewet en het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden. De rechtspositie van wethouders is neergelegd in de Gemeentewet, het Rechtspositiebesluit wethouders en de (ministeriële) Regeling rechtspositie wethouders. Daarnaast is voor wethouders in de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa) de uitkering na aftreden en het pensioen geregeld. In zowel het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden als in het Rechtspositiebesluit wethouders is bepaald dat voor een aantal voorzieningen de raad een verordening dient vast te stellen. Deze voorzieningen liggen voornamelijk in de secundaire sfeer. Op grond van de artikelen 44 en 99 van de Gemeentewet moet aan elke vergoeding en tegemoetkoming een wettelijke bepaling ten grondslag liggen. NB: De onderhavige Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011 geldt niet voor de burgemeester. Voor deze politieke ambtsdrager zijn de voorzieningen uit de verordening al geregeld in de voor burgemeesters geldende rechtspositieregelingen. Voor burgemeesters is de rechtspositie neergelegd in de Gemeentewet, het Rechtspositiebesluit burgemeesters en de (ministeriële) Regeling rechtspositie burgemeesters. De uitkering na ontslag is in de Appa geregeld. Voor hun pensioen zijn burgemeesters deelnemer aan de pensioenregeling van de Stichting Pensioenfonds ABP. Het is de bedoeling dat burgemeesters in de toekomst voor hun pensioen ook onder de Appa komen te vallen.
3. Herziening verordening De gemeente Hengelo heeft voornoemde voorzieningen momenteel neergelegd in de Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden 2002. Deze verordening is gedateerd. Door vaststelling van de nieuwe Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011 wordt de huidige verordening volledig geactualiseerd. Bij de nieuwe verordening is een toelichting geschreven. De toelichting maakt de verordening voor de gebruikers toegankelijker. Bij de totstandkoming ervan is gebruik gemaakt van de toelichtingen op de voorbeeldverordening van de VNG en voornoemde rechtspositiebesluiten. Werkkostenregeling Vanaf 1 januari 2011 wordt in Nederland de zogenoemde werkkostenregeling van kracht. Deze regeling vervangt het huidige systeem van onbelaste vergoedingen en verstrekkingen. Tot 2014 geldt een keuzeregime en hebben organisaties de mogelijkheid om jaarlijks te kiezen voor de nieuwe werkkostenregeling of voortzetting van het huidige stelsel van vergoedingen en verstrekkingen. Vanaf 2014 geldt voor alle organisaties de werkkostenregeling.
De invoering van de werkkostenregeling zal ook consequenties hebben voor de onbelaste vergoedingen van politieke ambtdragers. Landelijke partijen (w.o. ministerie BZK en VNG) buigen zich over deze problematiek. Wijzigingen in de landelijke regelingen voor politieke ambtsdragers kunnen leiden tot herziening van de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011. Deze wijzigingen zullen naar verwachting merendeels van technische en niet van inhoudelijke aard zijn. De onkostenvergoedingen van de politieke ambtsdragers dienen onderdeel te worden van de werkkostenregeling die de gemeente Hengelo uiterlijk per 2014 voor alle medewerkers invoert. Op het moment dat de werkkostenregeling in de gemeente Hengelo wordt ingevoerd, worden de gewijzigde landelijke regelingen voor politieke ambtsdragers in Hengelo van kracht en dient de verordening zo nodig te worden aangepast. Cafetariamodel Voor gemeentelijk personeel is in 2008 een uitgebreidere cafetariaregeling ingevoerd. Met het cafetariamodel kunnen medewerkers salarisonderdelen (bronnen) ruilen tegen andere arbeidsvoorwaarden (doelen), die fiscaal onbelast zijn. Het ruilen van geld voor fiscaal onbelaste doelen levert een belastingvoordeel op. Het belastingvoordeel is afhankelijk van het belastingtarief waarin men zit. Dat ligt tussen 37% en 52%. Over salarisonderdelen die een medewerker in het cafetariamodel gebruikt voor fiscaal onbelaste doelen betaalt men geen loonbelasting en sociale verzekeringspremies. Dit is voor de gemeente evenzo aantrekkelijk, want de gemeente betaalt minder werkgeverslasten. Uiteraard brengt de regeling wel uitvoeringskosten voor de afdeling P&O mee. Daarom wordt de cafetariaregeling voor de gemeente als budgetneutraal aangemerkt. Op grond van de huidige verordening kunnen raadsleden en wethouder al meedoen aan het fietsplan, dat in 2008 onderdeel is geworden van de cafetariaregeling. In de nieuwe verordening zijn de bepalingen over het fietsplan zodanig bijgesteld, dat nu wordt verwezen naar de fiets woon-werkverkeer uit de cafetariaregeling (artikelen 10 en 23). De rest van het cafetariamodel is voor raadsleden en wethouders slechts voor een deel passend. De meeste andere onderdelen van het cafetariamodel worden namelijk al aan raadsleden en wethouders vergoed, zoals beroepskosten (vaste onkostenvergoeding) en scholingskosten. Maar het belangrijkste onderdeel van het cafetariamodel is ook voor raadsleden en wethouders relevant, namelijk de vergoeding van reiskosten woon-werkverkeer. Deze vergoedingsregeling is nu in de verordening opgenomen (in artikel 5 voor raadsleden en artikel 15 voor wethouders). In de toelichting bij artikel 5 van de verordening staat een uitleg over deze vergoedingsregeling. Nogmaals: de vergoedingsregeling is voor de gemeente budgetneutraal, net als de fiets woon-werkverkeer, de spaarloonregeling en de levensloopregeling die al ook onderdeel uitmaken van de verordening. Er is geen verplichting om mee te doen aan het cafetariamodel. Iedereen maakt zijn eigen keuze. De gemeente Hengelo zal het cafetariamodel arbeidsvoorwaarden aanpassen in verband met invoering van de werkkostenregeling, uiterlijk per 2014. Dit zal waarschijnlijk gevolgen hebben voor de wijze waarop van de fiets woon-werkverkeer gebruik kan worden gemaakt (het fietsplan). De huidige fiscale faciliteit voor de reiskostenvergoeding woon-werkverkeer kan onder de werkkostenregeling ongewijzigd worden gehandhaafd. 4. Te maken keuzes in de verordening De raad dient een aantal keuzes te maken over de inhoud van de verordening. In de voorliggende verordening zijn keuzes gemaakt, waar de raad van kan afwijken. Ter vergadering kan dus een andere keuze worden gemaakt. Wijzigingen, keuzemogelijkheden en gemaakte keuzes worden hieronder toegelicht. 4.1
Algemeen
Vergoeding voor commissieleden Het is mogelijk om een vergoeding toe te kennen aan commissieleden. Daaronder wordt verstaan een lid van een commissie als bedoeld in de artikelen 82, 83 en 84 van de Gemeentewet (hoofdstuk V), dat niet tevens raadslid of wethouder is of ambtenaar die als zodanig tot lid van een commissie is benoemd. Het gaat om de betreffende leden van: 1. een raadscommissie die besluitvorming van de raad kan voorbereiden en met het college of de burgemeester kan overleggen (artikel 82); 2. een bestuurscommissie belast met bepaalde bevoegdheden (artikel 83); 3. een andere commissie (artikel 84), zoals een bezwarenadviescommissie en een klachtencommissie.
In de huidige verordening is voor commissieleden geen vergoeding opgenomen. Gemaakte keuzes vergoeding voor commissieleden Ad. 1 (artikel 82 Gemeentewet) Het betreft hier feitelijk fractievertegenwoordigers. Veel fracties bij de gemeente Hengelo geven hun fractievertegenwoordigers een vergoeding uit het fractiebudget. Om deze reden en om extra administratieve lasten te voorkomen, is in de nieuwe verordening geen vergoeding opgenomen voor de fractievertegenwoordigers. Ad. 2 (artikel 82 Gemeentewet) De gemeente Hengelo kent geen bestuurscommissies. Hiervoor is dus geen vergoeding in de verordening opgenomen. Ad. 3 (artikel 84 Gemeentewet) Aan leden van bezwarenadviescommissies en de rekenkamercommissie wordt voor hun werkzaamheden een vaste vergoeding toegekend. Deze vergoeding is momenteel niet bij verordening geregeld. Dat zou op grond van de Gemeentewet wel moeten. Daarom is de vergoeding nu in de nieuwe verordening opgenomen, alsmede de indexatie van die vergoeding (artikel 25, lid 2). De indexatie wordt in de praktijk al lange tijd gehanteerd en is dezelfde indexatie als de Minister van BZK op grond van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden toepast op de vergoeding van de raadsleden. Voor de betreffende commissieleden geldt ook een vergoeding van reis- en verblijfkosten. Die is nu in de verordening van een juridische grondslag voorzien. Aanvullende vergoeding voor bijzondere raadscommissies De gemeenteraad is op grond van artikel 4a van het Rechtspositiebesluit bevoegd om raadsleden die lid zijn van bijzondere raadscommissies een aanvullende vergoeding toe te kennen van maximaal 5% van de vergoeding voor de werkzaamheden die raadsleden krijgen, dus exclusief de onkostenvergoeding. Het betreft commissies waarvoor werkzaamheden worden verricht die vallen buiten de reguliere raadswerkzaamheden. Dergelijke extra activiteiten voor een beperkt deel van de raadsleden hebben vaak een incidenteel karakter met een aanzienlijk tijdsbeslag. Daarom worden dergelijke commissies ook benoemd. Het gaat om vertrouwenscommissies, belast met de beoordeling van burgemeesterskandidaten (artikel 61, derde lid Gemeentewet), rekenkamercommissies belast met de rekenkamerfunctie (artikel 81a Gemeentewet) en onderzoekscommissies belast met onderzoek naar het door het college of de burgemeester gevoerde bestuur (artikel 155a, derde lid Gemeentewet). Reguliere commissies die zijn ingesteld ter voorbereiding van de besluitvorming in de gemeenteraad op grond van artikel 82 van de Gemeentewet vormen geen grond om deze vergoeding toe te kennen. Gemaakte keuze aanvullende vergoeding bijzondere raadscommissies Een aanvullende vergoeding voor bijzondere raadscommissies is in de verordening niet mogelijk gemaakt. Het deelnemen aan deze commissies is een uitzondering en leidt in voorkomende gevallen tijdelijk tot extra belasting voor een raadslid. Vervallen bepaling kinderopvang In de nieuwe verordening is de bepaling over de kinderopvangvergoeding voor raadsleden en wethouders vervallen. Voor kinderopvang is in de huidige verordening aangesloten bij de vergoeding die het personeel van de gemeente krijgt op grond van de Regeling kinderopvang gemeente Hengelo. Deze regeling bestaat echter niet meer. Op grond van de Wet Kinderopvang wordt de werkgeversbijdrage nu verstrekt door de Belastingdienst. Ook raadsleden en wethouders vallen onder de Wet Kinderopvang en kunnen een kinderopvangtoeslag aanvragen als ze voldoen aan de criteria van die wet. Ziektekostenvoorziening In 2006 is de Zorgverzekeringswet (Zvw) van kracht geworden en dientengevolge de basisverzekering ingevoerd. Ambtenaren, wethouders en burgemeesters betalen een inkomensafhankelijke bijdrage in de kosten van de basisverzekering (in 2010 het normale tarief 7,05%), maar krijgen dit zelfde bedrag op grond van de Zvw van de gemeente vergoed. Over die vergoeding is loonheffing verschuldigd. De gemeente betaalt dus de inkomensafhankelijke bijdrage en de ambtenaar, wethouder en burgemeester de belasting daarover. Bij meerdere werkgevers betaalt elke werkgever de bijdrage en vergoeding. De Belastingdienst betaalt eventueel te veel ingehouden bijdrage na afloop van het kalenderjaar terug aan de werkgevers
Ongeacht of een raadslid gekozen heeft voor het fictieve werknemerschap of de status van fiscaal zelfstandige, moet over de raads- en onkostenvergoeding ook een inkomensafhankelijke bijdrage in de kosten van de basisverzekering worden betaald (het verlaagde tarief, dat is in 2010 4,95%). Bij degenen die hebben gekozen voor het fictieve werknemerschap (opting-in) wordt deze premie door de gemeente ingehouden. Zelfstandigen betalen de premie via de inkomstenbelasting. Na afloop van het belastingjaar zal aan de hand van de vaststelling van het maximum inkomen waarover de bijdrage wordt geheven (dus alle belastbare inkomsten die in welke hoedanigheid dan ook door het raadslid zijn ontvangen) worden vastgesteld of te veel is ingehouden respectievelijk betaald. In dat geval zal een deel door de Belastingdienst worden terugbetaald. In 2010 bedraagt genoemd maximum inkomen € 33.189. Anders dan ambtenaren, wethouders en burgemeesters hebben raadsleden geen wettelijk recht op vergoeding door de gemeente van de inkomensafhankelijke bijdrage die zij betalen. Met terugwerkende kracht tot 1 januari 2006, de invoeringsdatum van de Zvw, kan de raad op grond van artikel 11 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden besluiten dat raadsleden hiervoor wel een tegemoetkoming krijgen. Dit moet bij verordening worden bepaald. De tegemoetkoming bedraagt sinds 1 april 2009 € 203,21 bruto per jaar en wordt naar evenredigheid bijgesteld als de nominale eindejaarsuitkering van het rijkspersoneel een wijziging ondergaat. De tegemoetkoming is door tussenkomst van de VNG tot stand gekomen op verzoek van een groot aantal gemeenten als reactie op de inhouding van de inkomensafhankelijke bijdrage waardoor de netto raadsvergoeding vermindert. De tegemoetkoming kan worden gezien als een compensatie hiervoor. De raad kan er voor kiezen de tegemoetkoming in te voeren. De kosten zouden voor de gemeente Hengelo ruim € 7.500 per jaar bedragen. Daarbij kan de terugwerkende kracht achterwege worden gelaten. Gemaakte keuze ziektekostenvoorziening De tegemoetkoming voor de inkomensafhankelijke Zvw bijdrage is niet in de verordening opgenomen omdat deze in de meeste gevallen niet passend dan wel relevant is. Ter toelichting daarop het volgende. Naast hun raadslidmaatschapvergoeding hebben de meeste raadsleden bij de gemeente Hengelo een ander inkomen uit arbeid of vroegere arbeid. Een tegemoetkoming voor de inkomensafhankelijke Zvw als raadslid is in principe alleen opportuun voor raadsleden van wie dat andere inkomen lager is dan het maximum van € 33.189 (2010), waarover de inkomensafhankelijke Zvw moet worden betaald. In verband met dat andere inkomen ontvangen raadsleden meestal al een vergoeding voor de inkomensafhankelijke bijdrage. Als dat niet zo is (zelfstandigen zijn bijvoorbeeld uitgezonderd), dan zou de gemeente die consequentie niet voor haar rekening hoeven nemen. Collectieve verzekeringen en uitkeringsvoorziening Voor raadsleden kunnen door het college collectieve verzekeringen worden afgesloten waarbij wordt voorzien in de opbouw van een ouderdomspensioen en in geldelijke voorzieningen bij invaliditeit en overlijden. De te betalen premie voor deze verzekeringen komen dan niet ten laste van de raadsleden maar ten laste van de gemeente. Als gevolg van de dualisering is de bevoegdheid tot het afsluiten van een collectieve verzekering neergelegd bij het college van burgemeester en wethouders. en geldelijke voorziening bij overlijden kan bijvoorbeeld ook bestaan uit het uitkeren van een bedrag ineens. Een bedrag dat gelijk is aan de feitelijke vergoeding voor de werkzaamheden van het raadslid, die hij laatstelijk genoot, over een tijdvak van drie maanden (vergelijkbaar met de voor wethouders geldende regeling). Tevens kan voorzien worden in een (werkloosheids)uitkering bij aftreden. Gemaakte keuze collectieve verzekeringen en uitkeringsvoorziening Bovenstaande voorzieningen zijn niet in de verordening opgenomen. Deze voorzieningen zijn niet passend in een middelgrote gemeente, waar het raadslidmaatschap doorgaans niet de ‘hoofdfunctie’ van betrokkene is.
4.2
Artikelsgewijs
Artikel 2 Vergoeding voor de werkzaamheden van het raadslid In het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden is geregeld dat raadsleden voor hun werkzaamheden een vergoeding ontvangen. De hoogte van de vergoeding wordt bij gemeentelijke verordening bepaald. In het Rechtspositiebesluit is het maximale bedrag van de vergoeding voor de werkzaamheden aangegeven, waar tot ten hoogste 20% van kan worden afgeweken. In artikel 2 is de hoogte van de vergoeding bepaald op het maximale bedrag. De raad kan besluiten naar beneden af te wijken van het door de minister vastgestelde maximum. De afwijking naar beneden kan op verschillende manieren: -
de raad stelt de raadsvergoeding in algemene zin lager vast op een percentage tussen 80 en 100 van het door de minister vastgestelde maximum;
-
de raad stelt vast dat een deel van de raadsvergoeding wordt uitbetaald als presentiegeld, berekend naar het aantal gehouden vergaderingen. Dat deel mag maximaal 20% van de raadsvergoeding zijn.
-
de raad stelt een combinatie van bovenstaande mogelijkheden vast, bijvoorbeeld 90% raadsvergoeding, 10% presentiegeld.
Er mag geen onderscheid worden gemaakt tussen raadsleden, dus een presentievergoeding of een lagere raadsvergoeding geldt voor alle raadsleden. NB: Er wordt wel een onderscheid gemaakt tussen reguliere raadsleden en raadsleden die fractievoorzitter zijn. Fractievoorzitters ontvangen sinds 2009 naast hun vergoeding voor de werkzaamheden op grond van artikel 8b van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden een toelage. Van deze toelage kan niet in de eigen gemeentelijke verordening worden afgeweken.
Gemaakte keuze raadsvergoeding In de huidige verordening wordt het maximale bedrag van de raadsvergoeding gehanteerd. Dat is in 2010 € 1.327,96 bruto / ca. € 811 netto per maand. Er is in de nieuwe verordening voor gekozen om de vergoeding te handhaven op het maximale bedrag. Gelet op de forse tijdsinvestering die het raadswerk vergt is er geen reden dit bedrag naar beneden bij te stellen. Het werken met presentiegeld lijkt in de gemeente Hengelo eveneens niet opportuun. Artikelen 3 en 14 Vaste onkostenvergoeding De hoogte van de onkostenvergoeding wordt bij gemeentelijke verordening bepaald. In de rechtspositiebesluiten voor wethouders en raadsleden is het maximale bedrag van de onkostenvergoeding aangegeven. In de artikelen 3 en 14 is de hoogte van de onkostenvergoeding bepaald op het maximale bedrag. De onkostenvergoeding kan door de raad op een lager bedrag worden bepaald, dat echter niet lager mag zijn dan 80% van het door de minister vastgestelde maximum. Gemaakte keuze onkostenvergoeding In de huidige verordening wordt het maximale bedrag van de onkostenvergoeding gehanteerd. Dat is voor raadsleden in 2010 € 308,06 bruto / ca. € 148 netto per maand. En voor wethouders in 2010 € 614,45 bruto / ca. € 295 netto per maand. - Er is in de nieuwe verordening voor gekozen om de onkostenvergoeding van raadsleden te handhaven op het maximale bedrag. - De maandelijkse onkostenvergoeding voor wethouders wordt met € 25,-- bruto naar beneden bijgesteld. In de vergoeding zit namelijk ook een component telefoonkosten privételefoon. In de praktijk wordt bij de gemeente Hengelo vanuit de bedrijfsvoering op aanvraag een mobiele telefoon in bruikleen verstrekt, die de wethouder ook gebruikt als hij thuis is. De vermindering van de onkostenvergoeding bewerkstelligt dat een dubbele vergoeding van telefoonkosten wordt voorkomen. Het advies van de VNG is opgevolgd om de vaste onkostenvergoeding te verminderen met € 25,- bruto per maand. Dit bedrag is afgeleid van de telefoonkostenvergoeding van burgemeesters, die recht hebben op een vergoeding van € 25,- bruto per maand voor het gebruik van de vaste privé telefoon (telefoonkosten maken geen deel uit van de vaste onkostenvergoeding/ambtstoelage van burgemeesters).
Artikel 13
Voorzieningen bij tijdelijk ontslag wegens zwangerschap en bevalling of ziekte Artikel 95, lid 1 van de Gemeentewet schrijft voor dat de gemeente aan raadsleden aan wie ingevolge artikel X 10 van de Kieswet ontslag is verleend wegens zwangerschap en bevalling of ziekte een bij verordening van de raad vast te stellen vergoeding voor hun werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten ontvangen. Deze voorziening is nu geregeld in het nieuwe artikel 12. Ook de tijdelijke vervangers krijgen een vergoeding voor hun werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten.
Gemaakte keuze voorzieningen bij tijdelijk ontslag wegens zwangerschap en bevalling of ziekte Er is geen keuze om voor deze situatie wel of niet een vergoeding voor de werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten op te nemen. Voor de hoogte van de vergoeding is in deze verordening aangesloten bij de desbetreffende bepaling uit de voorbeeldverordening van de VNG. Het is niet aan te bevelen hiervan af te wijken. Artikelen 15 en 16 Reiskosten woon-werkverkeer en zakelijke reis- en verblijfkosten wethouders Wethouders hebben recht op een vergoeding van reiskosten woon-werkverkeer. Zij hebben recht op vergoeding van reiskosten openbaar vervoer of, bij gebruik van de eigen personenauto, vergoeding van € 0,15 per kilometer. Voor zakelijke reiskosten hebben zij recht op vergoeding van de (in redelijkheid gemaakte noodzakelijke) reiskosten van het gebruik van het openbaar vervoer en van een taxi. Bij gebruik van een eigen vervoermiddel hebben zij recht op een vergoeding van € 0,37 bruto per kilometer (= € 0,28 netto per kilometer). Tot 2004 werd in de rechtspositiebesluiten voor de reiskostenvergoeding verwezen naar de reisregelingen van de sector Rijk. Sinds 1 januari 2004 is voor wethouders de ‘Regeling rechtspositie wethouders’ ingevoerd (en voor burgemeesters de ‘Regeling rechtspositie burgemeesters’). De vergoedingen in deze regelingen zijn in principe dezelfde als in de genoemde reisregelingen zijn opgenomen. Maar de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft door deze specifieke regelingen voor politieke ambtsdragers de mogelijkheid meer op het ambt toegespitste vergoedingen vast te stellen. De huidige regeling voor wethouders kent in beginsel dezelfde bedragen als de rijksregeling. Er is een verschil in de kilometervergoeding woon-werkverkeer: voor wethouders (en burgemeesters) € 0,15 per kilometer en voor rijkspersoneel € 0,16 per kilometer. Nieuw is dat wethouders op aanvraag hun inkomen als ambtsdrager kunnen inzetten voor een reiskostenvergoeding woon-werkverkeer, overeenkomstig de voor het gemeentelijk personeel geldende cafetariaregeling (zie ook hierna bij raadsleden). Gemaakte keuze: geen salderingsregeling In de praktijk vindt bij de gemeenten door wethouders doorgaans geen declaratie van reiskosten woonwerkverkeer plaats. Vandaar dat in artikel 16 niet de toepassing van de salderingsregeling is opgenomen. De fiscaal onbelaste vergoeding voor reizen bedraagt € 0,19 per kilometer. De salderingsregeling houdt in dat de fiscaal bovenmatige reiskostenvergoeding voor zakelijke reizen (€ 0,37 per kilometer, waarvan € 0,18 fiscaal bovenmatig) in mindering kan worden gebracht op de fiscaal ondermatige reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer (€ 0,15 per kilometer). Op die wijze kan een deel van de bovenmatige reiskostenvergoeding toch onbelast worden verstrekt: van de reiskostenvergoeding woonwerkverkeer blijft immers € 0,04 per kilometer over om onbelast te verstrekken. Omdat er wethouders in Hengelo doorgaans geen reiskosten woon-werkverkeer declareren, heeft een salderingsregeling geen zin. Artikelen 5 Reiskosten raadsleden Gemaakte keuze reiskosten raadsleden Omdat in het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden geen eigen vergoedingsregeling is opgenomen, is aansluiting gezocht bij de vergoedingsregeling voor wethouders en niet langer bij de vergoedingsregeling uit de Reisregeling binnenland. Deze modernisering is direct overgenomen uit de voorbeeldverordening van de VNG. Nieuw is dat raadsleden die hebben gekozen voor de opting-in-regeling op aanvraag hun inkomen als ambtsdrager kunnen inzetten voor een reiskostenvergoeding woon-werkverkeer, overeenkomstig de voor het gemeentelijk personeel geldende cafetariaregeling.
Artikel 6 en 16 Verblijfkosten raadsleden en wethouders De vergoeding voor noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte verblijfkosten aan wethouders en raadsleden is niet nader ingevuld. Daarmee is dit een lokale aangelegenheid. Daarover zouden regels kunnen worden vastgelegd in een door de raad vast te stellen uitvoeringsregeling, waarbij eventueel aansluiting gezocht kan worden bij de rijksregelingen. Gemaakte keuze verblijfkosten raadsleden en wethouders Er is niet voor gekozen een uitvoeringsregeling voor verblijfkosten te maken. De aanduiding ‘noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte verblijfkosten’ geeft al aan dat hier terughoudend mee dient te worden omgegaan. Vergoeding vindt op declaratiebasis plaats. Artikelen 7 en 19 Cursus, congres, seminar of symposium Deze voorziening maakt sinds 2001 niet langer onderdeel uit van de vaste onkostenvergoeding maar is in de bedrijfsvoering gebracht. De kosten van cursussen, congressen, seminars en symposia komen sindsdien rechtstreeks voor rekening van de gemeente. Een onderscheid is gemaakt tussen: - cursussen e.d. die door of vanwege de gemeente in het gemeentelijk belang zijn georganiseerd; en - cursussen e.d. waaraan de individuele politieke ambtsdrager in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap/wethoudersambt op eigen initiatief deelneemt. In het laatste geval zijn er aanvullende voorwaarden gesteld: inhoudelijke informatie over de cursus e.d. en een kostenspecificatie. Gemaakte keuze voor raadsleden Aan de door het raadslid bij de fractie aan te vragen cursussen is toegevoegd: - het vereiste dat de aanvraag vergezeld gaat van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie (vergelijk artikel 19 m.b.t. wethouders); - dat zo nodig een eigen bijdrage van het raadslid wordt gevraagd. Artikelen 8 en 20 Computer en internetverbinding De bepalingen uit de huidige verordening over de computer en internetaansluiting zijn niet meer actueel. Zo staat er nog steeds in dat gebruik kan worden gemaakt van de gemeentelijke PC privé regeling. Maar die is voor gemeenteambtenaren afgeschaft. Sinds 2005 is belastingvrije vergoeding van een computer nagenoeg niet meer mogelijk: alleen bij zakelijk gebruik van 90% of meer. In de rechtspositiebesluiten is geregeld dat politieke ambtsdragers recht hebben op beschikbaarstelling of vergoeding van een computer, bijbehorende apparatuur en software en vergoeding van de aanleg- en abonnementskosten voor de internetverbinding. De rechtspositiebesluiten kennen het systeem om deze kosten niet automatisch te vergoeden, maar alleen op aanvraag. Daarbij kan maatwerk worden geleverd: - een computer in bruikleen; - een tegemoetkoming in de aanschaf; - een tegemoetkoming in gebruik eigen computer. Politieke ambtsdragers hebben op aanvraag recht op een tegemoetkoming, ook in de kosten van fiscale bijtelling en een internetverbinding. Dit systeem van de rechtspositiebesluiten staat ook in de nieuwe verordening. De bepalingen in de nieuwe verordening zijn geactualiseerd (geen pc-privéregeling, wel tegemoetkoming fiscale bijtelling). Deze aanvraagsystematiek staat voor de computer ook in de huidige verordening, maar niet voor de vergoeding van de aanleg- en abonnementskosten voor de internetverbinding. De huidige verordening schrijft een automatische vergoeding van laatstgenoemde kosten voor. Dit automatisme is aangepast: er is alleen nog recht op een vergoeding als de ambtsdrager daarom vraagt. In 2010 is de vaste ADSLvergoeding voor raadsleden en wethouders in Hengelo al afgeschaft. Gemaakte keuze computer en internetverbinding Heden ten dage is het hebben van een computer en internetverbinding zeer gebruikelijk. Mensen gebruiken deze voor allerhande privéaangelegenheden. Een computer wordt dikwijls ook door gezinsleden gebruikt, een internetverbinding bijna altijd. Er is daarom geen reden om een nog langer een automatische vergoeding van de aanleg- en abonnementskosten voor de internetverbinding te geven, maar alleen op aanvraag. Deze werkwijze is in overeenstemming met de aanvraagsystematiek van de rechtspositiebesluiten. Artikelen 10 en 23 Fiets woon-werkverkeer In de huidige verordening staat de mogelijkheid tot het deelnemen aan het fietsplan. De fiscale fietsfaciliteit staat nu in het cafetariamodel arbeidsvoorwaarden. Het artikel is dienovereenkomstig aangepast.
Artikel 11 Verlaging vergoeding werkzaamheden bij arbeidsongeschiktheid In de motie Slob (Kamerstukken II, 2004-2005, 29 800 VII, nr. 21) is aangegeven dat de gemeenteraad een brede afspiegeling van de bevolking dient te vormen. Om deze reden moeten drempels om raadslid te worden of te blijven worden weggenomen. In de WAO en WIA geldt het algemene principe dat indien een persoon inkomen uit arbeid geniet, dit in de regel zal leiden tot verlaging of intrekking van de wettelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering. Een dergelijke uitkering is immers bedoeld om het als gevolg van arbeidsongeschiktheid ontstane verlies aan verdienvermogen te vergoeden. Voor raadsleden kan dit ertoe leiden dat een geringe verhoging van het inkomen door een raadsvergoeding een grote teruggang betekent voor de hoogte van de wettelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering als gevolg van de anticumulatieregeling. Op grond van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden kunnen gemeenten hiervoor een voorziening treffen. Een dergelijke voorziening in opgenomen in artikel 12. Daarin is geregeld dat op aanvraag een raadslid een lagere vergoeding voor de werkzaamheden wordt gegeven om te voorkomen dat de anticumulatieregeling zal leiden tot een verlaging van de wettelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering van het raadslid. Gemaakte keuze verlaging vergoeding De mogelijkheid om de vergoeding te verlagen om te voorkomen dat de WAO- of WIA-uitkering van een raadslid wordt verlaagd of ingetrokken is in de huidige verordening niet geregeld. Het is zinvol deze mogelijkheid wel in de verordening op te nemen, voor het geval een raadslid hiervan gebruik wil maken. Dit vanuit de gedachte dat de gemeenteraad een brede afspiegeling van de bevolking dient te vormen. Artikel 12 Compensatie korting werkloosheidsuitkering Artikel 20 van de Werkloosheidswet (WW) komt erop neer dat op het moment dat iemand een werkloosheidsuitkering op grond van die wet ontvangt, nieuwe werkzaamheden aanvangt, de WWuitkering wordt gekort met het aantal uren dat in de nieuwe functie wordt gewerkt. Het Besluit werkloosheid onderwijs- en onderzoekpersoneel (BWOO) kent een soortgelijke bepaling. De hoogte van het inkomen uit de nieuwe betrekking is daarbij niet relevant. Als iemand tot raadslid wordt gekozen, zal de WW-uitkering worden verlaagd met het aantal uren dat het UWV voor het raadslidmaatschap in aanmerking neemt. Indien deze verlaging van de WW-uitkering groter is dan de vergoeding voor de werkzaamheden zal er een negatief inkomenseffect optreden. Het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden biedt gemeenten de mogelijkheid dit nadeel te compenseren. Dat is geregeld in artikel 11 van de verordening Gemaakte keuze compensatie korting werkloosheidsuitkering De mogelijkheid compensatie te verlenen, om negatieve inkomenseffecten voor WW- en BWNUgerechtigden te voorkomen is in de huidige verordening niet geregeld. Het is zinvol deze mogelijkheid wel in de verordening op te nemen, voor het geval een raadslid hiervan gebruik wil maken. Eveneens vanuit de gedachte dat de gemeenteraad een brede afspiegeling van de bevolking dient te vormen. Artikelen 18 en 27 Buitenlandse dienstreis De bepaling uit de voorbeeldverordening van de VNG over buitenlandse dienstreizen voor raads- en commissieleden is nu ook in de nieuwe Hengelose verordening opgenomen. In de huidige verordening staat hierover niets. Als hierover niets is bepaald, ontbreekt bij het in voorkomende gevallen vergoeden van dergelijke reizen de wettelijke grondslag. Dit is niet wenselijk, nu de artikel 99 van Gemeentewet een dergelijke wettelijke grondslag wel vereist. Artikel 21 Mobiele telefoon Aan wethouders wordt momenteel een mobiele telefoon ter beschikking gesteld. Dit is echter nog niet vastgelegd in de verordening. In de nieuwe verordening is wel een bepaling opgenomen, teneinde de wettelijke grondslag vast te leggen (vergelijk buitenlandse dienstreis). NB: In de vaste onkostenvergoeding van wethouders zit ook een component telefoonkosten. Er is voor gekozen om de maandelijkse onkostenvergoeding voor wethouders met € 25,-- naar beneden bij te stellen om een dubbele vergoeding te voorkomen (zie hierboven).
Artikel 24 Reis- en pensionkosten en verhuiskosten Tot nu toe maakte de gemeente geen gebruik van de mogelijkheid om wethouders die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikken, een vergoeding voor reis- en pensionkosten en verhuiskosten te geven. In de nieuwe verordening is deze mogelijkheid wel opgenomen. Gemaakte keuze reis- en pensionkosten en verhuiskosten Sinds de dualisering van het gemeentebestuur kunnen personen van buiten de gemeenteraad tot wethouder worden benoemd. Dat kunnen ook personen zijn die niet in de gemeente zelf wonen. Die zijn op
grond van de Gemeentewet verplicht om te gaan wonen in de gemeente waar zij wethouder zijn geworden. In de nieuwe verordening is geregeld dat zij bij verhuizing naar de gemeente in aanmerking komen voor een verhuiskostenvergoeding en eventueel voor vergoeding van reis- en pensionkosten in afwachting van de verhuizing. Artikel 25 Vergoeding voor leden bezwarencommissie en rekenkamercommissie In dit artikel zijn de vergoedingen voor de leden van een bezwarencommissie en de rekenkamercommissie geregeld. Zie hiervoor voor de toelichting.
Hoofdstuk V De procedure van declaratie (artikelen 26 t/m 29) In hoofdstuk V van de nieuwe verordening is, in aanvulling op de in de beheers- en controleverordening vastgestelde regels, een aantal belangrijke procedures vastgelegd over rechtstreekse facturering van functionele uitgaven, declaratie van vooruit betaalde kosten en het gebruik van creditcards. Deze staan ook in de huidige verordening en zijn niet gewijzigd. In artikel 27, lid 2 is een aanvulling opgenomen t.b.v. declaraties van commissieleden. Deze dienen te worden ingediend bij de gemeentesecretaris (bezwarencommissie) of de griffier (rekenkamercommissie). In de bruikleenovereenkomsten zijn heldere afspraken vastgelegd over het gebruik van computer- en communicatieapparatuur die beschikbaar wordt gesteld voor de uitoefening van de politieke functie. In aanvulling hierop zijn bij de gemeente integriteitscodes voor bestuurders en raadsleden ontwikkeld waarin nadere gedragsregels zijn vastgelegd. Daarbij gaat het onder meer om afspraken over de bestuurlijke uitgaven die in aanmerking komen voor bespreking en zo nodig besluitvorming in het college. In die integriteitscodes is ook het beleid rond buitenlandse reizen en de bekostiging van zakendiners met derden opgenomen. Verder zijn er aanvullende administratieve procedures beschreven over de afwikkeling van declaraties en facturen. Alsmede de daarbij te hanteren verdeling van verantwoordelijkheden en hoe bijvoorbeeld om wordt gegaan met interpretatie- of meningsverschillen. Artikelen 30 en 31 Citeertitel en inwerkingtreding Gemaakte keuze inwerkingtreding De nieuwe verordening treedt in werking op een in de toekomst gelegen datum: 1 februari 2011, teneinde administratieve lasten te beperken. Bij de inwerkingtreding kan er voor worden gekozen bepalingen terugwerkende kracht te verlenen tot het moment dat de nieuwe gemeenteraad werd beëdigd respectievelijk de nieuwe wethouders zijn benoemd en beëdigd. Terugwerkende kracht is alleen toegestaan voor zover de nieuwe aanspraken geen verslechtering inhouden van de op dat moment geldende verordening.
FINANCIËLE EN PERSONELE ASPECTEN
x
COMMUNICATIE EN INSPRAAK
x
VERVOLGTRAJECT EN -PRODUCTEN
x
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: vast te stellen de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN HENGELO,
De secretaris
De burgemeester